Simone in Engeland
Deel 1: Het begin
B.W. van Daalen
Inhoud:
© B.W. van Daalen
(Nov. 2005; 1e Herziening Mrt. 2008)
Eerder werk:
2 Weken en Daarna
14 Dagen en Daarna (Gekuiste versie van 2 Weken en Daarna)
Affaire Driehoog
Oaseliefde
Muurversiering (3 Delen)
Alle genoemde personen zijn fictief.
Dit verhaal mag, geheel of gedeeltelijk, zonder schriftelijke toestemming van de
schrijver, niet gereproduceerd of verspreid worden.
Niet op een ouderwetse manier, ook niet op een moderne manier.
Het mag wel, geheel of gedeeltelijk, doorverteld worden, mits met bronvermelding.
Voorkomende personen
Al in vorige delen:
A.B. Jensen Verslaggever NYT
Aimee
Vriendin enz. van Mike
Charles
Schoonvader van Mark Wellingten
Claire
Engelse nicht van Mark
Dave Cresswall Latere eega van Renee
Emily Wellingten Dochter van Mike en Aimee
Jamie Thomson Vriend enz. van Silvia
Karen
Latere verkering van Stefan
Kevin
Latere eega van Karen
Leo
Eega van Tamara
Mark Wellingten O.a. chirurg
Mike Wellingten Zoon van Mark en Simone
Ralph
Cafetariamedewerker
Renee
'Verkering' van Mark op z'n 16e
Richard Thomson Zoon van Jamie en Silvia
Silvia Wellingten Dochter van Mark en Simone
Simone Wouters Verpleegkundige
Stefan Westerdorp Vanaf de boot 'vriend' van Simone
Tamara
Eerder geëmigreerde vriendin
Thomas Peterson Butler in Engeland
Thomas Peterson Zoon van butler in Engeland
Vivian
1e Eega van Mark Wellingten
Vanaf dit deel:
Alex P. T. Wellingten Zoon van Mike en Aimee
Bianca T. Thomson Dochter van Jamie en Silvia
Crystal Staples Dochter van John en Maureen
Francis
Dienstmeisje, latere eega van Ian
Hammond Kruidenier
Ian
Leraar, o.a.
John Staples Campingbeheerder
Johnny Staples Zoon van John en Maureen
Maureen Staples Egaa van John
Peter
Eigenaar grondverzet- en
afrastingfirma
Ryan
Eigenaar telefoon- en
computerwinkel
Tamara Hillman Verkering enz. van Thomas jr.
Korte inhoud van het voorafgaande
In en om Simone‘ deel 1:
Simone was enig kind. Ze
volgde een opleiding voor verpleegkundige, na haar slagen daarvoor nog
meer cursussen en werkte ook een paar uur per week bij een
consultatiebureau waar moeders met kleine kinderen kwamen voor controle
en de vereiste inentingen.
Nadat haar ouders door een
ongeluk omgekomen waren besloot ze, omdat de overige familieleden
inmiddels ook al overleden waren, op aanraden van Tamara, een
geëmigreerde, vriendin ook te emigreren, ze wilde verandering. Ze
ging met een boot, om rustig over te kunnen schakelen. Op de boot
ontmoette ze een leeftijdgenoot, Stefan, die ook emigreerde, maar al
wat thuis was in de USA. Hij ging werken als hoogleraar aan de
Universiteit van Boston, zij als verpleegkundige in het ziekenhuis
daarvan. Haar vriendin en hij hielpen haar op weg in haar nieuwe
omgeving. Stefan en Simone zagen niet genoeg in elkaar voor een
gezamenlijke toekomst, maar gingen wel een flat en een beetje hun leven
delen. Ze spraken af elkaar vrij te laten wanneer er iemand opdook waar
ze wél meer in zagen voor de rest van hun leven. Voor Stefan
werd dat Karen, Hoofd Opleidingen van het ziekenhuis. Daar raakte ze
ook bevriend mee, ze ging met haar een flat delen nadat Stefan door een
verkeersongeluk omgekomen was.
Na een tijd werd ze door een
chirurg, Mark Wellingten, waar ze op haar werk wel eens contact mee
had, gevraagd om bij hem te komen wonen om Charles, zijn lichamelijk
licht gehandicapte schoonvader, ook weduwnaar, te verzorgen en overdag
gezelschap te houden. Het huis was door Mark gekocht toen hij voor zijn
schoonvader wilde gaan zorgen. De vorige eigenaren waren drie
alleenstaande heren die op de eerste verdieping ieder een zitslaapkamer
hadden, met eigen badkamer en kookgelegenheid. Ze zou één
van die kamers krijgen en een uitstekend salaris. Ze nam de
‘baan’ aan maar maakte er een manier van leven van, ze
zorgde voor beiden.
Ze praatte ook veel met Mark.
Door haar vrije manier van praten vertelde hij haar al gauw alles over
zijn verkeringen, waaronder één met Renee, en over zijn
huwelijk met Vivian. Zij vertelde hem het meeste van haar geschiedenis.
Ze kregen al gauw verkering. Af en toe vertelde hij iets over zijn
afkomst. Vrij snel na het ontstaan van Boston was een voorvader vanuit
Engeland gekomen. Niet helemaal geëmigreerd, hij hield zijn huis
in Engeland aan. Met zijn pensioen ging hij terug naar Engeland, zijn
kinderen bleven hier. Zo was dat steeds gegaan. Zijn vader was bij zijn
pensioen naar Engeland gegaan om vanuit het voorvaderlijke landhuis het
familiebedrijf te leiden. Mark zou bij zijn pensioen het van hem over
kunnen nemen, als hij dat wilde. Hij zou dan het land wat bij het huis
hoorde moeten beheren, en het familievermogen, waartoe ook de antieke
meubelen en schilderijen, waaronder een Picasso, in zijn huis hoorden.
Er was ook een Rolls-Royce. Hij had zelf ook geld, waar hij mee kon
doen en laten wat hij wilde, van de familie-eigendommen mocht hij
alleen genieten. Simone mocht in de Rolls rijden.
‘In en om Simone’ deel 2:
Binnen een jaar trouwden ze.
Vlak voor hun trouwen kwam ze nog ergens achter. Mark zei dat hij iets
uit Engeland over zou laten komen. Familie-eigendom, traditie voor een
bruid om het te dragen, maar het hoefde niet. Het bleken twaalf
eeuwenoude zijden bloemen te zijn, bewerkt met goudverf. En een tiara.
De bloemen droeg ze op de grote dag in twee rijen achterin haar lange
haar. Door de tiara zag ze eruit als een koningin.
Zodra het zeker was vertelden
ze Charles dat er een tweeling op komst was. Charles deed ze een
zwembad in de tuin cadeau, de kinderen zouden er ook van genieten.
De tweeling kwam voorspoedig
op de wereld, eerst Mike, even daarna Silvia. Ze zonden en zwommen,
behalve als er bezoek was dat niet mee wilde doen, allemaal bloot.
Charles keek vanuit zijn rolstoel vaak glimlachend toe. Hij overleed
toen de tweeling acht was.
Simone maakte een losbladig
boek met verhaaltjes, tekeningen en foto’s om de kinderen
seksueel op te voeden. Ieder jaar voegde ze ook een foto van de blote
tweeling in.
Mike kreeg toen hij veertien
was een vriendinnetje, Aimee, Silvia op haar vijftiende een vriendje,
Jamie. Die twee mochten, zodra ze bij de tweeling thuis kwamen, het
boek van Simone bekijken, waardoor ze zonder problemen snel mee gingen
doen met bloot zonnen en zwemmen.
‘In en om Simone’ deel 3:
In het jaar dat de jeugd
negentien werd gingen ze met z’n allen voor het eerst op
familiebezoek bij de ouders van Mark in Engeland. Daar vielen ze, zelfs
Mark, van de ene verbazing in de andere. Mark noemde nooit getallen,
hij zei altijd nogal wat, ook als de kinderen een enkele keer vroegen
wat ze van hun opa, de schoonvader van Mark, geërfd hadden. Op hun
eenentwintigste zouden ze erachter komen. Hij wist ook niet veel van
wat er in Engeland was. Hij had alleen een lijst van alle antiek,
schilderijen en juwelen. Maar er stonden geen prijzen bij. Het landhuis
bleek ontzettend groot. De tuinen eromheen zo groot als het stadspark
in Boston. In de paardenstal konden veel paarden, maar er stonden er
‘maar’ acht. En acht koetsen. Een andere paardenstal was
omgebouwd tot garage, daar stond niet één Rolls-Royce,
maar een stuk of vijf. De landerijen van de familie waren verpacht, er
waren twintig boerderijen. Het hele grondbezit was zo groot als een
Amerikaanse county.
Na terugkomst in Boston begon
de jeugd aan trouwen te denken. Er werd afgesproken, dat als de
verkeringen ook hun studiebeurs af zouden dragen, en na hun huwelijk ze
allemaal wat huur zouden betalen, ze in het huis mochten komen wonen.
Ze gingen langzamerhand wat gaan vrijen, maar bewaarden het mooiste
voor tot in de huwelijksnacht. Op hun twintigste trouwden ze, tegelijk.
Omdat de familie maar één tiara bezat liet Mark twee
diademen uit Engeland overkomen.
Een paar jaar later kondigden
de kinderen aan dat ze zelf aan kinderen wilden beginnen. Maar dan
moest er een ruimteprobleem opgelost worden, alle drie slaapkamers
waren bezet. Mark kwam op het idee om met pensioen te gaan en zijn
vader te vragen of hij het van hem over kon nemen. Die ging akkoord.
Simone aarzelde om zo ver van haar kinderen vandaan te gaan, al wilde
ze niet op hun lip zitten, maar ging overstag toen ze van de
mogelijkheid van een webcam in de kinderkamer hoorde en dat ze zouden
kunnen chatten, elkaar kunnen zien en horen. Pas toen alles beslist was
kwamen ze op het idee om de leegstaande zolder in gebruik te nemen.
Mark liet die snel ombouwen, er kwamen een logeerkamer, een badkamer en
vier kinderkamers. De kinderkamers zouden ingericht worden zodra er
kinderen groot genoeg waren om daar te gaan slapen. Mark en Simone
namen de logeerkamer in gebruik, zodat er op de eerste etage een
kinderkamer ingericht kon worden.
Het eerste kleinkind van Mark en Simone was Emily, het dochtertje van Mike en Aimee.
Het tweede, een maand later, Richard, het zoontje van Jamie en Silvia.
Twee maanden na de geboorte
van Richard vertrokken Mark en Simone naar Engeland, eerder had Simone
zich niet los kunnen maken. Alle heerlijke herinneringen aan de eerste
maanden van de tweeling kwamen weer boven.
Week 1 t/m 8
Na de geboorte van hun tweede kleinkind en de jaarwisseling vertrokken Mark en Simone naar Engeland.
Vader vertelde bij hun
aankomst gelijk, dat ze voorlopig in de mooie logeersuite konden.
Moeder en hij waren er nog niet toe gekomen om op zoek te gaan naar een
mooie kamer met een mooi uitzicht.
Mark verdween regelmatig met
zijn vader in het kantoor, naast de suite van vader en moeder op de
eerste verdieping. Simone inspecteerde op haar dooie gemak het hele
huis. Ze maakten samen kennis met alle personeelsleden, bezochten ook
alle verpachte boerderijen. Na een maand of twee hielden ze een
beraadslaging.
‘Simone, ik heb nu een
goed overzicht over het familiebedrijf. Het draait prima, het
familiekapitaal is sinds vader het overnam ieder jaar toegenomen.’
‘Hele grote getallen, zeker?’
‘Ja, onwezenlijk. Ik
maak me er maar niet druk om. Ik zie tot nu toe niet veel zaken die aan
verandering toe zijn. Heb jij wat dringends, anders ga ik even
door.’
‘Nee, wel nogal wat, om
in jouw termen te spreken, maar geen spoedklussen. Alleen, waarom is
het familiekapitaal zo groot?’
‘Het is bedoeld om
tegenslagen op te vangen. Na de beurskrach in eh negenentwintig, geloof
ik, was het aardig geslonken, maar alles draaide gewoon door, er hoefde
niemand ontslagen te worden. Sindsdien is het langzaam toegenomen. En
is er nog voorzichtiger geïnvesteerd. Tja, na zoveel jaar, eeuwen,
loopt het nogal op.’
‘Goed. Nu je veranderingen.’
‘Als eerste wil ik Thomas vragen of hij met pensioen wil.’
‘Die is al butler sinds je vader het overnam, hè?’
‘Ja. Hij is nog niet zo oud, maar ik vind dat hij wel een beetje vroeg pensioen verdiend heeft.’
‘Wil je daarna zijn zoon als butler?’
Hij grinnikte.
‘Ja, als die wil, maar dat ga ik niet vertellen. Ik ga alles officieel doen.’
‘Waarom begin je nu niet?’
‘Goed idee.’
Hij belde de butler. Die verscheen na een paar minuten.
‘Thomas, ik werd door
mijn vader van belangrijke zaken op de hoogte gehouden, als mogelijk
opvolger. Ik ben nu alles langzaamaan aan het overnemen, dat begrijp je
wel. Er gaat, voorlopig, niet veel veranderen. Jij hebt de familie heel
lang zéér goed gediend, al sinds mijn vader het hier
overnam. Ik laat het aan jou over, maar denk eens na over jouw
pensionering. Misschien wat vroeg, maar dat heb je verdiend.’
‘O. Dank u, mijnheer. Dat zal ik doen.’
Thomas verdween.
‘Hij zal het wel doen,
al zou het alleen zijn om zijn zoon een kans te geven. Maar dat vertel
ik niet van tevoren. Goed. Heeft de kasteelvrouwe ideeën, over
veranderingen?’
‘Ja. Allereerst moeten
overal nieuwe matrassen komen. Ik denk, als je na kunt kijken wanneer
die voor het laatst vervangen zijn, dat je schrikt.’
‘Dat zal best. Thuis deden we er ook te lang mee.’
‘Verder wilde ik iets
aan de bed-ombouwen doen. Er zit een laag boenwas van eeuwen op. Als ze
antiek zijn, schoon laten maken. Anders nieuwe, in antieke stijl.’
‘Prima. Ik neem aan dat je alles opgeschreven hebt, regel het maar.’
‘Goed. In veel kamers,
ook van het personeel, is het tijd voor een nieuw verfje, behang,
vloerbedekking en sanitair. De gordijnen bevallen me ook niet. Ze zijn
waarschijnlijk van damast, of zo, maar honderd jaar niet gewassen, ruik
er maar niet aan. Ik wil naar mooie vervangers zoeken, die wasbaar
zijn.’
‘Heel goed. Je goede smaak komt van pas.’
‘Daardoor wordt het een beetje duur, alles bij elkaar, denk ik.’
‘Een beetje is niet erg. Vijf cijfers voor de komma kan je zonder overleg met me uitgeven, voor verbeteringen.’
‘O. Pond?’
‘Natuurlijk. Vergeet die dollars maar. Was het dat?’
‘Ja. Voorlopig heb ik daar mijn handen al aan vol.’
‘Wacht nog even met de
gordijnen. Herinner je, dat je in Boston zei, die drie zitkamers achter
elkaar vind ik te veel?’
‘Ja. Maar ik weet nog niet wat daar mee te doen valt.’
‘Ik wel. Ik heb een
voorstel. In de rookkamer en de bibliotheek zit nooit iemand. Die wil
ik uitbreken. Er één vertrek van maken. Misschien moet de
airco aangepast worden, maar dan zouden we een zitkamer hebben die
groot genoeg is. We hoeven gasten niet zo plechtig te ontvangen als
vader en moeder.’
‘Goed idee. Kan dat, uitbreken, in zo’n oud gebouw?’
‘We halen er
specialisten bij. Misschien moet er een boog in het midden, ter
ondersteuning, maar er is vast wat moois van te maken.’
‘Ja. Maar dan zijn die drie zitkamers over.’
‘Ik wilde in de achterste twee en half een zwembad maken.’
‘Binnen?’
‘Het klimaat is hier niet zo geschikt voor buiten, denk ik.’
‘Eerlijk gezegd, ik
miste ons zwembad al. Maar ik zag niet zo gauw een oplossing, al is de
tuin groot genoeg. Dat zou heel fijn zijn.’
‘Dat dacht ik wel.
Daarom vroeg ik je te wachten met de gordijnen. In ieder geval met die
voor de zitkamer, tot de verbouwingen klaar zijn. In het zwembad moeten
natuurlijk geen gordijnen.’
‘Nee, iets wat open en
dicht kan. Open om van het uitzicht te genieten, dicht als we bloot
willen zwemmen. Of zitten. Is daar die eerste halve zitkamer
voor?’
‘Ja, met in de hoek aan de ingang een douche. Met warm én koud water.’
‘Heel mooi. Alles bij elkaar ook vijf cijfers voor de komma?’
‘Misschien één meer. Maar dat kan makkelijk.’
‘Ik vraag verder maar niets.’
‘Wat niet weet, wat niet deert, zei Aimee, over haar broers.’
‘Ja. Wat een stel, hè? Ruw, maar met een goed hart.’
‘En humor. Jamie
ontvoeren, omdat hij hun zus lastig viel, hem net niet martelen en
geboeid in zijn eigen achtertuin gooien. En later die dealers helemaal
intapen, dat had best wat minder gekund.’
‘Ik vond het
opmerkelijk, dat Aimee direct wist hoe ze het gedaan moesten hebben. Ze
laat niet vaak merken dat ze erg slim is.’
‘Net zo slim als de
andere drie, maar ze verstoppen het een beetje. Ze hadden niet zo veel
problemen met hun studie.’
‘Nee. Ik vond het fijn als ze in de keuken studeerden en ik ze kon verzorgen.’
‘Dat vonden zij ook. Tja, het was een schitterende tijd. We hebben nu een andere schitterende tijd.’
‘Ja. Wanneer komt die breedbandverbinding? De beelden gaan zo langzaam, bij het chatten.’
‘Dat is niet zo erg,
die baby’s bewegen amper. Binnenkort, schat. De
telefoonmaatschappij moet veel voorbereiden. Er komt een nieuw
onderstation, net buiten onze tuin, want we zaten te ver weg van de
centrale. Het dorp en de dichtstbijzijnde pachters kunnen dan ook
aangesloten worden.’
‘Dan maak je een goede beurt.’
‘Het gaat me niet om
een goede beurt, maar om verbeteringen door te voeren. Voor de andere
pachters zoek ik nog een oplossing. Zodra het hier werkt begin ik
daarover, ze moeten waarschijnlijk bij het dorp aan die kant ook een
tussenstation bijplaatsen. Ik heb ze voor de onze verzekerd dat die
investering er gauw uit is.’
‘En onze investering voor het zwembad?’
‘Die is eruit, als jij
er de eerste keer in je nakie in zwemt. Ik heb je mooie blote lijf de
laatste tijd wat minder gezien dan vroeger. Ondanks het zonneterras.
Tja, het klimaat moet wennen, niet koud, wel minder zon. Maar misschien
van de zomer meer. Zeg, als we in Boston gaan logeren worden we
verondersteld om een middagslaapje te houden. Zullen we gaan
oefenen?’
‘Dat doen ze hier alleen op zondagmiddag.’
‘Wij zijn gelukkig allebei niet Engels opgevoed. Alsjeblieft, liefste, ik wil je bloot zien. En voelen.’
‘Ik ren al.’
Week 9 en 10
Na een paar dagen vroeg Thomas telefonisch om belet.
‘We komen naar het kantoor, Thomas.’
‘Ja, ik ga graag mee. Kijken hoe je het afhandelt.’
‘Ik heb al voorpret.’
Ze kwamen met z’n
drieën tegelijk bij het kantoor aan en gingen naar binnen. Mark
ging achter zijn bureau zitten, Simone er naast, Thomas bleef ervoor
staan.
‘Mijnheer, ik neem uw aanbod om met pensioen te gaan graag aan.’
‘Prima, Thomas.’
‘Mag ik u mijn zoon, Thomas, aanbevelen, als opvolger?’
Mark grijnsde naar Simone, trok daarna zijn gezicht weer in de plooi.
‘Mijn vader heeft me verteld hoe je aan je baan gekomen bent. Je herinnert je dat vast.’
Thomas werd een beetje bleek.
‘Ja, mijnheer.’
‘Tot een jaar of dertig
geleden ging alles mondeling, waardoor niemand zeker was van zijn baan.
Ik heb wel je sollicitatiebrief van toen gevonden, maar geen
aanstellingsbrief, of een kopie daarvan. Heb je die?’
‘Nee, mijnheer.’
‘Dan maak ik die
alsnog, met de datum van toen. Ik verwacht ook je ontslagaanvraag op
papier. Dan kan ik je eervol ontslaan, met een getuigschrift. Niet dat
je dat nodig zal hebben, maar je mag alles, wat mij betreft,
inlijsten.’
‘Dat waardeer ik zeer, mijnheer.’
‘Mooi. Ik zal nog even wachten met het publiceren van de vacature. Misschien komen er spontane sollicitaties.’
Zelfs Thomas kon een glimlach niet onderdrukken.
‘Als u me niet kwalijk neemt, mijnheer, nieuwe bezems vegen schoon.’
‘Maar die bezems weten
niet alles. We hebben met ieder personeelslid kennis gemaakt. Dat ging
wat onwennig, ze zijn duidelijk niet gewend om met de baas en de bazin
te spreken. Wil je, als je een afscheidsronde onder het personeel gaat
maken, iedereen vertellen dat we openstaan voor ideeën?’
‘Ja, mijnheer. Ik zou
het ook waarderen, mijnheer, als u mij toestaat om mijn opvolger in te
werken en dan langzaamaan uit het zicht te verdwijnen.’
‘Natuurlijk. En daarna
mag je rustig af en toe komen kijken hoe het er aan toe gaat. Je hebt,
op jouw manier, bijgedragen om het familiebedrijf goed en waardig voor
de dag te laten komen, daar mag je de rest van je leven van blijven
genieten. Wij gaan ons best doen, ook op jouw manier, om zo door te
gaan.’
‘Ik waardeer uw lovende woorden zeer, mijnheer.’
‘Ere wie ere toekomt. Dank je wel, Thomas.’
Thomas boog en verdween.
‘Hoe heb je dat zo vlug opgepikt? Je lijkt wel een kasteelheer.’
‘Van de Engelse series op TV, waar ik naar keek, voordat jíj in beeld kwam.’
‘En de rest is
waarschijnlijk erfelijk, en je bent een beetje zo opgevoed. Ik vond je
altijd al een heer, dat ben je nog, tenzij je privé bent. Dan
ben je mijn ontzettend lieve man. Enzovoort.’
‘Dank je wel. Oh, tijd om te chatten.’
Hij zette de computer aan, Ze
kwam naast hem zitten. Ze spraken een half uur met de kinderen en
konden de baby’s uitgebreid bewonderen. Na afloop had Simone een
paar tranen in haar ogen.
‘Wat mooi toch, Mark. Het is alsof ze hiernaast zitten.’
‘Ja. Het enige wat niet
kan, is aan die baby’s voelen. Dat mag je aan mijn blote kont
doen, dat is ongeveer hetzelfde.’
‘Maak er maar grapjes over. Het zorgt er wel voor dat ik hier volkomen tevreden ben.’
‘Fijn. Zeg, vader en
moeder hebben een geschikte suite gevonden, in één van de
zijvleugels. Ze hebben niets gevraagd, maar zou je willen kijken of ze
iets veranderd willen hebben? En daarna de leegkomende suite bekijken,
vóór we erin trekken?’
‘Ja, natuurlijk. Je
vader mag het bedrijf goed geleid hebben, maar volgens mij heeft hij
geen flauw idee wat er tegenwoordig allemaal mogelijk is.’
‘Nee, na zijn pensioen in Boston heeft hij zich hier gesetteld en amper meer buiten ons terrein gekeken.’
‘Je moeder heeft me een
keer wat verteld. Hij was erg tevreden met op zijn gemak de zaken te
regelen. Zij handwerkte en las veel. ‘s Avonds keken ze een
beetje TV, zelden naar het nieuws, veel naar uitzendingen over de
natuur. En dan op tijd naar bed. Ze bloosde.’
‘Ik heb goede vooruitzichten.’
Ze keek naar haar handen, draaide aan haar twee ringen.
‘Ik hoop, dat ik ook
minstens zo lang, als ik overdag naar mijn handen kijk, met die twee
ringen, wil dat de dag wat opschiet.’
‘Ik ren al.’
Een paar dagen later waren
vader en moeder naar hun suite verhuisd en konden Mark en Simone in de
leegkomende suite terecht. Tijdens het inruimen gaf hij haar een paar
brieven.
‘Post, zonder postzegel.’
Ze las er een.
‘Erg stijlvol, het ontslagverzoek van Thomas.’
‘Ja, hij heeft er veel
werk van gemaakt. Die brief aan mijn vader, waar hij het over heeft,
heb ik al gezien. Vader was ook getroffen door de manier waarop hij
voor de samenwerking bedankt werd. En dat hij zijn stijl stug volhield,
niet schreef dat hij vóór hem gewerkt had, maar samen met
hem.’
‘Dat ga jij toch ook doen, in zijn ontslagbrief en zijn getuigschrift?’
‘Ja, ik zal ze fijn voor hem opstellen.’
‘Dank je wel.’
‘Hoezo?’
‘Als zijn zoon hier komt zal die dat ook fijn vinden. Zijn vader laat jouw stukken vast aan hem zien.’
‘Ja, maar we gaan wel wat minder ouderwets doen.’
‘Ik had er geen last van.’
‘Nee, maar het personeel misschien. Hij is, was, opperpersoneelschef.’
‘Thomas junior is heel
beleefd, buigt ook, al is het veel minder dan zijn vader, maar hij is
een stuk jonger, er zal met hem wel wat te regelen zijn.’
‘Zijn vader zal hem
best verteld hebben wie er hier de baas is. Junior heeft een prima
sollicitatiebrief geschreven. Lees die maar.’
Ze las hem.
‘Ja, keurig. Hij heeft
het volste recht om te beweren dat na zijn vader niemand zoveel over
het huis weet als hij. Omdat zijn vader, onder geheimhouding, thuis
veel vertelde.’
‘Heel correct, onder geheimhouding. Er zal best veel geroddeld worden.’
Ze grinnikte.
‘Één van
de kamermeisjes zei laatst, toen ze onze kamer schoonmaakte, u ziet
mooi bruin, mevrouw. Ik zei, ja, Francis, helemaal. Gedeeltelijk nog
van Boston, de rest van hier, van het zonneterras. Daar zal je wel
vanaf weten. Ze zei, ja, mevrouw, iedereen weet ervan, maar behalve
één huisknecht, die er schoonmaakt, is er niemand
geweest. Mark, ik denk wel dat je het goedvindt, ik heb gezegd, wie
zich kan gedragen mag daar ook komen zonnen.’
‘Prima. Hoe wist je hoe ze heette?’
‘Dat vroeg zij ook. Ik
heb een spiekbriefje, waar al het personeel opstaat, maar ik hoef het
steeds minder te gebruiken. Ik lijk Ralph wel.’
‘Leuk. En fijn voor het personeel. Thomas junior geeft zijn vader als referentie op. Dat is ook een mooie brief.’
Ze las hem.
‘Echt Thomas. Maar ook hij heeft gelijk. Qua kennis is zijn zoon de geschiktste.’
‘Ja. Junior geeft ook
de garagechef als referentie op. Daar heb ik mee gesproken. Junior is
opgeklommen tot zijn eerste monteur. Net zo keurig als zijn vader, maar
vlotter. Hij zou hem missen.’
‘Je snapt wel dat ik er graag bij wil zijn, als je met hem gaat praten.’
‘Natuurlijk, ik bemoei me niet met het huishouden, maar verder doen we alles samen.’
‘Helaas. Ik heb zo een afspraak met de chef kok.’
‘Spoed?’
‘Nee, ik bel hem wel, vanuit de slaapkamer, om het te verschuiven.’
‘Fijn. Ik kom zo.’
‘Je bedoelt, ik kom er zo aan.’
‘Ja, over het komen gaan we lekker lang doen.’
‘Ik leg me gretig neer bij, voor, de grootste hobby van de kasteelheer.’
‘Die heel graag, heel diep, de diepste verlangens van de kasteelvrouwe bevredigt.’
‘Ik ren al.’
Een paar dagen later ontvingen ze Thomas junior op het kantoor.
‘Goedemiddag, mevrouw, mijnheer.’
Ze groeten allebei terug. Mark keek hem bedachtzaam aan.
‘Het valt me op, Thomas, dat je mijn vrouw ook groet.’
‘Ik begrijp wat u
bedoelt, mijnheer. Ik hoop dat u het mijn vader niet kwalijk genomen
heeft. De vorige mevrouw telde voor hem niet mee, ze deed niets
merkbaars in huis.’
‘Goed. Niets ten nadele van je vader. Wat doet mijn vrouw voor merkbaars?’
‘U begrijpt, er wordt
onder het personeel gepraat. Mevrouw heeft al veel verbeteringen
voorgesteld en ingevoerd. Mag ik even verder gaan, mijnheer?’
‘Als je het, als er geen anderen bij zijn, bij meneer laat.’
‘Ja, meneer. Mijn vader
heeft me de laatste tijd extra veel verteld. Maar eerst wil ik u
bedanken voor uw mooie ontslagbrief en het getuigschrift. Hij was erg
ontroerd.’
‘Hij heeft me een briefje gestuurd. Hij wil graag bedanken bij zijn afscheid. Maar ik heb nog geen nieuwe butler.’
‘Nee, meneer. Hij heeft
me verteld over de nieuwe bezems, die schoon gaan vegen. Ik zou hier
niet alleen graag komen als butler, ook meevegen. Ik ben zo vrij om te
beweren dat ik, net zoals u beiden, er met een frisse blik tegenaan
kijk. Ook niets ten nadele van mijn vader, maar hij is nogal
conservatief en gehecht aan tradities.’
‘Hij deed op zijn manier zijn best. Heb je ideeën?’
‘Ja, meneer.’
Mark wachtte even, maar Thomas ging niet verder.
‘Probeer je me duidelijk te maken dat het daar nu de tijd niet voor is?’
‘Ja, meneer.’
Mark grinnikte naar Simone, die glimlachte.
‘Mijn vader hield zijn vader onder de duim, anders had hij alles overgenomen.’
Hij keek weer naar Thomas.
‘Over de baan. Je
representatie en je kennis voldoen, daar hoeven we het niet over te
hebben. Maar zou je het aankunnen? Het brengt veel
verantwoordelijkheden mee. De butler is ook opperpersoneelschef, met
mij als eindbeslisser over aannames en ontslagen. Zou je geen chef van
de garage willen worden?’
‘Dat is een mooie baan,
meneer, maar het is maar een kleine garage, met niet zoveel personeel.
Ik zou graag meer verantwoordelijkheid willen hebben.’
‘Ja, een kleine garage, maar met dure auto’s.’
‘Ja, meneer, mooie,
schitterende dingen, maar dood. Niets is zeker, meneer, mevrouw, maar
ik ben er zelf van overtuigd dat ik het aankan. Vóór ik
hier kwam werken liep ik buiten schooltijd vaak met mijn vader mee,
twee stappen achter hem. Ik heb toen gezien hoe hij alles afhandelde.
Ik weet dus niet alleen al veel, ik weet ook hoe er mee omgegaan moet
worden. Ik heb niet alles in mijn sollicitatiebrief geschreven, ik
dacht dat het al genoeg was. Toch nog een paar dingen, als het
mag.’
‘Natuurlijk.’
‘Bij de cursus voor
eerste monteur zat ook veel over management, een voorbereiding op wat
een garagechef moet weten en om hem, bij zijn afwezigheid, te kunnen
vervangen. En ik heb mijn leven lang tegen een schema, organigram, van
het bedrijf aangekeken, dat hangt thuis in de woonkamer. Met de laatste
bezetting van alle posten. Ik ken de organisatie uit mijn hoofd, en
véél, maar niet alle namen. Niet van de pachters.’
‘Simone, hoeveel kamermeisjes zijn er, waarvan de naam met een F begint’?’
‘Één.’
‘Francis, meneer.’
‘Toevallig een oogje op haar?’
‘Nee, mevrouw. Ik vind
haar aardig, maar meer niet. We zijn even oud, we hebben bij elkaar in
de klas gezeten. Ik ken de meeste namen vooral, omdat we allemaal uit
de buurt komen.’
‘Natuurlijk. Je woont nog bij je ouders?’
‘Ja, meneer. Mag ik daar later op terugkomen?’
‘Je zal vast niet te remmen zijn.’
‘Zo zou ik dat niet willen zien, meneer. Het heeft te maken met mijn ideeën.’
‘Goed. Nog iets, Simone?’
‘Ik stel een proeftijd voor.’
‘Dank je. Wat dacht je daarvan, Thomas?’
‘Niet meer dan normaal in deze tijd, meneer.’
‘Ik zou met de
garagechef kunnen regelen, dat hij je plaats nog even open zou houden.
Niet dat ik het verwacht, maar als je niet zou voldoen zou je zonder
werk zitten.’
‘Graag, meneer. Ik hoop
dat u begrijpt, dat als ik de baan niet krijg, ik waarschijnlijk ga
proberen om ergens anders butler te worden. Of chef van een
garage.’
‘Natuurlijk. Als je je
kunt verbeteren moet je dat niet laten. Heb je, afgezien van je
ideeën, nog iets op te merken? Waarom vertel je die nu eigenlijk
niet?’
‘Ik heb een paar kleine
ideeën, die niet zo belangrijk zijn. Ik weet ze geeneens uit mijn
hoofd, die heb ik opgeschreven toen ze bij me opkwamen. Ik heb
één groot idee. Als ik de baan niet krijg zou u of iemand
anders er ook op kunnen komen, daar kan ik niets tegen doen. Maar ik
zou het graag pas vertellen als ik de baan krijg, dan blijft het
míjn idee.’
‘Een beetje eerzuchtig?’
‘U zult het begrijpen
als u mij aanneemt, meneer. Verder hoop ik u heel lang minstens zo goed
van dienst te kunnen zijn als mijn vader.’
‘Juist. Simone?’
Simone knikte, glimlachte, maar zei niets.
‘Dat is duidelijk.
Thomas, ik, we, nemen je graag aan, met ingang van de eerste van de
volgende maand, met een proeftijd van twee maanden. Je vader neemt
officieel waar tot de nieuwe butler er is, dus op de eerste, werk
zolang maar samen. Hij wil zijn opvolger graag inwerken.’
‘Dank u wel. Mag ik even zitten?’
Simone stond op en schoof een stoel naar hem toe, drukte hem erop.
‘Je bent niet moe van het staan, hè?’
‘Nee, mevrouw. Het
grijpt me aan. Ik hoopte zo ontzettend op de baan, maar vader had
gezegd dat het niet vanzelfsprekend was. Hij eh wist niet zeker wat hij
aan u beiden had, u bent niet standaard Engels. Hij vond uw vader dat
wel.’
‘Heb jij daar problemen mee?’
‘Nee, meneer, ik sta overal voor open.’
‘Tja, wij ook. Gaat het?’
‘Ja, dank u. Ik ben ontzettend blij.’
‘Mooi. Je zal het in
het begin druk hebben. Je moet toch wennen aan de directe omgang met
ons en het huispersoneel. Met het andere personeel zal je minder vaak
contact hebben. Ik wil binnenkort met je de organisatie, de bezetting,
het aantal auto’s en koetsen en nog wat van die zaken bekijken.
Er is de laatste jaren niets veranderd, misschien kan er wat verbeterd
worden.’
‘Graag, meneer.’
‘In het huis gaat ook verbouwd worden, dan weet je dat vast.’
‘Mag ik vragen, wat, meneer?’
‘De plannen zijn nog
niet definitief, vertel het maar niet verder. Je kent de indeling van
het huis. We willen de rookkamer en de bibliotheek samenvoegen, er de
nieuwe zitkamer van maken. En in de huidige drie zitkamers een zwembad
aan laten leggen.’
‘Ik heb vernomen dat u kleinkinderen heeft, als die komen logeren zullen ze het best fijn vinden.’
‘Ja, want ze zijn er
thuis ook aan gewend. Onze kinderen ook. En wijzelf zullen er ook veel
gebruik van maken. Je begrijpt vast, dat het alleen voor de familie
bedoeld is.’
‘Ja, meneer. Bedankt
voor uw aanbod om wel van het zonneterras gebruik te mogen maken. Het
is het gesprek van de dag, sinds Francis het vertelde. We zullen ons
rustig gedragen en niet met te veel tegelijk komen. Als butler kan ik
daar ook op toezien.’
‘En toekijken?’
‘Meedoen, meneer. Nog niet iedereen heeft beslist, sommigen, vooral ouderen, twijfelen nog.’
‘Ga je daar wat moois uitzoeken, Thomas?’
‘Daar gaat het niet om,
mevrouw, iedereen zit graag bloot in de zon, als het kan. En in
gezelschap, als ze durven. Bovendien heb ik al wat moois. Mag ik u nu
over mijn idee vertellen?’
‘Ga je gang.’
‘Het portiershuis is,
zo lang ik me kan herinneren, onbewoond. Het zou wat kosten om het te
renoveren, maar daarna zou het verhuurd kunnen worden. Het is geschikt
voor een gezin, er zijn drie slaapkamers. De huur zou, op wat langere
termijn, de investering rendabel maken.’
‘Het portiershuis? Is dat geen bouwval?’
‘Nee, meneer. Het lijkt alleen zo, door alle begroeiing er op en om.’
‘Dan zou het een
schitterend idee zijn, Thomas. Simone, onze ideeën zijn op papier
niet rendabel, die doen we om het leven aangenamer te maken. Zijn idee
is, ook op papier, vast verantwoord. Ik laat er zo spoedig mogelijk aan
beginnen.’
‘Goed, Mark. Thomas,
een paar punten. In verband met het zonneterras, is de jeugd hier nu
minder preuts dan vroeger?’
‘Ja, mevrouw. Dat zal in Boston ook wel het geval zijn.’
‘Nee, Thomas, het
schiet daar niet op. Wij hebben onze kinderen wél erg vrij
opgevoed, we zijn zelf ook erg vrij. Je bent één van de
weinigen die bijna onbeperkt toegang heeft in onze vertrekken. Die
anderen zijn gebonden aan bepaalde tijden, voor schoonmaken en zo. Wij
rekenen natuurlijk op je discretie.’
‘Vanzelfsprekend, mevrouw. Daar zou ik zelfs mijn zoon, als ik die had, niets over vertellen.’
‘Prima. Thomas, je weet
nog niet zeker wat je aan ons hebt. Je hebt al gemerkt dat mijn man
anders is dan zijn vader, die zal je vast af en toe ontmoet
hebben.’
‘Ja, mevrouw.’
Simone wachtte even, grinnikte toen.
‘Goed zo, heel
discreet. Ik ben ook anders dan mijn mans moeder. Je hebt al gehoord,
dat ik me in huis overal mee eh bemoei. Ik ben ook gewend met jeugd om
te gaan, en ik neem geen blad voor mijn mond. Je hebt beleefd gewacht,
na het vertellen van je idee. Vertel nu de rest maar.’
‘U heeft gelijk, mevrouw. Ik wil graag in aanmerking komen als eerste huurder van het gerenoveerde portiershuis.’
‘Zo. In je eentje?’
‘Nee, mevrouw. Ik zei
al, ik heb al wat moois. Mijn jeugdliefde. Sinds een ons allebei
onbekend tijdstip hebben we verkering. Verloven wordt hier weinig meer
gedaan, dat wordt ouderwets gevonden. Maar we zijn het eigenlijk wel.
Ik heb haar natuurlijk verteld dat ik ging solliciteren, maar dat de
uitkomst onzeker was. Ze hoopte voor me dat ik de baan zou krijgen, ze
weet dat ik hogerop wil. Ik heb haar verder niets gezegd, maar ik wilde
haar vragen zodra ik een betere baan én een huis had.’
‘Ten huwelijk?’
‘Ja, mevrouw.’
‘Als ik zo vrij mag zijn, wie is het?’
‘Ze is geen lid van het
personeel hier, mevrouw. Ze heet Tamara. Ze is de dochter van de bakker
schuin tegenover mijn ouders. Ik woon nog thuis. Ze werkt ook in de
winkel. Het is ook een snoepje.’
‘Leuk. Ik heb een
vriendin in Boston die ook Tamara heet. Thomas, ik weet een romantische
plek om haar te vragen. Het rosarium, achter het huis.
‘Graag, mevrouw, als dat geoorloofd is.’
‘Mark?’
Mark grinnikte.
‘Thomas, je hebt de eerste optie op de huur van het portiershuis. Zeg maar niets. Ga maar verder, schat.’
‘Thomas, is Tamara telefonisch bereikbaar?’
‘Ja, ze zal nu wel in de bakkerij zijn.’
‘Ik heb een voorstel.
Mijn man belt je vader. Zegt hem door de tuinman met spoed de nodige
rozen af te laten snijden om er een mooie bos van te maken. En verder
te zorgen dat iedereen uit de buurt van het rosarium blijft. Jij belt
beneden Tamara en vraagt haar hierheen te komen. Verzin maar een smoes.
Dan neem je de bos rozen, wacht haar op en neemt haar mee naar het
rosarium. Bij gunstige afloop willen we graag dat je daarna haar voor
komt stellen, kom dan even hier met haar langs. Tenzij je het uit wilt
stellen. Maar je hebt nu een betere baan en binnenkort een huis.’
‘Ik sta te trillen op mijn benen. Dank u wel. Heel graag nu gelijk.’
‘Als je haar op je knieën vraagt heb je geen last van je benen. Ga maar.’
‘Dank u wel, mevrouw, meneer.’
Hij ging, ondanks zijn
trillende benen, er toch rapper vandoor dan hij binnen was komen lopen.
Mark belde Thomas senior even over de rozen.
‘Wat is dat toch weer lief van je, Simone.’
‘Ik dacht, ik weet van
mijn eigen kinderen geeneens hoe ze elkaar gevraagd hebben. Daar hebben
we het nooit over gehad. Van ons weten ze het wél. Ik wilde deze
twee een mooie gelegenheid geven. Het is zo mooi om aan terug te
denken.’
‘Ja, ja, kijk maar naar
je twee ringen. Maar nu even niet. Laten we kijken of we Tamara aan
zien komen. We mogen wel even loeren.’
Ze gingen de gang op, boven
de hal konden ze over de voortuin kijken. Ze zagen, na een tijdje
wachten, Thomas tevoorschijn komen, met een bos bloemen, en langzaam
over de oprit naar de poort lopen.
‘Hij weet vast hoelang ze erover doet.’
‘Ja, hij gaat dat stuk
vast dagelijks. Hij beheerst zich, ondanks zijn zenuwen. Zeg, hij kan
toch niet verwachten dat zijn jeugdliefde hem afwijst?’
‘Nee, maar ik was toen
ook zenuwachtig. Zei, dat ik met je wilde trouwen, in plaats van je te
vragen. In de keuken nog wel.’
‘Het was wel de enige stomme streek die ik van je meegemaakt heb. Kijk, daar zal je Tamara hebben.’
Er kwam een meisje door de
poort langs het portiershuis de oprijlaan oplopen. Thomas stopte, toen
ze vlak bij hem was. Hij boog en overhandigde haar de bloemen. Na even
gaf ze hem een kusje, nam zijn hand aan en liet zich meevoeren, om het
huis heen.
‘Dat was smoes twee.
Hoelang zouden ze wegblijven, Simone? Laten we hier maar wachten, in
het rosarium zien we ze toch niet, vanuit het kantoor.’
‘Lopen, vragen, kussen,
teruglopen, een kwartier. Maar dan neemt hij haar mee naar het
portiershuis, gaat wijzen en gebaren. Dan valt ze om zijn nek, weer
kussen. Dan pas komen ze hierheen. Ze willen vast, na even met ons en
Thomas senior gepraat te hebben, naar juniors moeder en haar ouders.
Gebak eten.’
‘Je geniet weer, hè?’
‘Ja, jij toch ook?’
‘Ja, maar ik ben ook een beetje egoïstisch. Zij blij, dan hij blij. Dat werkt prettiger.’
‘Hij zal het best goed doen. Je hield hem lang aan de lijn.’
‘Zolang was ik niet van
plan, alleen om de schijn een beetje op te houden dat hij niet
vanzelfsprekend de baan kreeg. Maar hij was ook uitgebreid aan het
woord, kwam zelf met opmerkingen.’
‘Ja, en zo gepast vrij,
dat we er uitgebreid op ingegaan zijn. Zeg, ik heb niet op het
portiershuis gelet. Een mooiere plek om te wonen dan in het dorp.’
‘Ach, zo veel verder is
dat niet, je zag hoe gauw Tamara hier was. Ze holde geeneens, Thomas
had haar vast gezegd rustig aan te doen.’
‘Die dacht vast, een hijgend meisje kussen is ook niet alles.’
‘Nee, aan zoiets heeft hij vast niet gedacht. Alleen wat hij haar voor en nu achter het huis wilde zeggen.’
‘Ja, natuurlijk. Hij zal vast geen blunder maken.’
‘Nee. Hij heeft vast al
langer rondgekeken naar een huis. Ik denk dat de portierswoning het
beste is wat hij kon vinden.’
‘Ja. Is er een tuin bij?’
‘Ik denk aan de
achterkant van het huis. Hiervandaan aan de linkerkant. Die mag best,
naar hun wensen, vergroot of verkleind worden.’
‘Mag ik dat straks tegen ze zeggen?’
‘Ja, best. Ook dat we
voor de renovatie met ze willen overleggen. Maar dat het geschikt moet
blijven voor eventueel later verhuur aan anderen. Het blijft een
huurhuis.’
‘Ja, natuurlijk. Met
drie slaapkamers kunnen ze even vooruit. Al zullen ze waarschijnlijk
niet lang wachten met kinderen, omdat ze elkaar al zo lang
kennen.’
‘Ja. Ik weet niet waarom ze zo lang gewacht hebben, Thomas is net zo oud als de tweeling. Oh, daar komen ze.’
‘Ik heb getimed. Zestien minuten. En nu naar hun huis, al weet ze dat vast nog niet.’
Thomas en Tamara liepen, hand
in hand, naar het portiershuis en stopten ervoor. Thomas begon te
gebaren. Ze zagen Tamara een stap achteruit doen en met haar hoofd
schudden. Toen Thomas bleef knikken viel ze hem om zijn nek. Even later
kwamen ze teruglopen. Mark en Simone gingen weer naar het kantoor.
‘Dat was mooi om te zien, verdiend geluk.’
‘Ja, maar ik ben wel een beetje nieuwsgierig wat er achter zit.’
‘Je komt er vast zo wel achter.’
‘Thomas zal wel wat willen vertellen, maar zij weet ik niet.’
‘Nee, een meisje wat zo lang gewacht heeft?’
‘Ik hoop niet, Mark,
dat ik pissig op mezelf ga worden dat we hier niet eerder gekomen zijn
en ze misschien eerder hadden kunnen helpen.’
‘We zijn voor ons zelf
en voor onze kinderen precies op tijd hierheen gekomen. Je kunt niet de
hele wereld gelukkig maken, Simone.’
‘Nee, dat hoef ik ook niet. Wel mijn bekenden, als het even kan.’
Thomas kwam, na geklopt te hebben, met Tamara aan zijn hand, binnenlopen. Mark en Simone gingen staan.
‘Mevrouw, meneer, mijn aanstaande echtgenote, Tamara.’
‘Namens ons beiden, van harte gefeliciteerd. Ga zitten, Thomas. Tamara, kom jij naast me.’
Ze gingen allemaal zitten.
‘Verlegen, Tamara?’
‘Overdonderd, mevrouw.’
‘Hier, een zakdoekje. Huilbuien, na het kussen, eerst achter het huis, toen voor het portiershuis?’
‘Achter het huis niet,
mevrouw. Ik vond het heel lief dat hij me officieel vroeg, maar we
weten al zo lang dat we met elkaar willen trouwen. Voor het
portiershuis wel.’
‘Nergens op gerekend?’
‘Toen hij belde dacht
ik dat hij me alleen wilde vertellen dat hij de baan gekregen had. Toen
ik die rozen zag kreeg ik een beetje hoop. Al zei hij dat hij me wat
wilde vertellen, maar er bij wilde gaan zitten. Achterin de tuin
vertelde hij dat hij hier butler werd, de eerste van de volgende maand.
Ik vind het heel fijn, vooral voor hemzelf. Hij wordt minstens zo goed
als zijn vader.’
‘Dat denken wij ook.
Hij heeft van jou geen aanbeveling meer nodig, hoor. Hij is al
aangenomen en jij bent zo partijdig als wat.’
‘O. Ja. Daarna heeft hij me gevraagd. Ik heb natuurlijk ja gezegd.’
‘Tamara, jullie zijn de jongsten niet meer. Waarom hebben jullie zo lang gewacht?’
Tamara keek naar Thomas.
‘Mevrouw en meneer zijn veel minder gesloten dan de ouders van meneer. Vertel maar wat je wilt, schat.’
‘We kennen elkaar al
ons hele leven en we houden ook al ons hele leven van elkaar. We weten
geeneens hoelang we al verkering hebben, dat is stilzwijgend gegaan.
Iedereen wist al jaren dat we bij elkaar hoorden, het hoefde geen naam
te hebben. Hij heeft een keer, terloops, gezegd dat hij pas wilde
trouwen als hij een goede baan had en zijn vrouw een huis aan kon
bieden. Hij wilde niet, zoals veel stellen, jarenlang bij ouders in
moeten wonen. Ik wist natuurlijk dat hij het in het algemeen zei, maar
dat hij mij bedoelde, hij keek amper naar andere meiden. Ik ook niet
naar jongens. We hadden een prettig leven. Allebei een fijne baan, en
nogal wat vrije tijd waarin we elkaar zagen.’
‘Thomas vertelde dat je in de winkel van je vader werkt.’
‘Ik werk bíj
mijn vader, maar ik ben niet alleen winkeljuffrouw. Ik ben zelf ook
bakker, ik heb de vakopleiding gehad. We doen alles samen, brood maken,
gebak ontwerpen en maken, taarten decoreren en zo. En ik bedien in de
lunchroom, die we achterin hebben. De vader van Thomas bestelt het
gebak voor het huis bij ons. U bent nog niet geweest. U moet eens komen
kijken wat voor gebak we allemaal hebben. En als u Amerikaans gebak
wilt, ik kan wel aan recepten komen, dan maak ik dat.’
‘Ja, ja, we komen.
Tamara, ik wilde niet suggereren dat je alleen winkeljuffrouw was, ik
wist er niets van. Vast wel fijn voor jullie, Thomas heeft ook een
vakopleiding gehad.’
‘Ja, het is geen domme
jongen en ik ben geen dom gansje. Die zijn er wel in de buurt, die
moeten vroeg trouwen en zitten dan op een zolderkamertje te wachten tot
ze een huisje kunnen krijgen. Daarom hadden we geen haast. Ik was wel
blij, toen Thomas eerste monteur werd, dat we bij onze wandelingen in
het weekend niet alleen naar een stil plekje gingen, ook op de heen- en
terugweg langs huizen liepen. Thomas had iedere keer een smoes om een
andere weg te kiezen, maar zei nooit direct iets. Dat vond ik niet erg,
hij bedoelde het lief. Al kwam er maar steeds geen huis vrij, er was
steeds een familielid van de bewoners die het kreeg. Vandaag vond ik
zijn smoezen ook niet erg, hij was in de zevende hemel over zijn nieuwe
baan en het eindigde met zijn aanzoek. Dacht ik.’
‘Dacht je?’
‘Ja. Hij zei daarna, ik
breng je een stukje weg. Voor het portiershuis stopte hij. Hij zei, ik
zou je niet gevraagd hebben als ik je geen huis aan kon bieden. Zou je
hier willen wonen, als het over een paar maanden opgeknapt is? Ik zei,
doe niet zo stom, wie niet? Maar dat hoort bij het huis. Ja, zei hij,
maar ik heb de eerste optie op de huur. Zo gauw we de opleverdatum
weten kunnen we de trouwdatum afspreken. Dan kunnen we er direct in.
Hij heeft het drie keer moeten vertellen en uitleggen, voor ik het kon
begrijpen en geloven. Is het echt waar? Kunnen we dat huis huren?’
‘Ja, Tamara.’
Tamara begon weer te huilen. Ze lieten haar even met rust.
‘Thomas, kun je een
afscheidsreceptie voor je vader organiseren, op de eerste van de
komende maand? Dan kan iedereen ook officieel met jou kennis maken. In
de drie zitkamers.’
‘Ja, meneer.’
‘Verder, kun je voor me
uitzoeken hoe het met die woningnood zit? Ik weet op dat punt hier
totaal de weg niet. Als je moeilijkheden ondervindt, zeg dan dat ik het
wil weten. Ze kunnen bellen om dat te verifiëren.’
‘Ja, meneer. Ik weet
ook niet meer dan wat Tamara al zei, een woningnood waar niets aan te
doen schijnt. Je moet jaren op een huis wachten, als je in het dorp
wilt blijven. Tot er iemand dood gaat of vertrekt. Er kan niet
bijgebouwd worden, het is vol.’
‘Vreemd.’
‘Hoe is het met je, Tamara?’
‘Het gaat, mevrouw. Thomas, mag ik wat meer vertellen, over ons?’
‘Mevrouw en meneer
hebben vier kinderen opgevoed. Ze zijn hierheen gekomen nadat hun
eerste kleinkinderen gekomen waren. Ze hebben vast het nodige
meegemaakt en genoeg van hun kinderen gehoord. Vertel maar wat je wilt,
schat.’
‘Goed. U kunt u zich
niet voorstellen hoe blij ik ben dat we zo snel kunnen trouwen. Ik was
na aan het denken hoe ik hem in bed kon krijgen.’
‘Tamara!’
‘Nou, ik mocht
vertellen wat ik wilde. En jij mag nu alles weten, ik speel niet meer
dat schuchtere meisje wat braaf wacht tot ze gevraagd wordt. Ik vond
dat we daar aan toe waren, al langer, en dat het zonde was om er nog
jaren mee te wachten. Als we dat thuis eerlijk verteld hadden en er
goed mee omgegaan zouden zijn, zou die wachttijd een stuk aangenamer
zijn. Maar we hebben onwaarschijnlijk geluk. Over een paar maanden
trouwen we en hebben we een huis. Een groot huis. Vóór je
je lekker gaat maken over dat naar bed gaan, dán pas.’
Ze grinnikten allemaal.
‘Zou je hier niet
willen komen werken, Tamara, als er een vacature is? In de keuken
misschien? Daar maken ze ook meer dan simpele maaltijden.’
‘Beslist niet, meneer.
De bakkerij is niet ver weg. Zolang hij van mijn vader is heb ik hele
vrije werktijden, dat zou hier niet kunnen, ten opzichte van het andere
personeel. Als we kinderen krijgen kan ik ook zoveel werken als ik wil,
of helemaal niet. Hij heeft het altijd jammer gevonden dat er weinig
kans in zat dat ik, zijn enig kind, hem op zou volgen. Dat had alleen
gekund als Thomas het met mij samen had willen doen. Maar die heeft er
nooit méér belangstelling voor gehad dan me af en toe
iets lekkers te vragen. Één van de mogelijkheden om hem
in bed te krijgen was om daarop te wachten en dan mezelf aan te bieden.
Had je geweigerd, Thomas?’
‘Nee, dat weet je. Want je had erbij verteld had wat je nét vertelde.’
‘Je hebt zelf niets gevraagd.’
Thomas aarzelde even.
‘Nee, hoe graag ik ook wilde, dat kon ik niet. Ik ben vreselijk blij, vooral voor jou, met dán pas.’
Tamara moest moeite doen om haar tranen in te houden. Simone ook.
‘Tamara, hoe heb je zo slank kunnen blijven?’
‘Als Thomas ooit langer
naar een meisje keek dan een paar seconden, was het er altijd
één met zo’n figuur als het mijne. Ik heb er dus
goed voor gezorgd dat ik slank bleef. En ik wist onderhand wel hoe
gebak smaakte zonder het te proeven.’
‘Ik hoop dat je het
niet erg vind dat ik zoveel vraag. Dat heb ik mijn kinderen ook, maar
ze hoefden ook niet overal antwoord op te geven. Maar ik vind jullie
geschiedenis, afgezien van de woningnood, zo mooi. Vond je het niet
erg, dat je enig kind was?’
‘Nee, ik had Thomas.’
‘Een jeugdliefde. En zo geduldig wachten.’
‘Dat geduld was op, bij mij, mevrouw.’
‘Dat begrijp ik
helemaal, Tamara. Je hebt gelijk, het zou die wachttijd een stuk
aangenamer gemaakt hebben. Als jullie van de eerste keer een feestje
gemaakt hadden, hadden jullie er ook met plezier aan terug kunnen
denken.’
‘Dat dacht ik ook. Eh er is nog een reden waarom ik hier niet wil komen werken.’
‘Vertel maar.’
Tamara keek naar beneden.
‘Thomas wordt hier ook personeelschef. Ik wil alleen thuis onder hem dienen.’
Mark schoot in de lach. Thomas keek naar beneden.
‘Lach niet, Mark. Ze
bedoelt het zo mooi. Maar, Tamara, ik hoop niet dat je het letterlijk
bedoelt. Thomas heeft verteld dat de jeugd minder preuts is dan
vroeger. Ik hoop dat je zo geëmancipeerd bent dat je actief
meedoet, niet alleen onderop blijft liggen, en ook alle andere standjes
minstens één keer uitprobeert.’
Tamara en Thomas bleven naar beneden kijken.
‘Toch preuts, Thomas?’
‘Eh, we praten bij
alles wat we doen, maar niet over wát we ooit gaan doen, om niet
om moeilijkheden te vragen.’
‘Dat was heel verstandig.’
Thomas en Tamara keken langzaam weer op.
‘Ik bedoelde het niet
letterlijk, mevrouw. Maar toen me het te binnen schoot vond ik het zo
passend klinken, in verband met nieuwe banen. We hebben nooit de baas
over elkaar gespeeld. Hij was jaren al zo tevreden met een kusje van
me. En ik, als hij me dan vasthield. Hij is altijd vreselijk lief en
bezorgd voor me geweest. Ik wilde ook geen moeilijkheden voor hem. Ik
ga een aanloop nemen, anders overleeft hij de huwelijksnacht niet. Ik
ga hem, hij vast mij ook, tot dan, aan de buitenkant zorgvuldig
onderzoeken, om het zomaar te zeggen.’
‘Tamara!’
‘Goed, we beginnen met alleen kijken. Je wilde me toch ook mee naar het zonneterras?’
‘Ja, dat is zo.’
‘Ik twijfelde nog, maar dat is over. De rest van de inspectie komt dan vanzelf.’
‘Ik hoor het al, je kan
actief genoeg zijn, als je het verantwoord vindt. Dank jullie wel. Nu
over het huis. Mark, kan je zorgen dat het bezichtigd kan worden? Ook
spinnenwebben weg laten halen? Jongelui, we willen, vóór
de renovatie, met jullie overleggen. Misschien hebben jullie wensen.
Maar het moet geschikt blijven voor eventueel later verhuur aan
anderen. Het blijft een huurhuis.’
‘Dank u wel. Maar ik
denk niet dat we wensen hebben. Ik kan het nog amper geloven, een huis
met drie slaapkamers. In het dorp wonen daar wel ouders met twee
getrouwde stellen in. ‘
‘Treurig. Tamara, wil je er een tuin bij?’
‘Een tuin? Daar heb ik nooit over nagedacht. Ik weet het niet.’
‘Bekijk dat dan later
maar. Wij weten niet hoe groot de tuin nu is, maar die kan vast wel
vergroot of verkleind worden. We schuiven gewoon de grens met het park
wat op. Dat was het, wat mij betreft. Mark?’
‘Thomas, waarom werkte je in de garage? Daar is een andere opleiding voor nodig dan voor butler.’
‘Dat heeft mijn vader me indertijd aangeraden. Het zou nog lang
duren voor hij met pensioen zou gaan. Ik was geïnteresseerd in
auto’s en in de garage was er vaak een vacature. Als een monteur
wilde trouwen zocht hij ergens een baan waar wel huizen in de buurt te
huur waren. Maar ik heb avondstudie voor butler gedaan. Dat is niet zo
volledig, er zit geen praktijk bij.’
‘Zonder zal het ook wel lukken. Trouwens, je hoeft je
zoekwerk over de woningnood niet in je vrije tijd te doen. Overleg maar
met je vader wanneer je daarvoor weg kan. Dat overnemen heeft geen
haast, je vader ook niet. Misschien heeft hij nog tips.’
‘Ja, meneer.’
‘Goed. Weg jullie.’
Ze bedankten en vertrokken
snel. Mark en Simone gingen ze door het venster in de gang nakijken. Om
de tien meter stopten ze om elkaar te kussen. Voor het portiershuis
stonden ze een tijd stil. Daarna verdwenen ze door de poort uit het
zicht.
‘De lieverds. Allebei nog maagd na zo’n lange tijd. Wat een liefde.’
‘Ja. Terwijl hij er zo keurig uitziet en zij inderdaad een snoepje is.‘
‘Je zit vast te denken aan wat ze de komende maanden gaan doen.’
‘Ja. Nu eens niet om ze gelijk na te gaan doen, maar aan de omstandigheden waaronder dat moet gebeuren.’
‘Vast op zijn of haar kamer. Nou, dat kon slechter.’
‘Maar het kan ook beter.’
‘Ga verder.’
‘Ik wil ze de suite
waar wij net uitkomen aanbieden. Voor een tijdje. Waar ze in hun
huwelijksnacht gaan slapen, of niet, zoeken ze maar uit. Waarschijnlijk
het liefst in hun nieuwe huis.’
‘Wat lief van je. Daar had ik geeneens aan gedacht.’
‘Nee, dat snap ik. Het
is ook nogal wat. Het zou een uitzondering moeten blijven. Anders zou
iedereen van het personeel die wil trouwen er een tijd in willen.’
‘Je wilt, geloof ik, graag dat Thomas junior tevreden is.’
‘Ja, een goede butler
is veel waard. Die lost moeilijkheden op vóór wij het
merken. Ik ben benieuwd wat hij van zijn onderzoek maakt. Als dat goed
is bied ik hem de suite aan, als beloning, en aanmoediging om zo door
te gaan.’
‘Hij heeft een proeftijd.’
‘Ja, voor de vorm. Hij zal niet zo slecht zijn dat we hem in die tijd moeten ontslaan.’
‘Tamara is een flinke meid. Die moet wat blijven doen, niet alleen huisvrouw spelen. Er zit méér in.’
‘Ja? Omdat ze hier niet
wil komen werken, begrijpelijk, heb ik geen baantje voor haar. Ik heb
wel een grapje. Dat hoor je nog wel.’
‘Voorpret?’
‘Ja. Ik heb nu ook zin om je zorgvuldig te onderzoeken, om het zo maar te zeggen.’
‘Je laat buitenkant weg.’
‘Natuurlijk. Ik heb je al ontmaagd, de binnenkant mag ik ook.’
‘Ja, dat was een mooi
feestje. Wat was Thomas blij, hè, voor zijn lieveling, dat ze
maagd kon blijven tot de huwelijksnacht.’
‘Ja, onvoorstelbaar. Ze vond het zo lief van hem, ze begon bijna weer te huilen.’
‘Toch was het begrijpelijk, dat ze het op wilden geven voor jaren plezier.’
‘Met het risico dat ze plotseling een huis konden krijgen. Dan was het jammer geweest.’
‘Ja. Maar hij had niets in te brengen. Je hoorde het. Ze zal hem liefdevol onder de duim houden.’
‘Ja, zo gaat dat.’
‘Ja, tijd voor inspectie. De slaapkamer is lekker dichtbij.’
Week 11
Ruim een week later meldde Thomas junior zich weer. Hij kwam het kantoor binnen met Tamara. Ze groetten elkaar.
‘Mevrouw, meneer, ik ben zo vrij om Tamara mee te nemen, ze heeft bij het onderzoek geholpen.’
‘Prima, Thomas. Ik hoop dat jullie er geen bezwaar tegen hebben dat mijn hulp er ook bij is?’
‘Nee, meneer, mevrouw,
integendeel. Ik heb al vaak weer twee passen achter mijn vader
aangelopen en heb niets dan lovende woorden over mevrouw gehoord. Ze
heeft het hele onderhoudsschema veranderd, waardoor alles beter,
logischer, op elkaar aansluit. Geen onnodig heen en weer geloop. De
geplande tijden zijn reëel, ze hoeven zich niet te haasten maar
kunnen alles degelijk doen. Dat vinden ze erg prettig. Ze hopen alleen
dat er niemand ontslagen wordt, nu het efficiënter gaat.’
‘Je kunt iedereen
verzekeren, dat personeelsvermindering, naar traditie, alleen plaats
zal vinden door natuurlijk verloop. Er kan wel geschóven worden,
het is niet goed als iemand de hele dag niets te doen heeft.’
‘Nee, meneer. Komt in
orde. Ik ben, voor de compleetheid, begonnen met een onderzoek naar de
geschiedenis van het dorp. Ik heb niet doorgezocht naar jaartallen, dat
zou te veel tijd gaan kosten. Eeuwen geleden was al het land eigendom
van de koning, de adel beheerde het. Het dorp is begonnen als een soort
vrijplaats, voor lui waar geen land mee te bezeilen viel. Ze mochten
huisjes bouwen, en als ze binnen het dorp bleven waren ze veilig.
Anders, kop eraf. Later is het, zoals alles, gemeentelijk ingedeeld,
maar het heeft nooit tot een landgoed behoort. Schrikt u niet, al het
land eromheen is sinds tientallen jaren in het bezit van uw
familie.’
‘Ik schrik niet,
Thomas. Ik wist niet hoe je het aan zou pakken, ik ben ook in de
papieren gedoken. Ja, heel langzaamaan is stukje bij beetje land
opgekocht, als de eigenaar in de problemen kwam. Ik heb me, tijdens
onze bezoeken aan de pachters, niet gerealiseerd, dat we achter het
dorp zaten. Wij hebben ons laten rijden, wel afgeturfd bij wie we
geweest waren, maar die adressen?’
‘Ja, meneer, die
adressen zijn lastig en slecht aangegeven. Alleen bekenden en de
postbode weten de weg. Toen ben ik op zoek gegaan naar de
huiseigenaren. Tja, iedereen, behalve de jeugd, wist dat. Op een paar
huizen na is alles eigendom van een woningbedrijf op Jersey. Die hebben
langzaamaan alle huizen opgekocht, op die paar na, en die willen ze ook
hebben. Ik heb met die eigenaren gesproken, het bod is veel te laag. Ze
vermoedden, dat alle andere huizen onderhands goedkoop gekocht zijn,
toen de eigenaren in moeilijke tijden in problemen kwamen. Waarmee ik
niet wil zeggen, dat uw familie zo gehandeld heeft. Daar heb ik geen
kwaad woord over gehoord.’
‘Dank je wel. Maar ik
zou het niet weten. Dan zou er een onderzoek gedaan moeten worden naar
de toenmalige prijzen. Zolang er niemand klaagt begin ik er niet
aan.’
‘Natuurlijk niet,
meneer. Iedereen weet dat de familie niet op jacht is naar geld, anders
zou er hier veel minder personeel zijn.’
‘Aardig gedacht, maar minder personeel geeft meer stakingen.’
‘Ik heb met mijn vader
gesproken. Toen hij begon, bij uw vader, is het personeelsbestand
bekeken. Het is toen, inderdaad door natuurlijk verloop, iets
verminderd, tot iedereen een normale dagtaak had. Hij schat, dat er pas
geklaagd zou worden, nog geeneens gestaakt, als er nog tien procent zou
vertrekken. Dat geeft genoeg aan hoe zorgvuldig er hier met het
personeel omgesprongen wordt. Ik hoop, dat ik u binnenkort mag helpen
bij het weer bepalen van de juiste personeelssterkte. Op dezelfde
manier.’
‘Dat gaan we doen, Thomas. Verder.’
‘Ik werd wantrouwig,
meneer. Een woningbedrijf op Jersey, wat ieder jaar de huur opschroeft
en wie klaagt de huur opzegt. Het duurt dan wel jaren, als er bij de
rechter tegenin gegaan wordt, voor ze eruit moeten, maar ze verliezen
altijd. De huren in het dorp liggen duidelijk boven die van de dorpen
in de buurt, ik heb daar navraag gedaan.’
‘Wat kijk je verbaasd, Tamara?’
‘Ja, meneer. Thomas
verbaast me. Hij is nooit zo spraakzaam. En nu over zoveel onderwerpen.
Ik dacht dat hij alleen veel van auto’s afwist, en verder normaal
ontwikkeld was, zoals ik. Maar hoe hij nu alles aanpakt?’
‘Een fijne verrassing?’
‘Ja, mevrouw. Wel even wennen.’
‘Ook bij de inspectie?’
‘Daar is het nog niet van gekomen, mevrouw.’
‘Thomas, zakelijk verder, alsjeblieft.’
‘Ja, meneer. Ik kwam er
achter, dat er momenteel één huurder op het punt staat te
moeten verhuizen. Ik ben met hem gaan praten. Ja, hij had geklaagd,
schriftelijk, bij het enige adres wat hij heeft, een beheerder in de
stad, waar ook de huur aan betaald moet worden. Hij was zo stom geweest
om ook de huur niet te betalen, hij dacht, dat trekken we recht nadat
alles opgelost is. Toen hij na een maand niets gehoord had schreef hij
nog een keer. Daar speculeren ze vast op, meneer. Na twee maanden kreeg
hij bericht dat zijn huur opgezegd was wegens wanbetaling. Dat stond in
het contract. Hij was wanhopig. Hij had het geld niet om te procederen
en hij zou vast verliezen. Ze zouden beslist ontkennen dat hij geklaagd
had, zijn brieven verduisteren. Ik heb zijn auto mogen lenen om naar de
stad te rijden, ik wilde geen auto van het huis, die valt te veel op.
Ik heb voor de gezelligheid Tamara meegevraagd. Gelukkig, bleek later.
We werden netjes ontvangen. Ja, wanbetalers werd de huur opgezegd. Nee,
geklaagd werd er nooit. Ja, er was ruimte tekort. Hij liet zien, dat in
de loop van de jaren alle fabrieksterreintjes in het dorp opgekocht
waren om er huizen op te bouwen. Meer konden ze niet bouwen. Ja, en
woningnood schroeft natuurlijk de huurprijs wat op. Best mogelijk dat
het in andere dorpen goedkoper wonen was, maar de huren waren nog niet
hoog. Tja, het is maar wat je hoog vindt. Toen vroeg ik, of er rondom
het dorp geen grond aangekocht kon worden. Nee, er was contact geweest
met de eigenaren, dat was onvervreemdbare grond. Ik wilde het er bij
laten zitten, om dat bij u na te komen vragen. Hoe het zat met die
grond, of er een vergissing gemaakt was. Maar Tamara vroeg of hij
bewijzen had van het contact met de eigenaren. Hij werd een beetje
boos. We kregen geen inzage in de boeken. Toen zei Tamara, de
dorpelingen zijn te makkelijk geweest. Ik zou een vereniging van
huurders op kunnen richten, ik krijg beslist iedereen als lid. Dan
zouden we makkelijk een procedure kunnen betalen om de firma te
beschuldigen van opzettelijk wanbeheer om de huren maar te kunnen
verhogen. Hij keek even angstig, werd toen boos en zette ons de deur
uit. Buiten zei Tamara, die huisjes ken ik, kleiner kon er niet gebouwd
worden, maar de huur is er niet naar, veel te hoog voor die grootte.
Wij geloven niet meer in een vergissing, meneer. Het lijkt me
duidelijk. Het enige wat ze willen is zoveel mogelijk huur vangen. Op
een zo goedkoop mogelijke manier. Renoveren doen ze ook nooit, amper
onderhoud. Als ze nu grond aan konden kopen zouden ze niet meer zo
klein mogen bouwen. En voor de huur van nieuwbouwwoningen geldt sinds
een hele tijd een maximum, afhankelijk van de grootte, om ze niet
gelijk onbetaalbaar te maken. Zover ben ik gekomen, meneer. Hier heeft
u al mijn notities. Ik hoop dat u in ieder geval uitzoekt hoe het zit
met die contacten.’
‘Natuurlijk. Dank je wel, Thomas. Ik ben ook verrast door je goede speurwerk. Ik zal me erin verdiepen. Nog iets?’
‘Ja, meneer. Zonet
stond er een grote container voor het portiershuis. Ze waren aan het
ruimen en we mochten even binnen kijken. Wat ons betreft hoeft er niets
veranderd worden. Een prachtig huis. Mocht u vinden dat er toch
veranderd moet worden dan horen we dat graag. Maar we gaan af op de
smaak van mevrouw, slechter zal het dan niet worden.’
‘Dank je, Thomas. We
hebben er al gekeken. Een prima huis, ook om er kinderen in groot te
brengen. Ze kunnen lopend naar de school in het dorp.’
‘Zover had ik niet vooruitgedacht, mevrouw.’
‘Jullie waren bezig met dat onderzoek, wij hebben ook niet stil gezeten. Mark?’
‘Wij denken ook op de
lange termijn. Wat er nog aan meubilair in stond was niet antiek, wel
slecht, daarom gaat alles eruit. Daarna begint de renovatie, daar zal
ik niet over uitweiden. Het huis is ook bekeken door een bouwkundige.
Het kan nog zeker honderd jaar mee. Er moeten aan de buitenkant wat
reparaties verricht worden, daarna komen er kunststof ramen met dubbel
glas in. Ik laat er zoveel mogelijk mensen tegelijk in werken, maar
veel korter dan twee maanden zal alles niet duren.’
‘Wordt het niet erg duur?’
Mark grinnikte.
‘Ach, Thomas, ik ga het toch verhuren.’
Thomas en Tamara keken ongerust.
‘Ja, meneer. Als ik zo brutaal mag zijn, wordt de huur niet erg hoog?’
‘Niet zo bezorgd
kijken, jongelui. Luister. Ik kan dat huis niet voor een schijntje
verhuren, ik ben niet helemaal vrij om te doen en te laten wat ik wil.
Op papier moet alles verantwoord zijn. Maar ik heb het makkelijk, omdat
ik er, dankzij jullie, wat aan doe, in plaats van het leeg te laten
staan. Ik sla de kosten om over honderd jaar. Dan zet ik netjes bij de
berekeningen, dat is eerder dan het huis in zal storten. Dan ben ik
gedekt. Dan zal het best meevallen. Ik garandeer dat het minder is dan
in het dorp. Of daar wat aan te doen valt moet ik nog bekijken.’
‘Dank u wel, meneer.’
‘Goed. Jij had nog iets, hè, Simone?’
‘Jazeker. Tamara, wat is jullie planning?’
‘We zijn er nog niet
uit. We willen er graag direct na ons trouwen, zo gauw mogelijk, in,
maar dan hebben we nog niets in kunnen richten. In het dorp is weinig
te koop, maar, zoals iedereen doet, we hebben meerdere catalogi
aangevraagd om daaruit te kunnen bestellen.’
‘Je huwelijksnacht op een kampeerbedje? Kom, zeg. Mag ik jullie advies geven?’
‘Graag, mevrouw.’
‘Allereerst, het hele huis moet ingericht worden. Kunnen jullie dat betalen?’
‘Ja, mevrouw. Thomas en ik hebben heel lang kunnen sparen.’
‘Ja, dat is zo. Thomas,
waarom ben je niet in de personeelsvertrekken komen wonen? Voor
vrijgezellen wordt dat geacht in hun loon te zitten, heb ik gehoord. Je
hebt vast thuis kostgeld betaald.’
‘Ja, mevrouw. Tamara en
ik hebben daarover gepraat toen ik hier kwam werken. Maar dat kostgeld
was het ons wel waard om iedere dag langer dicht bij elkaar te zijn. We
hebben er nog steeds geen spijt van.’
‘Ach, schatjes. Mark, is er ergens een verwarmde opslagplaats?’
‘Genoeg kamers over.’
‘Mooi. Waarom beginnen
jullie alvast niet met de aanschaf van jullie spullen en slaan ze op,
in die kamers? Thomas senior weet wel welke het zijn. In twee maanden
tijd kan je praktisch alles voorbereiden. Als het huis klaar is laten
we iedereen helpen en staat alles vast binnen een dag in het huis en
kunnen jullie er gelijk gaan wonen.’
Tamara kreeg weer tranen in haar ogen.
‘Dank u wel. Waarom helpt u ons zo?’
‘Lieve meid, om
meerdere redenen. Afgezien van dat het ons niets kost. Want met geld
maak je geen geluk, dat weten jullie best. Ik zie zo graag mensen
gelukkig, en als het even kan, help ik ze een beetje.’
‘Een beetje? Binnen een dag alles klaar?’
‘Nou, misschien twee.
Je kan toch alles voorbereiden? Ik noem maar wat, de kleedster helpt je
met de gordijnen ophangen, die kunnen kant en klaar zijn. En ga zo maar
door. Al het personeel zal jullie heel graag helpen, met de
voorbereidingen en met het inrichten. Daar hoeven we geeneens opdracht
voor te geven. Alleen te zeggen dat het andere werk wel even mag
blijven liggen. Nou, niet huilen. Denk je dat je alles goed kan
organiseren?’
‘Ja, samen met Thomas zeker, mevrouw.’
‘Mooi. Wat voor ruimte heb je daarvoor?’
‘Ruimte?’
‘Ik hoor het al. Jullie hebben ieder alleen een kamertje, thuis?’
‘Ja, mevrouw.’
‘Een krappe bedoening. Waar je ook je inspecties uitvoert?’
Tamara bloosde.
‘Ik zei al, daar is het
nog niet van gekomen. We hebben veel gepraat, over hoe we alles moesten
plannen. En Thomas had schrijfwerk, voor het onderzoek.’
‘Goed. Mark?’
‘Ja. Jongelui, normaal
bemoeien we ons niet met de huisvesting van ons personeel. Maar jullie
zijn een uitzondering. We zijn geschokt, omdat jullie zo lang op elkaar
hebben moeten, en willen, wachten. Iedereen zal met ons eens zijn dat
jullie hulp verdiend hebben, en iedereen zal graag meewerken. Ook als
dank voor jullie onderzoek wil ik jullie, tot jullie trouwen, een
kantoor ter beschikking stellen. Met computer en telefoon. Dan hebben
jullie de ruimte om alles te plannen, ook om catalogi te bekijken, je
moet er meerdere tegelijk open kunnen laten liggen.’
‘Dat zou heel mooi zijn, meneer. Dank u wel.’
‘Dat is nog niet alles,
Thomas. Het is méér dan een kantoor. Jullie zouden er,
tot jullie bruiloft, kunnen wonen. Zie je mijn vrouw grinniken? Ja, er
is ook een ruimte voor inspecties. Oftewel, een slaapkamer. Jullie
kunnen een suite zoals deze, aan de andere kant van de trap,
gebruiken.’
Tamara begon weer te huilen.
‘Thomas, neem haar mee.
Na de trap is er rechts een badkamer. Daarna de suite. Die bedoelen we.
Bekijk alles en kom terug.’
Thomas knikte, hij kon niets zeggen. De twee verdwenen.
‘Tja, het zal je maar
overkomen, zo veel veranderingen in zo’n korte tijd. Mooi, nu kan
ik even wat anders doen.’
Mark belde zijn vader en
vroeg hem naar het kantoor te komen. Zodra hij er was begon Mark hem op
de hoogte te brengen van het onderzoek van Thomas. Toen Thomas en
Tamara binnenkwamen werden ze voorgesteld.
‘Vader, dit zijn
Thomas, die kent u wel, en zijn aanstaande echtgenote, Tamara. Ook
slachtoffers van de woningnood. Ik laat het portiershuis renoveren, dat
heeft Thomas voorgesteld, als mede nieuwe schoonveegbezem. Hij vroeg
ook gelijk of hij het dan kon huren.’
‘Een slimme jongen, zo
te horen. Niets ten nadele van je vader, Thomas, hij deed zijn werk
uitstekend, maar hij had liever geen veranderingen. Nadat ik samen met
hem één keer geveegd had is er verder niets meer
veranderd. Voor het portiershuis had ik geen doel, ik heb het laten
onderzoeken, dat bleef nog wel honderd jaar staan. Ik wist ook niets
van woningnood in de buurt. Er is mij ook nooit gevraagd, niet
mondeling, niet schriftelijk, om grond voor woningbouw.’
‘Juist. Wat kunnen we er aan doen, vader?’
‘We?’
‘Eh ik heb graag uw advies.’
‘Onder ons.’
‘Juist. Thomas, Tamara,
jullie horen daar later waarschijnlijk meer van. Jullie hebben zelf
genoeg te doen. Is de suite naar genoegen?’
‘Onze hartelijke dank,
meneer, mevrouw. Ja, we zullen daar alles fijn voor kunnen bereiden. We
zullen er veel zijn, maar er niet overnachten.’
Mark en Simone grinnikten.
‘Begrijpelijk. Wegwezen. Als er iets is bel je maar.’
Thomas en Tamara bedankten nogmaals en vertrokken.
‘Mark, ik wil met mijn
advies een beetje goedmaken dat ik in mijn tijd weinig veranderd heb.
Ik heb te weinig gekeken of er iets moest gebeuren, en van die
woningnood wist ik ook niets. Misschien omdat ik me te afgesloten
opgesteld heb tegenover het personeel, anders had ik misschien wel wat
gehoord. Huur een groot, bekend advocatenkantoor in Londen in. Stel ze
volledig op de hoogte van je onderzoek en laat ze alles nalopen. Wie
weet vinden ze nog meer. Dan moeten ze een dreigbrief schrijven aan dat
woningbedrijf op Jersey. Dat ze voornemens zijn, in naam van het volk,
een juridische procedure te beginnen. Ze vinden vast wel een goede
manier. Als aanklacht wanbeheer of zoiets. Over dat, namens het volk,
heb ik over gelezen, dat is een oude Engelse procedure. Daarbij hoef je
niet direct bij een zaak betrokken te zijn om een klacht in te kunnen
dienen. Zelfs tegen een bedrijf op Jersey kan dat. Die advocaten moeten
ze vertellen dat ze alleen aan een procedure kunnen ontkomen als ze al
hun eigendommen in het dorp voor een redelijke prijs verkopen aan een
klant van hun, die alles in fatsoenlijke staat wil brengen.’
‘Zo. Zou dat lukken? En wie had u als klant in gedachten?’
‘Achter zo’n
bedrijf zitten meestal mensen die graag geld verdienen, maar liever
niet bekend zien worden op wat voor een onfrisse manier. Als ze er
financieel niet te slecht afkomen pakken ze het geld aan en beginnen
wat anders. Maar dat is dan ons probleem niet. Die klant ben jij,
natuurlijk.’
‘Wat? Het hele dorp opkopen?’
‘Waarom niet? Alles eromheen hebben we al. Er kan nog wel een beheerder bij.’
Simone stond op en omhelsde en kuste vader.
‘Dank u wel, paps.’
‘Niet nodig, meisje.
Dan kan er weer eens wat gedaan worden met onze grote reserves. Er kan
in korte tijd ontzettend veel geïnvesteerd worden. Eerst
bijbouwen, de woningnood opheffen, daarna kijken wat er met de huidige
woningen moet gebeuren.’
‘Dat gaat toch nogal oplopen.’
‘Wat heb je tot nu toe uitgegeven?’
‘Amper iets. En de
plannen gaan nog niet verder dan een verbouwing in het huis, de nodige
veranderingen in het interieur en de renovatie van het
portiershuis.’
‘Poe. Een paar ton. Dat
hele dorp opkopen kost vast niet meer dan tien procent van de reserves.
Nieuwbouw en opknappen ieder ook zoiets, heel grofweg. Nou, dertig
procent investeren is geen probleem. Tot vijftig procent heb je van
niemand van de familie toestemming nodig, al je er maar niet op
verliest. Veel plezier ermee. Houd me op de hoogte, ik vond het erg
fijn een bijdrage te kunnen leveren.’
Vader vertrok.
‘Mark, zou dat kunnen?’
‘Ik had in mijn hoofd,
dat ik bij grote uitgaven toestemming nodig had. Ik dacht aan een paar
miljoen. Tot nu toe kwam dat niet in de buurt. Als vader zegt, voor
investeringen pas bij vijftig procent van de reserves, geloof ik hem.
Al zal ik het nakijken. Simone, het zou kunnen, en ik ga het
proberen.’
Ze stond even op om hem te kussen.
‘Ik ga er even op vooruit lopen. Als de jongelui nog in de suite zijn heb ik nog wat voor ze.’
Hij belde, even later kwamen ze binnen.
‘Ga zitten. Tamara,
eerst even een grapje. Je zei laatst zo mooi, ik wil alleen thuis onder
Thomas dienen. Als je een paar eeuwen eerder geboren was had de
edelman, waartoe je automatisch min of meer behoorde, omdat je in zijn
buurt woonde, het recht om je in de huwelijksnacht eerst onder hem te
laten dienen. Daar heb ik over gelezen.’
‘Ja. Wat er vast niet
bij stond, de bruidegom zorgde ervoor dat hij hem vóór
was, al was het maar één nacht. Bij die zogenaamde
edelman simuleerde de bruid dan het één en ander.’
Ze schoten allemaal in de lach.
‘En terecht. Tamara, ik
ben chirurg geweest, maar dat was niet mijn roeping. Ik voel me hier
beter op mijn plek. Mijn vrouw was verpleegkundige, maar, ook achteraf,
dat was voor haar een te klein gebied. Door haar mensenkennis kan ze
veel meer mensen helpen, dat kan ze hier ook. Ze kijkt zelf rond en ze
helpt mij. Thomas zit, denk ik, ook op de juiste plek voor hem. Hoe is
het met jou?’
‘O. . . . Ik ben bakker
geworden omdat mijn vader dat was. Het is leuk werk, maar het meeste
plezier beleef ik aan het contact met de klanten. Om ze te helpen bij
hun keuze en gelijk een praatje te maken. Als er even geen werk is en
niemand in de winkel ga ik een praatje maken in de lunchroom, als daar
iemand is. En wat we nu aan het plannen zijn is ook mooi werk, niet
alleen omdat het voor onszelf is.’
‘Ik heb veel van mijn
vrouw opgestoken, vooral sinds we hier samenwerken, daardoor vermoedde
ik zoiets al. Die bedreiging, om een vereniging van huurders op te
richten, en vast alle dorpsbewoners als lid te krijgen, hoe serieus was
die?’
‘Het kwam toen zo bij
me op. Ik heb er over nagedacht. Mijn vader gaat een keer met pensioen,
dan ga ik daar niet meer werken. Misschien al eerder niet, hij kan
iemand anders zoeken. Ik wil afwachten wat u zou kunnen doen en dan
kijken of ik wat voor het dorp kan doen, vanuit ons mooie huis.’
‘Heel mooi. Dat kan je.
Ik zal je zo vertellen wat. Ik wil iets duidelijk stellen. Ik heb
Thomas verzocht om dat onderzoek te doen. Omdat hij voor me werkt was
dat natuurlijk min of meer een opdracht. Daarom mocht hij het ook onder
werktijd doen. Jij wilt, begrijpelijk, niet voor me werken. Ik kan je
dus geen opdracht geven, maar ik heb een verzoek voor je. Je hebt
Thomas geholpen bij zijn onderzoek, je weet wat er aan de hand is. Zou
je, na overleg met Thomas, die vereniging op willen richten? En
voorlopig in het bestuur gaan zitten? Je kan thuis van
één van de slaapkamers een kantoor maken, tot dan de
suite gebruiken.’
‘O. . . . Thomas?’
‘Ik zou het heel fijn
vinden als je het nog beter naar je zin zou krijgen. Iets voor het dorp
doen is ook mooi, we kennen de meeste.’
‘Dank je wel.’
‘Momentje. Waar is dat schuchtere meisje, wat braaf wacht tot ze gevraagd wordt, gebleven?’
Ze grinnikten allemaal.
‘Ik wist ook niet dat ik dat in me had.’
‘Excuseer, mevrouw,
meneer. Schat, ik vind je geweldig. Het moet wel even wennen, bij
toeval ben ik gered uit een voorechtelijk bed, wordt binnenkort
geïnspecteerd en krijg niet alleen een huisvrouw maar ook een
zakenvrouw.’
‘Allereerst huisvrouw.
In mijn vrije tijd wil ik graag wat doen, in plaats van romans lezen.
Meneer, ik zal het graag doen. Niet alleen voor het dorp, ook om iets
voor u te doen, al werk ik niet voor u. U begrijpt me wel.’
‘Ja, fijn, Tamara.’
‘Maar waarom wilt u me voorlópig in het bestuur?’
‘Je kent veel mensen in
het dorp, ook door de zaak van je vader, je bent zeer geschikt om die
vereniging te beginnen, om veel leden te krijgen. Als je dat goed doet,
en ik verwacht niet anders, heb ik misschien een nog mooier baantje
voor je. Niet onder Thomas, wel betaald, geen vrijwilligerswerk, zoals
bij een vereniging van huurders.’
‘O. . . . Ik wacht wel af, meneer.’
‘Prima. Over ons bezoek aan de bakkerij, wanneer schikt het?’
‘Vanmiddag? Ik zou mijn vader wat gaan helpen, al is het niet druk.’
‘Thomas, om drie uur
een auto. En vraag de computerwinkel zo snel mogelijk een zelfde soort
computer te leveren en aan te sluiten als ze eerder gedaan hebben, voor
in jullie suite. Die is voor de vereniging zeker nodig.’
‘Ja, meneer. Dank u wel.’
‘Ja, goed. Gaan jullie maar verder met waar jullie mee bezig waren.’
Na hun vertrek rekte Mark zich uit.
‘Zo, wat vond je er van?’
‘Je zet er vaart achter.’
‘Het zou prettig zijn, als we het dorp krijgen, om te kunnen overleggen met de bewoners.’
‘Ja. En dat baantje voor Tamara?’
‘Vader adviseerde een
aparte beheerder. De beheerder voor de landerijen kan het aan, als er
pachters bij hem op kantoor komen, dat zijn er maar twintig. Maar ik
wil niet het hele dorp op het terrein. Tamara kan het aanspreekpunt
worden, voor de vereniging of individuele bewoners. Ze kan iedereen
vriendelijk, niet bureaucratisch, te woord staan. En het is niet de
bedoeling dat ze in een kantoortje zit te wachten, nee, erop uit, zelf
ook rondkijken en zich ter plaatse aan laten spreken. Om moeilijkheden
te voorkomen, ze zou rechtstreeks onder mij vallen.’
‘Dienen.’
Ze grinnikten.
‘Ja, dat is leuk, zo had ik dat niet bedacht.’
‘Houd je graag een vinger in de pap?’
‘Ik hoor graag op tijd van moeilijkheden. Beheerders houden die vaak te lang voor zich.’
‘Je begint alles aardig onder controle te krijgen.’
‘Dank je. Ja, het is
leuk werk. Zou mijn hulp, die zo goed is met zoeken op Internet, een
afspraak voor morgen willen maken bij een groot advocatenkantoor in
Londen?’
‘Ik vlieg al, meneer.’
‘Je dient fijn, onder me.’
‘Deze keer gaat het dorp voor.’
‘s Middags kregen ze
van Tamara een rondleiding door de zaak van haar vader. Aan het eind
zochten ze gebak uit en kregen het in de lunchroom opgediend. Tamara
kwam bij ze zitten.
‘Ik ben vanmiddag
gelijk begonnen voor de vereniging. Iedere klant, tot nu toe, is lid
geworden. Terwijl ik vergeten heb om een contributie uit te rekenen.
Dat gaf niet, dat kwam nog wel.’
Mark grinnikte.
‘Goed zo. Wat je niet weet merk je vanzelf. Je hoeft niet veel te vragen, je hebt amper kosten.’
‘Meer dan men denkt.
Computer, papier, huisvesting inclusief verwarming en misschien nog
meer. Ga ik allemaal uitrekenen. Ik heb het heerlijk druk.’
‘Had je dat eerder niet?’
‘Nee, de zaak is niet zo druk, zo groot is het dorp niet.’
‘Binnenkort weet je precies hoe groot het is.’
‘Ja, ik ga een lijst maken van alle huizen. Om niemand over te slaan.’
‘En in de computer zetten.’
‘Natuurlijk, alles
daarop bijhouden. Ik heb vanmiddag met mijn ouders gepraat. Ze op de
hoogte gebracht. Ze zijn zo blij voor Thomas en mij. Ze wisten daarnet
niet wat ze tegen u zeggen moesten. Er heeft nog nooit een Rolls voor
de deur gestaan, van het huis, met zulk hoog bezoek. Mijn vader kreeg
telefonisch de bestellingen en leverde ze zelf af bij uw keuken. Of ik.
Hij gaat nadenken over zijn pensioen, nu het definitief is dat ik hem
niet opvolg. Hij vindt dat niet zo erg, eigenlijk had er hij toch nooit
op gerekend. Maar hij had afgewacht, dan had ik in ieder geval
ondertussen een baan. Lief, hè?’
‘Ja, Tamara, heel lief. Hoe gaat het met je moeder?’
‘Heel goed, mevrouw. Ze
zal blij zijn, als ze niet meer zo vroeg op hoeven staan. Ja, dat is
het enige vervelende. Als Thomas en ik op een mooie zondag in het bos
lagen te scharrelen, viel ik wel eens in slaap. Nu is Thomas aan de
beurt, soms, ‘s avonds. Hij heeft het ontzettend naar zijn zin,
maar er gebeuren nog steeds voor hem onverwachte dingen, dan is het
soms even heel druk.’
‘Ja, ik heb hem een
keer in de hal zien staan, aan de telefoon, met het zweet op zijn
voorhoofd. Maar hij bleef rustig praten.’
‘Ja, meneer, zo is hij
wel. Hij heeft veel zelfbeheersing. Zelfs als ik naast hem in het gras
lag te slapen. Momentje.’
Ze liep naar de winkel om een
klant te helpen. Die keek een paar keer de lunchroom in en praatte even
met Tamara. Die kwam, nadat de klant verdwenen was, weer bij Mark en
Simone zitten.
‘Dat was de voorzitter
van de gezelligheidsvereniging. Die vereniging is eigenaar van het
dorpshuis. Ze verhuren het ook voor feesten aan de andere clubs, als
die ruimtetekort hebben en voor bruiloften en partijen, zoals dat heet.
Als er verder niets te doen is is het open voor de leden om wat te
drinken, praten en dansen. Er is dan veel jeugd, zeker als het buiten
nat is. De voorzitter kon u uit eigen beweging niet officieel
uitnodigen, maar hij vond, dat als u een bakker bezocht, u ook in het
dorpshuis moest komen kijken. Vanavond is het normaal open. Bij de bar,
als u binnenkomt, één gratis consumptie.’
‘Wat leuk. Zijn er méér bars?’
‘Ja, nog
één in de grote zaal. Maar iedereen neemt, als hij
binnenkomt, wat mee van het barretje in de hal, omdat die in de zaal
het soms erg druk heeft. Er wordt nog wel eens een rondje voor iedereen
gegeven, als er iemand jarig is, of zo.’
‘Tamara, het klinkt heel gezellig, maar Engelse bierdrinkers zijn berucht.’
‘Ja, meneer. Maar hier
kent iedereen iedereen. Als er toch iemand vervelend wordt wordt hij
achterin via de branddeur onder een afdak gegooid. De barman kan
daarna, door een raam, controleren of alles goed gaat. Ze moeten niet
dood vriezen. Onderkoeld raken, bedoel ik, het vriest hier
zelden.’
‘Vanavond, Simone?’
‘Prima. Als ze ook wat anders dan bier hebben.’
‘Ja, van alles. Zelfs bourbon.’
‘Je bent goed op de hoogte.’
‘Ik sta bij toerbeurt achter de bar, mevrouw.’
‘Wij komen steeds meer onder de indruk van je capaciteiten en je inzet.’
‘Dank u wel, mevrouw.
In het verenigingsleven wordt alles door de leden gedaan, geen
personeel ingehuurd. Mijn vader zegt dat, sinds er TV gekomen is, het
wat afgezakt is, maar vroeger was er verder niets te beleven behalve
bij de verenigingen. En als je nergens aan meedeed werd je scheef
aangekeken. Veel of vaak hoefde niet, één keer in de week
een uurtje dammen was genoeg.’
‘Hoe werd er tegen het huis aangekeken?’
‘Als je daar kon werken
had je een fijne arbeidsplaats. Behalve voor het personeel in huis, wat
in contact kwam met familie, zoals de butler, de kamermeisjes en het
bedienend personeel in de eetkamer, was de familie een lichtjaar
weg.’
‘Was?’
‘Ja, mevrouw. U heeft al heel veel met personeel gesproken.’
‘Waardoor ik kon zorgen dat er wat verbeterd kon worden.’
‘Ja, maar niet alleen
voor de familie, ook voor het personeel. En omdat dat in het dorp woont
raakt het gauw bekend. U moet dat niet zien als geroddel. Er wordt geen
kwaad gesproken.’
‘Ach, hoge bomen vangen veel wind.’
‘Ja, mevrouw. Behalve
als ze in een kas staan. Zegt u het alstublieft als ik te brutaal word.
Maar Thomas zei dat u kinderen gewend bent. En ze vrij opgevoed
heeft.’
‘Tamara, Thomas zei al,
we hebben vier kinderen opgevoed. We hebben een tweeling, een jongen en
een meisje. Toen onze zoon veertien was kreeg hij een vriendinnetje,
onze dochter op haar vijftiende een vriendje. Die waren zo vaak bij ons
dat het ook onze kinderen werden. Ze zijn op hun twintigste tegelijk
getrouwd en wonen nog steeds met z’n vieren in het huis waar ze
opgegroeid zijn. We zijn hierheen gekomen toen ze hun eigen kinderen
kregen, ieder stel één. Ze moeten daarmee hun eigen leven
leiden. We missen ze niet zo erg, want we chatten bijna iedere dag. We
gaan in huis een zwembad bouwen, zo gauw dat klaar is komen ze allemaal
op bezoek. Mijn man en ik hebben een hele fijne tijd met ze gehad. Maar
stel je eens voor. Na een hele goede kennismaking van vier, vijf jaar,
kunnen trouwen en een huis hebben. Daarom was ik zo eh kapot van jullie
geschiedenis. Zie ik jullie als eigen kinderen. Die ik helpen
wil.’
Simone snoot haar neus. Tamara ook.
‘Dank u wel, voor alles.’
‘De betrekkingen moeten
helaas wat afstandelijk blijven, want Thomas werkt voor ons. We kunnen
jullie niet voor gaan trekken op het overige personeel. Dat jullie dat
huis hebben is eerlijk verdiend, dat kan je iedereen zeggen. Hadden die
maar met het idee van de renovatie moeten komen. Tamara, ik zou je
graag vaak zien.’
‘Mevrouw, het idee was
wel van Thomas, maar u had het niet aan ons hoeven verhuren. Ook ons
het tijdelijke gebruik van de suite niet hoeven geven, waardoor we zo
snel fijn kunnen wonen. Maar zelfs als dat allemaal niet gebeurd was,
als we op een andere manier kennis gemaakt hadden, had ik u ook graag
regelmatig opgezocht.’
‘Dank je wel. Wat is de kleding in het dorpshuis?’
‘Als er niets
bijzonders is, zoals vanavond, gewone vrijetijdskleding. Het staat
meestal blauw, niet van de rook, maar van de spijkerbloezen, -broeken
en -rokken.’
‘Mooi. Ga je mee, Mark?’
‘Ja. Dank je wel, Tamara. Voor alles.’
‘Ja, meneer.’
‘s Avonds gingen ze
voorzichtig het dorpshuis binnen. Ze kwamen in een hal. Op de barman
achter het barretje na was er niemand te zien. Ze liepen naar hem toe
en gingen op een barkruk zitten.
‘Goedenavond, mevrouw, meneer. Ik ben Ian. Wat mag ik voor u inschenken?’
‘Een pils voor mij. Simone?’
‘Heb je witte wijn, Ian?’
‘Ja, mevrouw. Andere meisjes drinken die ook.’
‘Vleier.’
‘Bij die andere meisjes
wel. Soms bereik ik er wat mee. In uw geval, mevrouw, de berichten over
uw schoonheid zijn schromelijk onderdreven. Vrij naar Mark Twain.’
‘Ik herken het. Dank je. Mooi gevonden. Ben je belezen, Ian?’
‘Ik doe mijn best. Ik studeer voor leraar, ik ben bijna klaar.’
‘Prima. Is het druk?’
‘Redelijk, mevrouw. Er
wordt nog veel gepraat, daarom is de muziek hier amper te horen. Als er
hoofdzakelijk gedanst wordt gaat die wat harder. Wat er dan in oren
gefluisterd wordt is niet voor anderen bedoeld.’
‘Daarop zullen we niet wachten. We komen alleen even kijken hoe het dorpshuis eruit ziet.’
‘Ik fungeer nu ook als
portier. Ik weet wie er achter is met zijn contributie, die komt er
niet in, tenzij hij gelijk alles betaalt. Maar ik wist van uw komst. U
kunt vanavond zo lang blijven als u wilt. Verdere consumpties zijn voor
eigen rekening. Zo doen we bij iedereen die voor het eerst komt.’
‘Zo hoort dat ook, niemand voortrekken. Dank je wel. We gaan even kijken.’
Ze gingen door
één van de dubbele deuren achterin de hal en keken de
zaal rond. De wanden waren een beetje versierd. Overal stonden jongelui
te praten, een paar stelletjes dansten. De herrie viel ze mee,
geroezemoes en zachte muziek. Langzaamaan werd het geroezemoes minder
en werd er meer hun kant opgekeken. Plotseling stopte de muziek.
‘Voor meneer. For he's a jolly good fellow,’
Er werd steeds meer meegezongen met de onzichtbare die begonnen was.
‘For he's a jolly good fellow, for he's a jolly good fellow.
Which nobody can deny, which nobody can deny, which nobody can deny.
For he's a jolly good fellow, for he's a jolly good fellow, for he's a jolly good fellow.
Which nobody can deny.’
‘Voor mevrouw. For she's a jolly good lassie,’ [meisje]
Na gelach viel iedereen weer in.
‘For she's a jolly good lassie, for she's a jolly good lassie.
Which nobody can deny, which nobody can deny, which nobody can deny.’
‘En voor Tommy en zijn snoepie. For he has a jolly good lassie,’
Weer viel iedereen na gelach in.
‘For he has a jolly good lassie, for he has a jolly good lassie.
Which nobody can deny, which nobody can deny, which nobody can deny.’
Ze eindigden met een groot
applaus. De muziek ging weer zachtjes aan en het geroezemoes begon
weer. Simone zwaaide naar de barman. Toen ze zag dat hij naar haar
bleef kijken wees ze op de bel, die midden boven de bar hing en draaide
haar wijsvinger in de rondte. De barman stak zijn duim op en luidde de
bel. Het geroezemoes viel weer weg.
‘Een rondje van Het Grote Huis voor iedereen.’
Er werd geapplaudisseerd,
gejuicht en de jeugd bestormde de bar. Mark en Simone gingen weer terug
naar de hal, waar de barman stond te grinniken.
‘Wist je dat van tevoren, Ian?’
‘Nee, meneer.’
Een deur van de zaal vloog open en Tamara kwam de hal binnenstormen. Ze had een hoofd als een boei.
‘Sorry, mevrouw, meneer. Wat een toestand.’
‘Kan je het verklaren?’
‘Ja. Ik weet wie er
begon, eentje van uw personeel, maar dat doet er niet toe, de rest ging
akkoord. Ze wilden u laten merken dat u gewaardeerd wordt. En niet
weinig, niet alleen uw bezoek nu, anders waren ze na een half couplet
gestopt.’
‘Dank je wel. En voor Tommy en jou?’
‘De bedoeling was goed,
ze zijn blij voor ons. Alleen was het iets te veel op mij gericht. Maar
hij wist zo gauw waarschijnlijk niets anders. Ik spreek hem nog wel.
Bedankt voor uw rondje. Voorlopig kunt u niet meer stuk.’
‘We vonden het leuk om te zien dat het er hier zo gezellig aan toe gaat. Is je Tommy er niet?’
‘Jawel, meneer, Thomas is er ook. Maar die moest proosten. Ik ben even ontsnapt.’
‘We gaan er weer vandoor. Wil je Thomas vragen ons rondje af te rekenen? Dat kan toch wel?’
‘Ja, dat is prima. Dank u wel. Tot ziens.’
Tamara verdween de zaal weer in en Mark en Simone gingen naar huis. Daar praatten ze na, in bed.
‘Een bijzonder mooie dag, Mark.’
‘Ja. We kwamen in een stroomversnelling. Je hebt vooral van Tamara genoten, hè?’
‘Ja, ik heb de omgang
met onze meiden gemist. Ze is totaal anders, maar ook zo lief. En open,
tot schrik van Thomas.’
‘Zal hij bij zijn inspectie schrikken?’
‘Vast wel. Je bent weer snel bij je favoriete onderwerp.’
‘Ik was er al, het ligt naast me.’
‘Zin in een inspectie?’
‘In een diepteonderzoek.’
‘Duik maar.’
Hij dook zo diep mogelijk.
De volgende avond deed Mark verslag van zijn bezoek aan Londen.
‘Ik kwam in een zeer
lux gebouw. Ik meldde me bij de receptie. Binnen een paar tellen werd
ik door een jongeman opgehaald en naar een vergaderruimte gebracht.
Daar zaten drie heren van tegen de zestig in zeer dure kostuums, dat
kon zelfs ik zien. Ze stonden even op en knikten. De jongeman schoof
een stoel voor me aan. De middelste heer begon met een excuus. Mogelijk
was er iemand iets te kortaf tegen mijn secretaresse geweest. Volgens
hun regels hadden ze na de afspraak mijn kredietwaardigheid
gecontroleerd en waardig bevonden. Ik heb, expres, gegrinnikt. Anders
hadden ze waarschijnlijk de afspraak afgezegd of me laten behandelen
door een stagiaire.’
‘Maar nu weten ze dus over het familievermogen.’
‘Alleen wat ik de bank
verteld heb om te zeggen. Onder navraag is niet uit te komen, dat mag
iedere zaak doen, als ze twijfelen aan een kredietwaardigheid. De bank
moet dan naar hun balans- of beurswaarde vragen. Die moeten ze dan ook
geven, zakendoen is wederzijds. Dan zegt de bank, de door u gevraagde
kredietwaardigheid is vele malen groter dan uw balans- of beurswaarde.
Au, dat zal ze zeer gedaan hebben. Ze kunnen mij geen gunsten verlenen,
ze moeten voor me werken.’
‘Dat was dus een variant op, ik heb wat achter de hand.’
‘Ja. Ze weten geen
bedragen, wel dat ik ze op zou kunnen kopen. Dat expres grinniken is
niet Engels, maar geeft aan dat ik ze door heb.’
‘Wat ben je handig geworden.’
‘Ik steek overal wat
op, vermaak me ermee en pas het ergens anders weer toe. Goed. Ze waren
vanmorgen vroeg al met een onderzoek begonnen, omdat mijn secretaresse
de naam van het bedrijf in Jersey genoemd had. Heb je gezegd dat je
mijn secretaresse was?’
‘Natuurlijk niet. Ik heb mijn naam niet genoemd, gezegd dat ik namens jou sprak.’
‘Prima. Die drie heren
zaten natuurlijk te liegen, die waren vast zelf niet vanmorgen vroeg al
met een onderzoek begonnen, dat doet het personeel. Ze waren
waarschijnlijk nét voor mij binnengekomen. Maar ze waren al
achter de namen van drie zakenlui die achter het bedrijf in Jersey
zitten. Vader had gelijk, onfrisse zakenlieden. Ze hadden
méér van dat soort bedrijfjes behandeld, verwachtten
binnen zeer korte tijd resultaat. Ik zou op de hoogte gehouden worden.
Ze stonden op, maar ik blijf zitten en wees naar hun stoelen.’
‘Wat een lef.’
‘Nee, ik wist zeker dat
ze vriendelijk zouden blijven. Als ze dat soort zaken vaker deden was
het voor hun een makkie en gauw verdiend. Hun hoge rekening is het me
wel waard, Simone, om op te kunnen schieten. Ik vroeg verdere uitleg
over de gang van zaken. Juist, meneer. Als ze wisten dat ze
méér dan de helft van de namen hadden, en die allemaal
onfris waren, wat ze verwachtten, zouden ze de firma bellen. Dat was
vaak voldoende voor een snel resultaat. Ik vroeg, geen dreigbrief? Ze
waren verontwaardigd. Dreigen doet men niet, men doet voorstellen. Ja,
ja.’
‘Dus misschien nog sneller dan je vader dacht.’
‘Ja. Ik hoop het.
Simone, die nette jongelui van gisterenavond, de toekomst van het dorp,
verdienen het om netjes behandeld te worden. Niet afgezet.’
‘Je bent een hele lieve zakenman.’
‘Met veel plezier in zijn werk. En veel lieve hulp.’
‘Nu je het daarover hebt, Thomas en Tamara zijn geweest. Of we ze nog een keer kunnen helpen.’
‘Moeilijkheden?’
‘Ze zijn naar het
stadhuis geweest, in de stad, om in ondertrouw te gaan. Ze maken daar
geen apart feestje van, het is alleen maar papierwerk. Maar er werd ze
verteld dat ze alleen maar op het stadhuis konden trouwen.’
‘Wat willen ze dan?’
‘Zo roerend, Mark. Ze
willen in het dorpshuis trouwen. Vijf minuten voor aanvang moet wat
jeugd de straat aan beide zijden afzetten, om het verkeer tegen te
houden. Veel is dat toch niet. Dan willen ze allebei uit hun ouderlijk
huis komen en naar elkaar toelopen, schuin over de straat. Elkaar een
handje geven en naar het dorpshuis lopen, twee minuten. Omdat ze elkaar
zo hun hele leven, bijna iedere dag, ontmoet hebben.’
‘Ach.’
‘Ja. Ze stelden het
voorzichtig, maar ze vonden dat ze gediscrimineerd werden. Van TV en
uit de krant wisten ze dat rijke lui overal kunnen trouwen.’
‘Bah, vast een
ambtenaar die dacht dat er niets te halen viel. Voor een huwelijk
buiten het stadhuis moet je hier ook vast extra betalen.’
‘O. Moest dat voor onze kinderen ook?’
‘Ja, maar dat hoefden ze niet te weten. Jij ook niet, maar goed.’
‘Dank je wel. Ik ben weer wat wijzer.’
Ze grinnikten.
‘Ik ga er morgen achteraan.’
De volgende dag troffen Mark en Simone elkaar bij de lunch.
‘Wat maken we ons druk, hè?’
‘Ja, omdat het leuk werk is.’
‘Ik heb een telefoontje
voor je aangenomen. Ik heb alles opgeschreven, want ik snap het niet,
maar ik kan het alvast wel vertellen.’
‘Van wie?’
‘Van die advocaten uit Londen.’
‘Nu al?’
‘Ja. Het deed ze plezier enzovoort.’
‘Heb je deze keer gezegd wie je was?’
‘Ja, natuurlijk, zo nam ik op.’
‘Prima. Wat hadden ze?’
‘Een fax uit Jersey. Over een Letter of Intent. Ik heb’
Hij liet het bestek uit zijn handen vallen.
‘Stil. Mee naar boven.’
Hij schoof zijn stoel ruw
naar achteren en liep de eetkamer uit. Ze ging, iets bedaarder, achter
hem aan. Op kantoor zat hij haar aantekeningen te lezen.
‘Vertel toch maar, alsjeblieft.’
‘Waarom niet tijdens de lunch?’
‘Omdat niemand het horen mag, dat snap je zo wel.’
‘Goed. De originele
brief uit Jersey zit in de post, de fax was de aankondiging, voor een
Letter of Intent. Ze zouden je de fax per e-mail sturen. Hij zei,
mevrouw, voor de duidelijkheid, dit is een overeenkomst met maar
één ontbindende voorwaarde. Uw echtgenoot moet binnen een
week een miljoen gestort hebben.’
‘Ongelofelijk.’
‘Wat?’
‘Ik kijk even of er mail is.’
‘Kan je een miljoen betalen? Binnen een week? Waarvoor dan ook?’
‘Geen probleem. Onze
bank kan dat telegrafisch overmaken, of hoe dat hier heet. Vast binnen
een dag. Ja, mail. Momentje.’
Hij las van het scherm. Na een paar minuten ging hij achterover zitten.
‘Simone, wat er in het
begeleidende briefje van de advocaten staat, komt erop neer, dat ze in
Jersey in hun broek schijten. Die willen zo snel mogelijk van het dorp
af. Voor de vorm vragen ze een borg van een miljoen, anders gaan ze
naar een ander. Maar dat is onzin, dat doen ze niet, anders geldt er
geen geheimhouding over de aanleiding van de verkoop. De Letter of
Intent komt er op neer dat ze alles verkopen, de prijs van de huizen
moet door een onafhankelijk bureau bepaald worden, betaling direct na
iedere taxatie. Oftewel, schat, we hebben het dorp gekocht.’
Ze zat ongelovig te kijken.
‘Je was gisterenmorgen pas bij die advocaten.’
‘Laat me even met de bank bellen.’
Hij belde de bank en legde uit hoeveel geld waar naar toe overgemaakt moest worden, dezelfde dag nog.
‘Dat is rond. Ik moet
vanmiddag komen tekenen, maar het geld is over vijf minuten onderweg.
Ja, ongelofelijk, gisterenmorgen pas bij die advocaten. Ze hebben in de
loop van de dag vast verder genoeg gevonden om contact op te nemen met
Jersey. Die advocaten hebben hun geld niet verdiend, zo makkelijk is
alles gegaan, maar ik betaal graag.’
‘Wanneer is alles rond?’
‘Dat duurt lang. Al die
huizen moeten getaxeerd worden. Na ieder moet ik geld overmaken. Nou,
dat spreidt lekker. Maar dat maakt niet uit, Simone, vanaf dit moment
beheren wíj het dorp.’
‘Het zal wel een keer langzaam tot me doordringen. Een heel dorp kopen.’
‘Eigenlijk alleen de
huurhuizen. Niet die paar koophuizen die er nog over zijn, niet de
clubgebouwen en zo, en ook de straten enzovoort niet.’
‘Goed. Vertel maar wat je gaat doen.’
‘Wat vader zei, een
beheerder aanstellen. Dan eerst bijbouwen, de woningnood opheffen,
daarna kijken wat er met de huidige woningen moet gebeuren.’
‘Nogal een klus.’
‘Ja, maar we hebben
hulp. Het hele dorp. Wat ben ik blij dat ik vooruitgedacht heb, en
Tamara aan het werk gezet heb, voor een bewonersvereniging.’
‘Mag ze het al weten?’
‘Wat denk je er van, om het in één keer aan zowat het hele dorp te vertellen? In het dorpshuis?’
‘Het zou wel de snelste manier zijn om iets goed over te brengen. Van mond op mond gaat de helft verloren.’
‘Juist. Is Tamara in de suite?’
‘Geen idee. Ik bel even.’
Ze koos een nummer.
‘Tamara, kan je even in het kantoor komen?’
‘Alleen, Mark? Thomas is er ook.’
‘Alleen.’
‘Alleen, Tamara, het opperhoofd beveelt.’
‘Ze komt.’
Na een paar minuten kwam Tamara binnen.
‘Goedemiddag, mevrouw, meneer.’
‘Tamara, het is niet
onze bedoeling dat je geheimen voor Thomas hebt, maar hij heeft genoeg
te doen en het betreft jouw business, de bewonersvereniging. Vertel het
hem later maar.’
‘Ja, meneer.’
‘Hoe gaat het er mee?’
‘Allereerst, meneer, ik
ben bij een andere vereniging in het dorp geweest om te kijken hoe een
administratie opgezet moet worden. Ik ga niet het wiel uitvinden.’
Mark en Simone grinnikten naar elkaar.
‘Wat is daar zo leuk aan?’
‘Dat zeiden onze kinderen ook steeds.’
‘Nou, terecht. Het gaat
heel goed. Er liggen overal in het dorp intekenformulieren die ingevuld
afgeleverd kunnen worden bij mijn vader. Ik heb nog niet geteld hoeveel
leden er al zijn, want de formulieren komen sneller binnen dan ik ze op
de computer kan verwerken. Ik moet ondertussen ook nog op de computer
thuis raken. Maar dat geeft niet, we zijn dik over de helft, ik denk
dat al driekwart lid is. En ik heb drie donateurs.’
Ze grinnikte.
‘Van drie koophuizen. Je weet maar nooit, hadden die tegen mijn vader gezegd.’
‘Leuk. Je hebt vast
gezien of die andere verenigingen adverteerders of sponsors hebben. De
gezelligheidsvereniging heeft een sponsor, dat zag ik in het
dorpshuis.’
‘Ja, maar daar ben ik
nog niet aan toegekomen. Mijn vader geeft me zo veel mogelijk vrij,
Thomas en ik zoeken nog steeds af en toe spullen uit en bestellen ze,
dan pas komt de vereniging.’
‘Ja, dat is prima. Wanneer ga je de oprichtingsvergadering houden?’
‘Ik wilde nog even wachten, tot ik bij ben met de nieuwe leden.’
‘Als er een compleet bestuur is zou je niet alles zelf meer hoeven doen.’
‘Dat weet ik, maar ik vind het nog veel te leuk.’
‘Tamara, ik heb een
dringend verzoek. Zou je, op de kortst mogelijke termijn, toch de
oprichtingsvergadering kunnen houden?’
‘O. Nou, u heeft me
gevraagd die vereniging op te richten, u zult hier ook wel een reden
voor hebben. Op uw tijd hoor ik die wel. Momentje.’
Ze zat even na te denken.
‘Mag ik even bellen?’
‘Natuurlijk.’
Ze koos een nummer.
‘Hoi, Ian, Tamara. Is de zaal morgenavond vrij?’
‘Boek maar voor de
bewonersvereniging, aanvang acht uur. En kan je een briefje ophangen,
oprichtingsvergadering? Sorry, haast, dag.’
‘Goed, meneer?’
‘Je bent geweldig. Hoe
krijg je de leden bij elkaar? Die komen toch lang niet allemaal
vóór morgenavond in het dorpshuis langs?’
‘Ik kan zo meteen weer
alle winkels en adressen af waar ik de inschrijfformulieren neergelegd
heb en vraag om het door te vertellen. Dat trekt vast nóg meer
leden. Ik vertel het Thomas, die vertelt het aan het personeel. Dan is
het zo het dorp rond.’
‘Prima. Wat ik later ga
doen weet ik nog niet, maar ik wil de oprichtingsvergadering sponsoren.
Één consumptie bij binnenkomst, één in de
pauze en één na afloop.’
‘Dat is hartstikke gul, meneer. U sponsoort eigenlijk al, met het gebruik van de suite, en zo.’
‘Dat is tijdelijk. Ik neem aan dat jij de vergadering opent?’
‘Dat zal wel moeten.
Wel een beetje eng. Maar ik weet dat Ian, die heeft u in de bar gezien,
ook in het bestuur wil. Hij wil ook méér doen dan
biertappen. Die kan ik, al vóór er gestemd is, vragen om
naast me te komen zitten, aan de bestuurstafel. Dan zit ik niet
alléén voor een paar honderd man. Ik weet al wel ongeveer
wat ik moet behandelen. Het doel van de vereniging, bestuursleden
vragen, laten stemmen. Ik zoek het nog verder uit. Eh, meneer, in
verband met die consumpties, ik denk niet dat het zo lang gaat duren
dat er gepauzeerd moet worden.’
‘Prima. Maar ik heb, toch na een pauze, een spreker voor je.’
‘Wie?’
‘Dat wil ik tot dan geheim houden.’
‘O. Ik wacht wel af.’
‘Je vertrouwt me nogal.’
‘Natuurlijk, u maakt
het mogelijk dat ik binnen een paar maanden gétrouwd ben. Eh,
heeft u al iets met het onderzoek van Thomas gedaan?’
‘Je bent een slimme meid. Ja. Overigens, die spreker wil een apart tafeltje met twee stoelen.’
‘Geen probleem. Toen u
er was was de zaal leeg. Maar er zijn honderden opklapstoelen en veel
opklaptafels. De bestuurstafel komt op een verhoginkje. Een tafeltje
ernaast, voor die spreker?’
‘Ja, graag. Is er een geluidsinstallatie? O, natuurlijk, er werd muziek gedraaid.’
‘Ja, vanachter de bar.
Maar ik gebruik geen microfoon, anders ga ik af. Wie bij vergaderingen
de zaal niet onder de duim kan houden, daar is een normaal stemvolume
genoeg voor, is niet geschikt om het woord te voeren.’
‘Ik ben benieuwd.’
‘Wilt u ook komen?’
‘Als dat mag. Met mijn vrouw.’
‘Bij een
oprichtingsvergadering kan dat wel. We zullen geen tijd hebben om
vóór het begin van de vergadering iedereen in te
schrijven, dus er zijn officieel méér niet-leden. Die
mogen niet meestemmen, maar dat maakt niet uit, als de meerderheid maar
ergens vóór is. We doen nét of u belangstelling
heeft voor een huurhuis. Ik zal op de eerste rij plaatsen voor u
reserveren.’
‘Je bent een geweldige regulateur.’
‘Als ik zo vrij mag zijn, voor een chirurg en een verpleegkundige doet u het ook niet gek.’
Ze grinnikten alle drie.
‘Anders nog iets, meneer, anders ga ik aan het werk. Lekker druk.’
Ze vertrok.
‘Ik zag jou ook je
lachen inhouden, Mark, toen ze zei, we doen nét of u
belangstelling heeft voor een huurhuis.’
‘Ja, ik had het zelf
kunnen verzinnen. Maar ik kon er niet op reageren zonder iets te
verraden. En dat we het nog niet zo gek doen, ze moest eens
weten.’
‘Morgenavond, alles?’
‘Het meeste. Ik ga ook nog wat bedenken, voor mijn speech daar. Lekker druk.’
‘Ik heb ook nog te doen. Tot bij het diner.’
‘We hebben al aardig
wat uitgezocht en besteld, hè? Het gaat geweldig. Onze smaken
komen aardig overeen. Maar zullen we even pauzeren? Laten we er eens
lui bij gaan zitten, in de stoelen. We hebben de suite niet voor niets
gekregen.’
‘Nee. Maar ik wilde eerst wat opschieten.’
Thomas ging in een luie stoel zitten. Tamara kwam bij hem op schoot.
‘Zo fijn hebben we niet eerder gezeten. Alleen op rechte stoelen. Even lekker kussen, zo?’
Ze kusten een tijdje.
Thomas, binnenkort gaan we trouwen. Zullen we wat beter kennis gaan maken?’
‘Nog beter? O.’
‘Ja, o. Ik wil in onze
huwelijksnacht niet onder de dekens kruipen en daar dan eh wat doen.
Wel dan pas alles, maar al eerder iets.’
‘Tja. Ik eh durf niet zo, liefste. Zeg jij het maar.’
‘Vind je het moeilijk, om je niet meer in te houden?’
‘Ik zou het graag doen, maar jou niet eh overstuur maken.’
‘Je blijft lief en
voorzichtig. Tja, na al die jaren. Ik zou graag beginnen om bloot aan
elkaar gewend te raken. Dan kunnen we na ons trouwen gelijk gaan
vrijen. Anders raak je misschien overstuur als je me voor het eerst
bloot ziet. Of ik.’
‘Oei. Ja, het is vast
veel beter om stap voor stap al aan elkaar te gaan wennen. Al zou ik je
voor ons trouwen helemaal bloot zien, daarna blijf ik je ongetwijfeld
ook mooi vinden.’
‘Denk je dat ik mooi ben?’
‘Ja. Als ik aan je in badpak denk, en dan het badpak wegdenk. Oei.’
‘Dat mag je best.
Vroeger ging je gauw aan iets anders denken, hè? Ik dacht zo ook
wel eens. Zeker als je in het zwembad snel opstond om even het water in
te gaan. Ik heb een keer bijna gevraagd, Thomas, laat me eens kijken.
Ik had dat groter worden graag een keer gezien.’
‘Je weet het, als we ergens mee begonnen waren hadden we het niet gered, tot hier.’
‘Nee, vast niet. Aan
stap voor stap aan elkaar gaan wennen denk je waarschijnlijk aan hoe er
met scharrelen begonnen wordt. Je zal daar, net als ik, wel over
gehoord hebben. Eerst over de kleding wat aan elkaar zitten, dan
eronder.’
‘Ja. Je zit nu heerlijk
bij me. Ik zou eh over je bloes een borst van je vast kunnen pakken.
Eindelijk niet alleen zien, ook voelen hoe groot die is.’
‘Ik wil eigenlijk niet
scharrelen, Thomas. Dat gedoe met kleding. Ik wil graag dat we ons
rustig uitkleden, helemaal, en dan naar elkaar gaan kijken. Om te
beginnen.’
‘O. Eh Tamara, je hebt alleen een keer bij het meertje blote jongens gezien, hè? Van een afstand.’
‘Ja, maar ik ben voor jou niet bang. Ik wil graag van dichtbij naar je kijken.’
‘Ik ook naar jou. Maar voor ik uitgekleed ben zou ik al gegroeid zijn. Nu al aardig.’
‘Dat snap ik. Ik heb
plaatjes gezien, hoor, ik weet de theorie wel. Ik wil graag jouw echte
zien. En dat jij naar mijn eh spullen kijkt.’
‘Ik wil ook graag dat
jij naar mijn spullen kijkt. Maar ik weet niet of je ze mooi zal
vinden. Meisjes zijn zo mooi gestroomlijnd. Bij jongens staat of hangt
het erbij.’
‘Ik vind van jou vast alles mooi. En dat staan en hangen moet ook, voor de goede werking.’
‘Ja.’
‘Zeg het maar, liefste.’
‘Ik ben bang, dat als ik je helemaal bloot zie, ik overloop.’
‘O. Ik snap het, denk
ik. Zullen we op een handdoek gaan staan, voor het geval dat? Ik zou
het niet erg vinden, Thomas.’
‘Een handdoek werkt niet. Het eh spuit er dan vast uit.’
‘Oh? Dan in de badkamer?’
‘Ja, goed. Maar ik vind het nogal wat, in één keer helemaal bloot.’
‘Toch liever scharrelen?’
‘Nee, dat is eigenlijk ook niets. We zijn geen vijftien of zo meer.’
‘Ik weet het goed gemaakt. Één tussenstap. Wat je net zei.’
‘O. Erover?’
‘Ja. Alsjeblieft?’
Hij legde langzaam een hand op een borst.
‘Oh, meisje, wat fijn.’
‘Ja. Fijn?’
‘Ja, om je zo vast te houden.’
‘Je mag ook eh strelen.’
Hij deed het, aarzelend eerst, toen wat steviger.
‘Erg eh lekker. Groot, zacht. Fijn voor jou?’
‘Ja. Je doet het lief. Iets steviger.’
‘Zo?’
‘Ja, heerlijk. Laat maar los.’
Hij deed het. Ze deed een paar knoopjes van haar bloes los.
‘Kijk eens naar binnen. Dat mag nu, op je gemak.’
Hij deed het.
‘Hé, je hebt er twee.’
Ze grinnikten.
‘Ja, en jij hebt twee handen. Zullen we naar de badkamer gaan? Wil je ze daar allebei vasthouden? Bloot?’
‘Eh eerst kijken.’
‘Goed.’
Onderweg naar de badkamer
deed ze haar schoenen uit, hij zijn schoenen en sokken. In de badkamer
gingen ze tegenover elkaar staan. Ze glimlachten naar elkaar.
‘Zal ik beginnen om mijn twee borsten te laten zien?’
Ze deed, zonder op antwoord
te wachten, haar bloes uit en beha af en gooide ze de badkamer uit, de
suite in. Hij keek zijn ogen uit.
‘Grotere dan je verwachtte?’
‘Nee, mooier. Oh, meisje.’
‘Jongetje?’
Hij snapte de hint en kleedde
zich snel uit. Zij deed het langzamer, ze had al weinig meer aan, om
gelijk met hem het laatste uit te trekken. Ze keek haar ogen uit toen hij
voor haar kwam staan.
‘Oh, Thomas, wat groot.’
‘Tja. Afgezien daarvan?’
‘Wat eh omhoog. Oh, Thomas, wat mooi. Zo mannelijk.’
Ze bleven naar elkaar kijken.
Na een minuut of vijf pakte ze zijn handen en legde ze op haar borsten.
Hij spoot gelijk, een straal of vijf, van net onder haar borsten tot
aan haar navel. Ze bleven doodstil staan, hij trillend en zij met hele
grote ogen. Na een minuut pakte ze zijn handen en hield ze naast haar
middel vast.
‘Oh, Thomas, wat mooi.
Ik zal het nooit vergeten. Je vond me zo mooi, dat toen je me
nét aanraakte je al kwam.’
‘Ik kon er niets aan
doen, schat. Ik voelde een krampje, maar voor ik iets kon zeggen of
doen kwam het al. Niet erg? Je zit onder.’
‘Nee, helemaal niet
erg. Oh, stond ik voor het eerst te genieten van je prachtige stijve,
liep je inderdaad over. Zo mooi.’
‘Het lucht me op dat je niet zo geschrokken bent.’
‘Geschrokken? Nee, helemaal niet. Thomas, je hebt een hele mooie stijve en wat spoot je mooi.’
‘Laten we ons maar afspoelen.’
‘Goed. Daarna wil ik met je op bed gaan liggen. Naast elkaar. Kijken. Goed?’
‘Ik kan wel dagen kijken. Naar je mooie borsten. Verder zie ik alleen wat haar, schat.’
‘Ja, van zo dichtbij, onder die hoek, zie je niet veel. Straks.’
Ze spoelden en droogden zich
af en gingen naar de slaapkamer. Ze gingen naast elkaar liggen, op hun
zijkanten, naar elkaar toegedraaid.
‘Zo zagen de jongens bij het meertje er uit.’
‘Het zal even duren voor hij weer gaat groeien.’
‘Dat geeft niet. Dan begin ik de kennismaking op je kleinst.’
Hij schokte even toen ze zijn ballen in haar hand nam.
‘Ik doe voorzichtig,
hoor. Ja, ik voel er twee balletjes in. Ik vind niet lelijk wat jij
noemt wat er bij hangt. Omdat daarin je zaadjes gemaakt worden. Ik ga
nu voorzichtig pakken waar ze uitkomen.’
Hij zuchtte, toen ze zijn pikkie vastpakte.
‘Wat is er?’
‘Het is zo fijn, dat je nergens bang voor bent. Me zo eh prettig aanraakt.’
‘Ik vind het ook prettig. Al is het nu niet meer dan een soepel slangetje.’
‘Wil je op je rug gaan liggen? Dan kan ik met je borsten kennismaken. Je mag best met mijn kleintje doorspelen.’
Ze draaide zich gelijk op haar rug.
‘Ja, spelen. Ik durf er al wat minder voorzichtig aan te zitten. Zeg het wel, als ik niet voorzichtig genoeg ben.’
‘Ja, dan piep ik wel. Eh, kunnen jouw borsten wat hebben? Ik wil er ook graag lekker aan voelen.’
‘Ik piep ook wel op tijd, maar ik denk geeneens dat je te onvoorzichtig wordt.’
Hij werd het ook niet, hij streelde, masseerde, kuste ze, likte eraan en speelde met de tepels in zijn mond.
‘Nou, lang genoeg voor vandaag, lieverd. Tjonge, alsof je nog nooit anders gedaan hebt.’
‘Nee, maar ik heb nog nooit zo genoten.’
‘Ik ook niet. Ik word er helemaal warm van. En er is nog meer.’
‘Ik durf niet.’
‘Thomas, ik durfde jou vast te pakken.’
Hij ging voorzichtig met een hand van haar borst over haar buik naar beneden.
‘Oh, meisje.’
‘Ja, zo voelen die daar aan. Thomas, het is ook voor jou. Nu om eraan te komen. Als we getrouwd zijn erin. Hiermee.’
Ze kneep even in zijn kleintje.
‘Oei! Tamara!’
‘Schrok je?’
‘Ja. Dubbel. Van je taal en van je knijpen.’
‘Maar het is toch zo?
Tot ons trouwen gaan we rustig kennismaken. Je hebt het met mijn
borsten al aardig gedaan. Ik met je kleintje en je ballen. Nu jij met
mijn doos, ik straks met je stijve.’
‘Jawel, maar eh.’
‘Maar het was toch goed
dat we aan de kennismaking begonnen zijn? Anders hadden we in de
huwelijksnacht het eerste uur niet met vrijen kunnen beginnen, eerst
moeten douchen en zo. En misschien zou je steeds zo snel mogelijk
willen eh lozen, zonder ooit goed kennis te maken met onze mooie
spullen.’
‘Nou. Ja, het was goed.
Maar ik zou echt niet plotseling zo wild geworden zijn dat ik alleen
maar wilde eh lozen. Je blijft mijn lieve meisje. Ik blijf voorzichtig
met je omgaan. Alleen natuurlijk langzaamaan je meer strelen en
zo.’
‘Dat heb je met mijn borsten al fijn gedaan. Maar nu houd je je hand stil.’
‘O. Ondeugd.’
Hij begon met zijn verkenning, maar stopte al gauw.
‘Ik had geen idee dat de bobbel die ik in je badpak zag zo lekker aan zou voelen. Mag ik kijken?’
‘Ja, natuurlijk.’
Hij ging naast haar middel zitten.
‘Oh, wat mooi. Ik eh zie nogal wat.’
‘Mijn gleuf, tussen de haren?’
‘Ja. Meisje toch. Dat ik zo naar je mag kijken, helemaal bloot. Op die leuke haartjes na.’
‘Ik was in de badkamer toch al bloot?’
‘Ja, maar toen zag ik niet zo veel als nu. Met je benen van elkaar af.’
‘Ja, dat hoef jij niet te doen. Ik wel. Om je te laten kijken, lieverd. En om je er over een tijdje in te laten.’
‘Nou. Wat ben je ineens vrij.’
‘Dat had ik ook niet
verwacht. Maar ik eh loop over van blijdschap, liefste. Sinds ik je
stijve zag. En je mooie spuiten. En dat je zo fijn aan me zit. En de
verdere vooruitzichten.’
‘Ik geniet ook ontzettend, maar je schokt me nogal. Over mij in je gleuf laten!’
‘Ja, over een tijdje. Kunnen we allebei genieten als we komen en jij in me spuit.’
‘Nou, Tamara.’
Hij liet haar los en keek haar een beetje boos aan. Ze glimlachte.
‘Thomas, ik ben je
meisje, je verkering, ik word je vrouw. Moeten we het soms houden bij
praten over jouw dingetje en mijn gaatje?’
‘Nee, maar je overrompelt me.’
‘Tja, met gewoon
scharrelen was het vast langzamer gegaan. Maar je kan er vast tegen. Je
went er wel aan. Je bent toch niet boos op me?’
‘Nee, schat,
eigenlijk niet. Ik zal wel wennen.’
‘Zeg dan maar even niets en pak me lekker waar je net bezig was. Zo beter?’
‘Nee, je hebt gelijk. Wat mooi, je gleuf.’
‘Je had mijn doos al lekker in je hand. Voel maar met een vinger aan mijn gleuf.’
Hij deed het voorzichtig.
‘Ik eh heb de neiging om erin te gaan.’
‘Nog maar niet. Kom maar weer naast me liggen, met mijn doos in je hand.’
Hij deed het.
‘Thomas, nog maar niet te veel vandaag. Maar vóór ons trouwen mag je doen wat je net wilde.’
‘Ik weet natuurlijk ook wat van de theorie. Na een paar keer voorzichtig voelen je eh vingeren?’
‘Oei! Thomas! Wat goed van je! Ja, tot ik klaarkom. Ik mag jou toch ook verwennen?’
‘Ja, dat zien we ook later wel.’
‘Fijn. Zo even stilliggen. Wel kussen.’
Dat deden ze een tijd.
‘Ik geloof dat je groter wordt. Laat me eens kijken.’
Ze keken terwijl zijn pikkie groeide.
‘Meer wordt het niet.’
‘Meer dan genoeg, grote man. Heel veel om te strelen.’
Ze deed het. Af en toe nam ze ook even zijn ballen in haar hand. Tot hij haar hand vastpakte.
‘Je moet stoppen. Ik voel nu wél wat.’
‘Wat dan?’
‘Hetzelfde als wanneer ik net op tijd wakker word van een droom om het op te vangen.’
‘Wat dan?’
‘Een druk, binnenin. Een vol gevoel. Maar niet zoals wanneer ik moet plassen, het zit ergens anders.’
‘O. Dan krijg je vast vannacht een natte droom.’
‘Ja, vast.’
‘Maar je kan toch niet zo snel alweer eh vol zitten?’
‘Ik snap het ook niet. Misschien omdat je zo heerlijk aan me zit. En ik aan jou. Misschien was ik niet leeg.’
‘Niet leeg? Na een stuk of vijf van die stralen?’
‘Misschien niet helemaal leeg. Hoe moet ik dat weten?’
‘Nee, ik weet het ook
niet. Alles wat ik weet is dat het ongeveer normaal is om het een paar
keer per dag te doen. Maar zo snel weer vol snap ik niet. Ik vind het
wel fijn dat ik je weer kan strelen. Nee, kon. Hè. Thomas, het
is nog geen later, maar ik wil je graag verwennen. Het lijkt me niet
prettig voor je om onder druk te blijven staan.’
‘Nee, niet prettig. Maar we lopen wel erg hard van stapel.’
‘Vast omdat we elkaar
al zo lang kennen. We niet bang zijn voor elkaars spullen. Niet meer,
hè? Als ik daarnet gezegd had, je mag er best met een vinger in,
had je het vast gedaan.’
‘Eh ja. Dat was een eh natuurlijk gevoel. Maar om jou eh.’
‘Door te laten gaan met
strelen? Het voelt voor mij ook natuurlijk aan om je heel lief te
strelen tot je komt. Ik doe het graag, je voelt zo fijn aan. En ik zou
het graag weer zien. En jij zal het vast heel lekker vinden. Met een
aanloop, niet zo onverwacht.’
‘Meisje toch.’
‘Over theorie
gesproken, als je me goed kan vingeren, en goed voelt wanneer je komt,
gaat het vast geweldig als we echt gaan vrijen. Je weet vast ook dat
veel vrouwen niet klaarkomen omdat de mannen er niets van kunnen. Als
die zelf maar komen, wat vast altijd lukt, vinden ze het verder wel
goed.’
Het bleef even stil.
‘Sorry, Thomas, als ik het te bont maak.’
‘Nee, schat, maak van
je hart geen moordkuil. Maar doe alsjeblieft wat rustiger aan. Onthoud
maar wat voor later. Ik ga natuurlijk mijn best doen, maar ook in het
begin van ons trouwen hoeft alles niet onmiddellijk geweldig te gaan.
We kennen elkaar vreselijk goed, maar dit is een nieuw gebied.’
‘Ja, schat. Het gaat best lukken. Ik draafde nogal door, omdat eh wat er vandaag gebeurd is.’
‘Vond je dat zo mooi?’
‘Ja.’
Hij grinnikte.
‘Nou, je mag wel iets meer zeggen.’
‘Moeilijk om een grens
te bepalen. Om te beginnen zal je toch hetzelfde gevoel gehad hebben
als ik, het geweldige, dat we helemaal bloot voor elkaar stonden?’
‘Ja.’
Ze grinnikte.
‘Nou, je mag wel iets meer zeggen.’
‘Ik wilde je zo kort mogelijk onderbreken.’
‘Goed. Laat me dan maar
uitpraten, ook als ik misschien weer wat ver ga. Ik zeg graag wat ik
voelde, Thomas. Dat wil ik blijven doen. Niet als een strijkplank naast
je in bed liggen. Of onder je. Jij genoot, omdat je meer nog niet zag,
van mijn borsten. Dat is natuurlijk mooier dan met een badpak er
overheen. Maar jongenszwembroeken verbergen veel meer. Daarom genoot ik
zo van je stijve. Niet het kleintje van een jongetje, maar die van een
man. Langer en vooral dikker dan ik verwachtte. En zo omhoog. Toen je
maar bleef kijken en ik wat wilde heb ik je handen gepakt. Ik vond het
heerlijk om ze op mijn borsten te voelen. Niet te vergelijken met dat
over mijn bloes strelen. En toen spoot je ineens. Vóórdat
ik je aanraakte. Zo indrukwekkend, zo veel stralen sperma. Ik dacht,
nou, meer dan genoeg om later zwanger van te raken. Daarom vind ik het
fijn om ook af en toe je ballen vast te houden, daar komt het vandaan.
En eh daarom zou ik je graag langer willen strelen. Om je van je druk
af te helpen en het nog eens te zien. Dat zal later wel vaker gebeuren,
maar het kan nu toch ook?’
Het bleef weer even stil.
‘Wat ben je toch lief. En eerlijk. En spraakzaam. En lekker. Goed. Zullen we weer naar de badkamer gaan?’
‘Nee, wacht even.’
Ze ging van het bed af, zocht in wat kasten en kwam terug met een handdoek.
‘Je liep alsof je nog
nooit anders dan in je blootje gelopen hebt. Zoals in het zwembad, maar
zonder badpak. Wat mooi, schat. Je borsten schudden nu veel mooier. En
het is zo fijn om je doos te zien.’
‘Dank je. Ik zal jou
maar niet vragen om even rond te lopen, dat zal niet prettig zijn met
je hoge druk. Een andere keer, hè?’
‘Natuurlijk.’
Ze had ondertussen de handdoek voor hem gelegd en kwam weer naast hem liggen.
‘Je spoot mijn hele buik onder. Wat denk je, zou het nu lukken om het op de handdoek te houden?’
‘Als je tegelijk met strelen ook kan mikken wel.’
‘We proberen het. Als
het ernaast komt zal ik het bed afhalen om waar het terechtgekomen is
te kunnen wassen. Hoe gaat het met je?’
‘Nog hetzelfde. Het zakte wat af, maar toen ik je zag lopen kwam het weer terug.’
‘Tja. Thomas, je moet
me helpen. Ik kan natuurlijk wel strelen, ik denk dat ik ook weet hoe
stevig ik je vast moet houden, maar niet hoe snel ik moet bewegen. Van
wat ik van hondjes gezien heb steeds sneller. Maar ik weet niet
wanneer. Wil je het zeggen? Of zelf bewegen? Als je naar voren duwt zal
ik het sneller doen. En andersom.’
‘We moeten het maar proberen. Pak me eens vast.’
Ze pakte zijn stijve met twee handen beet.
‘Nee, dat werkt niet,
dan kan je niet strelen, zo lang is hij niet. Weet je wat?
Één hand om mijn ballen. Goed?’
‘Zo?’
‘Ja. Ohhhh, wat streel je lekker. Langzaam, anders kom ik vast te snel. Mmmm.’
Ze streelde langzaam, tot hij in haar hand schokte, toen wat sneller.
‘Ohhhh, heerlijk, schat. Het komt zo, denk ik.’
Het kwam ook zo, vier
stralen. Na de eerste trok hij zich ver terug, waardoor ze stopte met
strelen. Toen hij zich bij de tweede straal weer vooruit in haar hand
duwde deed ze bij de derde en vierde straal mee. Daarna kwam hij niet
meer naar voren maar bleef met zijn ogen dicht uit liggen hijgen.
‘Ohhhh, schat. Wat lekker. Hoe kon je het al zo goed doen, de eerste keer?’
‘Ik stelde me voor hoe
je in mijn gleuf gestreeld zou worden. Als jij erin zou bewegen. Het
was zo mooi, je lag met je ogen dicht en kreunde iedere keer dat je
spoot. Weer veel, ver, nog net op de handdoek.’
Ze maakte hem met de hoek van de handdoek schoon en gooide die naast het bed.
‘Was het fijner dan eerder? Je kreunde zo.’
‘Veel fijner. Toen voelde ik het amper gaan. Nu heel duidelijk. Vast omdat je me zo lekker vast had.’
‘Ik voelde je iets
dikker worden. Toen heb ik je wat minder stevig vastgehouden, ik was
bang dat het er anders niets uit kon komen.’
‘Dat was geweldig. Oei, wat lekker.’
Ze kroop tegen hem aan.
‘Thomas, ik vond het heel fijn om te doen. Zou je de volgende keer drie keer spuiten?’
‘Hé, niet
overdrijven. Het zou vast lang duren voor ik weer zou kunnen, schat,
maar laten we het niet te vaak doen. We moeten er niet te veel mee
bezig zijn, er geen hoofdzaak van maken. En eh, anders ben ik bang dat
ik meer ga willen. Voelen hoe het werkelijk in je gleuf aanvoelt.’
‘Tja. Ik snap je. Één keer, voor je, iedere keer als we hier zijn?’
‘Zoiets. Net hoe het
uitkomt. Misschien durf ik soms niet, schat, omdat ik dan bang ben om
me niet in te kunnen houden. Je gaat er steeds verleidelijker voor me
uitzien.’
‘Ja, dat snap ik ook.
Je stijve voor mij ook. Nou, vannacht zal je vast geen natte droom
krijgen. Waarschijnlijk nooit meer.’
‘O. Ja, ik hoop het. Zeg, kunnen we nog lekker blijven liggen of moeten we weg?’
‘Het is nog niet zo
laat. Tijd genoeg om te kussen tot je weer genoeg voor me hebt om te
strelen. Ik zal het dan erg voorzichtig doen, je niet meer laten
komen.’
‘Fijn.’
Ze kusten een tijd.
‘Je wilt graag lief
voor me zijn, voor jezelf vraag je niets. En ik moest even bijkomen,
daarom deed ik ook niets bij jou.’
‘Dat dacht ik al. Doe maar wat je wilt. Alles wat je deed was lekker.’
Hij ging met zijn hand naar beneden en pakte haar doos.
‘Wat vind je lekker? Op en neer strelen of dat ik er zachtjes in knijp? Je doos een beetje masseer?’
‘Alles.’
Hij deed van alles. Na een tijdje streelde hij met een vinger over haar gleuf.
‘Schat, het is nog geen later, maar ik wil je ook graag verwennen.’
In plaats van zachtjes tegen hem aan bewegen lag ze ineens doodstil. Hij wachtte rustig af.
‘Dat zou natuurlijk
eerlijk zijn. Thomas, ik had net een grote mond. Met mijn als ik gezegd
had, je mag er best met een vinger in, had je het vast gedaan. Het is
misschien niet eerlijk om te vergelijken, bij jou bleef ik aan de
buitenkant. Eh snap je?’
‘Natuurlijk. We kunnen
het toch heel voorzichtig proberen? Je wilt er later toch mijn
stijve in? Die is veel langer en dikker dan mijn vinger.’
Ze zuchtte en ontspande zich iets.
‘Ja, dat is zo. Maar toch.’
Hij streelde iets minder
zachtjes en kwam daardoor met zijn vinger nét in haar gleuf. Ze
verstarde weer even, voor ze zich weer ontspande. Hij ging gelijk nog
iets dieper. Ze verstarde weer en legde een hand over die van hem.
‘Oh, Thomas, ik wil wel en ik wil niet.’
‘Het is voor jou vast
anders dan voor mij, dat snap ik wel. Maar als we nu stoppen blijf je
er tegenop zien. Afgezien wat je er over denkt, is het wel een prettig
gevoel?’
‘Ja, dat wel. Je streelt lief.’
‘Je begon vanavond zo
enthousiast, denk nu even niet na en laat me je nog wat meer strelen.
Je hoeft niet te komen als je nog niet durft. Als je me waarschuwt stop
ik wel. Misschien kom je geeneens, mijn vinger is niet zo lang. Zo ver
wil ik je graag strelen. Dus maar een beetje.’
Ze haalde haar hand weg.
‘Nou, heel voorzichtig dan. Net zo lief als je net deed.’
‘Natuurlijk.’
Al gauw kon hij niet verder.
‘Schat, verder kan ik
niet. Ik heb mijn hand om je doos en mijn middelvinger in je lekker
warme gleuf. Valt mee, hè?’
‘Ik weet niet wat ik
zeggen moet. Zo raar, dat ik problemen heb met eh vingeren, terwijl ik
vast zo je stijve naar binnen had gelaten, als ik dat niet uit had
willen stellen tot de huwelijksnacht.’
‘Ik vond het heel
lekker, je handen om mijn spullen, maar ja, erin is voor jou wat
anders. Het is voor mij ook een beetje raar, maar wel heel prettig, om
in je te zitten.’
‘Goed. Beweeg eens wat.’
Hij ging een beetje op en neer.
‘Oei. Dat streelt. Nou, ga maar even door.’
Hij ging eerst voorzichtig
door, daarna probeerde hij zich voor te stellen hoe hij er met zijn
stijve in op en neer zou gaan. Al gauw ging ze sneller ademhalen. Hij
glimlachte naar haar, maar ze had haar ogen dicht.
‘Kom je? Lekker doorgaan?’
Ze knikte. Hij ging door,
toen ze verstarde en een paar keer zachtjes schokte en kreunde ging hij
langzamer, tot ze een hand over die van hem weer legde en diep zuchtte.
Langzaam werd haar ademhaling weer normaal. Ze haalde zijn hand weg en
kroop tegen hem aan.
‘Ik kwam klaar.’
‘Fijn.’
‘Als je dat al met een vinger kan moet het met je stijve ook lukken.’
‘Als ik zelf niet te snel kom.’
‘Ja. Dank je wel.’
‘Zeg, bedanken?’
‘Voor dat je doorgegaan bent.’
‘Je hebt mij ook overgehaald.’
‘Ja, dat is zo. Wat passen we ook op dit gebied goed bij elkaar, hè?’
‘Natuurlijk. Omdat we voorzichtig met elkaar doen.’
‘Ja, maar niet te. Ik
moet je toch weer even laten schrikken. Je hebt me heerlijk gevingerd.
En me klaar laten komen. Voelde jij ook krampen toen je kwam?’
‘Ja. Na een paar kwam het, met iedere kramp. Een heel lekker gevoel.’
‘Bij mij komt er niets, maar het is wel een heel lekker gevoel. Voelde je de mijne?
‘Ja, je schokte wat. En je kreunde zachtjes.’
‘Misschien zaten die
krampen dieper, ik weet het niet precies, ik wist niet wat me overkwam.
Ik hoop alleen niet dat ik daarmee later te hard in je stijve ga
knijpen.’
‘Dat zal wel meevallen,
je bent erg zacht daar. Als je me maar niet zo hard knijpt dat het er
niet uit kon komen. Met je hand deed je het heel goed.’
‘Ik hoop dan ook.’
‘Vast wel. Alles wat we voor het eerst deden ging goed. Ons eerste kusje al.’
‘Weet je dat nog?’
‘Ja. Op je tiende of
elfde verjaardag. Je liet me uit, nadat ik je was komen feliciteren.
Dat had ik je ’s morgens al gedaan, maar ik was het officieel
komen doen, bij je thuis. Ik wilde je ouders ook feliciteren en zonder
het te zeggen laten merken dat ik het fijn vond dat ik met je om mocht
gaan. Ze hadden al jaren geen poging meer gedaan om ons uit elkaar te
halen.’
‘Nee, dat was toch nutteloos.’
‘Toen ik wegging hield
je mijn hand vast. Maar anders dan buiten. Daarom keek ik wat er met je
aan de hand was. Je keek op één of andere manier heel
lief naar me. Toen heb ik je heel langzaam naar me toegetrokken en mijn
mond op die van jou gedrukt. Je kwam me zelfs een beetje tegemoet.'
Ze giechelde.
‘Natuurlijk. Daarom
hield ik je hand vast. Ik had je al vaker heel lief naar me zien
kijken. Je gaf me al jaren heel af en toe een kusje op mijn wang, en ik
jou, ik vond het toen tijd voor een echte.’
‘O.’
‘Ja, joh, zo werkt dat.
Je durfde waarschijnlijk eerder niet, ik ook niet zo. Maar samen moest
het lukken. Dat deed het ook. En binnen een paar seconden wisten we ook
dat we méér moesten doen dan onze monden tegen elkaar
drukken. Daarna moest ik even huilen. En een week wachten op de
volgende.’
‘Ik was ook erg
ontroerd. Maar goed dat ik toen niet wist dat je zo graag gekust wilde
worden, anders was ik minder voorzichtig geweest.’
‘Daarom zeg ik het ook
nu pas. Ik was ook voorzichtig met jou. Tot en met nu. Maar voor ik aan
nog meer lekkers ga denken moesten we maar naar huis gaan.’
‘Ja, heel verstandig.’
Ze gingen van het bed af, kleedden zich aan en gingen naar huis.
Tamara leidde de vergadering
vlot door de oprichting. Ze legde het nut van de vereniging uit en
beantwoordde een paar vragen. Dat er tot nu toe niet te praten was met
de eigenaren, maar dat het een poging waard was om het collectief te
kunnen doen. Al gauw zat Ian naast haar als medebestuurslid, en nog een
meisje, alledrie unaniem gekozen als bestuur, wat de taken nog
onderling zou verdelen. De contributie werd voorlopig vastgesteld op
één pond. Binnen drie kwartier was het pauze. Tamara kwam
naar Mark en Simone toe.
‘Dat ging geweldig, Tamara.’
‘Ja, mevrouw, heel fijn. Mijn zenuwen waren gauw over, ze luisterden allemaal goed. Is die spreker er al?’
‘Maak je maar geen zorgen, die is er op tijd.’
‘Goed. Mag ik wat voor u halen? ‘
‘Graag, een pils en een witte wijn.’
Tamara was er gauw mee terug.
‘Ik kreeg voorrang, ik lijk wel beroemd.’
‘Heel goed bekend zéker.’
‘Ja, dat is er niet
minder op geworden, de laatste tijd. Er staan extra jongens achter de
bar, het schiet lekker op, ik ga zo weer beginnen.’
Tamara ging achter de
bestuurstafel zitten en werd al gauw vergezeld door haar andere
bestuursleden. Ze praten met elkaar en keken steeds de zaal rond. Dat
werd opgemerkt en langzaam nam iedereen plaats en werd het stil.
‘Dank jullie wel. Op de
agenda, waar geen tijd voor was om die te drukken, staat als laatste de
rondvraag. Maar daarvóór zou er een spreker komen.’
Mark en Simone stonden op,
stapten het podium op en gingen aan het tafeltje naast de bestuurstafel
zitten. Het bleef doodstil, tot Mark het woord nam.
‘Dank je wel, Tamara.’
Hij wachtte even.
‘Ik had een ander
welkom voor mijn vrouw en mij verwacht. Sinds ons eerste bezoek aan dit
dorpshuis dachten we in een gezellig dorp terechtgekomen te zijn.
Misschien helpt het, als ik vertel, wat Tamara waarschijnlijk van de
zenuwen vergeten heeft, dat we vanavond de consumpties gesponsord
hebben.’
Er werd gelachen en geapplaudisseerd.
‘Zo, dat is beter. U
zult zich afvragen wat wij hier doen. Wij zijn geen huurders van een
huis in dit dorp. We mochten van Tamara komen, omdat het toch een
oprichtingsvergadering was, als we nét deden of we
belangstelling hadden voor een huurhuis. We hebben braaf geknikt en
niets gezegd. Maar we hebben écht belangstelling. Niet voor een
huurhuis, maar voor alle huizen. We zijn hier nog niet zo lang, zoals
jullie weten, maar we raakten al gauw op de hoogte van de woningnood in
dit dorp. Wij hebben zelf twee kinderen, die na een verkering van een
jaar of vier, vijf, op hun twintigste konden trouwen en een huis
betrekken. U kunt zich niet voorstellen, hoe geschokt we waren, vooral
mijn vrouw, moeder en sinds kort grootmoeder van twee kleinkinderen,
door de geschiedenis van Thomas en Tamara. Ik heb Thomas verzocht een
onderzoek naar de woningnood in te stellen en mij verslag te doen. Ik
heb Tamara verzocht om een vereniging van huurders op te richten, want
samenwerking maakt sterk.’
‘Waarschijnlijk niet genoeg tegen Jersey.’
‘Inderdaad, onbekende
spreker, waarschijnlijk niet. Ik ga verder met mijn inleiding. U allen
weet waarschijnlijk wel iets af van de familie Wellingten. Die heeft in
de loop van de eeuwen, door verstandig beleid, steeds meer grond aan
kunnen kopen. Ik heb geen idee of dat tegen eerlijke prijzen gebeurd
is, ik heb geen klachten gehoord. De familie heeft alles steeds
zó beheerd, dat er reserves waren voor slechtere tijden, zoals
de beurskrach van negentiennegenentwintig en een paar oliecrisissen. De
firma in Jersey heeft ook in de loop van de jaren veel opgekocht. Maar
met als enig doel winst maken. En over hun aankopen zijn wél
klachten. Ze zijn niet strafrechtelijk aan te pakken, daar zorgen ze
wel voor. U weet waarschijnlijk wel, dat Jersey gebruikt wordt als
dekmantel. Achter de schermen zitten rijke financiers, die graag
makkelijk en snel nog rijker willen worden. Het enige wat ze
níet willen, is dat hun namen bekend worden. Sommigen zitten in
het Lagerhuis of zelfs in het Hogerhuis . Op het moment dat hun
namen in de openbaarheid dreigen te komen verkopen ze alles en
ontkennen daarna meegedaan te hebben aan onfrisse praktijken. Thomas en
Tamara hebben mij hun onderzoek ter hand gesteld. Het stonk. Maar ze
konden er niets aan doen. Mijn mogelijkheden zijn wat groter dan die
van hun of u. Ik heb vervolgonderzoek uit laten voeren. Dat bracht de
bodem van de beerput aan het licht. Daarna is alles in een
stroomversnelling geraakt. Het werd de firma in Jersey te heet onder de
voeten, gisteren zijn al hun huizen in dit dorp verkocht.’
Het bleef even stil.
‘Weet u wie de nieuwe eigenaar is?’
Mark grinnikte.
‘Tamara, ik geloof dat er iemand in het publiek zit, die misschien achteraf toch graag in het bestuur gezeten had.’
Er werd gegrinnikt.
‘Meneer, misschien komt
er binnenkort een plaats vrij in het bestuur. Tja, de nieuwe eigenaar.
De reserves van de familie Wellingten zijn zó opgelopen, dat er
best flink geïnvesteerd kan worden. Dat hebben we gedaan, wij zijn
de nieuwe eigenaars. We beginnen dus ook aan huizenverhuur.’
Het bleef weer even stil, tot Tamara zich naar Mark boog.
‘U heeft alles opgekocht? Het hele dorp?’
‘Om het correct te
stellen, Tamara, alleen de huurhuizen. En ík heb niets
opgekocht. Ik heb persoonlijke eigendommen, mijn vrouw ook. Maar ik ben
ook beheerder van het familievermogen van de Wellingtens. Zoals ik
eerder vertelde, verkregen door eeuwenlang verstandig beleid. Ik ga
daar mee door. In afwijking van de traditie werken mijn vrouw en ik
samen, zoals sommigen al gemerkt hebben.’
‘Wie niet. U geeft rondjes uit beider naam.’
‘Juist, dank u wel. Al
zeg ik in de hitte van een gesprek wel eens ik in plaats van wij.
Meestal word ik daar later op gewezen en gelukkig gelijk
vergeven.’
Er werd gegrinnikt.
‘U mag best weten, dat
het familievermogen opgebouwd is uit gebouwen, zoals het grote huis en
de opstallen daar omheen, de verpachte landerijen daar weer omheen en,
last but not least, beleggingen. Voor elk gedeelte is er, afgezien van
het personeel, een beheerder. Voor het beheer van de huurhuizen komt er
ook één. Mijn vrouw en ik controleren het geheel. Grote
beslissingen mogen wij niet zelf nemen. Daarover wordt gestemd door
alle meerderjarige familieleden, waar ook ter wereld. Om u niet
ongerust te maken, onze beslissing om Jersey uit te kopen was een
kleintje, daarvoor was geen familietoestemming vereist. We gaan er echt
niet failliet aan. Ik geloof dat die meneer weer wat wil zeggen.’
‘Dank u. Ik ben
trouwens Hammond, de bekende zuinige dorpskruidenier. Als u, ik zeg
maar u, die firma uit heeft moeten kopen, zullen die een beste prijs
gevraagd hebben en moeten wij nóg meer huur gaan betalen.’
‘U bent me
vóór. Neen, beste kruidenier. Er moet nog veel
afgehandeld worden, maar de koop is definitief. En in de
koopovereenkomst staat dat de huizen getaxeerd zullen worden zonder dat
er rekening mee gehouden mag worden dat er hier woningnood is. Het kan
dan niet anders dan dat de huren omlaag gaan en ongeveer op dezelfde
hoogte komen als in de omliggende dorpen. Ik denk zelfs lager. U kunt
niet verwachten dat we er geld op toeleggen, maar we nemen genoegen met
een minimaal rendement, omdat we geen reserves op hoeven bouwen, die
zijn er al.’
‘Dank u wel.’
‘Nu de overgang voor u
van de ene huisbaas naar de andere. Wij willen de twijfelaars
verzekeren dat wij goede bedoelingen hebben. En de overgang een
feestelijk tintje geven. Hoe u ook uw huur betaalde aan de vorige
beheerder, u stopt daar onmiddellijk mee. We zitten ongeveer middenin
de maand, wie voor deze maand al betaald heeft, bij de oude beheerder,
krijgt dat van hem terug, dat hoort bij de overeenkomst. Wie van
daarvóór nog huur verschuldigd is moet dat alsnog aan de
oude beheerder betalen. Wie daardoor in moeilijkheden komt kan zich bij
me melden, er is wel wat te regelen.’
Het bleef stil, tot Tamara het woord nam.
‘U gaat wat snel. Deze maand geen huur?’
‘Inderdaad. Bouw er maar een feestje van. Maar dan kom ik geen rondje geven.’
Mark moest even wachten tot het gejuich afzakte.
‘Verder heb ik in mijn
tas in de auto voor iedereen, op papier, hoe vanaf de eerste van de
komende maand de huur betaald moet worden. Ik zal dat straks ophalen en
bij de uitgang neerleggen. Hoe hoog, of laag, de huur zal worden wordt
pas definitief vastgesteld als de huizen getaxeerd zijn. Dan wordt ook
de tot dan betaalde huur verrekend. Tot dan geldt de oude
huurprijs.’
Hij wachtte even.
‘Min vijftien procent.’
Na even stilte ging er een groot gejuich op. Mark dronk even wat.
‘Ik wil nog wat
toelichten. Er zou iemand onder u kunnen zijn, maar ik verwacht het
eigenlijk niet, die zich afvraagt waarom er niet eerder iets aan de
wantoestanden gedaan is. Tja, het gemene is, dat zulke toestanden
sluipend ontstaan. En wie zou wat moeten doen? In ieder geval, voor
mij, ons, was het niets sluipends, het viel rauw op ons dak. Het eerste
wat in me opkwam was een vereniging van huurders. Een geschikt persoon
om die op te richten werd me op een presenteerblaadje aangeboden. U
heeft haar ook geschikt gevonden door haar in uw bestuur te kiezen.
Applaus voor Tamara.’
Het applaus was overweldigend. Tamara bloosde.
‘Ik heb nog twee
punten. De toestand van de huizen en de woningnood. Met het in een
normale toestand brengen van de huizen moet, helaas, gewacht worden tot
de huizen getaxeerd zijn. Enig idee waarom, meneer Hammond?’
‘Van mij mag u morgen beginnen.’
‘Sorry, meneer Hammond,
nu lokt u het zelf uit. Ik vraag me af wie van ons de zuinige
kruidenier is. Nét opgeknapte huizen zouden hoger getaxeerd
worden, en me méér kosten, al had ik dat opknappen zelf
betaald, dan halve bouwvallen, zogezegd.’
Het duurde lang voor het gejoel en gelach afgezakt was.
‘Ik hoop dat u me mijn
grapje niet kwalijk neemt, meneer Hammond. Ik neem u niets kwalijk,
mijn wereld is altijd ruimer geweest dan de uwe. Is er een slager in de
zaal?’
‘Hier.’
‘Met u heb ik méér gemeen. Ik was chirurg.’
Het gelach was weer niet van de lucht.
‘Nu over de woningnood.
Wij willen ook huizen gaan bouwen, om een eind aan de woningnood te
maken. Maar wij hebben geen flauw idee wat er aan woningen nodig is.
Type, grootte, hout, steen, noem maar op. Dus kom ik bij u te rade. Ik
verwacht van de vereniging van huurders zo spoedig mogelijk een plan,
met wat er gebouwd moet worden. Dat is moeilijk. Je zou kunnen tellen
wie er een huis nodig heeft, maar dan krijg je nieuwbouw met
hoofdzakelijk jongelui. Misschien willen er ouderen naar een
nieuwbouwhuis en hun huis aan de jongelui laten. Misschien speelt er
nog meer, ik zit driekwart van dit verhaal uit mijn duim te zuigen,
want, u begrijpt, ik heb geen tijd gehad om een plan op te stellen. Ik
wens de vereniging veel sterkte.’
Hij dronk weer even wat.
‘Tja, nieuwbouw, waar?
Waar Jersey van geprofiteerd heeft, was van dat het dorp vol was.
Tijdens het onderzoek waren ze zo brutaal om Thomas te laten zien dat
ze zo veel mogelijk fabrieksterreintjes gekocht hadden, om maar te
kunnen bouwen. Ja, ja, te kleine huisjes voor een te hoge huur. Ze
vertelden hem ook, dat er rondom het dorp alleen onvervreemdbare grond
lag. Tamara vroeg naar bewijzen daarvan. Toen werden ze vervelend.
Direct daarna heeft Thomas zijn onderzoek beëindigd en de bal,
stinkend en wel, aan mij doorgespeeld. Onderzoek in de familiepapieren
heeft geen contacten met Jersey aangetoond. Mijn vader is ook niet door
ze benaderd. Goed. Engeland is een eigenaardig land. Ik heb de laatste
dagen veel getelefoneerd en ben erachter gekomen dat binnen een
bebouwde kom er alleen met een vergunning gebouwd mag worden. Daar
buiten kan een grondeigenaar bijna alles doen wat hij wil, mits de
bebouwing in de omgeving past. In het kort, er kan rondom het dorp, op
de grond van de familie Wellingten, gebouwd worden, dat kan niemand
tegenhouden, als de nieuwe huizen een beetje bij de oude passen. Ik
adviseer daarom de vereniging van huurders om bij de nieuwbouw een
zelfde stratenpatroon en bouwstijl als in de rest van het dorp aan te
houden. Ik zal met de pachters die de benodigde grond nu in gebruik
hebben een gunstige regeling treffen. Dank u wel.’
Tamara nam vlug het woord.
‘Ik stel voor, de derde
consumptie vóór de rondvraag te nuttigen. Dan kan
iedereen bijkomen van dit ontzettend mooie nieuws.’
Er volgde een stormloop de bar. De kruidenier kwam snel naar Mark toelopen.
‘Dank u wel, meneer. Ik
neem u ook niets kwalijk. Als verklaring, ik was wantrouwend. Ik begon
in de problemen te raken door de steeds hogere huur.’
‘Begrijpelijk. U bent nu uit de zorgen, gaat u maar meefeesten.’
Tamara kwam bij het tafeltje van Mark en Simone staan.
‘Dank u wel, dat u me
van tevoren niets gezegd heeft. Ik had geen woord kunnen zeggen. Ik kan
er nog niet bij. Eerst knapt u, even, bij wijze van spreke, het
portiershuis voor Thomas en mij op, en nu koopt u, even, een heel dorp
en gaat het opknappen en uitbreiden.’
‘Ga ook maar meefeesten, lieve voorzitter. Wil je morgenochtend op ons kantoor komen?’
‘Ja, natuurlijk. Dank u wel. Onvoorstelbaar, wat een avond.’
Na een kwartier kreeg Tamara, met enige moeite, de rondvraag gestart.
‘Wie wil er eerst?’
‘Ik heb nog één van de weinige koophuizen, meneer. Wilt u het kopen?’
‘In principe wel. Geeft
u Tamara uw gegevens. Ik zal het ook door dat onafhankelijke bureau
laten taxeren. Maar uw eventuele hypotheek is vast te hoog. Kijk u, na
de taxatie, of u een lagere hypotheek af kunt sluiten of dat u toch
wilt verkopen en dan huren.’
‘Dank u. Ook voor uw advies.’
‘Uw collega, de slager, meneer.’
Die moest even wachten, door het gelach, voor hij verder kon.
‘Ik geloof best, dat u
huizen kunt laten bouwen. Maar normaal worden de staten en de
rioleringen en noem maar op, door de stad en bedrijven aangelegd.’
‘Uw vraag, meneer?’
‘O. Wie gaat dat hier doen, als de nieuwbouw op uw grond is?’
‘Even duimzuigen. . . .
Ik zal de stad voorstellen te doen wat gebruikelijk is. Anders treed ik
op als tussenpersoon voor alle nieuwe huizen. Dan ben ik grootgebruiker
en moeten ze me kortingen geven. Hetzelfde voor de
elektriciteitsmaatschappij, telefoon, enzovoort. Ik ben er al een
beetje achter hoe ik hier iets kan bereiken. Maar luister, lieve
mensen. Dit soort vragen kan beter aan de vereniging van huurders
gesteld worden. Die kan ze bundelen en naar mij doorspelen. Dan kan ik
fatsoenlijk de tijd nemen om ze te beantwoorden en oplossingen te
vinden. U heeft nu een normale huisbaas, die open staat voor klachten
en ideeën. Maar vanavond niet meer. Het was een lange drukke dag
en er komen er nog meer. Neem me niet kwalijk, Tamara. Het woord is aan
jou.’
‘Hierbij sluit ik de
vergadering. Nadat ik meneer eraan herinnerd heb, dat hij papieren uit
zijn auto bij de uitgang zou leggen. Dank u allemaal voor uw
belangstelling.’
Mark en Simone namen grinnikend afscheid.
Week 12
De volgende morgen kwam Tamara om een uur of tien.
‘Sorry, ik heb me
verslapen. Het is laat geworden. Meneer, de meeste mensen begrijpen het
niet. Er werd natuurlijk gerekend, vooral door de timmerman en de
loodgieter en andere bouwlui. Én zoveel huizen opkopen,
én die allemaal opknappen, én een heleboel nieuwe huizen
uit de grond stampen. Dat is toch niet te betalen?’
‘Tamara, meneer Hammond
zal een goede kruidenier zijn, maar hij heeft het bij zijn winkel
gehouden. De familie Wellingten heeft eeuwenlang goed gekruidenierd, en
in goede tijden voorzichtig de winkel uitgebreid en het overige
voorzichtig belegd. Daarom zijn de reserves zo groot, erg groot. Ik ben
er van geschrokken toen ik alles van mijn vader overnam. Maar ik lig er
niet wakker van. Ik ben blij er wat mee te kunnen doen, en het is
voldoende als de reserves op de lange duur hetzelfde blijven. Nu je het
over bouwlui hebt, ik wil die plaatselijke inschakelen, die zullen voor
hun mededorpsgenoten goed werk afleveren. Ze kunnen niet zoveel aan,
maar ze kunnen anderen, van buiten het dorp, als onderaannemer
aanstellen. Dan pikken ze er nog wat van mee. Want uitbreiden ontraad
ik. Als alles klaar is hebben ze niet veel werk meer dan nu.’
‘Mark, hoe kom je zo slim?’
‘Simone, zonder dat je
het beseft hoor, lees en zie je van alles over alle mogelijke
onderwerpen. Denk aan boeken die je gelezen hebt, rechtzaken op TV en
in de krant. Als je alles combineert volgt het één uit
het ander. Nog vragen, Tamara?’
‘Op het moment niet. Ú vroeg of ik langs wilde komen.’
‘Ja. Ik neem aan dat je, in ieder geval kort, met je andere bestuursleden gepraat hebt.’
‘Ja, meneer. Die waren
ook geschrokken. Zoveel werk hadden ze niet verwacht. Maar we gaan er
tegenaan. Vooral Ian werd steeds enthousiaster. Maar het zal even duren
vóór u een plan kunt verwachten. Ik hoop dat u intussen
wat kunt doen.’
‘Ja, ik doe nogal wat,
ook veel telefoneren. De taxaties op gang brengen, onder andere. Ik ben
in verband met de haast met een uitzendbureau bezig om een beheerder te
regelen, ik zie wel wanneer ik een vaste kracht aanstel. Ik heb ook
bedacht, er moet ook, per huis, een renovatieplan opgesteld worden. Het
zal nog wel even duren voordat er zichtbaar iets gaat gebeuren, zonder
plannen kan er verder niet veel. Of weet jij wat?’
‘Nee, meneer, zo snel niet.’
‘Goed. Tamara, luister. Ik maak even een krabbeltje.’
Mark pakte een stuk papier en een potlood.
‘Dit blokje stelt het
dorp voor. Daarvóór de vereniging van huurders. Aan de
andere kant, Simone en ik, met daarvóór de beheerders.
Zie je hoe de contacten gaan lopen?’
‘Ja, tussen de vereniging en de beheerder van de huizen. Zo is er te werken.’
‘Maar er kunnen
huurders, zeker niet-leden, buiten de vereniging om naar de beheerder
gaan. Of rechtstreeks naar mij, als ze het lef hebben. Daar hebben ze
het recht toe, officieel ben ik hun huisbaas.’
‘Daar is niet aan te
ontkomen, maar het zullen er niet veel zijn. Veel mensen laten hun
klusjes graag door anderen opknappen. Ik hoor ze al, daar betaal ik
toch contributie voor. Er zijn waarschijnlijk niet veel niet-leden
meer. Na de vergadering lag er een pak inschrijvingen op de bar in de
hal.’
‘Mooi. Tamara, ik heb
net alles van mijn vader overgenomen. En pats, boem, er gebeurt wat. Ik
krijg een idee en schakel Thomas en jou in. Dat kon, voor een keer,
maar dat moet geen gewoonte worden.’
‘We hebben het graag gedaan.’
‘Ja, en goed. Maar
Thomas heeft het als butler en personeelschef al druk genoeg. En jou
nog. Jij bent momenteel ook druk, met de vereniging, Thomas, jullie
samen met jullie huis en bruiloft. Oh, sorry. Tamara, ik belde laatst
de stad even, er is daar een foutje gemaakt. Jullie kunnen in het
dorpshuis trouwen.’
‘Ooooh, wat fijn. Dank u wel. Een foutje?’
‘Ja, zo heet dat, als
er een ambtenaar stom geweest is. Zo gauw jullie de trouwdatum bepaald
hebben moet je het natuurlijk met de stad regelen. Het hele feest in
het dorpshuis?’
‘Ja, we hebben het met
onze ouders besproken. We zijn nogal bekend in het dorp. Thomas heeft
niet alleen met mij gespeeld, hoor, ook normaal met andere jongens, en
kattenkwaad uitgehaald. Mij kent iedereen natuurlijk uit de winkel. Na
de officiële gebeurtenis, ‘s morgens om een uur of tien,
willen we open huis houden. Dan kan iedereen komen wanneer het hem
uitkomt. Doorlopende receptie met een buffet, zelfbediening. Tot
‘s avonds een uur of halfacht, dan kan iedereen geweest zijn. Dan
nog een dineetje met onze ouders.’
‘En dan?’
‘Naar huis. Ons eerste huis.’
‘Hoe?’
‘O.’
‘Mogen wij daarvoor
vervoer aanbieden? Een koets? Of een auto? Als jullie een koets willen
houden we een auto achter de hand voor als het slecht weer is.’
‘Dank u wel. Wat lux. Ik zal het er met Thomas over hebben.’
‘Prima. Wij vinden het
heel mooi, wat jullie bedacht hebben om naar het dorpshuis te gaan.
Zullen we, voor slecht weer, twee keurig geklede jongens met grote
paraplu’s achter de hand houden?’
‘Graag. U denkt ook overal aan.’
‘Dat is de bedoeling,
Tamara. We hebben een groot bedrijf en het is plotseling nog een stuk
groter aan het worden. Daarom wil ik, behalve een beheerder voor de
huizen, een troubleshooter aanstellen. Die teken ik hier, naast de
beheerders. De lijn van de vereniging naar de beheerder van de huizen
streep ik door. Ik wil niet dat er te veel in en uit gelopen wordt bij
beheerders. Tot nu toe kon het, maar niet met een heel dorp. De
vereniging en individuele huurders moeten zich melden bij de
troubleshooter. Later wil ik zijn taak uitbreiden met de contacten met
de pachters. Die ook eerst naar de troubleshooter. Die heeft als enige
onbeperkt toegang tot de beheerders, en als er iets niet bevalt,
rechtstreeks tot mij. Hij valt dus ook niet onder de personeelschef,
rechtstreeks onder mij. Nu de andere kant op. De troubleshooter moet
niet alleen wachten op vragen of klachten, hij moet er op uit.
Rondkijken. Zijn neus laten zien, zodat de mensen hem aan kunnen
spreken en hij gelijk ter plekke de zaak kan bekijken. Duidelijk?’
‘Ja, meneer. Maar waarom vertelt u me dit zo uitgebreid?’
‘Jij kent veel mensen.
Ik zoek natuurlijk een geschikt persoon. Ik ben veeleisend. Het
belangrijkste is, dat hij me ontlast van kleine tot middelgrote
problemen. Ik zal nog wel wat vergeten, maar verder moet hij in het
dorp de weg weten, beleefd en erg toegankelijk zijn, maar toch van zich
af kunnen bijten als er gezeurd wordt. Hij hoeft, zeker in het begin,
niet overal verstand van te hebben, maar genoeg om te zorgen dat vragen
goed beantwoord worden en problemen goed en snel opgelost worden. In
het dorp kan, denk ik, alles lopend of met de fiets gedaan worden.
Maar, en zeker als hij ingewerkt is en regelmatig bij alle pachters op
bezoek gaat, is er een auto beschikbaar. Heb jij nog ideeën voor
zo’n troubleshooter?’
‘Zo snel niet. U en de beheerders zouden wel minder lastig gevallen worden.’
‘Dat is de bedoeling, dan houd ik tijd over voor de grotere problemen. Weet jij nog iets, Simone?’
‘Ja. Die troubleshooter moet er ook goed uitzien. Zo heb je mij óók aangenomen.’
‘O. Ja.’
‘Wat? U aangenomen, mevrouw?’
‘Dat is een
familiegeheimpje, Tamara. Mijn man was weduwnaar en zorgde voor zijn
schoonvader, ook weduwnaar, en een beetje lichamelijk gehandicapt. Die
kon maar een paar stappen doen, de rest moest met een rolstoel. Mijn
man zocht toen hulp. Die moest zijn schoonvader kunnen verzorgen, met
hem praten, overdag, als hij zelf aan het werk was, én er goed
uitzien, want ze wilden niet tegen een lelijkerd aankijken. Ik heb die
baan gekregen. Tja, het werd liefde op het tweede gezicht, of zo, en we
zijn getrouwd.’
‘O. En u vond dat Thomas en ík een speciale geschiedenis hadden.’
‘Ja, Tamara. Die kunnen
wíj amper bevatten. Mijn man en ik hadden al wat meegemaakt voor
we elkaar ontmoetten, we hebben niet zo lang gewacht om te trouwen. Ik
heb verteld over onze kinderen, die vonden het na vier, vijf jaar
verkering ook tijd worden. Jullie moeten vreselijk veel van elkaar
houden om zo lang te hebben kunnen wachten.’
Tamara keek even naar beneden.
‘Ja. Altijd al. Vanaf
dat we alleen naar school mochten lopen liepen we hand in hand. We
probeerden altijd bij elkaar in de buurt te zijn. Nog, natuurlijk. We
hebben een fijne jeugd gehad, zijn gaan werken, en het is fijn
gebleven. Maar als we elkaar niet zien zijn we niet compleet. Ik weet
dat Thomas in de buurt is, dat is al prettig, niet zo ver weg. Maar pas
als we elkaar zien, en dan hoeven we elkaar geeneens aan te raken, dan
is pas alles goed. Misschien vergelijkbaar met een tweeling?’
‘Niet de onze. Die is
natuurlijk twee-eiig. Als de één zijn kop stoot zegt de
ander echt geen au. Ze maken ook elkaars zinnen niet af, om maar iets
te noemen. Ze geven veel om elkaar, maar zijn gewoon broer en
zus.’
‘Thomas en ik maken ook
elkaars zinnen niet af. Maar, we hebben wel, net als u beiden, dat heb
ik allang gezien, vaak aan een half woord genoeg. Of aan een blik al.
We hoefden elkaar vroeger ook nooit te roepen, we voelden het, als er
door de ander naar ons gekeken werd.’
‘Telepathie?’
‘Nee. We hebben een
keer geprobeerd of dat ook via een spiegel werkte. Nee. Ook niet bij
het alleen aan de ander denken. Alleen bij direct naar de ander kijken.
En dan wisten we alleen dat er gekeken werd, niet wat er gedacht werd.
Gelukkig.’
‘Dat zou toch nog mooier zijn?’
‘Toen liever niet. Toen
we wat ouder werden kwamen er natuurlijk soms gedachten bij, dat er nog
méér was dan al gelukkig zijn als je bij elkaar bent.
Maar we hebben dat verdrongen, alles op z’n tijd. Maar goed ook,
we worden nu een beetje ongeduldig.’
Ze grinnikten.
‘Tamara, mijn hoofd
loopt om, ik was weer wat vergeten, sorry. Thomas had gelijk, het
portiershuis is geen bouwval, het is prima in orde. Maak, via Thomas,
samen met mijn vrouw, en misschien Thomas ook, een afspraak met de baas
in de bouwkeet. Voor de kleuren van de verf en het behang. Binnenkort
is binnen alles gerepareerd en schoon, dan kunnen ze schilderen en
behangen. De buitenkant is ook gerepareerd. De vensters blijken
standaard Engelse maten te hebben, dus de nieuwe kunnen af fabriek
geleverd worden en komen vandaag of morgen. Nou ja, morgen of
overmorgen. Dus, alles zit mee, en je geduld wordt hooguit nog een week
of drie op de proef gesteld. Ga je trouwdatum maar vaststellen.’
Tamara keek naar beneden.
‘Ik begin te leren om niet gelijk weer te gaan janken. Maar het is onvoorstelbaar.’
‘Simone, stel het haar eens voor.’
‘Wat? Dat ze over een
week of vier in hun nieuwe huis samen bloot in bed liggen? En, als ze
zo slim geweest is om al aan de pil te beginnen, het dan niet bij
uitwendig onderzoek hoeven laten?’
‘Mevrouw!’
‘Doe niet zo preuts,
Tamara. We vragen die bouwbaas een zo nauwkeurig mogelijke datum. Voor
de zekerheid moet je een week speling houden. In die tijd kan het huis
ingericht worden. Je kan dus over vier weken trouwen, denk ik.’
Simone keek op haar horloge.
‘Wil je onze kleinkinderen zien?’
Tamara knikte.
‘Kom naast me zitten.’
Mark zette de computer aan en draaide het scherm zo dat ze alledrie konden kijken. Al gauw kwam er een kamer in beeld.
‘Dat is de kinderkamer
in het huis van de kinderen in Boston. Daar hebben wij ook gewoond,
mijn man wat langer, ik vanaf dat hij me aannam voor dat baantje. We
chatten bijna iedere dag met de kinderen, maar tussendoor staat hun
camera ingesteld als webcamera. Niet iedereen kan meekijken, je hebt
een wachtwoord nodig. Kijk, mooi op tijd. Dat is onze dochter, Silvia.
Die komt haar zoontje, Richard, uit bed halen.’
Ze zagen Silvia de gordijnen
opendoen, naar de camera wuiven en een baby uit een bedje halen.
Terwijl ze die waste en aankleedde kwam er weer iemand de kinderkamer
binnen.
‘Dat is onze schoondochter, Aimee. Die heeft een dochtertje, Emily.’
Ook Aimee zwaaide even naar de camera en ging haar dochtertje verzorgen.
‘Genoeg maar, Mark. Nee, wacht. Hoe oud is Emily?’
‘Ruim vijf maanden, denk ik. Richard vier. Hoezo?’
‘Geef me de telefoon.’
Ze pakte de telefoon van Mark
aan en koos een nummer. Op het scherm zagen ze Aimee haar dochtertje
aan Silvia geven, naar een hoek van de kamer lopen en de telefoon
oppakken.
‘Met mams.’
‘Ja, we zitten te kijken. Alles goed?’
‘Ja, hier ook. Een
gekkenhuis, we zijn erg druk, daar hoor je nog over, maar het is erg
fijn. Maar daarvoor bel ik niet. Heb jíj nieuws?’
‘Binnenkort? Dan loop
ik daar even op vooruit. Ik zie net, dat paps en ik een vakantie bij
jullie gaan plannen, van een paar maanden, over een maand of zeven,
acht.’
‘Ik ben niet gek. Wie
heeft jou seksueel opgevoed? Maar we wachten je nieuws wel af. De
groeten, ook van paps, aan allemaal.’
Ze legde de telefoon neer.
‘Even kijken.’
Aimee legde ook de telefoon
neer, liep naar Silvia, pakte haar dochtertje aan en fluisterde in het
oor van Silvia. Die omhelsde en kuste haar.
‘Merci, Mark.’
Mark draaide het scherm weer terug.
‘Wat was dat?’
‘Gefeliciteerd. Je wordt weer opa.’
‘Hoe kon je dat nou zien? Ze wist het kennelijk zelf nét. Silvia nog niet.’
‘Ja, daarom juist. Ik
heb ook op een consultatiebureau gewerkt. Ik heb het daar zo vaak
gezien, als de moeders met de baby’s op controle kwamen. Ik weet
het niet van mezelf, ik ben maar één keer zwanger
geweest, maar de minuut na de allereerste bevestiging dat ze opnieuw
zwanger zijn verandert hun houding. Ze gaan weer zo’n beetje
lopen alsof ze weer een gewicht in hun buik hebben. Het weegt nog
niets, maar ze denken de hele dag, daar zit weer iets. Ze waren altijd
verbaasd als ik, onder het controleren van hun kind door, vroeg of ze
de kraamverzorging voor de volgende al geregeld hadden. Ach, zei ik dan
maar, ik ben zuster Röntgen.’
‘Wat mooi. Ik geloof niet dat ik veel voor u verbergen kan.’
‘Ik kan er niets aan
doen, Tamara. Ik heb, behalve op een Intensive Care, op alle afdelingen
van ziekenhuizen gewerkt. En zelf vier kinderen grootgebracht. Je kan
uit houdingen en bewegingen veel opmaken zonder dat mensen het in de
gaten hebben. Je moet er alleen oog voor hebben. Ik wed dat jij aan
Thomas ook veel ziet.’
‘Ja, maar niet dat hij in verwachting is. En hij voorlopig ook niet aan mij.’
Ze grinnikten.
‘We mogen je heel
graag, Tamara. Daarom zie ik aan jou ook meer dan aan anderen, ik kijk
niet naar iedereen even goed. Ik durf te wedden, dat ik aan je zie, als
het zover komt, dat je in verwachting bent, vóór je het
vertelt. Omdat je er dan extra blij uit zult zien. Je wilt graag
kinderen.’
‘Hoe weet u dat?’
‘Ook zoiets simpels. Toen je naar onze kleinkinderen keek stond je mond iets open.’
‘O. Ja. Het was ook zo’n schattig gezicht, die blote, trappelend lijfjes.’
‘Mag ik weer verder gaan? Over mijn troubleshooter?’
‘Bedankt dat ik mee mocht kijken. Ja, het lijkt me een goed idee, meneer.’
‘De laatste eis waar we
het over hadden, en waardoor we nogal afdwaalden, was, dat hij er ook
goed uit moest zien. Tamara, dat ik je alles uitgebreid vertelde, omdat
je zoveel mensen kent, was een smoes. Jij voldoet aan alle eisen. Wil
je mijn troubleshooter worden?’
‘Wat? Ik? Ik ben net in het bestuur van de vereniging gekozen.’
‘Neem ook mijn eerdere
strikvragen niet kwalijk. Ian kan het, denk ik, ook goed aan. Als
leraar heeft hij wel wat vrije tijd. En hij kan best een ander
bestuurslid vinden.’
‘Zo. Eerdere
strikvragen. Gisterenavond zei u, misschien komt er binnenkort een
plaats vrij in het bestuur. En nog eerder zei u, dat u misschien een
betaald baantje voor me had, als ik die vereniging goed op poten had
gezet.’
‘Ja. Ik heb, sinds we
hier zijn, gemerkt, dat Simone veel meer aan kan dan verpleging en een
gezin runnen. En dat ze dat ook graag doet, zich daarin uit kan leven.
Net als ik hier doe, dat had ik ook niet verwacht. Toen je weg was,
nadat Thomas je als zijn bruid voorgesteld had, zei Simone al dat er
bij jou ook meer in zat. Dat hebben we gezien, in deze korte tijd al.
Ik ben niet uit mezelf op het idee voor een troubleshooter gekomen, jij
hebt me daar, zonder dat je het zelf wist, op gewezen. En op je
capaciteiten. Ook tijdens jullie verslag over de woningnood. Tot en met
voor de eerste keer in je leven een vereniging oprichten en de
oprichtingsvergadering leiden. En ga nu niet jezelf afkraken. Maar
overleggen, met Thomas, maar ook met jezelf, of je die baan aanneemt.
Je kan hem aan, maar misschien doe je liever iets anders. Bij die
vereniging blijven, en, naast echtgenote, huisvrouw, mogelijk moeder in
de toekomst, daar genoeg aan hebben.’
‘Dank u wel, meneer, voor uw aanbod. En uw vertrouwen in me. Hoe zit het met de betaling?’
‘Hetzelfde als een
butler, bij een volledige werkweek. Maar je zou zelf je tijden kunnen
bepalen. Ik dacht eerst aan spreekuren, maar dat is niets. Je weet dat
Thomas een mobiele telefoon heeft?’
‘Ja, daar staat hij mee
op en gaat er naar bed. Denk ik. Erg makkelijk, daardoor kan hij ook af
en toe naar de suite komen, hij blijft toch bereikbaar.’
‘Ik zal hem eens vragen
of hij al een plaatsvervanger geregeld heeft. Er zijn tijden dat hij
zijn telefoon uit moet zetten, hij hoeft niet altijd oproepbaar te
zijn, hij heeft ook recht op vrije tijd. Het lijkt me geen succes, dat
als jullie eh laat maar.’
Ze grinnikten.
‘Het is beter als de
troubleshooter ook telefonisch bereikbaar is, na een oproep kan gaan
kijken wat er gedaan moet worden. Ik wil de gezelligheidsvereniging
vragen, nee, dat moet de troubleshooter gaan doen. Zie je, Tamara, er
is iedere keer wat. Ik wil een ideeën- en klachtenbus. Misschien
in het dorpshuis. Over de betaling. Ik weet niet hoeveel uur werk het
in de week is, dat varieert natuurlijk ook. Je zou tijd moeten
schrijven. Niet zo’n probleem, een computer, of de vergoeding
ervoor, hoort bij de baan. Je zou ook een beetje een verslag bij moeten
houden van wat je doet. Mij af en toe een overzichtje geven. We hoeven
verder niet op details in te gaan, die zijn later te regelen.’
‘Ja, meneer.’
‘We zijn er al aan
gewend voor het minste of geringste, nou, zo erg is het niet, om Thomas
te bellen. Ik zou het fijn vinden, en Simone ook, als we voor zaken die
níet onder hem vallen, jou konden bellen.’
‘Mag ik gaan?’
‘Ja, natuurlijk.’
Tamara haastte zich weg.
‘Wat was dat, Simone?’
‘Ik denk dat ze niet
wilde gaan huilen. Ze werd langzaamaan steeds meer overweldigd, ik zag
het. Vooral nadat je zei dat ze hetzelfde zou krijgen als een butler.
Het gaat haar vast niet om het salaris, die vereniging is
vrijwilligerswerk, en daar stortte ze zich enthousiast op. Maar ze
snapt best wat zo’n baan inhoudt, ze had vast nooit verwacht dat
zij ook zoiets zou kunnen gaan doen. En dat je die op hetzelfde niveau
als die van de butler vindt.’
‘Ze wordt steeds
flinker, ze redt het best. Zo’n goede kracht wil ik niet laten
lopen, er is werk genoeg voor. En het is zo’n lief kind.’
‘Prettig om naar te kijken.’
‘Ja, maar niet alleen door mij. Probeer maar eens te drammen tegen zo’n aardig, resoluut meisje.’
‘Wat af en toe in tranen uitbarst.’
‘Vast niet bij haar
werk. Verder is het volkomen begrijpelijk. Wat een veranderingen. Voor
ons ook, maar voor haar zijn ze persoonlijk. Voor haar en haar
jeugdliefde.’
‘Af en toe laat je mérken dat je erg begrijpend bent.’
‘Ik grijp graag. Ga je mee naar bed?’
‘Alweer overdag?’
‘Wij kunnen onze eigen
tijd indelen. Het lijkt een beetje op toen we thuis op huwelijksreis
bleven. En je bent bloot nog steeds zo mooi en verleidelijk. Kom, ga,
mee, let me in, whee-oohpen, boemen.’
‘Ik ren al.’
De volgende morgen kwam
Tamara met een ernstig gezicht het kantoor binnen, waar Mark en Simone
al waren. Ze zeiden elkaar gedag en Tamara ging zitten.
‘Het bestuur van de
vereniging van huurders heeft een spoedvergadering belegd. We gaan een
formulier ontwerpen om erachter te komen wie wat wil. Dat kan vrij
snel, dan hebben we een idee wat er aan nieuwbouw nodig is. Uw idee, om
een zelfde stratenpatroon en bouwstijl als in de rest van het dorp aan
te houden nemen we graag over. Maar we kunnen het niet alleen af. We
hebben hulp nodig, bijvoorbeeld van een architectenbureau.’
‘Goed bedacht. Schakel
in wat nodig is. Op mijn kosten, maar jullie moeten het zelf uitzoeken.
Ik wil niet beticht worden van inmenging.’
‘Dank u. Trouwens, Ian
vermaakt zich uitstekend. Hij heeft ook al wat met het meisje wat ook
in het bestuur gekozen is. Misschien laat hij zich ook snel op de lijst
voor een woning zetten. Er kon wel eens meer vraag komen dan we tot nu
toe dachten. De leeftijd waarop getrouwd wordt zal met sprongen naar
beneden gaan.’
‘Zie je, gelijk weer
een vraag voor mijn troubleshooter. Een onderzoek doen naar extra
werkgelegenheid in en om het dorp. Maar maak je verhaal af.’
‘Ik heb ook vergaderd
met Thomas. Nou ja, overlegd. Tegenaan gepraat. Om alles op een rijtje
te krijgen. Er is nogal wat gebeurd, de laatste weken. Allereerst, we
gaan niet op huwelijksreis. Ik vertelde hem, in vertrouwen natuurlijk,
dat ik meegekeken had in de kinderkamer in Boston. En dat u over een
maand of zeven, acht daar naar toe gaat. Thomas wil zich graag verder
inwerken en dat wij dan ook vakantie nemen. Korter of langer, en waar
naar toe zien we tegen die tijd wel. Na ons trouwen willen we wel graag
een paar dagen vrij en daarna een paar halve dagen. We zien elkaar toch
al meer dan vroeger en Thomas is steeds bereikbaar. Ja, goed, af en toe
mag zijn telefoon uit.’
‘Goed bedacht, Tamara.
Het aantal hele en halve dagen vrij lijkt me wat weinig, maar doe maar
wat jullie prettig vinden. Om gelijk met ons vakantie te nemen vinden
wij natuurlijk ook prettig. Ga door.’
‘Ja, meneer. Thomas kan
zich dan verder inwerken, en ik ook. Ik wil graag uw troubleshooter
worden, onder voorwaarden, als ik zo brutaal mag zijn.’
‘Heel fijn, Tamara. We
hadden er erg op gehoopt. Natuurlijk mag je voorwaarden stellen, dat
hebben wij ook gedaan. En omdat het een nieuwe baan is kunnen er later
veranderingen optreden. Maar ik ben er van overtuigd dat we samen alles
goed kunnen regelen. Vertel maar.’
‘Ik weet dat Thomas een
hele goede echtgenoot voor me zal zijn. Hij is nog nooit anders dan
lief voor me geweest. Ik wil voor Thomas een hele goede echtgenote
zijn. Ik wil daar alle tijd voor hebben, ook voor het huishouden. En
als we gezinsuitbreiding krijgen, trouwens op z’n vroegst over
een paar jaar, dáárvoor ook. Ik weet nog niet hoeveel uur
per week ik voor u kan werken, maar ik verwacht het huishouden snel
onder de knie te hebben. Ik wil langzaam beginnen. Eerst alleen doen
wat op me afkomt, van uw kant en van de vereniging van huurders. In het
begin gaat er extra tijd in zitten om te kijken hoe ik dat organiseren
moet. Als ik vind dat ik tijd tekort kom ga ik misschien hulp aannemen,
dat kan waarschijnlijk wel, met ons beider salaris. Als alles op
rolletjes loopt kan ik, zoals u zei, er op uit. Daarna optreden als
tussenpersoon voor pachters die vragen of moeilijkheden hebben.
Daarvoor zal ik me ook in moeten werken, zoveel weet ik niet van het
boerenbedrijf, ik was koekenbakker, zogezegd. Daarna, ook er op uit
naar de pachters. Ik houd u, en de beheerders, natuurlijk op de hoogte
van wat ik aankan.’
‘Prima. Weet je waar de beheerders zitten?’
‘Geen idee, meneer.’
‘Aan de achterkant van
de garage is een rij kantoren. Er staan er nog leeg. In plaats van
thuis zou je daar kunnen gaan werken.’
‘Liever niet, thuis kan
het overal tussendoor. En ik verwacht geen aanloop, maar dat ze bellen.
Dan ga ik naar ze toe.’
‘Prima, Tamara. Even officieel, je bent aangenomen.’
Mark pakte de telefoon.
‘Thomas, vier koffie graag. Met wat erbij, als er is. Kom zelf ook, voor die vierde, er is wat te vieren.’
‘Dank u wel, meneer.’
‘Jullie zijn een bijzonder stel. Een beetje bijzondere behandeling mag wel.’
‘Een beetje? Het één na het ander.’
‘Toeval. Goed, hierna drie jaar niet meer.’
‘Dat houdt hij toch niet vol, hoor, Tamara. Je doet hem te veel aan zijn dochter en schoondochter denken.’
‘Toeval. Maar ik ben er ook blij mee. Ik praat graag met u beiden.’
Thomas kwam binnen, op de voet gevolgd door een dienstmeisje met de koffie. En gebak.
‘Dit is het gebak wat uw ouders voor vandaag besteld hadden, er is iemand nieuw voor ze halen.’
‘Dank je, Thomas, goed
geregeld. Je snapt wel wat er te vieren is. Je aanstaande gaat
óók voor ons werken.’
Thomas kuste eerst Tamara.
‘Ik ben erg trots op
haar. Ze heeft, al pratend tegen me, uitgekiend of en hoe ze het doen
wilde. Haar grootste zorg was dat ik wat tekort zou komen. Maar ik ben
toch niet altijd thuis. Ze zal het wel gezegd hebben, omdat alles nieuw
is kan ze niet inschatten hoeveel ze voor u kan werken. Maar als ik
thuis ben wil ik ook graag mijn handen uit mijn mouwen steken. Dat deed
ik in de garage, nu kan ik geen handwerk doen, ik moet zorgen dat het
personeel dat doet.’
‘Mis je het?’
‘Nee, meneer, ik voel
me als butler als een vis in het water. Maar wat handwerk, zelfs
stofzuigen, om maar wat te noemen, kan erg ontspannend zijn. Ik wil
thuis niet alleen bediend worden, we willen alles samendoen.’
‘Fijn, Thomas. Ik zal
je niet te lang van je werk houden. Ik heb wel een paar dingen voor je.
Regel een mobiele telefoon voor Tamara, en geef haar uitleg. En regel
dat ze de beschikking krijgt over een auto. Doe de kleinste maar. In
het begin zal ze die niet vaak nodig hebben, later, als ze ook naar de
pachters gaat, meer. En een plattegrond van ons gebied. En geef haar
een keer rijles.’
‘Ik heb mijn rijbewijs, meneer. Ik rijd soms in de auto van mijn vader, om bestellingen weg te brengen.’
Mark grinnikte naar Simone.
‘Hoe gaan we dat brengen?’
Simone grinnikte ook.
‘Oh, is het zó
laat. Tamara, de kleinste auto die we hebben is vast iets groter dan
die van je vader. Daar moet je even aan wennen. Als je liever geen
rijles krijgt van Thomas, ik wil graag in het begin met je meerijden,
tot je je er vertrouwd mee voelt. Ik wil zo wie zo graag af en toe met
je meerijden als je de pachters op gaat zoeken. Voor de gezelligheid,
en dan kom ik ook het huis eens uit.’
‘Je bent vrij om te gaan en staan waar je wilt, Simone.’
‘Ja, dat weet ik wel. Maar ik wil ook niet zo ver bij je vandaan.’
‘O. Daar kom ik nog wel eens op terug.’
‘Voor mij is een auto een auto. Als hij groter is dan die van mijn vader neem ik de bochten wel ruimer.’
‘Het gaat niet alleen
om het rijden, ook om de bediening. Stuur- en rembekrachtiging,
automatische versnelling, airco, noem maar op. Maar wat het meeste moet
wennen, ik heb ooit hetzelfde gehad, is dat je de motor niet hoort
lopen. Dat is eng, in het begin. Je start, je hoort de startmotor even,
dan niets. Je moet gewoon de versnelling inschakelen en wegrijden. Je
kan alleen op de toerenteller zien dat de motor loopt. Klopt dat,
Thomas?’
Thomas zat te grinniken.
‘Ja, mevrouw. Als we wél wat horen is er iets niet in orde. Dan gaan we het nakijken.’
‘Je maakte alleen maar Rolls’.
‘Juist.’
‘O. Nee toch?’
Mark, Simone en Thomas lagen in een deuk.
‘Ik ben er vroeger ook
ingeluisd, Tamara. Toen ik bij Mark kwam werken moest ik na een tijdje
mijn auto van hem verkopen, daar reed ik amper in. Ik moest zijn andere
auto gebruiken, die stond in de garage en kwam er alleen uit als er
netjes gekleed mee op bezoek gegaan werd. Dat bleek ook een Rolls te
zijn.’
‘Leuke grap. Maar als u
het kan, kan ik het ook. Graag een keer les van Thomas, voor de
technische kant, dan van u, mevrouw, voor het rijden.’
‘Weer goed geregeld, Tamara. Thomas, die Rolls in Boston is een rode. Zegt dat je wat?’
‘Zeker. Een hele oude. De helft hier is ook rood, de rest zwart. Maar allemaal in uitstekende staat.’
‘Natuurlijk. Dank je, Thomas.’
Thomas vertrok.
‘Ik heb een voorstel,
Tamara, om je op gang te helpen, omdat, afgezien van ons, niemand van
je baan op de hoogte is. Ik had voor de vergadering in het dorphuis
snel wat laten drukken met de gegevens over de nieuwe huur. Voortaan
moet zoiets netter. Is er een krantje in het dorp?’
‘Nee, meneer. Als er iets is komt dat op het prikbord in de hal van het dorpshuis.’
‘Hier heb je pen en
papier, maak maar notities. Dat zal ik je vaker vragen, ik kom er nooit
toe om zelf wat op te schrijven, omdat ik nog niet uitgedacht ben. Dit
komt ook zo in me op. Begin een krantje. Namens het huis. Verzin maar
een naam. Eindredacteur, jij. Oplage, het hele dorp en de pachters.
Zoek maar uit wat goedkoper is, zelf doen of ergens laten drukken.
Inhoud. Houd het eerste krantje maar kort. Alleen dat er voortaan af en
toe een krantje komt, en uitleg over jouw functie en je telefoonnummer.
Dan kom jij vanzelf op gang. Daarna, als ze er zijn, mededelingen van
het huis. Terugkerend, jouw telefoonnummer en waar de huur heen moet.
Geen smoesjes, dat wist ik niet. Later kunnen we iedereen op de hoogte
houden van de taxaties, renovaties en nieuwbouw. O, zet gelijk in het
eerste nummer dat mededelingen van verenigingen ook opgenomen kunnen
worden, onder hun verantwoordelijkheid. Dat moet er iedere keer boven
staan, daar moeten wij niet op aangesproken kunnen worden. Misschien
willen de winkeliers erin adverteren, later, kijk maar. Kan je het
bijhouden?’
‘Nét. Hoe komt u daar zo op?’
‘Ik heb ooit in de
redactie van een studentenblaadje gezeten. Niet zo lang, mijn stukjes
bevielen niet. Te eh vrij. Voor die tijd.’
‘Vertel eens, Mark.’
‘Ik schopte natuurlijk
tegen heilige huisjes. Ik werd gewaarschuwd. Voor het nummer daarop
schreef ik een heel neutraal stuk over het werk van een bepaalde
professor. Waar ik eigenlijk de pest aan had. Tijdens de
redactievergadering daarna kreeg ik daar complimenten voor, ook van het
hoofd van de universiteit, die altijd bij de vergaderingen was. Komt
die professor binnenlopen. Mijn stuk was prima, ik had alleen zijn
initialen fout. B.D., geen L.L. Ach, zei ik, voor ik nadacht, maakt
niet uit, bijna dood of levend lijk.’
Ze grinnikten alledrie.
‘Moet ik eerst een drukproef laten zien?’
‘Nee. Je zal het vast
prima doen, Tamara. Ik heb maar één voorwaarde. Dat er
niet te lovend over ons geschreven wordt. En wij moeten ons best doen
om kritiek te voorkomen.’
‘Je hebt altijd mensen die nooit tevreden zijn.’
‘Had je wel eens lastige klanten in de winkel?’
‘Daar was altijd wel wat op te vinden. Als ik maar vriendelijk bleef.’
‘Je hebt de ruimte om, laten we zeggen, er een extra gebakje tegenaan te gooien.’
‘O. Ja, dat deed ik
soms ook, dat werkte. Mooi. Ik zie het helemaal zitten. Als de opzet er
eenmaal is kost het niet zoveel tijd. Ik eh. Nee, ik noteer mij
ideeën wel.’
‘Je maakt ons nieuwsgierig.’
‘Voor later, stukjes
over het huis en het dorp. Veel mensen wisten niets over wat u tijdens
de vergadering vertelde. Ik ook niet veel. We snappen nog steeds niet
dat u in een dag een dorp opkoopt, en zo.’
‘Tja. Ik zal je wat vertellen. Simone, laat onze trouwfoto eens zien. En die van de kinderen.’
‘Ik haal ze even.’
Simone ging het kantoor uit.
‘Tamara, mijn vrouw en
ik beheren het familievermogen, je weet inmiddels dat het niet van
onszelf is. Het brengt verplichtingen mee, maar ook voordelen. De
verplichting om het goed te beheren, op de lange duur niet te laten
verminderen, de reserves moeten in stand blijven, voor slechte tijden.
Er kon niet altijd, als het een tijd goed ging, grond aangekocht
worden. Nu totaal niet meer, de omringende eigenaren gaat het ook goed.
Waarschijnlijk hebben weinigen een idee hoe groot ons gebied is. Een
boer zegt, dit is mijn boerderij, niet, ik pacht deze boerderij. Je
komt erachter als je ze gaat bezoeken. Daarom is er ook
geïnvesteerd. Belegd, onder andere in schilderijen.’
‘Er hangen hier in huis hele mooie.’
‘Ja, geen reproducties,
echte. In het huis in Boston hangt onder andere een Picasso, ook
familie-eigendom. En die Rolls staat er, om te gebruiken. Daar, en
hier, staan ook antieke meubels. De grap is, die zijn eeuwen terug
gewoon gekocht, en vanzelf antiek geworden. Maar de timmerman verdiende
er toen goed aan. Er zijn ook sieraden, juwelen, die werden vroeger
door de dames op grote feesten gedragen. Daarna, hup, de kluis weer in.
Aan die sieraden hebben indertijd de juweliers verdiend. Verder is er
gewoon belegd, aandelen en zo, maar heel voorzichtig. Een deel daarvan
wordt nu gebruikt voor de investering in de huizen, enzovoort. Snap
je?’
‘Een beetje. Ik denk
niet dat er iemand beseft dat u meer te doen heeft dan het huis in orde
te laten houden en pacht opstrijken.’
‘Het huis is natuurlijk
het opvallendst. Het is altijd als een verplichting gezien om een ruime
huishouding te voeren, omdat daar veel mensen van profiteren. Het
personeel geeft zijn geld uit in het dorp. En het geeft ons de rust, om
ons met de juiste zaken bezig te kunnen houden. De voordelen van het
beheren van de familiespullen, trouwens, om van lid van de familie te
zijn al, is het mogen gebruiken, kijken naar, en genieten van de
zichtbare zaken. Wij hebben van jongst af aan geleerd verstandig met
geld om te gaan, en ieder zijn deel te geven. Snap je een beetje hoe we
er mee omgaan?’
‘Ja. Ik ben ook zuinig
op de paar mooie spullen die ik heb. U doet het toevallig in het groot.
In het héél groot. U doet er verstandige dingen mee,
begrijp ik nu, zoals nu die huizen kopen.’
‘Ja. Waar ik twee keer
ontzettend van genoten heb, is dat de familie sieraden heeft. Hele
oude, de laatste eeuw is er niet meer gekocht, er zijn er genoeg. Mijn
vrouw, mijn dochter en mijn schoondochter hebben die bij hun huwelijk
mogen dragen. Je zal het met me eens zijn, Simone heeft niets nodig om
er mooi uit te zien, maar sieraden voegen toch iets toe.’
‘Ja, ik weet het. Op feestjes draag ik een mooie broche die ik van mijn oma gekregen heb. Ook een hele oude.’
Simone kwam binnen met twee
albums. Ze sloeg er één open en legde die op de schoot
van Tamara. Die zei eerst twee minuten niets.
‘Wat schitterend.’
Mark en Simone wachtten rustig af.
‘Ik wil u eerst
bedanken dat ik dit mag zien. Dat meneer me eerst iets uitgelegd heeft,
om het überhaupt te kunnen begrijpen. Tja, meneer, u bent weinig
veranderd. Daar moet u het mee doen.’
Mark en Simone grinnikten.
‘Mevrouw, u bent ook
niet veranderd. Iedereen vindt u er eh vlot bijlopen. Omdat mijn
buurmeisje op de modevakschool is geweest en ik vaak als haar
proefmodel moest fungeren weet ik iets van mode. Van snit, model, en
zo. Ergens de aandacht op vestigen of juist vanaf te leiden. Met uw
dagelijkse kleding doet u geen van beide. Tja, dat de natuur u goed
toebedeeld heeft, en u dat ook aardig durft te laten zien, is voor veel
heren vast een genoegen en voor veel dames een afgrijzen. Uw
bruidsjapon gaat mijn simpel modeverstand te boven. Uw decolleté
is nog iets lager dan normaal, maar u heeft minder inkijk.’
‘Je weet genoeg van
mode. Misschien niet om zelf iets te maken, wel om het te beoordelen.
Je ziet het goed. De japon zelf is standaard, de bovenrand heeft een
vriendin van me helpen ontwerpen. Die vond dat ik op mijn grote dag
niet met minder dan normaal voor de dag moest komen, maar het moest wel
decent blijven. Aan de reacties van veel heren en veel dames ben ik
gewend. Eigenlijk doe ik het daarvoor, ik gun iedereen een prettige
dag. Of niet.’
De dames giechelden.
‘Zo heb ik dat nooit
bekeken. Je moet ook het lef maar hebben. Hoe heet dat, wat u op uw
hoofd heeft? Kleiner dan een kroon, groter dan een diadeem?’
‘Een tiara.’
‘De koningin draagt, geloof ik, ook wel eens zoiets.’
‘Zoiets. Haar familie zit ook al een tijdje in de business, ze hebben ook wat van dat spul.’
‘Ja, ja, spul. Uw man
zei, toen u net weg was, ik verklik het lekker, al weet u het
waarschijnlijk wel, Simone heeft niets nodig om er mooi uit te zien,
maar sieraden voegen toch iets toe. Dat klopt, omdat we ons dan mooier
vóelen, hè? Schitterend. Ook die rozen in uw haar.
Bloemen zijn duur, hè, in de Verenigde Staten.’
‘Dat zijn geen echte.
Tamara, toen ik met hem in contact kwam wist ik alleen dat hij een
goede chirurg was, en een heer. Hij heeft me nooit voorgelogen, maar me
ook niets verteld als ik nergens om vroeg. Maar het één
na het ander kwam natuurlijk uit. Eerst, dat hij nóg een auto
had, een Rolls. Maar dat hij eigenlijk niet van hem was, maar van de
familie. Die hadden een huis in Engeland, zijn vader was daar met zijn
pensioen weer naar toe gegaan. Dat zou hij later misschien ook doen,
als ik dat dan ook wilde. Dat heeft even geduurd. Toen bleken de
schilderijen in huis geen reproducties te zijn, wat ik dacht, maar
echte. En sommige meubels antiek. Nou, ik heb er maar van genoten,
vooral met veel plezier in de Rolls rondgereden. Snap je?’
‘Ja, wat moet je. Als je hem wilt neem je de rest maar voor lief.’
Mark kwam bijna niet meer bij.
‘Zo is het, meid. Toen
we gingen trouwen zei hij, ik zal uit Engeland wat versiering voor in
je haar laten komen. De familie bezit wat antieke spullen voor
bijzondere gelegenheden. Als je wilt mag je dat dragen, daarna moet het
weer terug. Je weet, je hoort op je trouwdag iets ouds, iets nieuws,
iets geleends en iet blauws te hebben. [Something old, something new, something borrowed, something blue] Nou, ik was zelf nieuw,
als je begrijpt wat ik bedoel en ik heb blauwe ogen. Ik wilde wel iets
ouds en geleends op mijn hoofd hebben, als het er een beetje uitzag.
Toen viel hij weer een keer door de mand. Er kwam een
waardetransportauto voorrijden, een week later. Twee mannen met
pistolen brachten een kistje tot de voordeur. Ik heb het aan durven
pakken, maar niet uit durven pakken. Mark heeft dat gedaan toen hij
thuis kwam. Hij bleef grinniken. Eerst kwamen die rozen tevoorschijn,
twaalf stuks. Schitterend, echte zijde, Tamara. Toen kwam die tiara
tevoorschijn. Ook schitterend, goudkleurig, met schitterende stenen.
Dacht ik. Ja, die wilde ik wel dragen. Maar ik wilde weten waar die
gepantserde auto voor nodig was. Tja, zei meneer, de verf op de bloemen
is geen gele verf, maar goudverf. En die tiara is niet goudkleurig,
maar van massief goud. En die steentjes zijn geen glas, maar diamanten,
robijnen en zo. De verzekering eiste bewaking omdat het boven de
miljoen waard is. Geen dollars, Engelse ponden. Tja, Mark is in staat
om tegen de koningin, als die met een kroon op haar hoofd zit, te
zeggen, hé, Liz , wat heb je een leuke versiering in je
haar.’
[Voor de schrijver in de
gaten had dat hij het niet over een verzonnen persoon had zat ze al
meerdere keren in het verhaal; op zo’n manier, dat het jammer zou
zijn om het te veranderen. Zijn excuses.]
‘Dat geloof ik ook. Liep dat wel lekker, met meer dan een miljoen op uw hoofd?’
‘Ja, ik kon het wel
aan. Voor onze dochter en schoondochter heeft hij het toch anders
gedaan. Er was maar één tiara, nou ja, maar
één, maar hij wilde ze gelijk behandelen. Dat hebben we
altijd gedaan. Ze mochten ieder een diadeem dragen, die zie je zo. Die
heeft hij ook uit Engeland over laten komen. Hij had een lijst van alle
familie-eigendommen, maar bood nooit aan om me die te laten zien. Ik
heb er nooit om gevraagd, ik had niets nodig. Die diademen waren lang
niet zoveel waard als die tiara, zei hij. Nou, vooruit dan maar. Ja,
ja, de meiden kregen bijna een beroerte toen ze na hun trouwen hoorden
wat die waard waren. Per stuk máár vijf cijfers voor de
komma in plaats van zeven. En dat is dan, net zoals de tiara, de waarde
voor de verzekering. Dan kan je nieuwe laten maken. Maar de oude zijn
veel meer waard, die zijn antiek.’
‘Als het mij zou zijn overkomen had ik het ook graag stukje bij beetje gehoord.’
‘Daarom deed hij het
ook. En hij heeft gelijk, het is niet van ons, we mogen erop passen en
van genieten. Maar kan je je voorstellen, dat iemand meer dan twintig
jaar zijn mond kan houden?’
‘Moeilijk. Waarover?’
‘De kinderen en ik
wisten dat er een huis was in Engeland. Waar zijn vader en moeder
woonden, maar dat we niet bij elkaar op bezoek gingen, omdat hij niet
met zijn ouders op kon schieten. Toen de tweeling negentien was vond
hij dat we toch maar eens een kijkje in Engeland moesten gaan nemen.
Tja, toen kwamen we erachter wat dat huis in Engeland inhield. Veel
gebouwen, land, boerderijen.’
‘Wat ik al zei, dat neem je dan ook maar voor lief.’
Ze grinnikten allemaal.
‘Alles is toen met zijn
ouders bijgelegd. En dat voor lief nemen, Tamara, alles is relatief. Ik
had al een tweeling van hem gekregen, zogezegd.’
Tamara kreeg tranen in haar ogen.
‘Ja, het is relatief, rijkdom. Jullie houden wel van verrassingen. Mag ik uw kinderen zien?’
Simone pakte het album van Tamara aan, en gaf haar het andere, opengeslagen.
‘Ze zijn tegelijkertijd getrouwd, op hun twintigste.’
Tamara keek weer lang.
‘Wat zien ze er
gelukkig uit. En mooi, de meisjes, die diademen voegen toch iets toe.
Groot genoeg, die grotere tiara paste beter bij het grote spul wat u
daaronder heeft.’
Ze grinnikten weer.
‘Ik zie wie uw kinderen zijn, ze lijken wat op u. Was het een mooie dag?’
‘Heel mooi. Het huwelijk is ook niet op een stadhuis voltrokken, maar in een park aan de rivier.’
‘Dit alles is
natuurlijk niet voor in het krantje bedoeld, Tamara, maar om je wat
achtergrond te geven. Dan overzie je het grotere geheel beter.’
‘Ja, meneer. En ik begrijp u beiden beter.’
‘Fijn. Nou, dan maar aan het werk.’
‘Wacht even. Als jullie
de komende dagen wat voor de ramen langs zien vliegen, alle matrassen
en veel bed-ombouwen en wastafels worden vernieuwd. Ook tweehoog in de
personeelsvertrekken. Ik wil geen overbodig stof in huis, dus ik laat
alle oude zooi naar buiten gooien. Ik heb ook kunnen regelen dat wie
wat nieuws brengt het oude meeneemt. Zijn wij ervan af.’
‘Mooi, Simone. Hoe gaat het met de gordijnen?’
‘Binnenkort hetzelfde.
Ik heb gezien dat de verbouwing van de nieuwe zitkamer bijna klaar is.
Snel werk. Ook alles via de ramen erin en eruit. We trekken de
bibliotheek en de rookkamer bij elkaar, Tamara, dat wordt de nieuwe
zitkamer. In de oude drie komt een zwembad.’
‘Oh, mooi. Ook voor uw kleinkinderen, als ze op bezoek komen.’
‘Ja, zeker, ook. Wanneer kan het zwembad klaar zijn, Mark?’
‘Er wordt aan begonnen
zodra de nieuwe zitkamer gebruikt kan worden, Het zal snel gaan, er kan
door meerderen aan gewerkt worden, zeker bij het tegelwerk. Ik verwacht
dat het binnen drie weken klaar is.’
‘Fijn. Hoe gaat het op het zonneterras, Tamara?’
Tamara grinnikte.
‘Thomas en ik zijn er
nog niet geweest. Gezien zijn reacties tijdens zijn inspecties durft
hij het nog niet aan. Zelfs geblinddoekt niet.’
‘Arme jongen.’
‘Grote jongen. O, sorry.’
‘Geniet er maar van.
Hij went er wel aan, Tamara. Vanaf ons trouwen hebben wij bloot in de
tuin gezond. De kinderen ook, vanaf hun geboorte. En zo gezwommen. Ze
hadden vóór hun geboorte al een zwembad gekregen, in de
tuin, van de schoonvader van Mark. Toen ze verkering kregen gingen die
ook meedoen.’
‘O. Paradijselijk.’
‘Bijna, de jongens
kunnen een reactie niet altijd tegenhouden. Maar de kinderen hadden
niet alleen vroeg geleerd met geld om te gaan, ook met seksualiteit.
Toen ze verkering kregen hebben we die gezamenlijk snel op het juiste
peil gebracht. Gelukkig hebben ze niet zo lang hoeven wachten als
Thomas en jij. Tamara, je weet inmiddels een beetje hoe vrij we praten.
Dat deden we met de kinderen ook. Na hun trouwen en de receptie waren
we midden in de middag thuis. Ze zijn gelijk in bed gedoken. Het was
heel mooi, dat toen ze voor het eten beneden kwamen, ze gewoon
vertelden hoe het de eerste keren gegaan was.’
‘Keren?’
‘Ja, twee keer. Ik
denk, tussen drie en halfzes in de middag. Ze vertelden dat ze de
eerste keer ontmaagd waren, en dat de tweede keer veel langer geduurd
had, omdat de jongens het langer vol konden houden.’
‘Het moet heel fijn
zijn om er zo open over te praten. Mag ik wat vragen? Ik weet er
allemaal niet zoveel van. Was het eh pijnlijk, voor de meisjes?’
‘Maak je geen zorgen,
Tamara. Volgens de gegevens van Mark komt het veel minder vaak voor dat
er bloed vloeit dan de meeste mensen denken. Hij kreeg ook zelden of
nooit een patiënte waar eh niet door te komen was. Maar hij
opereerde zulke gevallen niet, die verwees hij naar een ander. Hij
zegt, aan iets waar ik thuis zo van geniet ga ik niet sleutelen. Er
kwamen vaker meisjes bij hem om een beetje dichtgemaakt te worden. Die
verwees hij geeneens door, hij wilde niet meewerken aan
belazerij.’
‘Abnormaal, om je
daarvoor te willen laten opereren. Ik zei het al, in de middeleeuwen
wisten ze al hoe ze moesten simuleren.’
‘Ja. Maar onze meisjes hadden niet meer dan een pijnscheutje gevoeld en konden gelijk doorgaan.’
‘Thomas en ik hoeven
elkaar niets te bewijzen, maar ik zou ook graag willen dat er iets te
voelen is. Ik zei laatst, ik had hem in bed willen lokken. Ja, willen
wel. Maar ik weet niet of ik het gekund had. Voor hem. Hij zei wel dat
hij het gedaan zou hebben, maar we hadden er op het laatste moment
waarschijnlijk toch vanaf gezien. Hij wilde zo graag wachten, voor mij.
Tja, ingewikkeld.’
‘Ja, dat is het. Een
vriendin van ons, die het nodige meegemaakt heeft, zegt nu, óf
niet, óf zo vaak mogelijk, dan weegt het er wel tegenop.’
‘Tja, nu, achteraf.
Thomas en ik hebben evengoed een ontzettend fijne tijd gehad. Over een
paar weken wordt het nog mooier en ondertussen ga ik weer aan het werk.
Tenzij Thomas in de suite is. Tot ziens.’
Tamara ging het kantoor uit.
‘Prachtig. Wat is ze doortastend. Grinnik niet, ik bedoel bij haar werk.’
‘En jij dan? Even een krantje verzinnen.’
‘Nee, niet even. Zo
gaat het met veel dingen, je ziet iets, denkt, daar moet wat aan gedaan
worden. Af en toe denk je er weer aan. Stukje bij beetje groeit het
antwoord. Jouw idee om alle oude spullen het raam uit te gooien is vast
ook niet in één keer ontstaan.’
‘Nee, ik dacht eerst
aan overal plastic om te doen. Maar dat vond ik ook een hoop werk.
Toen, het raam uit, stof in de tuin waait wel weg.’
‘Mooi. Nu jij weg, aan je werk.’
‘Om u te dienen, meneer.’
‘Vanmiddag even, horizontaal?’
‘Dan pas?’
‘Ik ren al.’
* * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * *
Het Wellingten Journaal.
Jaargang 1, nummer 1
Verzorgd door Tamara.
Tja, jullie kennen me wel,
Tamara van de bakkerij in de Hoofdstraat. Ik had verwacht daar tot mijn
huwelijk te werken, waarna mijn vader met pensioen zou gaan. Ik had tot
een maand geleden geen idee wanneer dat zou gebeuren, jullie kennen de
belangrijkste oorzaak, de woningnood.
De komst van de nieuwe meneer
en mevrouw Wellingten heeft het omgekeerde van roet in het eten
gegooid. Ik werk alleen nog bij mijn vader als het erg druk is, tot
mijn huwelijk, over krap drie weken. Daarna ga ik met mijn echtgenoot,
waarover verderop méér, wonen in het gerenoveerde
portiershuis van het grote huis van de familie Wellingten.
Binnen de afgelopen twee
weken heb ik een vereniging van huurders opgezet, de
oprichtingsvergadering geleid, ben gekozen tot voorzitter en heb daar
weer voor bedankt.
Ik ben sinds een paar dagen
in vaste dienst, voor ongeveer halve dagen, van meneer Wellingten, als
zijn “troubleshooter”. Het is mijn taak om vragen en
klachten van zijn huurders en pachters te behandelen, om hemzelf en de
beheerders van zijn huurhuizen en zijn landerijen te ontlasten van
geloop en telefoontjes.
Bij deze worden jullie
dringend verzocht om jullie vragen en klachten voortaan aan mij voor te
leggen. Ik wacht niet lijdzaam op telefoontjes of bezoek aan huis,
vanaf het verschijnen van dit krantje ga ik in het dorp rondneuzen.
Jullie kunnen me dan ook aanschieten. Zodra ik ingewerkt ben ga ik ook
op ronde langs de pachters.
De verzorging van dit eerste
krantje is niet optimaal, omdat het zo spoedig mogelijk moest
verschijnen, in verband met bovenstaande. Zo spoedig mogelijk komt er
een tweede krantje, met méér uitleg en nieuws. Daarna zal
het naar behoefte verschijnen. Voor de duidelijkheid, onder mijn
verantwoording, op last van meneer Wellingten.
Ik bezorg stapels krantjes op
meerdere adressen in het dorp en houd in de gaten waar er veel of
weinig afgehaald worden. Verandering van die adressen zal ik een nummer
van tevoren aankondigen.
Ik reken er op dat de dorpstamtam doorgeeft dat er een krantje uit is.
De pachters hoeven geen krantje af te halen, ze worden bij hun thuisbezorgd.
Aanstaande zaterdagmiddag is
er in het grote huis een receptie. Thomas, de butler, gaat met pensioen
en wordt opgevolgd door mijn aanstaande echtgenoot Thomas junior. Allen
die hen kennen zijn welkom om ze te komen feliciteren.
Dat was het, voor deze keer.
Tamara
Telefoon [om privacyredenen door de schrijver weggelaten]
Bankrekeningnummer voor de huur [om privacyredenen door de schrijver weggelaten]
* * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * *
‘s Zaterdagsmiddags was
de afscheidsreceptie van Thomas senior, en gelegenheid tot
kennismaking, officieel, met de sinds die dag nieuwe butler en
personeelschef, Thomas junior. Na beiden gefeliciteerd te hebben bleven
Mark en Simone vanuit een hoek toekijken. Ze hadden allebei een
spiekbriefje met de namen van het personeel, Simone wist die van het
huispersoneel bijna al helemaal uit haar hoofd, Mark die van het
buitenpersoneel, van de garage, de stallen en de tuin.
Thomas senior hield een korte
speech. Hij bedankte de familie voor de prettige samenwerking. Hij zou
zijn opvolger, zijn zoon, in het begin op de achtergrond steunen, met
advies. Al wist hij zeker dat die ook zonder dat de familie minstens zo
goed van dienst zou zijn als hij het geweest was.
Week 13
Na een paar dagen kwam Tamara weer een praatje maken op het kantoor.
‘Ik heb niet zo veel gewerkt, u snapt het wel, de voorbereidingen voor ons huwelijk.’
‘Hoe gaat het experimenteren, als ik zo vrij mag zijn?’
‘U mag zo vrij zijn als
u wilt, mevrouw, k vertel toch niet meer dan ik kwijt wil. Al weet u me
soms aardig uit mijn tent te lokken. Experimenteren doen we ook
minimaal. Nou, het is u weer gelukt. Het is zo’n lekker jong, zo
lief, zo mooi. Hij zegt dat hij niet zoveel problemen heeft, maar ik
ben blij dat we gauw gaan trouwen. Ik zou het niet veel langer
redden.’
‘Laten we er dan maar niet verder over praten, het zou alleen maar moeilijker voor je worden.’
‘Een beetje nog. Met
jullie durf ik er wel over te praten. En jullie genieten zo graag mee.
Ik zal eerst iets over vroeger vertellen. Thomas en ik hebben elkaar
vroeger wel in badpak gezien, als we met een stel in het zwembad in de
stad gingen zwemmen. Ik hield natuurlijk in de gaten waar Thomas naar
keek. We wisten zeker dat we bij elkaar zouden blijven, maar je weet
maar nooit. Ik was blij dat Thomas nergens een bijzondere aandacht voor
had, terwijl de meiden varieerden van plat tot grotere borsten dan ik
had. Als ik hem betrapte dat hij naar de mijne keek keek hij gauw een
andere kant op. Ik heb hem één keer gevraagd, toen we een
jaar of achttien waren, Thomas, ben je tevreden? Ik heb rustig gewacht,
ik wist dat hij me een eerlijk maar net antwoord wilde geven. Na een
paar minuten zei hij, schatje, ik weet dat je me rond hebt zien kijken.
Wees maar niet bang. Ik denk niet, dat er ergens op de wereld een
meisje bestaat dat ik nog mooier zou vinden dan jou. Maar uiterlijk is
niet alles. Ik denk ook niet, dat er ergens op de wereld een meisje
bestaat dat ik nog liever zou vinden dan jou. Maar dat alleen is ook
niet alles. Ik weet zeker dat er, behalve jij, geen meisje bestaat,
waarbij ik beide punten gecombineerd zou kunnen vinden. We hebben
altijd van elkaar gehouden, maar nu we ouder worden komt er meer bij
kijken. We praten over sommige dingen niet of voorzichtig met elkaar.
Ik had kunnen zeggen, schatje, ik ben méér dan tevreden
met je. Je mag nu weten, dat ik je steeds meer een wereldwonder ga
vinden, jouw combinatie van uiterlijk en innerlijk. Nou, ik moet weer
janken.’
‘Natuurlijk. Zo’n mooie liefdesverklaring.‘
‘Ja. Ik heb toen ook
gejankt, zittend, met mijn hoofd op mijn knieën. Na een tijdje
vroeg ik, had je dat niet kunnen bewaren tot we thuis waren? Hij zei,
daar heb ik aan gedacht. Maar dan zou ik me weer te veel ingehouden
hebben. Vóór we thuis zijn sta je vast weer met je mooie
beentjes op de grond. Ik ben nu toch bezig, kan je nog meer hebben? Ik
zei, hierna kan er niets mooiers komen. Hij zei, ik heb verteld hoe ik
over je geheel denk, maar je vroeg eigenlijk naar één
onderdeel. Of twee. Bij alle balsporten is de maat van de bal zodanig,
dat er goed mee gedaan kan worden wat de bedoeling is. Voetballen met
een baseball werkt niet, andersom ook niet. Bij het sporten met jou,
waar ik soms aan denk, past jouw maat vast ideaal in mijn hand of
handen.’
‘Weer eerlijk en netjes.’
‘Ja. Ik zei, als je
toch bezig bent, wat vind je van de rest, waar je vast ook mee wilt
sporten? Het duurde weer even voor hij wat zei. Van de rest is
natuurlijk niet veel te zien. Het lijkt me mooi geprononceerd. Ik
vroeg, wat? Geprononceerd? Hij zei, lekker mollig. Nou, ik zat vast te
blozen. Ik wilde wat terugdoen, dus ik zei, ja, Thomas, dat is het. Ik
vind jou ook heel lief en mooi. Hij zei, stop. Jij kan hier ook
rondkijken en vergelijken en daar vast de conclusie uit trekken dat je
bij ons sporten niet te weinig in handen, enzovoort, zal krijgen. Ik ga
zwemmen. Daarna wil ik er liever niets meer over horen. Wacht daar maar
mee tot we gaan sporten.’
‘Wat lief weer. Heb je vergeleken?’
‘Ja, natuurlijk. Die
conclusie had ik al getrokken. Hij had beslist niet minder in zijn
broek dan andere jongens. Hij ging zwemmen omdat hij een erectie begon
te krijgen, dat had ik natuurlijk gezien. Dat gebeurde wel eens vaker.
Ik heb ‘s avonds in bed weer gehuild van blijdschap. Niet alleen
omdat hij zo tevreden met me was, maar ook hoe hij dat vertelde.’
‘Ik begin een beetje te
begrijpen hoe jullie met elkaar omgingen en het zo lang uit konden
houden. Zonder te sporten.’
‘Ja, voorzichtig. Met
af en toe zo’n uitschieter. Dat was over vroeger. Ik zou nog een
beetje over onze experimenteren vertellen. Ik zie natuurlijk wel eens
baby’s als ze verschoond worden, moeders doen daar niet moeilijk
over. Door het zwembad wist ik dat jongens daar doorgroeien, anders kon
er niet zo’n bobbel in een zwembroek zitten. Als Thomas en ik
elkaar omhelsden voelde ik soms duidelijk veel meer. Maar door kleding
is het slecht in te schatten. Ik kan nergens mee vergelijken, ik heb
nooit eerder een erectie gezien. Hij is erg groot, ik ben ook
méér dan tevreden. En eh. Nee, verder durf ik er niet
over te praten.’
‘Prima. Maar, voor het
geval dat je wél vergelijkingsmateriaal krijgt, de maat is niet
zo belangrijk. Als hij maar lekker sport.’
‘Vast wel. Nu over
werken. Ik ben bij de stad en de elektriciteitsmaatschappij geweest.
Tja, toen ik zei dat ik uw troubleshooter was kreeg ik alle
medewerking. Dat wil zeggen, hun gegevens over het dorp. De nieuwe
beheerder heeft op het ogenblik het minst te doen, die gaat beide
lijsten vergelijken met die van de vereniging van huurders en eventuele
fouten rechttrekken. Die vier gaan elkaar voortaan wijzigingen
doorgeven.’
‘Mooi, dat ze op
één lijn blijven. Tja, ik weet dat de taxateurs bezig
zijn, maar er zijn nog geen definitieve rapporten binnen. Van de eerste
taxatie kreeg ik een concept. Dat heb ik bestudeerd en, na overleg,
aangegeven wat er te veel en te weinig in stond. Daarmee gaan ze
rekening houden. Tot de definitieve rapporten binnenkomen kunnen we
niets doen. Wat betreft de nieuwbouw is het wachten op het
architectenbureau.’
‘We kunnen wel wat
doen, meneer. Ik wil niet zeggen dat de mensen ongeduldig worden, na
nog geen twee weken, maar ze zien geen enkele verandering. Ik heb een
voorstel.’
‘Zeg het maar.’
‘Het dorp is
langgerekt, er zijn links en rechts van de Hoofdstraat aan beide kanten
nog twee straten. Er zijn wat dwarsstraten. We weten nog niet precies
hoeveel er bijgebouwd moet worden, maar zo goed als zeker
één zo’n straat. Ik heb zitten denken aan uw aanbod
om de tuin bij het portiershuis te vergroten of te verkleinen. Dat
hoeft niet, die is prima zo. U zei toen, dan schuiven we gewoon de
grens met het park wat op. Kunt u, aan één kant van het
dorp, de afscheiding van de landerijen terug laten zetten en de
vrijgekomen strook grond laten egaliseren? Dan zien de mensen dat er
wat gebeurt. Gaat gebeuren.’
‘Goed idee. Meer dan ik
van mijn troubleshooter verwachtte. Je hoort wat en denkt door. Hoe
breed moet die strook zijn? Dat weet je vast al, anders was je nog niet
met je voorstel gekomen.’
‘Nog niet precies. Ik
heb het aan het architectenbureau gevraagd, dat zei vijftien meter
diepte voor een perceel. Erg krap, vond ik, voor een voortuin, een
huis, een achtertuin en een schuurtje. De vereniging van huurders denkt
aan achttien meter. Ik aan twintig. U?’
Mark grinnikte.
‘Twintig plus twintig
plus twee trottoirs en een straat, dus een strook van vijftig meter. We
zien later wel hoeveel er precies nodig is. Overleg maar met de
beheerder van de landerijen aan welke kant van het dorp en wie van
jullie tweeën wat regelt. Zo spoedig mogelijk beginnen met
egaliseren.’
‘Wat? Moet ík dat doen?’
‘Tamara, dat je met dit idee komt bewijst eens te meer dat je nog
beter geschikt bent voor je werk dan wij bedoelden toen we je aannamen.
Je hebt misschien niet honderd procent zelf verzonnen, maar er wel een
kant en klaar idee van gemaakt en keurig gepresenteerd. Na overleg
met de beheerder over aan welke kant van het dorp kan je vast wel
een firma voor dit klusje vinden.’
‘O.’
‘Vragen?’
Tamara grinnikte ook.
‘Nee. Ik zal er aan
moeten wennen, dat als ik met een voorstel bij u kom, ik onmiddellijk
met de uitwerking er van opgescheept kan worden.’
‘Dat denk ik ook. Zeker
als je, net als nu, precies in de juiste fase bij me komt. Ik bedoel,
je had het niet te ver, maar ook niet te weinig voorbereid.’
‘Dank u wel. Ik weet niet of me dat iedere keer lukt.’
‘Dat hoeft ook niet.
Kom gewoon af en toe langs om een praatje te houden, net als nu, ook
als er niets bijzonders is. Als je vertelt waar je mee bezig bent krijg
ík misschien een idee. Net zoals met die krant. Je eerste was
prima, kort en zakelijk. Alleen, de naam is niet correct. Journaal komt
uit het Frans, jour betekent dag. Voor een niet dagelijks verschijnend
krantje zou je wat anders moeten zoeken.’
‘Doe ik. Trouwens, ik
heb de ruimte om er een extra gebakje tegenaan te gooien, maar was die
twintig meter eigenlijk niet wat brutaal gevraagd? Al vond u het
goed?’
‘Nee, het is beter te ruim dan te krap te bouwen, naderhand is het niet meer te veranderen.’
‘Fijn. Zal ik de offertes voor dat egaliseren en de afrastering verplaatsen bij u brengen?’
‘Nee. Ik zei, begin
maar. Zoiets kan je voortaan verwachten. Dan bedoel ik eigenlijk, doe
alles wat er voor nodig is en laat de rekeningen naar de beheerder
sturen.’
‘Die rekeningen zullen hoger zijn dan dat ik gewend ben.’
‘Ja, maar je gooit vast
niets over de balk. Als je twijfelt kan je natuurlijk wat komen vragen,
maar je mag uitgeven wat nodig is om een klus af te maken, ongeacht de
grootte van de rekeningen. Ik schat die van te voeren in. Als ík
twijfel laat ik je het eerst uitzoeken, en zeg dan pas, begin maar. Of,
laat maar zitten.’
‘Dat geeft me nogal wat speelruimte. ‘
‘Die is er. Anders kan
je niet werken, dan moet je mij alles vragen en dan kan ik het net zo
goed zelf doen. Snap je?’
‘Ja, meneer. Oh, de
vereniging van huurders durft er niet om te vragen, maar ze zouden het
liefst geen rijtjeshuizen gebouwd zien worden, maar
twee-onder-één-kap. Dat spaart een steegje uit, om
achterom te komen, maar er gaan wel minder huizen op een rij.’
‘Tamara, er hoeven niet
zo veel mogelijk huizen op zo’n strook grond te komen. Ik doe het
er niet om, dat weet je, maar op de lange duur brengen een paar huizen
al meer op dan pacht.’
‘O. Ik moet nog leren wat in het groot en op langere termijn te denken.’
‘Dat went wel, koekenbakkertje.’
‘Mark, plaag haar niet zo. Ze doet het toch goed?’
‘Ja, heel goed. Tamara,
vertel de vereniging van huurders maar dat ze alles kunnen vragen wat
ze willen, omdat ze niet kunnen weten wat er mogelijk is. En geef dat
twee-onder-één-kap ook door aan het architectenbureau. En
in je krantje, natuurlijk.’
‘Ja, ik houd een
checklist bij om niemand te vergeten. Ik ben erg blij met mijn baan, ik
kom veel meer mensen tegen dan in de bakkerij. Ik probeer zo veel
mogelijk te verwijzen naar de vereniging van huurders, maar die kunnen
minder dan ik. Omdat u me zo vrij laat heb ik al een heleboel kleine
probleempjes op kunnen lossen. Ik zal u een voorbeeld geven. Soms krijg
ik op een dag meerdere klachten waar een loodgieter aan te pas moet
komen. Ik geef ze, vóór ik er die dag mee stop, in
één keer door aan de loodgieter. Die is daar blij mee,
hij kan de volgende dag alles achterelkaar afhandelen en
één rekening naar de beheerder sturen. Zo is het
goedkoper ook. En de beheerder is ook blij met één
rekening in plaats van meerdere.’
‘Als je zo doorgaat verdien je je salaris terug.’
‘Ik weet dat niet
hoeft, het gaat u erom dat alles zo goed mogelijk verloopt. En ik
geniet ervan. Goed. Er is nog meer. We hadden ergens niet aan gedacht,
maar een huurder wel. Die vroeg of er carports of garages zouden komen.
We hebben alleen aan een schuurtje in de tuin gedacht.’
‘En?’
‘De vereniging van huurders durft dat ook niet te vragen. De huizen zouden duurder worden.’
‘Vast niet veel. Tja, carport of garage.’
‘Mark, daar weet ik meer van.’
‘O?’
‘Carports zijn een
zielige poging om garages te vervangen. Het zijn ondingen, ze vereisen
veel onderhoud. In Nederland staan er veel
twee-onder-één-kap woningen op een rij. Het is
gebruikelijk, dat daartussen, helemaal naar achteren, twee aan elkaar
gebouwde garages staan. Dat scheelt een muur. Als je de garages wat
langer maakt kan het achterste gedeelte, met een eigen deur naar de
tuin, dienst doen als schuurtje voor tuingereedschap, tuinstoelen,
enzovoort. Veel goedkoper dan een los schuurtje. Een tweede auto of die
van bezoek kan op de oprit langs het huis staan.’
‘Nou, zeg, wat ben jij ineens praktisch.’
‘Ik ging denken aan de
huizen die ik gezien heb. Toen bedacht ik, dat ik in Nederland zelf in
zoiets gewoond heb. Als je achteraf een garage laat bouwen vragen ze er
veel voor. Maar bij nieuwbouw kost het bijna niets. Een vloer, wanden,
een dak, meer is het niet. Oh, garagedeuren. Nou, in grote hoeveelheden
zijn ze direct bij de fabriek vast niet duur. ’
‘Heel goed. Wat voor materiaal, voor die garages?’
‘Daar meestal baksteen.
Voor hier weet ik het niet. Het moet ook bij de huizen passen.
Misschien zijn eh prefab betonplaten beter en goedkoper. Trouwens, die
oprit moet twee sporen beton zijn. Dat staat beter dan hele platen, dat
is zo’n betonvlakte. En tussen andere stenen krijg je
onkruid.’
‘Heb je nog meer van die goede ideeën?’
‘Nee zeg, ik kom net op gang.’
‘Tamara, het zei zo.
Garages en opritten naar mevrouws wens. Zoek de maten voor de garages,
met aangebouwde schuurtjes, uit en kom dan weer langs. Dan gaan we wat
plannen. Je ziet dan wel.’
‘Prima. Meneer, mevrouw, tot ziens.’
* * * * * * * * * * * * * * *
* * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * *
* * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * *
Het Wellingten Nieuws
Jaargang 1, nummer 2
Verzorgd door Tamara.
Tja, Tamara is op haar
vingers getikt. Journaal komt uit het Frans, jour betekent dag. Omdat
dit krantje niet dagelijks verschijnt heb ik een andere naam gezocht.
Zie boven. Ik sta open voor suggesties, op alle gebieden. Ik blijf wel
‘krantje’ schrijven, al betekent krant, courant, ook
dagblad, maar zo denk ik er aan. (Dat moet ik in het krantje zetten.)
De nummering laat ik doorlopen, anders hebben we twee eerste krantjes.
En voor het gemak schrijf ik ook maar ‘ik’, in plaats van
ondergetekende.
Omdat niet iedereen bij de
oprichtingsvergadering van de vereniging van huurders is geweest vat ik
in het kort samen wat meneer Wellingten daar gezegd heeft. Ik voeg toe
wat nodig is om de grote gang van zaken op een rijtje te zetten.
Sinds eeuwen wonen er
Wellingtens in het grote huis. Misschien moet ik schrijven, Het Grote
Huis. Er is geen andere naam in gebruik, zou de Wellingten
Mansion iets zijn? Nog beter, de Wellingten Manor ? Vermoedelijk,
maar wat weet ik van geschiedenis, is de familie Wellingten titelloos
gebleven omdat ze zich altijd bescheiden opgesteld heeft.
De familie (Familie?) is
uitgegroeid tot een bedrijf. Dat bezit het grote huis, de opstallen en
het park daaromheen, en de landerijen, die zich uitstrekken rondom ons
dorp en reiken tot de volgende dorpen. Verder antiek, juwelen,
schilderijen, auto’s (enig merk Rolls-Royce), niet alleen in of
bij het grote huis, ook bij andere familieleden. Verder een vermogen,
wat belegd is. Daarvoor is een financieel deskundige als beheerder
aangesteld. Zoals ook een agrarisch deskundige voor de verpachte
landerijen en, sinds kort, een bouwkundige voor de huurhuizen.
De leden van de familie zijn
verspreid over de hele wereld, hebben hun eigen bezittingen, maar zijn
mede-eigenaar van het bedrijf. Het wordt, op basis van vrijwilligheid,
geleid door één van de familieleden, liefst een
rechtstreekse afstammeling van de oorspronkelijke voorvaderen. De
vorige en de huidige ‘meneren’ zijn dat. De huidige huldigt
het standpunt dat hij samen met zijn echtgenote het bedrijf leidt. Op
de vergadering zei hij, in de hitte van een gesprek zeg ik wel eens ik
in plaats van wij, maar meestal word ik daar later op gewezen en
gelukkig gelijk vergeven. Zo blijf ik ook ‘meneer’
schrijven, als ik meneer en mevrouw bedoel, en het eigenlijk ‘het
familiebedrijf’ moet zijn. (Wordt me vast ook vergeven.)
‘Meneer’ heeft
een volmacht tot een bepaalde grens, daarboven moet hij de hele familie
raadplegen. De beheerders hebben ook een volmacht tot een bepaalde
grens, een veel lagere natuurlijk, en alleen op hun gebied, aangepast
aan hun gebied. Daarboven moet meneer toestemming geven. En hij
controleert de boeken, natuurlijk, achteraf.
Ik heb ook een volmacht, de
grens is nog niet duidelijk. Bij twijfel raadpleeg ik meneer. Als
jullie bij contacten met mij twijfelen aan mijn volmacht staat het
jullie vrij om meneer te raadplegen. Maar ik denk dat ik zelf eerder
twijfel dan jullie.
Ik herhaal nog even mijn
taak. Ik moet vragen en klachten van de huurders en pachters
behandelen, om meneer en de beheerders van de huurhuizen en de
landerijen te ontlasten van geloop en telefoontjes. Ik wacht niet
lijdzaam op telefoontjes of bezoek aan huis, ik neus ook overal rond.
Ik zoek dan naar misstanden of mogelijkheden voor verbeteringen. En,
zoals ook eerder geschreven, jullie kunnen me dan ook aanschieten. Ik
kan huurders verwijzen naar de vereniging van huurders, als ik denk dat
een vraag of klacht daar thuishoort. Ik werk wel samen met de
vereniging. En met de beheersers van de huurhuizen en de landerijen,
natuurlijk.
In dit krantje komt nieuws
over drie hoofdonderwerpen, aangevuld met bijkomende onderwerpen. Die
drie zijn, de huurhuizen, de renovatie daarvan en de nieuwbouw.
De huurhuizen.
De taxaties zijn begonnen. Jullie kunnen in de komende tijd dus bezoek verwachten. (Koffie?)
Herhaling: De huizen zullen
getaxeerd worden, zonder dat er rekening mee gehouden mag worden dat er
hier woningnood is. Het kan dan niet anders, dan dat de huren omlaag
gaan en ongeveer op dezelfde hoogte komen als in de omliggende dorpen.
Waarschijnlijk zelfs iets lager. Hoe hoog, of laag, de huur wordt pas
definitief vastgesteld als de huizen getaxeerd zijn. Dan wordt ook de
tot dan betaalde huur verrekend. Tot dan geldt de oude huurprijs, min
vijftien procent.
Totdat ik van de beheerder
van de huurhuizen te horen krijg dat alle huren op de juiste
bankrekening binnenkomen blijf ik dat nummer aan het eind van het
krantje vermelden.
De renovatie van de huurhuizen.
Helaas zal die moeten wachten
tot de nieuwbouw gereed is. Er zijn niet zo veel werklui aan te trekken
dat het gelijktijdig kan. De nieuwbouw gaat voor, eerst moet de
woningnood verminderd worden. Ik hoop dat jullie daar begrip voor
hebben. Als troost, die vijftien procent minder huur.
De nieuwbouw.
De nieuwbouw is in de
brainstormfase. Jullie werken mee, stellen vragen aan de vereniging van
huurders. De plannen gaan richting twee-onder-één-kap
woningen met garage. Een architectenbureau heeft de opdracht gekregen
voor een ontwerp.
Tip: Wie lawaai van vrachtwagens aan de Noordkant van het dorp hoort moet maar gauw gaan kijken.
Overige onderwerpen.
Verenigen kunnen in dit
krantje mededelingen op laten nemen, als ze denken dat dat beter werkt
dan aanplakken in het dorpshuis. Die mededelingen blijven wel onder hun
verantwoordelijkheid.
Dat was het weer, voor deze keer.
Tamara
Telefoon [om privacyredenen door de schrijver weggelaten]
Bankrekeningnummer voor de huur [om privacyredenen door de schrijver weggelaten]
* * * * * * * * * * * * * * *
* * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * *
* * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * *
Week 14
‘Daar ben ik weer. Weer een week niet veel gewerkt, meneer. Wel anderen aan het werk gezet.’
‘Prima. Wat je kan
laten doen moet je ook laten doen. Alles zo goed mogelijk verdelen. Dat
valt ook onder werken, hoor. Je hebt weer een mooi krantje gemaakt.
Keurige uitleg. Kost het je veel tijd?’
‘Geen idee, meneer, het gaat tussen alles door.’
‘Hoe gaat het met jullie aanschaffingen?’
‘Het meeste is al
binnen, mevrouw. Het is, behalve voor de keuken en ons bed, een beetje
minimaal. Daarmee kunnen we er al wél wonen. We hebben een lijst
van later aan te schaffen dingen, omdat we eerst willen kijken hoe
alles uitvalt. We wilden niet van tevoren uit gaan zitten rekenen
hoeveel ruimte er voor nachtkastjes overbleef, en dat soort zaken. Van
wat je besteld kloppen de maten ook niet altijd.’
‘Heel goed. Nog een week, hè? Nou, verder vraag ik niets, begin maar over je werk.’
‘Ja, Thomas werkt in de
suite ook heel goed. Nou. Ik heb de maten van de garages, meneer.
Daarmee moest ik langskomen, om wat te plannen.’
‘Ja. Het wordt tijd om
wat gedetailleerder te gaan werken. Voor zover we gegevens hebben gaan
we een beetje huizen plannen.’
‘Mag ik eerst even? Het
is feest in het dorp. Ik heb samengewerkt met de beheerders van
huurhuizen en de landerijen, maar voor het gemak zeg ik ik. Ik heb, na
ons gesprek over het egaliseren van een strook grond aan
één kant van het dorp, een bedrijf gevonden, dat het op
korte termijn kon doen. Ik heb snel dat krantje gemaakt en erin gezet,
dat wie lawaai van vrachtwagens aan de Noordkant van het dorp hoorde
maar moest gaan kijken.’
‘Vertel eens hoe je de krantjes geregeld hebt.’
‘Vóór ik
mijn eerste krantje eh uitgaf ben ik gaan rekenen. Papier, inkt,
enzovoort. In de boekwinkel staat een groot kopieerapparaat. Daar heb
ik zelf voor school ook het nodige op gekopieerd. Daar bleken ook de
reklamekrantjes van de winkeliers op gemaakt te worden. De winkeliers
hebben ook een vereniging, om samen wat te kunnen doen. De bakker en de
slager kunnen op één kantje adverteren, dat bijt elkaar
niet. Dat kopieerapparaat kan niet meer aan dan A vier, maar dat is
genoeg. Zo was het eerste krantje. Als je alles omdraait kan het
dubbelzijdig. Zie tweede krantje. Als je op de computer het papier een
kwartslag draait, er twee kolommen op maakt en dubbelzijdig afdrukt heb
je een A vijf boekje van vier bladzijden. Enzovoort. Ik wist de prijs
voor één kopie, en ik heb via mijn vader opgedoken dat de
winkeliersvereniging voor vijfhonderd stuks tien procent korting
krijgt. Ik heb een paar drukkers gebeld, uit de telefoongids. Ze zullen
best mooi werk leveren, maar duur en lange levertijden. Om een lang
verhaal kort te maken, ik heb de boekhandelaar alles uitgelegd,
vijfentwintig procent korting gekregen omdat het voor een goed doel is
en ik kan er dag en nacht terecht. Zelf afdrukken is duurder.’
‘Tamara, het is heel
mooi dat je alles zo goed regelt en zoveel korting krijgt, maar je moet
de mensen niet tegen je in het harnas jagen.’
‘Nee, dat doe ik niet.
Dat wil ik ook niet. Maar ik weet zo’n beetje hoeveel marge er op
iets zit. Ik vraag ze echt niet het uiterste, ze moeten het gevoel
hebben dat ze er goed mee af zijn en een volgende keer weer graag
willen leveren. Ik joeg nooit klanten weg als ze vervelend werden, ik
gaf daar niemand de kans voor. En eh nou ja, ze kennen me al langer en
ik heb mijn uiterlijk een beetje mee.’
‘Een beetje?’
‘Laat u maar.’
‘Goed, schoonheid. Hoe gaat de verspreiding?’
‘Daar zijn
vrijwilligers voor, scholieren. Ze krijgen natuurlijk wel wat. Die
vouwen, als het nodig is, en bezorgen huis aan huis.’
‘Mooi.’
‘Nou, het kon mooier.
Ik doe het voorlopig zonder ze. Ik breng de krantjes zelf bij mijn
verspreidingsadressen. Vouwen doen de mensen zelf wel, als ze er
één pakken en het nodig vinden. Van het eerste krantje
heb ik er twee keer honderd bijgemaakt, vóór er een paar
overbleven. Er zijn wel vijfhonderd huizen, maar door de woningnood
zijn er meer gezinnen. Jongelui die bij hun ouders inwonen. Ze willen
er kennelijk allemaal één hebben. De laatste oplage was
zevenhonderdvijftig. Inclusief die voor de pachters.’
‘Je bezorgt jezelf wel wat werk.’
‘Het is zo leuk,
meneer. Veel leuker dan mijn vorige werk. Ik praat met meer mensen en
ik ben meer buiten. Klachten aanhoren en regelen is leuk, onderhandelen
ook. En erover aan Thomas vertellen, die geniet zo met me mee. Hij gaat
ook steeds meer plezier in zijn werk krijgen, nu hij er wat aan gewend
raakt en van moeilijkheden niet meer bekaf wordt.’
‘Tamara, wij kunnen
niet achter hem aanlopen om te kijken hoe hij zijn werk doet, maar wat
ons betreft verloopt alles vlekkeloos. Het personeel is ook vrolijker,
minder gespannen als ze ons zien. Vertel het hem maar. Hij is niet zo
op z’n gemak als wij hem complimenteren.’
‘Dat zal ik doen. Hij
gelooft niet gauw dat een compliment gemeend is, dat het niet uit
beleefdheid gedaan wordt. Mijn complimenten over zijn eh uiterlijk
gelooft hij wel, maar hij vindt ze niet helemaal terecht, ik overdrijf,
vindt hij. Nou, wat hij over mij zegt geloof ik wel. Maar ik vind dat
er aan een jongen méér te zien is dan aan een meisje, als
hij eh bloot en opgewonden is.’
‘Ja, Tamara, dat is het mooiste wat er is. Om te zien al. Vertel hem dat ook maar.’
‘Graag, mevrouw. Over
de bezorging van de krantjes voor de pachters. De eerste keer nam de
postbode ze zo mee, van twintig velletjes was hij niet onder de indruk,
maar ik moest het officieel gaan regelen. Ik had wel twintig postzegels
willen betalen, maar vanaf vijfentwintig stuks kon het goedkoper. Ik
moest ze dan met hem meegeven, dan liet hij ze op het postkantoor
afstempelen. Hij bezorgde ze dan bij zijn volgende ronde. Op de
computer draai ik, vóór ik de krantjes bij de boekwinkel
ga kopiëren, stickers uit. Twintig voor de pachters,
één voor jullie, één voor uw ouders en drie
voor mijn vader, tot ik er een andere bestemming voor weet. Die
vijfentwintig zijn zo goedkoper dan twintig met een normale postzegel.
Ik weet dat alles niet op z’n goedkoopst hoeft, meneer, maar met
al die kortingen voel ik me vrijer om wat met die zogenaamde gebakjes
te smijten.’
‘Je doet het geweldig.’
‘Dank u. Over de
strook. Ian belde me, hij hoorde wat. Of het de moeite was om met zijn
klas te gaan kijken. Ik zei, met de hele school, rennen. Oh, ik heb
vergeten u te waarschuwen.’
‘Als je het mooi vertelt vergeven we je.’
‘Dank u wel. Tja, als
ik normaal werk houd ik mijn lijstje in de gaten, wie wat moet weten.
Maar dit kwam iets eerder dan ik verwachtte. Ik zal het uitvoerig
vertellen. O, mag Thomas het ook gelijk horen?’
‘Ik bel even.’
Mark belde naar Thomas voor
drie koffie, vier als hij kon blijven om een verhaal van Tamara aan te
horen. Thomas kwam even later met vier koffie en gebak.
‘U was weer mooi op tijd om voor uw ouders nieuw gebak te kunnen laten halen, meneer.’
‘Mijn vrouw en ik
denken er meestal niet aan om ook te bestellen. Maar we hebben vandaag
een lang gesprek met Tamara, we gaan het gebak dik verdienen. Jouw
beurt, Tamara.’
‘Thomas, ik zou gaan vertellen hoe het aan de Noordkant van het dorp gegaan is.’
‘Het is het gesprek van
de dag, natuurlijk. Én dat er te zien is dat er gebouwd gaat
worden, én hoe snel er gewerkt werd. Ik heb al iets gehoord, het
meeste personeel wat vrij had is gaan kijken.’
‘Ja, ik heb er wat
gezien. Op die strook grond kon je zien dat er iets in bedden verbouwd
was geweest, maar er stond niets meer op. Een grote bulldozer was al
halverwege met op een meter of vijftig van de huizen de grond glad te
schuiven. Er stond halverwege op een statief een lamp te draaien, en
over de bulldozer zag ik steeds een streep licht gaan. Ik heb het later
aan de bulldozerchauffeur gevraagd, het was zo’n laserding, om
waterpas te kunnen werken.’
‘Je wilt, geloof ik, ook alles weten.’
‘Natuurlijk, je weet
maar nooit wanneer het weer te pas komt. De bulldozer was op driekwart,
toen er een vrachtwagen kwam. Die reed over het gladgemaakte stuk en
achterop gingen twee man, terwijl de vrachtwagen langzaam doorreed,
palen van ruim een meter lang op de grond gooien. Ik rekenen, misschien
een paal per meter, voor ongeveer vijfhonderd meter, dus vijfhonderd.
Ik dacht niet dat ze die bij zich hadden. Dat klopte, toen ze ruim over
de helft waren kwam er nog een vrachtwagen met palen. Ik moet dat
bedrijf, afgezien van zorgen dat het betaald wordt, nog complimenteren
met hun timing.’
‘Zeker.’
‘Het bleef zo vlot
gaan. Toen de eerste vrachtwagen leeg was scheurde die midden over de
strook terug naar waar ze begonnen waren. Een mooi gezicht, zo’n
woest brullend monster waarachter de grond opspoot, net een
terreinrace. Aan het begin stond er ondertussen een man met een
apparaat op een statief. Één man van die vrachtwagen
zette een paal op de grond en we zagen de man achter het apparaat naar
links en rechts gebaren tot hij zijn duim opstak. De andere man van de
vrachtwagen was er ook afgeklommen en zette iets vierkants boven op de
paal. Er liep een kabel van dat vierkante ding naar de vrachtwagen. We
voelden wat trillingen en zagen het ding met paal en al zakken, tot die
man achter zijn apparaat zijn duim opstak. Toen, ik heb het nagevraagd,
anderhalve meter verder, de volgende paal. Wat een tempo. Vroeger
moesten ze met een grote hamer op zo’n paal slaan, nu werden ze
er dus ingetrild. Ondertussen was de andere vrachtwagen ook
teruggescheurd. Die lui begonnen de oude afrastering langs de
achtertuinen van de huizen weg te halen. Één man knipte
bij de palen de twee draden los waar ze aan de paal vastzaten, de
andere liet op de vrachtwagen een haspel draaien om het daar op te
winden. Toen de helft van de nieuwe palen erin stond gingen ze
koffiedrinken. Behalve de man met het apparaat op statief. Die
verplaatste zich naar halverwege de strook en was een tijd bezig. Ja,
hoorde ik later van hem, de afstand was te ver geworden om te gebaren
en hij moest de lijn aanhouden, weer op vijftig meter van de oude
afrastering en de goede hoogte voor de palen bepalen. Hij had ook een
laserapparaat. Hij kreeg ondertussen ook koffie. Inmiddels stond de
hele school en het halve dorp te kijken. Er kwamen mensen naar me toe,
sommigen met tranen in hun ogen. Echt waar, nieuwbouw? Ik natuurlijk
doen of ik een beetje pissig werd. Natuurlijk, dat heeft meneer toch
beloofd. Dat heb je in het dorpshuis gehoord. En ik heb er over
geschreven. Jullie kennen me, denk je dat ik voor hem bleef werken als
hij zijn woord niet hield?’
‘Huilden er mensen?’
‘Ja, vooral oudere,
ongetrouwde jeugd, die verkering heeft. Ze hopen in het dorp te kunnen
blijven. Na de koffie gingen de mannen verder. Toen alle nieuwe palen
erin stonden scheurde de vrachtwagen weer naar de andere kant. Het
vierkante apparaat ging op een oude paal, we voelden weer trillingen,
maar nu kwam de paal een stukje omhoog. Vierkante ding eraf, op de
volgende paal. De andere man gooide de eerste paal op de vrachtwagen.
En zo verder. De oude palen stonden verder uit elkaar dan de nieuwe, en
ze waren korter, dus dat ging op één vrachtwagen.
Nét, denk ik. Toen kwam er een vrachtwagen met drie haspels met
draad erop.’
‘Draad? Prikkeldraad?’
‘Nee, meneer. Dat is niet nodig, als iedereen maar ziet waar de grens is. Kwajongens houd je toch niet tegen.’
‘Wie heeft dat verzonnen? Jij vast, omdat het goedkoper is.’
‘Niet alleen daarom. De
meeste mensen vergeten liever wat ze vroeger uitgehaald hebben. Ook dat
ze thuis problemen kregen door winkelhaken in hun kleding. Goed. Drie
man maakte het draad aan de palen vast. Tegelijk, terwijl de
vrachtwagen langzaam doorreed en een vierde man er op de haspels goed
liet draaien. Ik weet niet meer hoe het verder allemaal liep, in ieder
geval kwam er een vrachtwagen met palen. Die werden achter de huizen
gegooid, daarna erin getrild en een andere vrachtwagen kwam weer met
draad. Bij de zijstraten staat natuurlijk geen nieuwe afscheiding,
alleen achter de tuinen van de oude huizen.’
‘Kon die oude niet blijven staan?’
‘Jawel, maar het ging
nu in één moeite door, nu was er makkelijk bij te komen.
Zo dat kan er weer jaren tegen. Zo’n simpele afrastering is
genoeg, als ze de grens maar weten. Als de mensen het niet mooi vinden
zetten ze er maar struiken of een schutting voor. Ondertussen was de
bulldozer doorgegaan met egaliseren, vanuit het midden. Nadat de nieuwe
afrastering klaar was deed hij het laatste stuk aan die kant, daarna de
laatste strook aan de kant van de huizen. Ongelofelijk, drie of vier
vrachtwagens, een bulldozer, een man of tien, en in een paar uur,
klaar. Ik kon nog net op tijd regelen dat ze een ererondje, nou ja,
over de hele lengte, langs het publiek reden. Groot applaus. Iedereen
was afwachtend, ze krijgen nu hoop. U zou de jongelui in het dorpshuis
moeten horen. Thomas en ik maken ‘s avonds wel eens een
wandelingetje. Er staan ook altijd mensen bij de strook te praten.
Alsof ze verwachten dat er elk ogenblik huizen de grond uit zullen
komen. Maar ze weten dat die termijn nog onbekend is. Maar eerder
maanden dan jaren. Hoop ik.’
‘Weet je de normale bouwtijd van een huis?’
‘Ruim een jaar.’
‘Veel te lang. Als het
zover is moet je er zo veel mogelijk bedrijven opzetten als mogelijk
is. Niet het ene na het andere bouwen, veel tegelijk.’
‘Ja, meneer. Nu ze
gezien hebben hoe groot de nieuwe straat ongeveer wordt, willen ze
natuurlijk weten hoeveel huizen er komen. Inschatten, hoeveel kans ze
hebben om er één te krijgen.’
‘Ja, dat zou ik in hun geval natuurlijk ook graag willen weten. Nou, morgen of zo.’
‘Morgen?’
‘Ja, als je morgen een
krantje maakt. Laten we eens kijken of we die straat vol kunnen bouwen.
We hoeven niet op de centimeter te werken, dat doet het
architectenbureau wel.’
‘Ik kan geen huizen bouwen.’
‘Ik ook niet. Maar we
kunnen allebei voorstellen wat er moet komen en we kunnen allebei
rekenen. Je zal verbaasd zijn over jezelf. Thomas, heb je tijd om ook
verbaasd te worden?’
‘Ja, meneer. Ze kunnen
me hier bereiken. Ik ben al verbaasd. Tamara vertelt me af en toe wat.
Fijn, gezellig. Maar u vertelt ze alles op een andere manier. Duidelijk
gericht op wat u moet weten. En zakelijk. Ik zou haar graag huisjes
horen bouwen. Een soort Monopoly?’
‘Ja. Met vijf straten met huizen en één straat onbebouwd. Daar gaan we wat aan doen. Klaar, Tamara?’
‘U heeft vast al iets in uw hoofd.’
‘Alleen een beetje de manier om een vlak in te vullen. Jij hebt vast genoeg gegevens.’
‘Goed. Laten we het proberen.’
‘We beginnen vanaf de
oude plek van de afrastering tot de nieuwe. De diepte van de percelen.
Nog steeds twintig meter?’
‘Graag, meneer.
Allereerst twee en een halve meter voortuin, om er een zitje neer te
kunnen zetten, voor buurpraatjes, zoals het hier de gewoonte is. Dan
negen meter woning. Blijft over voor de achtertuin, acht en een halve
meter. Veel mensen willen graag groenten en zo voor eigen gebruik gaan
verbouwen.’
‘Wat zegt de groenteboer daarvan?’
‘Prima. Als niemand zelf wat verbouwde zou hij zich over de kop moeten werken. Of er een concurrent bij krijgen.’
‘Zo kan je dat ook
bekijken. Maar ik ben blij dat hij ook tevreden is. Dan kunnen we die
strook van vijftig meter aanhouden. Goed dat we niet tekortkomen, als
er overgebleven was was het niet erg geweest. Twee keer twintig voor de
huizen, regel maar bij de stad hoe de onderverdeling van de
overblijvende tien meter moet worden, twee trottoirs en de straat. Als
jullie het niet eens kunnen worden hoor ik het wel, je laat vast niet
over je lopen.’
‘Nee, meneer.’
‘Kan je het volgen, Thomas?’
‘Ja. Ik verbaas me wel, dat vooral Tamara zoveel maten weet. En waarom die zo moeten zijn.’
‘Tja, die maten heeft
Tamara al opgedoken. Ze heeft regelmatig overleg met de beheerders en
de vereniging van huurders. Voor wat ze zelf verzonnen heeft wil ze
geen eer.’
‘Thomas, het is
simpeler dan het lijkt. Jij kon een hoop onderdelen van auto’s
uit elkaar houden, ik koekjes en zo. En meneer botjes en beentjes en
zenuwtjes en vast nog veel meer. Als het over huizen gaat, in plaats
van koekjes, zie ik een huis voor me en kan ik erover praten. Meneer en
jij doen nu ander werk dan vroeger, dat is best moeilijk. Ik probeer
alles terug te brengen tot koekjes en taarten. En hoe ik met de mensen
omging. Daar heb ik nu een hoop gemak van. Daarom heb ik het misschien
makkelijker dan jullie.’
“Als ik even wat toe
mag voegen, jongelui, mijn man lijkt af en toe wat uit zijn mouw te
schudden. Maar op zo’n moment combineert hij alles waar hij de
laatste tijd aan gedacht heeft. Dat weet ik, omdat hij er af en toe
over praat. Mij niet om advies vraagt, dat doen heren niet, maar hij
verwacht het wel. Ik kan hem soms een beetje bijsturen, maar meestal
denkt hij de goede kant op.’
‘En anders hoor ik van Tamara wel of iets goed is of niet. Nu de breedte. Hoe breed worden de woningen?’
‘Per woning, zeven meter.’
‘Hoe breed worden twee garages tegen elkaar aan?’
‘Met standaarddeuren vijf meter.’
‘Dus
twee-onder-één-kap, twee keer zeven plus vijf is
negentien meter. Bah, twintig dus. Makkelijk rekenen, twintig bij
twintig. De garages staan achter de woningen, tussen iedere woning en
de garage maar een halve meter erbij, in de breedte. Kan je het
volgen?’
‘Ja, meneer. Weer gul, meneer.’
‘Tamara, als er bekend
wordt dat er ergens huizen gebouwd mogen worden vliegt de grondprijs
omhoog. Je weet wel, grondspeculaties. In dit geval dus niet. Doordat
ik op mijn grond mag bouwen wat ik wil hoef ik geen dure grond te
kopen, maar komen de woningen op goedkope landbouwgrond, die ik al had.
Daardoor kunnen de huren laag blijven. Zelfs op een wat ruimer perceel.
Zelfs met een garage.’
‘Ja, meneer.’
‘Valt niet mee, hè, om in het groot te denken?’
‘Nee, meneer, het verbaast me steeds weer wat u kunt doen. En wilt doen.’
‘Nou, ik ben heel blij,
dat wat ik wíl doen, ook kán. Zal ik jullie wat
méér vertellen, waarom?’
‘Het lijkt me nogal privé, meneer.’
‘Het is niet voor het
krantje, ook niet voor het overige personeel. Jullie vertellen ons zo
lief tamelijk veel en intiem over jullie privé-leven, jullie
mogen van ons ook meer weten, al gaat dit alleen over zaken. Simone
heeft verteld, hoe ze langzamerhand op de hoogte is gekomen van de
familie-eigendommen van de Wellingtens. Niet dat ze nu alles weet,
hoor.’
‘Wat? Zou je hem niet, Tamara? Hij heeft nog steeds geheimen voor me.’
‘Je vraagt me ook nooit
wat. Maar ik ben zelf ook langzamerhand op de hoogte gekomen. Ik wist,
vóór mijn ouders naar Engeland gingen, alleen over de
Rolls, de schilderijen, het antiek en dat er een familiehuis in
Engeland was. En dat ze wat achter de hand hadden. Ik werd niet
verwend, maar ik kreeg ruim zakgeld. Ik spaarde eigenlijk niet, maar ik
hield toch het meeste over, omdat ik er goed mee omging. Thomas,
misschien kan je het niet zo goed volgen, we hebben Tamara al het
één en ander verteld, maar bij het doorvertellen aan jou
kan ze wat vergeten zijn. Vraag het haar naderhand maar, als iets je
niet duidelijk is. Goed. Mijn vader begon me uit Engeland brieven te
sturen, om me voor te bereiden voor het geval ik het later van hem over
zou nemen.’
‘Stond dat niet vast?’
‘Nee, Tamara. Er is een
voorkeur voor een rechtstreekse mannelijke afstammeling, maar als die
niet wil komt de volgende aan de beurt. De familie is groot, er is
altijd iemand geweest die het wilde doen. Korter of langer. Het huis in
Engeland werd steeds groter dan ik gedacht had, want af en toe woonde
er heel wat familie. Het aantal personeelsleden wees ook op een groot
huis. Tja, er waren wat rijpaarden en paarden voor de koetsen. Mijn
conclusie, een paardenstal en parkeerruimte voor de koetsen. Een stuk
of vijf auto’s, Rolls, allemaal. Conclusie, een grote garage.
Kamers voor ongehuwd personeel op de tweede etage. Hup, een etage
méér dan ik dacht. Ga zo maar door. Ik vond het wel goed.
Op een gegeven moment kwam de lijst met grotere familie-eigendommen.
Schilderijen, antiek, juwelen, auto’s, over de hele wereld.
Zonder prijzen. Nou, ik had een week nodig om bij te komen. Een
voorzichtige schatting ging mijn pet al te boven. Picasso, Monet,
Manet, een tiara, een stuk of tien diademen, parelsnoeren. Ik heb mijn
eerste vrouw ook weinig verteld, die had alles wat haar hartje
begeerde, daar bestond geen twijfel over.’
‘Mag ik het vertellen,
Mark? Hij wilde, nadat ze een tijd getrouwd waren, graag kinderen,
liefst een zoon om de traditie voort te zetten. Ze wilde dat wel, maar
eigenlijk had ze geen behoefte aan kinderen, ze had aan hem al
méér dan ze aankon. Ik weet dit niet alleen van Mark,
zijn schoonvader heeft het een keer bevestigd, zijn dochter had het hem
ook verteld. Maar voor het zover kwam is ze overleden.’
‘Wat erg. Wat is uw leven eh raar verlopen, meneer.’
‘Ja, raar is wel een
goede omschrijving. Ik was vier jaar weduwnaar toen ik Simone
ontmoette. Ze liet me overal over praten. Ze heeft alles voor me op een
rijtje gezet. Want het blijft eh raar, dat mijn eerste vrouw, waar ik
vreselijk gelukkig mee was, moest overlijden om mij met Simone opnieuw
zo gelukkig te laten worden. Heb je alles wat je hartje begeert,
schat?’
‘Ja. Ik kom uit nuchter
Nederland, ik kan wel wat aan. Ook dat hij geen maagd was, Tamara. Als
hij niet getrouwd was geweest had ik er misschien problemen mee gehad.
Maar hij had zijn vrouw vijf jaar gelukkig gemaakt, zó gelukkig,
dat ze méér dan twee keer per dag met hem vrijen
emotioneel niet aankon. Daar ruil je dat toch graag voor in?’
‘Ja, voor zoiets moois zeker.’
‘Om het gesprek iets
luchtiger te maken, ik was wel blij dat hij méér dan twee
keer per dag kon. Goed. Mark?’
‘Ja, heel luchtig,
ongekleed. Goed. Op een gegeven moment schreef mijn vader dat er
twintig pachters waren. Ik dacht, die hebben ieder beslist niet zoveel
grond als hier in de States. Hij schreef ook, dat de reserves nogal
groot waren, maar hij wist niet wat hij er mee moest doen, behalve er
goed op passen. Ik toen ook niet. Onze kinderen wilden met z’n
vieren graag bij elkaar blijven wonen, maar toen ze een paar jaar na
hun trouwen aan kinderen wilden beginnen vroegen ze hoe dat zou kunnen,
in ons huis. Toen ben ik op het idee gekomen om als chirurg met
pensioen te gaan, hier naar toe te komen en het van mijn vader over te
nemen. Simone had natuurlijk meer problemen dan ik om zo ver weg van
haar kinderen en kleinkinderen te zitten. Maar toen we op het idee
kwamen om te chatten heeft ze er zich mee verzoend. Tamara heeft gezien
dat we in de kinderkamer kunnen kijken, Thomas. Maar bijna iedere dag
wordt er aan beide kanten omgeschakeld om met elkaar te kunnen praten
en te zien wie er op dat moment voor de camera zit. Alsof we bij elkaar
in de kamer zitten.’
‘Dat zou ik als oma ook prachtig vinden. Dichtbij, maar niet op hun lip.’
‘Juist, zo dachten wij
ook. Nou, we kwamen hier aan. Ja, een heel groot huis, grote
stallingen. Op zich al aardig wat waard.’
‘Tamara, Thomas, hij
kan het niet laten, hij doet het al zijn hele leven, geen cijfers
geven. Als hij aardig wat zegt, is dat eh aardig wat.’
‘Ik begin het te begrijpen. Het dorp kopen zal ook aardig wat gekost hebben.’
‘Heel goed, Tamara,
aardig wat. Daar kom ik zo op. Ik begon het van mijn vader over te
nemen. Dat ging snel. Ik kreeg de lijst met grotere
familie-eigendommen, met hun verzekeringswaarde. Tja, die tiara van
zeven cijfers voor de komma, tien diademen van ieder vijf cijfers voor
de komma. De waarde van de schilderijen en het antiek blijft oplopen.
Alles bij elkaar, over de hele wereld, heel wat.’
‘Acht cijfers voor de komma?’
‘Nee, geen acht.’
‘Nou, vast bijna.’
Simone giechelde.
‘Ik voel weer waar het
naartoe gaat. Hij flikt het weer. Tamara, hij luist je erin. Hij zegt,
heel wat. Jij vraagt, acht cijfers voor de komma? Hij zegt, nee. Jij
denkt, dus minder, zeven, misschien bijna acht.’
‘Ja, natuurlijk.’
‘Klikspaan. Nou,
vooruit, Tamara, als je je zeven cijfers voor de komma niet voor kan
stellen, kan ik wel vertellen dat het ook geen acht, maar negen cijfers
voor de komma zijn.’
Thomas en Tamara zaten hem met open mond aan te kijken.
‘Het zijn beleggingen,
over de hele wereld verspreid, om in nood op terug te vallen. In eeuwen
opgebouwd. Simone, je weet, we mogen er alleen van genieten. Tamara,
doe je mond dicht.’
‘Ja, Mark.’
‘Ja, meneer. Erg verstandig opgezet.’
‘Juist. Ik denk niet
dat er één familie op de wereld is die zich zo goed
ingedekt heeft. De meeste beleggen te eenzijdig, bijvoorbeeld in olie
of de wapenhandel. Die zitten met grote schommelingen. Wij kunnen
rustig slapen.’
‘Eh ik kan het bijna niet uit mijn mond krijgen, meer dan honderd miljoen is een aardige reserve, meneer.’
‘Nee, die eigendommen
zijn geen reserve. Die zijn voor noodgevallen, pas als de reserves op
zouden zijn zou er wat verkocht mogen worden. Nou, dat zie ik niet
gebeuren. Laat me verder gaan met de volgorde waarin ik alles ontdekte.
Ik kreeg een kaart van de landerijen. Ja, twintig boerderijtjes. Toen
zag ik de schaal van de kaart. Die geloofde ik eerst niet. Ik ben in de
familiepapieren gedoken. Oorspronkelijk waren er méér dan
honderd boerderijen. Langzaamaan zijn er landerijen bij elkaar gevoegd,
om ze rendabeler te maken. Dan werden de oude boerderijen afgebroken en
nieuwe gebouwd, op een na de samenvoeging geschikte plaats. Er is geen
boerderij ouder dan honderd jaar. Alles bij elkaar, ja, heel wat grond.
Aan de waarde van de grond en de boerderijen hebben we natuurlijk ook
niets, we verkopen het niet. Ik vond de opbrengst aan pacht eh
aanzienlijk. Tja, dat gaat mee met de oppervlakte. Maar ik kwam
nóg iets tegen in de papieren. Er is ooit een slimmerd in de
familie geweest, ik heb niet uitgezocht wie en wanneer dat was, ik heb
het bij de beheerder nagevraagd. Ja, behalve de pacht betalen de
pachters twee en een half procent van hun opbrengsten. Voor hun niets
om over wakker te liggen, het is nog aftrekbaar van de belasting ook,
maar een aardige opbrengst voor de familie. Bij elkaar meer dan de
onkosten van het huis, de stallen, de garage en het personeel.’
‘Van twintig boerderijen?’
‘Ja, omdat ze zoveel grond hebben. Een schitterende truc van die slimmerd.’
‘Onvoorstelbaar.’
‘Ja, Simone. Als ik die
getallen bekijk vergeet ik de eerste drie cijfers voor de komma, dan
kan ik er nog een beetje mee rekenen. Het gaat wennen.’
‘Ja, dat snap ik,
meneer. Toen ik bij mijn vader ging werken ging er ook meer om dan ik
gedacht had. Daar raakte ik ook aan gewend. U zit op een eh nog wat
grotere schaal.’
‘Dat is het enige
verschil. Als laatste, de reserves. Die zijn belegd. Op korte, midden
en langere termijnen. De beheerder voor het familiekapitaal en de
bezittingen heeft aan de bezittingen niet zo veel werk, die veranderen
niet vaak. Hij is continue bezit met de beleggingen, obligaties,
aandelen, en andere soorten. Om zonder veel risico toch een goed
rendement te halen. Hij krijgt meer betaald dan de andere beheerders,
omdat het erg verantwoordelijk werk is. Veel moeilijker ook dan dat van
de garagechef, om maar wat te noemen. Je snapt rente over rente?’
‘Ja, meneer. Als je met
eh tien pond tegen tien procent begint, heb je na twee jaar geen twaalf
pond, maar eh elf plus één tien. Enzovoort.’
‘Juist. Nou, rendement
over rendement, al is het laag, levert op de lange duur aardig wat op.
Ook genoeg om ieder jaar, afhankelijk van de winst, ieder familielid
een bedrag te geven. Omdat er zo veel familieleden zijn krijgen ze per
stuk hooguit een bedrag van vier cijfers voor de komma. De meeste
zitten daar niet om te springen, die hebben het al goed.’
‘Daar heb je me ook nooit over verteld.’
‘O. Sorry, Simone. Ik
zei al, het was nooit een bedrag om me druk over te maken. De familie
hecht meer aan zekerheid. Als het ze slecht gaat kunnen ze hier goed en
goedkoop komen wonen. En ze mogen het bedrijf als referentie opgeven,
waardoor ze minder voor hypotheken of leningen hoeven betalen.’
‘Als je genoeg hebt hoef je toch niet te lenen?’
‘Lieve meid, dat zal
een bakker niet doen. Maar je kan vaak met geleend geld ergens meer dan
de rente verdienen. Zo werken banken ook, ze verstrekken met de
spaargelden hypotheken, met een hogere rente dan de spaarders
krijgen.’
‘Ja, natuurlijk, meneer.’
‘Vóór ik iets over de grootte van de reserves vertel, terug naar de huizen. O, gaat het, Thomas?’
‘Het duizelt me wat. Maar ik begrijp de grote lijn. Zorgen voor zekerheid.’
‘Juist. Nu ga ik met je vrouwtje weer Monopoliën. Er zijn ruim vijfhonderd huizen in het dorp, hè?’
‘Weet u dat niet?’
‘Nee, niet precies. Sorry, Als je in het groot denkt maakt een paar meer of minder niet uit. Vijf straten?’
‘Ja. Ze zijn over die
straten niet helemaal gelijk verdeeld, er staat hier en daar wat anders
tussen, zoals het dorpshuis. Maar voor het gemak, in het groot, tien
straatzijden met ieder vijftig huizen.’
‘Goed zo. Die straten waren ook weer lang?’
‘Een meter of vijfhonderd.’
‘Ja. Dus per huis tien meter. Hé, twee-onder-één-kap twintig, dus ook tien per stuk.’
‘Nee, nu in het dorp
minder dan tien meter. Er is slordig gebouwd, er zijn stukken leeg
tussen de huizen, die zijn net te smal zijn voor een huis.’
‘Goed. Hoeveel zijstraten moeten er komen, op die vijfhonderd meter?’
‘Twee, aansluitend op de andere zijstraten.’
‘We rekenden tien meter voor de trottoirs en de straat. Goed. Hoeveel huizen kunnen er dan op een straatkant?’
‘Vijfhonderd min twee keer tien gedeeld door tien is acht en veertig.’
‘Je kan goed rekenen. O, ja, koekenbakker.’
‘Ja, meneer.’
‘Nou, bijna honderd huizen erbij, op de vijfhonderd. Genoeg?’
‘Voorlopig zeker, meneer. Geweldig.’
‘Wat kosten de woningen?’
‘Volgens de schattingen van de bouwlui onder een ton.’
‘Keer honderd?’
‘Onder de honderd ton. Eh tien miljoen.’
‘Valt mee, hè, die hele nieuwbouw?’
‘Tien miljoen? Ja, als je die hebt wel.’
‘Nou, mijn vader zou
zeggen, waar praten we helemaal over. Laten we de waarde van de oude
huizen op twee ton zetten, dat zit in de buurt van het eerste
voorlopige taxatierapport. Als de nieuwe klaar zijn is de verkoopwaarde
daarvan natuurlijk hoger, vast ook twee ton. Dat komt mooi uit, dan
wordt de huur ongeveer hetzelfde als voor de oude huizen. Ja?’
‘Dat zou mooi zijn, meneer.’
‘Ja. Wat moet ik zo ongeveer gaan betalen, voor het dorp?’
‘Oei. Vijfhonderd keer twee ton is duizend ton. Honderd miljoen?’
‘Nou, dan hebben we het
ten minste ergens over. Wat blijft er over? Ja, de renovaties.
Vijfhonderd keer eh een halve ton? Méér wordt het beslist
niet.’
‘Vijf en twintig miljoen, meneer.’
‘Goed. Tien plus honderd plus vijfentwintig is honderdvijfendertig miljoen. Veel?’
‘Ja, meneer.’
‘Alles is relatief,
hè? Simone, je hebt gehoord wat vader gezegd heeft. Ik heb het
nagekeken, hij heeft gelijk. Zonder toestemming van de familie mag ik
vijftig procent van de reserves investeren, als daar, naar verwachting,
een redelijk rendement mee te behalen valt. En redelijk is in dit
geval, voor de familie, één procent, meer hoeft niet.
Vader schatte, zoog uit zijn duim, dat ik dertig procent van de
reserves aan moest spreken. Druk werk voor de beheerder, geld vrij
maken. Het scheelt dat ik de huizen pas moet betalen zodra ze getaxeerd
zijn. Hij hoeft dus niets met spoed te verkopen. De huren van de
vijfhonderd huizen komen al binnen, dat scheelt ook. Vaders schatting
was drie keer tien procent, voor het dorp, de nieuwbouw en het
renoveren. De verdeling is wat anders, en ik kom, met al dit gereken,
op grofweg vijf en twintig procent. Wie van de dames?’
‘Ik durf niet, Mark.’
‘Vier keer honderd vijf en dertig miljoen is ruim vijfhonderd miljoen aan reserves. Oei.’
‘Ja, Tamara, de familie heeft het goed gedaan. Echt Engels, geduld hebben, op de lange termijn denken.’
‘Ik ken een grap uit
Nederland. Er komt een Nederlandse graskweker op bezoek bij een collega
in Engeland. Hij zegt, onvoorstelbaar, wat heeft u mooi gras. Hoe doet
u dat? Zegt die Engelse kweker, af en toe maaien, af en toe sproeien,
af en toe rollen, af en toe bemesten, en dat vijfhonderd jaar
volhouden.’
‘Ja, zo werkt dat.
Alles bij elkaar is de familie ongeveer miljardair. Maar er zijn
honderden miljardairs op de wereld. De rijkste heeft meer dan vijftig
miljard, maar die belegt waarschijnlijk wat eenzijdig, in computers en
zo. Ik zou daar niet van kunnen slapen. Met onze zekerheden wel.’
‘Dank je wel, Mark. Ik
snap niet dat jullie zo snel kunnen rekenen, alsof het over koekjes
gaat. Maar ik ga dit over vijf minuten vergeten. En ik ga door zoals ik
bezig was.’
‘Fijn, Simone. Met wat jíj het beste kan.’
‘Dank u wel, meneer. Ik
begrijp nu waar u mee bezig bent. Koekjes in het groot. Ik zal er met
niemand over praten. Mocht iemand me wat vragen, nou, dan zal ik die
truc van, nogal wat, gebruiken.’
‘Fijn, Tamara. Onze
kinderen begrepen het ook, vonden het fijn, rustig, dat ze niet alles
wisten. Onze dochter vertelde een keer, dat ze haar vriend, haar latere
echtgenoot, wat verteld had. Ze waren allebei, alle vier, toen
negentien. Hij wilde meebetalen aan onze reis naar Engeland, toen we
voor het eerst hier naar toe kwamen. Ik verdiende wat meer dan zijn
vader, had ik gezegd, maar ik had meer onkosten zei hij, met zo’n
groot huis en een zwembad. Toen heeft ze hem uitgelegd dat, wat,
relatief is. Ja, ik verdiende wat meer. Ik had ook nog wat achter de
hand. Haar broer en zij hadden ook wat achter de hand, geërfd van
mijn schoonvader. Dat ze daar later hetzelfde mee ging doen als haar
vader en moeder. Er voor zorgen, dat het niet minder maar
méér werd, ondanks er fijne extra dingen mee te doen. Ze
wilde niet dat hij ging denken dat hij een rijke griet aan de haak
sloeg. Op daarvoor op de loop ging. Ze had hem ook uitgelegd, dat ook
rijk relatief is. Of we rijk zijn of niet, we vóelen ons rijk.
Omdat we elkaar hebben. Naar mooie dingen mogen kijken. Inclusief,
vooral voor hem, haarzelf. Uiteindelijk snapte hij waar het om ging.
Hij zou het er niet meer over hebben, al wist hij nog niets. We waren
erg trots op haar.’
‘Ja, mooi. Én
seksueel én financieel fijn opgevoed. Het seksuele zal
hoofdzakelijk van mevrouw komen, en het financiële van u. Maar, u
was chirurg. Hoe komt het dat u zo snel zakelijk kunt denken?’
‘Het is heel prettig om
met jou zaken te doen, Tamara. Jij bent ook snel. En goed. Je doet dat
grotendeels door wat je thuis opgestoken hebt, door te trekken. Aan
grotere taarten te denken. Ik heb geleerd te leren. Op een goede manier
alles onthouden, anders red je het niet om een universitaire studie en
een specialisatie af te ronden. En daarna ermee werken. De hoofdzaken
heel goed in de gaten houden en bijzaken uit je geheugen opdiepen
wanneer je ze nodig hebt. En doordenken. Als de veters van mijn schoen
loszitten maak ik ook die op de andere schoen opnieuw vast. En als dat
twee keer op een dag nodig is koop ik betere veters, die niet slippen.
Oftewel, als er iets fout gaat, moet je dat niet halfbakken corrigeren,
anders komt het probleem weer terug. Gelijk vooruitdenken, hoe los ik
dit probleem in één keer voor altijd en eeuwig op.’
‘Dank u wel voor uw college. Nee, dat was een grapje. Ik steek van u beiden heel wat op.’
‘Mooi. Het ging wat snel, Tamara. Wil je wat opschrijven?’
‘Nee, ik onthoud het wel en werk het thuis uit.’
‘Ja, dat moet je doen.
Je zou over dit alles met niemand over praten. Maar over gedeelten moet
je dat wel doen, zonder bedragen te noemen. Je moet overleggen met de
stad over de breedte van de trottoirs en de straat. Daarna het
architectenbureau een tekening laten maken van de nieuwe straat. Als
die klaar is bezorgen bij de stad, de elektriciteits- en de
telefoonmaatschappij. Dan kunnen die aan de gang. Ik heb de stad
gebeld, een praatje gehouden met de bouwambtenaar. Over de grote gang
van zaken. Om ze voor te bereiden op jouw komst. Ze wilden eerst een
voorlopige staat aanleggen, pas een definitieve als de bouwactiviteiten
klaar waren. Anders zou de straat kapotgereden worden door de
vrachtwagens. Simone zat naast me, ik fluisterde tegen haar, zoek op,
rijplaten. Ik vroeg aan de ambtenaar, wat is het verschil tussen de
voorlopige en de definitieve straat. Hij zei, eerst baksteentjes,
daarna asfalt. Ik zei, dat asfalt is prima, maar baksteentjes leggen is
nogal arbeidsintensief. Ik keek op de computer. Beste ambtenaar, u moet
rijplaten huren, voor die tijdelijke straat. Dat is veel goedkoper dan
het gebruik van bakstenen. Dan heeft u daar ook geen opslag meer voor
nodig, verkoop maar wat u nu heeft. Moet ik verder in detail gaan? Hij
zei, nee, meneer. Dank u wel, op dat idee is nog nooit iemand
gekomen.’
‘Waarom u wel?’
‘Goede vraag, Tamara.
Dat was details uit mijn geheugen opdiepen. Bij het huwelijk van onze
kinderen heeft de stad Boston op het grasveld aan de rivier, waar ze
trouwden, rijplaten laten leggen voor de auto’s waarmee we
kwamen. Een Rolls is zo zwaar, dat die diepe sporen zou trekken.
Gebruik van rijplaten is daar normaal. Je belt even, ze komen op een
vrachtwagen en worden door specialisten razendsnel op hun plek gelegd.
En later weer opgehaald. Rekening betalen, klaar. Zoiets als catering,
maar dan niet eetbaar. Ook zo goed georganiseerd als de firma die de
strook verzorgd heeft.’
‘Ja, dan kan iets snel.’
‘We willen niet alleen
snel bouwen, ook móóie huizen bouwen. Je moet natuurlijk
steeds overleggen met de beheerder. Kies geen goedkope materialen,
alles moet lang meegaan. Iets duurder beginnen haal je er uit. Tot
zover duidelijk?’
‘Ja, meneer. U wilt toch niet zeggen, dat u nóg meer heeft? U heeft al zoveel bedacht.’
‘Dat valt wel mee. We werken zo fijn samen. Ik kwam met de hoofdlijnen, jij had de details.’
‘En zo ontwerp je binnen de kortste keren een hele straat met huizen.’
‘Ja. Leuk, hè? Enig idee waar ik het nog over wil hebben?’
‘Nee, meneer.’
‘Over de binnenkant van de huizen. O, eigenlijk is dat meer jouw terrein, Simone.’
‘Ik kan jullie tempo
amper volgen. En ik ben ook niet gewend om zo in het groot te denken.
Maar ik wil wel een poging wagen. Als het niet goed gaat hoor ik het
wel. Een nieuw huis. Hoe wordt dat hier opgeleverd?’
‘O. Leeg, op de keuken en de badkamer na. Geschilderd en behangen en betegeld, waar nodig, mevrouw.’
‘Geschilderd. Welke kleuren?’’
‘Dat is aan de eigenaar.’
‘Goed. Jij bepaalt dus
de kleuren van de verf. Wissel maar wat af, anders weten de mensen niet
of ze thuis zijn of op bezoek bij de buren. Hoe ging dat?’
‘Heel goed, schat. Ga door zo.’
‘Behangen. Een vakman
kan snel behangen in een leeg huis. Als de woning toegewezen is mag de
bewoner het behang uitkiezen.’
‘Ja, mevrouw.’
Mark grinnikte.
‘We zijn niet de enigen die snel leren, Tamara. Verder, Simone.’
‘Ik loop naar binnen.
De hal. Ja, daar hoeft niets in. Toilet. Is er ruimte voor een
redelijke wastafel? Groter dan zo’n dingetje waar je net je
vingers nat kan maken?’
‘Ja, mevrouw.’
‘Kan er een ingebouwd
toilet af, Mark? Dat maakt niet zo’n herrie. En, als er geen
raampje naar buiten is, een ventilator?'
‘Goed.’
‘De woonkamer. Hoeft niets in. Die andere kamer ook niet. De keuken. Wat komt daar in, Tamara?’
‘Een ruime aanrecht,
twee verzonken spoelbakken, plaats voor een vierpitskooktoestel,
kastjes erboven en eronder, met plaats voor een vaatwasser.’
‘Schud je dat zo uit je mouw?’
‘Nee, de vereniging van huurders heeft al een onderzoekje op dit punt gedaan.’
‘Heel goed. Eh, de badkamer.’
‘Wacht even. Tamara, we
kunnen de huurders wat besparen, als we sommige dingen in het groot
kopen. Je zal best een grote korting los kunnen praten als je honderd
vaatwassers tegelijk besteld.’
‘O. Zesennegentig.’
‘Nee, honderd. Sluit
met een installateur een contract af voor plaatsing en onderhoud. Hij
houdt die vier in voorraad. Als er klachten zijn komt hij voorrijden
met een vaatwasser in zijn auto. Als hij die in het huis niet snel kan
repareren vervangt hij de vaatwasser en kan dan in zijn werkplaats, met
al zijn gereedschap en reserveonderdelen bij de hand, de defecte
repareren.’
‘Hoe komt u daar op?’
‘Je dacht toch niet dat
er in een operatiekamer gerepareerd werd? Defecte apparatuur
afkoppelen, nieuwe eraan, klaar.’
‘Ja, dat is ook doordenken vanaf je vroegere werk. Wie betaalt wat?’
‘Dat verrekenen we in
de huur. Die wordt daar amper hoger door. Volgende. Geen plaats voor
een vierpitskooktoestel, een ingebouwde. Ook op een contract met een
leverancier. Kan je het nog onthouden?’
‘Ja, meneer. Ik loop
thuis in gedachten, net zoals mevrouw, door zo’n huis en zie
alles weer voor me. Ik kon ook veel koekjes uit elkaar houden.‘
‘Ja, dat was een goede oefening. Kunnen we voor de keuken nog meer gezamenlijk aanschaffen?’
‘Nee, meneer. Kleinere
apparatuur, zoals een koffiezetautomaat of een magnetron, zijn meer van
smaak afhankelijk. Die moeten ze zelf maar uitzoeken.’
Goed. Probeer wel korting voor ze te regelen. Jij weer, Simone.’
‘Ik zal nog meer in het groot moeten gaan denken. Wat komt er normaal in een badkamer?’
‘Wastafel, toilet,
douche. Er is vraag naar aansluitingen voor een wasmachine en een
droger. Veel mensen hebben die nu nog beneden, maar de meeste vuile was
komt uit de slaapkamers. Kleding en beddengoed.’
‘Goed, aansluitingen. Kost bij nieuwbouw natuurlijk ook amper niets extra's.’
‘Al die extra's zouden wel aardig op kunnen tellen, meneer.’
‘Dat mag jij doen. Nee,
de beheerder. Ik heb trouwens de man die via het uitzendbureau kwam
vast aangesteld. Ik kan goed met hem opschieten en hij lijkt me
vakkundig.’
‘Mij ook, meneer.’
‘Mooi. Hij moet ook
uitzoeken hoe lang alles meegaat, omdat dat korter is dan het huis
zelf. Ik stel me voor, dat een vaatwasser in een jaar of tien
afgeschreven moet worden. Maar je zult zien dat het de moeite niet is
om mij lastig te vallen. Eh overal thermostaatkranen. Ja, die hadden we
in het ziekenhuis ook. Thuis ook, hè, Simone? Die heb ik, toen
ik dat huis kocht, er al in laten zetten.’
‘Een brutale vraag, meneer. Heeft u het huis aan de kinderen verkocht?’
‘Nee. Misschien ooit, voorlopig betalen ze huur.’
‘U zei nét, uw
zoon en dochter hadden wat achter de hand, geërfd van uw
schoonvader. Was dat niet genoeg?’
‘Meer dan genoeg. Maar alle vier de kinderen wilden daar niet aankomen, dat was persoonlijk kapitaal.’
‘Wel zo eerlijk.’
‘Dat zijn ze. Tamara,
je hoeft dit natuurlijk niet allemaal te regelen en uit te zoeken
vóór jullie huwelijk. Dat kan daarna, en na jullie
huwelijksreis in de slaapkamer ook. Die huizen zijn er nog niet.’
‘Nee, maar ik werk graag tussen alle andere activiteiten door.’
‘Als Thomas tijdens
jullie huwelijksreis méér uit moet rusten dan jij, moet
je niet gaan werken maar hem gezelschap blijven houden.’
‘Natuurlijk, mevrouw. Ik zei al, ik wil een goede echtgenote voor hem zijn. Hij gaat voor.’
‘Ho, dames, voor het te intiem wordt voor een stel dat bijna gaat trouwen. Verder met de badkamer, alsjeblieft.’
‘Ja, Mark. Ook een redelijk grote wastafel. Een douche, niet te klein. Een toilet, ingebouwd.’
‘Ja, mevrouw.’
‘Kan er een bad in? Ik bedoel, óók een bad?’
‘O. Dat heeft bijna niemand in het dorp.’
‘Kijk maar of het erin past. Liefst tweepersoons. Gezellig. Bij nieuwbouw eh enzovoort.’
‘Ja, mevrouw.’
‘Zeg je wel eens nee?’
‘Zelden. Dat klinkt zo onvriendelijk. Er zijn andere manieren om vriendelijk te weigeren.’
‘Ik geloof je direct. Nou, meer weet ik niet.’
‘Heel goed, Simone.
Tamara, ga naar huis en schrijf alles op. Concentreer je dan op je
huwelijk. Wij willen je tot je bruiloft niet meer zien. Op je bruiloft
natuurlijk wel. En daarna voorlopig ook niet meer, tot je eh ver genoeg
gereisd hebt.’
‘Ik wil u beiden nog een keer bedanken voor wat u voor ons gedaan hebt.’
‘Heel graag gedaan. Je kijkt wat verdwaasd, Thomas.’
‘Ja. Alles was totaal
anders dan waar ik aan gewend ben. Ik hoop dat u er geen bezwaar tegen
heeft, dat Tamara het me nog een keer verteld, gericht op mijn
opleidingen en ervaringen.’
‘Nee, natuurlijk niet.
Alleen op een tijd dat je niets beters te doen hebt. Wij wensen jullie
een hele prettige huwelijksdag en –reis.’
Ze namen afscheid.
* * * * * * * * * * * * * * *
* * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * *
* * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * *
Het Wellingten Nieuws
Jaargang 1, nummer 3
Verzorgd door Tamara.
Mooie show, hè, aan de Noordkant van het dorp?
Traantjes drogen, jongelui, de woningnood heeft de langste tijd geduurd.
Ik ben erg gelukkig dat ik
dat van meneer Wellingten zo snel heb mogen regelen. Voor jullie, om te
laten zien dat er geen luchtkastelen gebouwd worden, maar dat er ruimte
vrijgemaakt wordt voor echte huizen. En voor mezelf, omdat het me een
beetje dwars zit dat ik zo bevoorrecht ben om al bijna in een
gerenoveerd huis te wonen. Ik zal vertellen hoe dat gekomen is.
Enige tijd na de aankomst van
meneer en mevrouw Wellingten kreeg Thomas, butler in het grote huis,
het aanbod om met pensioen te gaan. Hij vroeg bedenktijd, en of zijn
zoon, Thomas junior, hem op kon volgen. De bedenktijd kreeg hij, maar
van opvolging was geen sprake, dat was iets voor de middeleeuwen. Er
moest op die baan gesolliciteerd worden.
Van een onbekend aantal
sollicitanten werd in ieder geval Thomas junior opgeroepen voor een
sollicitatiegesprek. Tja, wie kon er meer geschikt zijn dan hij, zijn
leven lang had hij zijn vader over zijn werk horen praten.
Vóór hij, na zijn opleiding tot automonteur, in de garage
van het grote huis ging werken, ging hij nogal eens met zijn vader mee
en keek wat die deed.
Hij werd aangenomen. Meneer
Wellingten vroeg hem, samen met hem alles na te lopen, onder het motto,
nieuwe bezems vegen schoon, om te zien of er verbeteringen nodig waren.
Thomas zei onmiddellijk, het portiershuis kan opgeknapt en daarna
verhuurd worden. Meneer zag daar zo gauw niets in, het leek hem een
bouwval. Maar Thomas was, direct nadat zijn vader het ontslagaanbod had
gekregen en er gesolliciteerd kon worden, al naar verbeteringen op zoek
geweest. Onder hetzelfde motto, voor het geval hij aangenomen zou
worden. Hij had ook het portiershuis, waar hij nog nooit geweest was,
onderzocht. Het was geen bouwval, alleen overwoekerd door onkruid, na
tientallen jaren leegstand. Meneer zou het onderzoeken.
Daarop vroeg Thomas gelijk of
hij had dan kon huren. Hij was al jaren op zoek naar een huis, om dan
te kunnen trouwen. Met mij. Als dank voor de tip van het opknappen en
verhuren kreeg Thomas de toezegging het portiershuis te mogen huren,
als dat zover zou komen. Meneer en mevrouw vroegen waarom hij zo lang
naar een huis gezocht had. Dat heeft hij verteld, zo zijn ze op de
hoogte van de woningnood in het dorp gekomen. Hoe het daarmee gegaan is
vertel ik een andere keer.
Thomas was er zo van
overtuigd dat het portiershuis opgeknapt kon worden dat hij mij
onmiddellijk na zijn benoeming tot butler ten huwelijk heeft gevraagd.
De renovatie van het portiershuis is deze week klaar; volgende week, na
ons huwelijk, trekken we er in. Dan liever een week lang geen bezoek;
mijn telefoon gaat uit, wacht met vragen en klachten maar, ik heb dan
wat anders te doen.
De aankondiging van ons
huwelijk doe ik hier verder niet, dat doen we op de ouderwetse manier,
met kaarten aan familie en vrienden, en één op het
prikbord in het dorpshuis.
Ik hoop niet dat jullie het
egoïstisch van Thomas vinden dat hij het portiershuis voor
zichzelf en mij gevraagd heeft. Ik ga toch even in de verdediging.
Één. Een huis op het terrein van het grote huis is min of
meer voorbestemd voor het personeel. Er heeft ooit een portier met zijn
gezin gewoond, maar die functie was geschrapt. Thomas ging in het grote
huis werken, dat was mooi dichtbij. Twee. Ik wed, dat er geen stel in
het dorp is dat langer verkering heeft dan Thomas en ik.
Zo. Nu het nieuws.
De huurhuizen.
Geen nieuws, de taxaties gaan door.
De renovatie van de huurhuizen.
Geen nieuws.
De nieuwbouw.
Wat was dat een mooi gezicht, het voorbereiden van een strook grond voor de nieuwbouw.
De opdracht aan het
architectenbureau voor het tekenen van twee-onder-één-kap
woningen met garage was voor drieslaapkamerwoningen. De vereniging van
huurders heeft gemerkt dat er ook tweeslaapkamerwoningen gewenst zijn.
Het architectenbureau zal daar ook een ontwerp voor maken.
We beginnen met een
verhouding van één twee-onder-één-kap
tweeslaapkamerwoningen op drie twee-onder-één-kap
drieslaapkamerwoningen. Is dit nog leesbaar?
We denken voor beide typen
dezelfde perceelgrootte aan te houden, dan kan die verhouding nog een
tijd gewijzigd worden. Per woning een perceel van tien meter breed en
twintig meter diep, meer verklik ik nog niet.
De lengte van de straat,
minus de zijstraten, is vierhonderdtachtig meter. Juist, achtenveertig
woningen. Per straatkant. We weten nog niet hoeveel er nodig zijn, maar
méér dan zesennegentig nieuwe op ruim vijfhonderd oude
huizen zal toch niet nodig zijn?
Om een idee te krijgen vraag
ik jullie onderstaand strookje in te vullen en af te geven bij
één van de adressen in de Hoofdstraat waar de krantjes
verkrijgbaar zijn.
Overige onderwerpen.
Ik heb bijgehouden hoeveel
krantjes en waar ze afgehaald werden. Het lijkt er op, dat jullie er
één meenemen bij het boodschappen doen in de Hoofdstraat,
de adressen in de andere straten wordt amper bezocht. Het Wellingten
Nieuws is voortaan ‘alleen maar’ verkrijgbaar in de
Hoofdstraat.
Dat was het weer, voor deze keer.
Tamara
Telefoon [om privacyredenen door de schrijver weggelaten]
Bankrekeningnummer voor de huur [om privacyredenen door de schrijver weggelaten]
* * * * * * * * * * * * * * *
* * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * *
* * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * *
Naam:
Adres:
Ik heb belangstelling voor
een O
drieslaapkamerwoning
O tweeslaapkamerwoning
* * * * * * * * * * * * * * *
* * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * *
* * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * *
Week 15
Op de trouwdag van Tamara en
Thomas stonden Mark en Simone om tien voor tien, met tientallen
dorpsbewoners, op de trottoirs bij de huizen van de ouders van Thomas
en Tamara.
‘Wat zit je op je horloge te kijken? Ben je zenuwachtig?’
‘Nee, ik ben de bruidegom niet. Maar ik ben benieuwd hoe het gaat.’
‘Ze staan al klaar met
rood en wit lint, om de straat af te zetten. Wat is dat, bij het
dorpshuid? Blauwe zwaailichten? Toch geen ongeluk, nét
vandaag?’
‘Vast niet, er is amper verkeer.’
Er kwamen twee politieagenten
op motoren aanrijden, vanuit de richting van het dorpshuis. Ze keken
naar de huisnummers, stopten nét voorbij het publiek, zetten hun
motoren dwars over de straat, één op iedere helft en
zetten de zwaailichten aan. De jongelui rolden hun linten op en gingen
bij het publiek staan.
‘Mark? Vertel maar.’
‘Toen ik het stadhuis
belde, over trouwen buiten het stadhuis, werd ik heel netjes behandeld.
Ik heb ook gevraagd of er een vergunning nodig was voor het afzetten
van een straat. Natuurlijk, maar voor markten en zo was dat meestal
geen probleem. Maar ik moest de politie bellen voor advies,
vóór ik een vergunning aanvroeg. Dat heb ik gedaan. Wie
daar de telefoon oppakte kende mijn naam, ik moest even wachten en
kreeg toen de hoofdcommissaris aan de lijn. Die kende mijn naam ook. Ik
heb alles uitgelegd. Hij zei, dat dorp staat bij ons in een goed
blaadje. Als er criminaliteit is komt dat van buitenaf. Van openbare
dronkenschap horen we ook nooit iets, daar hebben we in andere dorpen
in het weekend nogal wat mee te doen. Voor wie het ook is, we komen
graag even de straat afzetten. U hoeft geen vergunning aan te vragen,
we doen dat zonder rompslomp. Kijk, daar komen ze.’
De voordeuren van de huizen
van de ouders van Thomas en Tamara gingen open. Thomas kwam naar
buiten, in een keurig pak, keek even verbaasd naar de zwaailichten en
liep in de richting van het huis schuin aan de overkant. Daar kwam
Tamara de voordeur uit. Ze had een wit jurkje aan, niet erg
ingewikkeld, maar duidelijk een trouwjurk. Ze keek niet op of om,
alleen naar Thomas. Ze kusten elkaar even, zonder elkaar verder aan te
raken, pakten elkaar bij de hand en liepen midden over straat richting
dorpshuis. Het publiek applaudisseerde en haastte zich over de
trottoirs naar het dorpshuis, om vóór hen binnen te zijn.
Mark en Simone kregen een stoel op de tweede rij aangewezen, achter de
ouders. De zaal was vol, aan één zijkant stond ook nog
jeugd, aan de andere zijkant stond een buffet klaar, nog afgedekt.
Vanaf dat het bruidspaar de zaal binnenkwam totdat het zat luidde de
barman zachtjes de bel, op de maat van hun lopen. En keihard toen de
nieuwe echtgenoten elkaar kusten. Iedereen die op een stoel gezeten had
stond op, klapte de stoel op en zette die aan de zijkant. Er vormden
zich groepjes, waaruit beurtelings mensen naar het bruidspaar of naar
het buffet gingen. Mark en Simone keken de gezellige boel een tijdje
aan, wachtten op een gaatje in de rij voor het bruidspaar en gingen ze
toen ook feliciteren. Tamara kreeg het te kwaad en moest even gaan
zitten om te bedaren en haar tranen te drogen.
‘Door u hebben we zo
onverwacht vlug kunnen trouwen. En direct een huis. Wat er ook gebeurt,
we zullen u nooit vergeten.’
‘Alles kwam toevallig
zo uit, Tamara, zo veel hebben wij niet gedaan. Je eigen Thomas
eigenlijk het meeste, je zal hem vast vooral komende week genoeg laten
voelen hoe dankbaar je bent.’
‘Eh ja. Ik weet het, mevrouw, niet stilliggen.’
Ze giechelden. Mark en Simone
werden na het feliciteren van het bruidspaar veel aangesproken, maar
Mark weigerde om over huizen te praten, zei ze een week te wachten en
dan contact op te nemen met Tamara. Alleen toen de ouders van Tamara
hun kwamen bedanken praatten ze langer.
‘Tamara heeft het erg naar haar zin, bij u, meneer.’
‘Wij zijn heel tevreden over haar. Privé is het ook zo’n lieve meid.’
‘Ja, altijd geweest. Altijd blij, opgeruimd. Weet u iets van haar geschiedenis met Thomas?’
‘Ja, daar heeft ze over
verteld. We geloven haar natuurlijk, maar het is moeilijk voor te
stellen. Zijn ze echt zo vroeg begonnen?’
‘Ja. Je zou er een boek
over kunnen schrijven. We kregen, toen ze bijna drie waren, in de gaten
dat die twee altijd bij elkaar zaten. Eigenlijk al vanaf dat ze konden
lopen en op straat mochten spelen. Dat vonden we wel grappig, zo vroeg
al een voorkeur. En van beide zijden. Toen ze hand in hand naar school
begonnen te lopen hebben we er wat van gezegd. Ze moest zich niet
beperken tot één jongen. Er meerdere leren kennen, en,
als ze er de leeftijd voor kreeg, er één uitzoeken om mee
te trouwen. U had dat onschuldige gezichtje moeten zien. Ik heb de
leeftijd nog niet, ik ben pas zes, maar ik ben al wel uitgezocht. U
houdt van elkaar, nou, Thomas en ik ook. Zo simpel is dat. Nou, simpel
of niet, er viel niets aan te doen. Ze trokken zich van niemand wat
aan, gingen, hoe ouder ze werden, steeds meer met elkaar om. We
dachten, als ze in de puberteit komen zal het wel overgaan, dan gaan ze
vast ook naar anderen kijken. Twaalf, dertien, veertien, er veranderde
niets. Ze speelden niet veel kinderspelletjes meer, zaten te kijken als
jongere kinderen dat deden. En ze praatten. Als ze dezelfde kant op
wegliepen, liepen ze hand in hand. Toen ze bijna vijftien was ben ik
een keer geschrokken. Ze stond naast me in de winkel toen ik haar
ineens zag trillen. Ik vroeg wat er was, waarom ze zo trilde. Ze zei,
Thomas liep langs. Ik word altijd warm, van binnen, als ik hem zie. Hij
van mij ook, zegt hij. Hartkloppingen. Heeft u dat met moeder ook? Tja,
zo praatte ze nooit tegen me, ik besloot eerlijk te antwoorden. Ik zei,
ik heb je moeder pas ontmoet toen we achttien waren, ze komt uit een
ander dorp. Wij hadden ook hartkloppingen, maar die zijn afgezakt. We
houden wel nog steeds veel heel van elkaar. Ze zei, wij houden ook nog
steeds heel veel van elkaar. Onze hartkloppingen zijn nog niets
afgezakt en ik zou ook niet weten waarom. Ze zijn zelfs wat erger
geworden sinds we elkaar kussen. Ik zei, je moeder heeft je
voorgelicht, je weet dat je voorzichtig moet zijn, met jongens? Ja, zei
ze, dat weet ik. Dan ben ik ook, met Thomas. Maar als ik het niet zou
zijn gebeurt er nog niets, hij is nog voorzichtiger dan ik. Ik vond,
dat ik uitgepraat was. Tegen zo’n zekerheid mag je niets doen.
Het is mooi om te zien, zo’n vroeg begonnen en zo’n
langdurige liefde, maar onbegrijpelijk. Als u ze niet geholpen zou
hebben zouden ze waarschijnlijk nog jaren zo doorgegaan zijn, tot ze
een huis gevonden hadden.'
‘Ja, het is heel mooi
om te zien. Ze zijn zo ontroerend. Maar zakelijk erg goed. Het
portiershuis stond ergens onderaan op mijn lijst, om te kijken wat er
mee moest gebeuren. Als ik er langs reed, dacht ik, het zal wel
afgebroken moeten worden. Maar Thomas was op al onderzoek gegaan. Toen
hij butler werd vertelde hij dat het een prima huis was, alleen van
onder tot boven onder het onkruid zat. Het zou schoongemaakt en wat
opgeknapt moeten worden, maar dan zou het verhuurd kunnen worden. De
slimmerd vroeg gelijk of hij het dan kon huren. En vertelde over
Tamara. U begrijpt, wij konden niet anders dat akkoord gaan. Veel meer
hebben we niet voor ze gedaan. Thomas heeft hun huis geregeld.’
‘Zo kunt u er ook tegenaan kijken. U heeft beiden ook een baan gegeven.’
‘U vertelde net, hoe u
van uw kant tegen dat stel aan keek. Ik zal u onze kant vertellen.
Thomas is begonnen als automonteur, maar wilde graag zijn
familietraditie voortzetten. Zijn vader heeft hem steeds overal van op
de hoogte gehouden, hem eigenlijk ervoor opgeleid. Ik wilde hem graag
de kans geven, we zijn vrij modern, maar we houden ons graag aan mooie
tradities. Hij voldoet uitstekend. Uw dochter, tja. Na kennis met haar
gemaakt te hebben zei mijn vrouw, er steekt méér in dat
meisje. Die kan veel meer aan dan wat ze nu te doen heeft. Ik had geen
baantje voor haar, en ze wilde ook niet dat Thomas haar chef zou
worden. Ik heb Thomas toen verzocht een onderzoek te doen naar de
woningnood, waarover ze vertelden. Tamara heeft hem geholpen, onder
andere bij de beheerder gedreigd een vereniging van huurders op te
richten. Ik heb haar toen gevraagd om dat te doen. U weet het vast wel,
dat deed ze vlot en ontzettend goed. Toen we de huizen gekocht hadden
kreeg ik behoefte aan hulp, een goede regelaar. Ik kon niet anders dan
haar vragen.’
‘Is ze werkelijk zo goed? Ze zegt dat ze met grote bedragen te maken heeft.’
‘Dat heb ik ook moeten
leren, meneer, maar ik had al wat meer ervaring in het leven. Tamara is
heel goed. Ze heeft alles bij u geleerd. Ze moet bij ons nog wat
wennen, maar ze werkt ongeveer zo door als bij u. Alleen duizend pond
is een koekje en een miljoen een taart. Als je zo denkt is er mee om te
gaan. Alles is relatief.’
‘Je moet er maar opkomen.’
‘Ze heeft het zelf verzonnen. Heeft u van haar gehoord, hoe ze haar krantje regelt?’
‘Ja, en nog meer
korting krijgt dan wij ooit kregen. Tja, ze was altijd handiger dan ik.
Als ik een zak meel kreeg waar de wormen in zaten vroeg ik een nieuwe.
Zij niet, ze eiste anderhalve zak, voor het tijdverlies en de schrik,
en ze kreeg het ook nog.’
‘Ja, ze is slim en ze
gaat vreselijk goed met mensen om. U weet het wel, als ze met iemand
praat lijkt het alsof die op dat moment de enige interesse in haar
leven is. Terwijl dat Thomas is. Ze komt natuurlijk regelmatig bij ons,
om te vertellen wat ze allemaal doet. Maar we hebben al een paar keer
traantjes gezien, als Thomas ter sprake komt.’
‘Ja, dan wordt ze emotioneel. Is ze zo open tegen u?’
‘Ja, en wij tegen haar.
Vooral mijn vrouw is erg open. Altijd geweest, ook tegen onze kinderen.
Ze heeft Tamara een beetje onder haar hoede genomen. Tamara praat
waarschijnlijk makkelijker met mijn vrouw dan met haar moeder. En het
kwam zo uit. Ze begon te huilen, bij ons, toen Thomas haar voor kwam
stellen. Ze was net ten huwelijk gevraagd, had van haar nieuwe huis
gehoord en hoorde van ons dat ze binnen twee maanden zouden kunnen
trouwen. Dat schept een band, om als meisjes onder elkaar te kunnen
praten.’
‘U moet de goede toon getroffen hebben, mevrouw.’
‘Ik heb een dochter en
een schoondochter van haar leeftijd in Boston, waar we vandaan komen.
Ik mis ze. En ik moest ook bijna janken toen ik hoorde hoe lang ze al
op elkaar aan het wachten waren. Wij zien haar een beetje als
nóg een dochter van ons. We hebben haar, en Thomas natuurlijk,
een beetje geholpen, maar we krijgen er heel veel voor terug.’
‘Wij hebben ook
vreselijk veel van haar genoten. Gelukkig gaat ze niet ver weg wonen.
Ze komt regelmatig even binnen, als ze in de buurt is, dat zal ze vast
blijven doen. Tja, Thomas is een fijne vent. Rustig, maar hij wist
altijd waar hij het over had en wat hij wilde. Ook voor Tamara. Zijn,
hun, zelfbeheersing is ook onvoorstelbaar. Wij zijn zo blij voor ze,
dat het over een paar uur niet meer nodig is. Sorry, meneer,
mevrouw.’
‘Nee, dat is prima.’
‘Dan zeg ik nog iets.
Ik kon u niet plaatsen, met die kleine stukjes informatie die ik kreeg.
Hoe u, neemt u mij niet kwalijk, mevrouw, normaal gekleed bent. We
hoorden van Thomas, dat u wel als pin-up in de garage zou willen
hangen. Van Tamara ook het één en ander. Ik begrijp nu,
dat het samen te vatten is onder één noemer, niet preuts.
Tja, we zijn wel iets van jongelui gewend, maar niet van iemand van uw,
eh, onze generatie.’
‘Ik kom uit Nederland,
meneer. Ik ben wel preuts opgevoed, maar ik zag genoeg om me heen. Er
gebeurde net zo veel als altijd, maar er werd openlijker over
gesproken. Ik, wij, hebben onze kinderen erg vrij opgevoed, maar
verstandig, van beheersing wisten ze ook alles. Ik heb Tamara ook een
beetje bijgepraat. Als je alles bij zijn naam noemt en praat over wat
je voelt, geniet je veel meer dan wanneer je alleen zegt, je bent mooi
en het was lekker.’
‘Oei. Nu snap ik
helemaal waarom Tamara zo graag met u praat. U lokt me bijna uit mijn
tent om over onze ervaringen te vertellen. We gaan naar huis, vrouw. U
beiden nogmaals bedankt voor alles.’
Ze namen afscheid. Mark en Simone zeiden het bruidspaar nog even gedag en gingen naar huis. Onderweg kwamen ze een koets tegen.
‘Wat mooi versierd, Mark.’
‘Ik heb alleen gezegd,
toen ik doorgaf dat ze mogelijk met een koets naar huis wilden, dat ze
die misschien wat versieren konden. Nou, ze hebben zich
uitgeleefd.’
‘Dat gaan Tamara en Thomas ook doen, nadat ze uit de koets stappen.’
‘Zullen we thuis wat imiteren, schat?’
‘Niks imiteren. Echt doen.’
‘Ik bedoel, onze eerste keer imiteren?’
‘Rijd maar vlug door.’
Thuis werden ze opgewacht door een dienstmeisje.
‘Mijnheer, mevrouw, er
is al een paar keer voor u gebeld, uit Boston. Ze willen met u chatten.
Ze wachten, want ik heb verteld hoe laat u vermoedelijk thuis zou
komen.’
Mark en Simone liepen snel
naar het kantoor en zetten de computer aan. De kinderen zaten met
z’n vieren voor de camera te praten. Nadat ze elkaar begroet
hadden ging Silvia midden voor de camera zitten.
‘Jullie weten, dat we
heel veel samen doen. Soms tegelijk, soms na elkaar. Bijvoorbeeld,
Aimee en ik zijn bijna op hetzelfde moment ontmaagd. We zijn een maand
na elkaar aan kinderen begonnen. Aimee is, toevallig, een maand na mij
zwanger geworden. Mooi, onze kinderen een maand na elkaar. We hebben,
ook met z’n vieren, natuurlijk gepraat over wanneer de volgende
zo ongeveer zou moeten komen. We vonden een verschil van tussen
één en twee jaar wel mooi. Dus zijn we een tijd geleden
weer aan zo’n mooie periode begonnen. U weet wel, bij het vrijen
extra kunnen denken, misschien word ik van deze lading zwanger,
respectievelijk, misschien maak ik haar met deze lading zwanger.
Heerlijk. Een maand geleden was het raak bij Aimee. Mams, je bent
verschrikkelijk, je wist het eerder dan ik. Nou ja, één
minuut. Nu kom je een dag na de anderen. Ja, ik ben ook weer zwanger.'
Ze feliciteerden haar en Jamie. En Mike en Aimee, omdat ze alles zo fijn samen deden.
‘Ik geef nu het woord aan de volgende woordvoerder.’
Silvia ruilde van plek met Mike.
‘Silvia maakte er een
mooi verhaal van. Het gaat heel fijn met ons. Ik neem geen aanloop. We
willen met z’n zessen over zes weken een week bij jullie op
bezoek komen.’
Simone begon te huilen.
‘Fijn, hè, mams?
Eerder komt slecht uit, als we langer wachten wordt het reizen voor
Aimee en Silvia moeilijker.’
‘Het is geweldig,
jongelui. Chatten is heel fijn, maar er gaat natuurlijk niets boven in
levenden lijve. Jullie hebben je niets te verwijten, we zijn hier dan
een maand of vijf en wij zijn ook niet teruggeweest. We hebben het hier
ook geweldig en druk.’
‘Mooi, paps. Slaapruimte?’
‘Wordt geregeld. We weten jullie wensen.’
‘Mooi. Dat was het.’
‘Nee. Laat mij de
tickets regelen. We hebben hier prijsvechters, hier tickets kopen is
waarschijnlijk goedkoper dan bij jullie vandaan. Ten laste van het
familiekapitaal, natuurlijk, het is familiebezoek.’
‘Ook goed. We hadden al
geregeld dat Silvia en ik ons achterdehandje aan zouden spreken, dat
wordt toch alleen maar meer. Aimee en Jamie protesteerden wel, maar wij
mogen ze toch af en toe wel een cadeautje geven? En we genieten altijd
van elkaars cadeaus.’
‘Prima. Wij hebben
dezelfde problemen met onze achterdehandjes. Omdat we het hier beheren
hoeven we niets te betalen. Erg, hè?’
Ze grinnikten allemaal.
‘We komen net van de
bruiloft van Thomas en Tamara. We hebben over ze verteld. Onze butler
en onze troubleshooter. En onze vrienden. Ook een beetje onze kinderen.
Het was zo ontroerend, lui. Ze wonen schuin tegenover elkaar, kwamen
tegelijk hun huis uit, gaven elkaar midden op straat een kusje en
liepen toen hand in hand naar het dorpshuis, om te trouwen. Dat wilden
ze graag. Vanaf dat ze naar school gingen liepen ze hand in hand. En
vanaf ongeveer hun twaalfde kwam er eerst dat kusje bij, als ze elkaar
zagen. Omdat Simone en ik thuis kwamen om te gaan doen wat ze nu ook
vast doen, wil ik voorstellen om te stoppen. Een andere keer weer
verder.’
Ze grinnikten weer allemaal.
‘Vast jullie eerste keer overdoen, hè?’
‘Je moest beter weten. Onze eerste nacht. Tot ziens.’
Mark schakelde de computer uit.
‘Je bent toen bij je vijfde poging in slaap gevallen. Dat red je niet meer, hè?’
‘Nee, waarschijnlijk bij de derde. Erg?’
‘Nee, je doet het nu
nog beter dan toen, drie nu telt voor vijf toen. En het aantal is niet
belangrijk. Kom, naar de slaapkamer.’
De derde poging lukte ook nog, maar tijdens hun uithijgen vielen ze in slaap.
‘Zal ik je helpen, met je jurk?’
‘Nee, dank je. Kleed
jezelf maar gauw uit. Ik wil je graag bloot zien en jij zal blij zijn
om je broeken uit te kunnen doen.’
‘Ja, ik heb een paar
keer aan nu gedacht, maar dan gauw weer aan wat anders. Ik kon in het
dorpshuis niet staan met zichtbaar een stijve in mijn broek.’
‘Blijf even zo staan. Ik vind het altijd grappig, dat hij net in je onderbroek past. Goed, ga maar door.’
‘Toen we twaalf waren
heb je een keer zonder broekje onder je rok naast me gelopen. Dat vond
ik toen heel spannend. Vandaag dacht ik daar een keer aan. Misschien
ook niet, als je thuis op wilde schieten. Oh, wat mooi, je blote
borsten en die bobbel in je broekje.’
‘Jouw stijve ook. Haast?’
‘Ik wil wel heel graag.
Zeg, ik vond het een hele mooie dag. Vanaf dat ik je naar buiten zag
komen tot en met nu. Wat vond jij het mooiste?’
‘Alles. Vond je het niet erg, dat ik moest janken, toen meneer en mevrouw ons feliciteerden?’
‘Nee, heel lief. Een mooie manier om ze te bedanken.’
‘Zo kan je dat ook
zien. Typisch iets voor jou, om dat te bedenken. Thomas, man, nu gaat
het mooiste komen, hè?’
‘Dat is wel de bedoeling. Broeken uit. O, wat zie je er mooi uit.’
‘Mooier dan in mijn trouwjurk?’
‘Je zag er heel mooi
uit. Ik was heel blij dat je niet voor een pompeus geval gekozen hebt,
met honderd meter stof. Dan had ik geeneens af en toe een arm om je
heen kunnen doen.’
‘Nou, op onze trouwdag
in het openbaar alleen handje vasthouden en kusjes was ook niet erg
geweest. Het kon niet, maar ik dacht een paar keer, nu omhelzen, ik wil
de stijve van mijn man tegen me aan voelen.’
‘Meer niet?’
‘Dat kon helemáál niet. Nu kan je wel. O, Thomas, wat heb je toch een mooie.’
‘Maar eh ik weet van niets.’
‘Je bedoelt, je hebt
het nog nooit eerder gedaan. Maar je weet al veel. Daarvoor hebben we
toch geëxperimenteerd?’
‘Ja, maar niet het mooiste.’
‘Nee, maar het heeft zijn nut al bewezen. Leg je handen eens op mijn borsten.’
Hij deed het, voorzichtig.
‘Je hoeft er toch niet
zo voorzichtig mee te zijn, dat heb je al gemerkt. Je kan het zonder
gelijk beginnen te spuiten.’
‘Ja, dat zou anders nu gebeurd zijn.’
Ze pakte zijn ballen. Hij schokte even.
‘Zelfs nu niet. Fijn, hè?’
‘Ja. Ik hoop dat het
goed gaat, dat ik niet kom vóór ik helemaal binnen ben en
eh een beetje gestreeld heb.’
‘Je weet toch ook al wanneer je begint te komen? Als het te vroeg begint pauzeer je toch even?’
‘Als je dat niet erg vindt.’
‘Natuurlijk niet. Beter
dan te vroeg komen. Maar dat zou ook geen ramp zijn, het blijft toch
niet bij de eerste keer?’
‘Nee, zo vaak we allebei willen en kunnen, schat. Zullen we op bed gaan liggen?’
‘Zou je het iets ondeugender kunnen vragen? Anders wordt alles zo plechtig.’
‘Eh ik wil met je naar bed, ga je mee?’
‘Ik wil ook zo graag, ik ben al onderweg. Kom je naast me?’
‘Om te beginnen naast je, ja.’
Ze gingen naast elkaar
liggen. Na een paar seconden ging hij op zijn zijkant half op haar
liggen. Met één hand streelde hij een borst.
‘Vind je het erg, als ik nu niet veel aandacht aan je lekkere borsten besteed?’
‘Nee, die zijn al vaak heerlijk aan de beurt geweest.’
Hij ging met zijn hand naar beneden, tussen haar benen.
‘Ik heb je hier al
gestreeld, maar eh nog niet echt. We hebben wel voorzichtig tegen
elkaar aangestaan en gelegen, ik wil je nu graag met mijn penis
strelen.’
‘Je hoeft het niet min of meer te vragen, we mogen alles doen wat we willen.’
Hij ging nog iets meer over haar liggen en streelde haar doos met zijn penis.
‘Oh, heerlijk.’
‘Een heerlijk begin.’
‘Ik eh kom helemaal op
je liggen. Ik ga op mijn armen steunen om niet met mijn volle gewicht
op je te drukken. Jij hebt twee handen vrij. Wil je met
één hand mijn penis besturen, zolang hij nog niet weet
waar hij naar toe moet? Ik wil me langzaam op en eh in je zaten zakken.
Wil je je andere hand ergens op mijn achterkant doen? Als je daarmee
harder of zachter op me drukt, weet ik of ik sneller of niet moet
zakken.’
‘Hoe kom je daar allemaal bij?’
‘Ik heb bedacht hoe het
het fijnste zou gaan. Ik wil het voorzichtig doen, onze eerste keer. Je
kan ook in mijn oor fluisteren wat jij wilt.’
‘Alles wat je wilt.’
‘Nee, het moet voor jou ook lekker zijn. Ik kom toch wel.’
‘Ja. Toch fijn, dat het tot nu toe niet gekomen is.’
Hij ging op haar liggen.
‘Niet te zwaar?’
‘Nee. Toch prettig, dat
je stijve altijd helemaal omhoog stond, je kon er nooit per ongeluk
inschieten. Als je je achterwerk iets optilt zal ik gaan sturen. Eerst
strelen, en dan langzaam naar binnen.’
Hij deed het, zij deed het, ze deden het samen. Hij zuchtte, toen hij een paar centimeter binnen was.
‘Het was even net of
het niet ging, maar ineens wel. Je zit helemaal om me heen, beter dan
met je hand. Fijn, schat?’
‘Ja, maar te weinig, ik wil meer, je nog beter voelen.’
Hij ging langzaam verder tot ze, met een zacht kreuntje, even verkrampte.
‘Kom je?’
‘Nee, daar ging wat. Ik ben geen maagd meer. Je hebt me ontmaagd, man van me. Ga je door? Nog meer.’
‘Kan het?’
‘Ja, meer dan een pijnscheutje was het niet. Stop me nu vol, alsjeblieft.’
Hij ging door tot hij niet verder kon.
‘Oh, wat heerlijk. Wat heb je me helemaal vast. Heerlijk stevig, maar niet te.’
‘Ik zit heerlijk vol
met hem. Het was net of je ruimte in me maakte om naar binnen te
kunnen. Een heerlijk gevoel, hopelijk blijft dat altijd zo.’
‘Dan kom ik voortaan
toch steeds zo naar binnen? Voor mij was het ook heerlijk. O, ben ik nu
ook geen maagd meer? Of moet ik dan gekomen zijn?’
‘Vast niet, ik ben toch
ook niet gekomen? Dank je wel, liefste, dat je me zo voorzichtig en
lekker ontmaagd hebt. Je bent heel goed, al wist je van niets.’
‘Ik ben blij dat het niet zo pijnlijk voor je was. Je gaf het tempo ook zelf een beetje aan.’
‘Nou, eigenlijk steeds, meer, meer, je was een beetje langzaam. Geeft niet, hoor, het moet wennen.’
‘Nou, graag. Nu wippen?’
‘Strelen.’
Hij begon langzaam, met korte slagen, maar ging ze al gauw wat langer maken.
‘Oh, heerlijk.’
‘Ja, ga door, iets vlugger?’
Hij ging even iets vlugger.
‘Oh, ik kom.’
Na nog een paar stoten ging hij langzamer.
‘Oh, schat, ik ook, ohhhh, ohhhh, ohhhh, ohhhh, ohhhh, ohhhh, ohhhh.’
Hij stopte met stoten en liet zich langzaam op haar zakken. Hij hijgde even uit, voor hij naast haar ging liggen.
‘Traantjes?’
‘Ja, jij ook, hè?’
‘Ja. Eindelijk. Na zo veel jaren. In ruim een maand van niets via een beetje experimenteren eindelijk vrijen.’
‘Ja. Je kwam lang.’
‘Het was geweldig. Veel stralen.’
‘Ik dacht zeven.’
‘Dat zou best kunnen. Jij kwam ook, hè?’
‘Ja, je wond me op, door je stoten en je kreunen.’
‘Lekker?’
‘Vreselijk lekker. Je vinger is dunner en korter.’
‘Ja, dat was behelpen.’
‘Maar daardoor wist je ook een beetje hoe het moest.’
‘Daar had ik alleen in
het begin iets aan. Toen ik kwam kon ik niet meer denken. Alleen
halverwege, fijn, ze komt geloof ik ook.’
‘Het duurde niet zo lang. Halverwege was het het heftigst. Thomas, wanneer kan je weer?’
‘Wil je zo graag?’
‘Ja.’
‘In de suite wilde je niet dat ik je vaak streelde.’
‘Nee. Daar kreeg ik het
te moeilijk. Dan wilde ik meer dan je vinger voelen. Nou, als we het
één keer gedaan hadden had ik niet meer kunnen stoppen.
Je vrijt vreselijk lekker.’
‘Jij ook. Door onze experimenten is het de eerste keer geweldig gegaan, hè?’
‘Heel geweldig. Anders
had je misschien wel twee keer gespoten voor je eindelijk zonder naar
binnen kon. Daar hadden we vast de hele avond over gedaan. Nu kunnen we
vast straks weer.’
‘Ik wil ook heel graag. Ik durf wat sneller naar binnen, je vindt dat kennelijk lekkerder, je moedigde me aan.’
‘Ja, het eerste stukje ging zo lekker naar binnen dat ik gelijk alles wilde hebben.’
‘Terwijl je wist dat je onderweg zou kunnen voelen dat je ontmaagd werd?’
‘Ja. Het hoefde niet, maar ik wilde het wel graag voelen. En merken dat jij ook iets voelde.’
‘Niet meer dan dat het even iets moeilijker ging, en jij even kreunde en schokte. Ik dacht dat je kwam.’
‘Dat vroeg je, ja. Gelukkig niet zo vroeg. Fijn, hè, dat we allebei gevoeld hebben dat je me ontmaagde.’
‘Ja. Ik ben blij dat het niet erg pijnlijk was.’
‘Amper. En maar
één keer. Thomas, als meisje weet je het van tevoren. Je
accepteert dat het even pijn kan doen, maar dat het de moeite waard is.
Kinderen krijgen is nog pijnlijker, maar ook de moeite waard.’
‘Daar heb ik wel eens
over gedacht. Ik heb maar geaccepteerd dat het niet anders kan. Maar ik
hoop dat het dan niet zo erg voor je wordt.’
‘Het zou een hoop schelen, Thomas, als je dan mijn hand vast houdt.’
‘Beloofd.’
‘Dank je, lieve man.’
‘Tja, ik weet niet wanneer ik ontmaagd ben, maar een man ben ik nu zeker.’
‘Ja. Als ik niet aan de pil zou zijn had je me zwanger kunnen maken.’
‘Ik ben blij dat je er
op tijd mee begonnen bent. Met een condoom lijkt me niets. Fijn, dat je
er tot nu toe niets over gezegd hebt, om me niet in de verleiding te
brengen.’
‘Daar had je niet aan
toegegeven. Ik ook niet. Ik vond het wel fijn dat je het op tijd vroeg.
Ik had het toch wel gedaan, maar dat je ook je verantwoordelijkheid
nam.’
‘Tja, dat zat in mijn
planning. Een goede baan, een huis, dan een aanzoek, en een paar
maanden voor ons huwelijk vragen of je aan de pil wil. Voor de
zekerheid, ik verwachtte wel dat je er zelf aan zou denken. Maar alles
ging zo snel. Binnen vijf weken van een seksloze verkering naar
eh.’
‘Vrijende echtgenoten.’
‘Ik heb meer dan echt
genoten. Ik heb vreselijk genoten. Je liet me in de suite al lekker
komen, ik kan er niet over uit, je zit zo perfect helemaal om me
heen.’
‘Net zoals jij me heerlijk volstopt. Met toegift.’
‘Die kan je nu niet zien.’
‘Nee, maar ik merkte goed dat je kwam, dat was ook opwindend.’
‘Ik ben blij dat jij ook gekomen bent. De eerste keer al. Door eh mijn stijve.’
‘Ik had geen idee hoe het zou voelen, en hoe ik me zou voelen. Je deed alles vreselijk goed en lekker.’
‘Het ging min of meer vanzelf. Zeg, pak me eens beet?’
‘O. Word je weer alweer een beetje stijf? Fijn.’
‘Masseer mijn ballen eens? Dan gaat het vast sneller. Ik wil zo graag.’
‘Denk je dat je alweer wat kunt lozen?’
‘Ja, vast wel. Oh, heerlijk.’
‘Het helpt. Zal ik hem ook strelen?’
‘Ja, zachtjes. Anders gaat het misschien te snel.’
‘Vast niet, zo kort na
de eerste keer. Vinger je mij een beetje? Dan kan ik straks goed voelen
hoe lekker dik je paal is.’
‘Wat een taal, meisje.’
‘Ik ben nu echt vrouw. Dat heb jij gedaan, met je eh goed, laat maar.’
‘Wil jij zo bovenop?’
‘Nee, later.’
‘Op onze zijkanten? Dan kan jij meer bewegen.’
‘Zou je dat willen?’
‘Ik weet het niet. Daarnet had ik geen bewegingen van je nodig, om het eind te halen.’
‘Goed, dan proberen we het. Begin alvast maar met strelen.’
De tweede keer duurde heel
lang, waardoor ze twee keer kwam. De eerste, kort nadat hij helemaal
binnen was en begon te strelen. De tweede keer, toen hij eindelijk
kwam, en vier keer kreunde.
‘Oh, heerlijk. Spuit je nu fijner dan in mijn handen?’
Het duurde lang, voordat hij wat zei.
‘Ja, je had hem beter vast. Ik hoefde nergens op te letten, ik kon het gewoon laten gaan.’
‘Het was, dacht ik,
méér dan laten gaan. Je drukte je iedere keer tegen me
aan. Alsof je nog dieper wilde.’
‘Dat zal wel een
natuurlijke neiging zijn. Wat niet natuurlijk was, denk ik, dat jij nog
sneller naar me toe kwam dan ik naar jou, waardoor ik ontzettend snel
helemaal binnen was.’
‘Ja, heerlijk. En
daarna kon ik nu ook niet stilliggen, daarom kwam ik zo snel. En toen
jij kwam weer. Thomas, ik wil je wat vragen. Maar ik ben zo bang dat je
schrikt van je voormalige schuchtere meisje.’
‘Ja, je bent niet zo
schuchter meer. En je blijft me verbazen. Je bent nogal eh gretig. Ik
verwijt je niets, dat ben ík ook, maar van jou verbaast me het
me erg.’
‘Het is duizend keer lekkerder dan ik verwachtte.’
‘Fijn. Wat wilde je vragen?’
‘Of we zo vaak kunnen vrijen als je kan.’
‘O. Meen je dat? Ik dacht dat meisjes het eigenlijk niet veel meer dan toelieten.’
‘Dat moeten die meisjes
weten. Ik wil vreselijk graag zo vaak mogelijk met je vrijen. Omdat ik
van je houd, je zo mooi bent, en je eh ik zal het laten bij, je vrijt
vreselijk goed. De eerste keer al, de tweede keer zo heerlijk lang. Zou
een derde keer nog langer duren?’
‘Vermoedelijk. Ik ben
heel blij dat je zo vaak mogelijk wilt. Ik zal het doen. Niet alleen
voor jou, ik vrij ook zo heerlijk met je.’
‘Fijn. Wat vind je het lekkerst? Naar binnen komen, wippen of spuiten?’
‘Tamara!’
‘Ik alles.’
‘Ja, ik ook. Die derde
keer zal nog wel even duren. Zullen we onder de dekens gaan liggen?
Voor het geval we in slaap vallen?’
‘Goed. Als je vannacht wakker wordt, maak je mij dan ook wakker? Het duurt anders zo lang.’
‘Nou, wilde meid. Ik maak je niet wakker, anders vallen we overdag in slaap.’
Ze kropen onder de dekens. Ze streelden elkaar, maar voor de derde keer mogelijk was vielen ze in slaap.
Week 16
Na een week dook Tamara weer op. Ze kwam het kantoor binnen, waar Mark en Simone zaten te praten.
‘Daar ben ik weer. Ik
ben af en toe al aan het werk geweest, hoor, ik heb niet stil eh. Nou,
mevrouw, ik heb niet stil gelegen. Alleen de eerste keer, toen heb ik
braaf onder Thomas gediend. Daarna hebben we allebei een potje gejankt,
eindelijk voor de eerste keer bij elkaar, na zoveel jaren. Toen een
tweede keer, enzovoort.
Thomas was zo lief, en zo
blij dat hij eh zo’n diepe indruk op me kon maken. Hij moet wel
wennen dat ik niet zo schuchter meer ben als vroeger. Nog een keer
bedankt voor alles. En voor de koets, van het dorpshuis naar huis. De
koetsier is expres wat omgereden, en overal kwamen de mensen hun huizen
uit om te kijken en te zwaaien. Tja, aan de ene kant was dat heel leuk,
aan de andere kant wilden we vlug naar huis, dat snapt u wel. Over mijn
werk, het is zo rustig, dat ik met de pachters kennis wil gaan maken.
Rijdt u morgen mee, mevrouw? Om tien uur? We zien wel hoeveel we er
kunnen bezoeken, ik wil er geen haastwerk van maken.’
‘Kan je wel zo lang van huis?’
Ze grinnikten alle drie.
‘Thomas moet ook
werken. Die mobieltjes zijn ideaal, we hebben regelmatig contact. Oh,
meneer, mag dat? Het zijn eigenlijk privé-gesprekken.’
‘Zulke gesprekken komen
het werk ten goede. Het zou wat anders zijn, als je familie in
Australië zou gaan bellen.’
‘Nee, die heb ik daar
niet, en ik bel mijn ouders geeneens, daar ga ik langs als ik in de
buurt ben. O ja, de tekening van de straat is naar de stad. Ze gaan de
rijplaten bestellen. Als die er zijn en ze geen vragen meer hebben gaan
ze beginnen met de leidingen.’
‘Prima. Jaag dat
architectenbureau eens op. En zet in je krantje dat de mensen van de
strook moeten blijven. De jeugd moet er ook geen zandkastelen gaan
bouwen, anders moet alles opnieuw geëgaliseerd worden als de bouw
begin. Dat vertraagt alleen maar. Als de rijplaten er liggen mogen ze
daar over wandelen. Laat de stad ook rijplaten vanaf de zijstraten
neerleggen.’
‘Ik heb er nog niemand op gezien, maar ik zal het doen.’
‘Je laatste krantje was
weer prachtig, Tamara. Een schitterend verhaal over Thomas en jou.
Iedereen kent min of meer jullie geschiedenis, neem ik aan, maar je
combineert alles zo mooi. Onder andere met de woningnood.’
‘Dat kan alleen maar
omdat ik er de tijd voor heb. Af en toe een stukje schrijf en er bij
ander werk af en toe aan denk.’
‘Ja, onder druk wordt het vast niet zo mooi. Je spreidt het nieuws ook mooi.’
‘Ik vond het bij elkaar
weer lang genoeg. En wie wat bewaart, die heeft wat. Als ik niets zou
hebben is het niet leuk. Als ik erg veel zou krijgen kan ik altijd een
A vijf boekje maken.’
‘Ja, je hebt je weer
goed voorbereid. Simone en ik hebben bij één stukje in je
krantje erg gegrinnikt. Van een onbekend aantal sollicitanten werd in
ieder geval Thomas junior opgeroepen voor een sollicitatiegesprek. Heb
je een idee over dat onbekende aantal? Of Thomas?’
‘Nee, we hebben ons daar niet druk over gemaakt, we waren veel te blij dat hij aangenomen werd.’
‘Gok eens?’
‘Butler? In een groot huis? Met zo’n salaris? Vast minstens twintig.’
‘Één.’
‘Één? Alleen Thomas?’
‘Je weet kennelijk van
niets. Begrijpelijk, Thomas senior vond het vast beter om niet te veel
te vertellen. Maar jullie mogen het best weten. Het verhaal begint,
toen de grootvader van jouw Thomas hier butler was. Hij overleed kort
nadat mijn vader het hier overnam. Thomas senior regelde alles, totdat
mijn vader hem vroeg wanneer hij wegging. Hij keek heel verbaasd, hij
wilde helemaal niet weg. Dan moet je naar de baan van butler
solliciteren, zei mijn vader, of dacht je dat het erfelijk was? Thomas
senior heeft een sollicitatiebrief geschreven en is natuurlijk
aangenomen. Ik herinnerde me dat verhaal van mijn vader, toen ik hier
een tijdje was. Thomas senior was nog niet zo oud, maar we zagen meer
in junior, we gaan ook liever met jongeren om, hij was net zo oud
als onze kinderen.. Ik heb Thomas senior aangeboden om hem met pensioen
te laten gaan. En ja hoor, hij zei, meneer, mag ik u mijn zoon
aanbevelen, als opvolger?’
Ze grinnikten alle drie.
‘Ik vroeg hem of hij
zich herinnerde hoe hij aan zijn baan gekomen was. Hij werd een beetje
bleek. Ja, meneer, dat herinner ik me. Ik zei, ik zal nog even wachten
met het publiceren van de vacature. Misschien komen er spontane
sollicitaties. Hij snapte het, hij kwam weer een beetje bij.’
‘Ohhhh, u heeft niets gepubliceerd?’
‘Natuurlijk niet, we
wisten toch dat jouw Thomas het van alle andere sollicitanten zou
winnen? Hij wist bijna alles al. Maar ik heb gewacht op zijn
sollicitatiebrief, zijn vader zou hem vast onmiddellijk waarschuwen.
Daarna heb ik een paar dagen gewacht, hem toen op laten draven en een
serieus sollicitatiegesprek gehouden. Hij deed het goed, maar hij moest
wel gaan zitten toen hij hoorde dat hij aangenomen was.’
‘Ja, dat heeft hij verteld. Zijn vader had gezegd, het is niet vanzelfsprekend dat
je de baan krijgt. Ik weet niet wat ik aan meneer en mevrouw heb, ze
zijn zo anders dan de vorige, on-Engels. Daarom was hij erg
zenuwachtig. En hij kreeg ook geen hoogte van u. En mevrouw stelde ook
vragen. U was allebei erg direct, heel on-Engels. En plotseling zei u,
we nemen je graag aan. Toen werd het hem even te veel.’
‘Hebben we hem te hard aangepakt?’
‘Nee, hij wist dat er
geen sprake kon zijn van automatische opvolging. Binnen een familie
wel, zoals in uw geval, maar niet bij personeel, dat is uit de tijd.
Hij vond het raar lopen, maar wel correct.’
‘Mooi. Binnen onze
familie gaat het ook niet helemaal automatisch. Wanneer de beheerder
wil stoppen of overlijdt wordt de volgende in de familielijn gevraagd.
Die kan weigeren, waarna de volgende gevraagd wordt. De familie is zo
groot, dat er altijd wel een liefhebber is. Snap je?’
‘Ja, meneer.’
‘In mijn geval is het
anders gegaan. Onze kinderen wilden aan kinderen beginnen en het liefst
in ons huis blijven. Maar dan zou het nogal vol worden en wij wilden
niet op hun lip blijven zitten. Daarom heb ik mijn vader aangeboden om
het van hem over te nemen. Ik wilde wel wat anders, ik had lang genoeg
in mensen zitten snijden. Maar eh, jouw Thomas bleef genoeg bij zijn
positieven om zodra hij van de schok bijgekomen was over het
portiershuis te beginnen. Om jou te kunnen vragen.’
‘Ja, dat moet onmiddellijk na het gesprek met u gebeurd zijn.’
‘Ja, Simone vond dat
jullie verkering geen minuut langer dan nodig moest duren en heeft hem
geadviseerd je gelijk te laten komen. De rest weet je.’
‘Ja, ik heb hier bij
moeten komen. Binnen een half uur een aanzoek, een huis, en horen dat
we heel snel zouden kunnen trouwen. Wij kunnen u niet genoeg
bedanken.’
‘Dat hoeft niet, dat weet je. Nu over je werk. Gaat dat?’
‘Ja, meneer. Mag ik Thomas vertellen hoe het gegaan is?’
‘Natuurlijk. Dan weet
hij dat hij nooit zijn zoon als opvolger voor moet stellen. Tamara, ik
heb veel voor je om te doen. Maar het heeft geen haast. Het ene na het
andere taxatierapport komt binnen. We hadden de huizen op twee ton
geschat, maar het is minder. De huur zou omlaag kunnen, maar dat doen
we niet. Iedereen is toch al blij met vijftien procent minder. Met de
vaststelling wachten we tot na de renovaties. Er daar gaat het nu om.
Je moet, af en toe, met de beheerder een paar getaxeerde huizen
langsgaan. In overleg met de bewoners de renovatie bepalen. Alleen,
volgende bewoners moeten er ook kunnen wonen, dus al te persoonlijk
kunnen de wensen van de bewoners niet worden.’
‘Dat zullen ze vast begrijpen. Het blijft een huurhuis, net als het onze.’
‘Juist. Ze zullen
geduld moeten hebben, want ik wil nog niet met renoveren laten
beginnen. Twee redenen. Één. Over niet al te lange tijd
start de nieuwbouw, daar moeten al zoveel mogelijk mensen aan gaan
werken. Twee. Als alle, of bijna alle renovaties bekend zijn, kunnen we
waarschijnlijk weer wat in het groot regelen.’
‘Ik ga aan het werk. Heerlijk druk. Meneer, tot ziens. Tot morgen om tien uur, mevrouw.’
De volgende morgen, toen
Tamara tegen tienen naar de garage wilde lopen om de auto te halen, zag
ze Mark en Simone voor het huis staan. Ze liep naar ze toe.
‘Goedemorgen. Is er iets bijzonders?’
‘Goedemorgen, Tamara.
Ja, ik wilde mijn echtgenote en mijn troubleshooter uitzwaaien, nu ze
de eerste keer op pad gaan. De auto wordt hier voorgereden.’
‘Prima. Hé, ik heb hier niet eerder koeien gehoord. Zo dichtbij kunnen ze toch niet komen?’
‘Mark? Weer opstandig?’
‘Ja, schat. Leg het in de auto maar uit.’
De auto, een Rolls, werd voorgereden, de chauffeur stapte uit en hield het portier open.
‘Wat is dat voor vlaggetje, voorop, meneer?’
‘Dat is de standaard
voor de troubleshooter. Aan de ene kant staat een vraagteken, aan de
andere kant staan twee uitroeptekens. Oftewel, als u me wat vraagt
krijgt u zeker antwoord. Doe je best maar.’
Tamara gaf Mark een kusje op zijn wang.
‘U blijft me verbazen.’
Tamara en Simone stapten in.
‘Ik moet je wat uitleggen. Zie je een verandering op het dashboard?’
Tamara keek en wees op een knopje.
‘Dat zat er eerder niet.’
‘Druk er maar op.’
Tamara drukte op het knopje, schrok en liet het los toen ze een koe hoorde loeien.
‘Nou zeg! Dus dat was die koe.’
‘Ja. Mark heeft in de
Rolls in Boston, zodra hij daar in mocht rijden, ook zo’n claxon
laten zetten. Hij vindt het leuk, om af en toe een streek uit te halen.
Ik snap nu zijn bedoeling wel. Hij wil niet alleen graag dat zijn
troubleshooter gezien wordt, met die standaard, ook dat die zijn komst
aan kan kondigen.’
‘Heel goed bedacht. Ik zal er zeker gebruik van maken.’
Tamara reed weg.
‘Eh verrast hij u vaak?’
‘Onregelmatig. Net
weer. Het ene moment praat hij over miljoenen, het andere moment
verzint hij om een vlaggetje te laten maken. Zo lief. In het begin
vroeg hij af en toe of ik geen juwelen wilde hebben. Nee, daar geef ik
niets om. Dan bracht hij een bosje bloemen mee, rozen, of tulpen, als
ze er waren. Dat vind ik net zo mooi. En aardig van hem. Maar ik verras
hem soms ook. Pakt Thomas je wel eens, onverwacht, overdag?’
‘Ja. Eerst niet, ik heb hém een paar keer gepakt, toen durfde hij ook. Hij blijft voorzichtig.’
‘Je hebt altijd een rok
of een jurk aan. Ik ook, ik vind het vrouwelijker dan zo’n
spijkerbroek. Je moet eens een broekje zonder kruis aantrekken. Die kan
je per post bestellen, ik zou er maar geen in het dorp te kopen, ze
hoeven niet zo precies te weten wat je uitspookt. Mark schrikt zich
altijd wezenloos, als hij een broekje verwacht en hij gelijk mijn blote
doos vast heeft. Hé, blijf op de weg.’
Tamara stopte aan de kant van de weg.
‘U liet me schrikken.
Ik dacht dat je met zulke dingen pas begon als je jaren getrouwd was,
om het weer wat spannender te maken, als dat nodig was.’
‘Zo wordt er mee
geadverteerd, sexy kleding om aan te trekken als je naar bed gaat, om
meneer overeind te krijgen, als je snapt wat ik bedoel. Maar daar heb
ik niets voor nodig, alles uittrekken werkt nog steeds. Maar voor
overdag, om een tussendoortje uit te lokken, heb ik broekjes zonder
kruis. En behaatjes met gaten voor de tepels.’
‘Ik zal eens zo’n catalogus bestellen. Maar ik heb nog niets nodig, overdag niet en ‘s avonds niet.’
‘Vast niet. Je zal het
zelf niet gedaan hebben, en ik weet niet hoe het hier gaat, maar je
weet vast van scharrelen, bijvoorbeeld op de achterbank van een
auto.’
‘Ja, dat heb ik in films wel gezien. Maar hier hebben de jongeren niet zo veel auto’s als in de States.’
‘De afstanden zijn hier
ook kleiner. Je moet zo’n broekje toch eens proberen. Ik weet het
ook van mijn dochter en schoondochter, hun mannen worden er ook zo
hitsig van. Laat ik het zo zeggen, hij schrikt zich rot. Zij wordt
gelijk op de grond gelegd, hij laat zijn broeken op zijn enkels zakken,
doet haar rok omhoog en begint. Het heeft me al een paar bloesjes
gekost, hij heeft geen tijd om knoopjes los te maken, wil mijn borsten
vasthouden onder het wippen.’
‘O. Praatte u daarover, met uw kinderen? Op deze manier?’
‘Nog vrijer, Tamara. Ik
heb verteld dat we, Mark en ik, en de kinderen en hun verkeringen bloot
in de tuin zonden en zwommen. We draaiden nergens omheen. Zeiden
gewoon, hé, jongeman, ik weet niet waar je aan zit te denken,
doe eens een handdoek over je stijve, méér dan recht
vooruit houd je privé. Of, doe je benen tegen elkaar, meid, ze
kijken je gleuf in.’
‘O.’
‘Tamara, je weet dat Mark en ik je heel graag mogen. Wil je, als we alleen zijn, Simone en je tegen me zeggen?’
‘Graag. En tegen eh meneer?’
‘Dat moet hij zelf
uitmaken. Blijf maar meneer zeggen, als het over je werk gaat. En zeg
maar eens achteloos Mark, als het daar níet over gaat. Dan zien
we wel hoe hij reageert.’
‘Goed. Laten we een bezoekje afleggen, daarna wil ik graag wat met je praten.’
Tamara reed weer verder. Bij
de pachter werden ze hartelijk ontvangen. Tamara legde haar werk uit.
De pachter kwam met een paar klachten. Tamara vertelde hem heel
vriendelijk dat bij een huurhuis de huurder voor de binnenkant moest
zorgen en de verhuurder voor de buitenkant. Hij moest eerst in zijn
pachtcontract nakijken waar voor hem de grens lag, en als er dan wat
klachten voor de eigenaar overbleven ze dat graag wilde horen. Ze wilde
graag later terugkomen voor een uitgebreid bezoek, ze was net aan een
kennismakingsronde begonnen, hij was de eerste pachter die ze bezocht.
Na een bak koffie stapten Tamara en Simone op. Een eindje van de
boerderij af stopte Tamara weer in de berm.
‘Wat deed je dat goed, Tamara.‘
‘Dat leek maar zo. Ik
ga voorlopig geen pachters meer opzoeken, ik stond eigenlijk met een
mond vol tanden. Ik heb, achteraf gezien, bij de huurders op de gok
gewerkt, met wie waarvoor verantwoordelijk is. Ik wil eerst die grenzen
uitzoeken of uit laten zoeken. Hoe het wettelijk zit en wat er in de
huur- en pachtcontracten moet komen, in overleg met Mark. Alles moet
duidelijk zijn. Tja, wat Mark ook al zei, er duikt steeds wat op.’
‘Ik had geeneens in de gaten dat je je ergens uitkletste. Die pachter ook niet. Geweldig.’
‘Een bakkerssmoes. Nee,
mevrouw, een gevulde koek héét wel gevuld, maar er hoeft
niets in te zitten. Nee, zo erg maakte ik het ook niet, behalve voor de
grap. Over grap, tja, een broekje zonder kruis. Simone, ik heb nooit
een hartsvriendin gehad. Die had ik niet nodig, en ook geen tijd voor,
ik had Thomas. Tegen hem kon en kan ik alles zeggen. Niet dat we dat
deden, over sommige dingen spraken we niet tot we de suite mochten
gebruiken. We zijn niet preuts, maar het moest wennen om erover te
praten. Anders weet je niet wat de ander voelt. Thomas blijft
voorzichtig met me, ook met praten. Hij begint nooit en schrikt steeds
als ik voor het eerst iets nieuws zeg. Daarna durft hij dat ook te
zeggen. Maar ik weet niet waar ik het bij moet laten, of ik te weinig
of te veel zeg. Daarom wilde ik met je praten, meisjes onder
elkaar.’
‘Eigenlijk is het
simpel, Tamara. Zeg alles wat in je opkomt. Vraag ook van alles, om
elkaar beter aan te kunnen voelen. Als hij het niet prettig vindt merk
je het wel. Als hij het overneemt is het in ieder geval goed.’
‘Tja. Na onze eerste
keer hebben we natuurlijk over mijn ontmaagding gepraat. Dat ging heel
fijn. Wanneer is een jongen eigenlijk geen maagd meer? Dat wisten we
niet.’
‘Ik denk, wanneer hij voor het eerst helemaal in een meisje geweest is.’
‘En eh gekomen?’
‘Nee, dat hoeft niet.
Zonder te komen kan een meisje ook ontmaagd worden. Dat is eigenlijk
ook pas als een jongen helemaal binnen is gekomen, met of zonder
hindernis onderweg.’
‘O. We kwamen allebei.’
‘Fijn. Meisjes vaak de
eerste keer niet, daarna ook niet altijd. Jongens natuurlijk wel, die
stoppen dan pas. Behalve als het voor het meisje te pijnlijk is.’
‘Gelukkig niet. Simone,
er is iets wat Thomas zelf niet zegt. Hij geeft wel antwoord,
aarzelend, als ik het erover heb. Ik weet niet of ik er mee door moet
gaan.’
‘Vertel maar. Ik heb alles al een keer gehoord. Ik zal je daar straks iets over vertellen.’
‘Goed. Na de tweede
keer vroeg ik, spuit je nu fijner dan in mijn handen? Het duurde lang,
voordat hij wat zei. Ja, ik had hem beter vast en hij hoefde nergens op
te letten, kon het gewoon laten gaan.’
‘Nou, geweldig. Eerst even, ik wed, dat hij je graag wast, onder de douche.’
‘Ja, hij slaat geen plekje over.’
‘Tamara, ik denk, dat
hij moet wennen om iets, wat hij waarschijnlijk niet zo schoon vindt,
diep in je achter te laten.’
‘Tijdens onze
experimenten paste hij altijd goed op waar het terechtkwam. Hij maakte
me altijd heel goed schoon, als niet alles in mijn handen
terechtkwam.’
‘Ik begin iets te
vermoeden. Je moet hem overtuigen dat je zijn sperma graag wilt hebben,
het wél schoon vindt. Hij is vast nog nooit in je mond
gekomen.’
‘O. Nee.’
‘Heb je hem wel in je mond gehad?’
‘Nee. Ik ben nooit op dat idee gekomen.’
‘Tja, jullie hebben ook
maar kort geëxperimenteerd. Doe het een keer, onder de douche.
Neem hem in je mond, streel hem en wat er niet ingaat en zijn ballen
met je handen. Als hij protesteert gewoon doorgaan, jullie spullen zijn
van jullie gezamenlijk. En als hij komt stopt zijn protest wel. Laat de
eerste keer het meeste uit je mond lopen, maar probeer wat door te
slikken. Dat zal hem overtuigen.’
‘De eerste keer?’
‘Als je een paar dagen
in de maand niet kan zal hij blij zijn zo te kunnen komen. Tamara, ik
ken een meisje, wat, bij wijze van spreke, liters doorgeslikt heeft.
Dat vond ze helemaal niet erg, en als ze op bed niets uit haar mond
liet lopen hoefde ze ook niets op te ruimen.’
‘Ik zal het proberen. Wat is dat voor meisje?’
‘Een verkering van
Mark, van vóór hij de eerste keer trouwde. Tenminste, hij
dacht dat hij er verkering mee had. Na een tijdje kwam hij erachter dat
ze iedere avond een jongen in haar slaapkamer liet komen. Ze had twee
hobby’s, kijken naar een helemaal blote jongen met een erectie,
en dan door die erectie wild gestreeld worden tot ze kwam. Zo vaak die
jongen op een avond kon. Daarom vroeg ze ook dezelfde niet twee avonden
achterelkaar, dan konden ze hun voorraad aanvullen. Mark was weinig
gewend en raakte al gauw verslaafd om haar zo’n beetje om de
andere avond drie of vier keer te laten komen. En zelf, natuurlijk. Na
een maand of vier begon ze, omdat hij toen al zo’n heer was, toch
meer voor hem te voelen dan alleen maar zijn erectie te willen hebben.
Omdat ze niet toe was aan een vaste verhouding dumpte ze hem. Mark had
problemen om af te kikken, en problemen toen hij zijn latere echtgenote
ontmoette. Hij wilde natuurlijk gelijk alles. Zij heeft hem langzaam
geleerd dat er meer was dan even snel komen. Pas toen hij gekalmeerd
was, na bijna een jaar, mocht hij langzaamaan wat bij haar. Ze zijn
vijf jaar gelukkig getrouwd geweest. Toen overleed ze plotseling. Vier
jaar later kwamen Mark en ik met elkaar in contact, daar hebben we je
over verteld.’
‘Ja, die keuring op je uiterlijk. Hoe is het met dat meisje afgelopen? En hoe oud waren zij en Mark toen?’
‘Zestien.’
‘Zestien? En toen al zo vaak eh.’
‘Ja.’
Simone giechelde.
‘Nog.’
Tamara keek verbaasd.
‘Nog?’
‘Ja. Meestal niet op
een avond, we kunnen het over de hele dag spreiden. Maar niet om de
andere dag, elke dag. Als ik het te weinig vind worden, nou,
bijvoorbeeld, zo’n broekje doet wonderen.’
‘Wil jij ook zo vaak?’
‘Ja. Vertel me niet dat
jij met één keer per dag tevreden bent. Je bent geen
koude kikker, dat hebben we aan je huilen gemerkt, als het wat
emotioneel werd. Je vindt het vast ook niet leuk dat hij een pauze
nodig heeft, om weer op te laden.’
‘Nou, dat gaat niet
anders. De eerste paar dagen hebben we het wel meer dan vier keer
gedaan. Van ‘s morgens vroeg totdat we er ‘s avonds bij in
slaap vielen. Als hij kon wilde hij graag, maar dat ik dat
óók wilde, héél graag, snapte hij niet.
Misschien helpt het, als ik dat onder de douche uitgeprobeerd heb. Het
is niet leuk om te moeten zeggen, ja, ik wil écht nog een
keer.’
‘Veel mannen verbaast
het, dat vrouwen ook vaak willen. Tja, omdat we in het begin alles
afhouden. Om hem een beetje van zijn voorzichtigheid af te helpen kun
je rustig zeggen, kom, duw je stijve naar binnen, streel me klaar en
spuit me vol.’
‘O, nee toch?’
‘Je kan echt alles zeggen, Tamara.’
‘Ik zal maar rustig aan doen. Niet alles tegelijk. Hoe is het met dat meisje afgelopen?’
‘Die begon, na Mark, in
te zien dat ze verkeerd bezig was. Ze kon niet in één
keer stoppen, maar minderde wel. Tot ze tegen een jongen opliep die in
dezelfde omstandigheden verkeerde. Ook te vroeg begonnen en het vaak
gedaan, maar ook alleen maar om te komen. Al had hij niet zoveel
meisjes gehad als zij jongens. Tja, welke jongen kan weigeren hem er
bij een meisje in te stoppen, als ze dat vraagt. Ze hebben veel gepraat
over wat ze uitgespookt hadden en dat dat niet goed geweest was. Ze
zijn toen wel op de goede manier begonnen, eerst kennismaken zonder
gelijk in bed te duiken. Maar hoe meer ze om elkaar begonnen te geven,
hoe zekerder ze werden dat ze bij elkaar wilden blijven, hoe meer ze
gingen eh experimenteren. Na twee jaar zijn ze getrouwd. Toen de
trouwdatum vaststond hield ze het niet meer en heeft ze zich eh op zijn
erectie gespietst. Hij werd niet boos, hij begreep haar wel. Ze had
meer moeite gehad zich in te houden dan hij. En ze was blij toen na de
bruiloft bleek dat hij ook graag een keer of drie per dag wilde en kon.
Ze zijn nog steeds gelukkig getrouwd en hebben ook een zoon en een
dochter.’
‘Hoe weet je dat allemaal?’
‘Ik vroeg Mark, in het
begin van onze kennismaking, wat hij allemaal meegemaakt had. Ik had
wat geëxperimenteerd, maar hij was getrouwd geweest. Ik wilde
zo’n beetje weten hoe hij zich zou gaan gedragen, in bed. Hij
heeft me ook alles over die verkering verteld. Later ook aan de
kinderen, om ze te waarschuwen niet te vroeg te beginnen. We kwamen dat
meisje, toen vrouw natuurlijk, bij toeval tegen toen de tweeling een
jaar of achttien was. Ze is mee naar ons huis gegaan en heeft haar kant
van het verhaal verteld. Het was erg fijn om het van beide kanten te
weten.’
‘Vertelde ze alles, met de tweeling erbij?’
‘Ja. Die waren toen net
begonnen wat te experimenteren met hun verkeringen. Ik wil niet
opscheppen, maar ze waren zo opgevoed om gezond met bloot om te gaan,
dat ze pas met experimenteren begonnen toen ze hun verkeringen al vier
jaar lang bijna ieder weekend bloot gezien hadden.’
‘Nadat ik Thomas voor
het eerst helemaal bloot gezien had had ik het geen vier jaar
uitgehouden. Ik wil niet zeggen dat het nu een hobby van me is, maar
het is wel indrukwekkend, zo’n erectie.’
‘Ja, dat blijft het.
Maar ik snap niet, voorzichtig figuur, dat je het zo lang uitgehouden
hebt om hem niet in je mond nemen. Heeft hij je al tussen je benen
gekust, gelikt, tot je kwam?’
‘Nee.’
‘Toch wel je daar goed bekeken?’
‘Ja. En gestreeld.’
‘Gevingerd? Tot je kwam?’
‘Een paar keer.’
‘Jullie hadden kennelijk geen haast. Jij hem ook maar een paar keer?’
‘Nee, vaker. Één keer per dag, ongeveer, als we in de suite waren.’
‘Nou, je weet het, de
eerste keer onder de douche. Als je helemaal schoon bent en je vraagt
erom, wil hij bij jou vast wel.’
‘Ik weet het niet.’
‘Dan kan je nog wat
doen. Je scheren. Er is geen man die een blote gleuf kan weerstaan.
Vraag hem om erover te likken. De rest komt vanzelf. Wedden?’
‘Nee, je weet te veel. Je hebt vast gelijk.’
‘Ja. Ik denk niet, dat scheren nodig zal zijn. Je kan hem toch smekend aankijken?’
‘Dat weet ik niet. Dat heb ik nog nooit gedaan. Gewoon vragen was altijd genoeg. Ik overvroeg nooit.’
‘Wat een voorzichtig stel zijn jullie. Terwijl jullie zakelijk zo goed en doortastend zijn.’
‘Tja, we wisten heel
vroeg dat we bij elkaar hoorden en hebben ons nooit iets van anderen
aangetrokken. Achteraf gezien vindt zelfs Thomas nu dat we best jaren
eerder met elkaar naar bed hadden kunnen gaan. Zo goed gaat
alles.’
‘Dat meisje, waar ik
het over had, zegt, als je er vóór je huwelijksnacht mee
begint, moet je het vaak doen. Dan weegt dat wel op tegen maagd
blijven.’
‘Tja. Wat vonden Mark en de tweeling ervan, om haar te ontmoeten?’
‘Mark vond het ook fijn
om het van haar kant te horen. Ook waarom ze hem gedumpt had. Ze had
hem toen wijsgemaakt, dat ze een jongen had gevonden die een grotere
had dan hij en het ook nog vaker kon. Niet dat ze om hem begon te
geven. Daar was hij blij mee, dat groter en vaker kunnen had hem al die
jaren dwarsgezeten. Al klaagden zijn eerste vrouw en ik er niet over.
Ze leek op me, ze had wel twee cupmaten kleiner, maar de kinderen
snapten dat paps vroeger zo graag zo vaak op haar tekeer gegaan
was.’
‘Tekeer! Zeiden ze dat zo?’
‘Min of meer. Dat was
het ook, het was geen normaal vrijen, erin, wippen, komen, in
één keer door. Zij zat ook nergens mee, nadat ze aan ons
gewend was. Ze vertelde, dat ze van jongst af aan gek op pikkies was.
En dat ze, zo gauw ze er één beet had die stijf kon
worden, die naar binnen duwde. Daarom wist ze ook niet wanneer ze
ontmaagd was, ze had dat nooit gevoeld. Ze dacht, omdat hoe ouder ze
werd, die jongens ook, hoe dikker en langer die pikkies werden. Toen
keek ze naar de jongens. Ja, Mark was toen ongeveer ook zo groot, zei
ze. Na wat experimenteren had ze gevraagd, wil je erin? Hij was zo
lief, hij had gezegd, maar dan ontmaagd ik je. Ze had gezegd, je bent
de eerste niet. En boem, zich op hem laten zakken. Toen ze dat vertelde
schrok ze enorm, omdat Mark toen zei, achteraf vond ik het niet erg, en
nog niet, maar ik kreeg de tijd niet om te zeggen dat ik zelf
wél maagd was.’
‘O. Het zal je maar gebeuren.’
‘Ja, dat gebeurde hem.
Vóór hij het wist voor de eerste keer helemaal bij een
meisje naar binnen. En nog een paar keer, dezelfde avond. Hij was
natuurlijk trots dat ze nooit gemerkt had dat hij nog maagd was, dat
hij het dus gelijk goed kon. En hij heeft het dus vóór
zijn huwelijksnacht vaak gedaan, Tamara. Een paar honderd keer met
haar. Een brutale vraag. Zijn jullie al op elkaar ingespeeld,
amateurs?’
‘Ja, heel snel. Thomas had van tevoren gezegd, fluister in mijn oor hoe je het hebben wilt, ik kom toch wel.’
‘Heel lief van hem.
Nou, de moraal van dit verhaal is, begin niet te vroeg. Dat hebben
jullie zeker niet gedaan. En als je het doet, haal er dan uit wat erin
zit. En daar hoort praten ook bij. Zeggen hoe lekker je het vindt. En
noem alles bij naam, draai er niet omheen. Oefen eens? Verzin iets waar
je veel zin in hebt.’
‘O. Ik kan er niets aan
doen, Simone, ik dien het liefst onder hem, ouderwets. Ik lig graag
klaar voor hem, op bed, helemaal bloot, met mijn benen wijd. En dan
vind ik het fijn, als hij aan het voeteneind komt staan, met zijn
erectie omhoog, en naar mijn spullen kijkt. Dan op me kruipt, met zijn
erectie mijn gleuf streelt en hem er langzaam, met stootjes, helemaal
induwt. Dan mijn borsten gaat strelen. En me even laat praten. Hoe fijn
het is om zo dicht bij elkaar te zijn. Dat we zo goed passen. Zo van en
met elkaar genieten. Tja, ik snap wat je bedoelt. Dat kan dus eh
anders. Thomas, wat kwam je lekker binnen.’
‘Nee, je noemt niets bij naam.’
‘O. Thomas, wat duwde je je erectie lekker mijn gleuf in. Beter?’
‘Ja, al iets. Je kan iedere keer wat anders kiezen. Penis, pik, paal, stijve, grote, lange. Is hij groot, lang?’
‘Ik was vanaf de eerste
keer dat ik hem bloot zag erg onder de indruk. Ik dacht natuurlijk
even, die past er bij mij nooit in. Maar hij zou vast niet abnormaal
groot zijn, het moest kunnen. En hij zou het vast héél
voorzichtig doen, de eerste keer. Nou, dat deed hij ook. Ik was
verbaasd dat het zo soepel ging. Ik voelde dat ik precies wijd genoeg
werd om hem erin te laten, zonder dat het pijn deed. Op eventjes na. En
dat ik hem precies goed genoeg vasthield om ons allebei te strelen, als
hij bewoog. Ik wist dat dat natuurlijk was, maar dat hij zo goed zou
passen had ik niet verwacht. Wat je ook over Mark vertelde, bij dat
meisje, Thomas deed het de eerste keer gelijk goed. Vond ik.’
‘Heel fijn. Je moet af
en toe ook zeggen, ik wil je lange helemaal, dan ramt hij vast wat
harder om wat dieper te komen. Of is hij al te wild?’
‘Nee. Het zou best wat
meer mogen. Dat zeg ik ook wel, maar hij doet het niet. En als
ík het doe gaat hij meegeven.‘
‘Dan moet je eens op de
grond óp hem gaan liggen, dan kan hij geen kant uit. Goed, hij
is binnen, en je hebt gezegd hoe goed hij dat deed. En dan?’
‘Wat heb je toch een lekkere grote en dikke eh paal. Ik zit helemaal vol. Zo?’
‘Ja, prima.’
‘Ga je zo meteen lekker
op en neer, in en uit? Me binnenin strelen? En als je voelt dat ik kom
wat sneller? En als je zelf komt, ga je me dan weer lekker
volspuiten?’
‘Heel goed. Iedere keer
wat variëren. Ook af en toe niets zeggen. Dan gaat hij vragen, doe
ik het wel lekker? Dan moet je geen ja of nee zeggen, maar, wat? Dan
moet híj praten.’
‘Hoe kom je daar allemaal bij?’
‘Ik heb les gehad. Mijn
dochter en schoondochter ook. Van dat meisje. Nou, je mag haar naam wel
weten. Renee. Ze had een bijnaam, Sletje. Omdat ze bijna iedere avond
een ander jongen op haar kamer liet komen. Geen slet, omdat ze er geen
geld voor vroeg en kieskeurig was. Ze behandelde die jongens goed, al
deed ze te vroeg en te vaak te veel met ze. Mark en haar echtgenoot
vinden het een erenaam. Ik weet niet hoe taalgevoelig jij bent.'
‘Ik voel het wel. Het klinkt liefkozend.’
‘Ja. Fijn dat je het
begrijpt. Ze was niet slecht, ze had alleen een verkeerde hobby. Ze is
ontzettend lief. Ze zal hier wel een keer komen, dan moet je haar
beslist ontmoeten.’
‘Iemand waarmee Mark op z’n zestiende vaak mee eh gevreeën heeft?’
‘Wij ontmoeten haar
toch ook? We hebben haar allang vergeven, omdat we haar begrijpen. We
zeggen altijd, het had beter niet kunnen gebeuren, maar een ramp was
het niet.’
‘Nee, vast niet. Mark is en blijft een heer. En eh lief.’
‘Zeker. Van haar hebben
we les gehad hoe in bed met een jongen te praten. Ze zei, als je denkt
dat hij stijf is, moet je een beetje tegen hem aan praten. Dan komt er
nog meer bij dan hij zelf dacht dat mogelijk was. Maar wacht tot hij
binnen is als dat normaal al krap aan is. En er komt dan nog meer uit
ook, dat maakt voor ons niet veel uit, voor hem wel. Met een beetje
aanmoediging gaan ze zó hun best doen.’
‘Daarvoor hoef ik Thomas niet aan te moedigen.’
‘Nee, vast niet. Toch
is het af en toe leuk, net zoals zo’n broekje. Dan laat jij toch
ook merken dat je graag wilt? En ervan geniet? Alleen kreunen als je
komt is te weinig.’
‘Simone toch.’
‘Kreun je niet?’
‘Ik houd me een beetje in. Kreunen is toch niet eh damesachtig?’
‘Je bent dan geen dame, maar een vrouw, die klaar ligt te komen door de stijve van haar man. Kreunt hij?’
‘Meer dan ik.’
‘Je moet je niet
inhouden, eigenlijk is dat niet eerlijk. En als hij volop kan kreunen
als hij komt spuit hij harder.’
‘Oei.’
‘Liefje, jullie zijn
dan aan het vrijen, niet aan het koekjesbakken. Als jullie je ook maar
het geringste inhouden geniet je er niet maximaal van.’
‘Ja. Dank je wel.’
‘Ik zal Renee, de volgende keer als ik haar zie, zeggen dat ze er een leerling bij heeft. Dat zal ze leuk vinden.’
‘Ik dacht dat ze eh bedaard was.’
‘Ja, ze houdt het bij haar man. Die heeft een nog iets langere dan Mark, dus is ze er erg gelukkig mee.’
‘Hoe weet je dát nu weer?’
‘De meiden hadden al
vaak gezien dat die van Mark recht vooruit stond vóór hij
bij de deur was, als hij mij achterna naar binnen ging. Ze wilden een
keer zien hoe groot hij maximaal was. Ze wilden weten of hun jongens,
die nog geen twintig waren, nog dóór zouden groeien. Nou,
ze waren onder de indruk. En hoopvol. Thomas zit beslist al op zijn
maximum.’
‘Ruim voldoende.’
‘Mooi. Daarna waren we
een keer bij Renee en haar man op bezoek, in Florida. Die hebben ook
een zwembad, daar zitten we ook bloot in de tuin. Toen wilden de meiden
het ook van de man van Renee weten. Die aarzelde, maar Renee zei, doe
maar, voor die lieve meiden. Om hem omhoog te helpen wilde hij graag
hun poezen goed bekijken. Nou, geen probleem, ze gingen met hun benen
uit elkaar voor hem staan. Zo snel heb ik nog nooit een erectie omhoog
zien komen. En zo’n lange. De meiden waren weer onder de indruk,
maar zo lang hoefde nu ook weer niet.’
‘Nogal een vrije omgang met elkaar.’
‘Renee is ondeugend.
Als we gaan zwemmen speelt ze graag met de pikkies van de jongens,
zolang ze niet te stijf worden. Ze mogen ook aan haar komen. Mijn
schoonzoon is ook ontdeugend, die pakt met twee handen haar borsten, om
er lekker aan te voelen. Eens een keer behoorlijk grote. Hij heeft het,
toen hij pas bij ons kwam, bij mij ook een keer gedaan. Daarna had hij
er geen problemen meer mee. Zo werkt dat. En hij grijpt Renee ook bij
haar doos, vingert haar een beetje. Hij zegt, er hebben er al zo veel
aan gezeten, vóór ze het gaat missen houd ik het een
beetje bij.’
‘Vindt ze dat goed? En haar man?’
‘Ze vindt het gewoon
gezellig. En haar man speelt, na wat aarzelen, graag even met mijn
borsten. Ook wat grotere dan wat hij normaal in zijn handen heeft. Ik
speel niet zo lang met zijn pikkie, die zou te stijf moeten worden voor
ik de lengte kan voelen.’
‘En Mark?’
‘Die heeft aan mij genoeg.’
‘En de meisjes?’
‘Die vinden alles goed,
wie er ook een beetje aan ze zit. Andere pikkies vinden ze niet zo
interessant, omdat die dan hooguit half stijf zijn. En het fijnst, dat
als ze daarna met hun jongen samen zijn, dat die een beetje hitsig is
geworden van aan grote borsten en nogal behaarde dozen komen. En dat er
andere vrouwen met hun pikkie gespeeld hebben en hun ballen gemasseerd
hebben. Aan Mark merk ik het ook, die is dan blij zich helemaal bij mij
uit te kunnen leven. Tamara, je vind het misschien vreemd, maar
méér dan wat strelen is het niet. We blijven allemaal bij
onze eigen partner.’
‘Ja, ik snap het wel.’
‘Zijn jullie al op het zonneterras geweest?’
‘Ja, één
keer, verder was het geen lekker weer. Thomas had een beetje problemen
met Francis. Hij heeft haar altijd graag gemogen, en zij hem, maar meer
niet. Wij waren er eerder. Ze stond ineens naast Thomas. Groeizaam
weertje, Thomas? Hij keek op, recht op haar doos. Oei, wat een
groeizaam weer. Francis en ik lachten ons rot, en Thomas zat met een
rode kop en moest een handdoek over zijn eh stijve leggen. Als hij
daarna naar haar keek ging het wel, behalve als ze terugkeek, dan was
de handdoek weer nodig. Thuis vroeg ik waarom hij zo veel problemen had
met Francis. Tja, hij was net aan mijn doos gewend, en die van haar kon
hij al gauw ook wel tegen, maar dat er iemand naar hem keek, en hem
plaagde, dat was te veel.’
‘Het went wel. We
wilden het zwembad, als het klaar is, voor de familie houden. Maar ik
zou graag willen dat Thomas en jij er ook komen. Zal ik het Mark
vragen?’
‘Ja, graag. Ik zwem graag.’
‘Wij ook, bloot.’
‘O.’
‘Tamara, het is
hetzelfde als op het zonneterras. Al komt die van Mark waarschijnlijk
wat omhoog, maar niet zo veel. Je kan niet met een handdoek om
zwemmen.’
‘Ik durf wel, het lijkt me heerlijk. Maar Thomas krijgt vast problemen met je borsten.’
‘Wat ik al zei, daar
hadden we thuis een goede remedie voor. Hij mag er, in het water, even
mee spelen, terwijl ik met zijn pikkie speel. Dan is hij over het
ergste heen. Of vind je dat niet goed?’
‘Het gaat allemaal wat
snel. Eh, ja, dat kan wel, wat mij betreft. Dan hoef ik die avond in
bed vast niets te zeggen.’
Ze grinnikten.
‘En jij?’
‘Ik denk, ik weet wel
zeker, dat ik de hele stijve van Thomas interessanter vind dan de
hooguit half stijve van Mark.’
‘Zo is het. Meer dan
een leuk gezicht is het voor ons niet, die amper halfjes. Ik heb zo
genoten van de kinderen, hoe die opgroeiden en bloot rondliepen. Later
met hun verkeringen erbij. Soms, als er bezoek was, zag ik vier
pikkies. Toen de kinderen getrouwd waren waren er geen handdoeken meer
nodig. De jongens hadden, vooral in het begin, soms een complete
erectie. Prachtig om te zien, al waren ze niet zo groot als Mark. Ze
mochten natuurlijk niet wippen als ze niet alleen waren, maar ze lagen
soms verdacht dicht tegen elkaar op de stretchers. Maar ik was blij als
ik in of op bed die van Mark voelde. Dan was ik pas tevreden. We vallen
nog steeds het liefst in slaap als hij in me zit.’
‘Weer wat geleerd.’
‘Zeg, als het zwemmen doorgaat, moet je er de eerste keer voor zorgen dat Thomas dan leeg is.’
‘Leeg?’
‘Zich er vlak voor
leeggespoten heeft, op wat voor manier dan ook. Dan krijgt hij niet zo
gauw een stijve. Een beetje mag wel, maar liever niet omhoog.’
‘Wordt voor gezorgd.’
‘Fijn. Zeg, scheur eens naar huis, ik heb ergens zin in.’
‘Ik zal wel een beetje doorrijden, maar meer niet. Waar jij, en ik, zin in hebben bederft niet.’
Ze grinnikten weer. Zo gauw
ze op de oprijlaan voorbij de portierswoning reden liet Tamara de koe
lang loeien. Vóór ze bij de voordeur van het huis waren
stonden Mark en Thomas al buiten. Na het uitstappen liep Simone langs
Mark naar binnen en wenkte hem mee. Hij knipoogde naar Tamara en ging
ook naar binnen.
‘Thomas, kan je je een uurtje vrij maken?’
‘Jawel. Waarvoor?’
‘Loop maar mee naar huis. En bel iemand om de auto weg te zetten. En je plaatsvervanger dat je je mobieltje uitzet.’
‘Dat is alleen voor. O. Midden overdag?’
‘Dat deden we vlak na ons trouwen toch ook?’
‘Ja, dan is dat normaal.’
‘Wil je je gevoelens laten beheersen door de klok? Niet dat ik je dit iedere dag zal vragen, hoor.’
‘Ik bel al.’
Hij belde met zijn plaatsvervanger en volgde Tamara hun huis in, tot in de slaapkamer.
‘Is er wat gebeurd, Tamara?’
‘Ja, schat. Ik heb een
meidenonderelkaarpraatje gehouden met Simone. Die heeft me, zonder dat
ze het duidelijk zei, in laten zien dat we ons niet in moeten houden.
Doen waar we zin in hebben. Praten waar we over praten willen. Voor
zover mogelijk, natuurlijk. Wat denk je daarvan?’
‘Tja. Ik denk, dat we
ons inderdaad vaak onnodig inhouden. Ik heb meer moeite met omschakelen
dan jij. Maar ik vind het fijn dat je niet te schuchter bent.’
‘Schok ik je erg, als ik zeg, dat ik nu graag je stijve wil zien?’
‘O. Een beetje. Zal ik mijn broek laten zakken of alles uitdoen?’
‘Alles uit.’
Ze ging op de rand van het bed zitten kijken hoe hij zich uitkleedde.
‘Doe jij niets uit?’
‘Zo meteen.’
Hij kwam langzaam naar haar toelopen, stopte voor haar.
‘Ik snap je niet, maar ik doe graag wat je wilt.’
‘Ja, lieverd, dat doe je altijd. Mag ik er een kusje op geven, dan wordt hij vast nog sneller groot.’
‘O. Doe maar.’
Ze pakte zijn ballen vast en gaf een paar kusjes op zijn groeiende erectie.
‘Fijn, Thomas?’
‘Ja.’
‘Mag ik hem een hele grote kus geven?’
‘Ik weet niet wat je bedoelt, schat, maar je weet dat hij helemaal voor jou is.’
‘Ik kan maar de helft goed kussen.’
Ze pakte met haar andere hand zijn erectie onderaan vast en nam de rest voorzichtig in haar mond. Hij schokte.
‘O, schatje.’
Ze ging voorzichtig met haar
mond een paar keer op en neer en voelde toen met haar tong aan wat ze
in haar mond had, voor ze hem losliet.
‘Ik was niet op het
idee gekomen dat dat ook kon. Niet dat het zo erg is, we hebben al zo
veel genoten. Maar dit is toch iets aparts, hè?’
‘Ja. Heel apart. Je had me heerlijk vast, met je twee handen en je mond. Is het voor jou niet onprettig?’
‘Nee, heel fijn. Ik heb in mijn mond een ander gevoel dan eh in mijn gleuf.’
‘Ja, dat snap ik. Dan voelen we alleen strelingen, hè?’
‘Nou, alleen? We komen er wel door klaar.’
‘Schatje!’
‘Heeft mijn schatje er principiële bezwaren tegen, als ik hem een keer heel lang zo zou kussen?’
‘Nou nee. Het was erg
prettig. Ook om je tong te voelen. Ik zou je wel waarschuwen als ik eh
te opgewonden zou worden.’
‘Ik zou dan misschien door willen gaan.’
‘O. Tot eh ik kom?’
‘Tot en met, schat.’
‘O. In je mond komen?’
‘Ja. Je sperma in mijn mond spuiten.’
‘Tamara! En dan? Uitspugen?’
‘Thomas, ik zou het
graag in de badkamer doen. Eerst douchen. Dan je stijve kussen. Ik weet
dat het anders heet, maar dat wil ik niet zeggen. Proberen hoever we
het samen prettig vinden. Misschien vind ik het op een gegeven moment
niet prettig meer. Ik zou over kunnen geven. Dat is in de badkamer niet
erg. Dan doen we het daarna niet meer. Het is apart, maar vast niet zo
lekker als wat we tot nu toe gedaan hebben. Maar misschien is het iets
voor als ik een paar dagen in de maand niet kan, lekkerder voor je dan
in mijn handen komen. Als we het niet proberen missen we misschien
wat.’
‘Heb je er met Simone over gesproken?’
‘Ja. Laten we er even bij gaan liggen. Ik trek ook alles uit.’
Ze kleedde zich snel uit en kroop in zijn armen.
‘Thomas, ze is zo vrij,
zo open. Het is zo makkelijk en fijn om met haar overal over te praten.
Ze heeft veel meegemaakt en kan alles zo goed uitleggen. Als je denkt
dat ze me opgestookt heeft kan je je weer aankleden. Maar dan wil ik
dat je met haar gaat praten. Dan zal je zien dat je haar heel snel, uit
jezelf, alles vertelt wat je meegemaakt hebt en waar je over gedroomd
hebt. Ze heeft me alleen duidelijk gemaakt dat het heel fijn is om
overal op een natuurlijke manier mee om te gaan. Zonder je in te
houden.’
‘Rustig maar, ik geloof
je wel. Ik ken haar niet zo goed als jij, maar ik heb heel goed gemerkt
hoe ze ons geholpen heeft. Ik bedoel niet, dat, maar hoe. Hoe ontroerd,
geroerd ze was over onze geschiedenis. Ik weet dat ze het beste met ons
voor heeft. Ik wil alleen één ding weten. Is zij of ben
jij hierover begonnen?’
‘Ik. Ik heb nooit,
zoals bijna ieder meisje, een vriendin gehad waarmee ik over seks kon
praten. Wij zijn allebei amateurs, schat. Ik wilde weten of ik wel
bepaalde dingen tegen je kon zeggen.’
‘We hebben altijd alles tegen elkaar gezegd.’
‘Ik heb tegen je gezegd
dat je mooi bent, op verschillende manieren. Maar niet in
één keer dat ik vind dat je zo’n ontzettend mooie
grote dikke stijve paal hebt. En jij, dat ik mooi ben. Borsten durf je
te zeggen, maar veel meer niet.’
‘O. Nee. We hebben alles gedaan, maar niet zo gepraat.’
‘Je hebt van tevoren
gezegd, fluister in mijn oor hoe je het hebben wilt, ik kom toch wel.
Dat werkt. Maar we hebben niet zo duidelijk gezegd hoe lekker we het
vonden. Ik heb een keer gevraagd, spuit je nu fijner dan in mijn
handen? Je schrok je dood, zei een tijd niets.’
‘Ja, ik schrok. Dat je
zoiets zei. En ik moest nadenken. Alles was zo nieuw. Ik had je net
ontmaagd, dat was al zo’n schok, zo mooi. En zo fijn dat het niet
erg zeer deed, bij je. Hè?’
‘Nee, schat,
écht niet. Je deed het geweldig, je kwam heerlijk met je stijve
mijn gleuf in, met kleine stootjes steeds dieper. Ik voelde dat je
ergens tegenaan drukte, maar met je volgende stootje kwam je toch
dieper. Ik voelde even zoiets als een speldenprik, echt niet meer. En
toen was je helemaal binnen. Voor mijn gevoel zat ik vol. Ik snapte dat
je niet stil kon liggen, moest stoten. Ik voelde je even later wat
harder worden, ik snapte dat je begon te komen. Dat vond ik zo fijn dat
ik ook kwam. Toen kwam je duidelijk klaar, spoot je voor de eerste keer
in me. Je genoot er veel meer van dan wanneer ik je met mijn handen
streelde, je kreunde veel meer. De tweede keer genoot je nóg
meer, omdat het langzamer kwam. Toen vroeg ik het. Je zei, ja, je had
me beter vast en ik hoefde nergens op te letten, kon het gewoon laten
gaan.’
‘Ja.’
‘Een beetje korte
beschrijving voor wat je voelde. Veel meer heb je de keren daarna er
niet aan toegevoegd. Ik heb ook niet uitgebreid gezegd wat ik allemaal
voelde. Vind je het eigenlijk ook niet wat weinig? Om over zoiets moois
tegen elkaar te zeggen?’
‘Ja, je hebt gelijk. Maar dan moet ik eh moeten we nogal in details gaan.’
‘Je bedoelt, dingen bij hun naam noemen. Zoals ik net deed, over je stijve praten.’
‘Ja. Dat moet wennen. Niet alleen voor mij, om zoiets te zeggen, maar ook om jou het te horen zeggen.’
‘Dat snap ik wel, ik
was altijd je schuchtere meisje. En jij was altijd netjes tegen me.
Maar je dacht vroeger ook vast iets. Zeg eens, wat dacht je, als je
naar mijn bloesje keek? Dat deed je echt soms expres, dat heb ik wel
gezien.’
‘Ja, natuurlijk. Dan dacht ik aan wat eronder moest zitten.’
‘Méér niet? Kom nou. Lieverd, je ziet ze nu, bloot. Wat dacht je, vroeger?’
‘Ze heeft aardig grote
borsten. Hoe zouden die eruit zien, bloot, van dichtbij? Hoe groot
zouden haar tepels zijn? Zou het fijn zijn, een borst vasthouden? Ik
zou ze ook best willen kussen. Ik zou het graag vragen, maar beter van
niet. We moeten fijn met elkaar om blijven gaan. Wat zou je gezegd
hebben, als ik gevraagd zou hebben om je borsten te mogen zien?'
‘Je moet wachten tot we getrouwd zijn.’
‘En als ik je eh beetgepakt zou hebben?’
‘Ik zou je hand gepakt
hebben, je aangekeken en gevraagd, wil je het alsjeblieft niet meer
doen? Dan had je, goed, gezegd. Meer niet. We hadden er vast verder
niet over gepraat.’
‘Nee.’
‘Dacht je wel eens aan wat lager bij me?’
‘Ja, ook. Hoe zou dat voelen? Dat haar op haar buik? En die gleuf?’
‘Vast nog meer.’
‘Ja. Hoe zou het voelen, als ik mijn erectie bij haar naar binnen zou duwen? Dacht jij wel eens wat?’
‘Nee, straks. Eerst jij verder.’
‘O. Nou ja, hoe zou het voelen als ze met haar gleuf mijn stijve zou strelen tot ik eh loosde.’
‘Tja. Ik dacht ook wel
eens wat, vooral als je naar me gekeken had en ik een bobbel in je
broek zag. Die kon je niet altijd verbergen. Ik wist ongeveer hoe een
erectie eruit moest zien, maar ik was benieuwd hoe je het zou vinden
als ik naar je zou kijken. En hem beet zou pakken. En je ballen. Als ik
begon te denken dat hij bij mij naar binnen zou kunnen ging ik gauw
ergens anders aan denken. Ik heb het ook nooit gevraagd. Je zei, we
moeten fijn met elkaar om blijven gaan. Ja, ik wist dat als we ergens
aan begonnen we vast niet konden stoppen en in bed zouden eindigen.
Stilzwijgend hadden we besloten om dat niet te doen.’
‘Ja. Misschien hadden we toen al meer moeten praten.’
‘Dan hadden we het nooit volgehouden. Weet je, wanneer ik voor het eerst een bobbel in je broek zag?’
‘Nee. Ik moet minstens elf of twaalf geweest zijn.’
‘Ja, zoiets. We waren
in het bos aan het wandelen en een beetje aan het kussen toen je me aan
het lachen maakte. Ik pieste in mijn broek.’
‘O, ja, dat weet ik nog. Dat was erg spannend.’
‘Spannend?’
‘Ja, ik moest me
omdraaien. Je wilde je broekje uittrekken omdat je een natte broek niet
prettig vond. Dat was zo’n beetje de eerste keer dat ik aan eh
seks met je dacht. Ik was stijver dan ooit, maar nog niet zo groot. Je
liep daarna gewoon verder naast me. Ik dacht steeds, maar vooral als we
kusten, ze is helemaal bloot, onder haar rok. Als ik die op zou tillen
zou ik haar poes zien. Misschien heeft ze er al haar op. Ik had ook al
een beetje. En dan zie ik in die doos ook haar gleuf, waar ik later
mijn pik in mag doen. Ik zou onder het kussen onder haar rok kunnen
gaan, haar blote poes pakken. Maar ik durfde niets te zeggen of te
doen.’
‘Ik vond het wel ook
spannend, onder mijn rok in mijn blote kont naast je te lopen. We
hebben gekust, ik weet nog dat ik je beter voelde dan anders. Maar ik
durfde ook niets te zeggen of te doen. Heb je daarna veel aan seks met
me gedacht?’
‘Af en toe, maar ik
probeerde dan gelijk om ergens anders aan te denken. Een tijdje daarna
weer, toen je borsten kreeg. Het was af en toe moeilijk om niet aan je
te gaan voelen.’
‘Ik heb toen maanden
getwijfeld om ze je te laten zien. Ik was er zo trots op. Ook op het
haar op mijn poes. Dan kon ik jou vragen om te laten zien wat ik af en
toe tegen me aan voelde, hoe groot je pik kon worden. Maar net in die
tijd werd er een meisje zwanger vóór ze getrouwd was.
Daarom besloot ik niets te doen. Thomas, ik wilde toen nog iets weten.
Maar dat kon ik ook niet vragen. Toen we aan het experimenteren waren
durfde ik het nog steeds niet. Of het kwam er niet van. Nu wel. Heb je
veel natte dromen gehad?’
‘O. . . . Ongeveer
één keer per week, vanaf die keer dat je zonder broekje
naast me liep. Meestal nadat we gewandeld en gekust hadden. Dan droomde
ik dat ik aan je borsten ging voelen. En dat ik onder je rok ging en je
blote poes en je gleuf voelde. Ik droomde dat ik voelde dat je daar nat
was, maar dat was ik dan zelf.’
‘Was dat een prettig gevoel, als je sperma eruit kwam?’
‘Een beetje wel. Het prettigste was, dat ik dagen daarna niet zo gauw een stijve kreeg, als we kusten.’
‘En hoe vond je het, in de suite?’
‘Ja, we hebben daar
niet zoveel gepraat. Wel ontzettend genoten. Daar merkte ik voor het
eerst dat je ineens niet zo schuchter meer was.’
‘Nee, toen je me
onderspoot was dat gelijk over. Toen wist ik dat het goed was dat we op
ons gemak elkaar ook bloot leerden kennen, ook bloot aan elkaar gewend
raakten. Dan konden we na ons trouwen gelijk gaan vrijen. Dat je dan
precies wist wat je doen moest. Je stijve langzaam mijn gleuf induwen
en me ontmaagden. Dat we daar allebei van konden genieten.’
‘Ja, dat klopte ook. Het was veel beter om stap voor stap al aan elkaars bloot te gaan wennen.’
‘Waar ik over begon, zullen we wat meer praten? Je zegt nu al heel makkelijk stijve.’
‘Ja. Je hebt hele mooie borsten. En mooie tepels.’
Hij kuste ze even, hield daarna een borst vast.
‘Heerlijk, om je borst vast te houden.’
‘Je streelt heel fijn.’
‘Voel je me tegen je buik?’
‘Ik voel een warme paal. Ga je mee douchen?’
‘Wil je me daarna kussen?’
‘Waar?’
‘O. Wil je mijn paal in je mond nemen?’
‘Ja. Kom, niet meer erover praten, anders kom je daar al van.’
‘Ja, zo te voelen heb ik alweer een aardige voorraad.’
‘Van wat?’
‘Het moet wel wennen. Sperma.’
‘Goed zo.’
Na het douchen duwde ze hem tegen de muur, ging op haar knieën voor hem zitten en pakte hem weer met twee handen beet.
‘Ik vind het jammer dat
ik niet je hele stijve in mijn mond kan nemen. Liefste, ik wil hem
kussen en eraan likken. En met mijn mond en hand ook wat op en neer
gaan. Tot je klaar komt. Wil je je niet inhouden? Lekker komen en
spuiten? En wil je het aan mij overlaten wat ik dan doe?’
‘Sinds we getrouwd zijn
vind ik het een beetje vreemd om het niet te doen waar het normaal is.
Bij je binnen. Maar ik doe heel graag alles wat je wilt.’
Ze deed haar best om hem zo
lekker mogelijk te laten komen, schrok even toen hij begon te spuiten,
maar hield hem in haar mond tot hij kleiner werd.
‘Dank je wel. Dat ik alles met je stijve mocht doen. En dat je me je sperma wilde geven.’
‘Daar hoef je toch niet
voor te bedanken. Ik moet jóu eigenlijk bedanken. Dat je hem in
je mond durft nemen. Het is fijner dan alleen met je handen. Als jij
het ook prettig gevonden hebt zou ik het graag zo willen, als je anders
niet kan. Want dat blijft het lekkerst, dan zit je honderd procent om
mijn stijve. Je knijpt er dan ook een beetje in, hè?’
‘Ja, maar dat heb ik nog niet veel kunnen oefenen, we zijn pas ruim een week getrouwd.’
‘Ja, het gaat nog iedere keer wat anders. Eh, heb je alles doorgeslikt?’
‘Ik vond het, toen we
aan het experimenteren waren, al zonde om je sperma te zien verdwijnen
als ik mijn handen waste. Of om de handdoek in de was te gooien. Ik ben
toen niet op dit idee gekomen. Ik vind het heel fijn, schat, nu is er
niets verloren gegaan. Het was net het schuim binnenin een negerzoen.
Ik schrok wel even van je eerste straal. Ik zal het graag vaker doen.
Wanneer je maar wilt.’
‘Fijn. Laten we ons afdrogen en op bed gaan liggen.’
Op bed trok hij haar in zijn armen.
‘Ik had verwacht dat je
me op het laatste moment los zou laten. Ik moet er aan wennen, dat je
mijn sperma graag wilt hebben.’
‘Later om er een kindje
mee te maken. Altijd graag helemaal binnenin me, dat is voor jou ook
het prettigst. En als dan niet kan, dan zoals daarnet. Veel fijner dan
in mijn handen of op een handdoek, hè? En het voordeel is, dat
het overal kan, we hoeven niets op te ruimen.’
‘Overal?’
‘Ja. Vroeger, als we
een wandeling maakten, stopten we af en toe om te kussen. De laatste
tijd voelde ik soms je stijve tegen mijn buik. Dan was het soms
moeilijk om eraf te blijven. Dat hoeft nu niet meer. Ik zou je dan even
lekker kunnen verwennen.’
‘Tamara!’
‘Tenzij we dan een rustig plekje kunnen vinden om ons helemaal uit te kleden en het in de open lucht te doen.’
‘Alsjeblieft, doe een beetje rustig aan.’
‘Het went wel, lieverd.
Je bent nog steeds zo voorzichtig met me. Heel lief, maar ik kan best
ergens tegen. Thomas, als je klaarkomt, dan laat je je al aardig gaan.
Je kreunt bij iedere stoot en iedere straal. Ik heb me nog een beetje
ingehouden. Maar dat is niet goed, ik mag ook best kreunen en stoten en
me tegen je aan duwen, om te proberen je pik nog verder in me te
krijgen en nog meer sperma uit je te persen. O. Sorry.’
‘Nee, schat. Laat je
maar gaan. Ik heb me alles niet zo goed voor kunnen stellen. Ik kwam
niet veel verder dan te denken aan wat je zei, dat je onder me wilde
dienen. Dat ik op je zou komen liggen, voorzichtig mijn stijve je gleuf
in zou duwen en dan op en neer gaan tot ik zou komen. Ik zal er best
aan wennen dat mijn lieve, schuchtere meisje ook graag andere standjes
wil, en zelf veel beweegt. En kreunt. Enzovoort.’
‘Ja. Enzovoort?’
‘Je verbaasde me vandaag weer. Midden overdag. Ik weet niet wat je nog meer gaat verzinnen.’
‘Ik heb voor vandaag twee dingen bedacht. Het eerste is heel fijn gegaan, hè?’
‘Ja, heel fijn. Wat is het tweede?’
‘Ik wil nu een kusje van jou.’
‘Ik heb me met kussen ook te veel ingehouden. Bedoel je op je mond? Of op je lekkere borst?’
‘Schrik niet. Op mijn gleuf.’
‘O.’
‘Denk maar even na. We
hebben gedoucht. Daarna heb ik je schone paal in mijn mond genomen. Je
laten spuiten, je sperma doorgeslikt. Ik ben tussen mijn benen ook
schoon. Je mag de haren opzij doen, voor zover dat gaat. Ik wil graag
een kusje van je, op mijn gleuf. En nog liever, net zoals ik aan jouw
paal gelikt heb, dat je met je tong aan mijn gleuf voelt, me daar van
boven naar beneden likt. Of andersom. Én andersom. En als je
wilt erin. Nou joh, tril niet zo.’
Ze liet hem bijkomen.
‘Ik vond het al zo
bijzonder, en nog steeds, om je daar met mijn hand aan te raken. En dan
aan je gleuf te voelen. Ik weet nog de eerste keer dat ik je eh
vingerde tot je kwam. Ik was zo bang om je pijn te doen. Met mijn
stijve was ik daar alleen de eerste keer een beetje bang voor. Gelukkig
viel het mee. Daarna bleef ik wel voorzichtig. Ja, behalve als ik kwam.
Ik zal het fijn vinden als jij je dan ook laat gaan. Ik zal me niet
meer inhouden, maar zeg het alsjeblieft als het te wild wordt. Ik kan
toch geen idee hebben hoeveel meisjes kunnen verdragen?’
‘Nee, schat. Zullen we dat vanavond gaan doen?’
‘O. Ik dacht, zo gauw ik weer zou kunnen. Prima, vanavond. Nu eh?’
‘Misschien mis je wat, als je bij mij niet ongeveer doet zoals ik bij jou gedaan heb.’
‘Ja, je hebt helemaal
gelijk. Je moet niet denken dat ik vies van je ben, het is gewoon de
nieuwigheid. Het heeft toch ook een tijdje geduurd, toen ik voor het
eerst een blote borst van je vasthield, voor ik je tepel aan durfde
raken?’
‘Ja, vast wel tien
seconden. Maar misschien leek het voor jou langer. Je hoeft je ook niet
te haasten. Ik wilde je alleen maar een beetje aanmoedigen.’
Hij kroop tussen haar benen.
‘Van zo dichtbij heb ik nog niet gekeken. Eigenlijk een mondje op z’n kant.’
Hij streelde haar gleuf met een vinger.
‘Het is heerlijk, om
met mijn stijve over je gleuf te strelen en hem dan naar binnen te
duwen. Van langgerekt wordt je gleuf dan rond, en past om mijn stijve.
En als ik dan steeds dieper ga voel ik je helemaal om mijn stijve gaan
passen.’
‘Ja, ik voel me opengaan om je erin te laten. Precies genoeg om je stijve naar binnen te voelen glijden.’
‘Als ik niet verder kan voel ik, de laatste tijd, dat je er een beetje in knijpt, mijn stijve masseert.’
‘Dan voel ik beter hoe vol ik zit.’
Hij deed de haren wat opzij en kuste haar een paar keer op haar gleuf.
‘Prettig?’
‘Ja. Lief.’
Hij begon voorzichtig te likken, maar al gauw ging hij van boven naar beneden. En andersom.
‘Je hebt lekkere lipjes. Je hebt gelijk, ik zou wat gemist hebben. Niet schrikken.’
Ze schrok toch toen hij duidelijk zijn tong een centimeter tussen haar lipjes duwde en haar zo likte.
‘Je zit erin!’
Hij stopte even.
‘Mijn stijve zat in jouw mond, zo ver als het ging. Zal ik stoppen?’
‘Nee, je mag ook doen wat je wilt. Maar je doet meer dan ik van je verwachtte.’
‘Ik mag jou ook wel eens verrassen.’
Hij verraste haar erg, hij
ging zo ver hij kon met zijn tong naar binnen en streelde haar. Toen
hij bovenin haar clitoris vond probeerde ze haar benen tegen elkaar te
doen. Maar hij drukte ze plat op bed en likte door tot ze gekomen was.
Daarna ging hij naast haar liggen.
‘Ik heb daar een keer
in een vies blaadje over gelezen. Dat schoot me nu te binnen. Dat
blaadje was vies, omdat de meeste verhaaltjes alleen maar over erin
duwen en spuiten gingen. Als er twee elkaar tegenkwamen waren ze vijf
minuten later klaargekomen. De foto’s waren ook niet mooi. Ik
vind het fijn om te zien hoe je kijkt, als ik je borst streel. Of als
ik begin mijn stijve je gleuf in te duwen. Ik kon net niet naar je
gezicht kijken. Kwam je lekker?’
‘Ja. Onverwacht. Dat je dat wist, joh. Wat deed je dat goed, voor het eerst.’
‘Dat klinkt alsof je wel vaker zo wilt komen.’
‘Ja, maar ik weet niet wanneer. Met je pik diep in me is lekkerder. Ook voor jou.’
‘Tja. Wacht even.’
Hij stapte uit bed, pakte zijn telefoon en koos een nummer.
‘Met Thomas. Red je het verder, vandaag? Ik heb thuis onverwacht wat te doen.’
‘En het diner?’
‘O. Goed. Tot morgen.’
Hij legde de telefoon weer weg en kwam naast het bed staan.
‘Meneer en mevrouw hebben het diner afbesteld. Alleen om sandwiches en koffie gevraagd.’
‘Die liggen ook in bed. Nadat Simone en ik gepraat hadden wilde ze ineens naar huis. Ja, toen ik ook.’
Ze kwam op de rand van het bed zitten.
‘Je wilt vast hier blijven omdat je weer zo’n ontzettende stijve paal hebt.’
‘Ja, van het jou klaar likken.’
‘Kom, ik wil je weer kussen.’
Ze nam zijn stijve weer in haar mond, maar al gauw maakte hij zich los.
‘Ik wil niet tot
vanavond wachten. Als je perse dan wilt kan ik dan best nog een keer.
Maar ik wil je nu. Niet op je liggen maar deze keer naast je. Dan kan
jij ook meer bewegen. Ik wil je in mijn armen houden, in je komen en
ons allebei laten komen.’
‘Kom.’
Hij ging naast haar liggen en deed zijn armen en benen om haar heen.
‘Zo, ja, heel dicht bij me. Help je me je gleuf in?’
Ze hielp hem naar binnen. Met een paar stoten zat hij helemaal in haar.
‘Oh, wat ben je toch een heerlijke meid.’
‘Je hoeft niet te praten. Streel me woest en spuit in me, alles wat je nog over hebt.’
Hij liet zich helemaal gaan,
was wilder dan ooit. Zij liet zich ook gaan, hij moest haar goed
vasthouden, ze spartelde en kronkelde erg, met haar hele lijf. Ze
moesten lang uithijgen.
‘Je bent een geweldige man. Je vrijt geweldig. En je had nog veel sperma, hè?’
‘Ik kreeg wel veel krampen om te spuiten, maar erg veel kan er niet gekomen zijn, je had me al aardig leeggezogen.’
‘Thomas!’
‘Nou, we wilden toch meer praten? Hoe moet ik het anders zeggen?’
‘Nee, het gaat fijn. Maar nu moest ik even aan jou wennen. En zo wild was je nog nooit.’
‘Jij ook niet. Ik weet niet of je kwam, je ging constant te keer.’
‘Ik ben twee keer gekomen. Omdat het zo lekker lang duurde.’
‘Wat fijn voor je. Je kneep wel een paar keer erg hard in mijn stijve. En in mijn rug. Ik heb vast blauwe plekken.’
‘Draai je eens om. . .
. Oh. Ja. Dat moet van mijn tweede keer zijn. Ik voelde dat je kwam,
toen kwam ik ook weer. Maar zo eh raar, alsof ik flauw viel. Ik moest
me ergens aan vasthouden. Sorry.’
‘Dat geeft niet, hoor. Maar eh, niet iedere keer zo, hè?’
‘Nee. Meestal zoals je
het zo lief en voorzichtig doet. Ik lig ook het liefste op mijn rug,
Thomas. Bloot, met mijn benen wijd, te wachten tot je uitgekleed bent
en voor het bed komt staan. Met je erectie recht omhoog en je ballen
daaronder. Dan zie ik dat je naar mijn borsten kijkt. Dan denk ik,
lekker, zo meteen pakt hij ze weer, masseert ze lekker en kust ze en
likt aan mijn tepels. Dan zie ik je naar mijn doos kijken. Je kijkt
tussen de haren of je mijn gleuf kan zien. En als je met een halfstijve
bent gekomen, knalt hij dan omhoog. En dan kom je op bed. Begint met me
te vrijen. Streelt me ergens, boven of onder. Kust me ergens, mijn
borsten of op mijn buik. Voortaan misschien ook op mijn gleuf. En dan,
nét voor ik ongeduldig word, kom je in me. Vult me. Streelt me
dan zo lekker. Soms kort, soms lang. Dan merk ik dat je gaat komen. Dan
begint het bij mij ook meestal. Omdat ik weet dat je gauw je heerlijke
krampen krijgt, ik voel je pik soms dikker worden als je sperma er door
komt. En dan kreun je bij iedere keer dat je spuit. Kreun ik ook?’
‘Ja, heel lief. Meestal
tegelijk dat je in mijn stijve knijpt. Soms houdt dat mijn spuiten
tegen. Als je me dan weer wat losser laat knalt het eruit.’
‘Je spoot al zo hard, in mijn mond. Mag ik dan eens proberen het een beetje tegen te houden?’
‘Ja, natuurlijk. We zeggen het elkaar toch als er iets niet prettig is?’
‘Ik weet het niet. Dat is nog niet gebeurd.’
‘Nee, maar zo vaak hebben we nog niet gevreeën.’
‘Ik neem je natuurlijk niets kwalijk, jij kan er ook niets aan doen, veel vaker had je niet gekund.’
‘Nee. Had je vaker gewild?’
‘Ja.’
‘Vraag je voortaan, of laat je het merken, als je wilt en ik me te veel inhoud?’
‘Ik kan je niet iedere dag van je werk houden.’
‘Zullen we de wekker een half uur vroeger zetten? Vrijen vóór we gaan douchen?’
‘Ja, fijn. Na een nacht slapen heb je vast al weer wat voorraad.’
‘Ja. Ik heb al een paar keer gedacht, als ik thuis kwam, als het eten niet op zou staan, had ik je gepakt.’
‘O.’
‘Je ziet er dan zo blij
uit. Vertelt dat je fijn gewerkt hebt. En ik weet, al zeg je het niet
altijd, dat je weer blij bent mij te zien.’
‘Ja. Ik wil goed voor
je zorgen. Je eten op tijd klaar hebben. Je bedankt me altijd lief.
Terwijl ik een lekkere beurt had kunnen hebben. Stom.’
Hij grinnikte.
‘Thomas, zou je dat vol
kunnen houden? ‘s Morgens vroeger op staan? Nou ja, eerst vrijen?
En als je thuis komt gelijk? Het moet liever niet ten koste gaan van
onze keren in bed.’
‘We kunnen het toch proberen? Zou jij het vol kunnen houden?’
‘Ik hoef toch alleen maar op mijn rug te liggen?’
‘Je weet wel beter.’
‘Ja, ik weet het, de
preek van Simone. Actief meedoet, niet alleen onderop blijven liggen,
ook alle andere standjes minstens één keer uitproberen.
Maar ik ben al zo tevreden. Meestal onderop, soms bovenop. Soms net als
daarnet, op onze zijkanten. We hebben het in de douche ook staand
gedaan.’
‘Tamara, ik weet niet
waarom, maar ik denk dat je eh bedenkingen hebt tegen een bepaald
standje. Maar ik wil het toch graag eens proberen.’
‘Wat voor standje?’
‘Op z’n hondjes.’
‘O. Ik zie daar niet zo
veel in, omdat veel dieren het zo doen. Ik dacht, wij kunnen het
gelukkig fijner, ondertussen naar elkaar kijken.’
‘We kunnen het zeker
fijner. Maar, pas op, hoor, anders ga ik een praatje met mevrouw maken.
Ze vrijt heel lekker, maar ze wil niet op z’n hondjes. Dat moeten
we toch een keer proberen? En je hoeft niet te blaffen, miauwen mag
ook.’
‘Ja, goed.’
‘Zullen we samen eerst sandwiches klaar gaan maken?’
‘Heb je haast, hondje?’
‘Een beetje. Dan kan je
er ondertussen over nadenken. Dat je als een poesje op bed gaat liggen.
Dat er dan een kater komt die je kopjes gaat geven. Je ziet zijn pikkie
groter worden en je krijgt een beetje jeuk in je gleuf, ja, die wil ik
wel. Je gaat langzaam op je vier pootjes staan. Dan klimt de kater
voorzichtig achterop je. Tussen je benen door zoekt zijn stijve je
gleuf. Hij komt er met stootjes in. Vast een ander gevoel, van die kant
af. Deze kater kan ondertussen goed bij je borsten. Ze heerlijk strelen
en masseren. Net zoals zijn stijve in je gleuf. De kater kan ook met
een vinger je clitoris strelen, om je gelijk met hem te laten komen.
Misschien voel je het van die kant ook beter als de kater zijn sperma
in je spuit. En daarna gaan poesjes altijd op hun rug liggen om het
sperma zo ver mogelijk naar binnen te laten lopen. De kater gaat
uitrusten, want die wil zo gauw mogelijk weer. Zo’n lief poesje.
Met zo’n lekker behaard poesje.’
Het bleef even stil.
‘Zeg je niets?’
‘Ik ben stomverbaasd. Waar is die rustige, lieve, voorzichtige jongen gebleven?’
‘Die is langzaam wakker
geworden, nadat hij zijn grote liefde helemaal bloot gezien had, haar
voorzichtig overal gestreeld had en als hoogtepunt ontmaagd had. En
toen ontdekte, dat ze de hele dag met hem wilde vrijen.’
‘Tja, daar kan ik niets op zeggen. Zeker niet omdat ik ook niet zo schuchter meer ben.’
‘Nee, bij schuchter past niet, spuit me vol.’
‘Opstaan, badjassen aan en sandwiches klaarmaken.’
‘Waarom badjassen aan?’
‘Één, er
zou iemand naar binnen kunnen kijken. Twee, er zou iemand aan kunnen
bellen, dan moeten we naar boven rennen om wat aan te trekken. Drie, ik
moet er niet aan denken dat we met een mes uitschieten.’
‘Vier, anders kan ik niet van je afblijven.’
‘Of andersom. Thomas, je krijgt alweer een stijve.’
‘Miauw?’
‘Nee, eerst eten.’
Na de sandwiches klaargemaakt en opgegeten te hebben dronken ze eerst nog koffie.
‘Wat minder eten is niet erg, maar we moeten wel blijven drinken, heb ik altijd gehoord.’
‘Misschien zou anders mijn sperma gaan klonteren. Dat lijkt me pijnlijk.’
‘Dat lijkt me
vergezocht. Maar onmogelijk is het natuurlijk niet. Misschien zou ik te
weinig smering aanmaken. Dat lijkt me pijnlijk, dan wordt mijn gleuf te
stroef.’
‘Doordrinken, het was precies goed.’
‘Wat vind je eigenlijk
prettiger, als ik mijn benen om je heen sla, of ze van elkaar op bed
leg, of als ik ze een beetje tegen elkaar doe?’
‘Ik weet het niet. Je streelt me iedere keer geweldig.’
‘Ja, jij mij ook. Ik denk er eigenlijk nooit bij na, ik doe maar wat.’
‘Wat? Je laat me heerlijk klaarkomen.’
‘Doe jij iets om mij te laten komen?’
‘Dat was ik wel van
plan. De eerste keren dacht ik er niet aan, alles was zo onverwacht
lekker, en jij kwam ook. Een paar keer daarna dacht ik, als ik voelde
dat ik begon te komen, nu even langzaam. De keer daarop, nu even een
paar lange halen. Ik ben gestopt met iets te proberen, je komt toch
steeds. Wat je zei, meestal omdat je voelt dat ik kom en jij dat zo
fijn vindt. En dat vind ik dan weer fijn, dat je net voor ik begin te
spuiten mijn stijve een beetje masseert. Ik eh wil je nog wat
vertellen.’
‘Ja?’
‘Ik had, toen we daarnet vrijden, een wat ander gevoel toen ik begon te spuiten dan eerder.’
‘Wat dan? Waarom?’
‘Toen we
experimenteerden kon je mijn sperma wegwassen of in de handdoek in de
was doen. Ik vond het wat eh vreemd om het binnenin je achter te laten.
En het enige wat je eraan kan doen, is het eruit te laten lopen. Maar
meestal plakt het daar vast te veel voor, net zoals op je handen. Dan
blijft het daar.’
‘Dat is toch natuurlijk? Het doet daar echt geen kwaad.’
‘Nee, vast niet. Ik heb
wel gedacht, als we tongzoenen proeven we ook elkaars spuug. Toch bleef
ik denken, al is het natuurlijk, je kan toch niet iets in een meisje
spuiten zonder dat ze zich schoon kan maken? Maar het is nu goed. Je
wilde zo graag mijn sperma in je mond proberen, en je hebt het nog
doorgeslikt ook. Al zei je eerder al dat je dat fijn vond, nu pas
durfde ik het ook binnenin je achter te laten. Het was nu extra fijn om
het te laten gaan, zonder de neiging om eh af te knijpen. Het leek wel
of er meer kwam, omdat je het zo graag wilt hebben en ik het nu zo
graag wil geven.’
‘Ik zou eigenlijk boos op je moeten worden, omdat je me eerder niet geloofde.’
‘Ja, Tamara.’
‘En omdat je me niet verteld hebt dat je iets dwars zat.’
‘Dat is minder erg dan je niet geloven, omdat het moet wennen om over vrijen te praten.’
‘Ja. Maar ik word niet
boos op je, ik had zelf ook meer met je moeten praten. In plaats
daarvan heb ik met Simone gepraat. Daar zou jij boos over mogen
worden.’
‘Misschien als je dat
over een paar jaar zou doen. We moeten allebei nog leren. We hebben
hier ook veel van geleerd, hè?’
‘Ja. Thomas, ik
probeerde Simone heel voorzichtig een paar dingen te vragen. Maar ze
wist onmiddellijk precies wat ik bedoelde. Dat zei ze dan niet, maar
vertelde iets, waardoor ik merkte dat ze me door had. Ik weet niet
precies meer waar we het over gehad hebben. Ze vertelde wel veel over
een verkering die Mark gehad had vóór hij voor de eerste
keer trouwde. Op zijn zestiende. Hij dacht dat hij verkering had, maar
zij had een voorraadje jongens, waarvan ze er steeds één
‘s avonds in haar slaapkamer liet komen. Om haar te laten komen,
drie, vier keer, zo vaak mogelijk, die avond. Mark was kennelijk zo
goed, dat hij maandenlang om de andere avond mocht komen. Ik zei, op
die leeftijd al drie, vier keer? Ze grinnikte en zei, ja en nog. Niet
om de andere avond, iedere dag. Toen wilde ze naar huis.’
‘Tjonge. Op je zestiende al zo vaak eh.’
‘Tja. Wat ik van het
gesprek met haar opgestoken heb, is alles zeggen en doen waar je zin in
hebt, als het mogelijk is. En praten, zeker bij het vrijen, en alles
bij de naam noemen. Nou, dat beginnen we te leren. En ze raadde, dat ik
jouw stijve nog nooit in mijn mond gehad had, je sperma nooit geproefd
had. Dat moest ik minstens één keer doen. Zoals alles
één keer proberen. En dat jij mijn gleuf nog nooit gelikt
had. Ze zei, als hij dat haar niet zo prettig vindt, moet je het een
keer afscheren. Er is geen man die een onbehaarde blote poes met gleuf
af kan slaan.’
‘Ik vond je haren niet
vervelend, op je lipjes zitten ze niet. Ik was erg dichtbij, ik heb je
gleuf heel goed gezien. Heel mooi. En ik vond het fijn om je te likken.
Ik kan me best voorstellen hoe je er daar zonder haar uit zou zien.
Zoals een baby. Maar scheer je daar maar niet, als het weer gaat
groeien kriebelt het erg. Dat weet ik van jongens die hun baard laten
staan.’
‘Je badjas komt naar voren.’
‘Bij jou ook.’
‘Nee, beneden. Van het denken aan likken?’
‘Van het denken aan jou likken.’
Hij trok haar op schoot.
‘Oh, meisje, alles is met jou zo lekker.’
Hij ging bovenin haar badjas en pakte een borst beet.
‘Als mijn stijve op
één of andere manier in bedrijf is vergeet ik vaak je
borsten. Wonderlijke dingen. Zacht en toch stevig.’
‘Jouw stijve ook.’
‘O. Ja, eigenlijk wel. Leid me niet af.’
Hij deed haar badjas boven open, nam een borst in zijn mond en streelde met zijn tong haar tepel tot ze kreunde.
‘Niet goed?’
‘Als ik niet beter wist
zou ik vragen waar je dat geleerd had. Bij je moeder heb je alleen maar
gezogen als je borstvoeding kreeg. Nu eh streel je me met je tong. Erg
lekker. Maar nu wil ik naar boven. Ruim jij even op? En komt dan mijn
kater zijn poesje zoeken?’
‘Die ligt vast op haar gebruikelijke plekje. Ga maar.’
Ze lag op haar zijkant op
bed. Hij kroop naar haar toe, beet zachtjes in haar kontje, kroop
verder over haar heen, likte in haar nek en miauwde zachtjes.
‘Je speelt niet eerlijk, ik zou je pikkie groter zien worden.’
‘Je blote kontje deed me al wat. Het leken twee grote borsten zonder tepels. Waar zijn de echte?’
Ze draaide zich wat op haar rug. Hij pakte een tepel in zijn mond, streelde hem met zijn tong en zoog er zachtjes aan.
‘Heerlijk. Krijg je daar al een beetje jeuk van in je gleuf?’
‘Ja. En dat ik je pik voel.’
‘Draai je eens terug, dan duw ik hem tegen je kontje.’
Ze ging op haar buik liggen. Hij bewoog zijn stijve in haar bilnaad.
‘Als ik je wangetjes
uit elkaar zou doen, mijn stijve ertussen zou duwen, zou ik vast klaar
kunnen komen. Maar, lief poesje, kan je je kontje optillen? Ik wil hem
zo graag in het poesje van mijn poesje duwen.’
Ze ging op haar ellebogen en knieën steunen.
‘Oh, Tamara, wat is dat mooi. Je lipjes lijken zo wat dikker. Zo uitnodigend. Ik houd het niet langer.’
Hij stuurde zijn stijve naar haar gleuf, liet hem los zo gauw hij er iets inzat, leunde voorover en pakte haar borsten.
‘Voel je dat ik er net in zit?’
‘Ja. Ik doe mijn benen niet verder van elkaar dan nodig is. Duw maar lekker.’
Hij gromde zachtjes bij ieder stootje.
‘Je bent vast nog nooit door een andere kater bereden. Je bent zo nauw.’
‘Nee, je bent de eerste die me zo pakt. Ik zal het iets makkelijker voor je maken, anders kom je te gauw.’
Ze deed haar benen iets uit elkaar, hij duwde gelijk helemaal door.
‘Mauw. Voel je mijn dikke paal helemaal in je?’
‘Ja, het voelt inderdaad anders aan.’
‘Ik kan zo makkelijker in en uit je bewegen. Voel je?’
‘Je streelt heerlijk. Wat maak je lange slagen.’
‘Ja, ik hoef mezelf nu
niet op te tillen. Maar toch ga ik, als ik op je lig, ook langere
slagen maken. Lekker, hè?’
‘Ja. Maar het maakt me
niet veel uit, als je maar beweegt. Ik zou het nu zelf ook kunnen, maar
ik doe het niet, jij doet het lekker genoeg.’
‘Kom je al een beetje?’
‘Nee. Jij wel, hè?’
‘Ja. Zal ik, met mijn vinger?’
‘Probeer maar.’
Hij liet één borst los en zocht bovenin haar gleuf naar haar clitoris. Zo gauw hij hem vond schokte ze.
‘Voorzichtig, anders kom ik eerder dan jij.’
Hij hield zijn hand stil en concentreerde zich op de bewegingen met zijn stijve.
‘Oh, poesje, het komt eraan.’
Hij streelde haar clitoris
tot hij voelde dat ze begon te schokken. Hij liet haar clitoris los,
pakte weer een borst en probeerde zo vlug mogelijk te komen. Hij voelde
haar schokken minder worden toen hij begon te spuiten. Zodra hij met
een lange kreun de laatste keer spoot liet ze zich langzaam op haar
buik zakken. Hij liet zich langzaam op haar zakken en hield haar
borsten vast.
‘Lief poesje, ik kwam
lekker. Niet zo veel, maar het was zo fijn om te weten dat je alles
wilde hebben. Wil je nu op je rug liggen?’
‘Ja.’
Hij ging naast haar liggen, ze draaide zich op haar rug.
‘Het was niet slecht, maar ik zie toch liever wie me dekt.’
Hij grinnikte.
‘Ik dacht even aan een
stier die op een koe klimt. Zelfs op een nepkoe komt hij klaar. Tja, er
zijn mensen die een opblaaspop gebruiken. Dat kan allemaal nooit zo
lekker zijn als wij doen, hè?’
‘Nee. Thomas, het mag
zo best wel vaker, maar ik kom liever zoals altijd, zonder hulp. Je had
mijn borsten wel lekker vast, en ik voelde je stijve goed, maar ik zag
je niet. Daarom kwam ik, denk ik, zelf maar een beetje. Je weet toch,
dat ik pas gelukkig ben als ik je zie?’
‘Ja, niet huilen, schatje. Dan doen we het zo niet meer. Maar we hebben het in ieder geval geprobeerd.’
‘Ja. Goed.’
‘Nu ik erover nadenk,
we hebben altijd minstens een schemerlampje aangehad. Dat pas uitgedaan
als we onder de dekens gingen om te gaan slapen. Ik ben dan meestal,
als ik kon, bij je binnengekomen, om zo in slaap te vallen, maar we
hebben nog nooit in het donker gevrijd, hè?’
‘Nee. Toeval. Maar liever niet, ik vind het zo fijn om te zien, als je komt, hoe je dan geniet.’
‘Ik hoor en voel het bij jou meer dan dat ik het zie.’
‘Dat is ook goed. Ik fluister al lang niet meer in je oor hoe ik het wil, hè?’
‘Nee. Inderdaad. Waarom niet?’
‘Domoor. Omdat je het zo goed doet.’
‘Echt?’
‘Geloof je me niet?’
‘Sorry, schat. Maar zo
gauw al? Ik vind het iedere keer net iets anders. Ik weet niet waar het
aan ligt, maar ik kom vaak iets vroeger of iets later dan ik
verwacht.’
‘Misschien omdat ik
steeds probeer je nog lekkerder te strelen. Kom eens tussen mijn benen
zitten. Steel me met je pikkie, dan wordt hij vanzelf gauw weer
stijf.’
Hij ging tussen haar benen zitten.
‘Geef me mijn kussen
eens? En til je kontje even op. Oh, Tamara, wat komt je gleuf zo mooi
uit. Net als van achteren af, tussen je benen door. Ik schuif nog wat
op. Zo. Oh, lekker.’
Hij streelde met zijn groeiende pik haar gleuf.
‘Als ik straks over je heen leun, kan ik je eh weer dekken.’
‘Dat wilde ik ook. Met
je handen naast me steunen. Dan is je gezicht niet te dicht bij me en
kan ik je goed zien. En ook hoe je je lange slagen met je stijve in me
gaat maken.’
‘Ja, daar kan ik ook af
en toe naar kijken. Het is zo’n mooi gezicht, je lipjes om mijn
paal. Ik ben bijna stijf genoeg. Lekker, zo?’
‘Ja, hoe stijver hoe
lekkerder. Maar duw je pik mijn gleuf in zo gauw het kan. Binnenin
gestreeld worden is nog lekkerder. En als ik hem dan dikker en langer
voel worden word ik steeds blijer dat je zo’n grote hebt.’
‘Schuchter meisje, je
praat hem met een noodgang stijf. Ik kom over je heen hangen. Kijk, in,
uit, in, uit. Mooi, hè?’
‘Ja, ga door. Oh,
heerlijk, Thomas. Probeer eens, van bijna eruit tot helemaal erin. Ja.
Ja. Oh, wat goed van je. Draai eens wat rond. Oh, dat is roeren. Doe
maar niet, alles gaat mee, er is geen ruimte over, je stijve is zo dik
dat ik al vol zit. Ik zeg niets meer, doe maar waar je zin in hebt. Oh,
ik begin al te komen.’
‘Ik houd je wel bij. Nog
een paar van die heerlijke lange halen. Oh. Oh. Je knijpt al. Ik kom
ook. Ooh. Ooh. Ooooooh.’
Hij liet zich voorzichtig op haar zakken.
‘Hè, schatje, waarom huil je nu?’
‘Oh, Thomas, je was
altijd zo lief voor me, ik was al zo gelukkig, als ik je zag. En nu
verwen je me zo, met je heerlijke paal. Het is bijna te veel.’
‘Je was altijd al zo
gauw tevreden. Ik vind het heel fijn dat je nu zo gelukkig bent. Laten
we maar voorzichtig verder gaan, voor het je te veel wordt. Want het
wordt nog mooier. We beginnen toch net een klein beetje te wennen aan
samen vrijen? We hebben korter dan we dachten geëxperimenteerd,
omdat we ineens snel konden trouwen. En we zijn nog steeds aan het
ontdekken hoe we het lekkerst kunnen vrijen. Misschien hebben we
vandaag te veel verschillende dingen gedaan. Kan je het niet bijhouden.
Laten we eerst alles maar herhalen, voor we iets nieuws beginnen.
Behalve op z’n hondjes, dat hoeft niet meer.’
‘Ja. Goed.’
Hij ging naast haar liggen.
‘Je moet daarvan alleen
onthouden, dat het me ontzettend opwindt om je van die kant te
bekijken. Je gleuf is dan zo goed te zien. En zo uitnodigend. Kom
erin.’
‘Ik zal het onthouden. Maar dat lijkt me voorlopig niet nodig.’
‘Nee. Zelfs aangekleed wind je me al op, omdat ik nu weet wat voor lekkers er onder je kleding zit.’
‘O. Over opwinden. Nee,
eerst wat anders. Simone heeft me gevraagd haar te tutoyeren en Simone
tegen haar te zeggen.’
‘Wat lief van haar.’
‘Ja, ik ben er erg blij
mee. Ik moet zelf uitzoeken of meneer accepteert dat ik Mark tegen hem
zeg als we het niet over het werk hebben.’
‘Dat is iets lastiger. Maar hij zal het wel goed vinden.’
‘Dat denk ik ook. Zal ik Simone vragen om met Mark te overleggen of jij het ook zo tegen Mark kan doen?’
‘Goed. Ik kan ook best onderscheid maken tussen privé en werk. Al praat ik zelden privé met ze.’
‘Dat wordt misschien
méér. Simone wil Mark vragen, of het goed is, dat wij ook
in het zwembad mogen zwemmen.’
‘Tja, dat zou een uitzondering zijn. Maar dat kan vast wel, hij kan bepalen wat hij wil.’
‘Ja, maar je weet dat hij niemand voor wil trekken.’
‘Wij mochten hier wel gaan wonen.’
‘Ja, maar daar had hij
direct een smoes voor. Jij had de renovatie bedacht én gevraagd
of we er dan mochten wonen.’
‘Jammer genoeg heb ik
daar niet eerder aan gedacht. In de garage was ik bezig om mijn best te
doen, om snel op te klimmen, om genoeg te verdienen om met je te kunnen
trouwen. Pas toen mijn vader zei dat hij met pensioen kon en dat ik
moest solliciteren, als ik butler wilde worden, ben ik over alles
buiten de garage na gaan denken. Toen bedacht ik ook dat het
portiershuis leeg stond. Ik ben gaan kijken. Ik dacht, hier zou ik best
willen wonen, vlak bij mijn werk, en voor jou niet te ver van het dorp.
Van de oude meneer zou het waarschijnlijk niet mogen, maar misschien
van die nieuwe wel. Ik ga het gewoon vragen.’
‘Ja, Mark vond het prima, als beloning voor je.’
‘Ja. Hij schudt van alles uit zijn mouw, hè?’
‘Ja, hij is heel goed. En knap natuurlijk, vergeet niet dat hij chirurg was.’
‘O. Ja. Dat merk je
niet. Wel dat hij slim is en veel in de gaten heeft. Soms snap ik niet
hoe hij iets ontdekt heeft.’
‘Vast via Simone.’
‘Ja, natuurlijk. Dat ik
daar niet aan gedacht heb. Die praat met iedereen. Die is net zo slim.
Met z’n tweeën regelen ze alles geweldig.’
‘Ahum.’
‘Met jouw hulp.’
‘Ahum.’
‘Ik help niet veel, ik kan net bijhouden om alles goed te laten lopen.’
‘Dat helpt toch ook, daardoor hebben zij hun handen vrij.’
‘Ja. O, er schiet me nog wat te binnen, wat ik je niet verteld heb. Het was nogal een gekkenhuis, de laatste tijd.’
‘Ik ben wel ontzettend blij met het resultaat.’
‘Ja, mooie blote meid.
In de garage hangen in de koffieruimte natuurlijk pin-ups aan de muren.
Niet helemaal bloot, maar bijna, je ziet nét hun doos niet. Van
een paar nét wat haartjes. Wel allemaal grote borsten.
Nét voordat eh Mark en Simone kwamen had één van
de jongens een nieuwe opgehangen. Toen ik die zag, vroeg ik, jongens,
die nieuwe pin-up lijkt erg op mijn schatje. Haar gezicht, bedoel ik,
de rest weet ik niet. Zou ze van de muur af kunnen? Ik heb er een
beetje problemen mee. Er stond er direct één op, haalde
die poster van de muur en scheurde hem in hele kleine stukjes. Toen
wist ik dat ze me nog steeds mochten, ondanks dat ik ze allemaal
voorbij gestreefd was.’
‘Wat mooi, schat.
Natuurlijk mogen ze je, je bent toch altijd hartstikke aardig? Als
butler toch ook? Ik denk dat niet alleen Francis wat met je zou
willen.’
‘Oh?’
‘Arme jongen, je bent zo aan mij verslaafd dat je niet ziet hoe andere meiden naar je kijken.’
‘Nee, ik zie alleen maar jou.’
‘Lijk ik verder op die pin-up?’
‘Jouw figuur is mooier,
die pin-ups hebben allemaal te grote borsten. Ik vind je doos en gleuf
ontzettend mooi, maar als vergelijkingsmateriaal heb ik alleen die van
Francis. Die van jou vind ik mooier, iets molliger.’
‘Je hebt goed gekeken.’
‘Natuurlijk, voor de
eerste keer een andere blote meid zien. Zij had waarschijnlijk ook
eerder niet veel blote jongens gezien, ze bleef maar naar mijn pik
kijken.’
‘Zou ik ook gedaan
hebben. En me afgevraagd hebben hoe groot hij kon worden. Vind je de
borsten van Simone te groot?’
‘Wel ontzettend groot,
maar niet té groot. Dat komt waarschijnlijk omdat ze er zo eh
natuurlijk mee doet. Dat ze half bloot zijn staat mooi, dat kan bij
haar.’
‘Dat vind ik ook.’
‘Jij kan nog nergens mee vergelijken, hè?’
‘Dat hoeft ook niet, je stopt me vol genoeg.’
‘Nou, ondeugd.’
‘Niks ondeugd, we zijn getrouwd, we mogen alles.’
‘En wat wil mijn schuchtere meisje dat ook vaak.’
‘Vast omdat je het zo goed doet.’
‘We doen het samen
goed. Tamara, over vergelijkingsmateriaal en zo, ik heb een paar
moeilijke periodes met je gehad, dat weet je ondertussen. Nadat je
zonder broekje naast me liep en toen ik je borsten tegen me begon te
voelen, onder het kussen. Maar er was er nog één. Ik weet
niet of je dat toen gemerkt hebt.’
‘Wat ik merkte, was dat
je niet altijd hetzelfde kuste. Soms was je iets eh hartstochtelijker.
Maar nooit zo, dat ik er problemen mee kreeg. En als ik je stijve door
onze kleding heen tegen me aan voelde, of als ik een bobbel in je broek
zag, dacht ik, fijn voor later. Vertel eens, over die andere
periode?’
‘Dat kan nu wel. Ik
denk, dat ik veertien of vijftien was. Ik was met een jongen in het bos
aan het spelen, toen er een stelletje langs liep. We zagen dat hij een
arm om haar heen had, heel ver, hij hield een borst vast. We dachten,
die gaan misschien meer doen en zijn er achteraan geslopen. Ze zochten
een rustig plekje en begonnen elkaar uit te kleden. Wij genoten
natuurlijk, blote borsten zien en haar tussen de benen van dat meisje.
En de pik van die jongen stond schuin omhoog. Wij konden ook al een
stijve krijgen, natuurlijk, maar nog niet zo’n grote. Toen ging
dat meisje voor hem zitten en nam zijn paal in haar mond. Jammer dat ik
dat later vergeten ben.’
‘Nee, dat was maar goed ook, anders had je me misschien gevraagd om dat ook een keer te doen.’
‘Nee, ik dacht soms wel aan seks, maar ik durfde nooit iets te vragen.’
‘Ik weet het, schat, ik ook niet. Wat deed ze verder?’
‘Ze bewoog haar hoofd
naar hem toe en van hem af tot hij begon te kreunen. Ze haalde hem uit
haar mond en liet hem naast haar spuiten. Daarna gingen ze liggen
kussen, hij zat steeds met een hand tussen haar benen. Toen ging ze op
haar rug liggen, met haar benen wijd, onze kant op. We waren helaas te
ver weg om méér te zien dan een bos haar. Die jongen had
weer een stijve, kroop naar haar toe en stak hem middenin dat haar. Hij
schoof hem met stootjes helemaal naar binnen. Toen ging hij op haar
liggen en zagen we zijn kont op en neer gaan, eerst langzaam, na een
tijdje sneller. Ze kreunden allebei. Zij zei, ik kom, ik kom. Hij zei,
ik ook, ik spuit, ik spuit. Toen hij stil lag deed ze haar benen om hem
heen en stootte een paar keer met haar buik naar boven. Ze was vast nog
niet helemaal klaar, hè?’
‘Nee. Ik altijd wel. Jij bent dus beter dan die jongen toen.’
‘Of jij dan dat meisje.
Goed. Hij bleef nog even op haar liggen, rolde toen van haar af. Zij
nam zijn pikkie weer in haar mond. Ze was kennelijk nergens vies
van.’
‘Ik ook niet. Je hebt
alles toch goed onthouden, al heb je er een tijd niet aan gedacht. Zo
leer ik nog eens wat. Deden ze nog meer?’
‘Nee, ze gingen zich
aankleden, wij zijn weggeslopen. Ik heb jou die dag gelukkig niet meer
gezien. ‘s Nachts kwam er meer dan ooit.’
‘Tja, dat zal best. Een stel bloot zien vrijen.’
‘Eigenlijk niet zo door
hun wippen, want als je niet dacht wat er eigenlijk aan de hand was zag
je alleen een blote kont op en neer gaan. Maar door wat ze bij hem
deed, met die grote van hem, en dat hij toen zo spoot. Met een boog,
een keer of vier, geen straal, hele grote druppels.’
‘Tja. Daarna, toen hij
met een hand tussen haar benen zat, heeft hij haar eh. Thomas, ik heb
me nooit zelf eh bevredigd, omdat ik vond dat jij dat later moest doen.
Als ik erge kriebels kreeg ging ik aan iets in de winkel denken.’
‘Ik eh wel.’
‘O?’
‘Die nacht werd ik
wakker. Ik dacht eerst dat ik een natte droom gehad had, want die had
ik verwacht, na zoiets gezien te hebben. Maar alles was nog droog. Ik
had wel een complete erectie. Dat vond ik wat raar, anders had ik, als
ik er wakker van werd, maar een halve als het eruit liep. Toen voelde
ik onderin een grote druk. Ik dacht, het zit eraan te komen, laat ik
maar weer gaan slapen, dan komt het wel. Maar ik kon niet in slaap
komen. Ik dacht, laat ik weer aan dat stel gaan denken, dan komt het
vast. Maar dat hielp ook niet. Ik eh wilde ervan af, Tamara. En ik
dacht, ik wil eigenlijk zien of ik óók kan spuiten.’
‘Ja, ik begrijp je wel.
Kriebels kunnen overgaan, maar dat bij jou niet. Thomas, ik vind het
niet erg. Durf je erover te vertellen?’
‘Ik heb het boven de wastafel gedaan. Ik heb me voorgesteld dat jij me streelde. Vind je dat erg?’
‘Nee. Het was maar goed dat ik het niet wist, anders had ik het misschien graag gedaan.’
‘Dan zou je me de eerste keer gezien hebben.’
‘Ja. Nou, zo gingen we niet met elkaar om. Al dachten we dus wel af en toe aan vrijen. Vertel je verder?’
‘Het kwam gauw. Ik
spoot inderdaad. Vier keer. Ik was erg trots dat er zo veel kwam, net
zo veel als bij die oudere jongen. En vast net zo ver, de eerste keer
keihard achter tegen de wastafel, daarna heb ik beter in de wastafel
gericht. Bij elkaar veel meer dan normaal.’
‘Lekker?’
‘Veel lekkerder dan als
het eruit liep. Maar met jouw hand is het nog veel lekkerder. Om het
over de rest maar niet te hebben.’
‘Waarom aarzelde je om het te vertellen?’
‘Ik werd door al mijn
natte dromen wel eens ongerust, of ik genoeg voor jou over zou houden.
Tot ik snapte, dat ik gewoon overliep, omdat ik het op een andere
manier niet kwijtraakte. Maar om het expres zelf te doen vond ik toch
niet horen.’
‘Thomas, ik vind dat
geen expres doen, je hielp alleen even, het zou toch gekomen zijn. Het
zou wat anders geweest zijn als je op een bepaald moment gedacht had,
ik ga eens oefenen, omdat het zo’n lekker gevoel is. Maar
misschien denken anderen daar anders over. Die vinden het misschien
niet erg, ook van een meisje niet. Nou ja, een ramp is het ook niet.
Jongens houden genoeg over, bij meisjes gebeurt er niets. En met
z’n tweeën vrijen, hoe dan ook, blijft toch lekkerder,
hè?’
‘Ja, op alle manieren.
Ik was wel trots, omdat er toen zo veel kwam, maar ook weer ongerust.
En pas na ruim een week kreeg ik weer een natte droom. Ik heb het nog
een paar keer gedaan, als ik wakker werd voor het er vanzelf uitliep.
Ook de keer dat je vroeg wat ik van de grootte van je borsten vond. En
van de bobbel in je broek. Toen waren we al wat ouder. Daarna duurde
het geen week meer voor mijn volgende natte droom kwam. Daar was ik
blij mee, ik dacht, het wordt méér. En het is kennelijk
niet de bedoeling dat een meisje in de huwelijksnacht de eerste zaadjes
van een jongen krijgt, anders was het vast anders geregeld.’
‘Ja. Je hebt in ieder geval nu heel veel. Maar wat belangrijker is, je krijgt vaak een stijve.’
‘Dat had ik nooit gedacht. Ik zie het als een beloning voor het lange wachten.’
‘Gelukkig wist ik al
wel, dat jongens een pauze nodig hebben, tussen twee eh beurten. Anders
had dat wachten me misschien gestoord. Maar je was met een verhaal
bezig, geloof ik.’
‘Ja, over dat Mark en
Simone samen alles in de gaten hebben. Ze kwamen vrij snel met
z’n tweeën in de garage om kennis te maken. Meneer hield op
een lijstje bij met wie ze kennis gemaakt hadden. Ze keken rond, ook in
de koffiekamer. Wat er toen gebeurde schokte ons allemaal. Simone zei,
jammer dat het niet kan, ik zou tussen die meiden geen gek figuur
slaan. Mark zei, nee, en het mooiste zouden ze dan nog geeneens zien.
Toen zei ze, als er een vacature komt, Mark, moet je proberen om een
meisje te krijgen. Hij zei, ik kijk wel uit, dan gaan ze daar alleen
maar aan sleutelen. We wisten niet hoe we kijken moesten. Simone zag
dat, en zei, kom, jongens, niet zo preuts. Bloot is gezond, hoor. Toen
zei de brutaalste, mevrouw, van mij mag er van u, zoals u er nu
uitziet, min of meer aangekleed, best een foto tussen hangen. Mark
lachte zich rot en Simone grinnikte. We hebben er nog vaak over
gepraat. Later kreeg ik nog beter door dat ze zo vrij waren.’
‘Ja. Mooi verhaal.’
‘Ik hoop dat het doorgaat, met het zwembad. Dan zie ik ze wat vaker, als we er tegelijk zijn. Gezellig.’
‘Er valt dan nogal wat
te zien. Ze hebben verteld, ik weet niet of je daarbij was, anders heb
ik je het vast doorverteld, dat ze vanaf hun trouwen bloot in de tuin
gezond hebben. Hun kinderen ook, vanaf hun geboorte. En ook bloot
gezwommen. Dat gaan ze hier ook weer doen. Ik zou het erg fijn vinden.
Zonnen op het zonneterras en zwemmen in het zwembad.’
‘Tamara, je weet dat ik met Francis problemen had.’
‘Daar wen je toch aan.’
‘Dat schiet niet op, omdat we er pas één keer geweest zijn.’
‘Nou, dan kan je in het zwembad verder wennen.’
‘Dat red ik niet.’
‘Waarom niet?’
‘Ik krijg nu al een
stijve als ik aan die grote borsten van Simone denk. Met die van
Francis had ik geen problemen, die zijn ongeveer zo groot als die van
jou. Maar die van Simone, niet half maar helemaal bloot, oei.’
‘Ja, natuurlijk. Daar hoef je je niet voor te schamen, hoor. Ik verwachtte het al, ik zei het al tegen Simone.’
‘Wat zei je? En wat zei zij?’
‘Dat je van haar
borsten een stijve zou krijgen, natuurlijk. Ze zei, daar hebben we een
goede remedie voor. Hij mag er, in het water, even mee spelen, ook met
mijn doos, terwijl ik met zijn spulletjes speel. Dan is hij over het
ergste heen.’
‘Oh, nee toch.’
‘Waar heb je het meeste problemen mee, met haar borsten, doos, of om haar met je pikkie te laten spelen?’
‘Alledrie. Ik krijg gegarandeerd een ontzettende stijve. En als ze die aan zou raken kom ik vast klaar.’
‘Ja, je bent een
gezonde jongen. En zij een lekkere vrouw. Ik ben benieuwd hoe haar poes
eruit ziet. Niet dat ik veel verschil verwacht.’
‘Zou je het niet erg vinden, als we dat in het zwembad deden?’
‘Nee, joh, wat maakt dat uit, voor een keertje. Dan kan je daarna rustig bloot zitten en zwemmen.’
‘Maar als ik klaar zou komen?’
‘Simone zei ook nog,
als het doorgaat, moet je zeker de eerste keer er voor zorgen dat
Thomas dan leeg is. Zich er vlak voor leeggespoten heeft. Dan krijgt
hij niet zo gauw een stijve. Een beetje mag wel, maar niet
omhoog.’
‘Ze is wel erg vrij.
Gewoon over mijn stijve praten. En dat je moet zorgen dat ik leeg ben.
Maar dat zou wel helpen. Zullen we het proberen?’
‘Als jij het niet erg vindt dat Mark en ik ook even spelen.’
‘Die krijgt van jou vast geen stijve.’
‘Dat weet je maar nooit. Klein maar fijn, hè?’
‘Je bent een hele fijne
meid. En je spullen zijn voor mij niet te klein. Ik pas precies eh.
Schatje, het is niet netjes, ik hoor alleen van jou een stijve te
krijgen, maar door die grote blote borsten en je praten over
leegspuiten, nou. Ik ben een beetje moe. Maar ik zou toch graag nog een
keer willen vrijen. Zou je op me willen komen liggen?’
‘Al ben je met me
getrouwd en hoop ik net zo vaak te willen vrijen als jij wilt, ik
begrijp best dat je van andere vrouwen zin kan krijgen om te vrijen.
Als je het dan met mij doet heb ik er geen problemen mee. Ook niet om
bovenop je te komen, als je moe bent. Dat is veel beter dan om het
níet te doen. Je kan vaak, vandaag.’
‘Gelukkig wel. Daar
kwam je toch voor naar huis? Het kan mij ook niet schelen waardoor je
graag wilt vrijen. Als je het maar met mij doet.’
Ze ging op hem zitten.
‘Er zal nooit een ander
in mijn leven zijn. En nooit een andere stijve dan die van jou in mijn
gleuf. Ooooh, Thomas. Ik zit weer helemaal vol. Als we het eerder
geprobeerd hadden, hadden we er vast niet mee kunnen stoppen.’
‘Vanaf ongeveer onze twintigste hadden we best naar bed gekund.’
‘Ja. Maar ik dacht steeds, jij vast ook, nog maar een paar jaar wachten. We hadden het toch al zo fijn.’
‘Ja. We gaan het gewoon inhalen.’
‘Oh, ik vergat te wippen. Wat blijf je stijf.’
‘Je wipte niet, je kneep wel, masseerde toch een beetje. Maar nu, alsjeblieft, laat me komen.’
‘Ik ga ook grote halen proberen. Ooooh, wat lekker.’
Ze wipte door tot ze allebei kwamen.
‘Voel ik traantjes, schatje?’
‘Ja. Van geluk. Zelfs als je moe bent kan je me laten komen.’
‘Lekkere meid, je doet zelf de helft.’
‘Deze keer heb ik wel het meeste bewogen, maar als jij geen stijve krijgt gebeurt er niets.’
‘Die stijve krijg ik toch van jou?’
‘O. Waarvan dan?’
‘Overal van. Ook
aangekleed al. Zoals je dan zo lief naar me kijkt. Al jaren. En als je
bloot bent van alles van je. Jij krijgt toch ook zin om met te gaan
vrijen vóór dat je mijn stijve ziet?’
‘Ja, dat is zo. Ik denk
nog wel eens net als vroeger, nog even, dan gaan we weer lekker kussen.
Misschien voel ik zijn stijve tegen mijn buik. Oh, nee, nu helemaal
erin. Hij laat me klaarkomen en komt zelf ook. Spuit zijn sperma in me.
Vier, vijf, zes stralen. Erg, hè?’
‘Nee, ik weet dat je niet wordt zoals die verkering van Mark, die dat alleen maar wilde. Met wie dan ook.’
‘Nee, zo wie zo alleen
met jou. Wij horen bij elkaar. En nu lekker dichtbij elkaar, in bed.
Maar ik ben al heel gelukkig vóór we naar bed gaan. En
dan hoef ik nog geeneens aan bed te denken. Ik heb nog steeds hetzelfde
als vroeger. Thomas. Als ik je zie ben ik al gelukkig.’
‘Ja, liefste, bij mij
is dat ook zo. Het is alleen wat anders geworden dan vroeger. Nu kan
dat méér, waar we toen maar niet te veel aan dachten. Nu
kunnen we bij elkaar zijn zoals we zijn, zonder kleren. Ja, ik heb
zeker te weinig gepraat. Het is zo heerlijk om je overal te bevoelen,
ook omdat ik merk dat je dat prettig vindt.’
‘Ja. Heel prettig.’
‘Laten we onder de dekens in elkaars armen kruipen. Dan ga ik lekker aan je voelen tot we in slaap vallen.’
‘Ja, streel me maar in slaap.’
De volgende morgen werden ze allebei van de wekker wakker. Ze kusten elkaar.
‘Hé, zo vroeg? O. Ja. Heb je zin, Thomas?’
‘Ja, lekkere blote
meid. Ik zat middenin een droom. Alle kamermeisjes en Simone en jij
stonden op een rij in een zwembad. Bloot. Ik mocht overal aankomen. Ik
heb eerst met alle borsten gespeeld, het langst natuurlijk met die van
Simone. Toen aan alle dozen gevoeld, en in alle gleuven gevingerd.
Ondertussen speelden ze met mijn stijve. Toen om de beurt mijn stijve
een paar halen er in en eruit. Ik had net iedereen gehad toen ik voelde
dat ik ging komen. Net vóór ik hem bij jou naar binnen
duwde om te spuiten werd ik wakker.’
‘Vast met een stijve. Ja, behoorlijk. Nou, ga verder waar je gebleven was. Kom maar lekker op me.’
Hij ging op haar liggen en stuurde zijn stijve bij haar naar binnen.
‘Ik was van plan hele langzame en lange slagen te maken.’
‘Alles is goed, lieverd.’
Op het eind moest hij toch sneller.
‘Heerlijk. Zo te voelen
heb ik vannacht wat voorraad aangemaakt. Zeg, merk je er later iets
van, als ik in je gespoten heb?’
‘Soms wordt mijn
broekje vochtig. Nou, dan trek ik even een schone aan. Ik heb er van de
week al bijgekocht. De wasmachine zal blij zijn dat hij minder
handdoeken krijgt. Je sperma wordt niet meer weggegooid. Nou ja,
behalve dat beetje wat in mijn broekje komt. Erg?’
‘Natuurlijk niet.
Schat, ik ben zo blij dat mijn probleempje verholpen is. Net weer. Ik
kom nóg lekkerder klaar sinds ik je onbekommerd de volle laag
kan geven.’
‘Fijn. Heb je echt niet meer kleine probleempjes? Of stiekeme verlangens?’
‘Ik zou het niet weten. Maar ik zal erover nadenken. En jij?’
‘Ik weet het nu ook niet. Ik kan alleen maar denken, gisteren vier keer, geloof ik, nu alweer, wat een man.’
‘Tja, wat een vrouw, die zo graag alle sperma wil hebben die ik maar kan maken.’
‘Ja, als ik er ook maar klaar bij kom.’
‘Alles telt mee. Vanaf dat we elkaar zien tot en met we komen. Ik zou er geen stap van willen missen.’
‘Nee, ik ook niet. Zoals het tevoorschijn komen van je grote paal.’
‘Vóór die
weer activiteiten gaat vertonen moesten we maar op gang komen. En je
kan vanavond wel het eten voorbereiden, maar niet opzetten,
hè?’
‘Nee, ik houd het prakkie tussen mijn benen wel warm voor je.’
‘Hé, niet zo oneerbiedig over mijn liefdesgrotje.’
‘Nou! Waar haal je dat vandaan?’
‘Francis vroeg me van de week wat ik van dat woord vond, ze had het net in een romannetje gelezen.‘
‘Wat zei je toen?’
‘Ik hoop dat jij er
spoedig bezoek krijgt. Ze bloosde. Had ik lekker wraak genomen voor die
keer dat ze haar blote doos zowat tegen mijn neus duwde.’
‘Nee, dat vond je niet erg. Wel dat ze naar je blote pik keek.’
‘Ja, dat klopt. Ik zou
het nu niet meer zo erg vinden. Jij vindt hem zo mooi dat ik hem best
aan andere meiden zou durven laten zien. Zoals misschien aan
Simone.’
‘Als je echt wraak op
Francis wilt nemen, moet je de volgende keer je handdoek zo houden, dat
zij hem wel stijf ziet worden.’
‘Ik wil haar niet te veel plagen, ze is toch lief.’
‘Ja, maar een beetje brutaal, dan mag je wel wat terugdoen.’
‘Nou, misschien een beetje. Ik zie wel.’
‘Goed. Douchen. En blijf van me af, anders komt er van werken niets.’
* * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * *
Het Wellingten Nieuws
Jaargang 1, nummer 4
Verzorgd door Tamara.
Daar ben ik weer. Zoals ik in het vorige krantje aankondigde, ik had even wat anders te doen. (Trouwen.)
Daar zou ik graag over
uitweiden, maar dit krantje wordt door mensen van alle leeftijden
gelezen. Ik zou de jongeren en de ouderen mogelijk schokken. Laat ik
met het nieuws beginnen.
De huurhuizen.
De taxaties gaan door,
inmiddels zijn de eerste rapporten binnen. Meneer moet dus beginnen met
betalen, maar het verheugende nieuws is, dat de huizen nog iets minder
waard blijken te zijn dan gedacht. Dat is niet alleen fijn voor meneer,
maar ook voor de huurders. De huur wordt in ieder geval niet hoger dan
gedacht.
De renovatie van de huurhuizen.
Degenen, waar de taxateurs
geweest zijn, kunnen in de komende tijd de beheerder van de huizen en
mij op bezoek verwachten. (Koffie? Gebak van bekend adres?) Wij komen
in ieder huis kijken wat er aan gedaan moet worden. Zoals bekend wordt
er met renoveren pas begonnen als de nieuwbouw klaar is. Maar we willen
een overzicht krijgen om voor alle huizen gezamenlijk bijvoorbeeld
keukens te kunnen kopen. Hoe meer tegelijk, hoe meer korting, hoe lager
de huur blijft.
De nieuwbouw.
Geen zichtbare veranderingen. We wachten op de tekeningen van het architectenbureau.
Een dringend verzoek. Willen
jullie niet over de strook voor de nieuwbouw lopen of rijden? Er ook
geen zandkastelen bouwen, anders moet alles opnieuw geëgaliseerd
worden als de bouw begin. Dat vertraagt alleen maar. Binnenkort (?)
begint de stad met de aanleg van een voorlopige straat. Zodra die
gereed is waarschuw ik jullie, dan mogen jullie daar over wandelen.
Niet dat er voorlopig veel te zien zal zijn.
Ik verklik nog wat van de plannen. N.B. Ze zijn nog voor wijzigingen vatbaar.
Herhaling, ook om moeilijke
zinnen te leren lezen, er komen in totaal vierenzestig
drieslaapkamerwoningen en tweeëndertig tweeslaapkamerwoningen. De
volgorde in de straat wordt twee twee-onder-één-kap
drieslaapkamerwoningen, dan één
twee-onder-één-kap tweeslaapkamerwoningen, dan weer twee
twee-onder-één-kap drieslaapkamerwoningen, enzovoorts.
Per woning een perceel van tien meter breed en twintig meter diep.
Einde herhaling, begin van meer verklikken.
De breedte van tien meter:
Huis, zeven meter. Vanaf de grens met het volgende perceel komt er
achterin de tuin een garage van twee en een halve meter breed met een
oprit vanaf het trottoir. Het achterste gedeelte van de garage krijgt
een deur aan de kant van de achtertuin, en is bedoeld als schuurtje. De
oprit komt dus niet pal langs de zijkant van het huis, waar ook de
voordeur komt, maar tien min zeven min twee en een half is een halve
meter er vanaf. De oprit wordt geen twee en een halve meter brede
betonvlakte, maar zal bestaan uit twee betonsporen. Wordt er over
één en ander nagedacht of niet?
De diepte van twintig meter:
Drieslaapkamerwoning: Twee en een halve meter voortuin, negen meter woning, acht en een halve meter achtertuin.
Tweeslaapkamerwoning: Drie meter voortuin, acht meter woning, negen meter achtertuin.
De tweeslaapkamerwoningen
komen vanaf het trottoir dus een halve meter naar achteren te staan, om
de straat niet te eentonig te maken.
Nog meer verklikken? Nee, genoeg deze keer. Als het uitkomt de volgende keer over de binnenkant van de woningen.
Overige onderwerpen.
Willen jullie, als jullie een
klacht hebben, even bedenken of de oplossing kan wachten? Totdat de
beheerder en ik langskomen? Of tot de renovatie? Ik weet, dat duurt nog
even, maar dan voorkomen we dubbel werk. Jullie weten, ik kom bij
klachten meestal even kijken, de keren dat ik voor niets kom zijn zonde
van jullie en mijn tijd.
Ik zal de klachtenprocedure
duidelijk maken. Bel me, als er iets is. Als ik niet opneem staat het
antwoordapparaat aan. Als ik niet opneem en er is haast bij, bel me dan
op mijn mobieltje. Is er nog meer haast bij, zoals bij een gesprongen
waterleiding, laat dan zelf de reparateur komen. Die heeft een contract
met ons en wordt door ons betaald. Maar als er geen haast bij blijkt te
zijn berekent hij jullie voorrijdkosten.
Ik hoop dat het niet voor zal
komen, maar als jullie niet tevreden zijn met iets wat ik doe, hebben
jullie het recht om meneer Wellingten rechtstreeks te benaderen.
Dat was het weer, voor deze keer.
Tamara
Telefoon thuis [om privacyredenen door de schrijver weggelaten]
Mobiele telefoon [om privacyredenen door de schrijver weggelaten]
Bankrekeningnummer voor de huur [om privacyredenen door de schrijver weggelaten]
* * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * *
Week 17
Tamara vond even na tienen alleen Mark in zijn kantoor.
‘Hoi. Alweer?’
‘Kom ik te vaak, meneer?’
‘Nee, het was een grapje.‘
‘Ik heb wat zakelijks, maar ik wilde ook een praatje met Simone maken. Is ze er niet?’
‘Ja, hiernaast, in de woonkamer. Haal haar maar even.’
Tamara klopte op de tussendeur en deed hem open.
‘Simone, heb je even?’
‘Ja, ik kom.’
Simone kwam even later het kantoor binnen.
‘Laten we gaan zitten. Zeg het eens.’
‘Eerst over bij die
pachter, meneer. Die ene, waar we op bezoek zijn geweest. Ik heb me
eruit kunnen kletsen, maar ik wist iets niet. De grens tussen wat een
pachter, of een huurder, aan het onderhoud van de boerderij of huurhuis
moet doen en wat voor rekening van de eigenaar is. Bij de huurders
dacht ik dat ik dat wist en heb hier en daar wat laten repareren. Maar
bij die pachter had ik geen idee, toen hij met klachten kwam. Ik heb
hem gezegd eerst in zijn pachtcontract te kijken en dan mij te melden
wat er door de eigenaar gedaan moet worden.’
‘Ja, mooi eruit gekletst.’
‘Voor de nieuwbouw moeten er nieuwe huurcontracten komen, had u dat al bedacht?’
‘Ja, maar de andere
moeten ook bekeken worden. Die van de pachters zullen niet slecht zijn,
maar van de huurhuizen vast wel.’
‘Ik ben zo vrij geweest
om de beheerder van de huurhuizen al aan het werk te zetten om nieuwe
contracten op te stellen, met als bijlage wie wat moet onderhouden. Dat
moet precies op papier staan, ik houd niet van gezeur over
twijfelgevallen. De beheerder moet contact opnemen met landelijke
verenigingen van huurders, om te kijken of die voorbeeldcontracten
hebben. En hij moet de wettelijke eisen opzoeken. Die zullen
minimaal zijn, die voorbeeldcontracten zijn waarschijnlijk beter. Als
de beheerder klaar is wil ik alles nalopen. Misschien nog een gebakje
er tegenaangooien. Dan kom ik er mee bij u. Daarna de pachtcontracten.
Die voor de huizen kunnen bij de nieuwbouw gelijk ingaan, de andere
tussendoor.’
‘Geweldig, Tamara. Je begint het al wat groter te zien en verder vooruit te denken.’
‘Dank u.’
‘Ja, ja. Je mag best
weten dat ik erg tevreden over je ben. Er schiet me iets te binnen. Ik
heb een probleempje voor je. Ik ben benieuwd of je het op kan lossen.
Er is één pachter die geen pachtcontract heeft. Dat
hoorde ik van mijn vader. Toen die erachter kwam heeft hij dat
natuurlijk proberen in orde te maken. Maar die pachter weigerde iets te
tekenen. Dat hadden zijn vader en grootvader enzovoorts ook nooit
gedaan. Ik heb navraag gedaan bij de beheerder van de landerijen. Ja,
het was een apart figuur, maar niets op aan te merken. Hij betaalde de
pacht altijd iets vóór de verplichte datum en had alles
keurig voor elkaar. Hij kon als voorbeeld voor andere pachters dienen.
Probeer jij hem eens zo’n nieuw pachtcontract te laten
tekenen.’
‘Ik zal me erop
voorbereiden. Goed. Over de renovaties. De beheerder en ik hebben drie
getaxeerde huizen bekeken, niet in detail, alleen om een indruk te
krijgen hoe we het aan moeten pakken. Het viel ons tegen, die huizen
leken niet erg op elkaar. Onmogelijk om daar een zelfde keuken in te
zetten, om maar wat te noemen. We hebben een lijst opgezet van de maten
die we weten willen. Niet van de woonkamers en slaapkamers, dat is niet
interessant, die moeten alleen geschilderd en behangen worden. Dat is
normaal voor rekening van de bewoners, maar sinds de oorspronkelijke
oplevering van de huizen hebben die maar wat aangemodderd. Alle verf en
behang moet eraf en vakkundig nieuw erop. Kan dat, meneer? Valt dat
onder een renovatie?’
‘Bij ons wel. Het kan, Tamara, omdat we het in het groot doen.’
‘Fijn, dank u. We
willen de maten van de keukens, badkamers, toiletten en vensters. Als
het mogelijk is een plaats voor een centrale verwarmingsketel en
plekken voor radiatoren. Ze hebben nu losse kachels en een
doorstroomboilertje voor de douche.’
‘Wat is er met de vensters?’
‘Daar moet natuurlijk dubbel glas in.’
‘Dat hebben we hier geeneens.’
‘Dan heeft u ook nog wat te doen. Ze zijn rendabel, minder stookkosten.’
‘Bedankt, ik bekijk het. Het is een hoop werk, zo vijfhonderd huizen bekijken.’
‘Ik zeg natuurlijk
weer, dat valt mee. Ik doe het op de dorpsmanier, met hulp van
schoolkinderen. We nemen er twee mee om de metingen te doen, we gaan
zelf niet moeizaam over de grond kruipen of op een trapje staan om te
meten hoe hoog de vensters zijn. We noteren de maten en zetten op de
tekening kruisjes voor de plaatsen voor de ketel en de
radiatoren.’
‘Welke tekening?’
‘Goed opgemerkt,
meneer. Tip van de notaris aan Ian. In het stadsarchief liggen de
originele bouwtekeningen van alle huizen. Die hebben ze gekopieerd, in
drievoud. Één voor de beheerder, één voor
mij en ik bewaar er één om meer kopieën te kunnen
maken, als ze nodig zijn, zonder weer naar de stad te moeten en te
moeten betalen, want dat houdt daar ook een keer op om onbetaald wat
voor ons te doen.’
‘Wat een samenwerking overal. De notaris ook al.’
‘Ja, het is verbazend
wat er allemaal los komt. Aan het eind gaan we kijken wat voor keukens
en badkamers en zo we kunnen bestellen. Dan gaan we precies per huis
bekijken wat er moet gebeuren. We hopen daarmee een eind op weg te zijn
vóór de bouw afgelopen is, zodat er doorgewerkt kan
worden.’
‘Geweldig. Je houdt het tempo er goed in.’
‘Tja, ik ga niet stilzitten. Simone, ik wilde graag nog even verder praten.’
‘Niet zakelijk, hè?’
‘Nee, wat er gebeurd is na ons praatje laatst.’
‘Kom maar mee naar de woonkamer. Jij ook, Mark.’
Ze gingen in de woonkamer in het zitje zitten.
‘Simone, ik weet niet of Mark hier bij wil of moet zijn.’
‘Hij moet erbij zijn.
Nadat we thuisgekomen waren heb ik, in de pauzes, met Mark gepraat.
Over jullie. Omdat ik jou een paar dingen verteld had, maar dat wij,
meiden, nooit precies weten wat kerels denken. En andersom, natuurlijk.
Daarom heb ik, ook voor onze dochter en schoondochter, vaak advies over
jongens aan Mark gevraagd. En steeds heel fijn advies gekregen. Hij
heeft ook het voordeel, nou ja, dat hij nogal wat met meiden meegemaakt
heeft, dat helpt ook. Goed?’
‘Ja, natuurlijk. Ik mag
jullie allebei erg graag. Niet alleen, maar ook omdat jullie ons direct
begrepen en geholpen hebben. Daarom wilde ik laatst ook met je praten,
voor advies. En als Mark me wat meer over mannen kan vertellen, prima.
Thomas en ik kennen elkaar al ons hele leven, maar soms snap ik hem nog
niet. En als ik het vraag komt hij er soms niet uit. Of durft er niet
uit te komen. Ons praatje heeft al veel geholpen. Maar jij eerst,
alsjeblieft.’
‘Goed. Je bent thuis
waarschijnlijk al vroeg begonnen veel met mensen te praten, in de
winkel en in de lunchroom. Daar heb je nu gemak van. Thomas heeft het
vast nogal moeilijk. Hij weet theoretisch wat een butler moet doen,
maar hij moet wennen om met mensen om te gaan. Hij lijkt zo stoer, maar
we weten van jullie verhalen hoe zachtaardig hij is. Hij doet het heel
goed, maar het zal hem een hoop energie kosten om de hele dag mensen te
dirigeren. Hij kan niet lief vragen, dan zouden ze gauw over hem heen
lopen. Als hij thuis komt, bij jou, moet hij helemaal omschakelen. Hij
wil je beslist niet als personeel behandelen, maar, net zoals vroeger,
zijn meisje, wat op gelijke voet met hem staat. Jullie hebben allebei
een vakopleiding, en nu een gelijkwaardige baan. Daarom blijft hij vast
voorzichtig. Afgezien natuurlijk dat hij ontzettend veel van je houdt.
Hij zou je geeneens kwaad kunnen doen.’
‘Nee. Dank je wel. Hij praat over zijn werk, maar ik heb nooit gemerkt dat hij het nogal belastend vindt.’
‘Natuurlijk niet. Daar
valt hij jou niet mee lastig. Aangeboren foutje, volgens Mark. Als ze
er over zouden praten zouden we ze beter begrijpen.’
‘Ja. Ik ben een beetje
minder eh schuchter gaan praten. Ik heb hem ook uitgelegd waarom. Dat
we van elkaar moesten weten wat we lekker vonden, en daarom alles bij
de naam moesten noemen. Hij schrok, maar hij snapte het. Het gaat hem
nu ook aardig af.’
‘Fijn.’
‘Omdat we zo onverwacht
snel konden trouwen hebben we niet veel geëxperimenteerd in de
suite. Ik heb sinds ons praatje wat ingehaald. Laten we zeggen, een
mond vol. Je had helemaal gelijk, Simone. Hij had eh een soort
smetvrees. Nu durft hij me, zoals hij het zelf zegt, onbekommerd de
volle laag te geven.’
Simone grinnikte.
‘Kan je het volgen, Mark?’
‘Ik zit met bewondering te luisteren. Wat een mooie stijl, Tamara.’
‘In die stijl praatten
Thomas en ik, maar daar kwamen we niet verder mee, Mark. Toen ik hem in
mijn mond had laten spuiten durfde hij te zeggen dat hij het niet
netjes gevonden had om bij een meisje iets achter te laten wat ze niet
op kon ruimen. Maar omdat ik het doorslikte snapte hij dat ik het heel
graag wilde hebben.’
‘Dan had ik het goed begrepen. En je mag mij ook tutoyeren, hoor, als het niet over je werk gaat.’
‘O. Dank je wel. Dat
had je vlot in de gaten. Zou je alsjeblieft ook iets met Thomas kunnen
regelen? Ik heb hem al voorbereid, maar hij kan er zelf natuurlijk niet
over beginnen.’
‘Dat klopt. Ik zal hem
ook zeggen dat hij een eind aan dat gemijnheer door het personeel moet
maken. Ik ben voorzichtig begonnen, Tamara, maar met jullie durf ik
tutoyeren wel aan. Ook dat jullie gezellig met ons komen zwemmen.’
‘Fijn.’
‘Ik ben meer dan
tevreden met Simone, maar ik heb het altijd fijn gevonden om naar blote
meiden te kijken. Eerst een vriendin van Simone, later onze dochter en
schoondochter. Daarna een eh vroegere vriendin van me.’
‘Renee.’
‘O. Wat heb je verteld, Simone?’
‘Veel. Vroeg en vaak. En nog vaak, met mij.’
‘Tja. Nou, dat mag je best weten, Tamara. In ruil daarvoor ga ik van jouw blote lijf genieten.’
‘Prima. Ik heb het al
tegen Simone gezegd, ik vind de hele stijve van Thomas interessanter
dan de hooguit half stijve van jou.’
‘En terecht.’
‘Thomas wil ook graag,
maar hij verwacht problemen. Simone, hij denkt hij dat hij een grote
stijve houdt, als hij met je gespeeld heeft, zelfs als hij voor die
tijd eh thuis leeggespoten is. De arme jongen is niets gewend. Net een
beetje aan mij.’
‘Tamara, ik heb gezegd,
een beetje erectie mag wel, maar niet omhoog. Dat hielden we thuis aan,
om het voor de kinderen niet te moeilijk te laten worden. Maar Thomas
mag rustig met een complete stijve zitten of rondlopen, zolang we met
z’n vieren zijn. Daar kunnen we wel tegen. En hij went vanzelf.
Waar heeft hij het het moeilijkst mee?’
‘Met je grote borsten
natuurlijk. En hij is bang dat hij klaarkomt als je aan hem gaat
voelen. Maar als hij eh leeg is valt het misschien mee.’
‘We wachten wel af. Zo’n ramp zou het ook niet zijn.’
‘Thomas en ik hebben
nooit over seks gepraat, ook om het niet te moeilijk te laten worden.
Ik weet er nog steeds niet zo veel van, ik heb geen
vergelijkingsmateriaal. Thomas natuurlijk ook niet. Ik had verwacht dat
mannen het een paar keer per dag konden. Ik heb nu heel wat opgestoken.
Tja, ook over jou, Mark. Drie, vier keer op een avond, toen je pas
zestien was. Ik begrijp hoe dat gekomen is, maak je maar geen zorgen.
Maar ik begrijp het van Thomas niet. Hij zegt, dat hij vanaf ongeveer
z’n twaalfde één of twee natte dromen in de week
had. Bij onze experimenten zijn we bij hem niet verder gekomen dan
één, hooguit twee keer op een dag. En geeneens iedere
dag. In onze huwelijksnacht twee keer. Heel fijn. Maar de dagen erna
vier of vijf keer, soms zes keer. Daarna is het wat afgezakt, toen we
halve dagen gingen werken. Behalve in het weekend. Of zoals vanaf dat
ik gisteren thuis kwam tot vanmorgen, weer een keer of vijf. Ik vind
het geweldig, maar ik snap het niet. Van mij mag het zo blijven, maar
ik geloof het niet.’
‘Tamara, er is weinig
over te zeggen. Ik denk, dat wat ze kunnen, ze niet verleren. Mark deed
het op z’n zestiende drie, vier keer op een avond met Renee, toen
een paar jaar amper niets, toen ruim vijf jaar één,
hooguit twee keer per dag met zijn eerste echtgenote, toen vijf jaar
niets. Toen drie, vier keer op een dag met mij. Niet om de dag, zoals
met Renee, iedere dag. Wat ik zei, nog. Volgens mij heb je met Thomas
geluk. Tenminste, als je ook zo vaak wilt. Hoe hij zo snel op gang
gekomen is snap ik ook niet. Maar ik zou er geen seconde meer over
nadenken.’
‘Nee. Nou, ik wacht wel af.’
‘Voor de zekerheid zou ik hem wel in training houden.’
Ze giechelden.
‘Is alles verder goed verlopen?’
‘Ja, veel gepraat, heel vrij gepraat. En veel gevrijd.’
‘Ik mis nog wat. Jij had een mondvol, en andersom?’
‘O. Ja. Na mijn mondvol
had hij weinig aanmoediging nodig. Wat een jong, alsof hij het al vaker
gedaan had. Voor jou, Mark, Thomas heeft eh aan mijn tweede set lippen
gelikt. En méér. Hij bleek te weten wat er bovenin zat.
En hij wist heel gauw wat hij er mee kon doen. En ik wist al heel gauw
niet wat me overkwam. Nou ja, hij likte me klaar.’
‘Mooi. Als ik niet te brutaal ben, kom je vaak?’
‘Iedere keer als ik
merk dat hij begint te komen begin ik ook te komen. Hij geniet er zo
van, ik geniet mee. Ik heb gezegd, Simone, we zijn geen tweeling, we
maken elkaars zinnen niet af, of zo. Maar als ik merk dat hij komt, aan
zijn hijgen en kreunen en stoten, en dat ik hem dan meestal dikker voel
worden, en weet dat hij dan gaat spuiten, dan kom ik ook. Of net iets
eerder of net iets later, maar minstens de helft van zijn en mijn
krampen tegelijk. Sorry.’
‘Fijn, Tamara. Nu
kunnen we met jullie gelukkig zijn. Jullie zijn gelukkig in je werk en
in de liefde. Dat Thomas vaak kan, kan je gebruiken om je achterstand
in te halen. Ik vind alles méér dan twee of drie keer op
een dag inhalen. Mark hoeft niets in te halen, maar ik wel, zo vroeg
ben ik ook niet getrouwd. Je zei, in onze huwelijksnacht twee keer. Wij
een keer of vier, maar misschien zijn we vroeger naar bed gegaan. Vond
je twee keer genoeg?’
‘Ja, omdat we ook veel gepraat hebben. Na de eerste keer over eh mijn ontmaagding. En die van hem.’
‘Wij toen alleen over de mijne, natuurlijk. Mooi, hè?’
‘Ja, Thomas was zo
lief. En zo goed, terwijl het ook zijn eerste keer was. De tweede keer
was ook mooi. Hij had niet zo’n haast meer, natuurlijk. En we
waren niet gespannen meer. En zoals gisteren heeft die arme Thomas nog
nooit genoten, afgezien van mijn ontmaagding, hij was bekaf. Eindelijk
durft hij me onbekommerd de volle laag te geven, iedere keer. Nou ja,
weer veel van zijn grote productie. Nou, ik zal ook maar eens wat aan
mijn werk gaan doen.’
‘Mark, zullen we vanavond gaan zwemmen?’
‘Met z’n vieren?
Prima, Simone. Tamara, wij hebben er al in gezwommen, maar gewacht om
jullie te vragen. We vermoedden wat er zou kunnen gebeuren. Goed dat we
erover gepraat hebben. Maar we willen niet eeuwig blijven wachten of
Thomas zijn erectie onder controle kan krijgen. Dan maar niet, daar
zitten we niet mee.’
‘Graag.’
‘Iets niet vergeten, Tamara.’
‘Nee, dat weet ik nog.’
‘Komen jullie maar naar
onze slaapkamer, om je daar om te kleden in badjas. Als we er niet
zijn, en ook niet in de woonkamer, zijn we al in het zwembad.’
‘Prima.’
Ze vonden ’s avonds Mark en Simone, in badjas, op stretchers naast het zwembad.
‘Pak wat te drinken van het barretje en kom bij ons zitten.’
‘Wat een luxe, Mark.’
‘Ach, Tamara, alles gaat lang mee. En het helpt ons te ontspannen om overdag beter te kunnen werken.’
‘Ja, je hebt altijd goede redenen om te investeren.’
‘We krijgen geen salaris, we moeten het doen met dit soort dingen in natura.’
‘Ik zou bijna medelijden met je krijgen.’
‘Dat hoeft niet. Ik denk dat ik vanavond veel ga genieten. Ook van jou in natura.’
‘Waarom hebben jullie dan badjassen aan?’
‘Om voorzichtig te beginnen.’
‘Ik heb er over
nagedacht. Ik snap waarom jullie met nieuwe bezoekers altijd eerst even
spelen. Alleen niet waarom dat in het water moet.’
‘O. Weet jij dat, Simone?’
‘Ja, omdat in het water
alles gladder is. Je kan net zo goed voelen als op het droge, maar het
is niet zo opwindend.’
‘Mark mag best op het
droge aan me komen, wij winden elkaar vast niet op. Thomas, zullen Mark
en ik even spelen? Als je kijkt kunnen jij en Simone het daarna
doen.’
‘Ik mag het wel even afwachten, hè?’
‘Ja, natuurlijk.’
Tamara ging bij Mark op schoot zitten.
‘Als ik op je pikkie zit moet je hem even opzij doen, hij is nog niet aan de beurt.’
‘Nee, hij zit goed.’
‘Nou, jij was zo goed in snel uitkleden, heb ik begrepen. Maar het mag ook langzaam.’
‘Dan langzaam, we hebben toch geen haast?’
‘Nee, helemaal niet.’
Mark deed de bovenkant van de badjas van Tamara opzij.
‘Mooie borstjes. Sorry, borsten.’
‘Nee hoor, zeg maar borstjes. Ik weet ongeveer wat je gewend bent.’
Hij pakte een borst en bevoelde hem.
‘Jij snapte iets van
Thomas niet, de plotselinge verhoging van zijn productie, ik snap iets
van Simone niet. Haar borsten zijn nog steeds zo stevig, net als de
jouwe. Ze hangen amper.’
‘Je masseert ze vast iedere dag, dat kan helpen. Onthoud je het, Thomas?’
‘Graag.’
Mark voelde aan haar andere borst.
‘Lekker. Maar je snapt wel, dat ik liever met die van Simone speel. Mag ik naar je doos kijken?’
Tamara deed haar badjas helemaal open.
‘Ja, want ik wil zo
meteen graag naar jouw pikkie kijken. Je snapt wel, een beetje
vergelijken met die van Thomas. Maar hoe het ook uitvalt, ik ben erg
tevreden met die van hem.’
Hij streelde haar tussen haar benen.
‘Nou, hij mag ook best
tevreden zijn met jouw doos. Schattig, een beetje mollig. Je hebt leuk
dun haar, je gleuf is goed te zien. Mooi. Zo, je lipjes zijn een beetje
dik, pas gevreeën?’
‘Ja. Voorzichtig, hoor,
als je er even aan wilt voelen, ze zijn nog een beetje gevoelig. Thomas
was een beetje wild. Hij dacht vast vooruit.’
‘Ja, dat snap ik. Zo
meteen hoeft hij niet meer te denken. Kan je je benen even nog wat
verder uit elkaar doen? Voor een volledig aanzicht? Oh, ho maar. Nou,
je zit er ook niet mee.’
‘Nee, ik ben er trots op, vooral omdat Thomas er zo van geniet.’
‘Dat kan ik me voorstellen. Dank je wel.’
‘Méér niet?’
‘Nee, ik ga toch niet
uitgebreid aan je gleuf voelen of je vingeren? Ik heb je doos even in
mijn hand gehad en even over je gleuf gestreeld, dat is genoeg. Ik
blijf nu niet zitten met de vraag of jij anders aan zou voelen dan
Simone. En ik vind het erg fijn te weten dat de borsten van Simone net
zo stevig zijn als van een jonge meid.’
‘Zo jong ben ik nu ook weer niet.’
‘Je bent net zo oud als onze kinderen, in de bloei van je leven. Ik hoop dat die net zo lang duurt als bij Simone.’
‘Dank je wel.’
Tamara ging een stukje van Mark afzitten.
‘Wat kan ik bij je verwachten?’
‘Hij is nét stijf. Maar hij zal vast niet omhoog staan.’
Ze deed zijn badjas open.
‘Zo. Eigenlijk zou ik
beledigd moeten zijn. Aan mijn gleuf voelen en amper een stijve
krijgen. Die van Simone moet toch wat bijzonders hebben. Nou, dat zie
ik straks vast wel. Eerst even je ballen voelen. Hé, ik denk
iets kleiner dan die van Thomas. Zou dat het verschil in productie
verklaren?’
Ze grinnikten allemaal.
‘Misschien wel.’
‘Nu je paaltje. Oh, het wordt wat meer. Hè, hè, bereik ik toch wat. Hoe groot mag hij worden?’
‘Ik denk dat je op de helft wel een aardige indruk kan krijgen.’
‘Dan voel ik even
verder, want zo is het geen stijve. Ik vind het altijd een schitterend
gezicht als het pikkie van Thomas steeds groter wordt. Nou, Mark, zo is
hij lekker stijf. Ik voel geen verschil. Dank je wel. Goed zo?’
‘Ja, fijn, Tamara.’
‘Ik pak nog wat drinken. Alles goed, Thomas?’
‘Ja. Een leuke kennismaking.’
‘Durf je nu ook?’
‘Ik heb zo’n ontzettende stijve, van denken aan wat er bij Simone boven onder haar badjas zit.’
‘Nou, als het toch niet méér kan worden kan je daar rustig naar kijken.’
‘Goed. Mag ik bij je komen zitten, Simone?’
‘Ja, natuurlijk. Je hoeft die twee niet precies na te doen, hoor.’
‘Het leek me wel een
aardige volgorde. Alleen, ik schrik me waarschijnlijk wezenloos, ik kan
je vast niet gelijk aanraken.’
‘Dat hoeft ook niet, kijk eerst maar rustig. Doe maar met mijn badjas wat je zelf wilt.’
‘Ik mag er wel eerst overheen voelen, hè?’
Hij voelde met één hand aan haar borsten.
‘Ik ben blij dat Tamara en ik gevreeën hebben, voordat we hierheen kwamen. Ik was anders vast al klaargekomen.’
‘Zonder ze te zien?’
‘Als je gewoon
aangekleed rondloopt heb ik geen problemen, al gaan mijn ogen
natuurlijk altijd naar je half blote borsten. Ik zie nu niets, maar ik
voel ze goed. Oh, wat groot. En ze geven zo lekker mee.’
‘Zou je willen dat Tamara ook zulke grote had?’
‘Nee, sorry. Ik vind
het heerlijk dat die van haar zo precies in mijn handen passen. Dat red
ik bij jou vast met twee handen nog niet. Nou, ik moest maar eens gaan
kijken.’
Hij deed voorzichtig de bovenkant van haar badjas opzij.
‘Oei.’
‘Oei, oei?’
‘Ja, twee dezelfde. Wat
groot, Simone, nog net geen uiers. Ze hangen inderdaad amper. Ik hoop
niet dat je het erg vindt, ik ben zo stijf, ik kan niet garanderen dat
ik niet klaar kom.’
‘Tamara, als hij het niet redt, maar op tijd waarschuwt, kan jij het dan opvangen?’
‘Ja, prima. Maar als het te vlug komt is het niet zo erg, hoor, zo veel zal het niet zijn. Gaat het, Thomas?’
‘Nét. Ik hoop dat je het niet erg vindt dat ik hier zo’n stijve van krijg.’
‘Lieverd, je hebt amper
naar andere meiden gekeken, en nooit een blote aangeraakt voor we in de
suite begonnen. Denk nu niet aan mij, maar aan een beetje je schade
inhalen.’
‘Hé, ik heb helemaal geen schade ondervonden door alleen met jou om te gaan.’
‘Sorry, Thomas. Dan kan ik alleen maar zeggen, leef je nu een keer lekker uit.’
‘Ik probeer het.’
Hij streelde voorzichtig over een borst.
‘Ook heerlijk zacht en
warm. Je hebt nogal grote tepels. Eigenlijk ook weer niet, ze zijn in
verhouding met de grootte van je borsten. Zijn ze bij jou ook zo
gevoelig?’
‘Als er lekker mee omgegaan wordt krijg ik kriebels in mijn gleuf.’
‘O. Ja. Dan zal ik er niet te veel aankomen.’
Hij speelde even met haar tepels, pakte toen een borst met twee handen vast en tilde hem een beetje op.
‘Wat een gewicht. Maar daar ben je natuurlijk aan gewend.’
‘Hoor je dat, Mark? De eerste die niet vraagt of ik daardoor niet moeilijk loop of zo.’
‘Ja, het zijn twee slimme lieverds.’
Thomas pakte haar beide borsten vast.
‘Ik vind het leuk, als
Tamara met haar rug naar me toe ligt, om met mijn stijve in haar
bilspleet op en neer te gaan. Mark is vast al eens tussen je borsten
klaargekomen.’
‘Voor een amateur heb
je een aardige fantasie. Ja, dat is af en toe wel lekker. Ik kan dan
kiezen of ik mijn mond open of dicht houd.’
‘O. Ik weet niet of
Tamara het al verteld heeft, wij zijn pas met zoiets begonnen. Ik heb
altijd gedacht dat sperma maar op één plek bezorgd moest
worden. Of, als dat nog niet kon, op een andere manier opgevangen moest
worden. Het zat me in het begin niet helemaal lekker dat ik dat rare
spul zo diep in haar achterliet. Pas toen ze het een keer eh
doorgeslikt had was ik er overheen. Ik had nooit gedacht dat een meisje
dat zou doen.’
‘Je had er ook nooit over gedacht om een meisje tussen haar benen te likken.’
‘Nee, maar het is ook erg fijn.’
‘Ik hoorde dat je de weg daar wist, ondeugd.’
‘Ja, daar had ik ooit iets over gelezen. Raar, dat ze daar zo makkelijk van klaar komt.’
‘O ja? Jij komt al bijna als je nog niets ziet.’
‘Dat is ook weer waar.
Oh, sorry, ik blijf maar doorgaan. Tja, bij Tamara is dat ook zo
lekker. Dank je wel, Simone. Ik drink even wat, korte pauze.’
‘Dan drink ik ook even wat. En dan kunnen mijn borsten even afkoelen. Wat een masseur, Tamara.’
‘Hij komt langzaam op gang, maar hij leert ontzettend snel.’
‘Ja, hij had gauw door wat hij met die grote van me kon doen. Nou, kom op, Thomas, verder.’
‘Je doos?’
‘Daar zal je vast niet zo van schrikken, zo veel schelen meisjes niet.’
Hij deed langzaam haar badjas helemaal open.
‘Wat een hoop haar.’
‘Vroeger hield ik het kort, maar Mark zoekt graag in het bos.’
‘Zou je eh je benen uit elkaar willen doen? O. Ja, wat een bos. Daardoor zie ik nog steeds eh je gleuf amper.’
‘Ga maar op zoek.’
‘Mag ik je vastpakken?’
‘Thomas, daarna weet je
hoe een ander meisje aanvoelt en hoef je je dat nooit meer af te
vragen. Net zo min als ik zit te springen om aan jou te zitten.’
‘Goed. Dan ga ik maar een boswandeling maken.’
Thomas nam haar doos in een hand en bevoelde die.
‘Tamara is daar ook zo
lekker mollig. En, wat Mark ook zei, haar lipjes steken wat extra naar
voren als we veel gevreeën hebben. Zo’n mooi gezicht. Net of
ze zeggen, kom erin. Ik moet bij jou op zoek. O.’
‘Doe mijn haren maar wat opzij, als je niet alleen wilt voelen maar ook kijken.’
‘Ja, natuurlijk. Mooi, Simone, maar eigenlijk hetzelfde als Tamara.’
‘Wat is er mooi?’
‘O ja. Je gleuf. Wat ik
ook zo mooi vind, als ik bij Tamara naar binnen ga, eh ik mijn stijve
naar binnen duw, dat haar gleuf rond wordt en zo lekker om mijn stijve
past.’
Hij streelde haar ook een beetje in haar gleuf.
‘Heerlijk warm. Ik kan
beter stoppen. Dank je wel. Je bent heel mooi en lekker. Ik snap dat
Mark je ooit goedgekeurd heeft om in zijn huis rond te lopen en nu nog
dagelijks van je geniet.’
‘Ja, en andersom. En het liefst helemaal bloot.’
Ze deed haar badjas dicht.
‘Al zit ik er niet om
te springen om aan je te zitten, ik zal het toch even doen. Dan weet je
ook hoe dat voelt. Ik heb mijn badjas maar dichtgedaan, anders wordt
het misschien te veel voor je.’
‘Toch even wachten, alsjeblieft. Hij is zo stijf.’
‘Jongetje, dat is toch
normaal? Zeg, Mark, Tamara, mag ik hem verwennen? Hij is
vóór zijn trouwen zo veel tekort gekomen, lichamelijk. Ik
snap jullie wel, hoor, maar de meeste jongens hebben het
één en ander meegemaakt.’
‘Je hebt met al ons bezoek gespeeld, maar die hadden allemaal nogal wat ervaring. Verwen hem maar.’
‘Tamara?’
‘Ik ben er trots op dat
hij zo’n mooie man is. Als hij ook graag wil, al weet hij niet
wat hem te wachten staat, mag je bijna alles met hem en voor hem
doen.’
‘Ja, natuurlijk bijna. Thomas, kom eens als een baby’tje op mijn schoot liggen.’
Hij ging voorzichtig op haar schoot liggen.
‘Je zal het je vast niet herinneren dat je zo bij je moeder op schoot lag. Heb je borstvoeding gekregen?’
‘Ik denk het wel.’
‘Doe eens alsof.’
‘Dan moet ik je borst in mijn mond nemen.’
‘Ja, natuurlijk. Je hoeft niet alleen te zuigen, hoor, dat zal je bij Tamara ook niet doen.’
‘Mag het, Tamara?’
‘Ja hoor, laat je maar verwennen.’
Thomas deed haar badjas boven open en nam een borst in zijn mond.
‘Goed zo, lik maar
lekker. Je mag alleen stoppen als je wilt kijken wat er beneden aan de
hand is. Ik ga je badjas opendoen om je pikkie te bekijken en te
pakken. Schok niet zo, ik doe nog niets.’
‘Hij schrikt van mij ook nog steeds, als ik hem onverwachts pak.’
‘Dat kan ik me
voorstellen, zo veel jaar niets en dan ineens zo vaak willen. Oh,
Thomas, ik had iets van een grote jongen verwacht, maar je bent een
echte man. Wat een paal. Net zo groot als de jouwe, Mark?’
‘Ja, dat zal niet veel schelen. Gefeliciteerd, Tamara. Hé, traantjes?’
‘Ja. Ik vond hem heel
groot, maar ik wist toch niet wat normaal was? Ik ben zo blij dat
jullie hem ook groot vinden.’
‘Hij is niet zo dik als
die van Mark, wel net zo lang. Ik zal je wat vertellen, terwijl die
paal van je man zo mooi omhoog staat. Doordrinken, baby. Ja, lekker. Ik
heb verteld over Renee, hè? Die heeft heel veel pikken gezien.
Maar ze zei dat Mark de grootste had. Alleen haar echtgenoot had een
nog iets langere. Jullie mogen dus best trots zijn op deze mooie.’
‘Dank je wel. Jij bent vast ook trots, hè, Thomas?’
‘Mmmm. Een beetje wel. Maar het fijnste vind ik dat ik jou daarmee kan laten komen.’
‘Ja, daar is hij dik
genoeg voor. Niet schrikken, Thomas, ik ga nu je ballen pakken. Oh, ja
joh, duidelijk grotere dan die van Mark. Ik weet niet wat het te maken
heeft met hoe vaak je een stijve kan krijgen, maar er kunnen vast meer
zaadjes gemaakt worden.’
‘Hij zegt, dat hij bij de vijfde of zesde keer nog steeds wat voelt komen.’
‘Nou, dan ben jij leeg, hè, Mark?’
‘Ja, allang.’
‘Lekker. Thomas?’
‘Ja. Als ik geen stijve heb houdt Tamara me daar ook vaak vast. Dan krijg ik heerlijk warme ballen.’
‘Ik ga nu omhoog. Zo, die is niet stijf, zeg, die is hartstikke stijf.’
‘Ja, ook door die grote blote borst met die mooie tepel vlak voor mijn neus.’
‘Heb je al genoeg
gedronken, baby’tje? Goed zo, zuig maar zachtjes. Zeg, ga eens
onder mijn badjas. Ik ga jou strelen, dan kan jij mijn poesje strelen.
Of wat je wilt, doe maar lekker ondeugend, niemand die ziet wat er
onder mijn badjas gebeurt. Ja, lekker, Thomas. Nou, ik zeg het eerlijk.
Mark, Tamara, Thomas heeft weinig ervaring. Maar ik ook niet veel,
buiten jou, Mark. Mag Thomas, als hij wil, me vingeren?’
‘Daar heb ik nooit aan gedacht. Haal de achterstand ook maar wat in.’
‘Thomas, doe maar wat je wilt. Misschien leer je nog iets waar we allebei wat aan hebben.’
‘Dat kan ik me niet voorstellen. En ik durf niet.’
‘Dat doe je toch bij Tamara ook?’
‘Niet zo vaak meer.’
‘Nee, natuurlijk niet.
Maar je bent het vast niet verleerd. Streel maar zachtjes nét
iets in mijn gleuf. Ja, lekker. Nu ietsje verder erin. Lekker warm,
hè? Nog ietsje? Goed zo. Nou, bangerik, nu helemaal. Ja, lekker,
zo moet dat, je hand kan nu mijn poesje masseren en je vinger kan me
een beetje strelen. Fijn?’
‘Het op één na fijnste wat er is.’
‘En als ik nu je stijve streel?’
‘Ook zoiets. Hé, voorzichtig.’
‘Sorry. En als je nu ook nog zoveel mogelijk borst van me in je mond neemt?’
‘Mmmm.’
‘Goed zo. Hij vingert lekker, Tamara. En mooi, hè, zo’n paal strelen.’
‘Ja. Al is daar de
laatste tijd ook niet veel meer van gekomen. Als hij maar even stijf is
wil ik hem in mijn gleuf.’
‘Ja, maar dat kan niet altijd. Dan kan je hem ook soms baby’tje laten spelen.’
‘Ik heb nu genoeg gezogen. Drie dingen tegelijk wordt me te veel.’
‘Oh. Ik merk dat je
aandacht zich verplaatst. Wat ben je goed, voor zo’n beginneling.
Ik laat je even los. Zeg, je had ergens over gelezen, hè? Verwen
me eens. Oh, ja, ja.’
Ze ging steeds sneller hijgen tot ze na een paar schokken en kreunen stil zat.
Mark grinnikte.
‘Toch mooi, het eens van een afstandje te zien. Lekker, schat?’
‘Ja. Je bent goed, Thomas. Ik ben heel blij voor Tamara.’
‘Tamara doet alles ook
heerlijk. Houd je hand even stil. Ik ben, geloof ik, nog nooit zo stijf
geweest. Zo voelt het aan.’
‘Kom eens naast hem
zitten, Tamara. Thomas, zullen we je met z’n tweeën
verwennen? Ik je stijve strelen en Tamara je ballen verwennen?’
‘Het ging goed, ik ben
wel erg stijf, maar ik voel nog niets komen. Maar door twee lekkere
meiden verwend worden zal ik niet lang vol kunnen houden.’
‘Zou je willen lozen?’
‘Eigenlijk wel. We
hebben voordat we hierheen kwamen gevreeën, ik had gedacht rustig
te kunnen zitten. Maar de druk is hier toch heel snel opgelopen. Ik zou
er graag vanaf willen.’
‘Ik denk dat ik je niet lang zal hoeven strelen. Zeker niet als je ballen ook gemasseerd worden.’
‘Nee, dan zeker niet. Maar eh, ik spuit vast erg ver.’
‘Nee, als je nét
ervoor zegt dat het komt, verwisselen Tamara en ik wat we vast hebben.
Dan wil Tamara vast wel een hapje nemen en het toetje opeten.’
‘Ja. Goed, Thomas?’
‘Alles wat je wilt, schat.’
‘Ik wil alles van je.
Als we het met z’n tweeën doen komt er vast weer veel. Laat
je maar lekker gaan, zo’n beurt zal je niet vaak in je leven
krijgen.’
‘Vast nooit meer.’
‘Thomas, ik vind dit
spelen heel fijn, voor een keer. Ik vind het niet erg dat er iemand
anders aan je zit, ik ben er trots op dat je zo mooi bent dat ze het
wil. Je houdt toch genoeg over om je daarna alleen met mij nog een paar
keer lekker uit te leven. En dan niet alleen voelen en strelen, maar
weer helemaal binnenin me je lekker leeg spuiten en mij ook echt te
laten komen.’
‘Daar moet ik eens over denken. Oh, ik word nog stijver van je praatjes.’
‘Natuurlijk. Als Francis een leuke jongen aan de haak slaat wil jij vast wel met haar spelen.’
‘Je speelt vals.’
‘Tja, aan jongens is duidelijk te zien hoe ze ergens op reageren. Je kreeg van Francis een stijve.’
‘Ja, ze duwde haar doos bijna op mijn neus.’
‘Ze bleef naar je
kijken en iedere keer kreeg je een stijve. Ze wil vast haar doos tegen
je mond drukken en door je gelikt worden.’
‘Daar twijfel ik niet aan. Ze kijkt soms nogal eh hongerig. O, er komt in de verte wat aan.’
‘Goed. Even op z’n lekkerst voor hem, Simone.’
Al gauw ging Thomas dieper ademhalen.
‘Oh, meiden, heerlijk. Dat wordt een explosie.’
Hij begon zachtjes te kreunen.
‘Oh, daar komt het. Oh, oh. Nu.’
Tamara was net op tijd om
zijn eerste straal op te vangen. De tweede hield ze tegen tot Thomas
hard kreunde. Daarna kreunde hij minder. Ze keken toe terwijl zijn stijve
een slappe werd. Tamara dronk even wat.
‘Oei. Koud, na jouw warme spul, schat.’
‘Dat zal wel. Wat mooi, hè, dat hij drie, vier keer zo dik en lang kan worden.’
‘Ik kijk nog steeds mijn ogen uit.’
‘Dat deed ik daarnet ook. Hij spoot een keer of zes, hè?’
‘Ja. Erg vaak, zo snel weer.’
‘Nét voordat jullie hierheen kwamen gevreeën?’
‘Ja. Het hielp wel, anders was hij binnen een paar minuten gekomen.’
‘Verder nog gevreeën vandaag?’
‘Ja, vanmorgen vroeg. En bij de lunch.’
‘Wat een productie.
Daar kan je lang plezier van hebben. En vaak. Ik zou bijna jaloers
worden. Waarom kreunde hij even zo hard?’
‘Ik kneep hem even af.
Oei, wat een knal, daarna, het schoot bijna rechtstreeks mijn keel in.
Was dat prettig, Thomas?’
‘Voor een keer wel, al
werd het wat pijnlijk. Maar doe maar niet meer. Anders, ook met je
gleuf, knijp je precies genoeg om het heerlijk te laten komen.’
‘Goed. Het scheelde
toch al niet veel of ik moest overgeven. Zes keer een enorme straal.
Terwijl ik dacht dat je zo goed als leeg was.’
‘Zo voel ik me nú pas. Jullie hebben met z’n tweeën er vast alles uitgemasseerd.’
‘Lekker?’
‘Lekkerder dan wanneer
je het alleen doet. Maar niet zo lekker als in je gleuf, schat, dan zit
je zo heerlijk helemaal om me heen en streelt me over de hele
lengte.’
‘Je bent lief.’
‘Ik had voor jou ook nog wat liefs in gedachten. Simone, dank je wel.’
‘Jij ook bedankt. Ik heb nu ook mooi vergelijkingsmateriaal. Al heb ik aan drie keer per dag genoeg.’
‘Dat zou ik ook vast gehad hebben. Ik ben over mezelf ook verbaasd.’
Hij stond op en ging naast Tamara zitten.
‘Maar nu jij. Mark, je was lief voor haar, maar ze moet eigenlijk ook even verwend worden.’
‘Ja, ik heb haar amper aangeraakt. Zeg het maar.’
‘Dat hoeft niet, hoor.’
‘Ach, mogen Mark en ik even met je spelen?’
‘Tegelijk?’
‘Simone en jij speelden toch ook tegelijk met mij? Laat eens stereo aan je voelen.’
‘Ik vond dat Mark het net heel netjes deed. Als jullie met z’n tweeën gaan spelen kom ik vast.’
‘Dat wil ik graag,
schatje. Ik heb Simone net toch ook laten komen? Ik snap je wel. Schat,
ze hijgde en schokte en kreunde. Je moet je ook niet schamen om dat te
laten zien.’
‘Nou, vooruit.’
‘Je zei tegen me, laat
je maar lekker gaan, zo’n beurt zal je niet vaak in je leven
krijgen? Kom eens hier op de stretcher liggen. Mark, jij de bovenste
helft?’
‘Prima. Simone, zullen wij het samen straks op bed uitzoeken?’
‘Ja, ik vind het leuk om te kijken en jij wordt er toch een beetje hitsig van.’
Mark ging ook naast Tamara zitten.
‘Ja, zo’n mooi bloot meisje. Zal ik je lekkere kleine borstjes verwennen?’
‘Daar is voor jou toch niets aan?’
‘Weet je wat? Terwijl ik met je borstjes speel mag je met mijn pikkie spelen, als je erbij kan.’
‘Ja, prima. Hoe houd je die zo klein?’
‘Hoe leuk je er ook
uitziet, ik heb al zoveel meegemaakt, en ik heb Simone, dat hij niet zo
gauw onder de indruk raakt.’
‘Goed. Dan kan ik er
rustig mee spelen. En met je kleine balletjes. Verhoudingsgewijs, hoor.
Wat ga je met mijn borstjes doen?’
Hij pakte er één in een hand en de andere in zijn mond.
‘Lekker. Wat ga jij doen. Thomas?’
‘Zal ik je lekker likken?’
‘Ja, maar niet te veel bovenin, anders kom ik te gauw.’
Ze verwenden haar met z’n tweeën tot ze gekomen was.
‘Hè. Dank je wel, ondeugende jongens. Jij voor je extra bijdrage, Mark.’
‘Wat? Was het boven lekkerder dan onder?’
‘Nee, je deed het weer
erg goed, Thomas. Lekker langzaam. Maar Mark dacht dat hij niet onder
de indruk van me zou zijn.’
Ze giechelde.
‘Het is een ondeugende
meid, Simone. Ze streelt heel goed. Ik was eerst verrast dat ik steeds
stijver werd. Ik dacht dat ik het wel zou redden, maar ik kwam toch
ineens, ik heb in haar hand gespoten.’
‘Ik zag het. Je dacht vast, ik kan Simone wel roepen om het op te vangen, maar zij heeft het verdiend.’
‘Nee, ik had geen tijd
om na te denken, ze verraste me. Ik zou ook bijna jaloers worden. Maar
ik gun het ze graag, dat ze zo snel zo goed geworden zijn om samen fijn
te kunnen vrijen.’
‘Ja, waar ik het meest
jaloers op zou kunnen worden, is dat ze zo vaak kunnen. Maar dan zou ik
de helft van de dag in bed moeten blijven liggen om uit te rusten. Dan
kom ik er helemaal niet meer uit.’
Ze grinnikten.
‘Even douchen allemaal, dan kunnen we gaan zwemmen.’
Ze zwommen een paar baantjes heen en weer.
‘Geweldig, Mark.
Precies lang genoeg om echt te kunnen zwemmen. En een trap met lekker
brede treden om op te kunnen zitten.’
‘Ja, ook voor de kleinkinderen, hè, Simone?’
‘Ik verheug me er al op om die blote peuters hier te zien spelen.’
‘Nu je het daar over hebt, de kinderen en kleinkinderen komen over een week of vier, jongelui.’
‘Wat fijn voor jullie.’
‘Ja, we verheugen ons
er erg op. We gaan ook bevriende stellen uitnodigen, voor wij weer eens
teruggaan moeten ze eerst hier op bezoek komen. Thomas, we hebben
nergens twee mooie suites naast elkaar. Maar de kinderen gaan vrij met
elkaar om, die zullen er geen bezwaar tegen hebben om een suite te
delen. Kan je in de suite die jullie gebruikt hebben, een extra
tweepersoonsbed laten zetten? En ergens staat wel een mooi schot om
ertussen te zetten.’
‘Ja, dat komt voor elkaar.’
‘Voor de kleinkinderen, van een maand of zes, hebben we twee kinderbedjes nodig.’
‘Die leen ik wel
ergens. Als ze gekocht worden blijft u er mee zitten. En de volgende
keren kan ik steeds grotere lenen, tot ze in een bed kunnen.’
‘Een heel goed idee. Laat de kinderbedjes maar in de eenpersoonsslaapkamer recht tegenover de suite zetten.’
‘Die vier
eenpersoonsslaapkamers zijn tweepersoonsslaapkamers geworden, Mark. Dat
kon makkelijk. Dan zijn er meer mogelijkheden voor loges of
bewoners.’
‘Dat was ook een heel
goed idee. Al zijn de tijden momenteel zo goed dat hier niemand meer
komt wonen, ze kunnen iets in Londen betalen. Mooi, is dat ook weer
geregeld.’
‘Thomas, heb je alweer een stijve? Zelfs in het water?'
‘Ja, als ik die grote borsten van je zie moet ik denken aan daartussen gemasseerd te worden.’
‘Dat moesten we maar niet doen. Maar je mag ze wel even vast pakken. Lekker glad, hè? Je stijve ook.’
Hij speelde even met haar borsten.
‘Ik denk, dat het voortaan wel gaat. Mag mijn stijve even een boswandeling maken?’
‘Ja, maar ik neem hem bij de hand, voor hij verdwaalt.’
Ze streelde met zijn stijve over haar doos en over haar gleuf.
‘Lekker?’
‘Het idee wel, maar het kriebelt alleen een beetje. Dank je wel.’
‘Ik geloof, dat jullie er ook niet veel aanvinden, hè?’
‘Ze is een lief meisje, Simone, maar ik zit veel liever aan jou.’
‘Aan Mark is nu ook niets, ik heb aan één hand genoeg.’
‘Mooi. Ik weet niet wat jullie willen doen, ik wil nog een paar baantjes zwemmen en dan naar bed.’
‘Ik ga met je mee.’
‘Je raadt mijn bedoeling.’
‘Zullen we dan ook naar huis gaan, Thomas?’
‘Je raadt mijn bedoeling.’
‘O. Één, twee, drie, ja, je wilt vast weer. Hé, je bent geeneens helemaal stijf meer.’
‘Nee, het begint te wennen.’
‘Wel gevaarlijk, hoor, zo recht vooruit.’
‘Het zou de eerste keer zijn dat ik hem zonder hulp bij je naar binnen kan duwen.’
‘Nog even geduld. Was
jij in het begin ook een beetje bang om hem te breken, Simone, als hij
van recht omhoog naar recht vooruit moest om naar binnen te
kunnen?’
‘Ja, maar Mark zei nooit dat het pijn deed. Gaan jullie gelijk mee naar boven? Jullie omkleden, wij uitkleden.’
‘Ja, prima.’
‘Jongelui, voortaan alleen kijken, hè? Vrij vlak ervoor en erna maar extra lekker thuis.’
‘Ja, dat zullen we doen.’
Op de slaapkamer droogden ze zich goed af en keken ondertussen naar elkaar.
‘Zo hebben ze een mooie maat om rond te lopen, hè, Simone? Halverwege omlaag en recht vooruit.’
‘Ja, helemaal omlaag vind ik een beetje zielig. En verder omhoog word ik onrustig van.’
‘Nog steeds?’
‘Ja, natuurlijk, omdat ik weet wat we er dan mee kunnen doen. Schiet een beetje op, wil je?’
Ze grinnikten allemaal.
Thuis kropen Tamara en Thomas gelijk in bed.
‘Wat vond je ervan, Thomas?’
‘Nou, veel vrijer dan
ik gedacht had. Maar ik denk dat het toch het beste was. Op het eind
had ik weinig problemen meer om naar Simone te kijken. De volgende
keren zal ik in het begin wel weer een stijve krijgen als ik haar bloot
zie, maar niet helemaal en niet zo lang, denk ik.’
‘Hoe was het, met haar spelen?’
‘Heel spannend, in het
begin. Om aan zulke grote borsten te voelen. Maar ik voel het nu weer,
het is veel fijner om er één van jou helemaal in mijn
hand te kunnen houden.’
‘Ik snap het, anders weet je niet welk stuk je vast moet houden. Er ging ook weinig in je mond.’
‘Ja. Ik vond het wel grappig dat ze net zo schokte als jij, als ik op een bepaalde manier aan haar tepels likte.’
‘Ja, je bent goed. Hoe voelde haar doos aan?’
‘Mij te behaard. Ik
moest ook zoeken naar haar gleuf. Die voelde hetzelfde aan als de
jouwe. Zag er ook zo uit. Alleen niet opgezwollen, dat vind ik bij jou
zo verleidelijk staan.’
‘Lekker gevingerd?’
‘Welja, laat me maar
praten. Niet zo, dat haar zat te veel in de weg om lekker haar doos
erbij te masseren. Het fijnste vind ik om zo intiem aan een meisje te
mogen komen. En dat ze het lekker vindt. En dat ik ze met
één vinger kan laten komen, dat jij dan kronkelend en
spartelend en kreunend in mijn armen ligt.’
‘Simone was niet zo woest.’
‘Nee, jij ook niet altijd, maar het blijft lekker, hè?’
‘Het op één na lekkerste. Hoe vond je het, toen ze jou beetpakte?’
‘Ik merkte dat ze
zoiets al veel vaker beet gehad had. Ze voelde direct heel lekker aan
mijn ballen. Fijn, hè, dat ze zo groot zijn?’
‘Ik zal het nog even controleren. Ja, heel mooi. Houd ik ze niet goed vast?’
‘Ja, je begint alleen voorzichtiger. Simone kneep ook gelijk precies goed in mijn stijve.’
‘Zo?’
‘Oh, heerlijk. Maar je bent er erg voorzichtig mee. Dat is niet erg, hoor, dan kom ik niet zo snel.’
‘Je kwam door Simone ook niet zo snel.’
‘Eigenlijk wilde ik het
niet. Ik vond het een beetje raar, met anderen dan jij erbij. Maar ik
redde het niet, ze merkte het, denk ik, ging me toen nog brutaler
strelen. En later mijn ballen masseren. Het voelde alsof ze er alles
uitkneep.’
‘Hoe?’
‘Vind je het erg als ik
dat niet vertel? Je vrijt nu al zo ontzettend lekker, dat brutale ga je
uit jezelf vast later ook doen.’
‘Goed. En anders vraag je er maar om.’
‘Dat zal ik doen. Hoe was het voor jou, stereo?’
‘Mark weet heel goed
wat hij met borsten kan doen. Hij vond mijn kleintjes toch wel leuk,
denk ik, hij probeerde steeds ze helemaal in zijn mond te nemen. Nou,
zo klein zijn ze ook weer niet. Aan tepels likken enzovoort kan hij ook
goed. Het was een extraatje bij jouw verwennerij. Je deed het
lekker.’
‘Fijn. Kwam hij in je hand?’
‘Ja, dat was leuk. Hij
was in het begin niet zo stijf. Toen ben ik oh, Thomas, ik denk dat ik
weet wat je bedoelt. Toen ben ik brutaler gaan strelen, grotere slagen
en onregelmatig knijpen en zo. Toen werd hij wel hartstikke stijf. Hij
heeft wel een dikkere, ik kan er bij jou fijner met een hand omheen. Ik
dacht, ik ga je verrassen, als je denkt dat ik je niet op kan winden.
Ik ben twee keer even gestopt als ik zijn ademhaling sneller hoorde
worden. De derde keer heel snel en brutaal doorgegaan. Te snel voor hem
om te stoppen, ik hield hem vast toen hij begon te schokken.. Ik weet
niet de hoeveelste keer het voor hem die dag was, er kwam niet veel,
drie kleine straaltjes. Misschien had hij van tevoren ook expres
geloosd.’
‘Ik denk het niet, hij verwachtte toch niets?’
‘Nee. Thomas, het had
best minder mogen zijn, maar ik ben erg blij dat je dus een hele grote
stijve hebt en ook nog zo veel sperma produceert, door je grote
ballen.’
‘Ik ook.’
‘Ik was eerst verbaasd, ik kon niet geloven, dat Simone je zo groot vond.’
‘Ik ook. Maar ze weet
er genoeg van, ook via Renee. Ik vond die van die jongen in het bos zo
groot, maar die van mij bleef gelukkig langzaam groter worden. Ik weet
nu pas dat hij erg groot is. Ik ben heel blij dat hij er bij jou
helemaal in gaat. En dik genoeg voor je is. Je hebt vast gekeken wat
Simone bij me deed. Jij kan me vast in je eentje ook zo veel laten
spuiten.’
‘Ik heb er wel iets van opgestoken.‘
‘Fijn. Zo raar, ik
dacht steeds dat ik nóg stijver werd. Maar ik was ook zo trots,
en jij zat ook zo trots en verlekkerd naar mijn stijve te kijken. Ik
zei al, ik wilde eerst eigenlijk niet, maar toen dacht ik, waarom ook
niet? Dan kan Simone ook een keer vergelijken. En toen kwam het vlug.
Heerlijk, heel veel. Je hebt weer alles doorgeslikt, hè?’
‘Ja, ik kon het net bijhouden.’
‘Schat, ik ben weer stijf.’
‘Alweer? Ja, zeg. Oh, wat fijn, grote man van me.’
‘Kom eens tegen me aan.
Om me heen. Oh, wat glijdt hij er weer lekker in. Geweldig, dat je
precies om me past. Zullen we zo vrijen? Dan kan jij ook bewegen hoe je
wilt.’
‘Je beweegt zelf al lekker genoeg.’
‘Wil je weer klaarkomen?’
‘Ja. Met je vinger of je tong is leuk, voor een keer, maar met die grote stijve is het het lekkerst.’
‘Zal ik je weer volspuiten?’
‘Kan je dat alweer?’
‘Zo te voelen wel. Het is af en toe of er een scheut van mijn ballen naar ergens onderin mijn pik gaat.’
‘Geef me dan weer een grote lading. Hoe langer je spuit hoe lekkerder het ook voor jou is.’
Hij bleef daarna in haar zitten.
‘Houd me vast. Ik wil graag zo in slaap vallen. Als ik daarvoor toch weer stijf word, dan nog een keer?’
‘Tot je leeg bent.’
‘Ik blijf iedere keer wat voelen.’
‘Ik blijf voelen dat je komt.’
‘Wat fijn dat je ook zo vaak wilt.’
‘Ach, oorzaak en gevolg, hè?’
Maar ze vielen al gauw in slaap.
Een paar dagen later kwam Tamara ‘s ochtend weer een praatje maken op het kantoor.
‘Een beetje bijgekomen, Tamara?’
‘Het was heel fijn,
Simone, we hebben er aardig wat van opgestoken en Thomas denkt dat hij
voortaan weinig problemen zal hebben.’
‘Ergens jammer, om die
grote niet meer te zien. Maar ik heb de laatste tijd die van Mark wat
vaker gezien, dus zo’n ramp is het niet.’
‘Helemaal klein zal hij
niet blijven, dus het blijft mooi om te zien. We zijn zó blij
dat we nu vergelijkingsmateriaal hebben. Thomas is zo trots, en ik
natuurlijk ook, dat hij zo groot is. Dat hadden we niet verwacht. En
dat hij zo productief is. Sorry, Mark, je spoot niet veel.’
‘Nee, we zijn vóór het zwemmen voor de zekerheid ook maar naar bed geweest. Je deed het wel lekker.’
‘Ik durfde bij jou meer dan bij Thomas, je bent meer gewend.’
‘Je zag me zeker voor je, op mijn zestiende al veel vrijen met een wild meisje.’
‘Ja. Voor zover ik weet
zitten ze in het dorp ook met hun zestiende wel aan elkaar, maar vast
niet helemaal bloot op bed. Of ergens anders. En niet alles. Ik dacht,
ik had toen ook al met Thomas kunnen beginnen. Maar ik kon het niet,
hij zou zo schrikken. Best graag willen, maar mij niet willen
ontmaagden, vóór ons trouwen. We waren erg voorzichtig,
we hebben ook nooit met experimenteren durven beginnen. Nou ja, we
halen het wel in. We hebben toch een dubbel tempo, hoorden we.’
Ze giechelden.
‘Goed. Gisterenmorgen
belde Ian. Hij was gebeld door het architectenbureau, ze hadden een
ontwerp klaar. We zijn er samen heen gegaan. O, onderweg vroeg ik,
hoever ben je met je medebestuurslid? Hij zei, lekker ver,
gisterenavond pakte ze míjn lid. Ik vroeg, wat? Hij zei, meid,
je bent getrouwd, ik durf nu wel tegen je te praten. Francis en ik
lagen op haar kamer op de bank te kussen. Ik vroeg, Francis, het
kamermeisje? Ja, die bleek mij in het bestuur opgevolgd te hebben, en
met die andere was het niets geworden, ze pasten toch niet bij elkaar.
Ian kwam erachter dat Francis van haar vader niet door mocht leren en
moest gaan werken. Ze kon haar moeder opvolgen, die moest het voor haar
gezondheid kalmer aan gaan doen. Ze gaat nu naar de avondschool in de
stad. Ian zei, ze kwam gisterenavond zo blij thuis, ze had voor haar
eerste proefwerk een negen. Ik heb van de gelegenheid gebruik gemaakt
om aan de achterkant onder haar rok te gaan, in haar broekje, en haar
blote kontje te strelen. Na even maakte ze mijn broek los en pakte me
in mijn onderbroek vast. Toen ben ik ook maar naar haar voorkant
gegaan. Even later hebben we ons uitgekleed. Tjonge, wat mooi. Ik
vroeg, wat? Hij schrok even. Nou, ze is hartstikke mooi. En zij vond
mij ook mooi. Toen heb ik hem verteld, dat Thomas er aan moest wennen
dat ik dat rare, wat er bij hem uitstak, met dat zakje eronder, net zo
mooi vond als hij mijn spullen. Ja, zei hij, dat had ik ook. Ik had al
veel met haar gepraat, over alles behalve seks, we zagen het daarvoor
al zitten, ons tweeën. Ik heb zo gelachen, ik zei tegen haar,
schatje, omdat het vast geen jaren gaat duren tot we trouwen, moesten
we tot die tijd maar maagd blijven. Ja, prima, zei ze. Oh, shit, zei
ze, weg verrassing.’
Ze lachten met z’n drieën.
‘Dat ik dat gemist heb, dat ze niet verder geleerd heeft, van Francis.’
‘Als iemand niet klaagt en er vrolijk onder blijft, Simone, kan je zoiets niet ruiken.’
‘Nee, ze heeft nooit geklaagd.’
‘Tegen Ian ook niet,
maar die merkte het natuurlijk. Goed. Op het architectenbureau kregen
we in de vergaderruimte van twee heren een ontwerp voor
twee-onder-één-kap drieslaapkamerwoningen. Ik heb een
minuut zitten kijken en hem toen aan Ian gegeven. Die keek ook een
minuut, gaf hem weer aan mij en zei, ik had iets anders verwacht. Ik
zei, ik ook. Ik heb, terwijl ik de twee heren aankeek, de tekening
langzaam een paar keer dubbel gevouwen, in stukken gescheurd en op de
tafel laten vallen. Ik zei, u kunt kiezen. Ik kan naar een ander bureau
gaan, zonder u ook maar iets te betalen, want u heeft zich niet aan de
opdracht gehouden. Of we beginnen overnieuw, óók zonder
dat u ook maar iets betaald krijgt voor wat u tot nu toe gedaan heeft.
Ik zal u vertellen, waarom. Architectonisch was het waarschijnlijk heel
mooi, maar er is niet om een kustwerk gevraagd. Met rare hoeken,
nissen, uitbouwen en inbouwen. Het enige wat klopt, is dat het
twee-onder-één-kap is. Heeft u een conceptrekening? Die
kreeg ik. Ik bekeek hem even, ik heb hem geeneens aan Ian laten zien.
Ik gaf hem terug en zei, leuk geprobeerd, per vierkante meter rekenen.
Een eventuele volgende rekening kunt u door twee delen, want u hoeft
maar de helft te doen en dan de andere helft erbij krijgen door te
spiegelen. Wij hebben om een strakke, eenvoudige woning gevraagd. U
heeft geeneens de keukens en de badkamers tegen elkaar gezet om de
riolering eenvoudiger te maken. De meterkasten ook niet tegen elkaar.
Moet ik u zulke dingen voorkauwen? De heren waren diep beledigd en
zouden zich beraden. Ik zei, ik verwacht binnen een dag bericht van u.
Óf dat u binnen een week met fatsoenlijk werk komt, ik ga niet
weer vier weken wachten. Óf dat u naar de rechtbank stapt. Dan
neem ik gelijk een ander bureau. U heeft natuurlijk kopieën, nou,
de rechter zal ook lachen. Iedere leek ziet, net zoals ik, dat het
volkomen buiten de opdracht was. Dan wens ik u verder veel plezier met
uw kunstwerken. U heeft waarschijnlijk nog nooit te maken gehad met een
huisvrouw. Ik wil een huis waar in gewoond kan worden, wat makkelijk
schoon te houden is, geen showroom. Praktisch, strak. Volgens de
opdracht. Goede morgen. Ik ben naar de auto gelopen, Ian kwam achter me
aan. In de auto zat hij me met zúlke ogen aan te kijken. Nou,
jullie ook.’
‘Ja. Waar haal je al die kennis vandaan?’
‘Uit de praktijk. Ik
heb begrepen dat jullie in Boston in een groot huis gewoond hebben.
Hier ook weer. Die architecten vast ook. Met genoeg hulp voor het
schoonhouden. Ik ben in veel normale huizen geweest, van schoolgenoten
en zo. Gewone rechthoekige kamers zijn voor normale mensen genoeg. Niet
te groot, niet te klein. Ik kan de indeling in vijf minuten tekenen.
Dat bureau wist voor wie er gebouwd moest worden en had zich niet zo
uit moeten sloven, gewoon met een simpele bouwtekening moeten komen. En
alle aansluitingen zo moeten maken dat er maar één geul
naar de straat hoeft. En ieder kind weet dat je niet dubbel gaat werken
als je kan spiegelen.’
‘Je hebt kennelijk je ogen niet in je zak gehad. Geweldig.’
‘Wat moest ik anders, als ik Thomas niet zag.’
‘Meisje toch.’
‘Nou, zo was het
gewoon. Ik moest van mijn ouders af en toe met andere kinderen spelen.
Hij ook. Dan deden we dat braaf een tijdje. Maar we waren niet uit
elkaar te halen. We konden er niets aan doen. Jeugdliefde. Geen
vriendje en vriendinnetje die elkaar graag mogen. We hielden van
elkaar, we hoorden bij elkaar, daar waren we al vroeg zeker van. Het is
nooit veranderd. We zouden altijd bij elkaar blijven, trouwen, kinderen
krijgen. Tja, we vergaten daarvoor te oefenen.’
Ze grinnikten.
‘Heel mooi, Tamara. Zulke jeugdliefdes komen niet veel voor. Maar wat had je weer een lef.’
‘Daar was geen lef voor
nodig. Ook geen bluf, ze zaten fout. Je dacht toch niet dat wij
betaalden voor een zak meel waar de wormen in zaten? Mijn vader nam
genoegen met een nieuwe zak meel. Ik niet, toen ik de bestellingen ging
doen. Anderhalve zak, voor de schrik en het tijdverlies. Nou, ik kreeg
dat altijd. Er zijn meer meelfabrieken.’
‘Dat verhaal heeft je vader ons ook verteld. Wat zouden we zonder jou moeten doen?’
‘Je zou niets gemerkt
hebben. Alleen minder tevreden huurders hebben gehad. Ik heb gewoon
mijn werk gedaan, meneer. Ik moet mijn best doen om kritiek te
voorkomen. Dit was een makkie.’
‘Je hebt meer dan je best gedaan. Je bent geweldig, al zeg je dat je alles een makkie vindt.’
‘Je hebt me goed
ingeschat. Het is een uitbreiding van hoe ik in de winkel werkte.
Zakelijke gesprekken gaan me goed af, want die zijn niet
persoonlijk.’
‘We weten het, we
hebben al wat traantjes van je gezien, als het wél persoonlijk
werd. Net bijna weer, hè?’
‘Ja, zeker als het
Thomas betreft. De laatste tijd gaat het wat beter, ik kan toch niet
iedere keer gaan huilen als hij zijn broek uittrekt?’
‘Moet je daarvan huilen? Simone gaat gretig kijken.’
‘Ik keek vroeger al zo
graag naar hem. Smaken verschillen, maar ik vond hem zo mooi. Wat hij
ook aanhad, gewone kleding, nette kleding, schone, of na het spelen met
andere jongens vieze, het maakte me niet uit. En ik vond hem altijd
zo’n mooie houding hebben, wat hij ook deed. De eerste keer dat
hij me in zijn armen nam en me echt kuste heb ik ook gehuild. Ik moest
het uitleggen. Ik barstte bijna van geluk hem zo tegen me aan te
voelen, nog meer één te zijn dan ik altijd al voelde. Hij
snapte het, hij huilde niet, maar voelde zich ook overweldigd. Dat is
nog zo, als we elkaar omhelzen. Ik weet niet hoelang het gaat duren, ik
moet me inhouden om niet te gaan huilen als ik hem bloot zie. Zijn hele
figuur, houding, en natuurlijk vooral die omhoogstaande grote stijve.
Een eh ik weet het niet.’
‘Kunstwerk?’
‘Ja, Simone. Een beeld
van een heel goede beeldhouwer. Atlas, Apollo, maar dan levend en niet
met een klein pikkie. Hij weet wat ik heel mooi vind. Als hij met een
kleintje voor me komt staan en ik kan zien hoe hij steeds groter wordt.
Maar dat lukt niet zo vaak. Ja, wel stijf worden, ik bedoel met een
kleintje beginnen. Niet lachen, maar ik zou uren naar hem kunnen
kijken, als hij zachtjes met z’n stijve naar me zwaait. Maar ja,
hij doet liever iets anders.’
‘Ik lach niet, Tamara,
ik vind het ook heel mooi om te zien. Maar hij gaat toch ook niet
huilen als hij jou bloot ziet?’
‘Nee, een beetje
hijgen. Hij heeft het me al een paar keer uitgelegd, hij kan geen uren
blijven kijken, hij móet iets met eh me doen. Aanraken, kussen,
likken. En, na kortere of langere tijd, móet hij in me. Hij
vindt het een beetje dierlijk.’
‘Menselijk, Tamara, want hij heeft het alleen met jou.’
‘Oh, dat is een mooie, Mark, dat mag ik hem wel vertellen, hè?’
‘Natuurlijk. Tamara,
als ik een andere vrouw bloot zie, vind ik dat mooi. En lekker. Ik kan
er een erectie van krijgen, maar meer niet, ik hoef er niet in. Ik kan
lang bloot naast Simone zitten, zonder erectie. Maar door
één of andere aanleiding, een beweging van haar, een
bepaalde houding, of als ze vraagt, ga je mee naar bed, dan krijg ik
bij mijn erectie een ander gevoel. Een druk, onderin, al is de laatste
keer niet lang geleden. Zelfs als ik leeg ben. Dan móet ik hem
inderdaad bij haar naar binnenduwen en hem bewegen. Als het toevallig
eens de vijfde keer is kom ik soms niet klaar. Maar dat geeft niet, na
een tijd eh strelen ben ik toch bevredigd en kan ik stoppen. Omdat ik
dat alleen bij Simone heb, omdat ik van haar houd, zo dicht mogelijk
bij haar wil zijn, ons samen voelen, en omdat zij mij ook graag binnen
wil hebben, is dat niet dierlijk maar menselijk.’
‘Wat kan hij mooi uitleggen, hè? Daarom vraag ik zo vaak zijn advies.’
‘Ja, heel mooi. Dank
jullie wel. Als ik het Thomas vertel wordt het voor de zoveelste keer
mooier voor ons. Door jullie.’
‘Onze kinderen zeiden
altijd, we vragen jullie veel, want we hebben geen zin om het wiel uit
te vinden. We hebben niet altijd alles verteld, want je mag ze niet
aanmoedigen. Maar de meisjes kwamen bijvoorbeeld wel vragen of het
normaal was, dat als hun jongen bloot voor hun stond, dat ze hem in hun
mond wilden nemen. Als jullie langer geëxperimenteerd hadden had
je dat ook vanzelf gedaan.’
‘Dat had nog wel even
kunnen duren. De eerste keer dat we in de suite gingen experimenteren
heeft hij me eerst een beetje voorbereid. Hij wilde, dat we ons onder
de douche uit zouden kleden, hij kon niets garanderen. Ik vroeg, wat
niet? Hij zei, ik loop bijna over. Ik ben bang dat dat helemaal gebeurt
als ik jouw moois zie. Ik zei, nou, ik weet best dat er sperma uit
jongens komt, om kindjes te maken. Laat het naar op de grond lopen, dat
kan hier geen kwaad. Hij moest grinniken. Nee, schatje, het
héét overlopen, maar het spuit er uit. O, zei ik, alsof
je plast? Nee, niet één lange straal, meerdere kortere.
Nou, zei ik, ook goed, spuit dan maar als je overloopt. In de douche
wist hij niet hoe hij moest beginnen, de voorzichtige jongen. Ik heb
mijn bloes uitgedaan en mijn beha afgedaan. Zúlke ogen. Toen ik
begon mijn rok los te maken begon hij zich ook uit te kleden. We hebben
de kleding de douche uitgegooid. Ik zit weer op mijn praatstoel, maar
het was zo mooi. Ik keek ook mijn ogen uit. We hebben lang alleen
gekeken, met onze handen in elkaar. Toen liet ik zijn handen los en
zei, pak ze maar. Dat deed hij niet, dus heb ik zijn handen gepakt en
op mijn borsten gelegd. Toen spoot hij ineens. Vijf, zes keer.’
‘Wat mooi. Ik bedoel, dat het gebeurde, dat hij zo onder de indruk van je was.’
‘Ja heel mooi en heel
fijn. Ik kon me niet bewegen. Ik wist niet wat ik zag, die stralen uit
die grote stijve. Ik zat onder, van mijn borsten tot mijn navel. Hij
heeft me schoongemaakt en we zijn op bed gaan liggen. Ik heb een hele
tijd bij moeten komen, toen zijn we gaan voelen en strelen. Iedere keer
als ik hem bloot zie moet ik daar aan denken. Dat hij me zo mooi vond
dat hij klaar kwam vóór ik hem aanraakte. Bij het zwembad
spoot hij ook, niet vaker, maar méér en harder dan
anders. Natuurlijk omdat we met z’n tweeën aan hem zaten. Ik
heb gekeken wat je deed, Simone, ook hoe je zijn ballen behandelde. Hij
zei, het leek wel of ze er alles uitmasseerde.’
‘Prettig? Niet prettig?’
‘Heel prettig. Hij
heeft zich in het begin een beetje ingehouden, maar nu helemaal niet
meer. Hij gaat daar pas over nadenken, zegt hij, als zijn productie
ooit minder wordt. En hij vindt dat ik al beter masseer. Ja, ik heb
gekeken wat jij deed. Maar ik mag het niet te lang doen, ik masseer hem
binnenin genoeg voor eh een volle laag.’
‘Wat fijn om te horen
dat jullie zo genieten. De kinderen vroegen ook of ze het toetje op
konden eten. Daar wist Mark ook alles van. Niet alleen dat er medisch
geen bezwaren waren, hij wist ook van Renee, die dat nogal eens deed,
dat die er geen enkel probleem mee had.’
‘Ik ook niet. Goed, ik schakel weer even om. Nog vragen over het architectenbureau, meneer?’
‘Je hebt het geweldig gedaan. Denk je dat ze binnen een dag reageren? Die is al bijna om.’
‘Ze hebben
gisterenmiddag al gebeld. Excuses, ze hadden de opdracht verkeerd
begrepen. Binnen een week komt er beslist een goede tekening.’
‘Zijn ze zo happig?’
‘Natuurlijk. Als er
volgens hun tekening gebouwd gaat worden krijgen ze een percentage van
ieder huis. Niet veel, ik ben niet gek. Zoiets wat ik zelf fatsoenlijk
zou vinden om te vragen.’
‘Hebben ze geen vaste tarieven?’
‘Ja, maar die heb ik
niet geaccepteerd. Ik wil ze betalen voor hun tekenwerk, en een beetje
voor de eer voor iedere keer dat die gebruikt wordt. Want daar doen ze
verder niets voor.’
‘Je vergeleek zeker weer met vroeger.’
‘Ja, je betaalt voor een taart. Als je daarna denkt, wat was die lekker, is dat gratis.’
Mark en Simone schoten in de lach.
‘Ga zo door, meid, dan
ben je niet te verslaan. Maar vertel eens over die opdracht. Ik heb me
er niet mee bemoeid, en jij vond het kennelijk ook niet nodig om erover
te vertellen, omdat het over een proeftekening gaat, zonder
consequenties.’
‘Inderdaad. De opdracht
staat op mijn naam, als eh gemachtigde, maar de meeste ideeën zijn
van de vereniging van huurders. Van de drieslaapkamerwoningen moeten de
muren doorlopen tot een meter boven de eerste verdieping, dan pas een
schuin dak. Dan kan je op zolder leuke kamertjes maken, voor kinderen.
De tweeslaapkamerwoningen zijn voor ouderen bedoeld, of voor stellen
zonder kinderen, daar hoeft dat niet bij, waardoor er ook wat
hoogteverschil komt tussen de huizen. Doordat de tweeslaapkamerwoningen
ook een halve meter naar achteren staan wordt het beslist geen saaie
straat.’
‘Goed bedacht, zeg. De meeste ideeën van de vereniging van huurders?’
‘Ja. Ze denken dat
alles van hun komt, maar in de winkel gingen de mensen ook vaak met
méér weg dan waar ze voor kwamen. Maar ik wil niet met de
eer gaan strijken, ik vermaak me al genoeg.’
‘Ja, meester troubleshooter.’
‘Ach, een slimme
koekenbakker. Er staat in de opdracht, beneden een halletje, een
toilet, een woonkamer, een keuken, en een tot slaapkamer om te bouwen
werk- of eetkamer. Boven twee of drie slaapkamers en een badkamer. Een
vaste trap naar zolder, voor de eventuele kamertjes of
opbergruimte.’
‘In die
drieslaapkamerwoningen kan een aardig groot gezin. Mooi. Beter aan de
grote kant dan mensen met de ruimte laten worstelen om hun kinderen
onder te brengen. De buitenmaten?’
‘Nog steeds, per
woning, zeven meter breed, negen meter diep. Maar dat kan makkelijk
gewijzigd worden. Ze protesteerden, dan zou er overnieuw getekend
moeten worden. Daar trapte ik niet in. Ik had computers zien staan met
twee beeldschermen per stuk. Met een tekenprogramma kan je alles
uitrekken of kleiner maken. Ja, maar op een computer tekenen was nog
duurder. Alsof een goede tekentafel niets kost. Ze kregen een rode kop
toen ik vroeg om de tekentafels te mogen zien. Juist, die hadden ze
niet. En ik tien procent korting, omdat ze me probeerden te
belazeren.’
‘Meisje toch.’
‘Ja, belazeren mag
afgestraft worden. Wij vermelden in de winkel ook duidelijk of ergens
amandelspijs of banketbakkerspijs in zit.’
‘Ik weet het verschil niet, maar banketbakkerspijs klinkt beter.’
‘Dat is de bedoeling,
Mark, maar dat is het niet. Een stuk goedkoper. Het smaakt bijna net zo
goed, maar er komt geen amandel aan te pas. Goedkope abrikozen. We
vragen natuurlijk niet de prijs voor amandelspijs, minder, maar houden
er méér aan over. De mensen denken dat ze goedkoop uit
zijn, prima. Maar het staat erop, voor de kenner.’
‘Tja, ieder vak heeft zijn geheimen. Wist jij dat, Simone?’
‘Nee, ik ben niet
zo’n fijnproever. Huizen bouwen is ook mijn vak niet, maar ik
bedenk me wat. Er zullen best bij de vereniging van huurders vragen
binnenkomen. Maar je weet hoe het gaat, als je de mensen niet zelf
benadert hoor je te weinig. Tamara, zullen wij wat verschillende typen
huizen gaan bekijken, in het dorp? Met de bewoners, vooral de vrouwen,
gaan praten? Om praktische ideeën op te doen? Dan kunnen we de
nieuwbouw vrouwvriendelijk maken.’
‘Ja, graag. Ik moet
even in mijn agenda kijken, en op het rooster van Thomas, dan bel ik je
wel. Dan maken we er een gezellig dagje van. We kunnen bij mijn vader
in de lunchroom eten.’
‘Ja. Leuk.’
Mark kuchte.
‘En de heren dan?’
‘Wat zou jij voor wensen hebben, Mark?’
‘Eh ik snap het. Als de
vrouw tevreden is zal je de man niet horen. Maar dat wordt niet
zo’n leuke dag voor mij. Mijn vrouw de hele dag weg.’
‘Als ik het zonder
Thomas uit kan houden, terwijl ik net getrouwd ben, kan jij het zonder
Simone ook wel een keer overdag. Spaar het maar op. De laatste tijd
eten we niet meer gelijk als Thomas thuiskomt.’
‘Een goed idee. Die
goede oude tijden. Toen mocht je een diensmeisje pakken, als de vrouw
des huizes niet beschikbaar was.’
‘Je zou nu geeneens willen.’
‘Nee. Zelfs bij het
zwembad, bij Tamara, met haar lekkere blote lijfje, voelde ik geen
behoefte om haar te pakken. Een keer wat strelen was leuk, meer
niet.’
‘Andersom, een keer wat
druppels in mijn hand was leuk, meer niet. Jij bent gewend aan de grote
borsten van Simone, ik aan een grotere productie. Sorry.’
‘Nee, Simone is met mij
tevreden en jij mag best trots zijn op Thomas. Jammer genoeg kan je dat
niet van de daken schreeuwen. Simone kan de helft van haar borsten
laten zien, ik geniet altijd, als ik andere mannen er naar zie kijken.
Kijk maar, straks, thuis, als ze helemaal bloot zijn, mag ik er lekker
mee doen wat ik wil.’
‘Ik ga weer aan het
werk. Dan zit ik jullie ook niet in de weg. O, nee. Nog een heel
belangrijk punt. Ik heb al veel onderhandeld met bouwers en
leveranciers. Het wachten is natuurlijk op de tekeningen, maar ik heb
ze al zo veel mogelijk informatie gegeven, niet alleen over de
woningen, ook over wanneer er vermoedelijk mee begonnen kan worden. Zo
gauw mogelijk geef ik de precieze gegevens door, dan kunnen ze offertes
sturen. Om dan zo gauw mogelijk met bouwen te kunnen beginnen wil ik
dan graag vaker hier binnen vallen, om toestemming te krijgen.’
‘Niet nodig, je mag alles zelf regelen en in mijn naam tekenen.’
‘Maar het gaat om hele grote bedragen.’
‘Alleen als je twijfelt kom je maar wat vragen.’
‘Met groot bedoel ik, wat we grof geschat hadden, bijna honderd keer een ton, tien miljoen.’
‘Toch niet in één keer?’
‘Nee, stukje bij beetje, zolang de bouw duurt.’
‘Ik ga een praatje
maken met de beheerder. Die heeft meer verstand van huizen bouwen dan
ik, daarvoor is hij ook aangenomen. Als hij een rekening binnen krijgt
waar hij vragen over heeft moet hij contact met je opnemen. Als jullie
er niet uitkomen hoor ik het wel. Wat dacht je daarvan?’
‘Ik eh vind het nogal wat. Dank je wel, dat jullie me zo vertrouwen, maar ik ben maar een bakker.’
‘Nee, dat was je. We
vertrouwen je inderdaad, omdat je alles zo goed organiseert, na zonodig
overal waar je maar kan advies gevraagd te hebben. En omdat we weten
dat je bij twijfel eerst toestemming vraagt. Ik overschat mijn eigen
kunnen niet, Tamara. Ik heb niet voor niets specialisten in dienst. Jij
bent er ook één. Doe gewoon je best, maar wordt niet
zenuwachtig van grote bedragen. Bijvoorbeeld die afwasmachines. Je
zoekt een goede uit, daar gaat het om, niet dat het keer honderd een
groot bedrag wordt. Snap je?’
‘Ja. Toch vind ik het een hele verantwoording. Uiteindelijk blijft het tien miljoen.’
‘Als er maar tien
huizen nodig waren geweest was het maar één miljoen
geweest. Maar, nog een keer, daar gaat het niet om. Tamara, je kent ons
al wat langer, je kent onze instelling. We willen fijne woningen, de
rest is bijzaak. We zijn er van overtuigd dat jij daar voor kan zorgen.
Beter dan de beheerder.’
‘Die is een bouwkundige, ik niet.’
‘Die is geen
organisator, jij wel. Ik heb je aangenomen als troubleshooter, om
moeilijkheden van mijn hals te houden. Maar jij bent klachten niet stuk
voor stuk gaan behandelen, je hebt ze verzameld om kortingen te kunnen
regelen. Enzovoort, enzovoort. Daarom kan jij het beste de hele
nieuwbouw regelen. Om mee te beginnen. De renovaties gaan je ook
lukken, maar om je gerust te stellen zeg ik maar dat we dat na de
nieuwbouw zullen bekijken.’
‘Graag. Je hebt een keer gezegd, als je iets niet controleert vraag je om moeilijkheden.’
‘Je wordt
gecontroleerd, door de beheerder, en ik krijg overzichten van hem. Maar
ik weet eigenlijk zeker dat je alles nog beter zal doen dan we
verwachten. Daarom krijg je van tevoren de ruimte. Als je voor ieder
wissewasje toestemming moet vragen kan je niet onderhandelen. En het
zou te lang duren. Werk gewoon zoals je altijd doet, dan komt alles in
orde.’
‘Dank je wel. Ik zal het proberen.’
‘Tamara, wat vind je
belangrijker, beslissen over hoe wat geld te besteden, of beslissen
over een levenslang contract wat ze huwelijk noemen?’
Tamara grinnikte.
‘Leuk geprobeerd,
Simone. Normaal zou de beslissing over een huwelijk veel en veel
belangrijker zijn dan welk bedrag ook. Dat heb jij vast ook gedacht,
terwijl je wist dat Mark niet arm was, dat was bijzaak. Maar ik heb
nooit beslist om te trouwen, dat heb ik altijd al geweten. Goed. Tot
ziens.’
Nadat Tamara de deur uit was grinnikte Mark.
‘Wat een meid. Daar had je niet van terug, hè?’
‘Nee. Zo snel zeker
niet. Ze gaf niet alleen antwoord over haar zelf, ze begon met mij. Ze
had gelijk. Ik heb er veel over nagedacht. Niet omdat je niet arm was,
dat was nog minder dan bijzaak. Maar of we genoeg van elkaar hielden.
De eerste keer dat Tamara hier was zei ze, Thomas had me niet officieel
hoeven vragen, we wisten al zo lang dat we met elkaar wilden trouwen.
Wat een verschil. Maar met hetzelfde resultaat, we zijn erg gelukkig.
Ik wil nu nog even een praatje maken met Francis.’
‘Maak je je zorgen over haar geluk?’
‘Nee, zorgen niet. Ik ben wel nieuwsgierig.’
Ze pakte de telefoon en belde Thomas.
‘Thomas, is Francis in huis?’
‘Als ze even gemist kan worden, kan je haar dan vragen om op kantoor te komen?’
‘Dank je wel.’
Na een paar minuten kwam Francis binnen, na geklopt te hebben.
‘Mijnheer, mevrouw?’
‘Tamara was hier net,
Francis. Ze vertelde onder andere, dat ze van Ian gehoord had, dat die
een probleem, je scholing, opgelost heeft. Ik begrijp je, ik neem je
niets kwalijk, maar ik ben pissig dat ík het niet ontdekt
heb.’
‘Ik heb er echt niet
aan gedacht, mevrouw, de laatste tijd zeker niet. In het begin had ik
er wel de pest in, maar je kan niet blijven treuren. En ik vond het
hier werken direct prettig, en het loon was goed. De laatste tijd gaat
alles nog fijner, en nog een hogere vergoeding voor de bijzondere uren
ook.’
‘Mooi. Jouw schoolgaan
zal best onder het personeel af en toe ter sprake komen, wil je toch
nog een keer iedereen vertellen dat ze ons elk probleempje voor kunnen
leggen? Rechtstreeks, of via Thomas of Tamara.
Wij zijn nu eenmaal in de
gelukkige omstandigheid dat we meestal wel wat voor iemand kunnen doen.
En we doen het zo graag.’
‘Ja, mevrouw.’
‘In jouw geval is het
niet erg dat Ian het ontdekt heeft, en ik niet, want je was op tijd
voor het nieuwe trimester. Mag ik vragen hoe die slimmerd het ontdekt
heeft?’
‘Dat heeft hij me op
een gegeven moment verteld. Hij is leraar, hij hoorde dat ik, in wat
moeilijkere zinnen, foutjes maakte met de werkwoorden. Toen is hij
strikvragen gaan stellen. U weet, iedereen in het dorp kent elkaar,
maar niet even goed. Toen hij dacht dat hij genoeg zeker wist, zei hij,
we hebben op de lagere school in dezelfde klas gezeten. Ben je daarna
nog naar school gegaan of ben je gelijk gaan werken? Ik heb twee jaar
huishoudschool [housewifery school] gehad, toen moest ik gaan werken.’
‘Francis, ik weet niet
wat je plannen zijn, maar als je meer scholing hebt zal ik je graag een
betere baan aanbieden, als er één vrij is. Hoofd van de
huishouding, of assistent-beheerder.’
‘Dank u wel, meneer.
Maar ik wil wat anders. We hebben meerdere keren gepraat, of en wat ik
zou willen doen. Vroeger wist ik niet wat ik wilde doen, al gauw dacht
ik er niet meer aan. Nu dus wel, lang. Ian geloofde het eerst niet,
maar ik wil lerares worden. En dan natuurlijk het liefst voor de
laagste klassen hier in het dorp.’
‘Hij denkt vast, dat je zo dicht mogelijk bij hem in de buurt wil zijn.’
‘Ja, maar daar gaat me
niet om. Als het me zou lukken zouden we elkaar op school toch niet
constant zien. Daarbuiten wel vaker, zeker tijdens die lange
schoolvakanties. Maar zover is het nog niet. Eh Ian kennende, en Tamara
een beetje, Ian zal haar wel verteld hebben hoe het tussen ons
zit.’
‘Laten we zeggen dat jullie vage trouwplannen hebben.’
‘We hebben net een
maand eh verkering. Al zijn we wat ouder, daar praat je dan nog niet
serieus over. Maar eh, laten we zeggen, hele vage trouwplannen.’
‘Goed. Ga je naar een avondschool in de stad?’
‘Als ik bij het begin
mag beginnen, Ian heeft heel veel voor me gedaan. Omdat hij natuurlijk
veel van scholing weet en omdat hij me graag wilde helpen. Hij is aan
het informeren gegaan. Toen heeft hij me een paar keer meegenomen naar
de stad. Eerst naar een beroepskeuzebureau, daarna naar een school. Ik
heb een heleboel testen moeten doen. Van een gedeelte snapte ik dat ze
wilden weten wat ik wist, op alle mogelijke gebieden. Nou, na school
heb ik mijn ogen en oren niet dichtgehouden, in al die jaren heb ik
natuurlijk wel wat opgestoken. Het andere gedeelte, zei Ian later, was
om te kijken of ik leren kon, hoe goed, hoe snel. Het resultaat was, ik
weet veel, ik leer goed en snel, en ik ben geschikt voor leraar.’
‘Geweldig, Francis. Maar dan heb je nog heel wat jaren voor de boeg.’
‘Dat dacht ik ook. Voor
de lerarenopleiding moet je de middelbare school gevolgd hebben.
Ze denken dat ik met speciale begeleiding, en veel huiswerk, na dit
trimester en één heel jaar kan slagen voor een speciaal
toelatingsexamen voor de lerarenopleiding. Die heeft een speciale
avond-opleiding voor ouderen, van twee jaar. In totaal dus, als alles meezit,
maar drie jaar.’
‘Meisje toch. Ben je zo slim?’
‘Nu kennelijk wel, mevrouw.’
‘In ieder geval, van harte gefeliciteerd. We hopen dat je het haalt.’
‘Dat moet lukken. En Ian zal me veel helpen. En mijn collega’s hier ook.’
‘Ik wilde net vragen hoe het moet, als je ‘s avonds dienst hebt en naar school moet.’
‘Ik moet het komende
schooljaar afwisselend twee en drie avonden per week naar school. Ik
heb eerst met de butler gepraat, toen met de anderen. De roosters
worden niet veranderd, het is al lastig om het werk eerlijk te
verdelen. Maar ik mag, zodra er een nieuw rooster uitkomt, gaan ruilen.
Als dat niet lukt, proberen iemand te vinden om mijn dienst over te
nemen, als ik dan in de schoolvakantie een dienst van hem overneem.
Maar die lieve Thomas, sorry, de butler, heeft beloofd, dat als niets
lukt, hij zelf mijn dienst overneemt, want naar school zál ik,
zei hij. Met iets terugdoen hoef ik geen haast te maken.’
‘Ja, Thomas is heel lief. Jullie zijn bevriend, hè?’
‘Ja, we zijn hele goede
vrienden. Ik ben zijn nummer twee, zogezegd. Altijd al. Daar was ik
blij mee, en dat was genoeg. En dat is nog zo. Ik heb nooit zijn nummer
één willen zijn. Als ik het wél gewild had, ieder
meisje wist, als ze één keer gezien had hoe Tamara en hij
naar elkaar keken, dat ze geen schijn van kans had.’
‘Wat een jeugdliefde, hè?’
‘Ja, heel mooi. Thomas
heeft op zijn kantoor een tafel en een stoel voor me neergezet. Als ik
een tijdje niets hoef te doen mag ik daar studeren.’
‘Dat doe je kennelijk heel goed. Je had voor je eerste proefwerk een negen, hè?’
‘Nou, Ian heeft aardig wat verteld.’
‘Waar het hart vol van is, loopt de mond van over. ’
‘Het kan raar lopen. We
hebben elkaar, na de basisschool, regelmatig in het dorpshuis gezien.
Gepraat, ook gedanst. Toen ik me bij hem opgaf voor het bestuur van de
vereniging van huurders, toen Tamara opzegde, vroeg hij me, in
vertrouwen, of ik tijdens de vergaderingen voorzichtig wilde zijn. Dat
andere meisje en hij waren wat met elkaar begonnen, maar hadden er al
gauw een eind aan gemaakt, ze pasten niet bij elkaar. Ze bleven
bevriend, maar ze zaten niet te wachten op vervelende vragen of
opmerkingen. Op één of andere manier ben ik hem toen
anders gaan bekijken. Hij mij ook, zegt hij, omdat hij me bij die
vergaderingen ook bij daglicht zag, ik dan vlak naast hem zat, en we
niet over dansmuziek praatten maar over dingen die belangrijk waren.
Huisvesting, enzovoort. Na de tweede vergadering bracht hij me thuis.
En kuste me, bij de voordeur. Enzovoort.’
‘Volgens Ian pakte het nieuwe bestuurslid al gauw zijn lid.’
Francis bloosde.
‘Francis, je hebt er de
leeftijd voor. Wij hebben van Thomas en Tamara veel gehoord over hun
geschiedenis. Je weet vast, dat wij ze een beetje zien als kinderen van
ons. Onze eigen kinderen zijn net zo oud. Ik raad je aan eens met
Tamara te praten, privé. Eerst alleen, later misschien met
jullie vieren. Als je één keer met haar gepraat hebt zal
je snappen waarom.’
‘Dan zal ik dat doen,
mevrouw. Trouwens, ik ben dus niet om Ian in het bestuur gegaan, maar
door Tamara. Ik moet haar zo wie zo nog bedanken. Zij is mijn voorbeeld
geweest. Dat is ze nog. Ik zag haar de laatste jaren, behalve in de
winkel, ook alleen in het dorpshuis. Ik was bij die eerste vergadering,
waar u ook bij was, stom verbaasd over haar. Hoe goed ze alles
aanpakte. Toen ik hoorde dat ze bedankte, omdat ze voor u ging werken,
dacht ik, zoiets moet ik ook kunnen, ik wil ook méér
doen, en heb me opgegeven. Als het niet zou lukken, pech gehad. We
hadden daarna om de paar dagen een vergadering, en minstens
één keer per week was Tamara erbij. Toen ik over een
eventuele scholing nadacht, dacht ik, Tamara is inmiddels in staat om
klachten van huurders af te handelen of af te laten handelen, praat mee
over het ontwerpen van een huis, een hele straat, geeft een krantje uit
en heeft al geregeld dat er te zien is dat er echt gebouwd gaat worden.
Zij heeft een middelbare opleiding, die moet ik ook kunnen halen,
misschien nog wel meer, ik was op de lagere school beter dan haar.
Huilt u?’
‘Ja. Van blijdschap.
Het maakt me niet zo veel uit wát je gaat doen, je gaat
hetzelfde doen als Tamara. Je ontplooien, zoals dat heet. Als kinderen
opgroeien zie je ze langzaam steeds meer gaan doen. Jullie tweeën
zijn daarmee, door omstandigheden, op een gegeven moment gestopt. En
plotseling maken jullie een enorme stap, ontdekken jullie eigen
mogelijkheden en gaan eigenlijk pas echt leven. Dat is erg ontroerend.
Tamara is vreselijk gelukkig met haar werk, ze kan zoveel doen. Jij zal
dat vast ook ondervinden. En allebei als extraatje, op z’n
zachtst gezegd, een lieve jongen aan je zijde.’
‘Ja. Het enige nadeel is dat ik mijn baan hier op moet geven. Ik heb het hier zo fijn.’
‘Je studeren zal wel
lukken, als je al met zo’n hoog cijfer begint. Hoe je werk daarna
gaat bevallen is natuurlijk afwachten. Ik heb in het begin veel in huis
rondgelopen. Ik weet niet wat jullie dachten. Wil ze de baas spelen, is
ze nieuwsgierig, zoekt ze gezelligheid, verveelt ze zich? Nee, ik wilde
me ook ontplooien. Jij moet ook hetzelfde doen als Tamara, er iets van
maken. Ze wacht niet op opdrachten of klagers, ze gaat eropuit, op zoek
naar wat ze zou kunnen doen. In het onderwijs heb je meer regels, maar
er blijven genoeg mogelijkheden over. Dat zal je hopelijk bij de
lerarenopleiding leren. Één voorbeeld. Je kan braaf les
geven, zoals het hoort. Maar je kan ondertussen ook kijken of ieder
kind je kan volgen. Hoe eerder je in de gaten hebt dat er iets niet
klopt, hoe eerder je zo’n kind kan helpen. Dat is veel beter dan
pas na een slecht rapport in actie komen. Goed. Je bent een fijne meid,
Francis. Je bent een uitstekend dienstmeisje. Je zal vast een
uitstekende lerares worden. En echtgenote.’
‘Dank u wel. Ik zal, zo
lang ik hier nog ben, mijn best blijven doen. Ik zal u op de hoogte
houden van mijn studie. Bij deze gelegenheid wil ik de familie bedanken
voor de goede arbeidsomstandigheden. In het bijzonder u beiden, voor de
ver- beteringen van de laatste tijd.’
‘Dank je, Francis.’
‘Goedemiddag, mevrouw, meneer.’
Francis vertrok.
‘Jij had het ook even moeilijk, hè, Mark?’
‘Ja. Wat zit er veel
leed verscholen. En wat komt er veel moois naar boven. Probeer nog maar
wat meer op te duikelen.’
‘Ik ga nog beter opletten. Maar nu zou ik graag een lid in mijn eenpersoonsvergaderruimte willen hebben.’
‘Wie het eerst bloot op bed ligt mag bovenop.’
Simone won.
* * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * *
Het Wellingten Nieuws
Jaargang 1, nummer 5
Verzorgd door Tamara.
Deze keer geen inleiding of verhaaltje, wel genoeg uit de afdeling verklikkerij.
De huurhuizen.
De taxaties gaan door.
De renovatie van de huurhuizen.
De beheerder van de huizen en ik komen bij de getaxeerde huizen langs om een overzicht te krijgen voor de renovatie.
De nieuwbouw.
Geen zichtbare veranderingen. We verwachten volgende week de tekeningen van het architectenbureau.
Blijvend verzoek. Willen jullie niet over de strook voor de nieuwbouw lopen of rijden?
Als het uitkwam zou ik over de binnenkant van de woningen verklikken. Weinig nieuws, dus dat doe ik nu.
N.B. Alles is voor wijzigingen vatbaar.
Eerst wat ik van de buitenkant vergeten heb.
Van de drieslaapkamerwoningen
lopen de muren door tot een meter boven de eerste verdieping, dan komt
een schuin dak. Op de zolder kunnen kamertjes gemaakt worden, b.v. voor
kinderen. Bij de tweeslaapkamerwoningen lopen de muren boven de eerste
verdieping niet door, waardoor er ook wat hoogteverschil komt tussen de
huizen. Doordat de tweeslaapkamerwoningen ook een halve meter naar
achteren staan wordt het beslist geen saaie straat.
Nu de binnenkant. Beneden,
hal, toilet, woonkamer, keuken en een tot slaapkamer om te bouwen werk-
of eetkamer. In een kast de centraleverwarmingsketel met
warmwatervoorziening. Boven twee of drie slaapkamers en een badkamer.
Een vaste trap naar zolder, naar de eventuele kamertjes of opbergruimte.
Op het toilet, de keuken en de badkamer na wordt alles leeg opgeleverd. Normaal, toch?
In het toilet en in de
badkamer komt, behalve een wastafel, een ingebouwd toilet. Bijna
geruisloos. Bij het doortrekken, bedoel ik.
In de keuken komt een
aanrecht, met daarboven en daaronder kastjes. In het aanrecht komen
twee verzonken spoelbakken en een vierpitskooktoestel. In een kastje
eronder een vaatwasser.
In de badkamer komen, behalve
de al genoemde wastafel en het ingebouwd toilet, aansluitingen voor een
wasmachine en een droger, een douche en een bad.
Wat een bad is? Een bak die
je met warm water kunt vullen en waar je languit in kan liggen soppen.
Eerst erin, dan pas vullen, anders loopt het over.
Het zal jullie opvallen, dat de uitrusting van de huizen luxer wordt dan normaal. O, bijna vergeten, overal thermostaatkranen.
Ja, alles wordt doorberekend in de huur. Maar die wordt daardoor niet veel hoger dan normaal. Ik leg het uit.
Ik neem de vaatwasser als
voorbeeld, maar het volgende geldt ook voor het vierpitskooktoestel, de
thermostaatkranen en nog meer zaken. De volledige lijst komt als
bijlage bij het huurcontract.
Er worden honderd vaatwassers
aangeschaft, via een leverancier in het dorp, met een hoge korting door
het grote aantal. Die leverancier heeft een plaatsing- en
onderhoudscontract met ons. Hij plaatst zesennegentig vaatwassers en
houdt de overige vier beschikbaar. Wanneer er een klacht is komt hij
voorrijden, met één van de vier reservevaatwassers in
zijn bestelauto. Wanneer hij de klacht niet snel op kan lossen vervangt
hij de defecte vaatwasser door de reserve. De defecte neemt hij mee
naar zijn werkplaats, waar hij gereedschap en reserveonderdelen
beschikbaar heeft om die te repareren. Hij kan daar ongestoord werken,
en jullie worden ook niet langer gestoord dan nodig.
De huizen worden betegeld en
geschilderd opgeleverd. Minimaal twee weken voor de oplevering mag de
nieuwe bewoner behang uitzoeken, er wordt voor hem behangen.
Zo. Lees het nog maar een keer, in één keer is zoveel luxe niet te bevatten.
De regeling van gezamenlijke
aanschaf en onderhoud gaan we ook proberen toe te passen bij de
renovatie van de oude huizen. We kunnen niet voor én de
nieuwbouw én de oude huizen alles tegelijkertijd aanschaffen,
omdat we nog niet weten wat er in de oude huizen past. We zijn dat aan
het bekijken, maar dat duurt met vijfhonderd huizen te lang om daar de
nieuwbouw op te laten wachten.
Overige onderwerpen.
Geen.
Dat was het weer, voor deze keer.
Tamara
Telefoon thuis [om privacyredenen door de schrijver weggelaten]
Mobiele telefoon [om privacyredenen door de schrijver weggelaten]
Bankrekeningnummer voor de huur [om privacyredenen door de schrijver weggelaten]
* * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * *
Het rondje door het dorp werd
een gezellige dag voor Tamara en Simone. Ze deden veel praktische tips
op, vooral over de inrichting van een keuken.
De dag erop gingen Tamara en
Simone weer op stap. Tamara wilde een paar pachters bezoeken, om ze het
nieuwe pachtcontract te laten tekenen.
‘Simone, de eerste
maakt misschien problemen. De vader van Mark heeft verteld, dat hij
geen pachtcontract kon vinden en dat de beheerder er naar toegegaan is
om hem er één te laten tekenen. Maar dat wilde hij niet,
het ging zonder ook. Ze hebben het er toen bij gelaten. Mark wilde dat
ik het toch weer probeerde.’
‘Ja, waarom niet.’
‘Het is wel een goede pachter, kijk maar, we zijn op zijn perceel, alles ziet er keurig uit.’
‘Ja, zelfs alle palen van de afrasteringen staan kaarsrecht.’
Ze stopten voor de boerderij, stapten uit, klopten aan en werden binnengelaten.
‘Goedemiddag, meneer.
Ik ben Tamara, en dit is mevrouw Wellingten. Ze is mee voor de
gezelligheid, maar ik kom voor zaken.’
‘Ga zitten. Ik weet wie
jullie zijn, mevrouw is hier al een keer geweest en ik lees het
krantje. Dat schrijf jij, hè? Erg modern.’
‘Dank u wel. De
pachters zijn over het algemeen wat ouder, maar we hebben ook jonge
huurders. Of jongelui die het graag willen worden, als er genoeg
gebouwd is.’
‘Ik moet toegeven, die nieuwe baas is erg voortvarend.’
‘Ja, die gaat ook met de tijd mee, vooruit zelfs. Zijn vader was wat conservatief.’
‘Een gentleman.’
‘Deze ook, behalve als
hij zichzelf vergeet en gezellig wordt. Ik wil niets ten nadele van
zijn vader en moeder zeggen, maar u snapt wel, dat deze baas vanzelf
vrolijk wordt omdat hij wat leuks heeft om naar te kijken.’
‘Jongedame, mevrouw zit erbij.’
‘Ja, ziet u niet hoe ze glimlacht?’
‘Dat kan wel zijn. Neemt u het haar niet kwalijk, mevrouw?’
‘Nee, meneer. Tamara is
er om probleempjes op te lossen, dat gaat makkelijker als het er
gezellig aan toe gaat. Ze is van een jongere generatie, die is wat
vrijer dan de onze. Al geldt dat niet voor mijn man en mij. Ik kom uit
Nederland, meneer, daar zijn ze veel vrijer dan hier.’
‘Tja, ik weet dat mijn
kinderen zich wat inhouden, als moeder of ik in de buurt zijn. Ik
waardeer het natuurlijk dat jullie hier eens komen kijken, maar
problemen zijn er niet.’
‘We komen ook niet voor
problemen. U bent een voorbeeld voor de andere pachters, meneer. Alles
ziet er schoon en heel uit. Ik heb het nagekeken, u meldt zelden of
nooit dat er iets gerepareerd moet worden. Ik denk, dat u dingen
repareert die de eigenaar moet doen.’
‘Dat zou best kunnen,
maar daar wacht ik niet op. Wat kapot is maak ik of laat ik maken. Het
gaat me goed genoeg om daar niet over te zeuren.’
‘Ik heb hier een lijst,
waar precies op staat wat u zelf moet betalen en wat de eigenaar
betaalt. U weet, dat u verondersteld wordt klachten aan mij te melden,
niet meer aan de beheerder. Doet u dat alstublieft. Ik laat alles snel
afhandelen, meestal de volgende dag. Ik krijg voorrang, en korting. Dan
bent u voordeliger uit, dan gaat het u nog méér dan goed
genoeg.’
‘Je weet het aardig te
verkopen. Goed. Als er weer wat kapot is zal ik eerst op de lijst
kijken. Als het voor de eigenaar is en dan niet later dan de volgende
dag gerepareerd wordt wil ik wel meewerken.’
‘Fijn. Ik wil graag nog
even uw medewerking. Een handtekening onder het nieuwe pachtcontract.
Alle contracten worden vernieuwd en aangepast aan de wettelijke eisen
en aan de manier van zaken doen van meneer en mevrouw Wellingten.
Voortvarend en nogal gul. Op die lijst over reparaties, die trouwens
bij het contract hoort, zult u ook dingen zien die u zou zweren dat u
ze zelf hoorde te betalen.’
‘Dat kan allemaal best.
Maar ik hoef geen pachtcontract. Ik heb er nooit één
gehad. Mijn vader ook niet en daarvoor ook niet. Als iemand daar
problemen mee heeft, u zei dat ik een voorbeeld was, nou, dan ga ik op
de oude manier wel door. Dan blijft het me goed genoeg gaan.’
‘Nee, dan zou u over veertien dagen moeten verhuizen.’
‘Wat? Verhuizen? Waar naar toe?’
‘Als u geen nieuw adres
weet om te verblijven, ik zag een caravan op uw terrein staan. U kunt
daar een staanplaats voor zoeken, als het maar buiten het gebied van de
Wellingtens is.’
‘En waarom zou ik moeten verhuizen?’
‘Zonder getekend pachtcontract bent u geen pachter.’
‘Dat is nog nooit een probleem geweest.’
‘De vader van meneer,
en die daarvoor, hebben u met rust gelaten, omdat u en uw familie
vóór u alles zo goed voor elkaar hadden. En hebben. Maar
deze meneer wil alles graag netjes op papier hebben. U heeft in het
krantje gelezen over de taxaties, de renovaties en de nieuwbouw. Als
dat allemaal niet goed geregeld wordt, wordt het een puinhoop. Meneer
doet erg veel moeite om steeds eerst te vragen hoe iedereen het wil, om
problemen te voorkomen. Als die er toch nog zijn vang ik de meeste voor
hem op. Ik meld alles achteraf, alleen over grote problemen laat ik hem
natuurlijk beslissen. Om voor hier een pachter te zoeken die wél
wil tekenen is geen probleem. Één advertentie is
waarschijnlijk genoeg om twintig man te laten reageren. Ik kan, als het
zover komt, meneer achteraf wel vertellen dat hier een nieuwe pachter
zit. Die wél getekend heeft.’
‘Dat kan toch zomaar niet, mevrouw.’
‘Jawel, meneer. Zo werk
de troubleshooter van mijn man. Dit soort kleine klusjes kan ze zelf
afhandelen. Daar is ze voor, mijn man wil niet met futiliteiten lastig
gevallen worden.’
‘Futiliteiten! Maar eh Tamara, mijn familie zit hier al zo lang.’
‘U bedoelt, u heeft een gewoonterecht.’
‘Ja, precies. Zo heet dat. Dat kan me niet zomaar afgepakt worden.’
‘De meeste mensen
denken makkelijk over gewoonterecht. Maar het gaat niet altijd op. Er
moest laatst iemand voor de rechter komen. De rechter zei, dat hij
verbaliseerd was, omdat hij zonder vervoersbewijs met de bus reisde.
Ja, zei die meneer, maar dat doe ik al meer dan twintig jaar, heen en
terug naar mijn werk. U bent nog niet eerder verbaliseerd, zei de
rechter, dat is toch raar? Nee, zei die meneer, de meeste conducteurs
kennen me van gezicht en denken dat ik een abonnement heb. En anders
word ik de bus uitgezet. Dan neem ik gewoon de volgende. Nou, zei de
rechter, als u instapt loopt u langs een bordje waarop staat dat u
akkoord gaat met de vervoersvoorwaarden. Daarin staat dat u een kaartje
moet kopen, maar dat weet iedereen ook zo wel. Hoelang moet u nog naar
uw werk? Nog drie jaar. Nou, zei de rechter, ik zal u niet alsnog alle
kaartjes laten betalen. Dat zou kunnen, u heeft toegegeven dat u
twintig jaar lang geen kaartjes gekocht heeft. Ik geef u de normale
boete voor één keer zonder kaartje reizen. Met een
proeftijd van drie jaar. Als u in die tijd nog een keer gepakt wordt
rekenen we gelijk af. Drieëntwintig jaar kaartjes. Gratis reizen kan
nooit een gewoonterecht worden. Meneer, in Engeland is het al honderden
jaren de gewoonte, dat een huurder een huurcontract heeft, anders wordt
hij eruit gezet. En dat een pachter een pachtcontract heeft. Er kan
eens een foutje insluipen, maar dat hoort rechtgetrokken te worden.
Huren zonder huurcontract kan niet, pachten zonder pachtcontract ook
niet. U gaat er beslist op vooruit.’
‘Dat hoef ik niet. Maar zonder handtekening met veertien dagen verhuizen, dat kan toch niet?’
‘Ik kan binnen een paar
dagen veewagens laten komen om uw vee naar het slachthuis te laten
brengen. Dat levert niet zo veel op, maar ik mag u beslist de
marktprijs betalen. Dat schiet al lekker op. Ik kan een taxateur laten
komen die kan bepalen wat het waard is wat er op het land staat. De
machines kan de volgende pachter overnemen, voor een redelijke prijs.
De benodigde verhuiswagens voor uw huisraad regelen is ook geen
probleem. Nou, het zou eigenlijk in één week ook wel
kunnen.’
‘O. Maar er is zoiets als huurbescherming. Er zal ook wel pachtbescherming zijn.’
‘U kunt het bij de
rechtbank navragen. Huurders en pachters kunnen niet zomaar op straat
gezet worden. Dat wil meneer ook vast niet, hij doet zo z’n best
om de woningnood in het dorp zo snel mogelijk op te lossen, dat weet u
uit het krantje. Maar als de eigenaar alles goed voor ze regelt kunnen
illegale bewoners binnen vijf minuten uit zijn eigendom gezet
worden.’
‘Illegaal! Iedereen weet dat ik hier woon.’
‘Ja, iedereen weet ook
dat je in de bus een kaartje moet kopen. En dat je om gebruik te maken
van andermans eigendom een contract moet hebben. Anders zou ik zo
Buckingham Palace kunnen betrekken.’
‘Daar zou je gelijk uitgesmeten worden.’
‘Ja, omdat ik daarvoor geen contract kan laten zien.’
‘Misschien zou er geweld nodig zijn om me hier weg te krijgen.’
‘O nee, meneer, we gaan beslist geen geweld gebruiken. Daar hoeft u zich geen zorgen over te maken.’
‘Laat je het er dan bij?’
‘U heeft maar
één toegangsweg, één
elektriciteitsaansluiting, één wateraansluiting,
één telefoonaansluiting. Binnen twee dagen zouden die
afgesloten kunnen zijn. U zou na verloop van tijd honger en dorst
krijgen. Ik zie dat u een oliekachel heeft. Die olie raakt ook op. Dan
zou u het ook nog koud krijgen. U zou niet om nieuwe olie kunnen
bellen, trouwens, er zou niets over de toegangsweg kunnen komen.’
‘Het is maar de vraag of ze me zomaar af zouden sluiten. Ik betaal alles op tijd.’
‘Tja, bij de reparatie
van de toegangsweg zou er iets fout kunnen gaan. Per ongeluk zouden
alle leidingen beschadigd kunnen worden, want die lopen langs de weg.
Maar wij zouden rustig wachten, thuis, lekker warm, met ons natje en
ons droogje. U heeft de pacht vooruitbetaald, nog voor een maand of
negen. Daarna zouden we met twee lijkkisten komen, de voordeur
voorzichtig openmaken en dan goed voor uw overblijfselen zorgen. Laat u
een briefje achter waar u begraven wilt worden?’
De pachter keek Tamara met open mond aan. Simone was voor het raam gaan staan en keek naar buiten.
‘Serieus?’
‘Nee, natuurlijk niet,
meneer. Dat is toch niet nodig, want u tekent toch even? Ik noem u wel
pachter, maar u bent méér. U bent boer. En een
slimme.’
De pachter las het pachtcontact door en keek daarna naar Tamara.
‘Je bent een slimme
meid. En je kan je kennelijk nogal wat vrijheden veroorloven, mevrouw
zegt niets. Ik weet wanneer ik verslagen ben.’
Hij tekende het pachtcontact en gaf het aan Tamara. Die gaf hem een paar bladzijden terug.
‘Dit is het tweede
exemplaar, al getekend door meneer. Als u dat tekent heeft u ook een
geldig exemplaar. Al denk ik niet dat het ooit nodig is. Die lijst wel,
u moet écht kijken of u wel iets zelf moet betalen.’
‘Ja, ja. Tamara, wil je
hier met niemand over praten? Ook niets erover in je krantje? Meneer
mag het natuurlijk wel weten.’
‘Dat beloof ik. Maar u
moet niet denken dat u verloren heeft, hoor. In tegendeel. U bent nu zo
goed als onmogelijk weg te krijgen. Alleen als u jarenlang alles
schandelijk zou verwaarlozen. Dat zal nooit gebeuren, u bent een prima
boer. En u gaat er financieel op vooruit, u hoeft vast minder
reparaties zelf te betalen. Dan kunt u misschien vaker met uw caravan
op vakantie. Dat heeft u best verdiend. Ik wil u wel helpen om een
goede vervanger te zoeken.’
‘Ik zal het er met moeders over hebben.‘
‘Als er iets is moet u me bellen, daar ben ik voor. Als moeders niet op stap wil kan ik die wel ompraten.’
‘Ja, dat geloof ik best.’
‘Wij gaan er weer vandoor. Hartelijk dank voor uw medewerking.’
Tamara en Simone namen afscheid en liepen naar de auto.
‘Zo. Probleempje opgelost. Even kijken waar we nu naar toe kunnen.’
‘Nee. Naar huis. Ik ben niet goed. Ik weet niet of ik moet lachen, huilen, overgeven of in mijn broek piesen.’
‘Goed. Probeer het maar
op te houden tot we thuis zijn. Lachen of huilen kan, maar overgeven of
in je broek piesen hoor je in een Rolls niet te doen.’
‘Lieve Tamara, wil je alsjeblieft je mond houden?’
Tamara zei niets meer en reed
naar het huis. Simone wenkte haar mee naar binnen. Op het kantoor ging
ze naast het bureau zitten, snoot haar neus en ging met haar handen in
haar schoot naar beneden zitten kijken. Mark keek van de een naar de
ander.
‘Problemen?’
‘Simone is niet goed. Ze weet niet of ze moet lachen of huilen of overgeven of in haar broek piesen.’
‘Ik heb een voorkeur voor lachen. Dan hoeft er niets opgeruimd te worden.’
‘Ik ben overstuur, Mark.’
‘O. Waardoor, schatje?’
‘Laat zien, Tamara.’
‘Wat? Oh, gaat het daarom. Alsjeblieft.’
Mark pakte de papieren van Tamara aan.
‘Die pachtcontracten waren toch goed?’
‘Ja. Dit is een getekende.’
‘Die hoef ik toch niet te zien? Die moet de beheerder bewaren.’
‘Deze wil je vast zien.’
‘Deze? Oh, ja. Geweldig. Hoe heb je dat voor elkaar gekregen?’
‘Ik heb even met hem gepraat.’
‘Wat is er nog meer gebeurd? Waar ben je overstuur van, schat?’
‘Van haar zogenaamde praten.’
‘Zou één
van jullie tweeën het me uit kunnen leggen? Als die pachter na een
praatje eindelijk getekend heeft moet alles toch goed gegaan
zijn?’
‘Ze begon met hem te lijmen. Dat hij een voorbeeld voor de andere pachters kon zijn.’
‘Dat zegt de beheerder ook. Dat mag hij best weten.’
‘Toen kwam ze met de
verdeling van de reparaties. Ze zei, u repareert vast te veel op eigen
kosten. Dat gaf hij toe, maar als alles de volgende dag gemaakt kon
worden wilde hij zich wel aan de lijst houden. Toen vroeg ze om zijn
handtekening. Niet dus, het ging al heel lang zonder. Toen zei ze, nu
niet meer, u zou over veertien dagen moeten verhuizen. Ik had haar
gelijk door, ze zei niet u moet, maar u zou moeten. Ik weet er genoeg
van, dat valt niet onder dreigementen, maar onder opnoemen van
mogelijkheden. Net zoiets als die advocaten in Londen tegen je zeiden,
dreigen doet men niet, men doet voorstellen. Zo ging ze door, ze
versprak zich niet één keer. Maar dat had die pachter
vast niet door.’
‘Ja, schatje, dat is
normaal zaken doen. Jij gaat niet zakelijk met mensen om, dat ligt je
niet. Had jij hem om kunnen praten?’
‘Nee. Geen schijn van kans.’
‘Nee, jij bent erg
verzorgend ingesteld. Met geweldige resultaten, de tweeling, hun
echtgenoten, enzovoort. En je geweldige verzorging van mij, natuurlijk.
Maar Tamara heeft altijd geprobeerd zo veel mogelijk koekjes te
verkopen. Je snapt me wel, hè, Tamara? Dat kan ook heel lief,
Simone, tot een bepaald punt. Ze weet wanneer het gunstig is om er een
extra gebakje tegenaan te gooien, zoals ze zelf zegt, maar ook om nee
te verkopen, als een klant te veel wil. Het zal op jou misschien wat
hard overgekomen zijn, maar het zal wel nodig geweest zijn.’
‘Ze zei, u hoort een
contract te hebben. Toen lokte ze uit dat hij zich op het gewoonterecht
beriep. Ze zei, in het kort, als u met de bus gaat kunt u er geen
gewoonte van maken om niet te betalen, want dat hoort gewoon. Ze
vertelde over iemand die na twintig jaar niet betalen voor de rechter
moest komen.’
‘Ja, daarover heb ik
ook gelezen. Hij kwam er goed af, maar de volgende keer dat hij gepakt
werd zou hij in één klap voor drieëntwintig jaar
moeten betalen.’
‘O. Ik dacht dat ze het uit haar duim zoog. Sorry, Tamara.’
‘Nee, dat geeft niet. Soms doe ik dat ook, dit voorbeeld schoot me toevallig te binnen.’
‘Nou, mooi. En toen?’
‘Ze zóu een
pachter kunnen zoeken die wél wilde tekenen. Ze zóu
binnen veertien dagen zijn vee kunnen verkopen en hem kunnen verhuizen.
Toen dacht hij aan pachtbescherming, als er bescherming voor huurders
was, was die er vast ook voor pachters. Natuurlijk, zei ze heel lief,
maar niet voor illegale bewoners. Als de eigenaar goed voor ze zorgt
zijn ze binnen vijf minuten uit zijn eigendom verdwenen.’
‘Dat zou best eens zo kunnen zijn. Tamara?’
‘Dat zou best eens zo kunnen zijn, meneer.’
Mark grinnikte.
‘Ja, Simone, bluffen hoort er ook bij.’
‘Dat wist ik toch niet.
Toen begon hij over mogelijk verzet van hem. Je had haar moeten zien.
Zulke grote ogen. Meneer, we gaan beslist geen geweld gebruiken, maakt
u zich maar geen zorgen.’
‘Nee, dan hadden we het erbij moeten laten. Maar nu word ik erg nieuwsgierig, want hij heeft wel getekend.’
‘Ze zei, we zouden de
weg en het water en de elektriciteit en zo af kunnen sluiten. Dan zou u
honger en dorst krijgen. En als de olie voor uw kachel op is ook nog
koud.’
‘Ja, daar heb ik niet aan gedacht.’
‘Hoe wist je wat voor aansluitingen hij heeft en dat die langs de weg lopen?’
‘Dat was een gok, Simone, maar ik noemde op wat normaal is. Raak, hij zei er niets op.’
‘Slim. Ze gaf hem de
kans niet om er iets op te verzinnen, Mark. Ze zei gelijk, u heeft nog
voor een maand of negen vooruitbetaald. Daarna zouden we met twee
lijkkisten komen. Laat u bericht achter waar u begraven wilt
worden?’
‘Dat klinkt heel hard, Simone, maar dat heet overdrijven. Heel goed verzonnen.’
‘Ja, Simone, het was
nogal hard. Maar ik werd pissig toen hij over geweld begon. Ten eerste,
hij begon me door te krijgen. Dat had hij niet moeten laten merken. Hij
zei, misschien zóu er geweld nodig zijn om me weg te krijgen.
Ten tweede, hij wist dat we nooit geweld zouden gebruiken. Toen schoot
ik een beetje door.’
‘Wat zei hij toen?’
‘Hij zat haar met open
mond aan te kijken. Toen vroeg hij, meen je dat serieus? Ze zei,
natuurlijk niet, dat is toch niet nodig, u tekent toch even? Toen
tekende hij.’
‘Knap werk, Tamara.’
‘Ze keek geeneens
triomfantelijk. Ze begon gelijk weer te lijmen. U moet niet denken dat
u verloren heeft, want met dit contract kunt u er alleen maar afgegooid
worden als u alles verwaarloost, en dat doet u niet. En dat hij minder
aan reparaties kwijt zou zijn. En hij had best vakantie verdiend, ze
wilde wel helpen een vervanger te zoeken. En als zijn vrouw niet weg
wilde kon ze die ook wel ompraten. Nou zeg.’
‘Ja, keurig, een opkikker na een afknapper. Prachtig, Tamara. Dank je wel.’
‘Zo moeilijk was het
niet. Ik had er van tevoren wel over nagedacht, maar veel verder dan
met die lijst beginnen, om hem te lijmen, was ik niet gekomen. Met
klanten wist ik ook nooit van tevoren waar het zou eindigen, ik wachtte
wel af. Ik wist alles van koekenbakken, de klanten niet. Tja, zo veel
mogelijk de waarheid, en een beetje bluf en overdrijving. Dat doen de
klanten ook.’
‘Ja. Zo werkt dat, Simone.’
‘Ja, dat weet ik wel.
Ik probeer, voor de lol, in een winkel ook wel eens om er meer uit te
slepen dan waar ik recht op heb. Als ik het gelijk krijg is dat
geeneens leuk. Maar dit was anders. Ik ging voor de gezelligheid mee,
met mijn lieve Tamara. Praat ze daar zo te horen heel vriendelijk, maar
keihard, zakelijk. Ik had het er moeilijk mee, haar zo te horen praten,
maar ik dacht, het zal wel moeten, ik zal er aan moeten wennen. Maar
bij iedere volgende stap moest ik slikken. Wéér niet
dreigen, maar wéér, dan zou, met dat lieve stemmetje. Als
het daarbij gebleven was had het net gegaan. Maar toen ze over die
lijkkisten begon werd ik niet goed.’
‘Ik begrijp je. Ik
moet, ik denk voor het eerst, je een negatief advies geven. Liefste,
blijf alsjeblieft zo goed voor iedereen zorgen, maar laat het
koekenbakken aan ons over.’
‘Ja, Mark.’
‘Het spijt me, Simone, ik had je voor moeten bereiden.’
‘Nee, nee, dat had niet
veel geholpen. Dat van die lijkkisten schudde je toch ook uit je mouw?
Je hebt het prima gedaan. Ik heb inderdaad altijd alleen verzorgd. Dat
ligt me, daarvoor ben ik in de verzorging gegaan. Toen Mark me eh
opkocht ben ik daar bij hem thuis gewoon mee doorgegaan. Dat was nog
veel mooier, in het ziekenhuis was er amper tijd om mensen te leren
kennen. Toen kon ik me op hem en zijn schoonvader concentreren. En
later op de kinderen, eerst twee, toen vier. En hier kan ik heerlijk
rondlopen en kijken hoe alles gaat. Als er met iemand iets is zie ik
het, heb ik ze zo aan het praten en kan ik ze helpen. Toch ga ik weer
graag met je mee, Tamara. Iets ergers dan die lijkkisten kan me niet
meer overkomen.’
‘Dat weet ik niet,
Simone. Ik ken je zwakke plek voor kinderen. Als we ergens aardige
tegen komen zal je dat leuk vinden, je hebt het met je eigen kinderen
ook getroffen. Maar je zal het niet leuk vinden als ik niet aardige
kinderen op hun nummer zet. Hoe méér ze tegen me ingaan,
hoe harder ik word, ik laat niet over me lopen. Ik kon koekjesdieven
goed aanpakken, daar had ik de politie niet bij nodig.’
‘Ik begrijp je. Ja, ik
heb geluk gehad, ik heb nooit hard op hoeven treden. Ik zal het zelf
niet kunnen, maar ik kan er wel aan wennen als jij het doet. Ach, ach,
wat schrok ik van dat lieve meisje.’
‘Simone, je hebt, nadat
je haar één keer gezien had, me gezegd dat er
méér in haar zat dan een goede bakker. Ik begrijp best
dat je verbaasd en wat geschokt bent nu je ziet wat er tevoorschijn
komt. Maar ze blijft een lief meisje. Als er zakelijk wat is vertelt ze
het kort en bondig. Daarna ga ik weer heerlijk aan het zwembad
denken.’
‘U bent heel ondeugend, meneer.’
‘Dat was jij ook. We
hebben wat van je geleerd, Simone verrast me nu soms ook. Ik denk
steeds, ik red het wel, maar mis. Heerlijk. Jullie hebben er toch ook
goede herinneringen aan?’
‘Ja, vooral omdat we nu
vergelijkingsmateriaal hebben. Ik zou gauw tevreden geweest zijn. Ik
was méér dan tevreden, hij zag er prachtig uit en eh voor
mijn gevoel zat ik helemaal vol. Maar ik had nog steeds geen idee wat
normaal was. Ik ben heel trots op hem, en hij op zichzelf, dat hij aan
de grote kant is. Hè, Simone?’
‘Ja, je hebt het
gezien, en gevoeld, ondeugd, dat hij net zo groot is als Mark. Volgens
Renee de op één na grootste die ze ooit tegengekomen is.
Ze heeft niets over Marks ballen gezegd, dus die van Thomas zijn
duidelijk groter dan normaal. Misschien komt ze hier een keer op
bezoek. Dan mag ze wel even meten, hè?’
‘Dat één
keer aan elkaar komen is ons goed bevallen. Renee mag best ook een keer
met zijn ballen spelen. Ik denk dat Thomas, na jou, andere vrouwen niet
zo interessant meer vindt.’
‘Het blijft jongens
toch altijd een beetje opwinden. Dat weet ik ook van onze schoonzoon.
Tja, die was vijftien, toen hij ze voor het eerst zag. Onze zoon is
niet zo onder de indruk, die heeft ze zijn hele leven gezien. Pikkies
winden mij ook een beetje op, al zijn ze kleiner dan die van
Mark.’
‘Dat doet me ergens aan denken. Francis is met me komen praten. Op jouw advies, zei ze.’
‘Ja. Ze heeft
nét verkering, en ik wilde haar advies geven, dat kan ik nu
eenmaal niet laten. Maar dan moest ik eerst meer van haar weten, en dat
kwam in dat gesprek niet zo goed uit. Onze gesprekken met Thomas en jou
liepen anders. Ik heb haar naar jou verwezen, omdat jullie even oud
zijn en jij haar ook genoeg advies kan geven. Ze komt er zonder advies
ook wel, maar je hebt haar vast toch wat extra’s mee kunnen
geven.’
‘Ja, zo ongeveer
hetzelfde als jij mij gegeven hebt. Ze was gauw van haar blozen af. Dat
werkt geweldig, zeg, iets van jezelf vertellen en dan weer gewoon
doorvragen.’
Ze grinnikten.
‘Ze bloosde nog maar
één keer, toen ik vertelde wat Ian me al verteld had. Dat
hij haar erin had laten lopen om te vertellen dat ze nog maagd was. Ik
heb verteld dat Thomas en ik het ook gebleven zijn, tot in onze
huwelijksnacht. En zo’n beetje wat we daarvoor
geëxperimenteerd hadden. Het was te merken dat ze vaker en
intiemer met meisjes gepraat had dan ik, ze wist alle theorie al. En ze
heeft wat gescharreld. Ze zei dat je een mooie term gebruikte, over
haar en Ian, dat ze hele vage trouwplannen hadden. Daarom doen ze
voorzichtig aan, om het een tijd te redden. Ik heb niets gezegd, zij
ook niet, maar ik wed dat ze binnen een jaar trouwen.’
‘Waarom ook niet? Op jullie leeftijd verloopt een kennismaking beter en sneller dan wanneer je jonger bent.’
‘Ja. Ze hebben zich
natuurlijk niet opgegeven, maar ik ben zo oneerlijk om te proberen een
huis voor ze vrij te houden.’
‘Schandalig. Net zo oneerlijk als wij waren om jullie het portiershuis te gunnen.’
‘Precies. Ik ben wel
blij dat er zo veel mooie woningen komen, anders had ik het toch niet
helemaal prettig gevonden, tegenover de rest van de jeugd in het dorp.
Ik heb daar al een keer over in het krantje geschreven. We gaan
binnenkort bij elkaar op bezoek, de jongens kennen elkaar ook niet zo
goed. Maar we zullen het best goed met elkaar kunnen vinden.’
‘Fijn.’
‘Om het wat beter met
elkaar te kunnen vinden heb ik een vraag. Maar die stel ik niet. Om
eerlijk te blijven stel ik een andere. Tot nu toe is de aanloop voor
het zonneterras niet zo groot geweest. Logisch, als het personeel vrij
was gingen ze naar huis, het moet wennen dat ze ook naar het
zonneterras kunnen. Daarom heeft Thomas er nooit bij stilgestaan dat er
introducés met het personeel meekwamen. Maar voor het uit de
hand loopt, vinden we dat het geregeld moet worden. Thomas heeft mij
verzocht het met u te bespreken, hij houdt de contacten tijdens zijn
werk liefst zo zakelijk mogelijk. Hij mag je heel graag, Simone, maar
hij kan er niet zo goed tegen als je er een eh frivole opmerking
tussendoor gooit.’
‘Dat begrijpen we. Het
blijft voor iedereen wat lastig om een goede scheiding te maken. Ga
verder, jullie hebben vast al een idee.’
‘Ja. De
introducés beperken tot de aanhang van het personeel. Geen
familie, geen vriendinnen of vrienden, alleen verkeringen, verhoudingen
in een verder gevorderd stadium dan verkeringen en echtgenoten.’
‘Ja, het moet geen
naturistenstrand worden. Je omschrijving lijkt me wel juist. Maar moet
Thomas dan beoordelen of een verkering serieus genoeg is?’
‘Voor zulke gevallen,
of als Thomas denkt dat hij of zij alleen maar bloot wil zien en dan
weer dumpen, of iets dergelijks, heeft hij een goed, maar wat brutaal
idee. Hij wil je als boeman gebruiken, Simone. Hij wil dan zeggen, ik
twijfel over de serieusheid van jullie relatie, ik weet niet of jullie
voldoen aan de criteria voor toegang tot het zonneterras. Ik wil daar
de mening van mevrouw over horen. Willen jullie even wachten? Omdat
vast niemand van het personeel het lef heeft om over een losse scharrel
met Simone over bloot te praten, wedden we dat niet-serieuzen zeggen,
laat maar zitten. Die af. Als ze zeggen, prima, gaat Thomas naar zijn
kantoor. Als hij denkt dat het goed zit, omdat ze een confrontatie
aandurven, kan hij naar ze teruggaan en zeggen, mevrouw is niet
beschikbaar, voor deze keer hebben jullie toegang. Hij denkt niet dat
hij je ooit voor een beslissing hoeft te bellen, het is in het dorp
gauw bekend wie met wie gaat.’
‘Een heel goed idee. Akkoord, Simone?’
‘Enerzijds ben ik
vereerd dat ik als boeman op mag treden. Daaruit concludeer ik dat het
personeel weet dat ik geen blad voor mijn mond neem en zal vragen wat
ik nodig vind. Anderzijds, jammer dat ik waarschijnlijk nooit
zo’n stel zal zien. Ik zou wel een paar rode hoofden willen zien,
als ik ze zou vragen wat ze al met elkaar gerommeld hebben, onder de
kleding of al bloot.’
Ze grinnikten.
‘Akkoord met de criteria. Hoe wil Thomas de toegang regelen?’
‘Overdag zitten niet
alle deuren op slot. Maar niemand heeft het lef om zonder zich bij de
butler of zijn plaatsvervanger te melden hier rond te gaan lopen. Het
risico om personeel tegen te komen is te groot. Dorpsgenoten zouden
voor het hele dorp afgaan als indringer in het huis. Niet-dorpsgenoten
zullen overgedragen worden aan de politie. Thomas hoopt, in een nogal
beschadigde conditie, omdat de indringer zich zal verzetten, of hij dat
zelf weet of niet. Na een telefoontje zijn er binnen de minuut stevige
jongens uit de garage en de stallen.’
‘Liever geen blijvende beschadigingen, maar het zal ook wel nooit voorkomen.’
‘Nee. Als het te druk
wordt wil Thomas overgaan tot het verplichten van eerst telefonisch
vragen of er plaats is en reserveringen.’
‘Juist. Wat is te druk?’
‘Dat varieert. Er moet
rekening mee gehouden worden dat uw ouders er kunnen er zitten of
willen komen. Verder weet iedereen welk stel druk is of niet. Als
uiterste maatregel kan Thomas een stel verzoeken om op een andere tijd
terug te komen. Alweer, niemand die het lef zal hebben om te weigeren.
Er zullen er waarschijnlijk zelf weggaan, als het te druk wordt. Dat
was altijd al een voorwaarde. En iedereen wil het gezellig
houden.’
‘Mijn ouders hebben
geen klachten. Ze vinden het wel gezellig, wat geroezemoes om zich
heen. Akkoord, Tamara. Weer keurig doordacht. Ik geef het zelf door aan
Thomas, zakelijk.’
‘Zijn Francis en Ian al in het stadium dat Ian mee zou mogen komen?’
‘Hoe kom je op die vraag, Simone? Ik dacht dat ik je wel afgeleid had.’
‘Nee, ik snap meestal gauw waar je naar toe wilt, en wacht dan rustig tot na je keurige uitleg.’
‘Tja. Over dat stadium,
het lijkt me leuker voor je als je het haar zelf vraagt. Ik denk dat ze
nu wel tegen je durft te praten. Ik heb haar natuurlijk ook verteld hoe
jij me een paar dingen duidelijk hebt gemaakt. Ze begreep het, hoor,
dat je graag iedereen gelukkig ziet, en er ook iets voor wilt
doen.’
‘Ja. Je zal je wel vermaakt hebben over haar reacties.’
‘Nogal. Ik heb de
verhalen een beetje aangepast, zonder te liegen. Omdat ze het nog even
uit moeten houden heb ik verteld dat jij een meisje kende, dat
vóór haar huwelijk liters sperma doorgeslikt had, zonder
er nadeel van ondervonden te hebben.’
‘Tja, de grens tussen voorlichting en aanmoediging is lastig.’
‘Ja, maar ik wist al
wat meer van haar. Dat, toen hij aan haar blote kontje zat, ze zoals
meer meisjes wilde weten of hij een grote had. Dat het daarna een
beetje uit de hand liep, maar dat het fijn gaat.’
‘Rekbaar.’
‘Ze zijn allebei, volgens haar, vastbesloten maagd te blijven totdat enzovoort.’
‘Dan hoef ik ze in ieder geval niet lastig te vallen.’
‘Jij valt niemand lastig, tenzij voor zijn eigen bestwil.’
‘Ook rekbaar.’
‘Dames! Ik wil nog ergens op terugkomen, Simone. Ik heb je niet opgekocht.’
‘Nee, daar wilde ik
zelf ook op terugkomen. Je hebt me eigenlijk ómgekocht. Met die
hele mooie zitslaapkamer en dat hoge salaris. En een soort
pensioenopbouw. En je hebt gezorgd dat ik mijn opzegtermijn in het
ziekenhuis niet uit hoefde te dienen, ik kon met een paar dagen
weg.’
‘Ja, je keuring, ook
door mijn schoonvader, viel goed uit. Hij mocht naar de bovenste helft
van je borsten kijken, ik later naar alles daaronder ook, bloot. En
nog.’
‘Je laat het gelukkig niet bij kijken.’
‘Ik ben een beetje
jaloers op Thomas. Hij zou wat voor Renee geweest zijn, vroeger. Hij is
niet groter dan ik, maar hij kan wel vaker.’
‘Ik vind drie of vier keer over de hele dag meer dan genoeg, hoor. Jij, Tamara?’
Ik zou met twee keer al blij
geweest zijn. Want één is geen. Maar als ik hem bloot zie
wil ik ook. En dan kom ik ook. Ik tel maar niet meer.’
‘Mark, zullen we achter de tussendeur een eh privé-bespreking houden?’
‘Ja, we kunnen erbij praten.’
‘Dan vraag ik Thomas of hij thuis komt lunchen.’
‘Ja, daar hoeft hij niet altijd toezicht op te houden. Tot ziens.’
Mark en Simone verdwenen door de tussendeur. Op de oprijlaan, op weg naar huis, belde Tamara Thomas.
Zie voor het vervolg ‘Simone in Engeland ’ deel 2
Klik hier om een ander verhaal te kiezen en/of een e-mail met commentaar te sturen.