Simone in Engeland
Deel 3: Eerbetoon
B.W. van Daalen
Inhoud:
© B.W. van Daalen
(Nov. 2005; 1e Herziening Mrt. 2008)
Eerder werk:
2 Weken en Daarna
14 Dagen en Daarna (Gekuiste versie van 2 Weken en Daarna)
Affaire Driehoog
Oaseliefde
Muurversiering
In en om Simone (Deel 1 t/m 4)
Simone in Engeland (Deel 1 en 2)
Alle genoemde personen zijn fictief.
Dit verhaal mag, geheel of gedeeltelijk,
zonder schriftelijke toestemming van de schrijver,
niet gereproduceerd of verspreid worden.
Niet op een ouderwetse manier, ook niet op een moderne manier.
Het mag wel, geheel of gedeeltelijk, doorverteld worden, mits met bronvermelding.
Voorkomende personen
Al in vorige delen:
A.B. Jensen Verslaggever NYT
Aimee
Vriendin enz. van Mike
Charles
Schoonvader van Mark Wellingten
Claire
Engelse nicht van Mark
Dave Cresswall Latere eega van Renee
Emily Wellingten Dochter van Mike en Aimee
Jamie Thomson Vriend enz. van Silvia
Karen
Latere verkering van Stefan
Kevin
Latere eega van Karen
Leo
Eega van Tamara
Mark Wellingten O.a. chirurg
Mike Wellingten Zoon van Mark en Simone
Ralph
Cafetariamedewerker
Renee
'Verkering' van Mark op z'n 16e
Richard Thomson Zoon van Jamie en Silvia
Silvia Wellingten Dochter van Mark en Simone
Simone Wouters Verpleegkundige
Stefan Westerdorp Vanaf de boot 'vriend' van Simone
Tamara
Eerder geëmigreerde vriendin
Thomas Peterson Butler in Engeland
Thomas Peterson Zoon van butler in Engeland
Vivian
1e Eega van Mark Wellingten
Vanaf dit deel:
Alex P. T. Wellingten Zoon van Mike en Aimee
Bianca T. Thomson Dochter van Jamie en Silvia
Crystal Staples Dochter van John en Maureen
Francis
Dienstmeisje, latere eega van Ian
Hammond Kruidenier
Ian
Leraar, o.a.
John Staples Campingbeheerder
Johnny Staples Zoon van John en Maureen
Maureen Staples Egaa van John
Peter
Eigenaar grondverzet- en
afrastingfirma
Ryan
Eigenaar telefoon- en
computerwinkel
Tamara Hillman Verkering enz. van Thomas jr.
Korte inhoud van het voorafgaande
In en om Simone‘ deel 1:
Simone was enig kind. Ze
volgde een opleiding voor verpleegkundige, na haar slagen daarvoor nog
meer cursussen en werkte ook een paar uur per week bij een
consultatiebureau waar moeders met kleine kinderen kwamen voor controle
en de vereiste inentingen.
Nadat haar ouders door een
ongeluk omgekomen waren besloot ze, omdat de overige familieleden
inmiddels ook al overleden waren, op aanraden van Tamara, een
geëmigreerde, vriendin ook te emigreren, ze wilde verandering. Ze
ging met een boot, om rustig over te kunnen schakelen. Op de boot
ontmoette ze een leeftijdgenoot, Stefan, die ook emigreerde, maar al
wat thuis was in de USA. Hij ging werken als hoogleraar aan de
Universiteit van Boston, zij als verpleegkundige in het ziekenhuis
daarvan. Haar vriendin en hij hielpen haar op weg in haar nieuwe
omgeving. Stefan en Simone zagen niet genoeg in elkaar voor een
gezamenlijke toekomst, maar gingen wel een flat en een beetje hun leven
delen. Ze spraken af elkaar vrij te laten wanneer er iemand opdook waar
ze wél meer in zagen voor de rest van hun leven. Voor Stefan
werd dat Karen, Hoofd Opleidingen van het ziekenhuis. Daar raakte ze
ook bevriend mee, ze ging met haar een flat delen nadat Stefan door een
verkeersongeluk omgekomen was.
Na een tijd werd ze door een
chirurg, Mark Wellingten, waar ze op haar werk wel eens contact mee
had, gevraagd om bij hem te komen wonen om Charles, zijn lichamelijk
licht gehandicapte schoonvader, ook weduwnaar, te verzorgen en overdag
gezelschap te houden. Het huis was door Mark gekocht toen hij voor zijn
schoonvader wilde gaan zorgen. De vorige eigenaren waren drie
alleenstaande heren die op de eerste verdieping ieder een zitslaapkamer
hadden, met eigen badkamer en kookgelegenheid. Ze zou één
van die kamers krijgen en een uitstekend salaris. Ze nam de
‘baan’ aan maar maakte er een manier van leven van, ze
zorgde voor beiden.
Ze praatte ook veel met Mark.
Door haar vrije manier van praten vertelde hij haar al gauw alles over
zijn verkeringen, waaronder één met Renee, en over zijn
huwelijk met Vivian. Zij vertelde hem het meeste van haar geschiedenis.
Ze kregen al gauw verkering. Af en toe vertelde hij iets over zijn
afkomst. Vrij snel na het ontstaan van Boston was een voorvader vanuit
Engeland gekomen. Niet helemaal geëmigreerd, hij hield zijn huis
in Engeland aan. Met zijn pensioen ging hij terug naar Engeland, zijn
kinderen bleven hier. Zo was dat steeds gegaan. Zijn vader was bij zijn
pensioen naar Engeland gegaan om vanuit het voorvaderlijke landhuis het
familiebedrijf te leiden. Mark zou bij zijn pensioen het van hem over
kunnen nemen, als hij dat wilde. Hij zou dan het land wat bij het huis
hoorde moeten beheren, en het familievermogen, waartoe ook de antieke
meubelen en schilderijen, waaronder een Picasso, in zijn huis hoorden.
Er was ook een Rolls-Royce. Hij had zelf ook geld, waar hij mee kon
doen en laten wat hij wilde, van de familie-eigendommen mocht hij
alleen genieten. Simone mocht in de Rolls rijden.
‘In en om Simone’ deel 2:
Binnen een jaar trouwden ze.
Vlak voor hun trouwen kwam ze nog ergens achter. Mark zei dat hij iets
uit Engeland over zou laten komen. Familie-eigendom, traditie voor een
bruid om het te dragen, maar het hoefde niet. Het bleken twaalf
eeuwenoude zijden bloemen te zijn, bewerkt met goudverf. En een tiara.
De bloemen droeg ze op de grote dag in twee rijen achterin haar lange
haar. Door de tiara zag ze eruit als een koningin.
Zodra het zeker was vertelden
ze Charles dat er een tweeling op komst was. Charles deed ze een
zwembad in de tuin cadeau, de kinderen zouden er ook van genieten.
De tweeling kwam voorspoedig
op de wereld, eerst Mike, even daarna Silvia. Ze zonden en zwommen,
behalve als er bezoek was dat niet mee wilde doen, allemaal bloot.
Charles keek vanuit zijn rolstoel vaak glimlachend toe. Hij overleed
toen de tweeling acht was.
Simone maakte een losbladig
boek met verhaaltjes, tekeningen en foto’s om de kinderen
seksueel op te voeden. Ieder jaar voegde ze ook een foto van de blote
tweeling in.
Mike kreeg toen hij veertien
was een vriendinnetje, Aimee, Silvia op haar vijftiende een vriendje,
Jamie. Die twee mochten, zodra ze bij de tweeling thuis kwamen, het
boek van Simone bekijken, waardoor ze zonder problemen snel mee gingen
doen met bloot zonnen en zwemmen.
‘In en om Simone’ deel 3:
In het jaar dat de jeugd
negentien werd gingen ze met z’n allen voor het eerst op
familiebezoek bij de ouders van Mark in Engeland. Daar vielen ze, zelfs
Mark, van de ene verbazing in de andere. Mark noemde nooit getallen,
hij zei altijd nogal wat, ook als de kinderen een enkele keer vroegen
wat ze van hun opa, de schoonvader van Mark, geërfd hadden. Op hun
eenentwintigste zouden ze erachter komen. Hij wist ook niet veel van
wat er in Engeland was. Hij had alleen een lijst van alle antiek,
schilderijen en juwelen. Maar er stonden geen prijzen bij. Het landhuis
bleek ontzettend groot. De tuinen eromheen zo groot als het stadspark
in Boston. In de paardenstal konden veel paarden, maar er stonden er
‘maar’ acht. En acht koetsen. Een andere paardenstal was
omgebouwd tot garage, daar stond niet één Rolls-Royce,
maar een stuk of vijf. De landerijen van de familie waren verpacht, er
waren twintig boerderijen. Het hele grondbezit was zo groot als een
Amerikaanse county.
Na terugkomst in Boston begon
de jeugd aan trouwen te denken. Er werd afgesproken, dat als de
verkeringen ook hun studiebeurs af zouden dragen, en na hun huwelijk ze
allemaal wat huur zouden betalen, ze in het huis mochten komen wonen.
Ze gingen langzamerhand wat gaan vrijen, maar bewaarden het mooiste
voor tot in de huwelijksnacht. Op hun twintigste trouwden ze, tegelijk.
Omdat de familie maar één tiara bezat liet Mark twee
diademen uit Engeland overkomen.
Een paar jaar later kondigden
de kinderen aan dat ze zelf aan kinderen wilden beginnen. Maar dan
moest er een ruimteprobleem opgelost worden, alle drie slaapkamers
waren bezet. Mark kwam op het idee om met pensioen te gaan en zijn
vader te vragen of hij het van hem over kon nemen. Die ging akkoord.
Simone aarzelde om zo ver van haar kinderen vandaan te gaan, al wilde
ze niet op hun lip zitten, maar ging overstag toen ze van de
mogelijkheid van een webcam in de kinderkamer hoorde en dat ze zouden
kunnen chatten, elkaar kunnen zien en horen. Pas toen alles beslist was
kwamen ze op het idee om de leegstaande zolder in gebruik te nemen.
Mark liet die snel ombouwen, er kwamen een logeerkamer, een badkamer en
vier kinderkamers. De kinderkamers zouden ingericht worden zodra er
kinderen groot genoeg waren om daar te gaan slapen. Mark en Simone
namen de logeerkamer in gebruik, zodat er op de eerste etage een
kinderkamer ingericht kon worden.
Het eerste kleinkind van Mark en Simone was Emily, het dochtertje van Mike en Aimee.
Het tweede, een maand later, Richard, het zoontje van Jamie en Silvia.
Twee maanden na de geboorte
van Richard vertrokken Mark en Simone naar Engeland, eerder had Simone
zich niet los kunnen maken. Alle heerlijke herinneringen aan de eerste
maanden van de tweeling kwamen weer boven.
In Engeland:
Mark nam, samen met Simone,
het beheer van de eigendommen van de Wellingtenfamilie over van zijn
vader. Ze lieten de butler, Thomas, met pensioen gaan en namen zijn
zoon Thomas jr. als nieuwe aan. Die vroeg of ze het leegstaande
portiershuis konden laten renoveren en aan hem verhuren. Door hem en
zijn verloofde Tamara kwamen ze achter de woningnood in het dorp. Mark
kon, als beheerder van het familievermogen, al snel alle huizen daarin
opkopen. Hij nam Tamara in dienst als troubleshooter, om klachten en
wensen van de bewoners in ontvangst te nemen en die zo veel mogelijk
zelf af te handelen. Ze ging ook een krantje uitgeven, met daarin
nieuws over de renovatie van de huizen en de nieuwbouw die gepland
werd.
Zodra het portiershuis
gerenoveerd was trouwden Thomas en Tamara. Ze waren net zo oud als de
tweeling van Mark en Simone, maar hadden langer op elkaar gewacht,
vanaf dat ze konden lopen.
Zodra de tekeningen van de
nieuwbouwwoningen door het architectenbureau afgeleverd werden begon
Tamara met het vragen om offertes aan bouwers en leveranciers. Al snel
daarna begon het bouwen van een nieuwe straat, de Wellingten Avenue,
met zesennegentig woningen. En de planning voor een camping met
stacaravans begon, een gedeelte was bestemd voor bewoners die tijdens
de renovatie van hun huis eruit zouden moeten.
Week 35
Zondagmiddag
kwamen Tamara en Thomas langs met John, Maureen en Crystal. Mark en
Simone begroetten het stel en bewonderden Crystal.
‘John zei al, ze heeft jouw ogen, Maureen.’
‘Ja, mevrouw. We hadden
het erover gehad wat voor ogen ons kindje zou krijgen. John vindt de
mijne zo mooi. Na haar geboorte lag ze een tijdje rustig in mijn armen,
toen ze ineens haar ogen wijd open deed. We schrokken allebei, zo
helder. En al heel gauw keek ze ons aan. John moet nog vaak even
slikken van ontroering, als ze hem aankijkt. En nu lacht ze er nu ook
bij. We zijn zo gelukkig met haar.’
‘Natuurlijk. Het kan eigenlijk niet, maar mijn man en ik waren dubbel gelukkig, we kregen een tweeling.’
‘Dat kan ik me voorstellen. Wij gelukkig niet, één kan ik aan, twee zou lastig worden.’
‘We hebben van John al iets over je gehoord. Gaat het goed met je? Dit is toch een drukke tijd.’
‘Geestelijke inspanning
is geen probleem, ik moet me alleen lichamelijk niet te lang achter
elkaar druk maken. Ik kan onbeperkt lopen, wandelen, maar ik moet niet
gaan rennen.’
‘Nou, rennen doe ik ook zelden. Wat denk je van alles, Maureen?’
‘Een grote verandering,
mevrouw. We hadden een redelijk rustig leventje, eerst met ons
tweeën, nu met ons drieën. John is een paar keer van baan
veranderd om het financieel wat makkelijker voor ons te maken. Maar
sinds halverwege mijn zwangerschap wilde ik graag dat hij wat vaker
thuis was. Zijn tuintje was fijn, bracht ook veel op, maar het had
achter ons huis moeten liggen, maar daar hebben we amper plek om te
zitten. We kregen hoop na het telefoontje van Tamara. Ik pakte
toevallig de telefoon op, ze klonk zo aardig. En ze vroeg John de oren
van zijn hoofd, dat zou misschien niet voor niets zijn. Maar ja, een
boekhouder aannemen als campingbeheerder verwacht je niet direct, al
was hij uit dertig kandidaten één van de drie
geselecteerden. Hij kwam hiervandaan bijna overstuur thuis, hij was
aangenomen. In een heel groot huis, en hij had heen en weer naar het
station en naar het dorp in een Rolls meegereden. Hij heeft uren zitten
praten, over wat hij gezien en gehoord had. O, ik praat vast te
veel.’
‘Nee, ga maar door, we zijn wel wat gewend.’
‘We hebben eerst in het
dorp rondgekeken. Daar zou ik zo wie zo al willen wonen, heerlijk
rustig, vergeleken bij de stad, en toch alles bij de hand. En de
prijzen die ik zag waren lager dan bij ons. Toen zijn we naar de
camping gegaan. Wat mooi aangelegd. En wat krijgen we een mooie plek.
Vlak naast het kantoortje en een tuintje. John heeft het verteld, ik
kan hem helpen. Als hij achteraan op de camping aan het werk is de
telefoon aannemen en reserveren. Het is niet ver van het gebouwtje naar
onze caravan. Met die twee treden om de caravan binnen te komen heb ik
geen moeite.’
‘Nee, tien keer erop en
eraf is waarschijnlijk net zo vermoeiend als kinderen maken, en dat kan
je ook. O. Laat ik je schrikken?’
‘Eh ja.’
‘We gaan hier erg vrij
met elkaar om. De jeugd in het dorp ook. Je weet dat er achter de
camping een meertje is waar de dorpsjeugd komt zwemmen? Jongens en
meiden tegelijk, bloot?’
‘Ja, mevrouw. Tamara
heeft gelukkig uitgelegd hoe dat gekomen is, anders had ik dat niet
kunnen begrijpen. Als het daar zo gezellig wordt als ze zegt gaan we
misschien wel meedoen.’
‘Goed zo. John hoeft
daar geen toezicht te houden, maar af en toe zijn neus laten zien kan
geen kwaad. Dat kan jij ook doen. Heeft Tamara ook over het zonneterras
verteld? Daar zou je kunnen wennen, omdat daar hoofdzakelijk gezeten en
gelegen wordt. Bij dat meertje lopen de jongens ook rond, zwaaiend met
hun pikkies.’
‘Ik eh heb me voor ons
huwelijk netjes gedragen, maar ik ben niet vies van bloot. Van mij
mogen ze ook eh we zien wel.’
‘Met een erectie
rondlopen? Ja, van Tamara en mij ook, maar dat is niet de bedoeling.
Dan zou het voor de meeste te moeilijk worden om, zoals je zei, zich
voor hun huwelijk netjes te blijven gedragen. Jammer voor ons,
hè?’
‘Een beetje wel. Maar buiten snoepen, thuis eten.’
‘Eet je genoeg?’
‘Eh mijn tafel staat altijd gedekt.’
‘Mooi gezegd, Maureen.’
‘Tja. Over dat snoepen. Hoe oud zijn ze bij het meertje, Tamara?’
‘Wat ik tot nu toe
gezien heb, achttien tot vijfentwintig. Die hebben er natuurlijk de
minste moeite mee. Ik verwacht dat er langzaamaan steeds jongeren
komen. Tot hoe jong weet ik niet, dat ligt aan de ouders. Die hebben
niets van zich laten horen, ik ga ze ook niets vragen. We zien wel hoe
het loopt.’
‘Of staat. Ik heb nog
een paar vragen, die ondertussen bij me opgekomen zijn. Mogen we bij de
caravan een stukje afzetten, met een hekje, van nog geen meter hoog, om
te voorkomen dat Crystal het water inloopt vóór ze kan
zwemmen?’
‘Ja, natuurlijk, combineer het maar met een hekje rond het tuintje.’
‘Dank u. Waar kan ik de was doen?’
‘Geen idee. Tamara?’
‘Daar heb ik over
nagedacht. Een wasserette in het gebouwtje. Of in een ander gebouwtje.
Maar ik zag er niets in. Zit je weer met onderhoud van wasmachines en
centrifuges en troep van gemorst waspoeder. Als je de camping afloopt
en rechtdoor loopt naar de Hoofdstraat is daar op de hoek een goede en
goedkope wasserij. Ik weet dat de was van Het Grote Huis daar ook naartoe gaat. Veel mensen in het dorp hebben geen wasmachine,
hebben daar geen plaats voor. Ze geven hun was af bij de wasserij als
ze boodschappen gaan doen. Als je één keer in de week je
boodschappen doet ben je lang genoeg bezig om na afloop je was weer op
te halen, zo snel zijn ze meestal wel. En anders hangen er altijd een
paar jongens met hun fietsen rond die het graag tegen een kleine
beloning bij je thuis brengen. Er zijn er een paar die op hun fiets een
bordje hebben waar was op staat. Ze fietsen, op tijden dat er veel
mensen komen winkelen, de Hoofdstraat op en neer, pakken was aan en
brengen die naar de wasserij. Dan hoef je niet eerst daar
naartoe.’
‘Kleine zakenlui, leuk.
Weet je ook of er ergens babyzwemmen is, en hoe ik daar kan komen?
Crystal moet zo vroeg mogelijk leren zwemmen.’
‘In de stad, er gaan er
meer heen. Zodra je hier woont moet je in het dorpshuis een briefje
ophangen. Ik kan het ook in het krantje zetten, gratis. Gevraagd, voor
mijn dochtertje van zoveel maanden en mij, een lift naar het
babyzwemmen in de stad, tegen vergoeding. Maureen Staples, Wellingten
Camping nummer 1, telefoonnummer.’
‘O. Hoe vaak is dat?’
‘Ik weet aardig wat, maar dát niet, dat hoor je dan wel.’
‘Tamara, wie heeft die camping zo gedoopt?’
‘Nog niemand, Mark, dat
mag je doen bij de officiële opening. Als je een betere naam weet
hoor ik het graag binnen een paar weken, vóór ik de
borden laat maken.’
‘Jullie zien het, Tamara regelt van alles. Dus, vragen, haar bellen.’
‘Ik heb een vraag,
meneer. Maureen zei dat ze me kan helpen, als ik achteraan op de
camping aan het werk ben de telefoon aannemen. Maar dat kan ze vast
niet altijd, bijvoorbeeld als ze Crystal aan het wassen is. Mag ik dan
de telefoon in het kantoortje in het gebouwtje doorschakelen naar de
mobiele telefoon? Dan bellen de mensen tegen normale kosten, de rest is
voor rekening van de camping.’
‘Goed bedacht, John. Prima. Jullie zien het wel zitten, hè? Jullie zitten al vooruit te denken.’
John en Maureen knikten.
‘Mark, Maureen moet een
eigen mobiele telefoon. Als er iets is en John is uit het zicht bij het
meertje moet ze hem overal vandaan kunnen bellen. Of hier naartoe, naar
het nummer van de butler, voor hulp. Hier wordt altijd opgenomen. Ook
voor jou, John, de telefoon van de butler wordt doorgeschakeld naar
degene die dienst heeft. Wie hem aanpakt heeft een lijst van al het
personeel met hun adressen en telefoonnummers. Als jullie ‘s
nachts hulp nodig zouden hebben belt hij naar die het dichts bij jullie
woont, en zo verder.’
‘Ja, goed idee, Simone. Thomas regelt dat wel.’
‘Simone heeft gelijk,
ze zitten daar een beetje afgelegen. Het enige voordeel is dat er maar
één toegangsweg is, en de hulp daar in een paar minuten
kan zijn. Maar ik wil het nog iets veiliger maken. Mark, je hebt vast
één of meer creditcards.’
‘Ééntje,
Simone ook. Maar die gebruiken we eigenlijk alleen in Londen, hier in
de buurt gaan de rekeningen naar de beheerders, en die doen alles per
bank.’
‘Wil je voor de camping
zakelijke creditcardrekeningen aanvragen? Bij de grootste drie? Jij
krijgt dat vast sneller voor elkaar dan ik. Dan kan ik in de
advertenties zetten, betalingen alleen per creditcard.
Één van de grootste drie heeft praktisch iedereen. Dan
hoeft er op de camping niet veel contant geld aanwezig te zijn. Je weet
maar nooit wie er denkt daar gratis geld af te kunnen halen.’
‘Heel goed. Maak je even een notitie, Simone? John, ben je bekend met creditcards?’
‘Ja, wij hebben er
allebei ook één. Elke winkel accepteert ze, het is
makkelijker dan contant geld. Wij zouden daar goed mee om kunnen
gaan.’
‘Mooi. Worden ze in het dorp ook geaccepteerd, Tamara?’
‘Amper. Bijna iedereen
koopt op rekening, en rekent om de zoveel tijd per bank af. Ik zal de
voorzitter van de winkeliersvereniging eens vragen of ze niet met de
tijd mee moeten gaan. Dat zou voor de campinggasten ook makkelijker
zijn.’
‘Welja, denk gelijk
maar weer een eind verder. Mooi. We willen jullie niet langer ophouden.
Kom een andere keer hier maar verder rondkijken, ook in de stallen en
de garage. En op het zonneterras.’
‘Komt er niet genoeg vrouwvolk naar je zin, Mark?’
‘Ik vraag het natuurlijk niet voor mezelf, Tamara, maar voor Simone.’
‘Ja, ja, ik vraag me af wie er het meest geniet. We gaan er weer vandoor. Tot ziens.’
Ze namen afscheid. Mark en Simone bleven nog even op het kantoor.
‘Die redden het wel,
Mark. Maureen is vlot, zelfs Tamara knipperde een keer met haar ogen.
Toen ze zei, over de jeugd bij het meertje, we zien wel hoe het loopt,
zei Maureen, of staat. John komt ook wel los.’
‘Ja, een fijn echtpaar
om gasten op de camping op te vangen. Zeg, die van mij gaat staan. Mag
ik hem in je doos stoppen?’
‘Zal ik op het bureau gaan liggen?’
‘Nee, op de rand van het bed. Ik heb zin om voor je te komen staan en te kijken hoe ik hem naar binnen duw.’
‘Als je er ook maar veel terugtrekkende bewegingen bij maakt.’
‘Net zo veel als erin duwende, lekker pompen.’
‘En niet verzuipen, maar spuiten.’
‘Vast, omdat je doos zo lekker streelt. Naar de slaapkamer. Rennen!’
Aan het eind van de week kwam Tamara weer langs.
‘Begin van de week
hebben we de laatste stukjes van de puzzel, wie, waarin, op kunnen
lossen. Het werd op het eind wat moeilijker, maar wie lang aarzelde
kreeg in de gaten dat ze steeds minder keus kregen. We hebben er niet
aan gedacht, maar de woningen aan de kant van de landerijen waren het
eerst vol, vanwege het uitzicht. Maar we hebben niet gegarandeerd dat
er nooit vóór gebouwd zal worden. We hebben niet verteld
dat er eerder aan de andere kant van het dorp een straat bij zou komen
dan daar. Er is vraag naar van buiten het dorp, maar die vragen we om
over een paar jaar nog maar eens te informeren.’
‘Ja, dat is me te ver weg. Eerst kijken hoe dit allemaal gaat lopen.’
‘Prima. De kabels op de
camping zitten in de grond, de geulen zijn bijna dicht en er is een man
of zes bezig om bij de plaatsen van de caravans en de tenten de
aansluitingen in orde te maken.’
‘Dat schiet op.’
‘Zeker. Ik heb de tuinman gewaarschuwd, hij gaat iedere dag even kijken. Zodra het kan gaat hij grasleggen.’
‘Veel werk?’
‘Het is een aardig oppervlak, maar niet bewerkelijk, weinig hoekjes. Hij denkt het in een week te redden.’
‘En dan?’
‘Wie is hier
ongeduldig? Ik heb de leverancier van de caravans gebeld, dat de eerste
zo goed als zeker de week daarop geplaatst kan worden. Prima, als ik
bel komt de eerste de volgende dag. Ze staan klaar, en hij wil er
één per dag plaatsen.’
‘Misschien gaan we een keer kijken. Hoe gaat dat?’
‘Dat hebben we
doorgesproken. Ze komen met een truck met oplegger. Die draait aan het
begin van de camping rechtsaf, richting tentplaatsen, omdat de weg aan
die kant wat langer is voor er weer een bocht komt. De eerste keer
staat er achterop de oplegger een tractor, die blijft op de camping tot
de laatste caravan er staat, dan nemen ze hem weer mee. Na de tractor,
de caravan eraf, de tractor zet hem op zijn plaats. Ze brengen
luchtkussens, een compressor en balken mee. En waterpassen. De
luchtkussens gaan onder de caravan, worden opgepompt tot de caravan van
de grond is. Dan gaan de balken op de juiste plekken onder de caravan
en laten ze de caravan zakken. Met behulp van plankjes zetten ze de
caravan waterpas. Gesnapt?’
‘Ja, zo dom zijn we ook weer niet. Dan?’
‘Dan sluiten ze de
caravan aan. Ze weten de aansluitingen op de caravan en die in het
putje, ze hebben alles bij zich om die te verbinden. De truck met
oplegger draait achteruit, vóór het gebouwtje langs. Als
het goed is blijven de achterste wielen op het wegdek, anders moeten we
misschien een paar meter gras repareren.’
‘En als hij niet kan draaien?’
‘Dan doen we wat ik
heel in het begin gedacht had, vóór ik wist hoe de weg
zou lopen. Dan hadden ze de toegangsweg achteruit af moeten rijden. Dat
duurt geeneens veel langer.’
‘Gaat er wel eens iets mis bij je?’
‘Bijna, omdat ik
natuurlijk niet alles weet. Maar tot nu toe heeft dan steeds een
specialist me gewaarschuwd. Meegedacht, zoals Peter.’
‘Mooi. Eenentwintig gedeeld door vijf, vier weken en een dag. Mooi. Wanneer zou er verhuurd kunnen worden?’
‘Ho, ho, niet zo snel.
Alles moet nagekeken worden. Dan moet het woonkamermeubilair, de
keukenuitrusting en het beddengoed er nog in. Dat heb ik ook op
afroep.’
‘Daar heb ik nooit aan gedacht.’
‘Daar ben je ook niet voor.’
‘Nee, Tamara.’
‘Dat zijn allemaal
dingen die mijn baantje zo leuk maken. Van alles één
kwaliteit beter dan normaal zoeken. Méér is niet nodig.
En als een caravan er een beetje lux uitziet houden ze hem ook eerder
netjes. Maar dat is verder voor John. Die belde iedere dag. Maandag,
dat hij zijn baan opgezegd had en dat hij eerder weg kan, als hij waar
hij mee bezig is maar netjes overdraagt. Ik heb hem van de
vermoedelijke komst van de caravans verteld. Dinsdag, of ik die
grasmaaier kon regelen, de levering zou even kunnen duren. Hij was me
vóór, ik was er bijna aan toe. Ik denk dat hij aan niets
anders dan de camping denkt. Ik heb jullie verteld over een
grasmaaimachine, die, behalve aan de onderkant, ook voorop links en
rechts uitklapbare maaiers heeft, allemaal apart in- en uitschakelbaar.
Ik heb een elektrisch type besteld, anders zitten we weer met
brandstof. Met hele grote accu’s, anders moet John te vaak
stoppen met maaien om die op te laden. Volgens de gegevens van de
fabrikant zou de hele camping in één keer gemaaid kunnen
worden, maar daar twijfel ik natuurlijk aan. Maar John zal het wel
uitproberen. Hij gaat vast niet een hele dag op dat ding zitten. Hij
kan bij de caravans doen, een volgende dag bij de tenten, dan bij het
meertje, en dan de toegangsweg. Tussendoor steeds de accu’s op
laten laden.’
‘Ga je hem dat zo vertellen?’
‘Nee, alleen als hij
zelf niet op het idee komt. Dat doe ik met andere dingen ook. Ik ben
troubleshooter, geen beheerder. Maar ik denk vooruit. Ik zal een
voorbeeld geven. John moet de vuilafvoer regelen. Als ik merk dat hij
dat niet op tijd doet, begin ik om voorzichtig wat te suggereren. Als
dat niet helpt wat minder voorzichtig. Als uiterste geef ik hem min of
meer een opdracht. Maar ik denk dat het wel goed gaat, zo werken, als
het nodig is, die voorzichtige suggesties bij anderen ook. Andersom ben
ik er ook gevoelig voor, ik zei al, ik weet ook niet alles.’
‘En maar genieten, van alles, hè?’
‘Enorm. John zei ook nog, zo’n maaier is vast duur, vast boven mijn limiet. Dat denk ik ook.’
‘Dat denk ik ook. Mooi,
dat hij zo zorgvuldig is. Dat is een voordeel, als je een boekhouder
aanneemt als campingbeheerder.’
‘Ik strijk de eer op,
om hem te pikken uit die dertig sollicitanten. Ik heb van jullie
geleerd, jullie kozen een koekenbakker als troubleshooter.’
Ze grinnikten.
‘Woensdag, hij kan, van
iemand die met vakantie gaat, de auto lenen. Hij begint hier graag de
dag van de komst van de eerste caravan. Hij vroeg het niet, maar we
hebben beloofd hem dan al in dienst te nemen.’
‘We?’
‘Ik heb het voorgesteld, jij vond het goed.’
‘Ik plaag je maar.’
‘Goed. Zodra zijn
caravan ingericht is leent hij een aanhangwagen en verhuizen ze naar de
caravan. Hun paparassen, beddengoed, kleding, veel meer komt er deze
kant niet op. Dan levert hij die auto weer in. Zodra zijn proeftijd
voorbij is wil hij een dag vrij, om weer een auto met aanhangwagentje
te lenen om de spullen uit zijn huis weg te brengen. Maar dat zien we
tegen die tijd wel, de caravans staan er dan allemaal.’
‘Prima. Fijn, dat hij zou snel kan komen.’
‘Ja. Donderdag belde
hij, of er breedband op de camping kon komen. Hij heeft een laptop en
een draadloos netwerkkastje. Daarmee wil hij de administratie gaan
doen, op de receptie, in de caravan of buiten. Hij had van mij gehoord,
dat ik behalve op Internet zoeken ook bestanden naar de beheerder
stuur.’
‘Alle beheerders hebben
breedband, dus waarom hij niet? Eerst even over die laptop. Weet je de
afschrijvingstermijn van zo’n ding?’
‘Ja, van de eerste eigenaar van de computerwinkel, computers in drie jaar van honderd tot tien procent.’
‘Vraag John wat die
laptop gekost heeft en hoe oud die is. Laat hem maandelijks bij zijn
salaris die afschrijving uitbetalen. En als die laptop drie jaar oud is
een nieuwe op onze kosten aanschaffen. Hetzelfde met dat draadloze
netwerkkastje, dat gaat ook niet eeuwig mee.’
‘Zal ik regelen. Je
wilde terugkomen op die breedband. Ik heb de telefoonmaatschappij
gebeld. Ze konden niets vinden van een aansluiting op een camping. Na
nogal wat keren doorverbinden kreeg ik een juffrouw van de aanvragen.
Die zei, u bent een probleem. Er is een brief naar u onderweg, op de
gok, want op de aanvraag staan geen straat en huisnummer, alleen
camping Wellingten. Daar kunnen we niets mee. Ik ben er niet
opingegaan, Peter heeft die aanvraag gedaan, en wist het niet of is dat
vergeten. Ik zei braaf, Wellingten Avenue achtennegentig.’
‘Achtennegentig?’
‘Ja, het huis naast de
toegangsweg is het laatste even nummer, zesennegentig. Het zou
overdreven zijn om de toegangsweg een naam te geven, er komt toch
verder niets langs te staan. Ze zou de aanvraag verder behandelen. Ik
zei, hoelang gaat het duren? Een paar weken. Ik vroeg om breedband. Ze
moest even wat opzoeken. Ja, dat was mogelijk. Ik vroeg weer, hoelang
gaat het duren? Één of twee weken langer. Dat pikte ik
natuurlijk niet. Ik zei, dat zal mijn werkgever, meneer Wellingten,
niet appreciëren, hij verwacht binnen twee weken. Ze zei,
Wellingten, de eigenaar van de camping? Ik zei, ja, en van de
vijfhonderd huizen in het dorp, en van de honderd die hij bij laat
bouwen, en van verschrikkelijk veel landerijen in de buurt. Dat maakte
geen indruk, ze zei, fijn voor hem. Toen zei ik, ik herinnerde me je
verhaal, Mark, belt u de secretaresse van de directeur even, hij en
meneer Wellingten kennen elkaar. Na even stilte zei ze, blijft u even
aan de lijn. Na een paar minuten kwam ze weer op de lijn. Ze zei, ik
wist niet dat er een categorie economisch noodzakelijk, of zoiets, was.
Midden volgende week kunnen de voorbereidingen bij ons klaar zijn. Belt
u even, wanneer aan uw kant alles aangesloten is? Dan doen we binnen
een paar uur hier de laatste handelingen en heeft u én telefoon
én breedband. Bel je die directeur even, Mark, om te
bedanken?’
‘Dat zal ik zeker doen. Jij ook bedankt.’
‘Ik vond het eigenlijk
niet leuk, maar ze werken zo traag. Schandalig, eigenlijk, als het voor
ons zo snel kan kan het vast voor anderen ook veel sneller dan in een
paar weken. Vanmorgen belde John weer. Of hij een tekening van de
camping kon krijgen. Die heb ik natuurlijk gemaild.’
‘Heb je die ook in de computer staan?’
‘Ja, ik heb bij het
architectenbureau steeds gevraagd of ik de tekening ook op een schijfje
mee kan krijgen. Geen probleem, natuurlijk, die maken ze op een
computer. Maar ik zet ze niet in het krantje, dan moet ik ze te veel
verkleinen. In het dorpshuis kunnen ze op de originele grootte
opgehangen worden. Ik ga weer verder, tot ziens.’
* * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * *
Het Wellingten Nieuws
Jaargang 1, nummer 23
Verzorgd door Tamara.
Geen erg groot nieuws.
De huurhuizen en de renovatie daarvan.
De beheerder van de huizen en
ik gaan alle huizen langs, om op te nemen hoe de renovatie uitgevoerd
zal moeten worden. De bewoners hebben beperkt inspraak, de huizen
moeten na hun vertrek, om wat voor reden of wanneer dan ook, zonder
verbouwing door anderen bewoond kunnen worden.
De nieuwbouw.
De toekomstige bewoners van
de Wellingten Avenue nummers vijf en zeven zijn benaderd om het behang
en de tuin uit te gaan zoeken. Want hun huis is, als het goed is, over
ruim drie weken klaar.
We hopen, na een laatste
controle, volgende week de lijst wie, waar, ongeveer wanneer, bekend te
kunnen maken. Het was een lastige puzzel, we hadden graag een paar
weken eerder klaar willen zijn, maar we wilden zo veel mogelijk mensen
in hun wensen tegemoet komen.
De twee hoofdproblemen waren,
dat er wat meer vraag naar hoekwoningen was dan de twaalf die er
gebouwd kunnen worden. En voor de huizen aan de kant van de landerijen,
vanwege het uitzicht vanuit de achtertuin.
Hartelijk dank voor jullie
medewerking. Voor het begrip, dat niet iedereen zijn eerste voorkeur
heeft kunnen krijgen. Voor de bereidheid van sommigen, om hun tweede
keus te veranderen, wat naar links of naar rechts te schuiven. Hierdoor
heeft maar een enkeling zijn derde keus gekregen.
Het volgend plan = De camping en het meertje.
Het gebouwtje voor de beheerder is bijna klaar. De aansluitingen zijn bijna klaar, daarna komt het gras.
Met het leggen van het gras
wordt aan de kant voor de caravans begonnen, vanaf de afrastering.
Juist, waar jullie naar het meertje lopen.
We verwachten over ruim een week de eerste stacaravan, iedere werkdag daarna een volgende.
In de eerste stacaravan gaat
de beheerder wonen. Uit veel sollicitanten is een enthousiaste jongeman
(ongeveer van mijn leeftijd) gekozen, John Staples. Hij is getrouwd met
Maureen, ze hebben een dochtertje van ruim drie maanden, Crystal. Ik
stel ze hiermee vooral aan de jeugd die komt zwemmen voor, omdat die ze
vaak zullen zien. John en Maureen gaan samenwerken, John zal het meeste
doen aan het onderhoud van de camping, inclusief de stacaravans, en
Maureen het meeste aan de verhuur. Maar hoe ze het precies verdelen is
hun zaak. Als het weer het toelaat is Crystal natuurlijk ook buiten.
Laat merken, als jullie er langs lopen, of ze in het dorp zien, dat ze
welkom zijn. Zij zullen ook hun best doen voor de bewoners van de
huizen die vanwege de renovatie tijdelijk hun huis uitmoeten en zolang
in een caravan gaan huizen. N.B. Het staat die bewoners natuurlijk vrij
om dan elders onderdag te zoeken, b.v. bij familie. Of om met vakantie
te gaan, als het eraf kan. (Van die minder huur?)
John komt vanzelfsprekend bij
het meertje om het gras te maaien, zonodig de zandstrook te egaliseren
of ander onderhoud te plegen. Net zoals het bestuur van de vereniging
van huurders en ondergetekende hebben hij en Maureen, namens meneer en
mevrouw Wellingten, het recht om op- of aanmerkingen te maken. Andersom
nemen zij dan graag klachten of wensen in ontvangst. (Hoe hoog moet het
gras van de zonneweide worden?)
Wij weten dat veel ouders er
op gesteld zijn dat er in ieder geval enig toezicht is. Maar ja, het is
net zoiets als je fiets op slot zetten, je maakt het een dief
moeilijker om je fiets te jatten, maar niet onmogelijk.
Ik blijf van mening dat
jullie het onderling prima zullen regelen. Ik heb er nooit zo over
nagedacht, zo veel vertrouwen had ik daarin, maar ik heb al gezien dat
jullie ook je gedrag aanpassen aan de leeftijd van de aanwezigen.
Geweldig.
Overige onderwerpen.
Geen.
Dat was het weer, voor deze keer.
Tamara
Telefoon thuis [om privacyredenen door de schrijver weggelaten]
Mobiele telefoon [om privacyredenen door de schrijver weggelaten]
* * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * *
Week 36
‘Je maakt er nogal wat
van, in je krantje. We moeten steeds lachen om de opmerkingen, die je
er tussendoor gooit. Zoals, hoe hoog moet het gras worden.’
‘Dat komt dan in me op,
Mark, als het even kan zet ik het dan ook daar neer. Net zoals dat op
vakantie kunnen gaan omdat ze minder huur betalen. Ik moet af en toe
serieus zijn, zoals over het toezicht bij het meertje, maar dat probeer
ik minimaal te houden. Ik wil niet opscheppen, maar daarom wordt het
krantje door alle leeftijdscategorieën graag gelezen. Van de
meeste mag ik hem best langer maken. Nou, voorlopig geen tijd. De
tuinman is ongeveer op de helft met grasleggen. Het ziet er hartstikke
mooi uit.’
‘En mooi op tijd, dus. Maar er komt dus ook gras onder de caravans?’
‘Ja. Dat gaat wel dood,
maar precies de plekken voor de caravans kaal laten of het gras er
later omheen leggen kost meer aan arbeidsloon dan aan gras.’
‘Wie heeft dat verzonnen?’
‘Eh de tuinman en ik samen.’
‘Wat een details. Ik ben blij dat jij dat allemaal uitzoekt, ander had alles minstens vier keer zo lang geduurd.’
‘Ja, minstens. Mark,
alleen een meisje wat overal nét genoeg van af weet kan bij
kerels iets snel voor elkaar krijgen.’
‘Hebben we het nog over je werk?’
‘Hé, frivole opmerkingen zijn mijn terrein.’
‘Nou ja, goed. Sorry,
Tamara, maar soms overweldigt het geweldige tempo me even. Gelukkig lig ik
er niet van wakker, omdat ik mijn beheerders, en jou zeker, voor meer
dan honderd procent vertrouw.’
‘Goed. Dank je. Ik zal
vertellen wat ik in het krantje bedoelde met het gedrag aanpassen aan
de leeftijd van de aanwezigen. Toen ik even naar het gras kwam kijken
keek ik natuurlijk ook even bij het meertje. Het was druk, dat had ik
niet verwacht, want er stonden weinig auto’s geparkeerd. Ik zag
al gauw de oorzaak, het was kennelijk een schoolvrije middag, er was
een hoop jongere jeugd. Er stonden veel fietsen. En er waren wat
stellen van in de twintig, waarschijnlijk die van de auto’s. Ze
lagen ongeveer op leeftijd bij elkaar. Hoe jonger, hoe minder gemengd.
Dat wil zeggen, die van een jaar of dertien zaten niet twee aan twee,
eerder vijf bij vijf. Te praten, en duidelijk te genieten van elkaar
bloot te zien. Maar een paar jongens hadden een handdoek op schoot. In
het water waren er een stuk of zes met een bal aan het spelen, maar
duidelijk ook aan elkaar aan het voelen. Niet té opzichtig, ik
zie dat vast eerder dan anderen, ik heb daar een beetje ervaring
mee.’
‘Vooral met ballen.’
‘Ja, Simone, en met
grotere of kleinere producties en met wat lange of minder lange
erecties. Die zag ik niet, maar als een meisje achter een jongen staat,
en hij duikt ineens wat in elkaar, weet ik dat zij hem
beetgrijpt.’
‘Een meisje van dertien, dat een jongen van dertien bij zijn ballen pakt?’
‘Ja. En die jongens
omarmden die meiden ook van achteren af, met hun handen op de borsten.
En ik wed dat ze hun pikkies ook tegen het achterwerk van die meisjes
wreven. Wat er níet gebeurde, was voorkanten tegen elkaar. Het
verschil met vroeger is dat ze nu kunnen zien wat ze doen, scharrelen
en grijpen deden ze toch al. Dit is misschien wel beter, er is ook meer
controle. Toen een jongen van een jaar of vijftien zich op de kant op
een meisje rolde werd er gekucht, door één van een ouder
stel. Die jongen ging gelijk weer zitten. Ik ben langzaam rond gaan
lopen. Ten eerste, niet in volgorde van belangrijkheid, om naar pikkies
te kijken, dat blijft toch leuk? Ten tweede, om te kijken hoe de meiden
erbij zaten. Nou, er waren er weinig die hun benen strak tegen elkaar
aanhielden. Ik heb er twee gezien die zich geschoren hadden. Wat een
lef. Tja, die hadden wat meer belangstelling dan de rest. Daar zaten
ook die jongens bij die een handdoek op schoot hadden. Ten derde, ik
wilde ze de kans geven om wat te zeggen, zonder dat ze naar me toe
hoefden komen. De meeste zeiden vriendelijk gedag, de rest knikte
vriendelijk. Alles was kennelijk naar hun zin, ze vroegen niets. Ik heb
hier en daar op de gok gevraagd hoe oud ze waren. Ja, van dertien tot
en met zeventien. Ze zaten in de stad op school en hadden een vrije
middag.’
‘Zijn ze geen twaalf jaar, als ze van de basisschool afkomen?’
‘Dat begon ik me toen
ook af te vragen. Ik heb het uiteindelijk aan een meisje gevraagd. Ze
zei, ja, de meeste wel. Ze horen gauw genoeg, of ze weten het al, hoe
het er hier aan toe gaat. Het duurt bijna het hele jaar voor alle
meisjes durven. En de jongens mogen pas komen als ze genoeg kunnen
laten zien, anders is het voor ons niet leuk. De lengte en dikte maakt
niet uit, als hij maar hoger dan recht vooruit kan. We controleren het,
als hij voor het eerst komt. Dan moet even de handdoek opzij, die
hebben ze in het begin altijd nodig.’
‘Durven ze dat?’
‘Vast wel, anders
zullen ze wel wegblijven. En het is wel zo eerlijk, de jongens zien
veel borsten, of borstjes, en op z’n minst haar tussen de benen
van de meiden. Ze zei ook nog, binnen een paar keer probeert er wel een
meisje in het water of hij al spuiten kan.’
‘Erg vroeg.’
‘Vond ik ook. Maar ze
moeten weten hoe het voelt, om later op tijd te kunnen waarschuwen of
te stoppen. Spontane spuiters zijn niet prettig, zei ze.’
‘Nee, je weet maar nooit waar het terechtkomt.’
‘Dat wisten Thomas en
ik de eerste keer ook niet, maar het gaf niet, in de douche. Ik vroeg
daarna aan het oudere stel, waarvan hij gekucht had, hoe het ging. Hij
zei, heel goed, heel leuk. Ik had je nog niet gezien, anders had ik
misschien niet gekucht. We zijn hier een uur of twee, om het half uur
gebeurt er wel zoiets. Maar het was de eerste keer dat er niet gelijk
een leeftijdgenoot ingreep. Zelfs op die leeftijd controleren ze
elkaar. Ik heb hem bedankt. Hij zei, het is leuk om dat jonge spul te
zien, ik gun ze hun plezier, maar het heeft wel het nadeel dat wij nu
niet veel kunnen doen. Pas als er alleen boven de zeventien, achttien
is, kan er wel wat, hè? Ik zei, dat lijkt me ook, tot het een
beetje donker is. Ik verwacht die kluisjes gauw, dan kunnen die
wegwerphanddoeken komen. Fijn, zei hij, tot dan doen we het in het
water, dat is net zo lekker als onder de douche. Ik vroeg, geen krimp
in het koude water? Hij zei, eventjes, tot mijn liefje de zaak ter hand
neemt. Toen moest hij zijn handdoek pakken en heb ik ze met rust
gelaten, het was nog lang niet donker.’
‘Zeer meelevend.’
‘Zo ben ik. Ik heb de
leverancier van de caravans en John ingelicht. John is er maandagmorgen
ook, om de eerste caravan op te vangen. Figuurlijk. Die voor hem. Hij
heeft in het weekend die auto ook al, zondag komt hij met Maureen even
kijken. Meer niet, ze gaan inpakken. Maureen wil ook zo gauw mogelijk
komen om er te wonen.’
‘Wat verheugen ze zich, hè?’
‘John zei, we dachten dat we leefden, maar het gaat nu pas goed beginnen.’
‘Ach, de zielige boekhouder. Ik hoop, dat hij gauw loskomt, niet zo terughoudend blijft.’
‘Ik ga regelmatig een
praatje maken, ook met Maureen. Die zei hier al, als het daar zo
gezellig wordt als Tamara zegt, gaan we misschien wel meedoen. Ze haalt
John vast over, want gezellig is het zeker.’
‘Hoe donkerder, hoe gezelliger.’
‘Nee, hoe lekkerder.
Met die jongere jeugd, overdag, was het ook gezellig. Eh, Thomas en ik
hadden zo’n contact, dat we niet zo’n behoefte hadden aan
lichamelijk contact. Maar het lijkt me wel fijn vanaf je twaalfde blote
jongens te zien en naar je te laten kijken. En na een tijd af en toe
een jongen te laten genieten, en andersom. Tot je de ware vindt. En dan
hopelijk niet al te lang hoeven wachten om te trouwen en dan eh. Zeg,
ik heb nog wat bedacht. Ik heb het er al eens over gehad om voor de
familie Wellingten een website te beginnen. Met veel over de familie en
alles over de huizen enzovoorts. Om dan uit te zoeken of er genoeg
mensen Internet hebben om het krantje te laten vervallen. Voor
zo’n site moet je iemand betalen, want die staat ergens op een
grote computer. Je krijgt er e-mailadressen bij. En daar gaat me het nu
om. Ik heb geen haast met die website, maar ik heb een e-mailadres
nodig voor John. Als beheerder van de camping kan hij geen mail
versturen als John apenstaartje Compuserve of zoiets. Ik wil
campingbeheerder apenstaartje wellingten nog wat. Ik kan mailen en wat
op Internet opzoeken, maar ik heb geen flauw idee hoe je zo’n
site moet beginnen en bijhouden. Jij hebt ooit Ralph geholpen om zijn site
op te zetten. Wat denk je ervan?’
‘Ooit! Ja,
vóór ik Simone leerde kennen. Daarna heb ik alleen van
Internet gebruik gemaakt. Ik wist toen net genoeg om een simpele site
op te zetten. Die van Ralph is inmiddels veel mooier en ingewikkelder
geworden. Ik heb geen zin om me in dat soort zaken te verdiepen,
Tamara.’
‘Het is mij ook te
ingewikkeld. Goed. Voor het geval jij het niet zou doen had ik al wat
achter de hand. Ik heb drie voorstellen. Één, ik huur een
bureau in die dat voor ons regelt. Twee, ik vraag in het krantje of
iemand me kan helpen bij het opzetten van die site enzovoorts. Drie, ik
schrijf een prijsvraag uit voor hulp.’
‘Waarom vraag je het eigenlijk? Je wilt voorstel drie.’
‘Nou ja,
één is de duurste, twee de goedkoopste, maar drie de
leukste. Er is vast wel een slimmerd, een whizzkid, in het dorp. Maar
mag het iets kosten?’
‘Als je op die site ook
de gegevens van de camping zet en daar in je advertenties naar
verwijst, levert dat vast extra boekingen op. Dus mag het best wat
kosten.’
‘Mooi. Goed. Ik ga er vandoor, Thomas komt lunchen. Tot ziens.’
* * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * *
Het Wellingten Nieuws
Jaargang 1, nummer 24
Verzorgd door Tamara.
De huurhuizen en de renovatie daarvan.
Geen nieuws.
De nieuwbouw.
De lijst, wie, waar, ongeveer, is klaar.
De vereniging van huurders is
blij dat het puzzelen voorbij is, en iedereen van redelijk tot zeer
tevreden is. De lijst hangt in het Dorpshuis. Vanaf nu kan er, met
onderlinge en mijn toestemming, nog geruild worden.
De camping en het meertje.
Het gebouwtje voor de beheerder is klaar.
De aansluitingen zijn klaar, er ligt al veel gras. Mooi, hè?
De eerste stacaravan komt a.s. maandag, iedere werkdag daarna een volgende, tot ze er alle éénentwintig staan.
Overige onderwerpen.
PRIJSVRAAG
Ik zoek hulp bij het starten van een Wellingtensite op Internet.
Ik kan mailen en wat opzoeken, maar verder reikt mijn kennis niet.
Ik heb gekeken, wellingten.co.uk is nog vrij, maar ik weet niet of ik dat kan krijgen.
Ik wil ook e-mailadressen@wellingten.co.uk.
Ik zou op kunnen sommen wat
ik op die site wil hebben, maar onder jullie zijn er vast die slim
genoeg zijn om dat zelf te bedenken. En die méér
mogelijkheden aan kunnen dragen dan ik kan verzinnen.
Stuur z.s.m. een e-mailtje met een voorstel naar tamaraph@[om privacyredenen door de schrijver weggelaten]
Serieuze voorstellen worden beloond met een tegoedbon van de computer- en telefoonwinkel.
Over wie de winnaar wordt is
geen correspondentie mogelijk. Ik bepaal die hoogst persoonlijk. Hij
moet namelijk niet alleen kundig zijn, ook aardig, niet té
schoolmeesterachtig, en geen nerdse manieren hebben. Leeftijd
onbelangrijk, liefst woonachtig in het dorp.
De winnaar krijgt een tegoedbon voor een hoger bedrag en een zeer redelijke betaling van zijn uren.
Die uren en de plaats, bij hem of bij mij, mag hij zelf bepalen, ik maak me wel vrij.
Dat was het weer, voor deze keer.
Tamara
Telefoon thuis [om privacyredenen door de schrijver weggelaten]
Mobiele telefoon [om privacyredenen door de schrijver weggelaten]
* * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * *
Week 37
‘De eerste stacaravans
staan op hun plek. De kluisjes en de fietsenstalling zijn ook gekomen.
Het gras ligt er allemaal, alleen nog niet langs de oprijlaan, dat komt
van de week. De tuinman moet ook grasleggen bij de nieuwe huizen in het
dorp, dat gaat voor. Ik was er maandagmorgen, voor de zekerheid, maar
John was er ook. Voor de goede orde, dat wordt dus de datum van zijn
indiensttreding, hè?’
‘Ja. Je hebt het vast al aan de beheerder doorgegeven.’
‘Ja, onder voorbehoud
van jullie goedkeuring. Ik kom straks op de camping terug. Ik heb twee
aanleidingen voor jullie, om met een koets door het dorp te
rijden.’
‘Twee nog wel.’
‘Ja. De eerste volgende
week maandag, de tweede moeten we bespreken. Willen jullie maandag de
eerste bewoner van de Wellingten Avenue zijn huissleutel
overhandigen?’
‘Ja, leuk. Hè, Simone?’
‘Heb je daar zelf niet aan gedacht?’
‘Ja, maar ik heb het aan Tamara overgelaten. Die weet het beste wat wel en niet gewenst is.’
‘Juist. Even uitleg. De
woning is uiterlijk vrijdagmiddag klaar, maar de coördinator
adviseerde om een paar dagen te luchten. Er blijven in het weekend zo
veel mogelijk raampjes openstaan. De dienstregeling. Vertrek
hiervandaan maandagmorgen tegen tienen. Mogen de beheerder van de
huizen en ik mee?’
‘Natuurlijk.’
‘We rijden naar de Hoofdstraat, dan links, aan het eind rechts. Daar is gelijk nummer één.’
‘Ja, daar hebben we het
huisnummer opgeschroefd. Als we hier tegen tienen vertrekken, zijn we
daar ná tienen.’
‘Iets, maar dat moet
ook, jullie horen iets te laat te komen. Dan lopen we naar de voordeur,
daar staan de nieuwe bewoner en zijn vrouw. De beheerder overhandigt je
de sleutels, jij sjouwt daar natuurlijk niet zelf mee rond. Je houdt
een kort praatje en geeft de sleutel aan de bewoner. Die doet de deur
open en vraagt jullie mee naar binnen. Jullie bewonderen gezamenlijk de
woning. Kijk zelf maar of je ook naar boven wilt. De beheerder en ik
hebben het natuurlijk al bekeken. Schitterend. Daarna gaan we naar
nummer drie.’
‘Ja, natuurlijk, die is ook klaar.’
‘Ja. Sleutel van de
beheerder krijgen, kort praatje, sleutel aan bewoner overhandigen.
Simone mag het natuurlijk ook doen, dat regelen jullie zelf maar. Niet
mee naar binnen, al gezien. Daarna de koets weer in, de hele Avenue af,
dan rechts, dan via de Hoofdstraat terug naar huis.’
Mark en Simone grinnikten.
‘Dat kunnen we vast onthouden.’
Tamara grinnikte ook.
‘Daar ging het niet om,
maar twee keer het hele verhaal is niet nodig. Verder regelt de
beheerder alles voor de volgende bewoners. Ik houd alleen in de gaten
of de bouw verder goed gaat.’
‘Heel goed. Je vond het schitterend?’
‘Ja. Ik ken natuurlijk
alleen huizen in het dorp. En jullie huisje van de voordeur tot hier.
En het zwembad. We hebben nummer één uitvoerig bekeken.
De beheerder was er al vaker geweest, ik heb niet in de weg willen
lopen, één controleur vond ik genoeg. Het portiershuis is
heel mooi, maar de indeling is natuurlijk ouderwets. De nieuwbouw is
strakker, makkelijker schoon te houden. De kleurencombinaties zijn ook
goed uitgevallen. En het is zo lux, de keuken, de badkamer. Ik moest
bijna janken, ik dacht aan de mensen die uit een oud huis komen. Veel
daarvan zullen vast ook moeten huilen. Ik kan het verder niet
omschrijven, jullie zullen het wel zien. Vooral Simone, jij bent ook in
een paar oude huizen geweest.’
‘Ja. Gaan die na de renovatie op de nieuwbouw lijken?’
‘Zo veel mogelijk. We
kunnen de indeling natuurlijk niet onbeperkt veranderen. Nu over de
camping. John heeft de eerste caravans nagekeken, ze zijn in orde. Wat er in
moet zijn is er, en alles werkt. Ik doe met John hetzelfde als met de
beheerder van de huizen, ik help ze op gang, daarna doen ze het
routinewerk. Ik ben vanmorgen nog even geweest. John heeft bij de stad
twee afvalcontainers geregeld. Die komen tegen de zijkant van het
gebouwtje, waar je tegenaan kijkt als je bij de camping komt. Niet het
allerfraaiste gezicht, maar ze moeten ergens staan en daar kan de
vuilnisauto naast komen. John heeft bedacht, hij wil er
één op slot houden. Als de andere vol is de stad bellen,
dan komen ze de volle binnen een paar dagen legen. Ondertussen is het
slot van die andere af. Dat komt weer op de pasgeleegde. Dat voorkomt,
dat twee driekwart volle containers geleegd moeten worden, er moet per
container legen betaald worden, vol of niet. De huur van de containers
zit in het tarief van het legen. Er is daarom een minimumtarief, maar
met alle caravans en tenten zitten we daar dik boven. Hij vroeg of hij
dat had mogen doen. Natuurlijk. Zijn budget moet nog bepaald worden,
maar noodzakelijke aanschaffingen kan hij gewoon doen.’
‘Ja, natuurlijk. Goed bedacht van hem, er één op slot te houden.’
‘Hij had nog meer. Hij
heeft vijftig vuilnisbakken besteld. Eenentwintig voor de caravans,
achttien voor bij de aansluitputjes van de tenten, de rest voor bij het
meertje en reserve. Hij zei, per stuk zijn ze niet duur, maar ik schrok
van het totaalbedrag. Hij vroeg weer of hij dat had mogen doen.
Natuurlijk.’
‘Erg voorzichtig.’
‘Bang om fouten te
maken, denk ik, Simone. Terwijl hij uit zichzelf begonnen is om de
vuilafvoer te regelen, ik heb geeneens wat hoeven suggereren. Daar heb
ik hem ook mee gecomplimenteerd. En daar was hij duidelijk blij mee.
Toen vroeg hij, of ik een aanhangwagentje aan kon schaffen, voor de
maaier, er zit al een trekhaak op. Don kon hij daarmee de vuilnisbakken
ophalen om te legen.’
‘Slim. Waarom vroeg hij het aan jou?’
‘De stad had vaste
tarieven voor vuilafvoer. Bij de vuilnisbakken kreeg hij twintig
procent korting, omdat het er vijftig tegelijk waren. Maar voor
één aanhangwagen moest er onderhandeld worden, dat kon ik
vast beter.’
‘Hij denkt overal goed over na.’
‘Ja. Hij was er nog
niet. Hij vroeg, of er naast die containers een afvoerputje naar het
riool kon komen en een buitenkraan op het gebouwtje. Dan kon hij de
vuilnisbakken na het legen schoonmaken, anders gingen ze stinken. Dat
idee was van Maureen, zei hij.’
‘Wat een stel.’
‘Ja, een boekhouder
klusjesman en een huisvrouw, voormalig secretaresse. We hadden het niet
beter kunnen treffen. Ik denk, dat ze dag en nacht bedenken wat ze
kunnen doen, en hoe. Ze willen heel graag blijven. Ze vroegen wanneer
de verhuur zou beginnen. Tja, daar hebben we het niet over gehad.’
‘Er is toch nog tijd
genoeg? Er kan toch niet verhuurd worden als er iedere dag een caravan
komt, en ze er uren mee aan het werk zijn?’
‘Dat zal ik dan
onbewust ook gedacht hebben. Goed. Maandag over vier weken komt de
laatste. Op z’n vroegst, als alles mee zit. Om wat speling te
houden, zullen we de week erna met de verhuur beginnen?’
‘Prima, als je denkt dat het dan kan.’
‘Ja, dan is er ook tijd
genoeg om het woonkamermeubilair, de keukenuitrusting en het beddengoed
erin te doen. Dat heb ik op afroep. Ik vraag wel voor hoeveel caravans
tegelijk ze het liefst brengen. En ik ga de advertenties voorbereiden,
uitzoeken hoe ver van tevoren die opgegeven moeten worden. Ik heb van
de vereniging van campingeigenaren een lijst met kampeerbladen
gekregen, en van elk blad een exemplaar. Ik ga kijken waar we in moeten
adverteren. Nu een moeilijk punt. We moeten de tarieven vaststellen. Er
wordt overal verhuurd, en dat moeten wij ook maar doen, van
vrijdagmiddag tot en met de volgende vrijdagmorgen, of tot
maandagmorgen, en van maandagmiddag tot en met vrijdagmorgen.
Combinaties zijn mogelijk. Oftewel, per week, per weekend of per
midweek. Om jullie een indruk van de tarieven te geven heb ik een
grafiekje gemaakt van wat gebruikelijk is. Ik leg eerst deze dikke lijn
uit. Begin januari zijn de tarieven op een bepaalde hoogte, hoe hoog
precies komt later, daar gaat het nu niet om. Dan lopen ze langzaam op,
tot het begin van de zomervakantie. Vanaf het eind daarvan gaan ze weer
naar beneden, tot ze in december op dezelfde hoogte zijn als in
januari. Ik vraag me of wij dat ook moeten doen. Die stippellijnen
geven de hogere tarieven in de vakanties aan. De zomervakantie, kerst,
oud en nieuw, en een paar schoolvakanties. Daarvan vraag me ook af of
we dat moeten doen.’
‘Waarom niet? Als iedereen dat doet?’
‘Ik weet, het is een kwestie van vraag en aanbod. Maar moeten we zo commercieel zijn?’
‘Je weet, we kunnen
onder de tarieven van de anderen blijven. De grond kostte niets, en we
hoeven geen hoog rendement.’
‘Ja, maar over dat
omhoog en weer naar beneden, de camping blijft het hele jaar hetzelfde,
alleen het weer verandert.’
‘Tja. Daar heb ik zo gauw geen antwoord op.’
‘Over die verhoogde
tarieven in de vakanties, ik vind het niet eerlijk, mensen met
schoolgaande kinderen zijn de dupe. Daar heb ik wél een antwoord
op. In de vakanties geen verhoogde tarieven, alleen verhuren aan mensen
met schoolgaande kinderen. De rest kan er net voor of na. Als we de
tarieven over het hele jaar ietsje verhogen vangen we hetzelfde. We
kunnen de hele wereld niet verbeteren, maar met twintig caravans en
zesendertig plaatsen voor tenten doen we tenminste iets.’
‘Mark, Tamara, als ik
me indenk, dat ik een man en een paar kinderen heb, waar ik graag mee
wil kamperen, zou ik blij zijn, als ik een camping vond die een procent
of tien onder de andere campings zat, het hele jaar door. En als ik
schoolgaande kinderen had, zonder verhoogde tarieven in de vakanties.
Dat komt vast sympathiek over. Lager moeten we niet gaan, dan worden de
aanvragen vast te veel. Zou dat kunnen?’
‘We kunnen het een jaar
proberen. Het hele jaar hetzelfde tarief. Zo’n tien procent onder
het laagste van de anderen in de buurt. Akkoord, Tamara?’
‘Natuurlijk. Hè,
fijn. Ik zoek het uit en geeft het aan John door. Ik leg het hem uit,
want hij zal daar wel vragen over krijgen. En vertellen, dat er in de
vakanties alleen gezinnen met kinderen mogen komen. Ik zal voorlopig
zelf de advertenties blijven doen. John moet me op de hoogte houden hoe
het met de toeloop gaat, dan kan ik de advertenties erop aanpassen.
Misschien zelfs ermee stoppen als de camping constant vol zit en er
aanvragen binnen blijven komen. Ik wil die niet verminderen door de
tarieven te verhogen. Maar John en Maureen moeten niet de hele dag aan
de telefoon moeten zitten. Voor de reserveringen heb ik al een
reserveringsprogramma van de vereniging van campingeigenaren gekocht.
En een abonnement op wijzigingen en verbeteringen. Geeneens duur, en we
hoeven het wiel niet uit te vinden. Ik heb er al mee gespeeld. Je kan
daar alles in bijhouden. Als er iemand belt of bij het gebouwtje op de
camping komt kan je de achternaam beginnen in te tikken. Na twee
letters komt er dan een venstertje van bekende namen. Als het er veel
zijn tik je verder. Als je de goede naam ziet kan je die aanklikken,
krijg je gelijk al zijn gegevens. Ook of hij er al eerder gestaan heeft
of heeft geprobeerd te reserveren, of een voorkeur heeft voor een
bepaalde caravan, als je dat bijhoudt. Als de naam er niet bijzit klik
je op nieuwe klant, dan krijg je een venster, met de naam al ingevuld.
Daar kun je dan de rest invullen, al is het alleen maar een mislukte
poging om te reserveren. Dan kan hij de volgende keer misschien wat
voorrang krijgen. Je kan alle mogelijke overzichten krijgen, zowel van
de reserveringen als financiële. Ik verwacht dat John daar goed
mee om kan gaan. Maureen vast ook, ze is secretaresse geweest. Deze
koekenbakker kan het al, dat zegt genoeg.’
‘Wat doe je toch veel.’
‘Heerlijk.’
‘We genieten erg mee.’
‘Dat is de bedoeling.
Nog meer genieten? De prijsvraag was een succes. Maar
vóór het eerste e-mailtje binnen was belde Ryan van de
telefoon- en computerwinkel. Hij had geen tegoedbonnen. Ik moest zo
lachen, ik zei, oen, die kan je toch zo printen? Of heb je geen
computer en een kleurenprinter?’
Mark en Simone moesten ook lachen.
‘Ik heb zes e-mailtjes
gehad. Allemaal van scholieren, ze hadden keurig hun opleiding,
leeftijd en adres vermeld. Vijf waren er van stuntelig tot netjes. Maar
de zesde, van een David, stak er met kop en schouders bovenuit. Hij
schreef, de computeraars in het dorp kennen elkaar, ik word aardig
gevonden en ben het beste bekend met wat jij nodig hebt. Aan mijn
e-mailadres kan je zien dat ik zelf ook een site heb. Er staat niet
veel op, zo veel heb ik niet te vermelden. Kijk er maar eens naar. En
tik op een zoekmachine mijn voor- en achternaam aan elkaar in, dan word
je verwezen naar de sites die ik voor een paar winkeliers in het dorp
gemaakt heb. Ik ben aan nog een paar bezig. Ik heb alvast, voordat
iemand anders het kaapt, op jouw naam www punt wellingten punt co punt
uk gereserveerd, met voorlopig vijf bijbehorende e-mailadressen. Die
tegoedbon sla ik niet af, maar van verdere betaling kan geen sprake
zijn. Ik verhuis namelijk met mijn ouders over een paar maanden naar
een nieuwbouwwoning, daar krijg ik een hele grote kamer, dat zegt
genoeg. Tot die tijd kan ik je thuis niet ontvangen, maar ik weet dat
jij een eigen kantoortje thuis hebt. Ik weet niet of het lastig voor je
is, ik heb alleen in het weekend tijd, doordeweeks moet ik naar school
en huiswerk maken.’
‘Dat klinkt goed.
Beschaafde reclame voor hemzelf. En al vooruit gewerkt, hij was er
kennelijk van overtuigd dat hij zou winnen.’
‘Ja, zeer overtuigend.
Zijn site was netjes. Die van die winkeliers ook. Strak, duidelijk,
niets overdadigs. Hij is zondagavond op bezoek geweest, om kennis te
maken. Hij is nog niet officieel winnaar, ik wil nog een week wachten
of er zich nog iemand anders meldt, maar dat vond hij geen probleem.
Die komt niet, zei hij, niet uit het dorp. Nou, van buiten het dorp
hoef ik niemand, hij is heel goed. Hij heeft laten zien hoe hij die
reserveringen gedaan had, al vond ik dat niet zo interessant, dat was
toch maar eenmalig. Hij had een briefje bij zich, waarop stap voor stap
stond hoe ik een e-mailadres moest maken, veranderen of laten
vervallen. Hij had dus nog meer vooruitgewerkt. Hij deed niets voor, ik
moest zelf mijn e-mailadres maken, tamara apenstaartje wellingten punt
co punt uk. Dat ging zonder problemen. Volgend papiertje, wat ik op
mijn computer moest veranderen om gelijk met de mail van mijn oude
adres de mail van het nieuwe adres op te halen. Toen moest ik, om te
kijken of alles werkte, van mijn oude adres een e-mailtje naar het
nieuwe sturen, en andersom. Dat werkte. Daar wilde hij het voor de
eerste keer bij laten. Maar ik vroeg hem om nog even te blijven. Ik heb
het adres gemaakt voor de campingbeheerder, want daar ging het me om.
En dat adres naar het oude adres van John gemaild, dan weet hij dat
vast. David vroeg hoeveel adressen ik eigenlijk wilde. Hij had er vijf
gereserveerd, voor iets meer per maand kon het verhoogd worden naar
vijfentwintig, voor nog iets meer naar onbeperkt.’
‘Zeg het maar, je hebt natuurlijk weer een voorstel.’
‘Ja, dat was niet zo
moeilijk om te verzinnen. Met onbeperkt zouden we iedereen van het
personeel een adres kunnen geven. Secundaire arbeidsvoorwaarde. Als ze
willen kunnen ze hun oude adres opzeggen. Dat ga ik ook doen, in de
hoop dat ik nog lang voor jullie mag blijven werken.’
‘Ach, lieve meid,
natuurlijk. Als het dorp klaar is en je er ander werk bij wilt zijn er
in ieder geval de familiepapieren die de computer in moeten. Je blijft
vrij om te bepalen hoeveel je per week wilt werken.’
‘Dank jullie wel.’
‘Ik vind wel, dat bij werken als bibliothecaris een toelage hoort.’
‘Probeer je het weer? De enige manier om mij meer te betalen is door eerst het salaris van de butler te verhogen.’
‘Tja, daar zal ik tegen die tijd dan toch aan moeten. Zeg, kan het personeel zijn eigen adres aanmaken?’
‘Nee, daarvoor heb je
een wachtwoord nodig. Ook om iets op de site te veranderen. Ik ben nu
de enige die dat heeft, David heeft me dat laten veranderen zonder dat
hij keek, hij wil er niet meer bij kunnen.’
‘Erg netjes.’
‘Zeker. Ik wil het
wachtwoord ook aan Thomas geven. Dan kan hij voor het personeel de
adressen maken, dat past beter bij zijn taak. En de adressen wijzigen,
bijvoorbeeld als een meisje trouwt en de naam van haar echtgenoot wil
voeren. En adressen laten vervallen, als het personeel stopt met
werken.’
‘Prima. Je hebt ook vooruit gewerkt.’
‘Natuurlijk. Ik kijk
uit naar mijn volgende les. David bereidt die vast van de week al voor.
Ik houd jullie op de hoogte. Tot ziens maar weer.’
* * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * *
Het Wellingten Nieuws
Jaargang 1, nummer 25
Verzorgd door Tamara.
De huurhuizen en de renovatie daarvan.
Geen nieuws.
De nieuwbouw.
Aanstaande maandagmorgen om
tien uur zal meneer (of mevrouw) Wellingten bij de Wellingten Avenue
nummer één de sleutels van nummer één aan
de nieuwe bewoners overhandigen. Ze zullen gezamenlijk de nieuwe woning
bezichtigen. Daarna zal mevrouw (of meneer) bij nummer drie de sleutels
overhandigen. Meneer en mevrouw zullen die woning niet bezichtigen, het
is een spiegelbeeld van nummer één. Toeschouwers welkom.
HET BEGIN VAN HET EIND VAN DE WONINGNOOD. HOERA!
Iedere week zal de beheerder van de huizen twee nieuwe bewoners begeleiden bij het betrekken van hun nieuwe woning.
De camping en het meertje.
De eerste stacaravans staan
op hun plek. De kluisjes en de fietsenstalling zijn ook gekomen. Het
gras ligt er allemaal, behalve langs de oprijlaan. Dat komt zo spoedig
mogelijk, de tuinman moet ook grasleggen bij de nieuwe huizen in het
dorp.
Iedere werkdag komt er een
caravan bij, tot ze er alle éénentwintig staan. De week
daarna begint de verhuur. Vanaf volgende week is reserveren mogelijk,
we verwachten geen dorpsbewoners, maar die zijn natuurlijk ook zeer
welkom. Binnenkort komen er advertenties in diverse kampeerbladen. En
één in het dorpshuis, natuurlijk.
Overige onderwerpen.
UITSLAG PRIJSVRAAG
Ik heb zes voorstellen ontvangen. Bedankt, jongens, jullie tegoedbonnen heb ik in jullie brievenbussen gedaan.
En de winnaar is: David. Ik
heb mijn eerste (zeer prettige) les van hem gehad. Voorlopig is het
enige zichtbare resultaat mijn e-mailadres (zie onder), waar jullie
voortaan ook jullie klachten en vragen kwijt kunnen.
Dat was het weer, voor deze keer.
Tamara
Telefoon thuis [om privacyredenen door de schrijver weggelaten]
Mobiele telefoon [om privacyredenen door de schrijver weggelaten]
E-mail tamara@wellingten.co.uk
* * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * *
Week 38
Het halve dorp was uitgelopen
om de eerste bewoners van de Wellingten Avenue hun huis te zien
betrekken. De open vierpersoonskoets met de vier paarden ervoor reed na
het plechtigheidje de Avenue af tot aan het eind en reed door de
Hoofdstraat terug. Wie er thuis was gebleven kwam naar buiten om te
zwaaien.
‘John was blij met het
reserveringsprogramma, ze gaan er mee oefenen. John heeft nog meer
geoefend. Hij heeft met de grasmaaier rondgereden om de maairoute te
bepalen. Nou, ik had maar wat gedaan. Nee, het moest economisch.
Daarbij had hij ook gemerkt, dat de onderste draad van de afrastering
niet overal even hoog zat. Of dat het gras daar wat dikker was. Maureen
heeft lintjes geknipt, die heeft hij op de palen gedaan waar het draad
iets omhoog moet. Dat gaat hij de komende tijd tussendoor doen. Dan kan
hij er met zo’n uitgeklapte maaier net onderdoor.’
‘Wat een precisie. Dat staat natuurlijk wel mooier. Is dat veel werk?’
‘Dat wist hij niet, hij
had niet geteld. Maar per paal een krammetje eruit trekken, de draad
iets omhoog doen en het krammetje over de draad er weer inslaan. Hij
wilde nog iets, maar dat heb ik geweigerd. Dat zou te veel werk voor
hem zijn.’
‘Zoekt hij werk op?’
‘Nee, dat is niet de
bedoeling. Hij zegt, elke kleinigheid die ik nu verbeter bespaart later
werk of het gaat er mooier uitzien. Hij wilde de onderkant van de
caravans dichtmaken. Dat zou netter staan. En als de wind er niet meer
onderdoor kon blazen scheelde het vast stookkosten.’
‘Dat is ook vast zo.’
‘Ja, maar we hebben bij
zijn caravan gekeken wat dat inhield, dat dichtmaken. Het is twee
keer elf plus twee keer vier meter één of ander materiaal
aan de onderkant vastmaken. John is best handig, maar hij heeft geen
idee van welk materiaal en hoe. Ik vind het ook te veel werk voor hem.
Fijn, dat hij graag wat doet, maar hij neemt nu te weinig vrije tijd,
denk ik. Zal ik informaties inwinnen om het te laten doen?’
‘Als het niet boven je budget uitgaat weet je wat je kan doen.’
‘Welk budget? Goed, dus net zoals tot nu toe, als ik wat moois, duurzaams en niet te duurs vind mag het.’
‘Natuurlijk. Zo hebben we mooie huizen en een mooie camping gekregen. Niet overdadig, maar ook niet te simpel.’
‘Zeg maar rustig, aan
de luxe kant. De vorige keer vergat ik de tweede aanleiding voor
jullie, om met een koets door het dorp te rijden.’
‘Nog een feestje?’
‘Ja, over drie weken.
De officiële opening van de camping. Jullie hebben nu de laatste
kans om een betere naam dan de Wellingten Camping op te geven, ik wil
morgen de borden bestellen.’
‘Ach, de mensen gaan het waarschijnlijk toch zo noemen, hoe het ook heet. Noem alles maar naar ons.’
‘Dat was ik al van
plan. Ik wilde jullie een rondje over de camping laten rijden. Niet
vóór de caravans langs, ik weet niet op het gras tegen
paardenhoeven en koetswielen kan. Achterlangs, langs de omheining, is
wat beschadiging niet zo erg. En omdat er nog geen tenten staan hebben
jullie van die kant zicht op alle caravans. Een probleem daarbij is, de
bochten om het gebouwtje. Ik heb een zespersoonskoets gezien, toen
jullie met jullie kinderen een ritje maakten. Van de week was het een
vierpersoons. Hebben jullie een nog kleinere?’
‘Ja, een tweepersoons.
Van alle drie hebben we ook nog een dichte versie. En een open en een
dichte een-assige tweepersoons. Voor één paard.’
‘Die laatste is vast zoiets als een ouderwets dokterskoetsje.’
‘Ja, die je in oude films ziet. Amerikaanse films.’
‘Poe, alles daar komt hier vandaan.’
Ze grinnikten.
‘Dat is een echt
Engelse opmerking. Ze hebben daar ook wel eens wat nieuws uitgevonden,
hoor. Ik zal de stalmeester vragen, of we met een één- of
een twee-asser moeten. Liefst met twee, die hobbelt niet zo met het
paard mee op en neer.’
‘Hebben jullie iets tegen hobbelen?’
‘Wel in het openbaar. Vertel verder. Over de camping.’
‘Goed. John en ik
wachten jullie op, met een kussentje met een schaar erop, om het lint
over de weg door te knippen. Daarna het rondje rijden, daarna bij John
en Maureen in of voor de caravan wat drinken. Met twee genodigden, de
voorzitter van de vereniging van campingeigenaren, en Peter, die zo
fijn meegedacht heeft.’
‘Prima.’
‘Noteer dan maar, vrijdagmorgen over drie weken om tien uur. Nou, dat was het. Jullie nog wat?’
‘Vanavond zwemmen?’
‘Prima. Ik ga gauw naar huis, want daar heb ik nog wat te doen. Misschien wel twee keer.’
Ze grinnikten.
* * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * *
Het Wellingten Nieuws
Jaargang 1, nummer 26
Verzorgd door Tamara.
Ik kopieer natuurlijk veel,
het viel me bij het aanpassen van het nummer op, dat het 26 moest
worden. Dus al een half jaar lang iedere week een krantje. Met veel of
weinig nieuws, deze keer heel weinig.
De huurhuizen en de renovatie daarvan.
Geen nieuws. De beheerder
niet, maar ik ben blij dat we overal onaangekondigd komen. Het is niet
nodig om ons aan te kondigen, als er niemand thuis is, of als het niet
gelegen komt, gaan we naar een ander huis en komen later terug. Maar
het eerste wat we meestal horen is, als we geweten hadden dat jullie
kwamen hadden we gebak gehaald. Toen ik bij mijn vader werkte moest ik
op mijn lijn passen. Ik kan nu gelukkig wat meer eten, want ik loop en
fiets veel meer. En ik doe nog aan een andere sport, ik heb nog wat in
te halen.
De nieuwbouw.
Dat was weer een mooie show,
maandagmorgen, hè? De beheerder en ik hadden de huizen
natuurlijk al bekeken, meneer en mevrouw Wellingten en de nieuwe
bewoners vonden ze schitterend. Het streven was één
kwaliteit beter dan standaard, maar soms werden het er twee. Tja,
leveranciers geven soms extra korting om een beetje doorstroom in hun
mooiere spullen te krijgen.
De camping en het meertje.
Iedere werkdag komt er een
caravan bij, tot ze er alle éénentwintig staan. Aan het
eind van die week, over drie weken, wordt de camping officieel geopend.
Nader bericht volgt.
Overige onderwerpen.
Geen.
Dat was het weer, voor deze keer.
Tamara
Telefoon thuis [om privacyredenen door de schrijver weggelaten]
Mobiele telefoon [om privacyredenen door de schrijver weggelaten]
E-mail tamara@wellingten.co.uk
* * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * *
Week 39
‘John blijft een beetje
een boekhouder, hij heeft graag alles op orde. Hij heeft in het dorp
plakcijfers gekocht, om op de caravans te plakken, één
tot en met éénentwintig. En via Peter bij die jongens die
in oude bouwmaterialen doen zesendertig houten paaltjes en een stuk
aluminium geregeld. Hij is bezig die plaat in stukjes van tien bij tien
centimeter te zagen, die op de paaltjes te schroeven en daar de nummers
voor de tenten, één tot en met zesendertig, op te plakken
en de paaltjes naast de aansluitputjes in de grond te slaan.’
‘Hij is erg ijverig.’
‘Ja. De nummering was
één van de dingen waar ik het met hem in het begin over
gehad heb, hij heeft dat onthouden. Voor de kampvuurplaatsen heeft hij
een schoolvriend van hem gebeld, die doet in oude metalen. Voor een
schijntje heeft hij oude vrachtwagenvelgen aan kunnen schaffen.’
‘Mist er verder nog iets?’
‘Geen idee, ik ga er ook niet naar op zoek, John komt zelf op genoeg ideeën.’
‘Ja, iedere week een paar, hè? Hoe gaat het met de reserveringen?’
‘Dezelfde dag dat de
eerste van de campingbladen, waar een advertentie van ons instond,
uitkwam, belden er al een paar, één reserveerde al een
caravan voor de eerste week. Daarna werd het steeds drukker. Ik weet de
laatste stand niet, maar de eerste week zijn driekwart van de caravans
en de helft van de tentplaatsen verhuurd.’
‘Dat klink goed.’
‘Ja, heel goed, en het
gaat maar door, ook voor daarna natuurlijk. Er zijn ook al aardig wat
reserveringen voor de komende schoolvakantie. Die mensen vragen
allemaal hoe dat kan, zulke lage tarieven. Ik heb op de website nog
niet genoeg over de camping staan om daar naar te verwijzen. Ik heb
voor John een e-mailtje gemaakt, met daarin de verklaring. Die kan hij
de mensen toesturen.’
‘Mooi. Een uitvoerige?’
‘Nee, ze hoeven niet
alles te weten. In het kort, dat de eigenaar de grond al in eigendom
had, hij een minimaal rendement genoeg vindt en niet zo sociaal is om
mensen met kinderen, die alleen maar in de schoolvakanties op pad
kunnen, op kosten te jagen.’
‘Dat kunnen John en Maureen toch ook over de telefoon zeggen?’
‘Nee, zo kort
samengevat komt dat niet over. En er staat gelijk iets over het dorp en
de omgangsvormen in. Dat men hier gemoedelijk met elkaar omgaat en
nogal vrij is. En heel vrij bij een meertje, niet zo ver van de
camping. Dan zijn ze een beetje voorbereid als ze hier komen.’
‘Heel mooi. Zijn Thomas en jij er al geweest?’
‘Ja, één
keer. Wat ik zei, iedereen gaat gemoedelijk met elkaar om en is daar
natuurlijk heel vrij. We vroegen Maureen en John mee, maar die willen
het nog even aankijken. Het was er heel gezellig. Thomas had daar geen
problemen, maar hij pakte me wel toen we thuis amper over de drempel
waren. Kort en hevig.’
‘Kort?’
‘Hij kwam al na een
korte tijd, maar heel hevig. Hij heeft het een tijdje daarna heel lief
en zachtjes gedaan. Hij wil beslist niet dat ik ga denken dat ik er
alleen maar ben om in te lozen. Nou, ik weet wel beter, dat merk ik
genoeg tussen vrijpartijen in. En dat merkt hij van mij ook, ik grijp
hem soms, maar niet alleen om klaar gestreeld te worden, dat is
heerlijk, maar dat duurt niet zo lang. Als ik in zijn armen lig en we
ons stilhouden geniet ik al genoeg.’
‘Lukt dat wel eens?’
‘Ja, echt wel. Nou,
langer dan een uur niet, behalve direct nadat hij gekomen is. Zo snel
na die zeven keer waren het er maar vier. Nou ja, maar vier. Veel
mensen zouden daar heel tevreden mee zijn.’
‘Ja, genieten jullie er maar van. Ik zeg gelijk maar, tot ziens, het is zo lunchtijd.’
‘Ja, heerlijk. Tot ziens.’
* * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * *
* * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * *
* *
Het Wellingten Nieuws
Jaargang 1, nummer 27
Verzorgd door Tamara.
Weer weinig nieuws.
Ik heb wat rondgevraagd: al
is er geen nieuws, toch graag een krantje. Eigenlijk is dat niet de
bedoeling, dit is geen Journaal, (zie de titel van alle nummers behalve
het eerste) maar ook geen weekblad. Het zou alleen verschijnen als er
nieuws was over iets wat in verband stond met de familie Wellingten.
Daarom heet het ook zo. Maar zolang niemand anders in het dorp iets uit
wil geven en ik dus niemand beconcurreer kan er wel een A 4 in de week
af, per huis kost het ongeveer één penny in de maand.
De huurhuizen en de renovatie daarvan.
Geen nieuws.
Welke andere sport, waarbij
ik iets in kan halen, ik beoefen? Ik draag daar niets bij, ook geen
sluier, dus kan ik er geen tipje van oplichten.
De nieuwbouw.
Ik heb wat vragen over de
hoogte van de toekomstige huren gekregen. Meneer wil die pas
vaststellen nadat de nieuwbouw klaar is én alle huizen
gerenoveerd zijn. Er kan dan zonodig op papier met kosten geschoven
worden, om voor alle huizen een redelijke huur te kunnen bepalen. Tot
dan blijft het op de vijftien procent lager dan bij de vorige (lelijk
woord) eigenaren. We kunnen geen garanties geven, maar hopen nog iets
lager uit te komen.
De camping en het meertje.
De vuilcontainers en de vuilnisbakken zijn gearriveerd. De bedoeling daarvan is duidelijk.
Wij bedanken de gebruikers
van het meertje voor hun tot nu toe consequent mee naar huis nemen van
mogelijk afval. Er is nog geen peuk gevonden! De beheerder heeft de
beloofde wegwerphanddoeken in een kluisje gelegd. Hij zal de voorraad
bijhouden en de collectebus en vuilnisbak zeer regelmatig legen. Ik
voeg hier verder niets aan toe, er heeft in krantje 21 genoeg over
gestaan. Alles bij het meertje gaat geweldig, het blijft vast ook zo.
Overige onderwerpen.
Ik ben al weer wat verder met
de website, dankzij de uitstekende lesmethode van David. Ik kan er nu
wat opzetten. Ik kan ook al wat laten zien. Op de hoofdpagina staat een
welkom en de inhoud. Ik heb gekozen om te beginnen met mijn krantjes.
Je kan in de inhoud kiezen uit het laatste krantje (dit), of alle
vorige.
Kijk maar eens, op www.wellingten.co.uk.
Dat was het weer, voor deze keer.
Tamara
Telefoon thuis [om privacyredenen door de schrijver weggelaten]
Mobiele telefoon [om privacyredenen door de schrijver weggelaten]
E-mail tamara@wellingten.co.uk
* * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * *
Week 40
Tamara vond Mark en Simone in een ernstige stemming.
‘Ik heb niets bijzonders, maar jullie zo te zien wel. Waar zijn jullie glimlachen?’
‘Die komen misschien
later. Tamara, je hebt in één van je eerste krantjes wat
over Simone en mij geschreven, ter kennismaking. Ook over de familie.
Ik heb het opgezocht, ik lees een stukje voor. Sinds eeuwen wonen er
Wellingtens in het grote huis. Misschien moet ik schrijven, Het Grote
Huis met hoofdletters. Er is geen andere naam in gebruik, zou de
Wellingten Mansion iets zijn? Nog beter, de Wellingten Manor?
Vermoedelijk, maar wat weet ik van geschiedenis, is de familie
Wellingten titelloos gebleven omdat ze zich altijd bescheiden opgesteld
heeft. Einde citaat.’
‘Ja?’
‘Ik weet van mijn
vader, dat de familie ooit het huis van een adellijk figuur gekocht
heeft. Er zijn toen kennelijk geen adellijke rechten overgegaan. De
tuin was toen kleiner en er hoorden minder landerijen bij. In de loop
van de eeuwen heeft de familie bijgekocht. Ik heb daar op de
oprichtingsvergadering van de vereniging van huurders al wat over
gezegd. Je weet hoeveel we nu hebben.’
‘Ja, veel.’
‘Vanmorgen zat deze stapel papieren in een envelop bij de post. Ze komen van Buckingham Palace.’
‘Heb je daar kennissen?’
‘Grapjas. Nee, wij
niet, maar iemand anders kennelijk wel. Alles moet voorlopig geheim
blijven, maar jij mag het meeste al weten. Alle bladen zijn genummerd,
er is zelfs een inhoud bij.’
‘Netjes. Maar dat mag je van haar verwachten. Ze schrijft nogal wat.’
‘Niet persoonlijk, een opperhoofd van één van haar bureaus, een lord.’
‘Je maakt er een potje van. Opperhoofd is Amerikaans, lord is Engels.’
‘Ze hoort het toch
niet. Alhoewel, er schijnt hier een verklikker rond te lopen, ze weet
te veel. Hij schrijft, alle bladen zijn in populair Engels, mocht u
ingaan op het voorstel van Hare Majesteit, dan krijgt u de
officiële op een nader door haar te bepalen datum op het
paleis.’
‘Ze nodigt je uit? Een voorstel? En je mag dat afslaan? Dat doe je toch niet? Dat zou niet zo beleefd zijn.’
‘Één van mijn voorvaderen heeft dat bij een voorvader van haar gedaan, dus waarom ik niet.’
‘O ja? Nou, de tijden
zijn veranderd. Het valt me mee dat je voorvader die weigering
overleefd heeft. Het ging er toen iets anders aan toe dan nu. Zoals het
inrijden van een meisje door de kasteelheer.’
‘Inrijden! Tja. Mijn
voorvader heeft zich toen inderdaad bescheiden opgesteld en geweigerd,
want die lord schrijft, door een omissie is het voorstel een paar
eeuwen lang niet herhaald. Dus bij deze.’
‘Bij deze stapel papieren.’
‘Ja. Blad twee is het
belangrijkst, de rest volgt daaruit, bij aanname van het voorstel. Er
kan niets gewijzigd worden, gezien de tradities, al zijn veel zaken
aangepast aan de tegenwoordige omstandigheden. Het is alles of niets.
Goed. Ze wil me in de adelstand verheffen. Ze wil me graaf [Earl]
maken.’
‘Terecht. Het brengt waarschijnlijk geen penny op, maar wel leuk.’
‘Vind je?’
‘Ja. Heeft ze een reden?’
‘Voor het eeuwenlang
uitzonderlijk sociale gedrag tegenover een uitgebreide staf aan
personeel, zonder aanzien des persoons. Zou dat inrijden daar ook onder
vallen?’
‘Ze weet vast van dat
vroegere gebruik. Verder. Voor het zorgvuldig beheren van de
landerijen. En, sinds kort, uitzonderlijk sociale en onbaatzuchtig
gedrag tegenover een heel dorp.’
‘Ze weet nogal wat. Het klopt wel.’
‘Uitzonderlijk
betwijfel ik, er zullen vast meer goede landheren zijn. Maar zij kan
het weten. En het lijkt onbaatzuchtig, maar het levert wel wat
op.’
‘Een minimaal rendement is onbaatzuchtig. En persoonlijk schiet je er ook niets mee op.’
‘Financieel niet, maar
het geeft natuurlijk wel een goed gevoel. Al kan ik alles natuurlijk
alleen maar doen omdat ik daar door de familie toe in staat gesteld
word.’
‘Juist, de familie die al eeuwenlang zich zo sociaal gedragen heeft. Cirkeltje rond.’
‘Ja, Tamara. Zal ik het doen?’
‘Waarom vraag je mij dat? Adel is boven mijn stand.’
‘Tot nu toe ook boven
de mijne. Jij bent mijn troubleshooter. Ik zie misschien wat over het
hoofd. Ik wil niet in de problemen komen, alles loopt nu goed.’
‘Tja. Simone ook een titel?’
‘De bijbehorende.’
‘Is de titel erfelijk?’
‘Ruimer dan erfelijk,
hij is gebonden aan de functie van beheerder van het familiebedrijf van
de Wellingtens. Als onze zoon of dochter niet willen zullen er voortaan
zeker genoeg familieleden zijn die beheerder willen worden. Ze moeten
natuurlijk afwachten tot wij er genoeg van hebben. Dan hier komen en
Engels staatsburger worden.’
‘Zijn jullie dat?’
‘Ja, dat ben ik al
begonnen te regelen zodra het zeker was dat we hier gingen wonen. Dat
was altijd al familietraditie. Voor Simone is het trouwens haar derde
nationaliteit. Anders had ik een ander voorstel gekregen, de benaming
voor een niet Engelse graaf [Count], zonder verdere rechten of plichten.’
‘Zitting in het Hogerhuis?’
‘Dat wordt nog uitgezocht. Er zijn daar wat veranderingen aan de gang die het wat lastig maken.’
‘Je hebt het al druk
zat. Mark, je moet het doen. Je zit er persoonlijk vast niet om zitten
te springen, je hebt al een titel, als gepromoveerd medicus. Maar de
familie heeft er recht op, vind ik. En voor de omgeving. Het personeel
in en om het huis is trots dat ze hier mogen werken. Ze krijgen nog
meer aanzien als het bij een graaf zou zijn. En, om maar wat te noemen,
in het dorp zouden ze het fijner vinden om in die mooie koets een graaf
en een gravin te zien dan een meneer en een mevrouw. Je moet niet zo
kortzichtig zijn als die voorvader. Bescheidenheid kan ook te ver
gaan.’
‘Ja, daar weet ik alles van. Ik heb een personeelslid dat niet bedankt wil worden.’
‘Au. Ben je bij dat uitgebreide voorstel op nadelen gestuit? Of plichten, die je vervelend vindt?’
‘Nee, nadelig of vervelend is er niets.’
‘Doe het dan.’
‘We zullen erover nadenken. En, omdat het erfelijk zou zijn, moet ik de hele familie faxen, of ze bezwaren hebben.’
‘Vast niet. Wat is er voordelig of leuk aan?’
‘Ik mag de oude
rechtspraak weer invoeren. De aanpassing is, partijen onderwerpen zich
daar vrijwillig aan, en de uitspraak heeft geen rechtsgeldigheid.
Alleen show dus.’
‘Nee, niet alleen. Je
zou zittingen in het dorpshuis kunnen houden. Als je dat goed doet, en
een verstandige uitspraak doet, houden de mensen zich er vast aan,
vrijwillig. Ook al, omdat het ze tijd en onkosten bespaart als ze
daarvoor niet naar de stad hoeven.’
‘Ik ben geen jurist.’
‘Dat hoeft ook niet. Je
kan best een zaak goed onderzoeken of laten onderzoeken. Als je
twijfelt, zeg je, uitspraak over veertien dagen. Dan heb je tijd om
advies in te winnen. Moeilijke zaken kan je vast afwijzen. Zeker als er
iets van buiten het gebied van de familie bij betrokken is.’
‘Je bent weer snel om iets op te zetten. Het lijkt wel of je er op gestudeerd hebt.’
‘Ik heb, net als jij, er genoeg van op TV gezien. Je zou het best redden.’
‘Dank je voor je
vertrouwen. Verder krijg ik het recht om belasting te heffen. Met als
aanpassing, niemand is verplicht om te betalen.’
‘Ik zou het maar niet
doen, zelf voor de schijn niet. Anders heeft Simone misschien de reden
waarop ze zit te wachten, om in haar blote kont door het dorp te gaan
rijden.’
‘Lady Godiva, ik weet
het. Gravin Simone laat haar blote kont en de rest al op het
zonneterras zien. Er is nog niemand blind van geworden, en eventuele
stijven verdwijnen onder een handdoek. Verder krijg ik het advies om
het grote huis Wellingten Manor te noemen. Het recht had ik natuurlijk
al.’
‘Dat zei ik toch
maanden geleden al. Hoor je het ook eens van een ander, die er meer
verstand van heeft. Ze heeft meer huisjes. Paleizen en zo.’
‘Ja, ja. Ik krijg het
recht, om mijn grondgebied Wellingtenshire te noemen. Het zal dan aan
de cartografische instanties doorgegeven worden, om dat op kaarten te
vermelden.’
‘Leuk.’
‘Ja. Ik heb het leukst, tussen aanhalingstekens, voor het laatst bewaard.’
‘Ik vind het leukst, dat je graaf kan worden. Excuus, gravin, als ik u vergeet.’
‘Dat geeft niet. Ik geniet weer van jullie gesprek. Ga maar door.’
‘De stadsraad heeft er
zich ook mee bemoeid. Waar is dat stuk? Ja. Het voorstel is mede tot
stand gekomen door een aanvraag van de stadsraad. Op dat, mede, kom ik
zo terug. De stadsraad verzoekt een titel voor de familie, waar die
eigenlijk al lang recht op heeft, de huidige vertegenwoordiger daarvan
in het bijzonder. Volgt uitleg, ook over het dorp. Verder, de stadsraad
weet niet hoe ze ooit aan de grond in het dorp gekomen is, nadat het
ophield een vrijplaats te zijn. Er is daar geen juridische grondslag
daarvoor gevonden. De raad stelt voor, de grond in het dorp om niet
over te dragen aan de familie Wellingten, zodat de grond in het dorp
geen enclave binnen het eigendom van de familie meer vormt.’
‘Dan heb je écht het dorp gekocht, niet alleen de huurhuizen. Op een paar koophuizen na.’
‘Zou kan je dat zien,
ja. De raad stelt verder voor, het beheer wat ze nu over het dorp
voert, voort te zetten. Het betreft hoofdzakelijk de
bevolkingsadministratie en het onderhoud van de wegen en de
straatverlichting. De kosten daarvoor kunnen geïnd blijven worden
via het rioolrecht en de waterkosten. Dat zou slim zijn,
hè?’
‘Zeker, dan krijgen wij
geen extra werk. Het zou voor niemand verschil uitmaken, behalve dat de
grond dan van jou is.’
‘Goed. Tot slot, de
stad stelt voor, het dorp om te dopen in Wellingten. Administratief is
dat niet zo moeilijk, omdat de postcode hetzelfde kan blijven.’
‘Wellingten Manor, Wellingten, Wellingtenshire. Lux.’
‘Dat was het zo’n
beetje. Hoe heeft de stadsraad dit kunnen regelen, zonder dat het
uitgelekt is? Anders had je het vast gehoord en het ons verteld.’
‘Ze houden af en toe
een geheime vergadering. Het is dan geen geheim, dat er een geheime
vergadering is, alleen wat ze bespreken blijft geheim. Uiteindelijk
moet er toch in het openbaar over gesproken worden. Zoals over de
naamsverandering van het dorp. Daar was kennelijk een meerderheid voor.
Maar als je het voorstel aanneemt en bij haar geweest bent moet er toch
in het openbaar over gestemd worden. Tja, dan wil vast niemand haar op
de tenen trappen en nee zeggen.’
‘Die stadsraad, hoe is die samengesteld?’
‘De zetelverdeling gaat
naar het inwoneraantal van de stad, ons dorp en de andere dorpen die
bij de stad horen. Wij hebben twee zetels. Om de vier jaar zijn er
verkiezingen.’
‘Ken je die twee lui?’
‘Natuurlijk. Die hebben beslist ingestemd.’
‘Misschien de aanvraag ingediend?’
‘Misschien.’
‘Goed. Al die
voorstellen zijn op meerdere bladzijden uitgewerkt, vandaar die stapel.
Ik vatte ze simpel samen. Er zijn een paar bladzijden over de ontvangst
op het paleis. Ik mag met een Rolls komen. Dat weten ze dus ook al.
Simone en ik zullen niet de enigen zijn die in de adelstand verheven
worden. Ze doet er meerdere op dezelfde dag. Daarbij mag, eigenlijk
moet, ik verder maar één persoon meenemen. De
hoffotograaf regelt video-opnamen, die krijgen we daarna thuisgestuurd.
En mogelijk komt er iets van op TV.’
‘Mag die video dan in het dorpshuis vertoond worden?’
‘Natuurlijk, als alles dan Wellingten heet.’
‘En mag ik dat pak
papier een keer mee naar huis? Dan kan ik stukjes voor in het krantje
voorbereiden. Thomas houdt zijn mond wel, net als ik.’
‘Ja, prima. Die ene
persoon, die ik mee moet nemen, moet als paladijn fungeren. Onder
andere de papieren die ik van haar krijg van me aanpakken. Anders kan
ik haar geen handje geven, na afloop. Zij krijgt ze natuurlijk ook
aangereikt. Om te voorkomen dat ze de verkeerde riddert, krijgt die
persoon een muts op, met een veer. Ik denk zoiets als Robin Hood gehad
zou hebben. Als teken van die functie. De paladijn mag de muts houden,
als aandenken.’
‘Moet je knielen en krijg je dan ergens mee een dreun op je schouder?’
‘Dat weet ik niet. Ze dreunt ook niet, natuurlijk. Slecht een koninklijke aanraking. Je ziet het wel.’
‘Ik ga natuurlijk naar de TV kijken, voor het geval dat. En later ook in het dorpshuis.’
‘Nee, eerder, in het echt.’
‘Wat echt?’
‘Jij paladijnt, of hoe dat heet.’
‘Ik? Ik mee? Mooi niet, ik zou die papieren van de zenuwen laten vallen. Zo dicht bij haar.’
‘Tamara, waar je aan begint moet je afmaken.’
‘Wat bedoel je?’
‘Ik kom terug op dat
mede. Het voorstel is méde tot stand gekomen door een aanvraag
van de stadsraad. Iemand anders moet dus de zaak op gang gebracht
hebben. Op het idee om een titel voor ons te vragen kunnen er veel
komen. De rechtspraak en belastingen mogen heffen horen bij die titel.
Maar wat er verder bij zit, die naamsveranderingen, van het huis, het
dorp, de shire, en de grondoverdracht terwijl de hele administratieve
rompslomp bij de gemeente blijft, die aanvraag is me te compleet. Ik
ken er maar één die dat verzonnen kan hebben. In
één van je eerste krantjes schreef je al over Wellingten
Manor en een titel. Je hebt ook al Wellingten Avenue en Wellingten
Camping verzonnen. Heb je met de stadsraad gesproken?’
‘Nee. Wellingten Avenue
heb ik niet verzonnen, dat kwam van de vereniging van huurders, nadat
ik uit het bestuur gestapt ben.’
‘Heb je met die twee die namens het dorp in de stadsraad zitten gesproken?’
‘Als ik die in het
dorpshuis zie praat ik wel eens met ze, sinds ik voor je werk. Daarvoor
maakte ik me niet druk over het bestuur van het dorp.’
‘Tamara, alsjeblieft. Niet er omheen draaien, zo gaan we niet met elkaar om.’
‘Nou, jij belt ook wel eens. Dan is het voor mij makkelijker om ergens binnen te komen.’
‘Waarom vertel je het
hele verhaal niet? Dan weten wij tenminste ook hoe zoiets werkt. We
krijgen vast vragen van de kinderen. En van de rest van de familie. Het
is geen schande wat je gedaan hebt. Ik zei verklikken, maar om zoiets
te bereiken moet er natuurlijk iets verteld worden. En alles is juist,
dus heb je het heel goed gedaan.’
‘Ik heb Haar een
briefje geschreven, waarin ik speciale aandacht vroeg voor een aanvraag
die van de stadsraad zou komen. Dan kon ze een eeuwenlang foutje goed
maken. Nou, dat heeft ze toegegeven. Een omissie heet dat kennelijk in
die kringen.’
‘Heb je de stadsraad ook een briefje gestuurd?’
‘Een briefje aan één van de twee dorpelingen die erin zitten gegeven.’
‘Met al die punten?’
‘Ja. Zo moeilijk om die te verzinnen was het niet. Voor mij.’
‘Daarom dachten Simone
en ik al dat jij erachter zat. Ik zei al, het was te compleet. Daarom
vinden we dat je mee moet, het resultaat van je aanzet zelf
zien.’
‘Ik zou wel mee willen, als ik op de achtergrond kon blijven. Niet vlak voor haar neus.’
‘Stel je niet zo aan. Ze is, net als Simone, moeder en grootmoeder en beheerder. Meer niet.’
‘Jij kijkt daar, als
voormalig Amerikaan, anders tegenaan dan wij hier. Simone zei, toen ik
jullie trouwfoto zag, Mark is in staat om tegen de koningin, als die
met een kroon op haar hoofd zit, te zeggen, hé, Liz, wat heb je
een leuke versiering in je haar.’
‘Ik zal me inhouden.
Tenzij ze wat uitlokt. We willen er nog even over denken, maar als het
doorgaat moet ik het aanbod schriftelijk accepteren. Ik overleg
natuurlijk met Simone. Ik zal dan ook jouw aandeel in alles
beschrijven. Mogelijk kan Liz dan ook wat tegen jou zeggen, dat heb je
verdiend.’
‘Dan ga ik helemaal niet mee. Ik zou flauwvallen.’
‘Dan gaat het hele feest niet door.’
‘Wat? Natuurlijk wel. Je kan om mij toch niet weigeren?’
‘Simone en ik hebben
dat uitgebreid besproken. Dat gaan we wél doen. Je gaat mee, als
paladijn, of het gaat niet door.’
‘Dat is geen voorstel of een mogelijkheid. Dat is regelrechte chantage.’
‘Ja.’
‘Toe nou. Ik wil niet.’
‘Tamara, we hebben het
meeste met z’n drieën gedaan. Ik citeer een personeelslid,
bescheidenheid kan ook te ver gaan.’
‘Je zet me klem.’
‘Ja, met je eigen woorden.’
‘Mag ik erover nadenken?’
‘Eigenlijk niet. Als we
het accepteren verwachten we dat je meegaat, als paladijn. Wij gunnen
je ook een titel, maar dat zit er natuurlijk niet in. Je weet hoe het
gaat, hoge bomen vangen veel wind. We halen er het maximum uit als je
daar bij ons bent. Tamara, je hebt het verdiend. Niet protesteren, we
weten dat je het daarvoor niet gedaan hebt.’
‘Nee. Nou. Ik zou niet weten wat ik aanmoet.’
‘Ha, eindelijk een
normale vrouwelijke opmerking. Er zijn een paar bladzijden bij over de
kleding. Ik moet een jacquet aan. Simone helpt je bij het aanschaffen
van je kleding, op onze kosten natuurlijk, dan kunnen jullie wat bij
elkaar passends uitzoeken.’
‘Dan moet je natuurlijk een hoog decolleté hebben, Simone.’
‘Nee zeg. Misschien een
pietsje hoger dan normaal, ik wil wel mezelf blijven. Ze gaat ook naar
balletvoorstellingen, daar springen ze bijna bloot rond.’
‘Zoek dat samen maar uit. Jij nog iets, Tamara?’
‘Ach. Vijf stacaravans erbij, van de week. Twee nieuwbouwwoningen klaar. Verder gaat alles z’n gangetje.’
‘En bij het meertje?’
‘Ik kijk er een paar
keer in de week, overdag. Als de schooljeugd vrij heeft vind ik het
toch bijzonder, zo veel blote jeugd. Ze worden iets vrijer, ze lopen
meer rond. Ik heb nog niet gezien dat ze aan elkaar zitten. Als er geen
schooljeugd is liggen er vaak stellen. Sinds de handdoeken er zijn zijn
ze ook vrijer, die zitten wel aan elkaar, die jongens zitten er ook
niet mee om een half stijve te laten zien. Ook leuk. Ga maar eens
kijken.’
‘Voorlopig maar niet. Nou, tot ziens maar weer. En bedankt, Tamara.’
‘Ja, goed. Tot ziens.’
* * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * *
Het Wellingten Nieuws
Jaargang 1, nummer 28
Zie ook www.wellingten.co.uk
Verzorgd door Tamara.
De huurhuizen en de renovatie van de huurhuizen.
Geen nieuws.
De nieuwbouw.
Nummer negen en elf zijn nu bewoond.
De camping en het meertje.
Stacaravan zestien tot en met twintig arriveren deze week.
De reserveringen ervoor lopen goed. Ook die voor de tentplaatsen.
Overige onderwerpen.
Tja, er hangt wat in de lucht.
Dat was het weer, voor deze keer.
Tamara
Telefoon thuis [om privacyredenen door de schrijver weggelaten]
Mobiele telefoon [om privacyredenen door de schrijver weggelaten]
E-mail tamara@wellingten.co.uk
* * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * *
Week 41
Dinsdags belde John Tamara,
of ze langs kon komen. Ze ging gelijk, zijn stem klonk raar. Hij en
Maureen zaten in hun caravan aan tafel, ze ging er bij zitten.
‘Wat is er? Je klonk zo raar.’
‘Ik heb een brief
gehad. Die werd met een Rolls gebracht. Ik, wij snappen het niet. Iets
over proeftijd. Misschien staat het in verband met het plaatsen van de
laatste caravan, gisteren. Ik weet niet of jij hem mag lezen. Ik wil je
hem graag voorlezen, en je mening horen.’
‘Slim, hoor. Van Het Grote Huis?’
‘Ja, ondertekend door én meneer én mevrouw. Twee handtekeningen.’
‘Nogal officieel. Lees maar voor.’
‘Beste John. We zijn
van mening dat je nogal hecht aan zekerheden in je leven. Niet alleen
voor jezelf, ook voor Maureen en Crystal. Daarom zien wij, mede op
grond van de berichten die we over je ontvangen hebben, af van onze
rechten voor wat betreft ontslag op staande voet in de tweede maand van
je proeftijd. Jij behoudt vanzelfsprekend jouw rechten. Met
vriendelijke groeten.’
‘Ik moet ze nog leren om een goede brief te schrijven. Maar gefeliciteerd.’
‘Hoezo?’
‘Allereerst, er is geen
verband met de laatste caravan. Tja, laat ik achteraan beginnen. Als ik
het goed heb, heb je na je proeftijd een opzegtermijn van twee maanden,
na een half jaar wordt dat drie, na een jaar vier en nog verder weg zes
maanden. Correct?’
‘Ik weet alleen die twee maanden zeker, na de proeftijd wilde ik het nog eens lezen.’
‘Goed. Die opzegtermijn
is van twee kanten. Of jij zegt op, of je wordt opgezegd, dan verdwijn
je na twee maanden aan het eind van die maand. Dat snap je wel. Hoe
deed je dat vroeger? Je bent een paar keer van baan veranderd.’
‘Dan zegde ik op en
kreeg te horen wanneer ik weg kon. De volgende werkgevers vonden het
goed om daarop te wachten, als ik dat tijdens een sollicitatiegesprek
zei.’
‘Nou ja. Goed. Nu je
proeftijd. Het was zo, dat jij op staande voet ontslag kon nemen, en
zij je op staande voet konden ontslaan. Dan zou je niet aan het eind
van de maand verdwijnen, maar zo spoedig mogelijk. Ja?’
‘Ja. Het was zo?’
Ja. Jij kan nog steeds op
staande voet ontslag nemen, maar zij zien af van dat recht. Met andere
woorden, zij kunnen je deze maand niet meer op staande voet ontslaan,
je hebt nu al een opzegtermijn van twee maanden. Lees nu die brief nog
maar eens.’
John snoot eerst zijn neus.
Maureen veegde haar tranen weg. Nadat John de brief weer gelezen had,
gaf hij hem aan Tamara. Die las hem en gaf hem terug.
‘Juist. Juridisch vast
heel duidelijk. Er staat niets geheims in, maar officieel heb ik er
natuurlijk niets mee te maken. Dat is tussen je werkgever en jou.’
‘Ik snap hem nu. Dank je wel. Snap je het, Maureen?’
‘Ja. Fijn.’
‘Nou, droog je tranen en geef me een bak koffie, ik ben achter de vorige weggerend.’
‘Zo’n haast had het nu ook weer niet.’
‘Dan had je de paniek
uit je stem weg moeten laten. Ik ben heel blij dat jullie me gebeld
hebben. Vooral blijven doen. En ik ben blij dat jullie mijn hulp
ingeroepen hebben, voor iets op privé-gebied.’
‘Dat leek ons het beste. Jij weet zo veel.’
‘Ik doe hetzelfde als
jullie, als ik iets niet weet hulp zoeken. Bijna dagelijks. Ik kan zelf
geen huizen bouwen en ik heb nog nooit gekampeerd. Maar met goede hulp
kan er veel. Hebben jullie wel eens gekampeerd?’
‘Nee.’
‘Nou, zie je wel. Met
een beetje hulp van mij om op gang te komen doen jullie het prima. Nog
vragen, privé of niet?’
‘Ja. Ik snapte het
officiële gedeelte niet. De rest wel, alleen weet ik niet hoe ze
daarbij komen. Zoals, we zijn van mening, dat je nogal hecht aan
zekerheden in je leven.’
‘Tja. Ik houd meneer en
mevrouw op de hoogte van de gang van zaken. Zij kunnen niet zo
rondrennen zoals ik kan. En in hun bijzijn gedragen de mensen zich
anders. Ik hoor veel, maar vertel niet alles door. Ik heb ze verteld
dat je steeds erg zorgvuldig bent, waarschijnlijk bang wat fout te
doen. Dat bedoelde ik als gunstig voorteken, John, dat je het hier wel
zou redden. Verder heb ik daar niet zo over nagedacht, het zou wel goed
komen. Maar zij vinden het kennelijk beter dat je je meer op je gemak
gaat voelen. Daarom hebben ze je vast meer zekerheid willen
geven.’
‘Onbegrijpelijk, dat een werkgever zich zo druk maakt om zijn personeel.’
‘Voor jou misschien.
Maar wat heb je aan een werknemer die het niet naar zijn zin heeft en
al gauw weer opstapt? Je kent er misschien zo één.’
John keek haar even verbaasd aan, begon toen te glimlachen.
‘Ja, ik ken er
één. Die had al veel eerder van baan moeten veranderen.
Maar waar ik nu terechtgekomen ben? En eh, mede op grond van de
berichten die we over je ontvangen hebben?’
‘De meeste berichten
zijn natuurlijk van mij. Ik leg eerst wat anders uit. Mijn man, Thomas,
is ook aangenomen met een proeftijd van twee maanden. Hij volgde zijn
vader op, daarom wist hij al heel veel van de taken van een butler.
Iedereen wist dat hij het zou redden, ook al omdat het vanaf de eerste
dag zonder problemen ging. Daarom heeft al gauw niemand meer aan die
proeftijd gedacht. Maar bij jou zit het anders. Jij bent onbekend en je
doet hier totaal wat anders dan je vroeger deed. Als jij het hier niet
naar je zin hebt kan je vóór het eind van je proeftijd zo
opstappen. Als je blijft moet meneer je vóór het eind van
je proeftijd kunnen beoordelen. Thomas is meestal in het grote huis,
die ziet hij bijna dagelijks. Maar jij zit te ver weg. Dus doet hij het
voornamelijk op grond van berichten van mij, dat gaat niet anders. Ik
zit in een wat rare positie, als troubleshooter, maar ik probeer er het
beste van te maken, naar eer en geweten. Snap je?’
‘Ja. Jouw positie wordt me steeds duidelijker, maar nog niet helemaal.’
‘Dat kan ook niet, ik
weet het zelf geeneens. Bij twijfel vraag ik het aan meneer. Ik ben er
om klachten en vragen op te vangen. Het meeste regel ik zelf. Verder
kijk ik rond, in het hele gebied van de Wellingtens. Ik heb over
niemand iets te zeggen, maar als ik denk dat het ergens beter kan
suggereer ik dat. Tot nu toe werkt dat, alles loopt soepel. Ik vertel
meneer en mevrouw de grote gang van zaken, zij zijn de baas, en moeten
weten wat er aan de hand is. En ik vertel, als ik denk dat het nuttig
is, details. Zoals over jou. Je snapt toch wel, dat die berichten
allemaal gunstig waren? Hoe je je inzet, zaken goed regelt, met goede
ideeën? Die had je al voordat je begon. Zoals dat er, in verband
met overlappingen, méér dan acht caravans nodig konden
zijn. Ik heb je ideeën allemaal verteld, over de vuilnisbakken, de
nummers op de plaatsen, de kampvuurplekken, enzovoort. En hoe jullie
hier verder aan het werk zijn, omdat ik denk dat jullie het hier naar
je zin hebben. Ik ben ook egoïstisch, ik wil jullie houden, jullie
zijn zo aardig. John, je bent van af het begin ook wat voorzichtig
tegen me geweest. Dat snapte ik wel, maar ik vond het niet prettig.
Neem er nu alsjeblieft je gemak van. Vertel wat je wilt, vraag wat je
wilt. Je hebt nog geen fout gemaakt. Dat mag je best, je bent nieuw op
dit gebied.’
‘Ik zal het proberen.’
‘Goed. Praat er nog
maar eens over met Maureen, laat het tot jullie doordringen. Meneer en
mevrouw zijn erg tevreden met jullie.’
‘Omdat jij dat bent.’
‘Ik ben blij dat je het
durft te zeggen. Ja, dat is zo. Daar hoef ik gelukkig geen woord over
te liegen, want dat zou mevrouw in de gaten hebben. Zij heeft
óók wat in je gezien, anders was je niet aangenomen. Zij
heeft het zeer gewaardeerd dat je zo eerlijk was over de gezondheid van
Maureen. Als je er omheen gedraaid had had ze het doorgehad. Ze had
maar met haar hoofd hoeven schudden en ik had je gelijk naar de trein
kunnen brengen. Ik zou niet geprotesteerd hebben, meneer ook niet, ze
heeft veel mensenkennis.’
‘Heeft zij jou soms aangenomen?’
‘Ja, min of meer. Ze zag wat in me.’
‘Je lijkt nu wel hun personeelschef.’
‘Thomas is de personeelschef. Maar ik ben troubleshooter, ik lijk van alles.’
‘Ik heb het al eens
gevraagd, ik kreeg toen geen antwoord, dat kwam nog wel. Ik word steeds
nieuwsgieriger. Wat deed je hiervoor? Ik kan het nog steeds niet
raden.’
‘Jullie hebben nu al een fijne dag, met jullie vaste baan. Ga er vandaag maar extra van genieten.’
‘Hè, Tamara, vertel het nou. Ik snap het ook niet.’
‘Ik zal je het antwoord
geven, Maureen, maar geen uitleg. Die komt een andere keer, want dat is
een heel verhaal, omdat jullie hier nog niet zo bekend zijn. Ik was een
tevreden koekenbakker. Tot ziens.’
Donderdags ging Tamara weer
een kijkje nemen op de camping. Het was een warme dag. John was in zijn
tuintje bezig, zonder shirt, in een korte broek. Hij schrok, toen hij
haar zag.
‘Hallo. Mag ik me zo kleden?’
‘Natuurlijk,
voorzichtig figuur, wat denk je dat je gasten gaan doen? Minimum
kleding hier is natuurlijk voor heren een zwembroek, voor dames een
badpak of een bikini. Ik denk niet dat je topless zal zien. Laat ze dan
maar, tenzij er geklaagd wordt.’
‘Moet ik er dan wat van zeggen?’
‘Je kan je er toch op
voorbereiden? Mevrouw, bij dit meertje is de minimum kleding een
badkostuum. Bij het meertje hiernaast niets. Voor iets er tussenin moet
nog aangelegd worden.’
‘Hoe verzin je dat zo snel?’
‘Je moet proberen
overal iets van te maken, dat klinkt leuker. Of wil je zeggen,
hè, berg die tieten op. Overleg maar met Maureen. Misschien wil
die het dan wel doen.’
‘Ja, merci. Tamara, ik
wil zaterdag en zondag overdag naar ons oude huis. Ik heb de huur al
telefonisch opgezegd, ik moet het nog wel schriftelijk bevestigen. Mag
ik de garage om vervoer naar het station vragen? Zaterdagmorgen heen,
zondagmiddag terug? Of zal ik een taxi bellen?’
‘Wat moet je gaan doen?’
‘Een auto met aanhanger
lenen en de laatste spullen hiernaartoe brengen. Zondag het laatste
daar schoonmaken en de sleutel aan de buren geven, die zorgen voor de
rest.’
‘Zouden al jullie spullen in een Rolls passen?’
‘Een Rolls? Je kan een Rolls toch niet als verhuiswagen gebruiken?’
‘John, herinner je wat
meneer over mij gezegd heeft? De beheerders worden verondersteld haar
vragen te beantwoorden en haar suggesties uit te voeren. Ik suggereer
niet iets wat ik niet waar kan maken.’
‘Ja, Tamara. Het zou er makkelijk inpassen.’
‘Mooi. Ik regel die met
de meeste bagageruimte en vraag wie van de jongens er mee willen. Dan
kunnen ze je een handje helpen, dan red je het vast zaterdag al. Als er
niemand mee kan rijd ik zelf, maar er zullen er best voor een uitstapje
te vinden zijn.’
‘Heel graag. Dank je wel. Ongelofelijk, hoe snel jij iets kan verzinnen.’
‘Daar wen je wel aan.
Ik weet nu eenmaal veel van alles in de buurt. En ik mag veel. Goed.
Waar is Maureen? Jij bent druk met je tuintje, ik zal je verder niet
storen.’
‘Ik wil nog even dit
stukje afmaken, dan ga ik naar haar toe. Ze is met Crystal bij het
meertje, ze wil haar bloot laten zwemmen.’
‘Leuk, ik ga even kijken.’
Bij het meertje zag ze een
paar stellen van rond de twintig. En Maureen, in haar blootje, in het
meertje, aan de kant, tot haar middel in het water, met Crystal op
schoot. Maureen schrok, en bloosde, toen ze Tamara zag. Die trok gelijk
haar kleding uit en ging naast haar zitten.
‘Lekker, hè, zonder badpak?’
‘Ja. Tot nu toe hebben
we hier alleen af en toe even gekeken, we waren druk met de komst van
de caravans en de reserveringen. En John durfde nog niet. Maar het is
nu zo’n lekker weer, ik wilde het proberen. Ik had eerst mijn
badpak aangehouden, en was met Crystal aan het spelen, ze vindt het
heerlijk. Toen kwam een meisje, van één van die stellen
daar, naar me toe. Dat was even wennen, een blote meid zo vlak naast
me. Met jou gaat het beter, ik ken je al wat langer. Ze zei, we vinden
het leuk dat je je dochtertje aan het water laat wennen, in haar
blootje. We praatten even over Crystal. Toen zei ze, het hoeft niet,
hoor, maar jij kan ook rustig je badpak uittrekken. Probeer het in
ieder geval een keer, er is nu toch bijna niemand. Ik zei, dank je wel.
Ze liep weer weg. Toen heb ik het gelijk gedaan. Het moet even wennen.
Ik bedoel, dat zand op mijn blote kont. Ze kunnen me van daaraf toch
niet goed bekijken. Het is een heerlijk vrij gevoel.’
‘Mooi. Dat is het op het zonneterras ook. Zeg, John komt zo. Gaat hij meedoen?’
‘Ik weet het niet. O, daar is hij. Kom er bij, John.’
John trok zijn korte broek uit en kwam er in zwembroek bijzitten.
‘Trek je zwembroek toch uit. Wij zijn ook heerlijk bloot. Zo fijn, dat het hier kan.’
‘Dat gaat toch niet. Dat zie je.’
‘Je hoeft je voor je
pikkie niet te schamen, Tamara weet al hoe zoiets eruit ziet. En zij
durft ook alles te laten zien.’
‘Ja, ook daarom geen pikkie. Ik ga eerst even zwemmen.’
Hij liep tot zijn middel het
water in, trok daar, met zijn rug naar hun toe, zijn zwembroek uit,
gooide die op de kant en zwom weg.
‘Tja, dat dacht ik al. Nog steeds een probleempje.’
‘Probleempjé? Zo klein leek me dat niet, die bobbel in zijn zwembroek.’
‘O, nee, groot genoeg. Maar eh.’
‘Hij heeft een erectie, Maureen. Dat zal wel overgaan, in het water.’
‘Dat weet ik niet. Hij eh kan zo heel lang rondlopen.’
‘Fijn toch?’
‘Ja, maar hier gaat dat toch niet. Nou, hij komt terug.’
John bleef, tot ruim boven zijn middel in het water, een eindje van hun afstaan. Tamara besloot hem maar te helpen.
‘John, kom erbij zitten. Als je een stijve hebt, ik heb er meer gezien. En die stelletjes vast ook.’
John kwam er aarzelend bijzitten, aan de andere kant van Maureen dan waar Tamara zat.
‘Maureen zei, toen je
het water inging, hij heeft een probleempje. Ik zei, zo klein leek me
dat niet, die bobbel in zijn zwembroek. Je hebt een mooie grote. Nou,
schrik niet zo. Meestal krimpen die in het water. Waarom de jouwe
niet?’
‘Maureen ben ik wel
gewend, natuurlijk. Maar het moet erg wennen, helemaal bloot zo buiten.
Jij ook, zo vlakbij. En die andere stellen daar. Bovendien eh.’
‘Tamara, we hadden er
vanmiddag zin in. We lagen net bloot op bed toen Crystal wakker werd,
een half uur vroeger dan normaal. Toen ging het niet meer. Maar John is
nu natuurlijk nogal eh opgeladen.’
‘Dan ontlaad je hem toch?’
‘Zou je ondertussen op Crystal willen passen?’
‘Als je alleen John
wilt ontladen hoef je niet naar de caravan. Jullie zullen het voor een
keer vast leuk vinden om het hier te doen.’
‘Tamara! Hier?’
‘Je zou niet de eerste
zijn, hoor, die hier haar liefje verwende. Die handdoeken worden toch
al veel gebruikt? Dat kan nu niet, laat John lekker in het water
spuiten.’
‘O. Zou je willen, John?’
‘Ik barst bijna, ik denk dat ik de caravan geeneens zou halen. Laat Tamara maar vertellen, hoe.’
‘Hoe? Dat zal Maureen toch wel weten? Of doen jullie niets, als zij niet kan?’
‘Jawel. Ik bedoel, kan het, met die stelletjes daar?’
‘Die zijn ver genoeg
weg. Geef Crystal maar aan mij. Hoi, lekkere bloterd. Maureen, een
beetje draaien, met je rug naar die stelletjes. Benen wijd. John,
ertussen, met je rug naar Maureen. Verder snappen jullie het wel. Als
je niet hard kreunt valt het niet op.’
‘Bij die stelletjes waarschijnlijk niet. Maar eh waar ga jij zitten?’
‘John, van mij mag ze kijken. Of durf je dan niet?’
‘Als je niet gezegd had
dat het mocht had ik mijn zwembroek aangehouden. Tja, ik wil geen
spelbreker zijn, we willen hier vaker komen, eens moet de eerste keer
zijn. Ik wilde eerst niet dichterbij komen, je wist dat ik een stijve
had. Maar je hield me niet tegen.’
‘Natuurlijk niet. Ik
zei, je hoeft je voor je pikkie niet te schamen, nou, voor je stijve
ook niet. Tamara zei, je hebt een mooie grote. We kennen haar lang
genoeg om te weten dat ze het meent.’
‘Jawel. Ik eh vind het wel fijn, dat zij hem het eerst ziet. Het is wennen, maar ik mag van haar ook alles zien.’
‘En?’
‘Eh jullie schelen niet veel. Mooi.’
‘Ik zal je niet plagen
door te vragen om een betere beschrijving. Ik zou het heel mooi om je
te zien spuiten, zó mannelijk. Durf je?‘
‘Alles? Hoe Maureen me eh verwent, tot ik kom?’
‘Tamara doet dat vast
bij Thomas ook. Ik snap haar wel, John. Ze is nog niet zo lang
getrouwd. Ze wil vast vergelijken, en kijken of ze nog wat kan leren.
Hè, Tamara?’
‘Eigenlijk wel. Thomas
en ik hebben tot een maand vóór ons trouwen nooit aan
elkaar gezeten, elkaar ook niet bloot gezien, hooguit in badpak. Die
laatste maand kon het wél. De eerste keer allebei helemaal bloot
hebben we een hele tijd naar elkaar staan kijken. Thomas vertelde
later, méér durfde hij toen niet. Ik had daarvoor wel
pikkies, maar nog nooit een erectie gezien. Toen ik eindelijk mijn ogen
van die mooie grote stijve paal af kon halen heb ik zijn handen gepakt
en op mijn borsten gelegd. Hij spoot me gelijk onder, vijf of zes
stralen. Vóórdat ik hem aanraakte. Straks verder, je
staat nu vast helemáál op knappen, hè?’
‘Ja. Goed dan. Alsjeblieft, Maureen, laat me komen.’
Tamara keek glimlachend toe.
Zodra Maureen hem beetpakte begon hij te hijgen, na een seconde of tien
te kreunen. Tamara zich niet inhouden, toen ze de lozing van John in
het water weg zag drijven.
‘Hé, Crystal, zie je dat? Daar gaat je broertje of zusje.’
John en Maureen grinnikten, Maureen bloosde ook.
‘Maureen, gok ik goed,
als ik denk, dat jullie bezig zijn er één te maken? Of is
er al één onderweg?’
‘Waarom denk je dat?’
‘Je bloosde.’
‘We waren erover aan
het praten, toen John van de baan hier hoorde. We hebben toen gewacht.
Maar omdat hij nu een vaste baan heeft kan er één komen.
We zijn gelijk begonnen. Hopelijk wordt het een broertje voor
Crystal.’
‘Hé, wacht even.
John, je hád toch al een vaste baan? Of dacht je dat je er
vóór het eind van je proeftijd uit zou vliegen, als het
niet helemaal goed ging? Dat je geen tweede en derde kans zou krijgen?
Nou, zo onvriendelijk zijn we hier niet.’
‘Dat wist ik niet. Ik
kan er niet bij hoe jullie hier met elkaar omgaan. Zakelijk niet, die
brief snapte ik toch ook niet? En qua omgangsvormen zo vrij. Maar het
is kennelijk aanstekelijk. Ik heb je zelfs laten kijken.’
‘Ik heb jou ook laten
kijken. Thomas vindt het ook het op één na fijnste, onder
de douche, of buiten. Dan hoeft er niet op een handdoek gemikt te
worden, hij kan het gewoon laten gaan, net als binnen in me. Hoe was
het, onder water?’
‘Het eh spoot inderdaad heerlijk. Het lucht heerlijk op. Nu durf ik ook iets meer te kijken.’
‘Waarnaar?’
‘Naar jou. En die blote stellen.’
‘Ga je gang, geniet maar. Hoe vond je het, dat ik meekeek?’
‘Daar dacht ik niet aan, ik kwam bijna gelijk. Maar eh, je wilde vergelijken.’
‘Ik heb niet gezien dat
Maureen het anders deed dan ik doe. Dat geeft niet, ik weet nu dat ik
het zo slecht nog niet doe. Jij ook niet, je genoot duidelijk van je
klaarkomen. En vier stralen is een aardige productie. Misschien ga ik
daar later nog eens op in. Ik kom eerst nóg ergens op terug.
Maureen, je zei, we zijn gelijk begonnen. Als je aan de pil was kan dat
niet gelijk, dat zou wel erg toevallig zijn. Crystal is een maand of
vijf, vertel me niet dat jullie sinds haar geboorte niet gevreeën
hebben.’
‘Met eh condooms.’
‘O. Waarom niet de pil, als ik zo brutaal mag zijn?’
‘Daar ben ik een paar maanden voor ons trouwen mee begonnen. Maar ik kon er niet tegen.’
‘Al die tijd, behalve toen Crystal mocht komen, met condoom?’
‘Bijna. Toen ze mocht
komen, een hij was ook goed geweest, was ik al de tweede maand daarna
zwanger. Daarna kon het zonder tot vlak voor de bevalling. Daarna heb
ik bijna drie maanden borstvoeding gegeven, maar voor de zekerheid zijn
we na twee maanden weer mét gaan doen. Dat waren heerlijke
maanden om te vrijen.’
‘Is het verschil groot?’
‘Dat valt wel mee, al
doen we het steeds zo gauw mogelijk nadat ik niet meer ongesteld ben,
of vlak ervoor, graag een paar keer zonder. Dat kan wel, het ging ook
steeds goed. Die twee maanden voordat ik zwanger werd waren speciaal.
Zijn Thomas en jij van plan om ooit aan kinderen te beginnen?’
‘Ja, ooit. Hoe speciaal?’
‘Het is een beetje eh wild. Ik dacht steeds, vooruit, John, spuit me vol, maak me zwanger.’
‘Wild? Heerlijk
primitief. En heel mooi, dat je daar bewust bezig mee kan zijn. Heb je
dat toen alleen gedacht, of ook tegen hem gezegd?’
‘Meestal alleen
gedacht. Een paar keer, als ik wilde dat John wat woester werd, zei ik
het. Dat hielp steeds, hè, John?’
‘Ja, dan probeerde ik je nog meer te geven. Ook nog eh dieper, al ging dat niet.’
‘Thomas vond het begin
niet zo prettig, iets in me te spuiten wat ik niet op kon ruimen.
Totdat ik hem duidelijk maakte zijn sperma graag te wilden hebben, door
hem in mijn mond te laten komen. Daarna vond hij het heerlijk om me,
zoals hij zei, iedere keer de volle laag te kunnen geven. Hij probeert
ook altijd zo diep mogelijk te komen, al gaat hij er natuurlijk altijd
helemaal in.’
‘Die volle laag is nu vast geen vijf of zes stralen meer.’
‘Jawel, maar daar
vertel ik misschien een andere keer over. Die negen maanden waren
natuurlijk ook speciaal, afgezien van het lekker bloot kunnen
vrijen.’
‘Ja, een kindje, wat in je buik groeit. Dat gevoel is niet uit te leggen. Je komt er hopelijk ooit achter.’
‘Ja. Hoelang zijn jullie getrouwd?’
‘Ruim vier jaar.’
‘Vier jaar?
Verschrikkelijk. Ik bedoel, bijna al die tijd een condoom moeten
gebruiken. Waar ben je onder behandeling geweest?’
‘Onder behandeling? Bij de huisarts.’
‘Sorry dat ik doordram. Om de pil te vragen?’
‘Ja. Waarom vraag je dat allemaal?’
‘Vertrouw me maar. Hoeveel verschillende pillen heb je geprobeerd?’
‘Drie.’
‘Wanneer ben je voor het laatst onderzocht?’
‘Onderzocht? Vanaf dat
ik wist dat ik in verwachting was heb ik alle onderzoeken gehad die bij
een zwangerschap horen.’
‘En onderzoeken in verband met je verdere gezondheid?’
‘Ze hadden na mijn
geboorte niet gelijk in de gaten dat er iets niet helemaal goed was.
Dat snap ik, zolang ik normaal beweeg is er niets aan de hand. De
huisarts zei, je hebt niet zo’n grote longcapaciteit. Doe maar
rustig aan. Ik weet, dat toen ik naar school ging, ik bij de gymles
niet mee kon komen. Ik moest een briefje van de dokter halen. Daar
stond weer hetzelfde op. Bij het begin van de middelbare school weer.
Ik weet niet hoe goed hij me onderzocht heeft. Twijfel je daar soms
aan?’
‘Ja, daar twijfel ik
zéker aan. Maureen, John, ik wil jullie geen hoop geven. Maar
haal zekerheid. Ga hier naar de huisarts. Vertelt, dat ik je gestuurd
heb, voor een spoedbehandeling. Dat doet hij vast. Je vertelt je
verhaal, van je gezondheid en dat je niet tegen de pil kon. Hij stuurt
je vast onmiddellijk naar het ziekenhuis in de stad voor onderzoek. Wat
er over je gezondheid uitkomt weet ik niet, ik ben geen arts, ook geen
specialist. Over de pil, er zijn er méér dan drie. En we
zijn weer vier jaar verder, ze worden nog steeds verbeterd. Als het
nodig is maken ze er één speciaal voor jou. Nogmaals, ik
wil jullie geen hoop geven. Maar haal zekerheid.’
‘We zullen erover nadenken.’
‘Nádenken?
Helemáál niet. Maak me niet giftiger dan ik al ben, over
die kwakzalver van een huisarts. Ik suggereer nu niets, Maureen, ik
geef je een opdracht. Je gaat morgenochtend naar de huisarts,
halverwege de Hoofdstraat, aan deze kant. Dat kan je lopend. Bel me
wanneer je naar een specialist moet. Ik rijd je, ik wil ook in de buurt
zijn voor het geval ze moeilijkheden maken. Dat verwacht ik niet, maar
je weet maar nooit. Als je niet tevreden bent over een onderzoek, of
iets niet snapt, vertel je het me. Als ík het niet kan regelen
haal ik meneer erbij. Die koopt, als het nodig is, een ziekenhuis voor
je. Heb ik ook weer wat te doen. Nee, dat was een grapje. Ik bedoel, je
moet alle onderzoeken krijgen die je nodig hebt. En een beetje gauw.
Als je langer dan veertien dagen op een afspraak moet wachten laat ik
meneer bellen. Gesnapt?’
‘Ja, Tamara. Maar meneer gaat toch geen ziekenhuis voor me kopen?’
‘Als het voor jouw gezondheid nodig is wel.’
‘Ik ben geeneens bij hem in dienst.’
‘Indirect wel. Hoe
beter het met jou gaat, hoe beter John kan werken. Dat is zakelijk
gezien. Verder weet je al, dat hij het dorp niet voor het profijt
gekocht heeft, enzovoort, maar om gelukkige mensen in zijn buurt te
hebben.’
‘Ja, maar een ziekenhuis is misschien duurder dan een dorp met oude huizen.’
‘Ik weet ongeveer wat
het gekost heeft. Ik zou uit kunnen zoeken wat een ziekenhuis kost, dat
kan hij vast ook betalen. Als we het niet willen houden kunnen we het
een beetje opknappen en weer verkopen. Ik zei al, heb ik ook weer wat
te doen. Maar maak je niet zo druk, meid, het zal vast niet nodig zijn.
Je wordt toch alleen wat eerder moe dan anderen?’
‘Ja.’
‘En je vrijt vaak niet zo lekker als anderen?’
‘Dat weet ik niet. Ik ben helemaal niet zo slecht af als anderen.’
‘Nee, dat klopt. Maar
er is heel misschien iets aan te doen. Dat je jezelf in de gaten moet
houden om vermoeidheid te voorkomen, dat is het ergste niet. Maar om
die lekkere grote van John in te moeten pakken? Bah, wat een toestand.
Misschien valt het mee, ik weet het niet, ik kan tegen de pil. De
eerste al, ik heb nergens last van, kom er ook niet van aan en val er
niet van af. Ik vind condooms zo onnatuurlijk. Als het absoluut niet
zonder kan zal het wel moeten. Maar in jullie geval ben ik er niet van
overtuigd. Ik hoop zo, dat ze een pil voor je kunnen vinden waar je
wél tegen kan.’
‘Dat zou heel fijn zijn.’
‘Ik ga het proberen,
met condoom, ik wil het verschil weten. Één of een paar
keer wat minder genieten kan wel. Hebben jullie er een paar voor
me?’
‘Ja, als we straks terug gaan krijg je ze.’
‘Ik weet van niets, zijn ze er in verschillende maten?’
‘Ja, net als kleding, small, medium, large, extra large, groter weet ik niet. En in kleuren.’
‘Kleuren? Als ik moest kiezen nam ik vleeskleurig.’
‘Ja, die hebben wíj ook. John is large. Is Thomas groter of kleiner? Als je het vertellen wilt?’
‘Wat dacht je, nadat ik
jullie zo bezig gezien heb? Ongeveer hetzelfde. Nou, fijn dat ik nu
officieel weet dat Thomas een grotere heeft dan gemiddeld. Ik heb een
keer een hele lange gezien, minstens extra large. Vind jij het nog
steeds zo’n mooi gezicht, zo’n paal?’
‘Ja. Soms eh.’
‘Moet je hem in je mond nemen, hè?’
‘Ja.’
‘Ik heb uit betrouwbare bron dat doorslikken geen kwaad kan. Thomas vindt het het op één na lekkerst.’
‘O. Dat stelt me gerust.’
‘Als je wat wilt
vragen, Maureen, al ben je veel langer getrouwd dan ik, als ik het niet
weet kan ik er achter komen. Ik kan niet alles over mijn bronnen
vertellen, maar meneer is chirurg geweest. Wat hij niet weet kan hij
makkelijk aan de weet komen, hij kan iedere specialist zo bellen.
Daarom zou hij jou ook makkelijk kunnen helpen om de goede onderzoeken
voor elkaar te krijgen.’
‘Chirurg? Dat wist ik niet.’
‘Je zal nog achter meer
dingen komen. Mevrouw was verpleegkundige. En ze komt uit Nederland,
daarom is ze niet preuts. Zeg, John, lig je lekker?’
‘Ja, heerlijk. Tegen mijn heerlijk vrouwtje, een borst tegen ieder oor. En lekker leeg.’
‘Ja, natuurlijk. Zeg,
ik wil graag van de gelegenheid gebruik maken om nog eens te
vergelijken. Ik zal je het daarna uitleggen. Ik wil niet aan je pikkie,
maar mag ik even aan je ballen voelen?’
‘O. Ja. Ik vertrouw je, omdat je Maureen wilt helpen.’
‘Jou ook.’
Tamara schoof wat dichterbij en voelde onder water aan zijn ballen.
‘Dank je wel. Ik leg het uit. Thomas heeft grotere. Je ziet het niet, maar het is duidelijk voelbaar.’
‘Maakt dat iets uit?’
‘Ja, nogal. Misschien
weten jullie het nog van school, oppervlakte is een kwadraat, eigenlijk
een macht van twee. De inhoud van een bol is een derde macht. Dus als
een bal iets groter is gaat er veel meer in. Kan er veel meer uitkomen.
En het zijn er twee. Thomas spuit per keer meestal zes flinke stralen.
Die eerste keer ook. Daar zou ik meer over vertellen. We stonden onder
de douche, omdat Thomas had gezegd, als we elkaar voor het eerst bloot
zien kan ik niet garanderen dat ik niet overloop. Dat kwam ook uit, ik
zei het al. Vijf of zes stralen. Die laatste maand voor we trouwden
deden we wat jullie net ook deden bijna iedere dag een keer. In onze
huwelijksnacht vrijden we twee keer, vóór we in slaap
vielen. We waren daar allebei blij mee, op twee keer per dag hadden we
eigenlijk gerekend. De volgende morgen begonnen we natuurlijk gelijk
weer. Voor de lunch weer. Voor het avondeten zei hij, ik heb weer een
gevoel of ik vol zit. Zullen we? Natuurlijk. ‘s Avonds in bed
weer twee keer. Vijf keer die dag. En iedere keer spoot hij vijf of zes
keer. De volgende dag hebben we zes keer gevrijd. Heerlijk.’
‘Ja, natuurlijk. Je
bedoelt, zes keer geprobeerd. Dat hebben wij toen ook gedaan. Maar de
laatste paar keer kwam er bij John niet mee.’
‘Bij Thomas wel. We
snapten het allebei niet. Hij had daarvoor altijd één,
soms twee keer in de week een natte droom. De laatste maand voor ons
trouwen verwende ik hem hooguit één keer per dag. En
onmiddellijk na ons trouwen kon hij zo vaak en kwam er zo veel. En het
bleef zo, blijft zo, al komen we niet iedere dag aan zes keer toe.
Inmiddels zijn we erachter dat hij grotere ballen heeft dan normaal.
Die kennelijk pas goed op gang kwamen toen er méér dan
één keer per dag wat nodig was. En toen dag en nacht aan
de gang bleven, of er vraag naar zaadjes was of niet. Als we het nu
niet vlak voor het slapen doen krijgt hij soms een natte droom. We zijn
het al gauw gaan doen als we wakker worden, dan heeft hij overdag
minder problemen. Als hij kan komt hij thuis lunchen en gaan we even
naar bed. Als hij niet komt lunchen maak ik ‘s avonds het eten
wel klaar, maar zet het nog niet op. Ik wil hiermee niet opscheppen,
hoor. Drie, hooguit vier keer op een dag schijnt al veel te zijn. Niets
aan te doen. Maar toen ik hoorde dat jullie er niet zo veel van kunnen
genieten als misschien zou kunnen, tja, toen wilde ik wat doen. Helpen,
als het mogelijk is.’
‘Ja, dank je wel. Wil jij dat ook, zes keer op een dag?’
‘Ja, ik vind het
heerlijk. Vooral omdat ik voel en merk dat Thomas zo van dat spuiten
geniet. Als hij komt, kom ik daardoor ook.’
‘Mag ik wat vertellen, John?’
‘Alles wat je wilt. Ik
heb een beetje hoop, Maureen. Omdat het minste of geringste wat de
dokters voor je zouden kunnen doen het fijner voor ons zouden maken.
Het is heel goed mogelijk dat je nooit goed genoeg onderzocht bent. En
er wordt ieder jaar méér mogelijk. En anders, we zijn al
veel gelukkiger dan eerder, hè?’
‘Ja, John. Heel veel.’
Maureen grinnikte even.
‘Had je nooit gedacht,
hè, je stijve aan een andere vrouw laten zien. En extra
opgehitst door haar gleuf klaarkomen in de openlucht bij twee blote
vrouwen. En door allebei aan je ballen gezeten worden.’
‘Nee. Het is goed dat
ik leeg was en een kleintje had toen Tamara er aan kwam. Anders was ik
vast gekomen. Of had je niet aan mijn ballen willen komen als ik een
stijve had gehad?’
‘Jawel. Maar het ging
me niet om je stijve, anders had ik daar wel om gevraagd. Ik wilde
weten of je geen erg kleine ballen had. Maar volgens mij ben je
normaal. Je kan dat vier keer spuiten vast een keer of drie, vier per
dag. Je hoeft het niet te vertellen, hoor.’
‘We zijn blij met drie keer op een dag. En meestal komt het daar alleen in een weekend van.’
‘Fijn.’
‘Zeg, Maureen, zullen we van plek wisselen? En dan eh. Daar geniet ik ook van. Kan dat, Tamara?’
‘Ja, dat kan best. En het is wel zo eerlijk.’
Ze keek weer glimlachend toe,
met een tevreden Crystal op schoot. Maureen ging tussen de benen van
John zitten, hij streelde eerst haar borsten en ging toen met
één hand onder water. Maureen kreunde zachtjes toen ze
klaar kwam.
‘Hè, lekker. Het doet je wat, in de buitenlucht, hè? Ik voel een stijve tegen mijn rug.’
‘Ja, dat is snel. Maar er zou nu amper wat uitkomen, zo snel weer, met mijn normale ballen.’
Ze grinnikten.
‘John, als jullie hier
zouden komen om lekker bloot te zonnen, en je zou allemaal blote meiden
om je heen zien, zou je dat redden?’
‘Ik ben bang van niet. Zelfs in het water hield ik een stijve omdat ik jou bloot zag.’
‘Dan heb ik een tip
voor je. Zorg, dat vlak voordat je hierheen komt je op
één of andere manier geloosd hebt. Als je dan ook niet te
veel rondkijkt red je het vast een tijd.’
‘Dat zou best kunnen. Nu komt het van Maureen verwennen, denk ik. Ze hijgt zo opwindend.’
‘Nou, het is nogal wat,
gevingerd te worden met een toeschouwer naast je. Al vergat ik dat op
het eind ook. Zeg, hoe kon je moeilijkheden vermoeden, alleen omdat ik
zei, we zijn gelijk begonnen?’
‘Ik kan goed luisteren. Dat komt door mijn vroegere werk, Maureen.’
‘Koekenbakker?’
‘Ja. Ik heb méér gedaan, maar koekenbakker klinkt zo leuk, niet?’
‘Ja, maar we snappen het niet. Ik bak ook wel eens koekjes.’
‘Goed zo. Maar jullie hebben ook nu weer genoeg om te overdenken. Andere keer.’
‘Goed. Het wordt ook
tijd om Crystal af te drogen, voor ze te koud wordt. Ik ben blij dat ze
al tevreden is als ze met haar voetjes in het water kan
spartelen.’
‘Misschien alleen al omdat ze hier in haar blootje mee mag doen. Ze is de jongste die ik hier gezien heb.’
‘John en ik begrijpen het eigenlijk niet, dat het met die van een jaar of dertien zo goed gaat.’
‘Leuk, hè? Waarom vertel ik ook later wel. Dat valt onder de uitleg van het dorp.’
Ze droogden zich af, Tamara
leende de badhanddoek van Maureen even, en kleedden zich aan, John met
zijn rug naar de stelletjes. Crystal spartelde tegen en trok een
pruillipje toen ze een luierbroekje om kreeg.
‘Zie je wel, je dochter wil in haar blootje.’
‘Zou ik dat bij de caravan kunnen doen?’
‘Jij niet, Crystal wel.’
‘Ja, dat bedoel ik, grapjas.’
‘Ik ben een keer met
mijn ouders in Brighton geweest. Ik moest de zee gezien hebben en de
pier. De meeste kleintjes onder ongeveer drie jaar waren in hun
blootje. Daarboven in een broekje, de meisjes soms in bikini. Die
bikini’s vond ik zo’n onzin, voor meisjes zonder borstjes,
ze hebben alleen maar last van het bovenstukje.’
Ze zwaaiden de stelletjes gedag. Ze zwaaiden terug, één meisje stak haar duim omhoog.
‘Zag je dat, Tamara? Hetzelfde meisje dat me kwam vertellen dat ik me ook uit kon kleden stak nu haar duim omhoog.’
Tamara grinnikte.
‘Ze hebben niet kunnen zien wat jullie deden, maar ze zullen het vast geraden hebben.’
‘O.’
‘En ze zijn zo aardig
geweest om jullie niet te storen. Kijk, ze gaan nu naar het water. Zie
je, die jongens krijgen een stijve, ze steken al recht vooruit.’
‘Ja, mooi. Omdat ze daar gewoon mee durven lopen vind ik het niet erg dat ze het geraden hebben.’
‘Laten we even kijken
wat ze gaan doen. Dat vinden ze vast ook niet erg, anders hadden ze wel
gewacht tot we uit zicht waren. Oh, inderdaad, zie je?’
Nadat de twee stelletjes een
meter het water in waren gelopen knielden de meisjes voor de jongens.
Ze konden even later zien dat eerst de ene jongen, daarna de andere,
met een boog in het water spoot. Daarna liepen de stelletjes het water
in totdat dat boven hun middel kwam. Ze omhelsden en kusten.
‘Laten we doorlopen.
Nou, je kan je voorstellen wat daar onderwater gebeurt. Lekker tegen
elkaar aanwrijven, met die kleine pikkies kan het toch geen kwaad. Toen
Thomas een jaar of vijftien was zag hij ook zoiets, nog
méér zelfs. Een stelletje van een jaar of twintig, bloot
in het bos. Hij was diep onder de indruk van de grote stijve van die
jongen en dat het meisje die liet spuiten. Daarna gingen ze liggen en
zat die jongen met zijn vingers in het haar tussen de benen van dat
meisje. Thomas moet dichterbij geweest zijn dan wij net, wij zagen
alleen donkere plekken bij die meiden. Die jongen was haar natuurlijk
aan het vingeren. Thomas was ook onder de indruk toen die jongen weer
een stijve kreeg, die tegen dat haar van dat meisje drukte en hem
pompend helemaal bij haar naar binnen duwde. Daarna ging die jongen op
het meisje liggen en wippen. Thomas werd de nacht daarna wakker met een
grotere stijve dan hij ooit gehad had en een erge aandrang. Hij moest
gewoon lozen en spoot toen voor het eerst in zijn leven. Hij heeft me
dat toen niet verteld, we praatten niet over seks. We hebben tot die
maand voor ons trouwen alleen gekust. Tja. Ik denk, dat die stelletjes
nog niet echt gevreeën hebben, anders waren ze nu vast op de kant
bezig geweest. Oh, ik weet wie het zijn.’
‘Herken je die pikkies? Die halve stijve?’
‘Maureen toch. Nee, ik
ken veel mensen, maar weinig pikkies. Dat zijn de stellen die op de
Wellingten Avenue tweeënnegentig en vierennegentig gaan wonen. Ze
gaan trouwen als die huizen klaar zijn.’
‘Je kan toch niet precies uit je hoofd weten wie waar komt wonen?’
‘Nee, ik heb met ze
gepraat. Allebei die stellen hadden als voorkeur opgegeven, aan de kant
van de landerijen, voor het uitzicht, en naast dat andere stel, aan
weerszijden van een dubbele oprit. We wilden weten waarom ze niet in
één twee-onder-één-kap wilden, dus we
hebben ze laten komen. Nee, ze deden de laatste jaren veel samen, ze
wilden dichtbij elkaar gaan wonen, maar niet te. Als ze in
één twee-onder-één-kap gingen zouden de
achtertuinen aan elkaar grenzen, dat was te dicht op elkaars lip. Twee
opritten ertussen was beter. En dezelfde afstand tussen de voordeuren,
dan hoefden ze niet om te lopen. Als ze dat konden krijgen hadden ze
geen haast. We hebben ze gelijk bijna helemaal aan het eind van de
Avenue gepland. Zesennegentig is het laatste huis, het hoekhuis. En
achtennegentig is hier.’
‘Ja. We zagen dus vier maagden spelen.’
‘Die meisjes vast wel,
die jongens weet ik niet. Dat vertel ik ook later wel, dat valt ook
onder de uitleg van het dorp.’
Bij de caravan kreeg Tamara vier condooms.
‘Nou, ik weet niet of Thomas het zo vaak wil proberen. Ik hoop ook niet dat het nodig is.’
‘Nu kan ik jóu
wat leren, denk ik. Gebruik er eerst één op een
bezemsteel, om te oefenen hoe je hem af moet rollen. Je moet ruim een
centimeter bovenaan vrij houden, daar moet het in terechtkomen. O, doe
maar twee, voor die grote productie.’
Ze grinnikten.
‘Dank je wel. Maureen, morgen naar de dokter, hè?’
‘Ja, ik zal het doen.’
‘Wacht. Ik bel hem
morgenochtend op en leg vast wat uit. Dan maakt hij meer tijd voor je
vrij. Ik bel je hoe laat je dan kan komen. Nog wat, wat leuks. Hij zal
vragen hoe het je hier bevalt. Dat interesseert hem niet zo heel veel,
hij wil zijn verhaal kwijt. Wat jij ook zegt, daarna zegt hij, het is
een fijn dorp, fijne mensen. Goed gezond, alleen zijn er nogal wat
meisjes erg onregelmatig. Die geef ik dan de pil, daarmee kunnen ze het
precies regelen, binnen grenzen. Dan zeg jij natuurlijk, dan kunnen ze
ook niet zwanger worden. Dan zegt hij, nee, maar die bijwerking nemen
ze graag voor lief. En dan lacht hij keihard.’
John en Maureen grinnikten.
‘Nou, toch leuk verzonnen?’
‘Ja. Tot mijn trouwen
dacht ik dat de meeste in het dorp maagd bleven tot hun trouwen, maar
ik twijfel daar steeds meer aan. Nou, tot ziens.’
‘Thomas, ik heb van een
meisje gehoord, dat ze niet tegen de pil kan. Ik heb haar geadviseerd
om naar de dokter te gaan, want de laatste keer dat ze het probeerde
was vier jaar geleden. Er zijn nu meer, andere, betere pillen, er is er
vast wel één bij waar ze wél tegen kan.’
‘Ja, goed advies. O. Heeft ze condooms gebruikt?’
‘Ja, zielig, hè?’
‘Ik denk het wel. Wíj hebben het gelukkig nooit hoeven doen. Lekker met mijn blote stijve in je warme gleuf.’
‘Nee, wacht even. Zou je het verschil willen weten?’
‘Ik weet niet aan wie
ik dat zou moeten vragen. Er werd wel gepraat over jongens die het al
deden, en dan soms condooms moesten gebruiken, maar niet over het
verschil. Ik weet ook geen namen.’
‘Dat hoeft ook niet. En
dan zou het nog van horen zeggen zijn. Ik heb er een paar gekregen.
Zullen we het een keer proberen?’
‘Ja, goed. Als het niet
lekker is is het geen ramp, dan doen we het zo gauw mogelijk daarna
weer, hè? Mmmm, lekker bloot.’
‘Wacht nou even. Ik heb
een keer op een bezemsteel geoefend, omdat we allebei niet weten hoe je
zo’n ding om moet doen. Dat ging niet helemaal goed, maar nu weet
ik hoe het moet. Als je op je rug gaat liggen, doe ik je er
één om.’
‘Niet eerst een keer zonder?’
‘Nee, dan blijven we het misschien uitstellen.’
‘Goed. Kleed me maar aan.’
Na het omdoen liet ze zich op hem zakken, ze was toch in de buurt, ze was wijdbeens over hem gaan zitten.
‘Oh, heerlijk weer. Je bent wel wat gladder.’
‘Het streelde iets
minder dan anders. En ik dacht dat het ietsje langer duurder voor mijn
stijve zo lekker warm van je werd. Blijf je zitten?’
‘Nee, ik kom liggen,
dan omrollen. Ik wil af en toe wel boven, maar ik voel beter dat je
komt als jij boven ligt. Bij iedere keer spuiten je hard tegen me
aandrukt.’
‘Ja, heerlijk. Gelukkig hoeft er niets over je borsten.’
‘Nee, streel maar lekker. En begin je aanloop maar.’
Na afloop bleef hij op haar liggen.
‘En nu?’
‘O. Er is me alleen
verteld dat ik hem bij het omdoen af moest rollen, en ruimte over moest
laten voor je sperma. Kom maar naast me, als je stijve kleiner wordt is
hij er vast makkelijk af te halen.’
Dat klopte.
‘Ik heb gehoord,
meestal is het nog geen kubieke centimeter. Maar dit zijn er wel twee,
denk ik. Zeg, als ik het nooit zonder gedaan had had ik het
waarschijnlijk een lekkere beurt gevonden. Je streelde me niet zo
lekker als anders, maar omdat je weer zo duidelijk klaar kwam, je zes
keer tegen me aandrukte en kreunde, kwam ik toch.’
‘Ja, maar niet zo
heftig. Bloot vind ik ook lekkerder strelen, maar ja, wat langer en
jouw masseren laten me toch wel komen. Je weet, in het begin vond ik
het niet prettig, iets in je te spuiten wat je niet op kon ruimen. Tot
je me duidelijk maakte dat je mijn sperma graag wilde hebben. Daarna
vond ik het heerlijk, je iedere keer zo veel te geven. Nu miste ik dat,
na afloop zou het in de vuilnisbak verdwijnen. En we waren niet zo
dicht mogelijk bij elkaar, er zat iets tussen. Wat je zei, als ik niet
beter zou weten zou ik niet klagen. Straks weer lekker bloot?’
‘Ja, al spuit je maar een beetje. Ik weet nu genoeg. Dank je wel voor het meewerken aan dit experiment.’
Hij grinnikte.
‘Dat zo dicht mogelijk
bij elkaar willen zijn gaat, denk ik, pas spelen bij een vaste partner.
Daarvóór kan ik me voorstellen, dat jongens, als ze bij
het scharrelen de keus krijgen tussen niet of met condoom, dat ze
mét kiezen. Het is lekkerder dan met de hand of in een mondje te
lozen.’
‘Thomas, we gaan ooit aan kinderen beginnen, hè?’
‘Ja, maar zullen we het daar een andere keer over hebben? Niet tussen een matige en een goede beurt in?’
‘Wordt het een goede?’
‘Vast. Kunnen denken, niets tussen ons, je krijgt al het sperma wat ik eruit kan krijgen.’
‘Het schijnt het fijnst
te zijn als je de bedoeling hebt om een kindje te maken. Heerlijk
primitief. Kunnen denken, door deze lading maak ik haar misschien
zwanger. Dan wordt je sperma niet weggegooid, krijg ik het niet alleen,
wordt het samen met een eitje van me een kindje.’
‘Zeg, weet je dat allemaal van dat meisje dat niet tegen de pil kan? Heb je daar ook die condooms van?’
‘Laten we zeggen, ik hoor en zie als troubleshooter veel.’
‘Goed. Vertel je Simone en Mark dat je zulke problemen ook tegenkomt en probeert op te lossen?’
‘Normaal gesproken zou
ik het tussendoor vertellen, als komisch, wat ik al niet meemaak. Maar
dit moet ik vertellen, omdat ik misschien de hulp, de invloed van Mark
nodig heb, om dat meisje te helpen. Het is iemand van het
personeel.’
‘Ja, goed. Ik weet dat
je niet meer vertelt dan nodig is. Je lijkt Simone wel, omdat je achter
zo’n geheim gekomen bent.’
‘Ik kon altijd al goed
luisteren, maar van haar heb ik opgestoken dat je vragen moet stellen
als je iets niet snapt. Daardoor weet ik nu tenminste het verschil,
niet van horen zeggen.’
‘Niet uit de eerste hand, uit je eigen gleuf.’
‘Thomas! Ja, door jouw
grote productieve stijve. Zeg, er zijn voor condooms dezelfde maten als
voor kleding. Small, medium, large, extra large, misschien nog groter.
Deze zijn large, dus je hebt officieel een grote. Ik denk dat Dave
extra large of nog groter nodig zou hebben.’
‘Of heeft.’
‘Vast niet, Renee was
een liefhebster van blote stijven, die lange mag vast altijd bloot naar
binnen. Mark mocht er ook zonder condoom in, ze vond hem een nette
heer. Omdat hij haar netjes behandelde. Hij is nog steeds een nette
heer. En hij spuit nog steeds, heel netjes, minstens drie keer drie
keer. Niks bij jou vergeleken natuurlijk, ik ben hartstikke blij met je
afwijking. Laat me nog eens voelen. Oh, alweer op de helft?’
‘Ja, al dat gepraat over sperma. Zullen we er een hele lange beurt van maken?’
‘Graag. Hoe?’
‘Nu al naar binnen, heerlijk lang strelen met mijn blote.’
‘Laat me even aan je
ballen voelen. Ja, geweldig. Kom gauw. Erin, bedoel ik. Ja, ik voel net
iets. Eentje van een jaar of vijftien?’
‘Ja, toen ik erachter
kwam dat ik ook kon spuiten. Toen ik je dat vertelde, zei je, dat als
je het geweten had me wel had willen helpen. Op het balkon laatst vond
ik ook leuk. Zullen we een keer laat naar het meertje gaan? Ik wil de
visjes wel eens voeren.’
‘En in de open lucht op het gras vrijen?’
‘Dan mag jij kiezen wat
eerst, want dan spuit ik het meest. Zullen we gras op het balkon laten
leggen? Dan kan het daar ook. En weer met zo’n grote boog naar
beneden in de tuin spuiten.’
‘Nu eerst bij mij. Je stijve is al twintig. Laat me eens beter voelen.’
Ze gingen door tot en met die op de juiste leeftijd was en hij niet zo lang daarna zijn inmiddels aangemaakte voorraad loosde.
* * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * *
Het Wellingten Nieuws
Jaargang 1, nummer 29
Zie ook www.wellingten.co.uk
Verzorgd door Tamara.
De huurhuizen en de renovatie van de huurhuizen.
Geen nieuws.
De nieuwbouw.
Nummer dertien en vijftien zijn nu bewoond.
De camping en het meertje.
De laatste stacaravan staat op z’n plek, is aangesloten, gecontroleerd en ingericht.
Zoals eerder medegedeeld begint volgende week de verhuur, er zijn al veel reserveringen.
Maar eerst, de opening.
Meneer en/of mevrouw Wellingten zullen vrijdagmorgen om tien uur de Wellingten Camping officieel openen.
Toeschouwers welkom. Maar
willen die hun auto’s op de hoek van de Wellingten Avenue
achterlaten, naast de rijplaten? Natuurlijk ruimte voor de toegangsweg
naar de camping vrijlaten.
Overige onderwerpen.
Wat er in de lucht hangt?
Tja, iets plezierigs voor een paar mensen, waar het hele dorp van mee
mag genieten. Nee, niet de zoveelste bruiloft sinds er elke week twee
huizen in het dorp bijkomen.
Dat was het weer, voor deze keer.
Tamara
Telefoon thuis [om privacyredenen door de schrijver weggelaten]
Mobiele telefoon [om privacyredenen door de schrijver weggelaten]
E-mail tamara@wellingten.co.uk
* * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * *
Vrijdagmiddag ging Tamara bij Mark en Simone langs.
‘Als ik zo brutaal mag
zijn, jullie hebben je weer geweldig gedragen. Heel vriendelijk en
stijlvol. Iedereen heeft genoten.’
‘Dank je wel. Het zag
er schitterend uit, al die caravans op dat mooie terrein. De
stalmeester had gelijk, het ging precies, met een tweeasser met
één paard ervoor. Ik heb achterom gekeken, weinig sporen,
hè?’
‘Ja, dat komt vanzelf
weer goed. Nu wat belangrijkers. Jullie hebben mij als troubleshooter
aangesteld, om jullie zo veel mogelijk vragen en klachten te besparen.
Ik ben méér gaan doen, niet omdat ik daarnaar zocht, maar
omdat dat zo uitkwam. Ik ben pas ergens toevallig achtergekomen wat
denk ik ook niet van een troubleshooter verwacht wordt. Ik moet iets
vertellen over de gezondheid van een personeelslid.’
‘Die aanloop was niet
nodig, we vertrouwen je oordeel dat het nodig is erover te vertellen.
Normaal is dat natuurlijk een privé-aangelegenheid.’
‘Ja, dit is op het randje. Het is niet helemaal een personeelslid. Het gaat om Maureen.’
‘Officieel is ze
inderdaad geen personeelslid, maar ze werkt wel met John mee. We willen
haar graag als personeelslid behandelen. We weten van Johns
sollicitatiegesprek dat Maureen een minder dan normale longcapaciteit
heeft. John vertelde dat toen eerlijk. Vertel maar wat je nodig vindt,
halve dokter.’
‘Nou. Ja, John had dat
niet hoeven vertellen, maar hij is erg eerlijk. Dat zijn ze allebei, ze
geven mij overal antwoord op. Al ben ik zelfs geen halve dokter. Het
werkte nu ook weer, Simone, iets van jezelf vertellen en dan weer
gewoon doorvragen.’
‘Was daar aanleiding voor? Ho! Ik heb niets gezegd. Ik wil niets uitlokken. Vertel wat je kwijt wilt.’
‘Bij haar zwangerschap
heeft ze alle onderzoeken gehad die er nodig waren. Denkt ze. In ieder
geval, alles is zonder problemen gegaan en Crystal is gezond. Maar voor
haar longen is ze alleen onderzocht door haar huisarts. Vanaf dat haar
ouders er achter kwamen dat ze soms niet mee kon komen. Hij heeft haar
nooit doorgestuurd, haar hele leven lang niet. Dat vertrouw ik niet. Ik
heb geeneens wat gesuggereerd, ik heb haar opdracht gegeven om hier
naar de huisarts te gaan. Ik heb er wel bijgezegd dat ik ze geen hoop
kon geven dat er iets aan te doen was, maar ze moesten zekerheid halen.
Dat was donderdag. Ik heb vrijdagmorgen de dokter gebeld om een
afspraak voor haar te regelen. Ik heb de dokter ook verteld waarom. Ik
had me tegen Maureen en John nog ingehouden, maar de dokter werd gelijk
net zo giftig als ik op die vermoedelijke kwakzalver van een huisarts.
Ze kon gelijk komen. Een half uur na haar afspraak belde de dokter me.
Hij hoorde me niets over zijn patiënten te vertellen, maar ik wist
toch al wat. Hij was nog steeds giftig. Aan longcapaciteit op zich was
niet veel te doen, maar ze moest minstens een keer onderzocht worden.
En tegenwoordig waren er medicijnen om te zorgen dat er meer zuurstof
opgenomen kon worden. Hij had daar over gelezen, maar er zich niet in
verdiept, daar zijn longartsen voor. Hij had voor volgende week een
afspraak in het ziekenhuis in de stad voor haar gemaakt, bij een
longarts. Om te beginnen, want ze moet helemaal goed nagekeken worden.
Hij had haar uitgehoord over de onderzoeken rond haar bevalling, die
vond hij ook minimaal. Hij gaat haar in de gaten houden, ze heeft beter
verdiend.’
‘Goed gedaan.’
‘Nog geen kwartier
later belde Maureen me. Ze had John net alles verteld. Een heel aardige
dokter, al zat hij tussendoor te grommen. Hij had haar longen
beluisterd, op zich klonk het goed, had hij gezegd, geen reden voor
ongerustheid. Hij had haar uitgehoord, wilde weten wat voor dokters er
aan haar lijf gezeten hadden. Hij had over de telefoon een afspraak in
het ziekenhuis in de stad gemaakt. Spoed. Maandag al. Ik heb die
zielenrust nog een keer benadrukt, ze moesten zekerheid krijgen, naar
de laatste stand van de medische mogelijkheden. En dat grommen doet de
dokter altijd als hij niet op slag en stoot een patiënt kan
genezen.’
‘Zullen ze toch niet bezorg zijn?’
‘Een beetje, vast niet
meer. Anders hadden ze er vast zelf eerder wat aan gedaan. Maar Maureen
klaagt niet, ze is beter af dan anderen, zegt ze. Ik heb aangeboden om
haar naar het ziekenhuis te brengen. Ik wil ook graag bij haar in de
buurt blijven, bij alle onderzoeken die ze gaat krijgen. Ze is te
goedgelovig, ik wil niet dat ze haar ergens afschepen. Ik weet dat ik
voor hulp op de dokter kan rekenen. Ik reken ook op de jouwe, Mark, je
kennis en je invloed, als het nodig is. Ik heb Maureen verteld dat je
zonodig een ziekenhuis voor haar koopt.’
‘Minstens.’
‘Dank je wel. Dat zal ik haar vertellen, dat geloofde ze ook niet.’
‘Vertel haar maar niet
te veel. Alleen wat nodig is om hun zorgen te verminderen. Afgezien van
haar gezondheid zijn het er niet veel, hè?’
‘Niet meer dan iedereen heeft, sinds van jullie kant de proeftijd van John voorbij is. Wat een stunt, zeg.’
‘Een stunt?’
‘Ja, Mark, als je nog
eens wat weet, zo’n juridisch correcte brief schrijven aan een boekhouder. Ik geef
je niet gauw op je kop, ik heb het, geloof ik, ook nog nooit gedaan,
maar had je geen normale taal kunnen gebruiken?’
‘Het moest een beetje officieel.’
‘Een beetje? Ze snapten
er niets van, John belde me, half in paniek. Ik ben er gelijk
heengegaan. Iets over proeftijd. Of het misschien te maken had met dat
de laatste caravan gekomen was. Ik heb maar niet gevraagd of hij bang
was dat hij kon vertrekken. Wel gezegd, dat hij niet bij het eerste
foutje op staande voet ontslagen zou worden, minstens een tweede kans
en een derde zou krijgen. En dat hij nog niets fout gedaan had,
integendeel. Toen een proeftijd uitgelegd, en dat die wat jullie
betreft over was, dat hij dus een vast contract had. Tja, traantjes.
Hoe kwamen jullie er bij, om die brief te sturen?’
‘Idee van Simone. Door
wat jij over hem vertelde. Aan de ene kant, dat hij zo voorzichtig was,
aan de andere kant, dat hij alles zo goed deed. Simone en ik hebben ook
over de proeftijd van Thomas gepraat. Dat we al gauw vergaten dat hij
die had. Hebben jullie het er wel eens over gehad?’
‘Nee, nooit. We hadden
het druk genoeg met andere dingen. Ik heb dat ook tegen John en Maureen
gezegd. Dat het met Thomas anders gegaan is, omdat hij al heel veel
wist en bekend was.’
‘Ja. Het leek ons goed,
om John ook te laten vergeten dat hij een proeftijd had. Jij bent er
van overtuigd, dat het goed blijft gaan, anders, ach, wat is twee
maanden. Is hij er blij mee?’
‘Ja, Maureen ook. Ze eh
nee. Sorry, geheimpje. Misschien horen jullie het later. Toen ze het
snapten wilde ik gelijk mijn baantje nog eens uitleggen, daar snappen
ze niet veel van. Ik vroeg John de brief nog eens te lezen. Toen vroeg
hij natuurlijk hoe jullie zo veel van hem wisten, daar had hij in de
paniek overheen gelezen. Tja, wordt er door een Rolls een brief
gebracht met twee handtekeningen eronder, slimmerds. Ze weten nu wat
meer over mijn werk. John zei, jouw positie wordt me steeds
duidelijker, maar nog niet helemaal. Ik zei, dat kan ook niet, ik weet
het zelf geeneens. Bij twijfel vraag ik het aan meneer.’
‘O ja?’
‘Ja, natuurlijk. O. Grapje?’
‘Ja, natuurlijk. We
zijn zo blij met je. Als je iets vraagt doe je dat altijd op een
bijzondere manier. Ik weet zo gauw geen voorbeeld, wel hoe dat komt.
Als je hier komt vertel je de grote gang van zaken, met details als je
ze nodig vindt. Dan schiet je te binnen dat je wat wilt vragen en zeg
je gewoon wat bij je opkomt. Je denkt van tevoren niet zo over een
vraag na, het één volgt uit het ander.’
‘Ja, zoiets. Ik hoef
ook niet vaak wat te vragen, omdat jullie me steeds vertellen waarom
jullie iets willen, hoe jullie er over denken. Zodat ik al gauw wist
dat de nieuwbouw wat lux mocht zijn. Dan ga ik niet vragen of er een
vlaggenstandaard op mag. O. Mag ik voor alle huizen een vlag
kopen?’
Ze grinnikten alle drie.
‘Ja, dat kwam zo bij me
op. Anders krijgen we er niet zo veel te zien, verschillende maten,
verkleurde en zo. Niet dat dat erg is, maar op die mooie Avenue zou dat
niet zo netjes staan.’
‘Doe maar. Ook voor de
oude huizen, per zeshonderd krijg je ze misschien bijna voor niets.
Laat ze maar overhandigen als ze hun nieuwe huizen betrekken of hun
oude na de renovatie. Extra feestelijk tintje. We hebben net de
afrekening van de eerste twee-onder-één-kap gezien. Ik
wil hem nog bestuderen, maar per woning komt het op nogal wat minder
dan die ene ton waar we op rekenden.’
‘Fijn.’
‘Fijn? Dat komt door jouw kortingen.’
‘En de grond was voor niets.’
‘Nee, niet proberen de eer af te schuiven, bij die geschatte ton zat de grond ook niet bij.’
‘Goed. Doordat er zesennegentig gelijk gebouwd mochten worden.’
‘Ja, dat scheelt
natuurlijk, per honderd krijg je overal korting. Maar niet minimaal
twintig tot maximaal vijftig procent. Ontkennen helpt niet, het staat
op de rekeningen, dat heb ik al wel gezien.’
‘Oude truc, eerst de prijs verhogen, dan korting geven.’
‘Tamara!’
‘Nou, ik hoef geen eer.
Ik geniet overal vreselijk van. En mijn dorpsgenoten krijgen het beter.
Ik zei laatst tegen John en Maureen, ik werk eigenlijk niet alleen voor
meneer, ook voor mijn dorpsgenoten. Ik vraag me wel eens af, voor wie
het meest.’
‘We weten dat je zo
werkt. De verhouding maakt ons niet uit. Het is een ideale combinatie.
Juist daardoor doe je het zo goed.’
‘Nou, scheid uit, anders ga ik janken.’
‘Goed, gaan we een andere keer verder.’
‘Waarom?’
‘Omdat ik ongeveer weet
wat iedere beheerder doet. Omdat het me dwars zit dat je geen hoger
salaris wilt. We begrijpen je wel, maar toch. Simone snapt je beter dan
ik. Die zegt, sinds ik met je getrouwd ben word ik nergens financieel
voor beloond. Nee, niet voor haar verzorging van mij, voor het kinderen
krijgen, voor het opvoeden daarvan, en wat ze hier, bijna onopgemerkt,
voor goeds doet. Tja, vrouwen vinden het een goede beloning als dat
allemaal goed gaat, voor zover ik dat snap. En zo vaak ze willen een
goede beurt, natuurlijk.’
‘Mark!’
‘Mannen willen voor hun
werk beloond worden. Mijn beloning hier is ook niet financieel, ik moet
het dus ook uit dezelfde dingen als Simone halen, genieten van het
moois om ons heen. En gelukkig van zoveel beurten als ik wil, Simone
wil toevallig net zo vaak.’
‘Nou, Mark!’
Tamara grinnikte.
‘Thomas is erg tevreden
met zijn werk en met zijn salaris. Daarmee kunnen we alles doen wat we
willen. Het zou niet zo opvallen als ik wat meer kreeg, omdat ik minder
uren maak blijft het dan nog onder dat van hem. Maar ik wil niet meer,
hetzelfde vind ik heel fijn. En we willen allebei ook hetzelfde aantal
beurten. Thomas zegt wel eens, het lijkt wel of ik je constant gebruik
om te lozen, maar als ik je zie wil ik je in mijn armen hebben, je
strelen, overal, en heel dicht bij je zijn. Tja, dan komt de rest
vanzelf, als ík niet begin, begint híj. Hij vond het,
toen hij ooit dat stelletje in het bos bespiedde, opmerkelijk, dat het
meisje kennelijk zo graag die stijve helemaal bij haar naar binnen
wilde hebben. Hij had lijdzaam gedrag verwacht, zoals bij dieren, maar
ze duwde een paar keer haar buik omhoog, naar die jongen toe. Thomas
vindt het heel fijn dat ik het ook zo graag en vaak wil, en meewerk om
hem zo lekker mogelijk te laten komen. Als ik niet kan gaan we onder
andere meestal één keer per dag onder de douche, daar
maakt het niet uit waar het terechtkomt. Tegen me aan, zoals de eerste
keer, of hij rijdt tegen me op, met zijn stijve tussen mijn benen. Als
het ‘s avonds buiten nog lekker is gaan we op het balkon. We
hebben in de tuin het terras op laten knappen, om gezellig op te kunnen
zitten. In ons blootje, als we willen, niemand die het ziet. In de rest
van de tuin hebben we langzaam groeiend gras laten leggen. Ik heb geen
zin om in mijn eentje wat in de tuin te doen, ik ben liever onder de
mensen. Figuurlijk, letterlijk vaak onder Thomas. Op het balkon laat ik
hem dan de tuin in spuiten, het gras schijnt er tegen te kunnen. Tja,
ik ben niet lijdzaam, als ik Thomas zie wil ik ook dat hij me
vasthoudt, enzovoorts. Als ik niet kan wil ik hem verwennen, met mijn
handen of mijn mond, het is zo mooi om hem te zien genieten als hij
komt. Ik kom zelf ook heerlijk, nog steeds vaak net iets anders. Eerder
of later, meer of minder heftig. Dus zeg ik hem vaak dat hij me niet
gebruikt om te lozen, maar me verwent, met zo dicht bij me te zijn. Dat
ik erg blij ben dat hij zo vaak een stijve kan krijgen en me mee laat
genieten van zijn grote productie, hoe dan ook. We hebben het vreselijk
goed, financieel en seksueel kan het niet op.’
‘Dat had je niet gedacht, hè, voor je trouwen?’
‘Nee. Thomas en ik
waren heel tevreden. Nadat we met experimenteren begonnen was het maar
goed dat we snel konden trouwen. Niet wat Thomas betreft, die had het
nog een tijd uit kunnen houden. Hij had genoeg aan naar me te kijken en
me te strelen, en gestreeld te worden tot hij loosde. Ik wilde al gauw
niet zo vaak intiem gestreeld worden, dan kreeg ik problemen, dan wilde
ik hem naar binnen. Goed. Het ging over beloning voor werk. We hebben
ook extra’s. Zoals op het zonneterras mogen komen. John wilde
zaterdag en zondag overdag naar zijn oude huis, om de laatste spullen
op te halen en er voor het laatst schoon te maken. Hij vroeg, of hij
van en naar het station gebracht kon worden of dat hij een taxi moest
bellen.’
‘Ja, hij kan zijn huis nu opzeggen. Maar je had vast een beter plan.’
‘Ja, met een grote
Rolls en een paar man zaterdag alles regelen. Hij schrok van het idee
om een Rolls als verhuiswagen te gebruiken. Ik heb hem nog maar eens
verteld, dat van hem verwacht wordt dat hij mijn suggesties uitvoert.
Hij zei braaf, ja, Tamara. Ik heb hem verteld, dat als er niemand mee
kon ik zelf zou rijden, maar er waren meer liefhebbers dan dat er in
een Rolls passen. Eh, ik heb niet getwijfeld of het mocht, dus jullie
niets gevraagd. Maar omdat ik het toevallig van tevoren vertel is het
nog ongedaan te maken.’
‘Jouw manier van wel of
niet vragen blijft bijzonder. Natuurlijk mag het, jouw manier is veel
efficiënter. Een Rolls als verhuiswagen, waarom niet. De familie
heeft in Boston ook een Rolls staan, daar hebben we over verteld,
Simone reed daarin. Ze vertelde een keer dat ze nooit met een jongen op
de achterbank van een auto had gelegen. Achterin de Rolls zou het
makkelijk kunnen. We zijn een keer naar de kust gereden. Er is een stuk
waar ‘s avonds nét voor het donker stelletjes naar toe
komen. Om vanuit de auto naar de mooi gekleurde wolken, omdat de zon
dan heel laag staat, te kijken. Onder het scharrelen door. Als het
helemaal donker is gaan ze vaak op de achterbank wat doen. Dat hebben
wij ook gedaan. Simone was verrast, ze had verwacht hooguit kleding los
te kunnen maken, niets uit te kunnen doen. Maar in die Rolls kon je een
ondoorzichtige wand tussen de voorbank en achter omhoog doen en
achterin zaten gordijntjes. Sinds die tijd weet ze dat een Rolls overal
voor te gebruiken is. Ook om helemaal bloot in te kunnen vrijen tussen
andere auto’s in.’
‘Zolang je maar niet te
hard kreunt. Ik ga naar huis, het eten voorbereiden. Ik zet nog niets
op, ik heb zin om zodra Thomas thuis komt een duetje te gaan kreunen.
Tot ziens.’
Week 42
‘Ik blijf niet zo lang,
ik wil naar de camping, erbij zijn als de eerste gasten komen. Het
wordt druk, vijftien caravans en twintig tentplaatsen.’
‘Heel mooi voor een eerste week.’
‘Ja, volgende week nog
iets meer. Verder weet ik het niet, ik ga dat niets steeds vragen, dat
lijkt te veel op controle. John gaat me iedere week een overzichtje
sturen, zodat ik kan kijken hoe er geadverteerd moet worden. Als er een
week veel leeg blijft mag ik wel een last-minute aanbieding doen,
hè, voor nog goedkoper?’
‘Natuurlijk. Waar je al niet aan denkt.’
‘Ach, dat kwam zo bij
me op, bij vliegreizen doen ze dat ook. Goed. Nu het mooiste. Ik heb
net Maureen uit het ziekenhuis thuisgebracht. Het heeft bijna drie uur
geduurd. We begonnen natuurlijk bij de longarts. Die zei, vertel je
verhaal maar, voor het laatst, het gaat nu op papier, er wordt een
dossier over je aangelegd. Een kopie gaat naar je huisarts. Je vorige
had bijna niets, dus willen we je helemaal nakijken. Akkoord? Maureen
knikte. Ze vroeg, hoe weet u dat, van mijn vorige huisarts? Hij zei,
dat heeft je huidige huisarts uitgezocht. Toen zei hij, je treft het.
We beginnen vandaag met een experiment. Normaal had je hierna een
afspraak moeten maken voor het volgende onderzoek, enzovoort,
enzovoort. Ben je maanden bezig. We hebben het nu omgedraaid. We zetten
in iedere onderzoekkamer die we hebben een patiënt. Dan gaan de
doctoren rondjes lopen. En we hebben verrijdbare apparatuur, waarmee we
bij allemaal langsgaan. Dat duurt een paar uur. Daarna moet het bloed
nog onderzocht worden en de röntgenfoto’s bekeken worden en
nog overleg gepleegd worden tussen de doctoren, dus de totale uitslag
komt na een paar dagen, maximaal een week. Had je al gebeld,
Mark?’
‘Voor informatie, naar
een chirurg in dat ziekenhuis, vakgenoten onder elkaar. Maar het werd
een heel gesprek, omdat hij niet snapte hoe een Amerikaanse chirurg
hier grootgrondbezitter met veel personeel kon worden. Uiteindelijk
wilde hij natuurlijk weten over wie ik belde. Ik heb hem het zielige
geval uitgelegd. En gevraagd of de onderzoeken snel achterelkaar gedaan
konden worden. Als gunst voor een collega, en om dat meisje zo gauw
mogelijk zekerheid te geven. Dat heeft hij kennelijk voor elkaar
gekregen.’
‘Ja, dank je wel. Maar
ik weet niet of zijn verhaal helemaal klopte, of er wel meer
patiënten zo behandeld werden, of dat het alleen voor Maureen was.
Maar goed. Hij zei, in plaats van voor ieder onderzoek hier te moeten
komen en je aan- en uit te moeten kleden is het nu het makkelijkst, als
je de komende uren alleen een broekje aanhoudt. Dat moet natuurlijk
soms ook uit, maar dan kunnen we opschieten. Akkoord? Maureen zei,
goed, maar mag mijn vriendin erbij blijven? Anders voel ik me zo
alleen, zo lang in mijn blootje, met steeds andere mensen in de buurt
en aan me. Dat mocht, als ik niet in de weg liep. Nou, toen begon het
circus. De één na de ander kwam aan haar lijf friemelen.
Een paar keer moest haar broekje naar beneden, voor een uroloog en een
gynicoloog. Om de vijf minuten keek ze naar me, dan knikte en
glimlachte ik. Ze kreeg ook een ogentest en een orentest. Een paar keer
moesten we naar niet verrijdbare apparatuur. Een röntgenapparaat
voor longfoto’s, een mamagrafieapparaat, om te kijken of ze
knobbeltjes in haar borsten had. Ze is twee keer door een scanner
gegaan, en lang aan een longcontroleapparaat gezeten. Ze moest in een
buis ademen en hijgen en er ermee op een fiets fietsen tot ze bekaf
was. Met constant controle van haar bloeddruk, temperatuur en hartslag.
Haar hele huid is door een dermatoloog bevoeld en bekeken. Misschien
ben ik nog wat vergeten. Wat een circus. Het leek me aardig
volledig.’
‘Mooi. De huisarts zal het wel controleren, op z’n gemak.’
‘Ik ga hem niet bellen,
ik loop hem wel een keer tegen het lijf. Het fijne was, al die dokters
zeiden steeds, ziet er goed uit, mevrouwtje. We hebben een paar keer
koffie en broodjes gekregen. Na afloop bij de longarts weer. Die keek
een stapel papieren door. Zei toen, we moeten nog op de uitslag van
diverse onderzoeken wachten voor een volledige uitslag. Maar geen van
de doctoren, behalve ik, denkt dat er iets abnormaals met je aan de
hand is. Als die dat nú al durven zeggen zit het wel goed.
Maureen, als ik dat zeggen mag, je bent zeer gezond voor een vrouw met
een kind. Er zijn geen vooruitziebare problemen om er
méér te krijgen. Enige foutje, je longetjes. Nee, dat is
niet juist, die zijn niet fout, gewoon gezond. Alleen wat aan de kleine
kant, ja. Hoe gaat het met je, en wat denk je er nu van? Maureen zei,
er is in die paar uur meer aan me gefriemeld dan door al mijn
verkeringen vóór mijn trouwen. Mijn man komt niet overal,
die heeft niet uitgebreid in mijn achterwerk gekeken. Meestal ben ik
blij als ik mijn kleren uit mag trekken, nu was ik blij dat ik ze weer
aan mocht, bleven ze tenminste van me af. Maar ik heb het overleefd.
Alleen mijn longen aan de kleine kant? Echt niet meer? Nee, zei hij,
als er enige verdenking geweest was hadden we op de volledige uitslag
gewacht. Die krijg je toch, maar daar hoef je je geen zorgen over te
maken. Over je longen ook niet. Ik schat je capaciteit op tachtig
procent, maar ik kan er iets naast zitten. Ze zei, ik maakte me al geen
zorgen, ik kan er mee leven, een hoop mensen zijn slechter af. Maar
mijn vriendin stond erop dat ik me liet onderzoeken. Terecht, zei hij,
maar ik ga niet in op het verleden. Maureen, zei hij, er is nu, simpel
gezegd, een pilletje voor. In te nemen op het moment dat je denkt, nu
kalm aan gaan doen. Maximaal twee per dag, méér zal ook
niet nodig zijn, tenzij je aan de marathon mee wilt doen. Je hoeft het
dan niet meer kalm aan te doen, je kan dan net zoveel als anderen.
Maureen had al tranen in haar ogen, ik kreeg ze ook. Ze vroeg, wat is
dat voor pilletje? Hij zei, het is eigenlijk geen pilletje, het is een
inhaler, zo’n snuifding wat sommige astmapatiënten ook
gebruiken. Alleen zit er voor jou wat anders in. Ze zijn er nu
één in de apotheek van het ziekenhuis voor je aan het
maken, die krijg je zo meteen mee. Na de volledige uitslag krijg je het
recept thuisgestuurd en kan je bij je eigen apotheek terecht. Het zal
verder wel een halfjaarlijkse controle bij je huisarts worden. Die moet
je ook onmiddellijk bellen als je bijverschijnselen krijgt. Die
verwacht ik niet, je moet normaal kunnen gaan leven. Dus, als je een
hele dag gewerkt hebt en daar normaal moe van bent, niets innemen. Maar
als je in de loop van de dag denkt, nu een beetje op de rem, dan
één snuifje en gas geven. Ik weet niet hoe we bij de auto
gekomen zijn, ik heb Maureen moeten sturen, die zag niets van de
tranen. Ik maar net genoeg. Na een kwartier waren we weer een beetje
bij, ze kreeg weer wat praatjes. Ik ben nog teruggegaan om haar
snuifapparaatje op te halen, dat hadden we vergeten mee te nemen. Pas
daarna kon ik haar thuisbrengen.’
‘Fijn, dat je bij haar
gebleven bent. En dat er medicijnen voor haar zijn. Snap je de manier
van innemen? Geen vast aantal per dag, alleen als het nodig is?’
‘Om niet onnodig veel te gebruiken, hè?’
‘Ja, iets te weinig is
beter dan iets te veel. Dat nodig is niet het juiste woord, ze kan
zonder, dat heeft ze lang genoeg, te lang, bewezen. Maar mét, ik
denk maar één keer per dag, het werkt vast uren lang, kan
ze doen wat ze wil, behalve de marathon.’
‘Dat zou heel fijn zijn.’
‘Dat wordt het ook.
Misschien wordt, aan de hand van het juiste percentage capaciteit, het
medicijn nog iets voor haar aangepast. Ze zal, als ze het recept thuis
krijgt, ook zien of ze het eerste op mag maken of niet. Ik verwacht van
wel, veel verschil zal er niet zijn.’
‘Dank je wel. Vooral
voor je bellen. Ik ga nu gauw naar ze toe, om te kijken of ze ondanks
de blijdschap de gasten goed kunnen ontvangen. Tot ziens weer.’
De volgende morgen trof Tamara Maureen en John in hun caravan.
‘Ik heb je gisteren geeneens bedankt.’
Maureen omhelsde en kuste haar. Daarna deed John hetzelfde, een beetje schuchter.
‘Ik ben er stiekem
vandoorgegaan. Ik kwam alleen kijken of jullie niet te veel in een
feeststemming waren om de gasten te ontvangen. Jullie redden het prima,
het ging heel vlot.’
‘Ik had tegen John
gezegd, ik krijg medicijnen, die gaan helpen. Vanavond de rest. Heb ik
het goed begrepen, kunnen we doorgaan voor een kindje en daarna gewoon
naar de huisarts voor de pil?’
‘Ja, die laat je net zo lang pillen proberen tot je er één vindt waar je tegen kan.’
‘Fijn. Tamara, ik ben een beetje stout geweest, gisterenavond.’
‘Dat mocht je best, je had wat te vieren.’
‘Dat hebben we op een
bijzondere manier gedaan. Als ik bij het vrijen bovenop lig haal ik
amper het eind. Ik was zo nieuwsgierig, ik heb vóór het
vrijen een half snuifje genomen. Ik haalde het met gemak. Heerlijk. Het
werkte, zo snel al.’
Ze kreeg weer tranen in haar ogen.
‘Wat fijn. En dubbel
lekker, zonder condoom. Ik ben gisteren nog even bij meneer en mevrouw
geweest, om de uitslag te vertellen. Ik heb niets over de pil gezegd,
ze weten alleen dat je een verminderde longcapaciteit hebt. Ze zijn erg
blij dat je er zo snel medicijnen voor gekregen hebt. Meneer zei, aan
de hand van de volledige uitslag kan het medicijn iets veranderen, maar
dat zal niet te merken zijn. Ik moest je zeggen, dat je er alleen
gebruik van moet maken als het nodig is, niet domweg één
of twee keer per dag, om niet onnodig veel te gebruiken. Dat zei die
longarts ook, hè?’
‘Ja, niet als ik
normaal moe ben, alleen als ik denk, nu een beetje op de rem, dan
één snuifje en gas geven.’
‘Precies. Meneer zei, één keer per dag zal wel genoeg zijn, het werkt vast uren lang.’
Maureen grinnikte.
‘Dat weet ik nog niet.
Gisterenavond had ik zonder dat halve snuifje die eindsprint niet
gehaald, maar ik was natuurlijk moe, na zo’n dag. Dat hele
onderzoek en dan voor het eerst gasten ontvangen.’
‘Die longarts en meneer
hebben niets over een half snuifje gezegd, maar als dat werkt is het
prima. Ik heb meneer natuurlijk ook bedankt.’
‘Hij heeft geen ziekenhuis voor me hoeven kopen.’
‘Nee, dat was niet nodig om je te helpen, maar anders had hij het vast ook gedaan.’
‘Me te helpen? Heeft hij geholpen?’
‘Die longarts zei, je treft het. We beginnen vandaag met een experiment. Vond je dat niet erg toevallig?’
‘Ik geloofde hem gewoon.’
‘Ik niet, het was mij
te toevallig. We zijn een paar keer naar een andere ruimte gegaan, naar
een ander apparaat. Heb jij andere patiënten gezien? Heb je
dokters andere kamers in en uit zien lopen?’
‘Nee, het was erg rustig.’
‘Ik ken meneer langer
dan vandaag. Zolang ik bij hem in dienst ben heeft hij, als ik ergens
voor het eerst naar toe ging, van tevoren gebeld. Ik had het niet in de
gaten, tot ik voor het eerst naar het kantoor van de vereniging van
campinghouders ging. Toen ik binnenkwam zei de receptioniste, hoi,
Tamara. Toen had ik het door. Afgelopen vrijdagmorgen was hier de
opening. ‘s Middags ben ik bij ze langs geweest, om over jou te
vertellen en te vragen of ze zo nodig konden helpen, als je geen goede
onderzoeken zou krijgen. Meneer heeft, nadat ik weg was, het ziekenhuis
gebeld en naar een chirurg gevraagd. Daar heeft hij, als voormalig
chirurg, een praatje mee gehouden. Ook verteld wat hij nu deed. En
gevraagd, of een personeelslid van hem zo snel mogelijk volledig
onderzocht kon worden. Als gunst voor een collega, en om dat meisje zo
gauw mogelijk zekerheid te geven. Nou, die chirurg heeft dat dus voor
elkaar gekregen. Tja, dokters onder elkaar.’
‘Heeft hij dat voor mij gedaan? Wat ontzettend lief. Hoe kan ik hem bedanken?’
‘Niet hem, ze. Ze
werken samen, meneer het meest aan de zakelijke kant, mevrouw houdt de
persoonlijke kant in de gaten. Zij heeft het verzonnen, hij heeft het
geregeld. Zodra je zeker weet dat je snuifjes helpen schrijf je maar
een bedankbriefje. Eerst een verslagje wat er gebeurd is, al weten ze
het meeste al, dan bedank je voor hun goede zorgen, waardoor je zo snel
geholpen bent.’
‘Ja, dat zal ik doen. Aan dat verslagje kan ik al beginnen. Dank je wel.’
‘Goed. Even intiem. Als
jullie zin hebben, de deur op slot doen. De gasten hebben vakantie, die
kunnen wel even wachten. Het is veel fijner om het ook overdag te doen,
in plaats van alleen ‘s avonds..’
‘Wat vaker doen, John?’
‘Graag.’
‘Zie je wel? Hij denkt vast dat hij het overdag beter niet kan vragen. Hij is te voorzichtig.’
‘Ja, totdat hij weet dat ik ook wil, dan durft hij zich te laten gaan.’
‘Dat zal voortaan nog wel beter gaan, sinds hij mij zijn stijve en zijn spuiten heeft laten zien.’
‘In bed, ‘s
avonds, lag hij zich daar nog over te verwonderen. Vier wonderen.
Één, hij had zijn pikkie laten zien. Twee, geeneens
klein, helemaal stijf. Drie, hij had laten zien hoe hij klaar kwam, hoe
het eruit spoot. Vier, aan zijn ballen laten voelen. En niet
voorzichtig het één na het ander, nee, allemaal in een
korte tijd. Maar jij was zo rustig, praatte zo makkelijk, deed ook zo
makkelijk, ook in je blootje.’
‘Dat makkelijke heb ik
van mevrouw geleerd. Die is gelijk toen ze kwam het zonneterras in het
grote huis gaan gebruiken. Moet je voorstellen, met haar cupmaat. Maar
Thomas zei, er zijn boerenmeiden met grotere, dus veroorzaakt ze geen
opschudding.’
‘Bij John wel, hij had het er na zijn eerste bezoek al over.’
‘Bij Thomas ook, hoor,
hij had nog nooit een boerenmeid in haar blootje gezien. Jullie mogen
ook op het zonneterras komen, dus kom ze maar eens bekijken. Als jullie
je door de rest van het personeel durven laten bekijken. Mevrouw en
meneer zijn natuurlijk niet altijd op het zonneterras. Voor de familie
is er ook nog een zwembad in huis.’
‘We snappen dat daar niet iedereen mag komen, dan hebben ze helemaal geen privacy.’
‘Zo is dat. Ik breng
minstens één keer per week op hun kantoor verslag uit. Na
het zakelijke worden we vaak wat persoonlijker. Mevrouw praat zo
makkelijk, dat ik, voor ik het weet, wat intiems over Thomas en mij
vertel. Zij vertelt ook veel, over meneer en hun kinderen. In Boston,
waar ze woonden vóór hier kwamen, hadden ze een
afgeschermde achtertuin met een zwembad, daar konden ze bloot zonnen en
zwemmen. Met hun kinderen, die waren er van jongst af aan aan gewend.
Toen die verkering kregen gingen die ook meedoen. Mevrouw komt
oorspronkelijk uit Nederland, waar ze niet zo preuts zijn. Daarom heeft
zij ervoor gezorgd dat het personeel op het zonneterras mag komen. En
meisjes bij het meertje, wat die vroeger van de jongens niet mochten.
Misschien hoor je ooit het complete verhaal, maar door haar ben ik ook,
zeg maar, makkelijker geworden. Normaal vertel je niet hoe vaak op een
dag je klaarkomt en hoeveel je echtgenoot spuit. Daarom ging het
met jullie ook zo fijn, bij het meertje. En met de rest van mijn
ervaringen en omdat ik de pil gebruik vermoedde ik vorige week gelijk
moeilijkheden, alleen omdat je zei, we zijn gelijk begonnen om een
kindje te maken toen John een vaste baan had.’
‘Ja. Ga je ons
eindelijk over je vorige werk vertellen? We hebben het er pas nog over
gehad. We zijn het erover eens, je hebt geen hogere opleiding gehad,
die lui laten dat te graag merken.’
‘Klopt.’
‘Je moet een middelbare
gehad hebben. We kunnen niet verzinnen welke, je bent op zo veel
terreinen aardig thuis. Maar géén, waarvan we kunnen
zeggen, dat heeft ze vroeger gedaan.’
‘Dat klopt ook, dat werk doe ik niet meer.’
‘Maar koekenbakker is toch geen beroep?’
‘Ik denk het ook niet,
er zal wel niemand zijn die alleen koeken bakt. Maar ik vind het leuk
klinken. Goed. Weten jullie de bakker, hiervandaan in het laatste stuk
van de Hoofdstraat?’
‘We weten alle winkels
in de Hoofdstraat, al moeten we soms spieken. Toen we hier nog niet zo
lang waren hebben we een keer een wandeling gemaakt. Heen aan de ene
kant, terug aan de andere. En alle winkels opgeschreven.’
‘Mail mij dat lijstje
een keer, John. Ik kijk of ik er een verhaaltje voor in het krantje van
kan maken en geef het ook aan de beheerder. Die kan het aan nieuwe
huurders geven. Als die ooit van buiten het dorp komen.’
‘Hoe verzin je dat weer zo snel?’
‘Weer dezelfde oorzaak, John, mijn vorige werk. Een beetje doordenken.’
‘Ja, dat doe je zeker.
Ik heb je nog niet bedankt, ik krijg je krantje met de post. En van de
laatste kreeg ik er tien.’
‘Ik moet er twintig
naar de pachters sturen, maar vanaf vijfentwintig krijg ik korting.
Vanaf het begin heb ik de overige vijf zomaar ergens naar toe gestuurd,
dat was goedkoper dan twintig normale postzegels. Één van
die vijf heb jij gekregen, dan zal je hem eerder krijgen dan wanneer je
hem zelf haalt, je zal niet iedere dag in het dorp komen. En nu tien,
voor de gasten. Laat me maar weten of het genoeg is.’
‘Ja, dank je wel, dat zal ik doen.’
‘Ik zal vertellen wat ik tot ongeveer een half jaar geleden gedaan heb. Ik was bakker.’
‘Bakker? Broodbakker?’
‘Veel meer dan alleen
brood. Die bakkerij in de Hoofdstraat is van mijn vader. Ik ben in dat
huis geboren, ik ben in het dorp naar de lagere school gegaan, daarna
heb ik in de stad voor bakker geleerd, daarna bij mijn vader gewerkt,
tot ik voor meneer ging werken.’
‘Je vader verkoopt van alles. Kan jij dat ook allemaal maken?’
‘Ja, alles. Sommige
dingen heeft mijn vader van mij geleerd, omdat ik op school natuurlijk
de nieuwste technieken geleerd heb.’
‘Bakker. Daarop waren
we nooit gekomen. Ik geloof je, maar dat verklaart niet dat je in staat
bent om te doen wat je nu doet. Klachten afhandelen, vragen op elk
gebied beantwoorden, renovaties voorbereiden, huizen bouwen, een
camping maken.’
‘Toch wel. Een bakker
doet méér dan bakken. Aan de ene kant heb je grondstoffen
en zo nodig, dus moet hij inkopen. Daarbij heb ik geleerd om voorraden
te beheren, met levertijden om te gaan en om kortingen te vragen. Aan
de andere kant, liefst alles moet verkocht worden. Mijn vader heeft een
winkel en een lunchroom, daar heb het verkopen én omgaan met
mensen geleerd. Begin je al iets te snappen?’
‘Ja, iets. Ik heb ook
een vak geleerd, boekhouden. Maar ik hoefde daarbij niets te kopen of
te verkopen. En met weinig mensen te praten.’
‘Juist. Ik zal een paar
voorbeelden geven, om het duidelijker te maken. Als ik zesennegentig
gevulde koeken wilde maken moest ik zorgen dat ik daar de spullen voor
had, inclusief zesennegentig halve pinda’s. Die zesennegentig
huizen heb ik zelf niet gebouwd, dat kon ik niet. Ik hoefde alleen
maar, nou ja, iets meer, firma’s op te zoeken die wél
konden bouwen, snel, niet te duur. De rest heb ik aan hun overgelaten,
iedereen zijn vak.’
‘Tja, organiseren.’
‘Dat is een goede
benaming. Ik organiseerde vroeger ook van alles, om de verkoop te
bevorderen. Voor feestdagen en bijzondere gelegenheden probeerde ik
iets bijzonders te maken. Niet alleen paasbroodjes en kerststollen,
bijvoorbeeld ook diploma’s van marsepein vlak voor de
zomervakantie. De gewenste naam er nog even opspuiten,
wéér wat verkocht. Als je goed oplet zie je een hoop
mogelijkheden. Zoals nét, met dat lijstje van de winkels. En
omdat ik al zo lang goed oplet en goed luister weet ik van veel dingen
iets. In de winkel en lunchroom praatten de mensen graag over hun
beroep, dat lokte ik ook uit, dat is interessanter dan over het weer
praten. Ik gebruik mijn oren en mijn ogen en alles wat ik bij mijn
vorige werk ook deed.’
‘Op die manier ook een camping maken?’
‘Ja. Niet zelf maken.
Een plek zoeken voor een camping, ik ken natuurlijk de omgeving, zoals
in de winkel een plaats voor een taart zoeken. Er zijn
méér campings, dus méér eigenaren, dus een
vereniging daarvan. Die weet alles over de inrichting en de tarieven.
Dan in gedachten over een camping lopen. Wat moet er zijn, wat zou ik
er willen doen, als ik er gast was. Dan leveranciers zoeken, die na
laten denken. Enzovoort.’
‘Ja. Dank je wel. Ik snap nu dat je het kan. Theoretisch. Maar je moet het ook maar willen.’
‘Ik ben er niet zelf
opgekomen. Ik had het in de bakkerij naar mijn zin. Maar toen Thomas
butler werd heeft hij me aan mevrouw en meneer voorgesteld. Dat is een
verhaal apart, misschien een andere keer. Maar na dat gesprek heeft
mevrouw tegen meneer gezegd dat ze wat in me zag, dat ik veel meer zou
kunnen dan koekenbakken. Dat heeft meneer onthouden, en me kort daarna
gevraagd om een vereniging van huurders op te richten. De huizen in het
dorp waren toen nog niet van hem. Maar hij had van ons over de
woningnood gehoord, zo’n vereniging zou beter met de eigenaren
kunnen onderhandelen dan de huurders apart. Kort daarna kon hij de
huizen kopen. Weer kort daarna, ik was net tot voorzitter van die
vereniging benoemd, vroeg hij me om voor hem te komen werken. Dat alles
binnen twee weken vanaf dat Thomas butler werd. Tja, als meneer wat wil
dan moet het ook zo snel mogelijk, niet zeuren, maar doen. Hij is niet
dom, gepromoveerd chirurg. En hij kan natuurlijk nogal wat bereiken,
met het vermogen van de familie achter de hand. Ik werk graag voor hem,
omdat hij zich niet inzet om er beter van te worden, maar om een aanzet
te geven dat de mensen in zijn buurt een prettig leven kunnen
hebben.’
‘Hoe bedoel je, een aanzet?’
‘Hij zou ze ook gewoon
geld kunnen geven. Maar dat maakt niet gelukkig. Hij maakt het mogelijk
dat ze mooie huizen kunnen huren, dat er ook genoeg zijn, met een
redelijke huur. De rest moeten ze zelf doen. Waarom de camping er
gekomen is weet je. Een uitschieter van een plek nodig hebben voor
mensen die tijdelijk hun huis uit moeten. Op de camping moet ook
iedereen het naar zijn zin hebben, daarom is die ook niet al te
primitief.’
‘Door jou. Je hebt je in veel details verdiept.’
‘In het begin wel. Met
de nieuwbouw ook. Tot iets goed loopt. Aan de nieuwbouw doe ik niet
veel meer. De bouwers bouwen vrolijk verder, de beheerder begeleidt de
nieuwe bewoners en klachten zijn er nog niet. Aan de camping doe ik ook
amper meer wat, dat is nu voor de beheerder. Je hebt het goed opgepikt,
John. Ik blijf af en toe langs komen als troubleshooter, om te kijken
hoe het gaat, en om je de gelegenheid te geven om met me te praten. In
onze functies, op de plek waar het om gaat. Maar ik kom nu al vaker
puur voor de gezelligheid. Ik kan het niet honderd procent scheiden, ik
zie of hoor vaak wat, waardoor ik aan verbeteringen ga denken.’
‘Je doet veel. Als ik zo brutaal mag zijn, verdien je goed? Je weet vast ook wat ik verdien.’
Tamara grinnikte.
‘Óf ik dat weet. Ik heb het zelf min of meer bepaald.’
‘Jij? Ook dat nog! Hoe kan je dat?’
‘Niet echt bepaald,
natuurlijk, dat doet meneer. Maar ik heb de hoogte voorgesteld. Ik heb
inlichtingen over salarissen van campingbeheerders ingewonnen bij de
vereniging van campingeigenaren. En die vergeleken met die van de
beheerders hier. En vergeleken hoeveel werk die hebben en hoeveel werk
jij gaat doen. En hoe ingewikkeld dat is en hoeveel tijd eraan besteed
moet worden. Jouw werk komt het dichtst bij dat van de beheerder van de
landerijen, met daarop twintig verpachte boerderijen. Hij werkt alleen
overdag op werkdagen, bijna alleen achter zijn bureau. Jij hebt een
terrein wat onderhouden moet worden, en eenentwintig caravans. Maar je
werkt ook op onregelmatige uren, mensen komen vast soms laat aan. Ik
heb dus hetzelfde salaris als dat van die beheerder voorgesteld, plus
gratis wonen. Dat vond meneer ook redelijk. Ik verdien hetzelfde als de
butler, als ik de hele week zou werken. Ik mag zelf bepalen hoeveel ik
werk. Ik ben met ongeveer halve dagen begonnen, ik wil Thomas goed
verzorgen en ons huishouden in orde houden. Het is nu wat
méér dan halve dagen. Als Thomas aan het werk is en het
huishouden op orde kan ik toch niet stilzitten, dan ga ik aan het werk.
Meneer wil me méér betalen dan de butler, omdat ik me op
de terreinen van alle beheerders behalve die van de butler en de
financieel deskundige beweeg, maar ik wil niet meer verdienen dan
Thomas. Ik word al genoeg betaald, omdat ik eigenlijk niet alleen voor
meneer werk, maar ook voor mijn dorpsgenoten. Ik ben in het dorp
geboren en getogen, ze kennen me. Ze zijn mij net zo dankbaar als ze
het meneer zijn, dat is betaling genoeg. Ik had het goed, als
koekenbakker, maar ik ben nu gelukkiger.’
‘Dat kan ik me
voorstellen. Wij zijn hier ook gelukkiger. Ook gelukkig met het
salaris, inclusief het vrij wonen. Dank je wel voor je uitleg. Ik ben
niet zo complimenteus uitgevallen, maar ik blijf je uniek vinden.’
‘Ach, van het
één kwam het ander, ik kreeg er de ruimte voor. En ik
blijf van iedereen leren. Toen ik met die dertig sollicitatiebrieven
voor campingbeheerder voor me zat, viel me die van jou, boekhouder,
natuurlijk op. Ik moest denken aan dat mevrouw wat in me gezien had. Ik
heb ze allemaal nog een keer gelezen en gelijk zevenentwintig
sollicitanten geschreven en bedankt voor de moeite. Met de overige drie
brieven ben ik naar meneer en mevrouw gegaan.’
‘Dus heb je als personeelschef gewerkt.’
‘Met toestemming van
Thomas, omdat het over personeel op de camping ging, waar ik het meest
van af wist.’
‘Ik was natuurlijk één van die
drie. Wat waren die andere twee?’
‘Zeer geschikte campingbeheerders. Dat heb ik ook tegen mevrouw en meneer gezegd.’
‘En toch ben ik het
geworden? Een boekhouder met maar een heel klein beetje groen aan zijn
vingers en wat knutselervaring?’
‘Die andere twee waren
al campingbeheerder, ik weet niet waarom ze wilden veranderen, dat kon
ik eventueel later vragen. Ik zag wat in je, John, ik vond dat je een
kans moest krijgen. Je hele verhaal telde mee, vooral waarom je wilde
veranderen. En Maureen praatte prettig, al had ik haar maar kort
gesproken. Dus heb ik meneer en mevrouw gezegd dat ik jou wilde hebben,
omdat ik wat in je zag. Dat was voor hun genoeg om je op te laten
draven. Door jouw optreden wilden ze je óók graag een
kans geven. Door je optreden daarna is het er zelfs van gekomen dat je
proeftijd verkort is. Je hoeft me niet te bedanken voor het beetje wat
ik geholpen heb, je eerlijkheid en openheid waren het belangrijkst. Net
zoals met het dorp, ik word al genoeg bedankt doordat ik zie en hoor,
dat ze het beter hebben of krijgen dan vroeger. En ik geniet met jullie
mee, jullie hebben het ook beter dan vroeger. En nog bedankt, dat ik
mocht kijken toen Maureen je streelde, enzovoort.’
‘Een maand geleden
zouden we daar niet over gepiekerd hebben. Zo vrij, er keken ook nog
twee andere stellen. Je zou nog een keer uitleggen waarom het met de
jeugd, ook die van een jaar of dertien, zo goed gaat. De jongens hebben
weinig problemen.’
‘Mijn gleuf is net zo
normaal als jouw stijve, John, ook zonde om te verstoppen. Over de
jeugd een andere keer maar. Hoe gaat het met de gasten?’
‘Heel goed. Zodra ze
ingeboekt zijn geef ik ze de envelop met informatie. En een plattegrond
van de camping. Ik geef daarop met een kruisje hun plek aan en met een
pijl hoe ze moeten rijden. Voor de caravangasten om het gebouwtje heen,
voor de tentbewoners de dam over. En waar ze mogen parkeren, achter de
caravan of tent. Ze houden zich er keurig aan.’
‘Goed geregeld.’
‘Vanaf het gebouwtje
heb je een geweldig overzicht. Het was een mooi gezicht om ze de
caravan in gebruik te zien nemen of om hun tent op te zien zetten. De
meeste aten daarna buiten of dronken koffie of zo. Er zijn al meerderen
een praatje komen maken. Ze zijn heel tevreden. Op andere campings
zitten ze nogal opgesloten, op kleine veldjes, met kleine plekken. De
opzet hier vinden ze goed doordacht, grote plekken en een mooi uitzicht
over de hele camping en de omgeving. Alles is schoon, netjes, geen
onkruid te zien. Ze snappen dat het komt omdat alles nieuw is, maar ze
zien dat het met weinig moeite ook zo te houden is.’
‘Ja, dat is de
bedoeling. Bij de nieuwbouw heb ik daar ook op gelet. Hoe minder tijd
je nodig hebt om je huis schoon te houden, hoe meer vrije tijd je hebt.
Is er al iets over het meertje gezegd?’
‘Ja, door bijna
allemaal. Heel aarzelend. Sommigen vroegen een toelichting op de
informatie die bij hun papieren zat. Dan zeiden we, meer is er niet te
vertellen, als u meer wilt weten moet u er een kijkje nemen. Wie er al
gekeken had snapte niet wat ze zagen. Allemaal blote jeugd, die met
elkaar zat te praten of in het water aan het spelen was. Nou, wij
snappen het ook niet. We konden alleen maar zeggen, tja, dat kan, in
dit dorp.’
‘Dat klopt. Waren ze geschokt?’
‘Nee, verbaasd. Ik ben benieuwd of er gasten méé gaan doen.’
‘Vast wel. Als ik het
van hun kant bekijk, niemand die ze hier kent, dus kunnen ze er rustig
bloot bij gaan zitten. Vaders zal best naar blote meiden willen kijken
en moeders naar pikkies. Om daarna in hun caravan of tent met hun eigen
spullen te gaan genieten. Zo werkt dat toch?’
‘Bij de meeste vast wel. Daarom worden er toch zoveel pornofilms verhuurd?’
‘Dat zou ik niet weten.’
Maureen giechelde.
‘Ik weet het alleen
maar van de jongen van de videotheek, twee huizen naast ons vorige. Wij
hadden ze zelf niet nodig, we haalden er alleen kinderfilms voor
logeetjes. Hier hebben we ze ook niet nodig, we zien geen porno, maar
wel heel veel bloot. En laatst, waar jij bij was, wat
extra’s.’
‘Ja, zien spuiten doet spuiten, hè?’
‘Dat deed het bij die
stelletjes ook. Maar ik geef eerlijk toe, als ik zo’n bos kleine
pikkies gezien heb krijg ik zin in een grote erectie. John wil dan ook
graag wat met die van hem doen.’
‘Wat vaker dan vroeger?’
‘Ja, heerlijk.’
‘Dan verdwijn ik maar.’
‘Tamara, hij krijgt nu
van jou, aanggekleed, geen stijve. Hij is je wel dankbaar dat je hem over een drempel
geholpen hebt, door je bloot te laten zien en zo fijn te praten.’
‘Hij heeft me al
bedankt door me naar hem te laten kijken. Nu ik daar aan denk, ik ga
naar huis, daar krijg ik vast ook wat te zien.’
‘Tja, met zes keer op een dag kan dat niet missen.’
‘Nou, maximaal zes
keer, vaker is een uitzondering. Door de weeks meestal minder, maar
méér dan de twee keer waar we vóór ons
trouwen op gerekend hadden. Tot ziens.’
Vrijdagmiddag ging Tamara
weer naar de camping. John en Maureen zaten voor de caravan wat te
drinken, John pakte een stoel voor Tamara.
‘Hadden jullie genoeg tijd om tussen vertrek en aankomst schoon te maken?’
‘Ja, omdat niet elke
caravan of tentplek van bevolking veranderde. We hebben ons mooi in
kunnen werken. Nog een paar keer zo en we kunnen ze allemaal aan. Zo
gauw de eerste vertrok, uit een caravan, ben ik met de schoonmaak
begonnen. Maureen bleef in het gebouwtje om de volgenden uit te boeken.
Zodra ik klaar was belde ik naar Maureen en vroeg welke daarna moest.
Aan de tentplekken hoefde niets te gebeuren, behalve het legen van de
vuilnisbakken, iedereen had keurig opgeruimd. Zodra de laatste weg was
is Maureen ook schoon gaan maken. We hebben zelfs rustig kunnen lunchen
voordat de eerste nieuwe gasten kwamen.’
‘Goed zo. En hoe zagen de caravans er uit?’
‘Op het oog schoon,
maar ik heb toch stofgezogen, gedweild en een stofdoek gehanteerd. Geen
probleem, dat deed ik thuis ook vaak.’
‘Geweldig.’
‘Nee, zo moet dat toch?
Als ze niet schoon zijn krijg ik van de nieuwkomers gelijk klachten,
dat moeten we niet hebben. Eh, Tamara, ik heb een vraag gekregen die ik
niet kon beantwoorden.’
‘Je kan ook niet alles weten.’
‘Nee. Er is geen TV. Er
staat niets over in de advertenties, dus zeiden ze dat ze niet konden
klagen, maar ze hadden eigenlijk wel TV verwacht. Is dat per ongeluk of
expres vergeten? Wij zelf hadden het nog niet gemist, we hadden het
lekker druk en thuis keken we ook niet veel.’
Tamara zat even met gebogen hoofd.
‘Niet expres. Waarom heb je na de eerste vraag niet gebeld?’
‘Voor het geval het per ongeluk was vonden we het pijnlijk.’
‘Ja, dat is het, maar
daar kunnen jullie niets aan doen. Ik kan ook fouten maken. Hoe eerder
ik ze weet hoe eerder ik er wat aan kan doen. Momentje.’
Ze pakte haar telefoon.
‘Ryan moet in mijn telefoonboek staan. Ja, hebbes.’
‘Ryan?’
‘Van de telefoon- en
computerwinkel. Ja, Ryan, met Tamara. Heb je een half uurtje? Ik had
graag je advies. Ik zit op de camping.’
‘Dank je.’
‘Komt hij?’
‘Ja. Iedereen schijnt
te weten dat ik niet onnodig bel. Ik sla het meestal af, maar mag ik nu
wat te drinken? En een stoel erbij voor Ryan? Het gaat misschien wat
langer dan een half uurtje duren. Laat jullie niet van het werk
houden.’
‘Bijna alle
nieuwelingen zijn al binnen, we wachten op de rest. Ik zie een stofwolk
op de Avenue. Ryan rijdt niet langzaam. En hij moet gelijk in zijn auto
gesprongen zijn.’
‘Een zogenaamde snelle
jongen. Hij is erg gewild bij de meiden. Tja, hij heeft een eigen zaak,
al zal hij daar voor hebben moeten lenen. Dank je wel, even de keel
smeren voor de onderhandelingen.’
‘Ga je onderhandelen?’
‘Als Ryan een oplossing kan bieden wel. Als jullie mijn onderhandeltechniek maar niet verraden.’
‘Nee, maar we zijn wel benieuwd.’
‘Goedemiddag, Tamara, Maureen, John. Tamara zal wel verteld hebben wie ik ben.’
‘Ja. Hoi. Bedankt voor
je snelle komst. Ik heb ze ook verteld dat je een snelle jongen bent.
In trek bij de meiden, door je eigen zaak.’
‘Ja, door mijn schoonheid kan het niet zijn.’
‘Daar wordt niet zo naar gekeken. Als het gevoel maar goed is.’
‘Tamara! Dat wilde je bij mij vroeger geeneens. Ik hoop dat je bij Thomas niet tekort komt.’
‘Nee, hij is niet te kort en zeer productief.’
‘Je praat anders dan
vroeger. Nee, dank je, Ryan. Aardig aangeboden, Ryan, maar Thomas en ik
wachten met zulke dingen.’
‘Ja, zoiets. Ik hoop
dat je me nu iets anders aan kan bieden. Eerst even, we zagen je de
Avenue af komen scheuren. Je winkel is toch aan deze kant van de
Hoofdstraat?’
‘Ja, maar ik was net
klaar met een klusje aan het begin van de Avenue. Als ik niet in de
winkel ben staat de telefoon doorgeschakeld op mijn mobieltje.’
‘Mooi. Klusje?’
‘Probleempje met het netwerkje.’
‘Gaan de zaken goed?’
‘Prima. Zulke klusjes als daarnet helpen ook. Geen rekening, contante betaling.’
‘Is dat niet zwart?’
‘Ach, ik mag bekenden toch helpen en me iets toe laten stoppen?’
‘Handig.’
‘Ach, een beetje
belastingontduiking is hier normaal. We krijgen er niets van terug, het
dorp bedruipt zichzelf. Zonder dat zou ik er ook komen hoor, ik heb
weinig onkosten, een lage huur.’
‘Ja, die vijftien procent helpt natuurlijk ook.’
‘Ook, maar de opslag is zo laag.’
‘Opslag?’
‘Je weet toch ook alles van de huren?’
‘Nee, daar bemoei ik me
niet mee. Meneer heeft ze op de gok met vijftien procent verlaagd, ik
doe mijn best om de nieuwbouw en de renovaties zo goedkoop mogelijk
voor elkaar te krijgen.’
‘Dat zal je wel lukken.
Om het kort uit te leggen, er staan drie bedragen op mijn huurrekening.
De huur, de opslag en die vijftien procent die er weer afgaat.’
‘Wat is die opslag?’
‘Nou. Je vader huurt toch ook?’
‘Ja, maar ik wist alleen het totale bedrag, uit de boeken.’
‘Goed. Op de huur komt voor winkelpanden een opslag voor het zakelijk gebruik.’
‘Waarom?’
‘Omdat er met de winkelruimte verdiend wordt. De winkelier rekent het natuurlijk door.’
‘En moet daardoor meer vragen.’
‘Ja, maar dat is
overal. Maar ik betaal maar honderd procent opslag, winkels op mooie
plekken in de stad zitten op meer dan duizend procent. Sommigen redden
het daarmee niet, die gaan failliet of stoppen ermee. Volgende.’
‘Toch raar. Een soort meesnoepen.’
‘Ja, maar normaal, zakelijk.’
‘Goed. Fijn voor je dat die opslag zo laag is. Waarvoor ik je gevraagd heb om te komen, doe je in TV’s?’
‘Ja, daar ben ik nét voor de eerste nieuwbouwwoning af was mee begonnen. Loopt goed.’
‘Mooi. Ik heb vergeten de stacaravans te voorzien van radio en TV. Heb je een oplossing?’
‘Voor gisteren zeker?’
‘Nee, morgen is vroeg genoeg.’
‘Tja. Even denken.’
‘Bier, Ryan?’
‘Nee, dank je, John, ik moet nog rijden. Wat fris graag. Geeft niet wat.’
‘Heel verstandig dat je niet drinkt als je nog moet rijden. Je rijdt al woest genoeg.’
‘In een auto wel, verder geen klachten. O, sorry, Maureen. Dat moet van dat praatje van Tamara komen.’
‘Het geeft niet. Ik begrijp je teleurstelling, ze is niet de lelijkste in het dorp.’
‘Ach, haar bedankje had
ik toen wel verwacht. Maar niet geprobeerd is misgeschoten. Twee
mogelijkheden, Tamara. Per caravan een schotel en een
satellietontvanger, of een installatie in het gebouwtje en kabels naar
elke caravan. Misschien ook naar elke tentplek. Vóór je
het vraagt, ik ken je langer dan vandaag, leg ik het uit. Een centrale
installatie heeft het voordeel dat er maar één schotel te
zien is. Verder eigenlijk alleen maar nadelen. Per zender moet er een
versterker in de installatie. En er moeten kabels getrokken worden. Met
per caravan een schotel en een satellietontvanger zijn er honderden
zenders te ontvangen.’
‘En radio?’
‘In de centrale
installatie zou er een extra versterker moeten. Met een eigen
satellietontvanger krijg je ook gratis honderden radiokanalen.’
‘Verschil in prijs?’
‘Dat weet ik zo niet.
Die versterkers zijn duur. Nog een nadeel, als er één of
meer uitvallen heeft gelijk niemand die zenders meer.’
‘Ik hoor het al. Per caravan, hè? Ongeacht de prijs?’
‘Ja, dat zou ik maar
doen. Met één of twee reserveontvangers zit je helemaal
goed. Alleen zitten de tenten dan zonder.’
‘Dat is niet zo erg. Er
zijn er nu een stuk of vijf met eigen spullen. Je kan het hiervandaan
niet zien, ze hebben de schotels achter de tent staan.’
‘Ja, die kant moeten ze
opkijken. Goed dat je dat gezien hebt, John. Mag ik even rond de
caravan lopen en binnen kijken?’
‘Ga je gang. Graag zachtjes, ons dochtertje slaapt.’
‘Crystal, hè?’
‘Hoe weet je dat?’
‘Je hebt een keer voor
mijn winkel met haar in de wandelwagen met iemand staan praten,
Maureen. Toen hoorde ik het. Ook dat John zo blij was dat ze dezelfde
mooie ogen had als jij. Zou ik ook zijn.’
‘Ga maar gauw rondkijken.’
Ryan verdween grinnikend in de caravan.
‘Kan je niet tegen complimentjes?’
‘Dat moet jij zeggen, Tamara. Iedereen bij de vergadering grinnikte omdat je zo snel van het toneel verdween.’
‘Ik was al weer lang genoeg op de voorgrond getreden.’
‘Zo lang was dat niet,
je handelde alles snel af. Ik geloof dat ik Ryan wel eens bij het
meertje gezien heb, maar ik kan hem nu natuurlijk niet aan zijn kleding
herkennen.’
‘Zal ik vragen of hij zijn broek wil laten zakken? Misschien herken je hem dan.’
‘Misschien. Jij dus niet.’
Maureen en Tamara giechelden, John schudde zijn hoofd.
Ryan kwam er weer bijzitten.
‘Laat me eens meegenieten van jullie vrolijke bui?’
‘Ik stelde voor om te
vragen of je je broek even wilde laten zakken, want Maureen herkent je
gekleed niet. Ze zei, jij dan ook niet.’
Ryan grinnikte.
‘Broeken laten zakken doen we niet meer. Kom maar naar het meertje, dan zal ik jullie ook graag bekijken.’
‘Houd je het niet liever bij leeftijdgenoten?’
‘Zo ongeveer, maar met
uitzonderingen zit ik niet. Zeg, Tamara, graaf eens in je geheugen.
Naar de gegevens van de caravans. Stond er iets bij over TV?’
‘Eh . . . ja. Stom, daar heb ik geen actie op ondernomen. Voorzieningen voor TV. Maar ik weet niet wat dat inhoudt.’
‘Ik heb een vermoeden.
John, jij hebt vast een schroevendraaier. Kan je kijken wat er achter
het afdekplaatje naast het stopcontact boven de plank op de kachel
zit?’
‘Een plank op een kachel heet een schouw. Als is deze maar klein. Maar er kan een TV op.’
‘Ja, met een satellietontvanger er onder. Ik ga ondertussen even rondlopen.’
John ging de caravan in en Ryan liep eromheen.
‘Zet je zo iedereen aan het werk?’
‘Je ziet het, Maureen, ik hoef maar iets te vragen en ze rennen al.’
‘Dat je daar vroeger geen gebruik van gemaakt hebt. Ryan wilde toen ook al.’
‘Hij was niet de enige.
Ik had er geen behoefte aan, Maureen. Ik was volkomen gelukkig met
Thomas en hoe we met elkaar omgingen. Misschien onbegrijpelijk, zo lang
seksloos. We dachten er natuurlijk wel eens aan.’
‘Ach, iedereen moet het
zelf weten. Maar je was vast een uitzondering. Zouden er nu nog zijn
die niet naar het meertje komen?’
‘Toen we een
enquête hielden over het gebruik van het meertje waren er twee
jongens niet voor gemengd ongekleed zwemmen en zonnen. En ongeveer vier
meiden. Ik denk dat ze toch komen, ze zullen vast door anderen
overgehaald zijn.’
‘Ja, vast. Ik hoor het
ze zeggen. Je moet ook komen, joh. Het is helemaal niet erg om naar je
te laten kijken, dat went snel. In het water zitten de jongens aan je,
als je wilt, maar ze doen hun best om het lekker voor je te doen, in de
hoop dat het vaker en langer mag. En de jongens zitten er niet mee om
hun pikkie en ballen te laten bekijken. Als ze een stijve krijgen moet
er een handdoek overheen, maar in het water kan je doen wat je
wilt.’
‘Ja, en voor de jongens
ook zoiets. Allemaal borsten en je kan de meiden tussen hun benen
bekijken. Soms zijn er die zich geschoren hebben, dan zie je hun gleuf
heel goed. En in het water laten ze zich bevoelen. En ze voelen terug.
Als je in het water een stijve kan krijgen gaan ze net zo lang door als
je wilt. En voor de ouderen, als ‘s avonds de schooljeugd
verdwenen is willen de meiden je wel op een wegwerphanddoek laten
spuiten. Of meer. O, daar komen de jongens weer.’
John en Ryan kwamen gelijk terug.
‘Jij eerst, John.’
‘Achter het afdekplaatje zit een inbouwdoos. Met een pijpje naar beneden.’
‘Er komt een pijpje
onder de vloer uit ter hoogte van de woonkamer, vast hetzelfde. Dat
voldoet aan de beschrijving van voorzieningen voor TV. Tamara, in een
hoek van het aansluitputje kan een stalen pijp bevestigd worden.
Bovengronds de schotel erop. Hij hoeft niet hoog, niet boven de
caravan, hij kan er langs kijken. Ondergronds kan de kabel door de pijp
met de andere leidingen naar onder de caravan. De rest snap je
wel.’
‘Ja. Wat zou jij kunnen leveren?’
‘Schotel,
bevestigingsmateriaal voor die pijpen in de putjes, kabel,
inbouw-aansluitdoos, ontvanger, TV. Dus alles, behalve pijp.’
‘Leuk prijsje? Voor eenentwintig caravans?’
‘Drieëntwintig ontvangers en TV’s? Twee reserve is wel handig.’
‘O. Meneer heeft een
voorkeur voor mooie getallen. Toen we de camping ontworpen kwamen we op
één caravan voor de beheerder en twintig voor de verhuur.
Keer twintig meter is vierhonderdtwintig meter. Voor de tenten gedeeld
door twaalf meter, dan konden er vijfendertig staan. Nee, zei meneer,
zesendertig klinkt mooier. Vandaar dat er voor het gebouwtje ook
één kan staan. Dus vierentwintig ontvangers. Drie reserve
lijkt veel, maar niet als er één of twee bij de
reparateur staan. Wie dan ook.’
‘De hint is duidelijk.
Ik kan aan goedkope, heel simpele ontvangers komen. Er zit alles op en
in, maar geen lux display. Bij vierentwintig krijg ik een hoop korting,
die geef ik door. TV’s, idem. Het hoeven ook geen grote te zijn,
zo ver zit je er in een caravan niet vanaf. Alles bij elkaar, door die
vierentwintig, tussen de vijftig en de zestig procent van wat je in een
normaal huis kwijt bent. Zou jij kunnen regelen dat er pijpen
gemonteerd worden, de schotels erop gezet worden en de kabels getrokken
worden? Dat zou mij te veel tijd kosten. Ik kan de ontvangers van
tevoren in mijn werkplaats instellen. Daarna plaatsen, met de
TV’s, aansluiten en de schotel richten. En eenentwintig
geplastificeerde gebruiksaanwijzingen maken, die van de fabriek zijn
onbruikbaar voor de meeste mensen. Morgen gaat niet. De schotels,
ontvangers en TV’s moet ik bestellen. Dinsdag of woensdag,
Tamara. En alleen omdat ik je krantjes naar mijn leveranciers stuur,
daardoor krijg ik voorrang voor het dorp.’
‘Dank je wel, Ryan. Momentje.’
Tamara pakte haar telefoon en belde.
‘Mevrouw, Tamara. Ik
zit op de camping. Er hebben caravangasten naar TV gevraagd. Die hebben
we vergeten. Hoofdzakelijk mijn schuld, ik heb over de voorzieningen
voor TV in de folder heen gelezen.’
‘Per caravan aan
materiaal nog geen zestig procent van een normale huisinstallatie. Plus
arbeidsloon voor de aanleg, zeg totaal zeventig procent.’
‘Fijn, dank u. Tot ziens.’
‘Mag het? Gaat dat zo makkelijk?’
‘Ja, Ryan. Ze heeft
vast geen idee van de prijs, maar als het goedkoper is dan een normale
huisinstallatie is dat voldoende. En dat ik er om vraag, natuurlijk. Je
mag het leveren. Kan je vandaag nog bestellen?’
‘Dan moet ik terug, ik
weet de telefoonnummers van de leveranciers niet uit mijn hoofd. Ik kan
vast al een gedeelte van de spullen vandaag nog in de stad
ophalen.’
‘Ryan, schatje, het was heel gezellig, maar we zullen je niet langer ophouden.’
‘Wanneer ben je bij het meertje? Ik heb nog wat in te halen, vind ik.’
‘Als je de spullen op
tijd levert bel ik je wanneer je míjn spullen mag bekijken. Als
ik dan ten minste, nee, hoogstens, jouw schoonheid alsnog mag
bekijken.’
‘In het begin zal ik
die vast onder een handdoek moeten verbergen, als ik de jouwe zie, maar
je mag er dan wel even onder spieken. Of ben je nog steeds zo
eenkennig?’
‘Nee, ik ken er nu wat
meer. Ik heb op school nooit gespiekt, maar voor een hoge korting wil
ik wel even een handdoek optillen, als je zo graag wilt showen.’
‘Nou, dat dank je wel van vroeger was netjes. Dit lijkt op chantage.’
‘Wel nee, je hebt mij toch niet nodig om aan je trekken te komen? Daar zijn vast genoeg vrijwilligsters voor.’
‘Je vindt míj snel en handig, maar ik kan nog steeds niet tegen je op. Tot ziens, allemaal.’
Ryan verdween, en al gauw hoorden ze een auto snel wegrijden.
‘Wat een ondeugende onderhandelingen, Tamara.’
‘Ja, maar zo doe ik niet tegen iedereen, Maureen. Hij was vroeger al ondeugend.’
‘Wat vroeg hij toen?’
‘Tamara, ik kan een
stijve krijgen. Wil je hem zien en even vasthouden? En mag ik jouw
poesje aaien? Hij is een paar jaar jonger dan ik, maar daar zat hij
niet mee. Als een meisje hem langer dan twee seconden aankeek stoof hij
er op af en begon te sjansen. Hij zal toen twaalf of dertien geweest
zijn, en erg trots dat hij een stijve kon krijgen.’
‘Geen abnormale vraag dus, voor in dit dorp.’
‘Niet alle jongens
maakten zo veel reclame voor zichzelf, maar hij deed het lief. En hij
deed verder zoals het hoort. Niet doorzeuren. En hooguit
één keer per jaar er weer op zinspelen. Maar laat ik mijn
werk afmaken.’
Ze belde weer.
‘Peter, met Tamara. Alles goed?’
‘Mooi. Nee, geen
tuinhekjes deze keer. Ik heb eenentwintig stalen pijpen nodig, van een
meter of twee. Om satellietschotels op te monteren. Ik heb vergeten om
TV voor de caravans te regelen.’
‘Nee, verder is alles
geweldig. Kan jij wat regelen bij die jongens van de oude
bouwmaterialen? Ik heb hun nummer niet. Jij hebt toen alles zo geweldig
geregeld.’
‘Steigerpijp? Daar had ik niet aan gedacht. Ja, prima. Hoe lang zijn die?’
‘Dan graag elf, al of niet al in tweeën gezaagd.’
‘Nee, ik gun iedereen een vrij weekend. Maandag is vroeg genoeg.’
‘Zouden ze die ook in de aansluitputjes vast kunnen zetten?’
‘Ja, ik zorg voor de klemmen. En de schotels op die pijpen vastzetten?’
‘Graag. Alvast bedankt. En de groeten aan je vrouw.’
‘Dat was Peter van het
grondwerk en de afrasteringen. Hij wist zeker dat die jongens
steigerpijp hebben. Een meevaller, dat gaat niet veel kosten. Hij belt
ze, of ze volgende week tijd hebben. John, als ik Ryan die
aansluitdozen en kabel laat brengen, heb jij dan tijd om de kabels te
trekken?’
‘Ja, dat lukt wel,
zoveel werk is dat niet, van het putje naar de woonkamer. Ik kan er
vast meerdere per dag doen. Ryan kan me wel vertellen hoe het moet. En
hoe ik ze onder de caravan en aan de paal moet bevestigen. ‘Doe
maar het eerst bij de lui die er naar gevraagd hebben. Al zal het wel
donderdag worden voor de eerste werkt. Dus maar het eerst bij de lui
die nog blijven, de anderen moeten het die ene avond ook maar missen.
Ik zal de advertenties aanpassen. In de stacaravans TV en radio via een satellietontvanger. Bij de tenten goede
ontvangstmogelijkheden voor zelf meegebrachte installaties.’
‘Dat verzin je weer
vlug. Je maakt mooie advertenties. Een plaatje met links caravans,
rechts tenten en de tekst ertussen in het water.’
‘Dat was een beetje goochelen op de computer.’
De telefoon van Tamara ging over.
‘Tamara.’
‘Geweldig, Peter. Kom
na volgende week nog een keer kijken naar ons kunstwerk. En met ons
bedoel ik ook jouw kunstwerk. En je mag natuurlijk ook naar de
bewegende kunstwerken bij het meertje komen kijken. Misschien wil je
vrouw dan ook meekomen.’
‘Je gunt haar toch ook wel wat? Al hebben de jongens alleen kleintjes.’
‘Tot in het begin van
de avond schooljeugd. Steigerpijpen ‘s avonds laat, als er alleen
van boven de achttien zijn. Dan mogen jullie natuurlijk ook komen, het
heeft wel wat, in de open lucht, al of niet met wat bekijks.’
‘Geef maar gewoon toe aan je stiekeme wensen. Hartelijk dank, Peter, tot ziens.’
‘Steigerpijpen! We hebben niets te klagen, Tamara, twee meter kunnen we niet kwijt.’
‘Ik zou het van twintig
centimeter al niet weten, en daar wil ik ook niet achterkomen. Thomas
stopt me voor mijn gevoel al helemaal vol. Je kan niet verwachten dat
Peter over stijven of erecties met me praat, hij is heel netjes. En
lief, hij heeft drie zoons, die allemaal bij hem in de firma werken,
maar hij had mij wel als dochter willen hebben.’
‘Ja, welke vader niet. De jouwe zal best trots op je zijn.’
‘Hij zegt, misschien
word ik een keer trots op je, maar dan moet eerst mijn verbazing over
zijn. O, Ryan nog even bellen.’
‘Ryan, Tamara nog even.
Kan je van het weekend alle materialen die je al hebt vast bij John
brengen? Ik heb twee man kunnen charteren om dinsdag te beginnen met de
palen vast te schroeven en de schotels erop te zetten.’
‘Ja, ze zorgen voor de
palen, stukken steigerpijp. Heb je, als je de spullen brengt, ook even
tijd om John voor te doen hoe hij de kabels moet trekken en vastbinden
aan de caravans en de palen?’
‘Dank je wel. Tot ziens, Ryan, waar dan ook.’
‘Oh, dat was weer een hint naar hoge kortingen. Wat slim en snel, om dat zo te brengen.’
‘Het gaat me steeds makkelijker af, Maureen. Heb je nog wat te drinken voor me? Het werk zit er weer op.’
‘Ja, je hebt alles
geregeld. Indrukwekkend, Tamara. Zo uit je hoofd een complete
installatie onthouden en ieder stukje uitbesteden.’
‘Zo ingewikkeld was dit niet, daar had ik geen lijstje voor nodig.’
‘En steeds meer of
minder openlijk om kortingen vragen. Terwijl, als ik zo brutaal mag
zijn, meneer niet bepaald arm is.’
‘Nee, maar hij kan niet
zomaar geld weggeven. Hij is voor zijn familie verplicht om naar een zo
hoog mogelijk rendement te streven, dat hebben zijn voorouders ook
steeds gedaan. Daarom heeft de familie zo’n grote reserve,
waarmee hij het dorp kon kopen, enzovoort. Voor het dorp, een goed
doel, is het voldoende als hij er geen verlies op lijdt. En met die
hoge kortingen voor de nieuwbouw en vast ook weer voor de renovaties
kunnen we de huren onder die van de dorpen in de buurt houden. Dat is voor mij de hoofdzaak.’
‘Dat begin ik te snappen. En de camping?’
‘Dat is een geval
apart. Je weet, we zochten eigenlijk alleen huisvesting voor de mensen
die voor de renovatie tijdelijk hun huis uit moeten. Maar ja, zelfs al
zitten we onder de huren van andere campings, onder andere omdat de
grond voor niets was, we gaan hier toch een behoorlijk rendement
maken.’
‘En onder andere omdat
jij vast de aanleg goedkoop geregeld hebt en een behoorlijke korting op
de caravans gekregen hebt.’
‘Ook dat. Ik denk dat
meneer en mevrouw al over een besteding daarvan aan het nadenken zijn,
ze willen vast dat de meeste winst ten goede van het dorp komt. Ik zou
niet weten hoe, de nieuwbouw is prachtig, na de renovatie zijn de oude
huizen ook lux, en de huren zijn laag. Wat wil je nog meer?’
‘Ik zou het ook niet weten. De gezelligheidsvereniging biedt genoeg vermaak. En dan is er het meertje nog.’
‘Eigenlijk grappig. Ik
geef niet alle details aan meneer en mevrouw door, je hoorde het
daarnet ook, dat is niet nodig. Maar over één detail
weten ze meer dan ik. Zij zien de boeken van de camping. Hoe gaat het
met het potje voor de wegwerphanddoeken?’
‘Je kent je dorpsgenoten goed, we spelen ongeveer quitte.’
‘Mooi. Is de omzet groot?’
‘Je vraagt het netjes. Nogal, Tamara, er wordt vast aardig wat gespoten door de jongens.’
‘Ach, misschien iets
meer dan vroeger. Maar vast veel lekkerder, in hun blootje. Ik moet er
niet aan denken om bij Thomas met een zakdoek in zijn broek te gaan om
hem te laten lozen.’
‘Ik heb het,
vóór John, wel gedaan om zo’n jong rustig te
houden. Niet te vergelijken, ik vind het nog steeds heel mooi om John
goed te kunnen bekijken, hem vast te houden en te laten komen, als er
niets anders kan.’
‘Ik ga weer naar huis. Vast wat anders doen. John, Maureen, tot ziens. En ook veel plezier gewenst.’
* * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * *
Het Wellingten Nieuws
Jaargang 1, nummer 30
Zie ook www.wellingten.co.uk
Verzorgd door Tamara.
De huurhuizen en de renovatie van de huurhuizen.
Geen nieuws.
De nieuwbouw.
Nummer zeventien en negentien
zijn nu bewoond. De tweede met twee slaapkamers. Afgezien van de
overige vertrekken, natuurlijk. Ook de andere bewoners van de
tweeslaapkamerwoningen zijn erg tevreden over de nette inrichting.
De camping.
De verhuur loopt bijzonder goed.
Het meertje.
Alles gaat daar bijzonder goed.
Overige onderwerpen.
Geen.
Dat was het weer, voor deze keer.
Tamara
Telefoon thuis [om privacyredenen door de schrijver weggelaten]
Mobiele telefoon [om privacyredenen door de schrijver weggelaten]
E-mail tamara@wellingten.co.uk
* * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * *
Week 43
‘Ik voel me zo stom, dat ik TV’s voor de caravans vergeten heb.’
‘Wij hebben er ook niet aan gedacht. Werd er geklaagd?’
‘Nee, ze zeiden dat ze
niet konden klagen, want er stond niets over in de advertentie. Nog
stommer van me, voor onze advertenties heb ik gespiekt bij andere,
zelfs daardoor is er geen belletje gaan rinkelen.’
‘Vast omdat je waarschijnlijk zelf zelden TV kijkt. Of heb jullie er één in jullie slaapkamer?’
‘Nee, daar hebben we
genoeg vermaak. Beneden kijken we inderdaad zelden. We hebben zelfs
getwijfeld of we er één aan moesten schaffen, Thomas en
ik keken thuis ook al heel weinig TV. Tja, als het maar even kon waren
we buiten. Bij slecht weer in het dorpshuis. Ik vind het ook vervelend
dat ik het niet onmiddellijk op kon lossen. Woensdag is waarschijnlijk
de eerste caravan voorzien, de laatste hopelijk vrijdag
vóór de nieuwe gasten komen.’
‘Als er niets over in de advertentie stond is dat snel genoeg, Tamara. Niet willen toveren.’
‘Nou ja. Ryan van de
telefoon- en computerwinkel en Peter van het grondwerk en de
afrasteringen hebben enorm geholpen, anders had het veel langer
geduurd.’
‘Is er wel eens iemand die jou niet snel helpt?’
‘Die had ik door
vóór ik ze een opdracht gaf. Die zullen nu wel spijt
hebben, ze hebben een grote opdracht gemist. Ik had nog geen zaken
gedaan met Ryan, maar hij was de eerste aan wie ik aan dacht, zodra ik
van John en Maureen van het probleem hoorde. Ik heb hem gebeld om voor
advies naar de camping te komen. Hij was er heel snel. En hij gaf snel
en goed advies. Hij wilde ook graag snel spullen leveren. Peter heeft
heel snel pijpen geregeld en monteurs om die te bevestigen en de
satellietschotels erop te monteren. John legt de kabels aan, Ryan doet
de rest, de TV’s en de satellietontvangers plaatsen en
aansluiten.’
‘Hoelang heb je er over gedaan om dat alles te regelen?’
‘Waarom wil je dat weten?’
‘Niet om je te controleren. Gewoon uit nieuwsgierigheid, ik heb geen idee hoe je zoiets aanpakt.’
‘Dit is geen goed
voorbeeld. Ryan heb ik een paar keer eerder om advies gevraagd, voor
mensen in de nieuwbouw. Peter ken ik al van de aanleg van de strook
voor de nieuwbouw. De installatie was niet moeilijk, toen Ryan het
vertelde kon ik het uit mijn hoofd onthouden. Pijpen,
bevestigingsmateriaal daarvoor, schotels, kabel, inbouwdoos, ontvanger,
TV. Één of eenentwintig maakt niet uit. Dus met een half
uurtje was alles rond.’
‘Tja, voor iemand die
hele huizen laat bouwen was dat natuurlijk makkelijk. Maar niet
iedereen kan het zo snel én het zo snel voor elkaar
krijgen.’
‘Nou ja, toeval dat ik
erin gerold ben. Al moet ik toegeven dat een goed geheugen helpt. Heb
je een papiertje voor me en een pen of zo?’
Mark gaf haar een blad papier en een ballpoint.
‘Ik dacht dat je een goed geheugen had.’
‘Daarom juist.’
Tamara schreef wat op en vouwde het papier dicht.
‘Ryan adviseerde twee extra versterkers, als reserve.’
‘Totaal
drieëntwintig. Bah, vijfendertig plaatsen voor tenten vond ik geen
mooi aantal, maak er hier maar vierentwintig van.’
Tamara gooide het papier voor Mark op zijn bureau, hij vouwde het open.
‘Vierentwintig. Hoe wist je dat?’
‘Dankzij mijn geheugen,
over die zesendertig in plaats van vijfendertig. En ik vond twee
reserve te weinig, reparaties kunnen weken duren. Niet bij Ryan, maar
als ze naar de fabrikant of importeur moeten. Al krijgt Ryan daar ook
voorrang, omdat hij zijn leveranciers mijn krantjes stuurt.’
‘Drie reserve lijkt me
ook beter. Weer goed bedacht, Tamara. Als iedereen jouw krantjes door
gaat sturen, moet je dan niet je oplage verhogen?’
‘Eigenlijk zat ik af te
wachten om die te verlagen. Ik ging er vanuit dat de jongelui die na
hun trouwen in een nieuwbouwwoning trokken nog maar één
in plaats van twee krantjes zouden nemen. En dat mensen met Internet ze
daarop zouden lezen. Maar het één compenseert
waarschijnlijk het ander.’
‘Ik had kunnen verwachten dat je dat ook nauwkeurig in de gaten hield.’
‘Natuurlijk, nog
steeds, al gaat het niet om de kosten, zo duur is het niet. Ik kijk,
als ik nieuwe rondbreng, wat er van de vorige over is. Ik ben altijd
trots op mezelf als dat er een paar zijn. Als er niets meer is doe ik
er vijf meer, al ga ik er vanuit dat ze dan op een ander adres een
krantje gehaald hebben. Als er meer over zijn wat minder. Het blijft
schommelen, kennelijk haalt niet iedereen iedere keer een krantje bij
hetzelfde adres. Maar het gaat leuk, ik krijg ook nooit klachten over
de verspreiding.’
‘Wat een perfectie.’
‘Ach, dat is
één van de dingen die mijn werk zo leuk maken. Verder heb
ik geen nieuws. Alles loopt goed.’
‘Mooi. Dan hebben wij
wat. Een vooraankondiging. We waren van plan om een paar maanden
vóór de komst van de volgende kleinkinderen tot een paar
maanden daarna naar de kinderen te gaan. Je weet, ze worden een maand
na elkaar verwacht. Maar we vinden dat toch te lang, dat zou een maand
of vijf worden. Te lang voor hun om met ons te zitten, dan hebben ze
geen normaal leven. En te lang voor ons, wij zijn dan ook minder vrij.
We gaan nu op afroep, kort voor de eerste komt. Als die onverwacht te
vroeg komt hebben we pech gehad, maar dan zijn we er een dag later vast
wel.’
‘Er zijn toch niet altijd vliegtuigstoelen vrij?’
‘Eerste klas meestal
wel. En we hoeven niet rechtstreeks, via New York of zo is ook goed. De
vorige keer zijn we hier naartoe gekomen toen ons tweede kleinkind een
maand of twee was. Maar we komen nu eerder terug, we weten nu hoe fijn
chatten is, dan zijn we ook vlak bij elkaar. De planning is dus, dat we
over een maand of twee hooguit twee maanden weg zijn, naar
Boston.’
‘We zullen jullie missen.’
‘Dank je wel. Wij
jullie ook. Maar wij kunnen af en toe ook chatten. Dat is wat anders
als je praatjes hier, maar beter dan niets. We gaan je krantjes op
Internet lezen, daar genieten we ook zo van.’
‘Goed. Over genieten,
we zullen jullie ook in het zwembad missen. Maar we komen allemaal
niets tekort. In Boston zitten jullie vast weer met z’n allen
bloot in de tuin en hier hebben we het meertje.’
‘Gaat het daar nog steeds goed?’
‘Ja, ongeacht de
leeftijd. Het aantal gebruikte wegwerphanddoeken is na een piek wat
teruggelopen, rekening houdend met het weer. Hoeveel precies weet ik
niet, dat houd ik niet bij. Als jullie het willen weten, op de
afrekeningen van John staat de aankoop van de nieuwe en de opbrengst
van het potje wel.’
‘Nee, dat hoeven we
niet te weten. We vinden het natuurlijk wel fijn dat het zo goed gaat.
Vooral voor de meisjes, die er eerst niet mochten komen.’
‘Er komen er meer dan ik verwachtte. Met John en Maureen gaat het ook heel goed.’
‘We kregen een heel
lief briefje van Maureen. Ze schreef wat er gebeurd was, ook dat ze
wist dat we al veel van jou gehoord hadden.’
‘Ja, dat heb ik natuurlijk verteld, ik wil niks stiekem doen.’
‘Nee, maar je hebt niet alles verteld. Ze schreef, dat wij ook haar verhaal over de pil mochten weten.’
‘Tja, ik vond dat ik
jullie over haar gezondheid mocht vertellen, maar over de pil vond ik
te privé. Bovendien was het niet aan de orde.’
‘Je hebt het goed gedaan, alleen verteld wat nodig was om haar te helpen. Een goede pil vinden lukt vast wel.’
‘Toevallig kwam ik
achter haar moeilijkheden en kon het natuurlijk niet laten om te
proberen er iets aan te doen. Als ze hier in huis gewerkt had, Simone,
had jij het waarschijnlijk ook een keer gemerkt.’
‘Nou, achter dat Francis niet had mogen doorleren is Ian gekomen, ik niet, terwijl ik haar vaak genoeg zag.’
‘Ja, maar Francis dacht
er zelf amper aan. Ik heb nog wat anders, Mark. Laat ik eerst vragen
hoe je zo snel de creditcardrekeningen voor de camping hebt kunnen
regelen.’
‘Ik heb de directeur
van de bank gebeld. Die zei, normaal moet een bedrijf minstens een jaar
goed draaien voor je zo’n rekening krijgt. Ik heb weer een oude
truc uit de doos gehaald, en gevraagd hoelang het zou duren als ik een
bankgarantie van een paar miljoen zou geven. Hij grinnikte, zei, dat
hij me terug zou bellen. Dat deed hij de volgende dag. Drie keer
één miljoen garantie, de drie rekeningen kwamen eraan.
Tja, simpel.’
‘Ja, als je een jaartje
van die drie miljoen geen gebruik hoeft te maken, omdat je er nog een
paar hebt, wel. Goed. Ik had met de beheerder van de huizen afgesproken
dat ik een kijkje zou nemen bij mensen die op zijn aanmaning om de huur
te betalen niet reageerden. Dat is nog niet gebeurd, maar ik ben wel om
hulp gevraagd bij mensen die in de problemen zijn geraakt, maar nog
geen huurachterstand hebben. Dat willen ze liever niet, om de
verstandhouding goed te houden. Hun creditcardmaatschappij heeft een
fout gemaakt en denkt daardoor dat ze een grote schuld hebben. Niet
alleen hun creditcard, ook hun bankrekening is geblokkeerd. Alles wat
ze hebben is wat ze contant hadden. Ze moeten nu alles in het dorp op
rekening kopen, maar dat loopt op. Ik mocht hun rekeningen bekijken. Ik
was er al gauw achter dat de fout niet bij hun zit en dat ze helemaal
geen schuld hebben. Maar schrijven of bellen naar de
creditcardmaatschappij helpt niet, ze houden vol dat ze een grote
schuld hebben. Zou je een beetje kunnen bellen? Hier zijn de
gegevens.’
Mark pakte het briefje van haar aan en las het.
‘Overzichtelijk. Ik bel wel.’
‘Dank je wel. O, nog
wat. Ik hoorde van Ralph, van de computerwinkel, dat er op zijn huur
een opslag zit voor het zakelijk gebruik van zijn huurwoning.’
‘O?’
‘Weet je dat niet?’
‘Nee. Leg eens uit?’
‘Hij zegt dat hij niet
veel betaalt, maar honderd procent extra, in de stad komt boven de
duizend procent voor. Het schijnt normaal te zijn, maar ik vind het een
meesnoepen, sorry, van de eigenaar met het geld verdienen in een
huurwoning.’
‘Niks sorry, ik weet van niets. Tja, ik begrijp het principe.’
‘Ja, ik ook. Als je een
winkelpand laat bouwen kan je uitrekenen wat alles gaat kosten, hoe je
dat door moet berekenen. Dat doet Ralph natuurlijk ook, maar ik vind
het raar, het blijft een woonhuis. De eigenaar vangt er meer voor omdat
er in verdiend wordt, terwijl het er niet voor gebouwd is. De
verbouwing van de benedenverdiepingen van woonruimte naar winkel heeft
hij vast niet betaald. Hij heeft een extra rendement. Oneerlijk, hij
vangt ook niets van onderverhuur.’
‘Tja. Je hebt je vast verder geïnformeerd.’
‘Ja, mijn vader betaalt
honderdtien procent extra. Dat wist ik niet, ik wist alleen de totale
huur. De voorzitter van de winkeliersvereniging betaalt negentig
procent extra en denkt dat het schommelt tussen de negentig en
honderdtwintig. Hij ziet er niets abnormaals in, wel aan de lage kant.
Dat vond de beheerder ook. Hij moest het nakijken. Ja, het varieert van
negentig tot honderdveertig procent. Vermoedelijk is het nooit hoger
geworden omdat het niet kon. De winkeliers doen het goed, maar het is
maar een klein dorp, niet zo veel omzet.’
‘Dat begrijp ik ook. Hoeveel winkels zijn er? Ik weet het niet uit mijn hoofd.’
‘Ik ook niet. De
Hoofdstaat lijkt er mee vol te zitten, maar tussen de winkels zitten
vaak één of meer woonhuizen. Vijfhonderd huizen gedeeld
door vijf is honderd huizen in de Hoofdstraat, grofweg. Reken
één op drie, ik kom op dertig winkels. Er is hier van
alles. In de stad zijn veel winkeltjes opgegaan in warenhuizen of
supermarkten, hier is alles nog apart. We hebben ook nog, behalve een
schoenwinkel, een schoenhersteller. De minst leuke etalage is van de
begrafenisondernemer, met grafzerkjes.’
‘Tja, die moet er natuurlijk ook zijn. Is er een begraafplaats?’
‘U kent uw dorp slecht, meneer.’
‘Ik krijg de kans niet.
Ik zie wel wat vanuit de auto, maar veel méér lukt niet,
vast in jaren niet. Ik wandel graag, om in de frisse lucht na te
denken. Meestal in de tuin of een stukje door het bos. Vaak gaat Simone
mee. Ik wilde een keer in het dorp kijken. Zonder Simone, want dat zag
ik niet zitten, die zou te veel opzien baren, dat snap je wel. Ik had
uitgerekend, zo’n tweehonderd meter naar de poort, een have
kilometer naar het dorp, de Hoofdstraat is vijfhonderd meter lang. Bij
elkaar ruim een kilometer, heen en terug nog geen tweeënhalve
kilometer. Dus een half uurtje, zonder stoppen. Ja?’
‘Ja, zoiets.’
‘Nou, na een uur was ik
bij de bakkerij, dus amper honderd meter het dorp in. Iedereen wilde
een praatje met me maken, overal werd ik uitgenodigd om binnen te
komen, in woonhuizen en in winkels. Het leek of iedereen in de gaten
had dat ik daar wandelde.’
Tamara grinnikte.
‘Natuurlijk. Ten
eerste, je bent wat langer dan de meeste dorpsbewoners. Ten tweede, ik
neem aan dat je met je handen op je rug liep.’
‘Zeer waarschijnlijk.’
‘Bijna iedereen loopt
met tassen te schouwen. Ten derde, wat ik zelf vanuit de bakkerij ook
deed, is naar de huizen aan de overkant kijken. Door de weerspiegeling
in de ramen kan je een veel groter stuk straat overzien dan dat vlak
voor je eigen huis of winkel.’
‘Tja. Ik heb bij de
bakker om een auto gebeld, ik wilde niet teruglopen, wéér
een uur, anders zou Simone ongerust worden. Ik heb het een week later
nog een keer geprobeerd, aan de andere kant van de straat. Weer
hetzelfde.’
‘Tja. Had je je mobieltje niet bij je?’
‘Mijn mobieltje? Heb ik die?’
‘Natuurlijk.’
Hij pakte de telefoon en koos en nummer.
‘Thomas, heb ik een mobieltje?’
‘Laat me eraan herinneren als ik de deur uitga, dat lukt me toch niet ongemerkt. Dank je.’
‘Ja, er is er
één voor mij. En voor Simone. Die staan op het kantoor
van Thomas. Daar heb ik nooit aan gedacht. In huis weten ze altijd waar
ik zit. In de tuin is er wel eens iemand met een telefoon naar me toe
komen rennen. Dat mag alleen voor spoed, anders moeten ze later
terugbellen. Ze krijgen de vermoedelijke tijd door dat ik te spreken
ben.’
‘Goed georganiseerd.’
‘Natuurlijk, tijdens een operatie wilde ik ook niet gestoord worden.’
‘Ja, dokter. Nu in
vogelvlucht over het dorp. Behalve de huizen zijn er
verenigingsgebouwen, het grootste is het Dorpshuis, een kerk en wat
werkplaatsen. Net buiten het dorp, richting stad, aan de rechterkant,
nee, het hoort bij het dorp, is de begraafplaats. Hij valt niet op. Er
ligt een parkeerplaats voor en er staat een twee meter hoge heg omheen.
Hij wordt onderhouden door de begrafenisondernemer. Ik heb er een keer
gekeken. Hij ziet er keurig uit, strakke rijen graven, maar het is er
natuurlijk een dooie boel.’
‘Tamara!’
‘Nou, dat is
begrafenisondernemerstaal, Simone. Hij zegt, de één zijn
dood is de ander zijn brood, maar ik was altijd mijn handen voor ik ga
eten.’
‘Nou ja!’
‘Terwijl hij nergens
aanzit. Hij heeft een lijst van vrouwen die afleggen. Hij brengt de
bestelde kist en komt hem later dichtschroeven. Nog zoiets. Dichtschroeven, niet
dichttimmeren, zegt hij, dat is een rotgehoor als je er in ligt.’
Mark en Simone grinnikten.
‘Hij verzorgt het
vervoer van de kist. Soms via de kerk, voor een rouwdienst of een
afscheidsbijeenkomst. Er is op de begraafplaats geen gebouwtje. De
grafkosten zijn laag, de eigenaar van de grond, een bekende familie,
heeft kennelijk nooit in de gaten gehad dat je er huur of pacht voor
kon vangen.’
‘Of niet gewild, Tamara, uit piëteit.’
‘Ja, sorry. Dat is waarschijnlijker.’
‘Ik kom het misschien ooit tegen in de familiepapieren. Het blijft in ieder geval zo. Een grote begraafplaats?’
‘De rijen beginnen aan
de kant van het dorp. Vanaf de heg bij de parkeerplaats tot het eind
van de tweede straat achter de Hoofdstraat. Er is ruimte voor meer
rijen, daarna zou de heg verplaatst moeten worden. In overleg met
eigenaar van de grond, natuurlijk. Maar dat zal lang duren, ruimte zat.
Niet alle dorpsbewoners worden er begraven en van buitenaf komt er
niemand op. Die zoeken maar een andere stortplaats, heet dat.’
‘Heeft hij wel genoeg werk?’
‘Tegen betaling houdt
hij ook graven bij. En hij klust bij. Iedereen die haast heeft maar
niet snel een vakman kan krijgen belt hem, hij is erg handig. Iedereen
heeft haast, zegt hij, zelfs die dooien, die willen binnen een paar
dagen de grond in.’
‘Tja. Dan moet hij snel graven.’
‘Nee. Na een begrafenis
begint hij al aan een volgende kuil. Zodra die af is gaat er een schot
overheen, want wie een kuil graaft voor een ander, enzovoorts. Soms
moet hij een oud graf gedeeltelijk uitgraven, als er een tweede op
dezelfde plek moet, een echtgenoot. Meer dan twee gaat niet, dan kom je
op het grondwater en na je dood is je zwemdiploma ongeldig.’
‘Nou, ho maar. Wat weet je eigenlijk niet van het dorp?’
‘Dat weet ik niet. Ik
weet ook niet wat ik wél weet. Maar als iemand me iets vraag
blijk ik meestal wel iets te weten.’
‘Iets. Hoe weet je, bijvoorbeeld, zo veel van die begrafenisondernemer.’
‘Die moest ook brood kopen, dus sprak ik met hem.’
‘Met wie niet?’
‘Tja. Bij de winkeliers
die niet bij ons kwamen zal ik vast zelf wel eens geweest zijn, van
brood en gebak alleen kan je niet leven. Van de gezinnen doet er
meestal maar één boodschappen. Maar daar hoorde ik dan
over de rest van het gezin. Ik deed niets bijzonders, hoor, zo gaat het
overal. Misschien onthoud ik iets meer dan anderen.’
‘Ja, vast iets. En als je iets niet weet en wilt weten weet je hoe je het uit moet zoeken.’
‘Dat is niet zo
moeilijk, ik weet hoe alles aan elkaar hangt. Zeg, Mark, zal ik in het
krantje zetten dat ze je in het dorp met rust moeten laten?’
‘Graag. Je zal het wel tactisch doen.’
‘Natuurlijk, met een beetje uitleg.’
‘Prima. Ik zoek die opslag uit.’
‘Graag. Nou, ik ben bij
met mijn administratie, ik ga een rondje door het dorp fietsen, als
laatste over de Avenue, daarna bij Maureen buurten.’
‘Wil je haar vragen, of
als ze een wandeling maakt, ze ook eens bij ons langs komt? Als ze het
te ver vindt kan ze ook gehaald worden.’
‘Ik geef het door. Tot ziens.’
Nadat ze verdwenen was keken Mark en Simone elkaar aan.
‘Ongelofelijk, hè, wat die niet weet.’
‘En wél weet, ja. Een gouden keus.’
‘Jij hebt me een
voorzet gegeven, door te zeggen dat er méér in dat
koekenbakkertje zat, maar ik heb jaren geleden zelf een platina keus
gedaan, door jou te kiezen.’
‘Dank je. Ja, ongeveer
op dezelfde manier als bij Tamara. Meerdere voorwaarden. Geschikt zijn
voor het werk, met aanpassingsvermogen. En goed kunnen praten. En er
goed uitzien.’
‘Juist. Dat laatste wil ik graag nog een keer controleren. Wil je bloot op bed gaan liggen?’
‘En dan?’
‘Ga ik overal aan
voelen, met mijn handen en mijn mond en als laatste met mijn
dieptemeter je warme grotje in om dat uitgebreid te verkennen.’
‘Je zal je niet bijlichten, maar het vast binnenin lekker bevochtigen.’
‘Ja, niks wegwerphanddoeken, vrijen tot we komen en ik je vol spuit.’
‘Meneer!’
‘Ik neem aan dat dat een schijnprotest is.’
‘Ja, meneer, ik ga al klaar voor u liggen.’
Ze liep vlug richting slaapkamer.
‘Niet zo snel lopen, anders hijg je al vóór je me in je grotje bijstuurt.’
‘Dat is dan ook schijn, je weet de weg. Er begint in je broek al iets die richting op te wijzen. Tot zo.’
Hij ruimde zijn bureau een beetje op voor hij haar achterna ging.
Tamara vond John en Maureen voor hun caravan, met Crystal in een wipstoeltje naast hun.
‘Hallo. O, wat lach je lief, Crystal.’
‘Ze vindt het zo prachtig, ze kan heel goed rondkijken.’
‘Ook naar de satellietschotel. Hoe kan die zo hoog staan, John? Er zouden toch palen van twee meter komen?’
‘Peter heeft Ryan
gebeld, omdat hij twee meter te kort vond, er moet al een meter in het
aansluitputje. De ontvangst kan wel prima zijn, maar tegen een schotel
die een meter hoog zit loop je makkelijk op. Ryan vond dat ook. Peter
heeft de jongens van de oude bouwmaterialen gevraagd om uit beschadigde
steigerpijpen stukken van drie meter te halen. Daardoor zitten de
schotels nu net onder de dakrand van de caravans. Ze steken dus nog
steeds nergens bovenuit, maar je kan nu langs de paal lopen zonder de
schotel te raken.’
‘Die Peter toch. Hij blijft meedenken. Hoever zijn jullie?’
‘Vóór vrijdag de nieuwe gasten arriveren is alles klaar.’
‘Hè, fijn. Ik schaam me nog steeds, dat ik TV’s vergeten heb.’
‘Ben je gek, meid. Verder is alles perfect. Ze kunnen voor hun vermaak beter naar het meertje gaan dan TV kijken.’
‘Dan komen ze misschien volgend jaar terug met een kind meer dan nu.’
‘Dat moeten ze zelf
weten. Het lijkt me wel leuk om te weten waar dat kind gemaakt is.
Crystal is in bed gemaakt, we hebben het nooit ergens anders gedaan. Je
weet, we zijn voor de volgende bezig. Dat wordt dan een
campingkindje.’
‘Verzin maar weer een
mooie naam. Maureen, mevrouw vroeg, of je eens een praatje kwam maken.
Als je het te ver vindt om te lopen kan je ook gehaald worden.’
‘Ik moet me schamen. Ik denk er zeker één keer per dag aan, maar het komt er steeds niet van.’
‘Dat snapt ze wel, je
bent hier net. En steeds druk geweest, eerst met de caravans, nu met de
verhuur. En met Crystal, natuurlijk.’
‘Ja, die is nu een
maand of vijf, ze slaapt natuurlijk minder dan eerst. Maar ze is heel
makkelijk. Ze ligt graag zo, dat ze rond kan kijken. Het is zo grappig,
als ze buiten ligt en mensen haar gedag zeggen glimlacht ze, maar als
ze één van ons ziet lacht ze breed.’
‘Ik vind het heel leuk
om haar te zien, maar vertel me maar niet te veel over haar. Anders
vergeet ik nog de pil in te nemen.’
‘Nee, daar moet je meer
overwegingen bij betrekken, dat weet je wel. Tamara, we wisten in het
begin niet wat we met je aan moesten. Maar al gauw vertrouwden we je en
begonnen we jouw positie te begrijpen. En je mogelijkheden, op veel
gebieden. Je hulp met mijn gezondheid zullen we nooit vergeten. Je hebt
meneer en mevrouw er toen over verteld, om eventueel hun hulp in te
kunnen roepen, dat vonden we prima. Je hebt toen niets over mijn
problemen met de pil verteld, dat vonden we erg netjes van je. Ik heb
het daarna zelf gedaan, ik heb daar geen problemen mee. Maar wij hebben
pas iets over Thomas en jou gehoord, het gaat ons niets aan, maar we
vinden dat je moet weten wat wij gehoord hebben.’
‘Dat is heel aardig van jullie. Ik ben wel nieuwsgierig. Iets ernstigs kan het niet zijn.’
‘Nee. John was de
wegwerphanddoeken aan het bijvullen en de vuilnisbakken bij het meertje
aan het legen. Bij de kluisjes hoorde hij per ongeluk een gesprekje
tussen twee stelletjes. Er werd meer níet dan wél gezegd,
ze kenden elkaar waarschijnlijk goed. Maar hij begreep, dat Thomas en
jij in het zwembad bij meneer en mevrouw mogen zwemmen.’
‘Dat klopt. Jullie
weten dat mevrouw wat in me zag en dat daardoor meneer me in dienst
genomen heeft. Al gauw hebben ze Thomas en mij min of meer aangenomen
als kinderen. Wij zijn net zo oud als die van hun, ze misten ze in het
begin erg. Hun zwembad is in principe voor de familie, maar het staat
hun natuurlijk vrij om vrienden en kennissen uit te nodigen, of ze
personeel zijn of niet. Zijn jullie boos, dat ik daar overheen gepraat
heb?’
‘Natuurlijk niet. Zoiets schreeuw je niet van de daken.’
‘Nee, maar als twee
stelletjes er van weten, weet binnenkort het hele dorp het. Dat is niet
erg, we zijn toch al een beetje bijzonder, omdat we in het portiershuis
wonen. ’
Tamara grinnikte.
‘Jullie weten nog meer, hè?’
‘Ja, dat er daar bloot gezwommen wordt.’
‘Wat hoorde John daarover?’
‘Dat vonden ze logisch,
omdat jullie ook op het zonneterras komen. Dan zou het stom zijn om dan
in het zwembad wat aan te trekken.’
‘Ja. Dat doen we daar
ook niet als er nog anderen zijn. Die doen mee. Hun kinderen en hun
echtgenoten, zijn ouders en nog wat familie en vrienden. Dat is
één van de redenen waardoor ik nogal makkelijk geworden
ben. Dat ik bij het meertje ook gelijk in mijn blootje naast je kwam
zitten, Maureen. Maar we doen bij het zwembad niet wat we bij het
meertje gedaan hebben. Alleen, als meiden horen hoe productief Thomas
is, willen ze allemaal zijn ballen even voelen. Daarom wilde ik dat bij
John ook, om nog eens te vergelijken.’
‘Nog eens?’
‘Als er nieuwe gasten
waren zaten we in het water een beetje aan elkaar. Als het nat is is
het niet zo opwindend. Als de jongens een beetje een stijve krijgen is
dat niet erg, maar volledige zijn voor thuis. Maar als je
één keer aan elkaar gezeten hebt is je nieuwsgierigheid
over.’
‘Dat kan ik me voorstellen. Thuis kan je je uitleven.’
‘Zo is het. De jeugd
natuurlijk niet, daarom zitten ze hier aan elkaar. Ik zal jullie nu
over de omgangsvormen van de jeugd in dit dorp vertellen. Allereerst,
dit dorp is ooit begonnen als vrijplaats, het is pas later bij de stad
gekomen. Onze voorvaderen waren dus niet zulke lieverdjes. Maar we
stammen niet allemaal van ze af, later mengden boerenafstammelingen
zich ertussen. Boerenjeugd weet al vroeg, van de beesten, hoe het gaat
tussen mannetjes en vrouwtjes. Als ze heel jong zijn speelt dat niet
zo, ze nemen het voor kennisgeving aan. Maar als de pubertijd begint
weten ze al hoe het werkt en zijn ze vrijer dan in een stad. De meeste
in het dorp kennen elkaar van jongst af aan, zo ver is het niet van de
ene kant van het dorp naar de andere. Ze spelen natuurlijk met elkaar.
Ze gaan allemaal naar dezelfde lagere school, er is er hier maar
één. Daarna gaan de meeste in de stad naar school.
‘s Morgens stappen de scholieren, die in de vijf straten, oh,
voortaan zes, eh het dichtst bij de kant van het grote huis wonen, op
de fiets en beginnen hun straat af te rijden, richting stad. De
één na de ander sluit zich bij hun aan. Ze weten al gauw
of er iemand een uur vrij heeft of zo, anders waarschuwen ze lui die
zich verslapen. Aan het eind van de straten rijden die groepjes naar de
Hoofdstraat, dan richting stad. Ze wachten net buiten het dorp op
elkaar, op de parkeerplaats van de begraafplaats. Ze rijden gezamenlijk
naar de stad, in ongeveer een kwartier. Ze zorgen, als het donker is,
dat er voorop en achterop lui met goede fietsverlichting rijden. Hoe
dat allemaal begonnen is weet ik niet, iedereen zegt, dat was altijd al
zo. Nou, de fiets komt niet uit het paradijs. Richting stad loopt de
weg iets op. Als ze ‘s middags terugkomen fietst het dus
makkelijker en wordt er meer gepraat. En van plek in de optocht
geruild, ze mogen maar met z’n tweeën naast elkaar, daar let
de politie erg op. Ze zijn dan een jaar of twaalf, krijgen
belangstelling voor de andere sekse. Dan gaan ze ergens in het dorp of
in het dorpshuis ook meer praten, in groepjes. Als een stelletje
belangstelling voor elkaar krijgt zonderen ze zich af. Dat gaat in het
dorp makkelijk, er zijn veel rustige plekjes, open plekken tussen de
huizen. Zolang je niet op de grond gaat liggen word je met rust
gelaten.’
‘Niemand die iets zegt, als er twee staan te eh scharrelen?’
‘Nee, zelden, ze zijn
allemaal jong geweest, ook niet pas met achttien of zo begonnen. Ze
praten eerst alleen, als het goed gaat komt er kussen en omhelzen bij.
Met dertien of veertien. Maar als jongens een tijd een stijve kunnen
krijgen willen ze natuurlijk meer dan kussen. De meiden weten dat ze
niet zo’n grote als die van een paard kunnen verwachten, dat zou
ook niet passen, maar als ze door de kleding heen een stijve tegen zich
aan voelen willen ze die natuurlijk ook wel bloot voelen. Veertien,
vijftien. Dus wordt het onder elkaars kleding zitten. Daar kan het ook
weer een tijd bij blijven, de meeste meisjes zullen wel maagd willen
blijven tot hun huwelijk. Vijftien, zestien. De meiden praten
onderling, de jongens ook. Dus gaan de jongens af op grote borsten of
op meiden die veel toelaten. En de meiden op jongens die een grote
hebben of goed kunnen eh vingeren. Als de jongens opdringerig worden en
de meiden niet méér willen, houden de meiden ze koest
door ze te laten lozen. Dat weten ze vroeg genoeg van anderen, dat
levert geen problemen op. Sommige jongens willen ook niet meer. Wat de
meiden zelf willen laten ze die jongens natuurlijk doen. Als ze allebei
méér willen, dan moet zij de pil of hij een condoom
gebruiken. Ik heb maar één keer gehoord dat er een meisje
zwanger was vóór ze getrouwd was. Tja, ik weet nu, dat
meisjes zogenaamd voor langdurige hoofdpijn naar de dokter gingen, maar
in werkelijkheid de morning-after pil haalden. Zo gaat dat, tot ze een
vaste partner vinden. Nogal vrij dus, omdat dat hier kan. Nog iets
vrijer, sinds het personeel van het grote huis met hun partners op het
zonneterras mag komen, daar anderen bloot ziet en er met de jeugd in
het dorp over praat.’
‘Sinds wanneer is dat?’
‘Al gauw nadat meneer
en mevrouw hier kwamen. Leuk verhaaltje. Jullie hebben gezien hoe vrij
mevrouw erbij loopt. Een kamermeisje zei een keer, mevrouw, u bent mooi
bruin. Toen zei mevrouw, ja, overal, door het zonneterras. Ik zal mijn
man eens vragen of het personeel daar voortaan ook mag komen. Die vond
het goed. En sinds het meertje opgeknapt is en er daar ook meisjes
durven komen is alles nog vrijer geworden. Eerst kwamen de wat oudere
meisjes, daarna steeds jongere. Tja, nu zitten die van dertien van
elkaars blote lijf te genieten. Eerst alleen kijken, maar vast gauw in
het water voelen en laten voelen. Als ze ouder worden zullen ze ook die
wegwerphanddoeken wel gaan gebruiken. Ik weet niet of het aantal wat
nog maagd is bij hun trouwen daardoor gaat verminderen. De dokter maakt
er grapjes over, maar alleen híj weet hoeveel ongetrouwde
meisjes er aan de pil zijn, en hoeveel daarvan niet om regelmatig te
worden. Als ze de eerste keer komen houdt hij een praatje tegen ze.
Maar de pil weigeren doet hij niet, dan halen ze hem in de stad
wel.’
‘Heb je daar met de dokter over gepraat?’
‘Ik praat met iedereen
overal over. Thomas en ik hebben tot die laatste maand
vóór ons trouwen zelden of nooit over seks gepraat, ook
niet aan elkaar gezeten. We hebben elkaar pas na ons trouwen ontmaagd.
Maar iedereen maakt het zelf uit. Ik denk wel, dat er vaker en
lekkerder klaargekomen wordt dan vroeger. Wat bloots zien doet iedereen
wat, hè?’
‘Ja. We vonden het bij
het meertje allebei lekker. De avond daarna, laat, hebben we het voor
de caravan op het gras gedaan. We wilden niet naar het meertje, dan
konden we Crystal niet horen, die sliep al. Bezoek voor het meertje zou
toch achter de caravans langslopen. Het was heerlijk, buiten, zonder
wegwerphanddoek, zonder condoom, Adam en Eva.’
‘Ik weet het. Wij
kunnen het in de achtertuin doen, daar ziet niemand het. Als ik niet
kan laat ik hem soms vanaf het balkon met een boog de tuin in spuiten,
het gras kan er tegen. Een mooi gezicht, als hij kreunend vijf of zes
stralen loost.’
‘Ik eh zou die ballen ook wel eens willen voelen.’
Tamara grinnikte.
‘Tja, het is niet te
zien. Als we een keer met z’n vieren in het meertje zwemmen kan
je hetzelfde doen als de jeugd.’
‘Tamara! Hem bij zijn ballen grijpen?’
‘Als je hem een ruil voorstelt kan dat wel een keer. Hij dan even aan je borsten en je doos.’
‘Zou dat mogen, John?’
‘Ja, een keer, ter vergelijking. Anders blijf je je dat toch afvragen.’
‘Zo is dat. Jij mag ter vergelijking ook wel een keer aan mij zitten, John. En ik aan jou?’
‘Tja. Je hebt mijn spullen al gezien, werkend zelfs. En mijn ballen vastgehad.’
‘Ik zal niets aan het werk zetten. En andersom?’
‘Eh, dan durf ik wel
aan jou zitten zoals ik aan Maureen zat, vóór ons
trouwen. Eh, alleen oppervlakkig.’
‘Als je mij ook maar niet aan het werk zet.’
‘Nee, buiten snoepen, thuis eten.’
‘Ik zou John geeneens willen ruilen voor een man die de hele dag een stijve heeft en continue kan spuiten.’
‘Nee, dat is niet het
belangrijkste. Een paar keer per dag vrijen, of wat vaker, is fijn
genoeg. Het gemiddelde over het hele land is minder, wel
méér dan die ene keer op zondagmiddag, maar dat snap ik
niet. Misschien zien ze elkaar zelden of nooit bloot, want dan wil je
toch?’
‘Wij deden het vaker
dan ‘s zondagsmiddags. Hier voelen we ons veel vrijer, ik hoef
John niet bloot te zien om zin in hem te krijgen. Andersom ook niet,
hij omhelst me vaak van achteren af, pakt me lekker beet. Als ik dan
zijn stijve tegen me aanvoel wil ik verwend worden en hem verwennen.
Het kan niet altijd, natuurlijk, maar vaker dan vroeger. Ik hoop dat
het later met de pil lukt, het is weer zo fijn, zo lang achter elkaar
zonder condoom.’
‘Dat lukt vast. Zullen we volgende week een keer gaan zwemmen?’
‘Ja, prima. Maandagavond? Om een uur of acht?’
‘Goed. Kan je Crystal meenemen? Goed ingepakt? Ze wil graag rondkijken, dan kan ze aan bloot wennen.’
‘Dat doet ze thuis al. Wanneer moet John stoppen om bloot met een erectie rond te lopen, denk je?’
‘Als ze groter is? En
vast ook af en toe bij het meertje komt? Ik denk, als ze zegt dat ze
het niet prettig vindt. Of als jullie merken dat ze het niet prettig
vindt. Ik heb verteld dat meneer en mevrouw vroeger met hun kinderen
bloot in de tuin zaten. Als mevrouw tegen meneer zei, ga je even mee
naar binnen, zagen de kinderen dat meneer een stijve kreeg, die al
recht vooruit stak vóór hij bij de deur naar binnen was.
Dat zagen ze van jongst af aan, dat stoorde ze niet, dat vonden ze
grappig. Omdat ze getrouwd zijn mag paps zijn pikkie, als die groot
wordt, in de doos van mams stoppen, om lekker te vrijen, op grote
mensen manier. En al vroeg wisten ze dat paps dan zaadjes in mams
spoot, zo waren zij ook gemaakt. Door er stiekem over te doen krijg je
waarschijnlijk meer moeilijkheden.’
‘Dat denk ik ook. Als
je maar één keer gehoord hebt dat er een meisje zwanger
was vóór ze trouwde kunnen ze er hier goed mee
omgaan.’
‘Ja. Weten jullie mijn
tip nog? Eigenlijk een tip van mevrouw. Vóór we daar naar
het zwembad gaan zorgen we dat Thomas leeg is. Al duurt dat niet lang.
Maar lang genoeg om daar een tijd zonder een stijve te zitten.’
‘Hopelijk niet langer dan tot we weer thuiskomen.’
‘Tja, afwachten. Mocht
het korter duren, ach, met alleen boven de achttien erbij is dat niet
zo’n ramp. Wij zien dat als compliment, hè, Maureen?’
‘Ik kan ze niet vaak genoeg krijgen. Maar ja, niet iedere jongen kan ze even vaak geven.’
‘Je zal van Thomas
misschien ook een halve zien, zo regelmatig werk het ook niet. Ik ga
weer naar huis, aan het eten beginnen, maar ik zet nog niets op. Tot
ziens.’
* * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * *
Het Wellingten Nieuws
Jaargang 1, nummer 31
Zie ook www.wellingten.co.uk
Verzorgd door Tamara.
De huurhuizen en de renovatie van de huurhuizen.
Geen nieuws.
De nieuwbouw.
Nummer eenentwintig en
drieëntwintig zijn nu bewoond. Weer twee tevreden echtparen erbij.
Stellen die net getrouwd zijn natuurlijk extra.
De camping en het meertje.
De verhuur en het vermaak gaan bijzonder goed.
Vóór jullie
gaan denken dat ik nooit fouten maak, ik heb vergeten om voor
TV’s in de stacaravans te zorgen. De gasten waren heel sportief,
ze zeiden dat ze er naar vroegen, maar niet klaagden, omdat er niets
over in de advertenties stond. Geluk bij een ongeluk.
Door de enthousiaste
medewerking van drie personen is het gelukt om binnen een week iedere
stacaravan te voorzien van een TV met een satellietontvanger.
1. Ryan van de telefoon- en
computerwinkel. Ik vroeg hem om advies, omdat hij veel verstand van
elektronica heeft. Hij bleek ook al TV’s en satellietontvangers
te verkopen. Slimme jongen, hij houdt de markt in de gaten, ook de
nieuwbouw.
2. Alwéér
Peter, de eigenaar van de firma van het grondwerk voor de nieuwbouw, de
camping en het meertje en van de afrasteringen.
3. John. Hij is onder iedere
caravan gekropen (eenentwintig keer, dus) om de kabels te trekken,
terwijl het geeneens bij zijn werk hoort. Wat hij verder, dat mag best
eens gezegd worden, voortreffelijk doet, met hulp van Maureen. Zij
hebben ook veel ideeën voor de camping en het meertje aangedragen
en uitgevoerd. Behalve dat ze vinden dat ze fijn werk hebben, met
prettige gasten en vriendelijke jeugd, vermaken ze zich ook uitstekend,
waardoor zij ook geen TV gemist hebben.
Evengoed schaam ik me erg. Geef alsjeblieft alles zo gauw mogelijk door, ik voorkom liever iets dan dat ik moet genezen.
Overige onderwerpen.
Ik heb eerder over
huurachterstand geschreven. Laatst werd ik om hulp gevraagd. Een gezin
kon, buiten hun schuld, zoals ze zeiden, de huur niet betalen, maar
wilde liever geen aanmaning, geen slechte naam krijgen bij de
beheerder. Hun creditcardmaatschappij had een fout gemaakt in de hoogte
van hun rekening, dacht daardoor dat ze een grote schuld hadden, en
blokkeerde niet alleen hun creditcard, ook hun bankrekening. Ze konden
me binnen de minuut overtuigen dat de fout niet bij hun zat en dat ze
helemaal geen schuld hadden. Maar de creditcardmaatschappij reageerde
niet op brieven of telefoontjes. Ik heb een invloedrijk persoon
verzocht om de creditcardmaatschappij te bellen. De volgende dag waren
hun rekeningen gedeblokkeerd, hun creditcardrekening was gecorrigeerd,
inclusief gederfde rente, en kregen ze per koerier een excuusbrief en
een grote bos bloemen.
De betroffen mensen vroegen gelukkig vroegtijdig hulp.
Nogmaals, ik kan niet beloven om alles op te lossen, maar ik weet veel wegen.
Dat was het weer, voor deze keer.
Tamara
Telefoon thuis [om privacyredenen door de schrijver weggelaten]
Mobiele telefoon [om privacyredenen door de schrijver weggelaten]
E-mail tamara@wellingten.co.uk
* * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * *
Week 44
Maandagavond tegen acht uur
klopten Thomas en Tamara bij John en Maureen aan. Ze liepen
gezamenlijk, met Crystal in een reiswiegje, naar het meertje. Er waren
nog vier stelletjes. Ze legden hun kleren in de kluisjes en gingen een
eind bij de andere stellen vandaan op het gras zitten.
‘Ik ga even naar die stellen toe, die twee van nummer twee- en vierennegentig zijn erbij.’
Na een paar minuten kwam Tamara terug.
‘Nog bedankt voor
jullie show. En of jullie die van hun leuk vonden. Ik heb gezegd, zeer
interessant, en fijn dat het hier kan.’
Maureen giechelde.
‘Al zouden we willen, voorlopig kunnen onze jongens geen herhaling geven. Jij bent ook leeg, hè, Thomas?’
‘Ja, we hebben ons best gedaan, toen ik na mijn werk thuis kwam en voor we hierheen kwamen.’
‘Zoiets hebben we ook
gedaan. Direct nadat de laatste nieuwe van vandaag ingeboekt was en
zonet. O, bedankt voor je mooie woorden over ons in je krantje,
Tamara.’
‘Jullie hebben het verdiend om een keer openlijk geprezen te worden.’
‘En wie prijst jou openlijk?’
‘Dat hoeft niet. Meneer
en mevrouw bedanken me vaak. Iedereen waar ik wat mee te doen heb in
het dorp ook. En Thomas natuurlijk. Maar dat gaat wederzijds.’
‘Vast wel. Ik hoop niet
dat je het erg vindt dat ik zo naar je pikkie kijk, Thomas. Van zo
dichtbij ken ik alleen maar die van John. Niet dat ik verschil zie,
maar ja.’
‘Net zo interessant als ik jouw borsten en gleuf vind. Niet dat ik verschil zie, maar ja.’
Ze grinnikten.
‘Ik heb nooit gedacht
dat ik er zo makkelijk over zou kunnen praten. Maar ik wen snel, het is
wel fijn om nergens omheen te hoeven draaien. Tamara heeft me
nieuwsgierig gemaakt naar je ballen. Ik zie er niets bijzonders
aan.’
‘Ga je mee het water in? Dan kan je onder water met je vingers kijken.’
‘Zou je dat niet erg vinden?’
‘Integendeel, als je het lekker doet. Van een andere meid dan Tamara is het natuurlijk interessant.’
‘Ik vind het toch een beetje eh apart. Ik wil er nog even over denken, als je het goed vindt.’
‘Prima. Maar je hebt
vast al gezien, en het anders al van Tamara gehoord, dat de meiden hier
als ze een jaar of veertien, vijftien zijn, al jongens bij hun ballen
pakken. Zelfs in het water is er daarna wat hoger ook genoeg om beet te
grijpen. Kan je dat ook vergelijken, als je wilt.’
‘O. Kan dat wel, Tamara?’
‘Zolang het bij ruilen blijft, en alleen een beetje voelen, zie ik geen problemen.’
‘Mag Thomas een beetje aan me voelen, John?’
‘Dat heeft Tamara toch ook bij mij gedaan? Dat vond je ook goed.’
‘Ja. O, Thomas toch, begin je nu al een stijve te krijgen?’
‘Tja, als ik denk dat ik zo door een blote meid bij mijn ballen gepakt word reageert het al.’
‘Laten we dan maar het water ingaan. Ik wil alles vergelijken.’
Thomas en Maureen liepen naar
het water en zwommen weg. Toen ze terugkwamen en vlakbij waren omhelsde
Thomas Maureen van achteren af. Tamara en John konden niet zien wat ze
deden, alleen hun hoofden staken boven water. Na eventjes draaide
Thomas Maureen om. In die stand bleven ze langer, tot ze de kant op
kwamen, Thomas met een bijna complete stijve.
‘Hoe was het, Maureen?’
‘Eerlijk gezegd wel
leuk, zo in het water. Hij pakte eerst van achteren af mijn borsten, en
ik voelde wat tegen mijn achterwerk wrijven. Toen draaide hij me om en
voelde even aan mijn doos en mijn gleuf. Ik aarzelde om hem beet te
pakken, tot hij vroeg, als ik je een beetje vinger, durf je me dan wel
vast te pakken? Nou, dat vond ik niet nodig, dus heb ik hem maar tussen
zijn benen gepakt. Op de kant had ik het nooit gedurfd. Maar het voelde
in eerste instantie net zo aan als bij John, als we onder de douche
staan, zo glad. In tweede instantie, inderdaad grotere ballen dan John.
Geen knikkers maar eieren. En wat eh groeit hij snel,
onvoorstelbaar.’
‘Kon je er niet afblijven?’
‘Jawel, maar hij pakte
mijn hand en liet me hem vastpakken. Ik voelde hem groeien, van recht
vooruit tot helemaal omhoog, toen heb ik hem losgelaten. Want leeg is
hij vast niet meer.’
‘Wel snel, Thomas.’
‘Ja, ze voelde eerst,
maar daarna masseerde die ondeugd mijn ballen even. Ik heb haar hand
gepakt en haar laten voelen wat ze veroorzaakt had.’
‘Jullie zijn allebei ondeugend. Zullen wij ook even, John?’
‘Ik durf niet.’
‘Ik heb al aan je ballen gezeten.’
‘Ik niet aan jou.’
‘Kom maar mee, ik stuur je handen wel.’
Ze deden hetzelfde als Thomas
en Maureen, alleen omarmde John Tamara niet van achteren af. En hij had
ook een stijve toen hij de kant opkwam.
‘Zo te zien heeft Tamara je ook een beetje gemasseerd.’
‘Ja, en niet alleen mijn ballen. Ik schaam me een beetje, Maureen.’
‘Voor je stijve? Die kreeg Thomas toch ook? Leuk, hoor.’
‘Je weet dat ik niet zo
vlot ben als jij. De vorige keer was ik al zo verwonderd over wat er
gebeurd was. En nu weer. Ze heeft mijn handen over haar borsten en
tussen haar benen laten gaan, dat ging nog, dat voelt hetzelfde aan als
bij jou. Toen mijn ballen gepakt, dat ging ook nog, maar toen ging ze
ook masseren. En toen ik dacht dat ze me losliet pakte ze mijn kleintje
en masseerde die tot hij groter werd. Tja, het was een eerlijke ruil,
maar nog maar een maand geleden had ik me nog geeneens uit durven
kleden als er anderen bij waren.’
‘Een volgende keer hoeft het niet meer, hoor. Wat doen jullie in het zwembad, Tamara?’
‘De eerste keer uitvoerig, zoals nu. Daarna af en toe een beetje, voor de gezelligheid.’
‘Ik kan me voorstellen dat jongens grote borsten interessant blijven vinden en meiden grote ballen.’
‘Ja, dat blijft. Toen
de kinderen van meneer en mevrouw hier waren wilden de zoon en de
schoonzoon best weer even aan die grote borsten van mevrouw voelen, in
het zwembad. Thomas kon natuurlijk niet achterblijven. Hij wil niet zo
gretig lijken, maar mevrouw zit ook iedere keer weer even aan zijn
ballen. De dochter en de schoondochter wilden ook bij Thomas voelen.
Hij moest ze na even stoppen, tegen vier handen aan zijn spullen hielp
van tevoren lozen niet.’
‘Zou je alweer kunnen, Thomas?’
‘Een beetje, denk ik,
dankzij je massage. Je zei, ik voelde hem groeien, van recht vooruit
tot helemaal omhoog, toen heb ik hem losgelaten. Alsof je hem alleen
maar vasthield, in plaats van me helemaal goed te bevoelen en te
strelen.’
‘Dat ging vanzelf.’
‘Vast net zo vanzelf als wat Tamara bij John deed. Maar je deed het lekker. Zou je me willen zien spuiten?’
‘Ja, maar niet dat
beetje. Hetzelfde als John en ik Tamara hebben laten zien, je complete
stijve en dan je beroemde zes stralen. En over het water is vast mooier
dan onder water.’
‘Dan zal ik een volgende keer niet van tevoren lozen, als Tamara het kan missen.’
‘Vlak voor we dan
hierheen komen wel, ik zal niet klagen als we het voor het laatst voor
het eten doen en zodra we weer thuiskomen.’
‘Ja, straks thuis zal het best lukken, hè, John?’
‘Vast wel meer dan een beetje. Maar zes keer haal ik nooit.’
‘Dat hoeft ook niet, met net zoveel als altijd ben ik dik tevreden.’
‘Ik eh zou eigenlijk wel naar huis willen, Maureen. Die massage werkt door.’
‘Ja, ik zie het. Je uitgeleefd, Tamara?’
‘Ja, ik vond dat het
wel kon, jij had die van Thomas bijna helemaal stijf gekregen. Die van
John groeit wat langzamer, maar is nu ook lekker groot. Zullen wij ook
naar huis gaan, Thomas?’
‘Graag. Als die andere stellen er niet geweest waren zou ik het hier wel willen doen.’
‘Als alleen die stellen
van de Avenue nummer twee- en vierennegentig er zouden zijn zou het wel
kunnen. Een andere keer misschien. Zeg, bel ons, wanneer het kan, dan
komen we gelijk. Nu inpakken en wegwezen.’
‘Hoe gaat het, meneer de coördinator?’
‘Prima, Tamara. Van de
week zijn de eerste acht blokken klaar, op de garage en de tuin na. En
aan de overkant de buitenkanten.’
‘Ja, mooi. Hoe gaat het met het tempo?’
‘Ik weet niet precies
wat je bedoelt. De buitenploegen hebben onderhand aardig wat ervaring,
maar ze kunnen niet sneller. Er kunnen ook niet meer lui ingezet
worden, ze lopen elkaar net niet voor de voeten. Het blijft bij acht
weken voor de buitenkant. We zijn na jouw waarschuwing dat het zo snel
ging aan het sleutelen geweest met de volgorde aan de binnenkant. Er
moet nogal veel gebeuren. Stuken, leidingen trekken, CV aanleggen,
schilderen, behangen, keuken plaatsen, badkamer inrichten, tegelen. Het
loopt nu veel beter. Ik denk, dat ze het binnen zeven weken zouden
kunnen, maar ze willen die acht aanhouden. Dan kunnen ze tussendoor af
en toe weg, om hun eigen klanten te helpen. Heb je daar wat aan?’
‘Ja. We zitten met de
renovatie van de oude huizen. Er zijn er zo’n vijfhonderd. Als we
met renoveren beginnen als de nieuwbouw klaar is, over ruim een half
jaar, en er ook twee per week gedaan worden, zijn we pas over een half
jaar plus tweehonderdvijftig weken is ruim vijf en een half jaar klaar.
Dat duurt ons te lang, zelfs voor de huizen die er nog wel even tegen
kunnen.’
‘Tamara, je tovert te
graag. Je hebt die camping ook zo snel uit de grond gestampt. Ik heb
alles met de verrekijker kunnen volgen. Het is wel goed voor mijn rust
hier, dat ik, na het planten van de coniferen tussen de camping en het
meertje, geen zicht meer op het meertje heb.’
‘Maar je bent wel een keer gaan kijken.’
‘Natuurlijk. Toen het
er een keer druk was, ik kan zien hoeveel er naar toe gaan. Tjonge, ik
heb nog nooit meer dan één meid tegelijk bloot gezien,
daar een stuk of twintig. En ze hadden lang niet allemaal keurig hun
beentjes tegen elkaar. Ik heb het thuis verteld. Moest ik met de vrouw
er weer naar toe, die wilde wel eens twintig blote pikkies zien. Ik had
haar gewaarschuwd, alleen kleintjes. Tja, jammer voor haar, maar wel
knap van die jongens. Ik zou het vast niet redden.’
‘Die in het begin ook
niet, maar het went. Goed. Aan de buitenkanten van de oude huizen is
niet veel werk. Samen met het slopen van binnenmuren en het stuken is
dat vast in een week gebeurd. We zullen geen acht buitenploegen nodig
hebben. Het probleem zit binnen. Niet veel schilderwerk, het hoeft maar
één keer, na wat opschuren. Maar de rest is vergelijkbaar
met de nieuwbouw.’
‘Zonder stuken en
weinig schilderwerk zou het in vier weken moeten kunnen. Tenminste, met
ploegen die op elkaar ingespeeld zijn.’
‘Met acht binnenploegen
zou dat vier huizen per week zijn. Vijfhonderd gedeeld door vier is
honderdvijfentwintig weken, ruim twee jaar. Om dat half jaar te
besparen, zou ik van buiten het dorp acht ploegen kunnen krijgen?’
‘Nee, vergeet dat maar, er werken nu al veel lui uit de wijde omgeving.’
Nou, dan moeten we maar wachten tot de nieuwbouw klaar is. Tot ruim twee jaar daarna voor de laatste.’
‘Voor vijfhonderd huizen is dat al erg snel.’
‘Jullie dachten meer dan een jaar over een huis te doen, dat werd vier maanden.’
‘Ja, maar toen wisten
we niet wat we nu weten. Sneller gaat echt niet, Tamara. De aanvoer van
alle spullen moet ook verdubbeld worden, nóg meer gaat vast ook
niet.’
‘Dat is ook waar.’
‘Niet zo treurig zijn.
De woningnood was erger, die kon snel opgelost worden, in ruim een
jaar. Maar dat waren er maar honderd. Wees nu niet ontevreden over
vijfhonderd in ruim twee jaar.’
‘Nee, dat mag ik niet zijn. Maar, wat je zei, ik tover graag. Dank je wel voor je meedenken.’
‘Graag gedaan, Julia. Eh, Tamara.’
‘Ken je soms een Julia die op me lijkt?’
‘Niet persoonlijk. Maar je kent je bijnaam toch wel?’
‘Nee. Vertel.’
‘Julia Roberts met de blauwe ogen.’
‘Wat? Wie heeft dat verzonnen?’
‘Dat weet ik niet, ik
hoorde het van de bouwers. Zelfs al had ik je in het architectenbureau
niet eerder gezien, dan had ik nog geweten wie je was toen je hier de
eerste keer binnenkwam.’
‘Zo. Dan weet ik, denk ik, wie dat verzonnen heeft. Tot ziens.’
‘Jullie hebben vast het krantje gelezen. Bedankt dat je het geregeld hebt, Mark. Ze waren zo blij.’
‘Het is goed als je ons van zulke dingen op de hoogte stelt. Wij kunnen sommige dingen makkelijk regelen.’
‘Was dit ook weer makkelijk?’
‘Ja, Simone vroeg, kan
je ze iets mededelen wat nét geen dreiging is? Dus
één telefoontje naar de directeur van de bank. Of hij de
creditcardmaatschappij mee wilde delen, dat wij niet alleen makkelijk
een bankgarantie van een miljoen kunnen geven, ook makkelijk een paar
miljoen voor een proces uit zouden kunnen trekken als ze de rekening
van die mensen niet spoedig zouden corrigeerden en de beslagleggingen
op zouden heffen.’
‘Tja. Een mededeling,
zakenlui onder elkaar. Ik vraag geeneens of jullie het zouden doen, als
het nodig zou zijn. Zelfs voor mensen die jullie geeneens kennen.’
‘Het zijn onze huurders. En het is een waarschuwing voor die club, om fatsoenlijk met mensen om te gaan.’
‘Dat werkt vast. Nu wat
anders. De beheerder en ik zijn over de helft met de tweede ronde van
het voorbereiden van de renovatie. We hadden niet zo’n haast,
want het duurt nog ruim een half jaar vóór de eerste
buitenploeg bij de nieuwbouw vrijkomt. Maar op een gegeven moment
dachten we, als er twee huizen per week gerenoveerd worden, duurt dat
tweehonderdvijftig weken. Dat is zo’n vijf jaar. Dat vinden we
erg lang.’
‘Ja, liever vandaag dan morgen, natuurlijk. Hebben jullie al wat bedacht?’
‘Wel iets. Ik ben met
de coördinator gaan praten. De buitenploegen moeten in een week de
buitenkanten kunnen repareren, de binnenmuren slopen en stuken. We
zullen geen acht buitenploegen nodig hebben, omdat de binnenkanten
langer duren, bij de nieuwbouw ging dat gelijk op. De binnenploegen
raken steeds beter op elkaar ingespeeld en hebben nu tijd over. Ze
houden de acht weken aan en helpen tussendoor oude klanten. We hopen
dat ze een renovatie in vier weken redden.’
‘Hoelang gaat het dan duren?’
‘In plaats van
één twee-onder-één-kap per week vier
huizen. Voor vijfhonderd dus honderdvijfentwintig weken, ruim twee
jaar.’
‘Geweldig. Maar je lijkt niet zo tevreden.’
‘Ik had op sneller gehoopt.’
‘Sneller? Vijf keer zo veel huizen?’
‘Nou ja, je zal maar in een bouwval zitten en na het eind van de nieuwbouw nog twee jaar moeten wachten.’
‘Dat is voor de
laatste. Kan je de ergste bouwvallen het eerst doen? Dan is vast
iedereen tevreden. Anders zeg je maar, niet goed, dan verkoopt meneer
uw huis aan een firma in Jersey.’
‘Au. De
coördinator vond ook al dat ik ontevreden was, ik wil te veel
toveren. Tja, hij heeft met zijn verrekijker de camping zien ontstaan,
dat vond hij bijna toveren. Nadat het meertje klaar was is hij op een
drukke dag gaan kijken. Oei, twintig blote meiden. Toen hij dat thuis
vertelde wilde zijn vrouw ook gaan kijken. Oei, twintig kleine pikkies.
Als ik had kunnen toveren had ze er twintig erecties kunnen zien.’
‘Daar hoef je niet voor
te kunnen toveren, alleen maar toestemming voor te geven. Maar laten we
dat maar niet doen, dan zou de woningnood weer beginnen.’
‘Het zou een fraai
gezicht zijn, twintig blote jongens met twintig blote meiden zien
spelen. En een orkest van gekreun.’
‘Tamara! Waar is dat schuchtere meisje van Thomas gebleven?’
‘In jullie suite, onder de douche, door Thomas ondergespoten.’
Ze grinnikten.
‘Over de ergste
bouwvallen het eerst doen, dat idee hadden we ook al. We hebben ieder
huis ook een cijfer gegeven, een tien als het snel moest gebeuren tot
een nul als het amper nodig is. Er zijn natuurlijk ook mensen die zelf
opgeknapt hebben.’
‘Veel tienen?’
‘Nog niet. Er zijn ook andere redenen voor spoed. Mijn vader heeft een tien.’
‘Je vader? De bakkerij? Het zag er daar keurig uit.’
‘Ja, beneden wel, daar
komen de klanten. En de bakkerij zelf moet natuurlijk ook schoon zijn.
Maar boven mag alles wel eens opgeknapt worden, daar hebben ze nooit
tijd voor gehad. Uit solidariteit heeft hij zich opgegeven voor een van
de laatste tweeslaapkamerwoningen, die krijgt hij ook, nummer
achtentachtig. Hij heeft al een opvolger gevonden, die neemt het dan
over. Die gaat dan doordeweeks in een stacaravan, in het weekend naar
huis. Dan hoeft hij maar één keer te verhuizen, na de
renovatie. Mijn ouders ook, ervoor.’
‘Ja, dat is een goede reden voor voorrang. Mooi bedacht.’
‘Zo zijn er meer
uitzonderingen op de regel. Maar omdat we zo veel tijd hebben kunnen we
steeds een goede oplossing vinden. Ik houd John op de hoogte wanneer er
de eerste keer caravans nodig zijn, en hoeveel. En wanneer daarna
méér, voor de overlap. Hij houdt er al rekening mee. Hij
is erg tevreden over het boekingsprogramma, hij kan er veel mee doen.
Ook de schoolvakanties staan erin, om dan alleen voor gezinnen met
kinderen te boeken. Heel mooi, we zitten de eerste maanden vol, daarna
wordt het pas minder. Maar tegen die tijd zal er vast weer bijgekomen
zijn. De tentplaatsen niet, natuurlijk, in onze twee maanden winter. O.
Die missen jullie vast. Kerst en Oud en Nieuw ook, hè?’
‘Wat? Nooit aan gedacht. Even kijken.’
Hij bladerde in zijn agenda.
‘Ja, Aimee is de derde
week van december uitgerekend, Silvia die van januari. Ik heb
waarschijnlijk met het noteren niet op feestdagen gelet. En het weer
was sinds onze komst, na de vorige jaarwisseling, zo gelijkmatig, dat
ik geen idee van seizoenen had. Waarom duurt de winter hier maar twee
maanden?’
‘We liggen in een dal
met een hoefijzervorm, eromheen heuvels. De opening is aan de Zuidkant,
het slechte weer van de andere kanten gaat over ons heen. Overdag wordt
het meestal gewoon warm, tussen de achttien en de vijfentwintig, alleen
‘s nachts koelt het dan erg af. In de stad en de andere dorpen om
ons heen duurt de winter langer, die liggen bijna bovenop de heuvels,
daar vriest het soms. Het beekje wordt gevormd uit meerdere stroompjes
van de noordkant van de heuvels, waar er nogal wat regen valt, loopt
naar het Zuiden, komt in een rivier uit, en die weer in zee.’
‘Ben je ook nog aardrijkskundige en meteoroloog?’
‘Nee, dat leer je hier
in de eerste klas. Die korte winter is één van de redenen
om niet uit het dorp te vertrekken, of om er terug te willen komen. Ian
en Francis hebben zich ook in laten schrijven en het op
één na laatste vrije huis gekregen, nummer drie en
negentig. Er is er dus nog één vrij, maar dat houden we
voorlopig zo. Van buiten het dorp hebben we al over de twintig
aanvragen. We noteren ze, maar geven geen enkele garantie. Niet voor
die éne en niet voor verdere nieuwbouw. Dat bekijken we toch pas
na de renovatie?’
‘Ben je bang dat je je zou gaan vervelen?’
‘Over bijna drie jaar?
Nee, tegen die tijd zullen we wel aan kinderen begonnen zijn. En er is
al een langdurig klusje voor me, jullie familiepapieren.’
‘Dat is zo. Simone en
ik hebben het al eens gehad over verdere nieuwbouw, te zijner tijd.
Maar we willen niet voor vreemden bouwen, die zoeken ergens anders in
het land maar een plek.’
‘Ja, ze moeten wel van hier afkomstig zijn, iets gemeenschappelijks met ons hebben.’
‘Zoiets. We willen ook
van het dorp geen stad maken, hooguit nog één straat
erbij, aan de andere kant.’
‘De Boston Avenue.’
‘Wat? Heb je al over een naam nagedacht?’
‘Ja, ook. Die leek me wel aardig.’
‘Mij ook. Simone?’
‘Ja, al was het maar om te voorkomen dat ze onze voornamen gaat gebruiken.’
Ze grinnikten.
‘Ik weet geeneens hoe
de straten heten. Het lijkt wel dat ik dat niet hoef. Als ik iemand van
het personeel vraag waar hij woont, zegt die, in de Hoofdstraat, of de
eerste of tweede straat Noordelijk of Zuidelijk van de
Hoofdstraat.’
‘Ja, dat is voor iemand
van buiten het dorp toch makkelijk te vinden? Een straatnaam zegt
niets. Ik weet dat ze in New York genummerd zijn, hier zijn ze
alfabetisch, behalve de Hoofdstraat. Vanaf het Noorden, vanaf de
Wellingten Avenue dus, de Brightonstraat, de Cambridgestraat, dan de
Hoofdstraat, dan de Doverstraat en de Etonstraat.’

‘Waar is de A?’
‘Daar wisten ze toen niets bekends voor.’
‘In Boston zijn er straten met alleen een letter, A-straat enzovoort. Maar was Aberdeenstraat niets?’
‘Foei, dat ligt in Schotland.’
‘Neem me niet kwalijk. Maar Boston ligt ook niet in Engeland.’
‘Ja hoor, aan de
Oostkust is er ook een Boston. Dat heb ik opgezocht, ik bereid me voor
op commentaar. Dat is er op de Wellingten Avenue niet gekomen, iedereen
snapt dat het ter ere van jullie is en maakt zich er verder niet druk
over.’
‘Jammer voor je, dan kan je je kennis niet luchten.’
‘Ach, ik heb lol genoeg.’
‘Tja. Alfabetisch is ook makkelijk, maar dan moet je nog weten wat Noord en Zuid is.’
‘Wij weten dat de
hoogste heuvels in het Noorden zijn. ‘s Nachts kan je die kant op
de lichten van een dorp zien. Dat leer je ook in de eerste klas, als je
het dan nog niet weet. Vreemdelingen kunnen het iedere dorpsgenoot
vanaf een jaar of zes vragen.’
‘Misschien zouden ze naar een achternaam kunnen vragen, als ze iemand in het dorp zoeken.’
‘Nee, vijfhonderd is te
veel, die kan niemand onthouden. De mijne weet alleen wie bij mijn
vader op rekening koopt, op de rekeningen staat zijn naam, niet op de
bakkerij. Voor de rest ben ik Tamara van de bakker.’
‘En ze vinden het normaal dat die van alles in het dorp regelt?’
‘Ze vinden het fijn dat
ik het doe, omdat ik het dorp ken, de mensen, de omstandigheden. En
omdat ze veel makkelijker met mij kunnen praten dan met een onbekende
beheerder of met een griezelig rijke meneer.’
‘Dat zal best, maar dat vroeg ik niet. Vinden ze het normaal voor de dochter van de bakker?’
‘Nou, zit niet zo op te
letten, dan kan ik er niet omheen draaien. Nee, ik heb al heel vaak het
verhaaltje van mijn zesennegentig gevulde koeken verteld, dan snappen
ze het een beetje. En ik vertel dat ik niet hele dagen werk, maar dat
ik ruim een halve baan heb, dat Thomas en ons huishouden voorgaan. In
de tijd dat ik mijn huishouden doe kan ik over mijn werk denken. Ik zeg
kan, niet dat ik dat ook doe, anders beginnen jullie weer over mijn te
lage salaris.’
‘Nee, dat doen we niet,
maar je mag er altijd om vragen. We weten dat je vindt dat je al genoeg
beloond wordt door de dank van de mensen in het dorp.’
‘Ja, maar als ze me bedanken zeg ik altijd, ik zal het aan meneer en mevrouw doorgeven.’
‘Dank je wel. Tja, Tamara, volgende week dinsdag is het zover, dan wil Hare Majesteit ons bedanken.’
‘O. Jullie, bedoel je.’
‘Daar heb je om gevraagd. Maar we willen je mee om het van dichtbij mee te maken.’
‘Ik zal wel moeten, anders is mijn mooie jurk voor niets gekocht.’
‘Een normaal mens zou zich erop verheugen.’
‘Ja, maar ik ben niet normaal, ik ben Tamara van de bakker, dat is toch geen gezelschap voor de koningin?’
‘Dat zijn wij ook niet,
maar we gaan niet op de koffie. Maar wat betreft die titel is ze het
met je eens, als je wilt kun je haar daarvoor bedanken.’
‘Ik kijk wel uit, ik ga
daar niet staan stotteren. Ik blijf zover achter je dat ik nét
die papieren aan kan pakken. Zou ik daarna op de fiets in het dorp die
muts op mogen?’
Ze grinnikten.
‘Ja, dat mag je, je blijft onze paladijn.’
‘Als hij me staat ga ik
het doen, de mensen houden wel van een beetje show. Zoals jullie in een
koets of ik in de Rolls met mijn standaard en een koe onder de
motorkap. Als ik in de Rolls door het dorp rijd zwaait de jeugd naar me
en wijst met zijn duim naar beneden, of ik even wil toeteren. Dat doe
ik dan natuurlijk. Er zijn er steeds meer die een vlag met een
vraagteken gemaakt hebben en die buitenhangen als ze een klachtje of
een vraag hebben waar geen haast bij is.’
‘Komt dat veel voor?’
‘Ik ga bijna iedere dag
een keer een rondje in het dorp maken, omdat het nog steeds een paar
keer voorkomt. Ik denk dat het pas minder wordt na de renovaties, dan
houd ik het waarschijnlijk bij één keer in de week, voor
de gezelligheid, ze kunnen me altijd bellen. Zeg, de coördinator
versprak zich, hij zei Julia tegen me. Hij had van de bouwers gehoord
dat ze me Julia Roberts met de blauwe ogen noemen. Ik was nieuwsgierig
naar hoe ik beschreven werd, maar ik heb dus niet gevist. Vinden jullie
me op haar lijken?’
‘Ja. Niet sprekend, maar veel. En we zijn niet de enigen, want je werd toch steeds herkend?’
‘Ja, dat snap ik nu.
Dank jullie wel, de beschrijving had ook minder complimenteus kunnen
zijn. Zo, ik ga naar huis, aan het krantje beginnen. Over de duur van
de renovaties en iets over dinsdag, weer eens een verrassing. ’
‘We zijn weer benieuwd wat je er van gaat maken. Tot ziens.’
* * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * *Het Wellingten Nieuws
Jaargang 1, nummer 32
Zie ook www.wellingten.co.uk
Verzorgd door Tamara.
De huurhuizen en de renovatie van de huurhuizen.
De beheerder en ik zijn nog
steeds bezig met het opnemen wat er per huis gerenoveerd moet worden.
Het is minder werk dan nieuwbouw, we hopen, dat ze een renovatie in
vier weken redden en met voldoende ploegen per week vier huizen af
kunnen maken. Het gaat dan vijfhonderd gedeeld door vier is
honderdvijfentwintig weken duren, meer dan twee jaar. Van alle kanten
wordt me verzekerd dat dat onmogelijk sneller kan en het weer een nieuw
snelheidsrecord zou zijn, na de nieuwbouw, de camping en het opgeknapte
meertje.
We gaan de volgorde van de
renovaties pas vlak voor het eind van de nieuwbouw bepalen. De huizen
die er het slechts aan toe zijn of waarvoor een andere reden is om ze
snel te doen, doen we het eerst.
Ik zou graag willen dat het ook in een jaar kon; alsjeblieft, vertel me dat jullie zoveel geduld hebben.
De nieuwbouw, de camping en het meertje.
Geen nieuws.
Overige onderwerpen.
Meneer, mevrouw en ik zijn
uitgenodigd om volgende week dinsdag om elf uur in Londen een feestje
bij te wonen. Hare Majesteit de Koningin zal daar ook aanwezig zijn.
Het wordt (gedeeltelijk) uitgezonden op BBC1. Ik weet niet of wij in
beeld komen, maar KIJKEN! Of opnemen, om later te kijken.
Een verhaaltje met een verzoek.
Zoals jullie weten is de
hoofdtaak van meneer het controleren en sturen van het hele
familiebedrijf. Afgezien van papierwerk is daar ook denkwerk voor
nodig. Meneer doet dat graag wandelend, in de tuin of een stukje door
het bos, al of niet begeleid door mevrouw. Laats wilde hij een kijkje
in het dorp nemen. Behalve vanuit de auto heeft hij er nog niet zoveel
van gezien. Hij had de afstand geschat, vanaf de voordeur van Het Grote Huis
tot het eind van de Hoofdstraat, en terug, bij elkaar nog geen
tweeënhalve kilometer, dus een half uurtje wandelen.
Na een uur was hij nog niet
bij de bakkerij gekomen. Hij werd steeds begroet en gevraagd hoe het
met hem en de zijnen ging. En hij werd overal uitgenodigd om binnen te
komen, in woonhuizen en in winkels. Hij is de bakkerij ingevlucht om
een auto te bellen, hij zag het niet zitten om terug te lopen. Hij
krijgt natuurlijk ook op zijn kop als hij te laat terugkomt. Hi, hi.
Hij heeft wel op z’n
kop gekregen omdat hij geen mobieltje meegenomen had. Tja, in en om het
huis is dat niet nodig, jullie snappen wel dat het toegewijde personeel
in de gaten houdt waar de familie zich bevindt, om ze zo veel mogelijk
van dienst te zijn.
Een tweede wandelpoging, wat later, aan de andere kant van de straat, is ook mislukt.
Lieve mensen, meneer
waardeert jullie hartelijkheid zeer, maar daarvoor komt hij niet. Hij
wil graag wandelen en winkels kijken en nadenken. Misschien brengt
zo’n wandeling hem op ideeën.
Willen jullie zo vriendelijk
zijn om niet meer te doen dan hem groeten, zoals jullie mij ook doen,
als er niets bijzonders aan de hand is? Is dat er wel, dan ben ik daar
in eerste instantie voor.
Als het een keer goed gaat
wil hij ook graag mevrouw meenemen, hij had wel voorzien dat hij met
haar te veel aandacht zou trekken.
Nu niet gaan overdrijven, het
trottoir voor hem uit gaan schoonvegen, of zo iets. De reclame borden die te ver
van de winkels staan wat terughalen mag wel. Zo, ben ik dat ook weer
kwijt.
Dat was het weer, voor deze keer.
Tamara
Telefoon thuis [om privacyredenen door de schrijver weggelaten]
Mobiele telefoon [om privacyredenen door de schrijver weggelaten]
E-mail tamara@wellingten.co.uk
* * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * *
Week 45
De plechtigheid in het paleis
verliep rustig. [Pure fictie, natuurlijk] Er waren nog een tiental enkelingen of paren
uitgenodigd om door de koningin onderscheiden te worden. Na een kort
praatje tegen een enkeling of paartje, waarin Ze bedankte voor hun inzet, reikte de koningin de
papieren over en gaf, nadat die aan de paladijn gegeven waren, een
hand. Maar Mark gaf de papieren niet aan Tamara.
‘Majesteit, mag ik u Tamara, onze onmisbare hulp, voorstellen? Ik heb u over haar geschreven.’
‘Ik zie niet alle
stukken, maar die van u kreeg ik ter lezing en beoordeling. Bovenop de
brief van Tamara, waarin zij een titel voor u vraagt. Onderop uw brief,
waarin u het aandeel van Tamara uitlegt. Kom eens naar voren,
Tamara.’
Tamara struikelde bijna, toen
ze een paar stappen naar voren moest doen. De koningin reikte haar de
hand, Tamara moest die wel schudden.
‘Het voormalig koekenbakkertje, niet waar?’
‘Ja, majesteit.’
‘Mijn opleiding was erg
gericht op mijn latere werk. Ik vind het heel knap, hoe jij jouw
opleiding en ervaring gebruikt om je in te zetten voor jullie dorp. De
brief over jou van je werkgever was erg uitvoerig, ik heb ervan
genoten, zoiets krijg ik niet vaak te lezen. Het viel me op, dat je je
niet alleen inzet voor de huisvesting van de jeugd, ook voor hun
gezondheid en voor hun vermaak. Je hebt die camping naar de
Wellingtens vernoemd. Er is een tijdperk naar één van
mijn voorouders, Victoria, vernoemd. Zo gaat het er daar duidelijk niet
aan toe. Ik waardeer het, dat je in mijn rijk een paradijsje mogelijk
gemaakt hebt.’
‘Dank u wel, majesteit.’
‘Mijn waardering komt binnenkort beter tot uitdrukking.’
De koningin knikte naar
Tamara en reikte Simone Haar hand. Die schudde hem. Nadat Mark de
papieren aan Tamara gegeven had schudde ook hij Haar hand.
‘Dank je, Liz.’
De koningin knikte,
glimlachte en wendde zich tot de volgende in de rij. Mark duwde een
verdwaasde Tamara naar de uitgang van de zaal. In de zaal ernaast
werden drankjes geserveerd, de Koningin zagen ze niet meer.
‘Heb je spijt dat je meegegaan bent, Tamara?’
‘Dat ik dat overleefd heb. Nee, geen spijt, maar laat me even bijkomen, Mark. Eh, graaf.’
‘Doe niet zo raar, lieverd. Ik zei toch, Ze is moeder en grootmoeder en beheerder, meer niet.’
‘Ja, dat weet ik wel, maar de Koningin heeft me een hand gegeven. En tegen me gepraat.’
‘Je deed het goed. Ze is er vast aan gewend dat iedereen onder de indruk is en niet zo veel zegt.’
‘En jij dan? Je was hondsbrutaal, Mark, haar Liz noemen.’
‘Dat kon wel even, je
zag het, Ze glimlachte. Als Ze zich mijn brief zo goed herinnert weet
Ze dat we nog niet zo lang Engels zijn. Ik zou me inhouden, tenzij ze
wat uitlokte. Nou, jullie hadden het net gezellig over naaktlopen
gehad.’
‘Ja, onvoorstelbaar. Ik
snapte wat Ze bedoelde, het preutse Victoriaanse tijdperk. Je moet erg
uitvoerig geschreven hebben. Zelfs het koekenbakkerverhaal.’
‘Juist het
koekenbakkerverhaal. Toch knap van Haar, om in een paar zinnen
duidelijk te maken dat Ze begreep waarom jij zoveel aankan. De
huisvesting, de camping, het meertje. Dat paradijsje, Ze zei camping,
maar ze weet het verschil, ik heb beide beschreven. En dat jij het
meeste ervan ontworpen hebt.’
‘Ik had hulp.’
‘Dat weet Ze, maar
Simone en ik hadden ook hulp. De hoofdpersonen krijgen de eer, die
worden verondersteld hem te delen. Daarom moest jij van ons mee.’
‘Maar dat vond je nog niet genoeg, je hebt Haar mijn aandeel uitgebreid geschreven.’
‘Ja, maar ik had er
niet op gerekend dat Ze die brief zou zien. Meestal handelen ambtenaren
alles af. Onze brieven waren kennelijk opmerkelijk genoeg om ze Haar te
laten lezen. We zijn een hele tijd met het opstellen ervan bezig
geweest. Het mocht niet te lang worden, maar moest wel compleet zijn.
We wilden jouw aandeel ook duidelijk maken. Nou, dat is gelukt.’
‘Ja, wat je zei, in die paar zinnen liet ze dat merken.’
‘Ze had het er ook
over, dat je je ook voor de gezondheid van je dorpsgenoten inzet.
Terwijl die aanvraag liep heb je Maureen geholpen. Dat heb ik ook
vermeld, met het verzoek haar naam er buiten te laten.’
‘Ja, ik heb wat voor haar kunnen doen. Maar weer met jouw hulp.’
‘Jij kwam erachter, wij
hebben alleen voor wat spoed gezorgd. Wij hadden de buit al binnen, zo
gezegd. De jouwe komt nog.’
‘Wat komt nog?’
‘Wat zei ze als laatste?’
‘Eh mijn waardering komt binnenkort tot uitdrukking.’
‘Nou dan.’
‘Krijg ik soms een bedankbrief van Haar?’
‘Geen idee. Wacht maar af.’
‘Ik hoor niet aan Haar woorden te twijfelen, maar er zal wel een omissie gebeuren.’
‘Dan schrijf ik Haar een pissig briefje.’
‘Ja, je zou dat nog doen ook. Zeg, Liz, je had wat beloofd. Kom op.’
Ze grinnikten. Omdat ze
niemand van de aanwezigen kenden stapten ze na nog één
drankje weer op. Onderweg aten ze even wat in een wegrestaurant.
‘Je bent stil, Tamara.’
‘Ik ben aan het denken wat ik in het krantje moet zetten, Mark. Maar ik ben nogal verward, dat wordt niets vandaag.’
‘Dat hoeft toch ook niet?’
‘Het moet zo snel
mogelijk, anders moet ik in het dorp om de paar meter alles vertellen.
Als er maar een paar iets op TV gezien hebben gaat dat snel het dorp
rond.’
‘Ik weet wat. Zodra we
thuis zijn stuur ik Thomas naar huis. Begin je verhaal in te tikken en
laat Thomas meekijken. Omdat hij er niet bij geweest is zorgt hij wel
dat het een lopend verhaal wordt. Als hij tevreden is zal jij het ook
wel zijn.’
‘Ja, dat is een prima idee. Had ik kunnen verwachten van een graaf.’
‘Je begint kennelijk weer een beetje bij te komen. Laten we maar gauw naar huis gaan.’
* * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * *
Het Wellingten Nieuws
Jaargang 1, nummer 33
Zie ook www.wellingten.co.uk
SPECIALE UITGAVE * * * SPECIALE UITGAVE * * * SPECIALE UITGAVE * * * SPECIALE UITGAVE
HET HEEFT HARE MAJESTEIT DE KONINGIN BEHAAGD MENEER EN MEVROUW WELLINGTEN DE TITEL VAN GRAAF EN GRAVIN TE VERLENEN.
Ik was erbij, ik zal jullie erover vertellen.
Dat kan ik het makkelijkst, als ik over mezelf begin, en vertel wat ik meegemaakt heb. SCHOKKEND!
Jullie weten (in grote
lijnen) hoe het met mij, Tamara van de bakker, gegaan is. Na mijn
opleiding tot bakker hielp ik mijn vader in zijn zaak. Fijn werk, maar
ik begon steeds meer uit te zien naar wanneer ik eindelijk met Thomas
zou kunnen trouwen. Maar ja, die woningnood. Geen van tweeën
wilden we uit het dorp weg.
Met de komst van de nieuwe
meneer en mevrouw Wellingten raakte alles in een stroomversnelling. Ik
herhaal het nog maar eens, Thomas werd butler, vroeg om na een
renovatie van het portiershuis dat te mogen huren, vroeg mij ten
huwelijk en stelde me, op hun verzoek, voor aan zijn werkgevers, meneer
en mevrouw Wellingten. Tijdens dat gesprek kwamen zij op de hoogte van
de woningnood.
Meneer vroeg mij een
vereniging van huurders op te richten. Dat heb ik gedaan, ik heb de
oprichtingsvergadering geleid, ben gekozen tot voorzitter en heb daar
na een paar dagen weer voor bedankt, omdat meneer Wellingten vroeg of
ik zijn “troubleshooter” wilde worden. Hij had de huizen in
het dorp kunnen kopen en wilde hulp van iemand die het dorp goed kende
en hem van ‘futiliteiten’ kon ontlasten. Jullie weten hoe
ik dat doe. Ik heb een mooi salaris voor mijn gedeeltelijke werkweek,
dat is meegenomen, want van het salaris van mijn echtgenoot, Thomas,
kunnen we al goed leven. Mijn grootste beloning is de dank die ik van
jullie krijg. Die geef ik natuurlijk ook aan meneer en mevrouw door,
want zij maken alles mogelijk.
Dat doorgeven van jullie dank
vond ik al snel te weinig, ze verdienden méér voor het
oplossen van de woningnood en het opknappen van de oude huizen.
Het volgende heb ik in krantje nummer twee geschreven:
Sinds eeuwen wonen er
Wellingtens in het grote huis. Misschien moet ik schrijven, Het Grote
Huis. Er is geen andere naam in gebruik, zou de Wellingten Mansion iets
zijn? Nog beter, de Wellingten Manor? Vermoedelijk, maar wat weet ik
van geschiedenis, is de familie Wellingten titelloos gebleven omdat ze
zich altijd bescheiden opgesteld heeft.
Zodra de nieuwbouw begonnen
was durfde ik het aan, om Mare Majesteit de Koningin een brief te
schrijven, waarin ik om een titel voor meneer en mevrouw Wellingten
vroeg. Met de redenen daarvoor, natuurlijk. Ik ben zelfs zo brutaal
geweest om te schrijven, dat de familie al eeuwen een titel toekwam,
gezien hun gedrag en daardoor hun aanzien in en om het dorp en op hun
landerijen.
Omdat ik niet verwachtte dat
op het verzoek van een enkele burger gereageerd zou worden, heb ik de
stadsraad een briefje gestuurd, om ze aan te sporen een officiële
aanvraag voor een titel voor meneer en mevrouw in te dienen. Met
natuurlijk weer de redenen. En wat ze H.M. verder voor moesten stellen,
ik had van alles verzonnen voor de familie Wellingten.
In krantje nummer
achtentwintig schreef ik, tja, er hangt wat in de lucht. En in
negenentwintig, aanvullend, om de spanning erin te houden, iets
plezierigs voor een paar mensen, waar het hele dorp van mee mag
genieten. En dat was:
Meneer en mevrouw hadden van H.M. de Koningin het aanbod voor een graafschap ontvangen!
Toen ze me dat vertelden deed
ik of ik van niets wist. In hun bescheidenheid twijfelden ze, ik heb ze
aan moeten moedigen het aanbod te accepteren.
Meneer gaf een samenvatting
van wat de gevolgen van de titelverlening zouden zijn. Tot mijn
verbazing zaten daar ook al mijn voorstellen aan de stadsraad bij.
Aan het eind van de
samenvatting zei meneer, wij weten natuurlijk wie er achter de aanvraag
voor de titel zit. Jij bent de enige die zo’n compleet voorstel
kan verzinnen. Tja, ze kennen mijn stijl van werken. Ik moest schuld
bekennen. Als ‘beloning’, en omdat ik samen met hun werk,
moest ik mee naar de officiële titeltoekenning in het paleis. Dat
was het feestje waarover ik in het vorige krantje schreef. Ik mocht
niets verklappen vóór de titel officieel verleend was.
Ik moest ook mee om daar te
fungeren als paladijn, de papieren die meneer van H.M. zou krijgen van
hem aanpakken, anders zou hij Haar daarna geen hand kunnen geven.
Paladijnen krijgen van tevoren een muts met een veer erop. (Meneer zei,
zo één als Robin Hood gehad zou hebben, dat is om te
voorkomen dat de Koningin de verkeerde een titel verleent) Die muts zou
ik mogen houden.
Ik wilde eerst niet mee, wat moet een koekenbakker bij H.M., maar op hun beurt haalden ze mij over.
Meneer moest een jacquet aan,
mevrouw en ik hebben bij elkaar passende mooie jurken aangeschaft. Voor
mij was dat makkelijker dan voor mevrouw, want die wilde natuurlijk een
zo-laag-als-maar-fatsoenlijk-mogelijk decolleté. Het verschil
tussen haar opvatting en de mijne over fatsoenlijk is opgelost met een
stukje gaas.
In het paleis moesten we ons
in een zaaltje in een rij opstellen. Er waren een stuk of tien
enkelingen of paren voor ons, een paar achter ons. Ik kreeg mijn
paladijnsmuts op. (Jullie zien hem nog wel) Daarna liepen we achter
elkaar in een ander zaaltje langs H.M. Ik bleef een stap achter meneer
en mevrouw.
H.M. hield tegen iedere
enkeling of paartje een kort praatje, reikte de papieren over en gaf,
nadat die aan de paladijn gegeven waren, een hand. Er hoefde dus niet
geknield te worden en H.M. mepte ook niet met een zwaard. Ondertussen
kon ik ook mooi afkijken hoe een paladijn zich moest gedragen.
Toen meneer en mevrouw aan de
beurt waren fluisterde iemand die achter H.M. stond wat in haar oor.
H.M. zei, juist, de familie Wellingten. Voormalig chirurg en voormalig
verpleegkundige. Die na het overnemen van het beheer van hun
familiebedrijf niet volstaan hebben met het leiden daarvan, maar vrij
snel begonnen zijn misstanden aan te pakken. Meneer zei, wij hoorden
van de woningnood in het naburige dorp en waren in de gelegenheid er
iets aan te doen, Majesteit. H.M. zei, meer dan iets, het is
één van de redenen waarom u hier bent. In de papieren
staat het uitvoeriger. Wij danken u voor de aan Engeland bewezen
diensten. H.M. kreeg door de man achter haar papieren aangereikt en gaf
die aan meneer. Ik stond klaar om ze aan te pakken, maar hij gaf ze
niet aan mij. Hij zei, Majesteit, mag ik u Tamara voorstellen? Ik heb u
over haar geschreven. Ik schrok me wezenloos. Ik moest naar voren komen
en Haar een hand geven. H.M. zei, dat meneer een brief geschreven had
waarin hij mijn aandeel in de werkzaamheden in het dorp uitgelegd had.
En dat Ze het knap vond dat een koekenbakker dat allemaal kon. Dat er
een tijdperk naar één van Haar voorouders, Victoria,
vernoemd was, maar dat Ze het waardeerde, dat ik in Haar Rijk een
paradijsje mogelijk gemaakt had, waar het er anders aan toe ging. Ik
heb alleen maar, dank u wel, Majesteit, kunnen zeggen. H.M. knikte naar
me en gaf toen de gravin een hand. De graaf gaf de papieren aan mij en
gaf H.M. een hand. Toen schrok ik me weer wezenloos. Hij zei, dank je,
Liz.
Tot mijn verbazing knikte
H.M., glimlachte en draaide zich toen naar de volgende in de rij. Ik
weet niet hoe ik daar weggekomen ben, de graaf vertelde later, dat hij
me naar een ander zaaltje geduwd had. Ik kwam daar bij mijn positieven
met een drankje in mijn hand. H.M. heb ik niet meer gezien.
De graaf zei, om me gerust te
stellen, dat ik het goed gedaan had. H.M. zou er vast aan gewend zijn
dat iedereen onder de indruk is en niet zo veel zegt.
Ik zei, graaf, u was niet
onder de indruk, u was hondsbrutaal, Haar Liz noemen. Hij zei, dat kon,
je zag het, Ze glimlachte. Ze weet dat we nog niet zo lang Engels zijn.
En Ze had het net gezellig met je over naaktlopen gehad. Ja, ik had
gesnapt dat H.M. het over het preutse Victoriaanse tijdperk had. En dat
Ze met het paradijsje het meertje bedoelde. Maar ik was niet zo bij de
tijd om Haar uit te nodigen om eens mee te komen doen. Maar ik heb dus
wel met H.M. over naaktlopen gesproken, op een beschaafde manier
natuurlijk. SCHOKKEND!
Tot zover het verslag over het ‘feestje’.
De officiële redenen voor het verlenen van de titel aan de Wellingtens:
Voor het eeuwenlang uitzonderlijk sociale gedrag tegenover een uitgebreide staf aan personeel, zonder aanzien des persoons.
Voor het eeuwenlang zorgvuldig beheren van hun landerijen en het uitzonderlijk sociale gedrag tegenover de pachters daarvan.
En voor, sinds kort, het uitzonderlijk sociale en onbaatzuchtig gedrag tegenover een heel dorp.
In zijn bescheidenheid
betwijfelde de graaf dat ‘uitzonderlijk’, er zouden wel
meer goede landheren zijn, maar H.M. kon het weten. En helemaal
onbaatzuchtig was het ook niet. Waarop ik antwoordde, een minimaal
rendement is onbaatzuchtig.
Meneer en mevrouw Wellingten zijn dus voortaan de graaf en de gravin Wellingten.
De titel is gebonden aan de
functie van beheerder van het familiebedrijf van de Wellingtens. De
beheerder dient de Engelse nationaliteit te bezitten en in het huis van
de familie te wonen.
(De graaf en de gravin hebben kort na hun komst de Engelse nationaliteit verkregen)
Over een eventuele zitting in het Hogerhuis wordt later besloten.
Nu eerst de gevolgen van het advies van de stadsraad:
De grond in het dorp wordt,
om niet, overgedragen aan de familie Wellingten, zodat de grond in het
dorp geen enclave binnen het eigendom van de familie meer vormt.
(Dat, om niet, gratis dus, komt, o.a., omdat de stad niet na kan gaan hoe ze ooit aan de grond gekomen is)
Het beheer wat de stad nu
over het dorp voert, wordt voortgezet tot de graaf en de dorpsraad
anders beslissen. Het betreft hoofdzakelijk de bevolkingsadministratie
en het onderhoud van de wegen en de straatverlichting. De kosten
daarvoor kunnen geïnd blijven worden via het rioolrecht en de
waterkosten.
(Dat vond ik heel slim van
mezelf, hebben wij voorlopig geen ambtenaren nodig en die
financiële rompslomp niet. En omdat het zodoende voor de stad
financieel niets uitmaakt, kon de grond op naam van de Wellingtens
komen)
De vertegenwoordigers van de dorpsraad verliezen hun plaatsen in de stadsraad.
(Natuurlijk, voortaan zaken
doen met de graaf. Zoals, of we de bevolkingsadministratie zelf gaan
doen, om de bewoners ritten naar de stad voor aangiften, paspoorten en
zo te besparen. Het is de vraag of dat goedkoper is)
Het dorp heet voortaan Wellingten.
(Administratief is dat niet zo moeilijk, omdat de postcode hetzelfde kan blijven)
Verdere gevolgen:
Het grondgebied van de familie Wellingten, inclusief het dorp Wellingten, heet voortaan Wellingtenshire.
Het is, evenals de
naamsverandering van het dorp, ook aan de cartografische instanties
doorgegeven, om dat op kaarten te vermelden.
De graaf krijgt het advies om Het Grote Huis Wellingten Manor te noemen.
(Het recht had hij natuurlijk al. Tja, een advies van H.M. wijs je niet af, dus einde van Het Grote Huis)
(Mooi, hè? Huis Wellingten Manor, dorp Wellingten, in Wellingtenshire)
De graaf krijgt een oud
recht, hij mag belasting in zijn gebied heffen. Met als aanpassing aan
de tegenwoordige tijd, dat niemand verplicht is om die te betalen.
(Ik heb de graaf afgeraden om
belasting te gaan heffen, om te voorkomen dat de gravin mogelijk Lady
Godiva gaat imiteren. Jammer, jongens)
De graaf mag ook de oude
rechtspraak in zijn gebied invoeren. Ook met een aanpassing, partijen
onderwerpen zich daar vrijwillig aan, en de uitspraak heeft geen
rechtsgeldigheid.
(Ik heb de graaf geadviseerd
om, op verzoek van partijen met geschillen, zittingen in het dorpshuis
te houden. Om dan alles te doen wat bij een rechtzaak hoort, zoals
eventueel getuigen oproepen en aanvullend onderzoek laten doen. En dan
uitspraak te doen. Direct, of, omdat de graaf geen jurist is, na extern
advies, binnen veertien dagen. Nogmaals, de uitspraak heeft geen
rechtsgeldigheid, maar geschillen aan de graaf voorleggen, kosteloos,
bespaart tijd, onkosten en een rit naar de stad)
Dat was alles. Dus nogal wat meer dan alleen een titel.
Ik vind het een mooi mengsel van tradities en hedendaagse regelingen.
Ik denk dat onze voorvaderen,
de vrijbuiters in de vrijplaats, die ons dorp ooit was, zich niet van
ergernis in hun graf om zullen draaien, maar ook blij met ons zijn, dat
wij nu bij een graafschap horen met een moderne graaf en gravin. Die
ons terzijde staan met hun (echt) uitzonderlijk sociale en (zo goed
als) onbaatzuchtige hulp, op alle mogelijke gebieden.
De hoffotograaf heeft in het
paleis video-opnamen gemaakt, die krijgen we nog thuisgestuurd. Ze
zullen in het dorpshuis vertoond worden, de vermakelijkheidsvereniging
regelt de vertoningen. Zie de aankondigingen op het prikbord.
Ik heb nog niet gehoord wat
er van de plechtigheid op de TV te zien geweest is. Mogelijk heeft
iemand dat opgenomen en wil dat ook in het dorpshuis laten zien.
Dat was het, voor deze keer.
Tamara
Telefoon thuis [om privacyredenen door de schrijver weggelaten]
Mobiele telefoon [om privacyredenen door de schrijver weggelaten]
E-mail tamara@wellingten.co.uk
* * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * *
Vrijdagmorgen ging Tamara bij de graaf en de gravin langs.
‘En, hoe maken de graaf en de gravin het?’
‘Prima, natuurlijk.
Tamara, we hebben het al aan Thomas doorgegeven, wil je in je krantje
zetten, dat we, behalve bij officiële gelegenheden, graag meneer
en mevrouw genoemd willen blijven?’
‘Ik zal het doen. Zijn jullie tevreden over mijn laatste krantje?’
‘Meer dan tevreden, je
hebt er ontzettend veel werk van gemaakt. We hebben ons rotgelachen
over wat je over jullie jurken schreef. Het verschil tussen haar
opvatting en de mijne over een zo-laag-als-maar-fatsoenlijk- mogelijk
decolleté is opgelost met een stukje gaas. Waar haal je dat
vandaan?’
‘Dat kwam zo bij me op.
Je was er niet bij, Mark, in de winkel, ze zou glashard met half blote
borsten naar de Koningin gegaan zijn. Ik heb moeten dreigen met
thuisblijven om haar zover te krijgen dat ik naast haar bij de Koningin
zou durven staan.’
‘Simone?’
‘Nou, Mark, ik wilde
echt netjes. Ik heb een jurk met een hoog decolleté aangehad.
Het was of de stoom van mijn borsten kwam, zo heet werden ze. Dat ging
echt niet. Uiteindelijk bleek het op mijn normale hoogte met erboven
een stukje gaas, voile, te gaan, dan werden ze niet zo warm.’
‘Tja, ze zijn ook niet
gewend om helemaal ingepakt te worden. Je verhaal was ook mooi, Tamara,
en je schrijft zo heerlijk vrij.’
‘Thomas heeft veel
geholpen. Wat je zei, Mark, omdat hij er niet bij was heeft hij gezorgd
dat het een lopend verhaal werd. Bij de uitleg van alle veranderingen
heeft hij ook geholpen om alles op een rijtje te krijgen.’
‘De uitleg was heel goed. Maar ja, je had het meeste zelf voorgesteld, dus had je er al langer over nagedacht.’
‘Ja, voor mezelf. Maar
nu moest ik het voor anderen opschrijven, voor in het krantje, dat kost
toch tijd om het zorgvuldig te doen. Gelukkig heb ik aan de hand van
het aanbod al veel voor kunnen bereiden. Ik ben er van uit gegaan dat
er niets veranderd zou zijn in de definitieve papieren.’
‘We hebben ze gelezen.
Alles in stijlvol Engels, deze keer, maar er is niets veranderd.
Snappen ze het in het dorp? Hoe is de stemming?’
‘Ik heb dinsdag voor
het eerst de boekhandelaar na sluitingstijd gestoord om het krantje te
kopiëren, eerder waren Thomas en ik er niet mee klaar. Ik heb een
gedeelte van de oplage bij hem gelaten, ook wat er via de post moet,
een deel bij de kapper gebracht, die was gelukkig thuis, en ben met de
rest naar mijn vader gegaan. Hem en mijn moeder ieder een exemplaar
gegeven en de rest in het rekje gelegd, dan kon woensdagmorgen de
verspreiding beginnen. Mijn ouders waren stomverbaasd over wat ik
meegemaakt had. En erg blij voor ons drieën. Ik ben niet lang
gebleven, ik was bekaf. Woensdagmorgen werd ik pas om elf uur wakker,
Thomas had me laten slapen. Ik ben de rest van de dag thuis gebleven,
om de ergste drukte in het dorp te missen. Gisterenmorgen ben ik op de
fiets gestapt, met mijn paladijnenmuts op, en ben naar het dorp
gefietst. Ik was nog geen meter in de Hoofdstraat of ik werd gestopt en
ondervraagd. Ze snapten wat in het krantje stond, maar ze wilden van
mij zelf horen hoe ik het gevonden had om met de Koningin te praten. Na
een paar van zulke gesprekjes ben ik bij mijn vader in de lunchroom
gaan zitten, dan konden er meer tegelijk mijn verhaal horen en daarna
vragen stellen. Mijn vader heeft voor mijn natje en droogje gezorgd, ik
kon er pas na vieren wegkomen, omdat ik voor het avondeten moest gaan
zorgen. Om het half uur heb ik op een bordje aan de muur in de
lunchroom gewezen, consumptie verplicht. Mijn vader heeft een goede dag
gehad, ik denk ruim honderd klanten meer dan normaal.’
‘Slimmerd. Kon hij dat wel aan?’
‘Mijn moeder heeft ook
meegeholpen, dat doet ze anders zelden. Ik denk dat ze na mijn vertrek
niet veel gebak en broodjes meer hadden, de vriezer is vast ook leeg.
Goed. Allereerst, bij de TV vonden ze ander nieuws kennelijk
belangrijker, het feestje werd binnen een minuut behandeld. We zijn
niet in beeld geweest. Ik heb er meerdere gesproken die gekeken hebben,
gelijk, of later naar wat ze opgenomen hadden. Ze vinden het niet de
moeite om het in het dorpshuis te vertonen. Ze wachten wel op de video
van de hoffotograaf. Ze hadden wel verspreid dat de Koningin meerdere
titels verleend had, vermoedelijk dus ook aan meneer en mevrouw, waarom
zouden die er anders bij moeten zijn. Maar ze twijfelden, omdat jullie
hier nog niet zo lang zijn. Tot mijn krantje uitkwam heeft het hele
dorp in spanning gezeten. Hoe de stemming nu is? Ze vinden alles
prachtig. De titel vinden ze voor de familie veel te laat, voor jullie
persoonlijk meer dan verdiend. Ik moet jullie van iedereen feliciteren.
Ze zijn blij voor jullie. En voor henzelf. Dat ze niet meer bij een
stad horen waar ze niets mee hebben, maar nu, zoals ik schreef, bij een
graafschap met een moderne graaf en gravin. Die met hun personeel,
pachters en de dorpelingen sociaal omgaan en ze onbaatzuchtig helpen,
waar maar mogelijk.’
‘Dank je wel voor het doorgeven van de felicitaties en je verslag.’
‘Ze vinden het mooi
verzonnen, de graaf en gravin Wellingten, Wellingten Manor, Wellingten,
Wellingtenshire, erg stijlvol. Ze vonden het fijn voor me dat ik erbij
geweest ben. En dat de Koningin ook met mij gesproken heeft, want ze
vinden dat ik minstens zo veel gedaan heb als jullie. Nou, ik zei
steeds, dat ligt anders, ik ben werknemer, meneer en mevrouw hebben
alles vrijwillig gedaan.’
‘Hè, Tamara, je
weet wel beter. We hebben je praktisch niets opgedragen. We hebben je
eigenlijk alleen steeds onze bedoelingen uitgelegd, verder heb jij alles zelf
geregeld. Op jouw manier, ook door specialisten aan te moedigen je te
helpen. Zonder jou had alles tien keer langer geduurd en was alles niet zo mooi geworden. Nou ja, je weet het wel.’
‘Jawel. Maar jullie
weten dat ik genoeg beloond word, naast mijn salaris. En naast jullie
vriendschap. En het zwemmen. En het genieten bij het meertje. Van het
feestje geniet ik ook vast lang na.’
‘Ik had graag langer met Haar gesproken.’
‘Dan was je vast nog brutaler geworden en zonder titel de deur uitgegooid.’
‘Ik geef toe, dat ik op
het eind een beetje brutaal werd. Maar ik kan ook heel beschaafd praten
over andere dingen dan naaktlopen. Ik ben benieuwd hoe uitvoerig Haar
bedankbriefje voor jou wordt.’
‘Als ik er al één krijg, staat daar vast in, bedankt, dat je de graaf en de gravin zo goed helpt.’
‘Na wat we over jou
geschreven hebben? Met een roerend stuk over Maureen erin? Nee, dat
wordt vast meer. En krijgen doe je hem, beloofd is beloofd.’
‘Ja, Mark. Ik ga nu naar de camping, ik ben er van de week nog niet geweest. Tot ziens.’
‘Fijn dat je langs
komt. We willen je heel graag bedanken voor je mooie verslag van het
feestje. Je hebt het vast druk gehad, iedereen wil natuurlijk met je
praten.’
‘Ja, dank je, erg druk,
Maureen, maar erg gezellig. Iedereen vindt het fijn voor meneer en
mevrouw, met alles wat erbij komt.’
‘We zijn erg onder de indruk van alles wat je verzonnen hebt.’
‘Jullie hebben al veel
voor de camping verzonnen. Ik heb veel tijd om na te denken, ik heb
maar ruim een halve baan. Niet als Thomas thuis is, maar in de tijd dat
ik mijn huishouden doe denk ik wel eens over mijn werk. Als ik op een
idee kom zet ik het in de computer. Over alles voor meneer en mevrouw
heb ik maanden gedaan, af en toe kwam er wat bij. Ik ben nog steeds
verbaasd dat de stad al mijn voorstellen doorgestuurd heeft en dat Hare
Majesteit ze ook overgenomen heeft.’
‘Wij niet. Is er wel eens een voorstel van je door meneer afgekeurd?’
‘Ik geloof het niet, John.’
‘Vast niet. Van mij
wel, door jou. Ze zijn van de week begonnen om de onderkant van de
caravans dicht te maken. Over de eerste deden ze een hele dag, daarna
werd het twee per dag, met twee man. Ik heb gekeken hoe ze het doen,
het is veel meer werk dan ik dacht, ik was maanden bezig geweest met
mijn simpele gereedschap. Ik heb een accumachientje, als ik moet
schroeven na een gaatje boren moet ik het boortje verwisselen voor een
schroefbitje, daarna weer andersom, dat schiet niet op. Zij hebben heel
veel gereedschap, elektrisch en op lucht, daarvoor een generator en een
compressor in hun bestelauto. Ze hebben zelfs een elektrische
zaagtafel, ik heb alleen een handzaag. Ik was teleurgesteld toen je
mijn voorstel afkeurde, maar je had gelijk. Dank je wel.’
‘Ach, je was een beetje
te enthousiast. Maar je idee was goed. Zijn ze niet met die van jullie
begonnen? Er is me niets opgevallen.’
‘Nee, ze zijn achteraan
begonnen. Ze zeiden, de eerste wordt nooit zo mooi als de rest, al ziet
niemand het verschil. Toen de tweede klaar was heb ik vergeleken. Pas
na een tijd zoeken zag ik, dat er onder de eerste een paar naden meer
in de platen zaten dan in de tweede. Ze hebben van de eerste dus opgestoken hoe ze
de platen het best kunnen verdelen. Het verschil was inderdaad niet de
moeite om de eerste over te doen. Zeg, is het duur?’
‘Nee, want net zoals
bijvoorbeeld het grondwerk en de afrastering van de camping en het
meertje is het een tussendoor-klusje, dat is veel goedkoper dan wanneer
je haast hebt. Daarom heeft het ook even geduurd voor ze begonnen, ruim
een maand, denk ik. En het wordt nog goedkoper dan ik dacht, want het
was begroot op één per dag.’
‘Ongelofelijk, hoe je overal zo veel korting krijgt.’
‘Jij zou het niet
krijgen, John, maar Maureen misschien wel. Een mengsel van slimheid,
zakelijkheid, eerlijkheid en verleiding. Aangepast op de persoon in
kwestie, dat moet je aanvoelen. Jullie hebben gezien hoe ik met Ryan
onderhandeld heb. Tja, allemaal tijdens mijn werk als koekenbakker
geleerd.’
‘Je was
méér, dat weet je best. Zeg, wat was bij de Koningin het
meest schokkend voor je? Haar een hand geven of toen ze over naaktlopen
begon?’
‘Daarvóór.
Met de streek die meneer uithaalde, Haar vragen of hij me voor mocht
stellen. Als hij me van tevoren gewaarschuwd had was ik niet meegegaan.
Het was hún feestje, ik ging alleen maar mee om het mee te maken
en om de papieren aan te pakken. Ik schrok me echt wezenloos toen Ze
zei, kom eens naar voren, Tamara. De rest heb ik eigenlijk maar half
meegemaakt. Ik kon ook niet veel terugzeggen.’
‘Meneer wel. Wat een lef, zeg.’
‘Hij zegt, ze is net als mijn echtgenote moeder, grootmoeder en beheerder, meer niet.’
‘Ze beheert iets meer, denk ik.’
‘Dat maakt meneer niet
uit, het gaat om het principe, zegt hij, beheren is beheren. Je wordt
beoordeeld of je dat slecht doet, of normaal, of dat je er binnen de
mogelijkheden wat moois van probeert te maken.’
‘Ja, vandaar dat meneer
en mevrouw graaf en gravin zijn geworden, ze hebben wat
héél moois gemaakt. Laten maken, natuurlijk. John levert
iedere week een verslag in, één keer in de maand gaat hij
naar Het Grote Huis, de Manor nu, om mondeling verslag te doen. Hij is
er nog niet aan gewend dat hij zo vriendelijk behandeld wordt.’
‘Ik heb er ook aan moeten wennen. Eigenlijk alleen omdat je wat anders verwacht, hè?’
‘Ja. Ik was een keer
met Crystal in de kinderwagen tot aan het eind van de Hoofdstraat
gewandeld. Toen herin- nerde ik me, dat jij gezegd had dat mevrouw
gevraagd had of ik eens een praatje kwam maken. Ik ben toen impulsief
doorgelopen, in de hoop dat ze thuis waren. Ik werd zo hartelijk door
ze ontvangen. We hebben heel fijn gepraat. En toen ik zei dat ik weer
op moest stappen vroeg mevrouw of het ver lopen was. Toen ik even
aarzelde belde meneer al voor een auto. Nu heeft Crystal ook al in een
Rolls gezeten.’
‘Als jullie hier
blijven zal het vast niet de laatste keer geweest zijn. Zeg, mevrouw
zal wel vaker aan het woord geweest zijn dan meneer, ze heeft je vast
van alles gevraagd.’
‘Ja, maar dat vond ik
niet erg. Ik kon al gauw net zo makkelijk tegen haar praten als tegen
jou. Ze was blij wat meer over de camping van mij te horen dan van John
of jou. John praat nog niet zo makkelijk en jij komt er niet iedere
dag. We hebben het natuurlijk ook over naaktlopen gehad.’
‘Vast niet bedekt, maar open en bloot.’
‘Ja, ik heb haar zelfs
verteld, dat toen er een keer maar twee stelletjes waren, ik heb jou
niet genoemd, ik John in het water heb laten spuiten. Dat die
stelletjes geraden hadden wat we gedaan hadden en dat daarna die twee
meiden hun jongen over het water lieten spuiten. En dat John en ik het
een keer voor de caravan in het gras gedaan hadden. Mevrouw vertelde,
dat zij en meneer het wel eens achter het huis in het rosarium doen,
daar komt ‘s avonds niemand.’
‘Daar heeft Thomas mij ten huwelijk gevraagd.’
‘Hoe kwam je daar verzeild?’
‘Toen Thomas aangenomen
was als butler en het portiershuis kon huren vertelde hij meneer en
mevrouw dat hij mij wilde vragen. Mevrouw adviseerde hem om me gelijk
te laten komen en me daar naartoe mee te nemen. Ik zat thuis te wachten
op zijn telefoontje, hij zou me na het sollicitatiegesprek bellen.
Verder wist ik niets. Hij belde, hij was aangenomen. En hij vroeg of ik
naar het grote huis wilde komen, lopend.’
‘Vertelde hij waarom?’
‘Nee, en ik vroeg het
niet. Dat deden we elkaar nooit, we vroegen nooit iets voor niets. Ik
ben naar het Huis gelopen, hij wachtte me op de oprijlaan op. Met een
bos rozen. Hij gaf ze aan me en zei, ik zal je laten zien waar die
vandaan komen, daar wil ik je ook iets vragen. Ik kreeg een beetje
hoop, maar niet veel. Hij had al vaker gezegd dat hij me pas wilde
vragen als hij een goede baan én een huis had. Als eerste
monteur verdiende hij genoeg, maar dat huis lukte niet, je weet, er was
woningnood. In het rosarium heeft hij me gevraagd. Op zijn knieën.
Met excuses, hij had geen ring, het was onverwacht, maar hij wilde niet
langer wachten. Ik heb ja gezegd. Ik dacht, hij heeft er een bedoeling
mee, want we weten al meer dan twintig jaar dat we met elkaar willen
trouwen, maar ik wacht wel af. We kusten een tijdje, toen zei hij, ik
loop een stukje met je terug. Bij het portiershuis hield hij me tegen.
Hij zei, ik zou je pas vragen als ik een goede baan én een huis
had. Dat weet je, en toch heb je niets gevraag. Dank je wel voor je
vertrouwen. Ik had al een goede baan, nu heb ik een betere. Niet alleen
financieel, je weet, ook meer naar mijn zin. We staan nu voor het
portiershuis. Het lijkt een bouwval, door alle begroeiing er op en om,
maar het is een degelijk huis. Ik ben kort geleden door een raampje aan
de achterkant naar binnen geklommen. Alles is vreselijk oud, maar als
het leeggeruimd, schoongemaakt en opgeknapt zou worden is het een prima
huis met drie slaapkamers. Ik heb meneer voorgesteld het op te laten
knappen en het dan te verhuren. Hij gaat het laten renoveren, dat duurt
waarschijnlijk twee maanden. Is dat lang genoeg om ons trouwen voor te
bereiden? Want wij mogen het na de renovatie huren. Nou, dat was
minstens zo schokkend als de streek die meneer me bij de Koningin
leverde. Binnen een half uur van verkering zonder uitzicht naar binnen
twee maanden trouwen en een drieslaapkamerwoning kunnen huren.’
‘Geloofde je het gelijk?’
‘Dat was heel moeilijk.
Het was zo onwaarschijnlijk, maar Thomas zei het, en die liegt nooit.
Ik kon alleen maar zeggen, dat kan toch niet, dat kan toch niet. Hij
heeft alles nog een paar keer verteld en uitgelegd, ik geloofde hem
wel, maar ik bleef het onwaarschijnlijk vinden. Hij bracht me niet
gelijk thuis, hij nam me mee naar meneer en mevrouw, om me voor te
stellen. Toen die zeiden dat het waar was, van het portiershuis, werd
het minder onwaar- schijnlijker. En meneer liet zo snel renoveren dat we
binnen vijf weken konden trouwen en erin trekken.’
‘Zo snel? Dat zal vast
weer schokkend geweest zijn. O, je hebt verteld van de eerste keer dat
jullie elkaar bloot zagen, en wat jullie de laatste maand voor jullie
trouwden deden. Dat was dus in die vijf weken? Waar deden jullie
dat?’
‘Blijf maar een tijdje
lekker nieuwsgierig, Maureen, dat vertel ik een andere keer. Ik ga naar
huis, Thomas heeft een vrije middag.’
‘Jij hebt vast ook vrij en dan gaan jullie vast vrijen.’
‘Niet voor de lunch,
vandaag, we hoeven geen haast te hebben. Pas daarna, en dan om de paar
uur, tot dat we erbij in slaap vallen. Tot ziens.’
Week 46
‘De bouwambtenaar van
de stad belde. We krijgen van de stad een afscheidscadeautje. De borden
aan beide einden van de Hoofdstraat met de oude naam van het dorp
worden vervangen door borden met Wellingten, Wellingtenshire erop. De
burgemeester laat zich verontschuldigen, hij heeft echt geen tijd om ze
te overhandigen of te onthullen of zoiets. Wij zullen we er zelf maar
geen feestje van maken, hè?’
‘Nee, dat zou samen met
de stad moeten. Zet het maar in je krantje. We hebben nog een cadeau
gekregen. Van de firma die voor de nieuwbouw de dakpannen geleverd en
gelegd heeft.’
‘Dat verbaast me niet
zo. Ik heb zaken gedaan met de bedrijfsleider, maar laatst belde de
directeur me. Hij vroeg wie die nieuwbouw financierde en hoe hoog de
huren zouden worden. Ik ben pas na een nummer of tien van mijn krantje
exemplaren aan de bouwers en de leveranciers gaan sturen, dus hij wist
niets van de voorgeschiedenis. Die heb ik hem verteld. En dat de hoogte
van de huren nog bepaald moest worden, maar ze zouden afgestemd worden
op de huren van de oude huizen, nadat die gerenoveerd waren, om het
eerlijk te houden. Hij zei, ik heb pas met mijn bedrijfsleider over het
dorp gesproken. Hij was niet gemachtigd om je nog meer korting te
geven, ik zou dat voor zo’n goed doel wel willen. Alleen, als ik
het goed begrijp, zou dat niet veel invloed hebben op de huren. Ik heb
hem maar naar de beheerder verwezen, het werd me te ingewikkeld.’
‘Dat is het ook. Ik zal
je wat over de huren uitleggen. Ik weet uit mijn hoofd geen cijfers,
alleen de manier van berekenen. Ik ben in het begin van de week bij de
beheerder geweest om het weer eens over de huren te hebben.
Vóór de eerste nieuwbouwhuizen klaar waren had hij alle
oude huizen al compleet in de computer staan. Ook, aan de hand van de
kopieën van de bouwtekeningen uit het stadsarchief, de bewoonbare
oppervlakten. Hij heeft de huren, minus die vijftien procent, opgeteld
en de oppervlakten. Die op elkaar gedeeld geeft een huur per vierkante
meter. Voor de voorlopige huur van de nieuwbouwhuizen hebben we die
prijs per vierkante meter gebruikt. Die directeur had dus gelijk, nog
meer korting zou geen invloed hebben op de huren, omdat we ze gelijk
willen houden met de oude huizen. Ze zijn voor de nieuwbouw feitelijk
veel te hoog, maar dat komt omdat de grond voor niets was en door jouw
hoge kortingen. Het verschil gebruiken we om de huren van de oude
huizen laag te houden, anders zou het totale rendement boven de
één procent uitkomen.’
‘Dat zou een ramp zijn.’
Ze grinnikten.
‘Nee, geen ramp, maar
dat is niet de bedoeling. Verder hebben we per oud huis gekeken af de
huur veel afwijkt van het gemiddelde. Dat doen er nogal wat, om redenen
die we niet weten. Tamara, zie je kans om alle huizen na de renovatie
op hetzelfde peil te krijgen? Die van één kwaliteit boven
de middenstandaard?’
‘Ik denk het wel, op
een paar uitzonderingen na. Dan kan je een vaste huurprijs per
vierkante meter vragen, hè? Dat zou eerlijk zijn. En dat zou
iedereen ook eerlijk vinden.’
‘Je hebt het weer snel
door. Verder, we hadden ooit de renovaties op een halve ton per woning
geschat, maar met jouw kortingen blijven we daar vast flink onder. We
hebben ze op dertigduizend per huis begroot. De taxatiewaarden van de
huizen zijn ook lager uitgekomen dan de verwachte twee ton, gemiddeld
honderdtachtigduizend. Dus kosten ze na de renovaties
tweehonderdtienduizend. De huurprijs per vierkante meter zou dus vijf
procent van die vijftien procent hoger moeten worden, dat is driekwart
procent, niets om wakker van te liggen.’
‘Nee. Iedereen is tevreden met de voorlopige huur.’
‘Dat komt mooi uit. We
hebben ooit de huren vergeleken met die in een paar andere dorpen, en
aan de hand daarvan die voor hier voorzichtig met vijftien procent
verlaagd. Het is beter de huurprijzen per vierkante meter te
vergelijken. De beheerder heeft in de wijde omgeving daar een onderzoek
naar gedaan. Het gemiddelde komt, toevallig, ook ongeveer vijftien
procent lager uit. Daar willen we ook naar toe, minstens, maar we
wachten tot alle renovaties klaar zijn. Je moet dit hele verhaal maar
niet in je krantje zetten. Alleen, dat met aan zekerheid grenzende
waarschijnlijkheid de huren onder die vijftien procent lager uit zullen
komen, en iedere huurder dus een spaarpotje aan het kweken is.’
‘Met een uitkering over een jaar of drie.’
‘Ja. Dat gaat niet
anders, als we het eerlijk willen houden. Dan is pas alles precies uit
te rekenen. Of heb je liever dat ik nu alles vaststel op twintig
procent lager, omdat ik me toch kan veroorloven er eventueel op te
verliezen?’
‘Nee, absoluut niet.
Eerlijkheid gaat voor. Als het niet anders zou kunnen, en het goed
uitgelegd zou worden, zouden ze al genoegen nemen met maar tien
procent. Ze vergeten echt niet dat jullie de woningnood op gelost
hebben.’
‘Gaan oplossen, zo veel huizen zijn er nog niet klaar.’
‘Dat maakt niet uit, ze
weten dat er iedere week twee huizen klaar zijn. Dat constante maakt
indruk, dat schept vertrouwen dat alles goed zal gaan.’
‘Zijn er dan nog twijfelaars?’
‘Ik denk nu niet meer.
De Koningin twijfelde ook niet, anders had ze wel gewacht tot er meer
te zien was. Dank je wel voor je uitleg.’
‘Je hebt nooit naar de
huren gevraagd. Ook niet bij de beheerder, vertelde hij. De huur van de
portierswoning wordt dan ook aangepast aan de
vierkantemeterprijs.’
‘Prima. Nee, dat vond
ik niet bij mijn taak horen. De beheerder was in het begin een beetje
bang voor me, net als John. Ze wisten niet wat ze aan me hadden en ik
kon het niet vertellen, omdat de grenzen van mijn taak zo vaag zijn. Ik
bemoei me met een lekkende kraan, maar ik mag ook honderd centrale
verwarmingsinstallaties kopen. Pas na een tijdje hebben ze allebei
gemerkt dat ik ze op weg help, maar daarna me niet met hun werk bemoei.
Ik kijk wel rond, en suggereer soms iets. Ze zijn allebei slim genoeg
om dan te kijken wat ze met mijn suggesties kunnen doen.
‘Zoals jij met onze suggesties doet.’
‘Ja, inderdaad. Zeg, hoe is het met die directeur afgelopen?’
‘Die ben ik echt niet
vergeten. Hij had graag geen uurloon berekend voor het leggen van de
dakpannen, als daardoor de huren omlaag konden. Maar hij wil dat bedrag
ook besteden als we een goed doel in het dorp aan kunnen wijzen.’
‘Tja. Hoeveel is het?’
‘Tweehonderd per huis, afgerond in totaal twintigduizend.’
‘Wat mooi. Wat gul. Mag dat in het krantje? Misschien komen er dan nog meer op een idee.’
Mark en Simone grinnikten.
‘Zit je om geld te springen?’
‘Ik weet dat ik jullie
geld uit mag geven, voor het onderhoud van de oude huizen, de
renovaties, de nieuwbouw en de camping. Andere zaken zijn niet aan de
orde geweest. Dus had ik verder geen geld nodig. Maar ik bemiddel graag
voor een goed doel.’
‘Ga je gang. Zoek een goed doel in het dorp wat twintigduizend kan gebruiken.’
‘Ik zal eens rondkijken en nadenken. O, ik weet het al. Het dorpshuis. Zou dat ervan gerenoveerd mogen worden?’
‘Natuurlijk, dat komt iedereen ten goede. Maar er wordt toch contributie betaald?’
‘Ja, maar niet veel, om
niemand uit te sluiten. Net genoeg voor de verlichting en de verwarming
en zo. Er is geen reservepot.’
‘Zou twintigduizend genoeg zijn?’
‘Waarschijnlijk wel.
Afgezien van de twee bars is het eigenlijk alleen maar een vloer met
wat muren en een dak erop. En verwarming en verlichting. Zal ik de
gezelligheidsvereniging vragen een begroting op te stellen?‘
‘Doe het zonder een
bedrag te noemen. Kijk dan of je nog suggesties hebt. Ten eerste, jij
weet het bedrag wél, ten tweede, jij kan kortingen
krijgen.’
Tamara grinnikte.
‘Natuurlijk, dat was ik
al van plan. Als ze het zelf niet doen alles door experts laten
bekijken. De verlichting zit me al jaren dwars. Er zijn te weinig
mogelijkheden, er gaat te veel tegelijk aan of uit. Alles is oud. De
verwarming, de buitenkant en het dak moeten ook bekeken worden. Als we
het met twintigduizend niet redden moeten we wachten op meer
giften.’
‘Na een zachte hint in het krantje?’
‘Ik wacht met het
verhaal over de eerste gift tot ik weet wat er voor het dorpshuis nodig
is. Dan zie ik wel wat voor hint ik geef. Misschien blijft er geld
over. Ik ga ook op zoek naar andere goede doelen. Als ik zelf niets kan
vinden kan ik er altijd nog in het krantje om vragen.’
‘Wacht daar maar mee, je hebt het vast druk genoeg.’
‘Ik heb het heerlijk druk. Ik ga nu weer even bij John en Maureen kijken. Tot ziens maar weer.’
‘Wat ziet het er altijd schitterend uit, John, als je pas gemaaid hebt.’
‘Ja, het gras doet het
bijzonder goed. Bedank die tuinman nog maar een keer, als je hem ziet,
hij heeft een prima soort uitgezocht.’
‘Voor alle doeleinden? Ik bedoel, er is verschil in gebruik bij de caravans, de tenten en het meertje.’
‘Van de tenten heeft
het gras natuurlijk het meest te lijden. De slechtste plekken probeer
ik leeg te houden, al is het maar een week, dan komt het al weer aardig
bij. Bij het meertje gaat het geweldig, ze gaan, net als bij de
caravans, uit zichzelf ook niet op slechte plekken zitten of liggen. Of
wat dan ook.’
‘Gebeurt er wel eens, of wat dan ook?’
‘Ja, soms. Als er maar
één of twee oudere paartjes zijn, ook overdag. Ik neem
aan dat die getrouwd zijn en het wel eens in de open lucht willen doen.
Ze storen zich niet aan Maureen of mij, ze gaan gewoon door.’
‘Stoppen is ook niet leuk.’
‘Nee. Crystal stoort
ons wel eens, als we net begonnen zijn stoppen we dan maar. Anders gaan
we door, dan wacht ze maar even. Jij zal vast niet gestoord
worden.’
‘Heel soms, door de telefoon. Maar daar stoppen we niet voor.’
‘Je zou nog vertellen over die vijf weken vóór jullie trouwen.’
‘Tja. Een week na mijn
eerste kennismaking met meneer en mevrouw kwam ik weer met Thomas bij
ze. Ze boden ons toen opslagruimte aan, zodat we alvast een heleboel
voor ons huis konden bestellen. En het gebruik van een suite, om genoeg
ruimte te hebben om catalogi van
verzendhuizen naast elkaar te kunnen leggen, om te vergelijken. Thomas
en ik hadden thuis ieder maar een klein kamertje. We hebben dat aanbod
natuurlijk aangenomen. We mochten er ook slapen, maar we wilden pas na
ons trouwen bij en met elkaar slapen. Maar ik wilde wel
vóór ons trouwen Thomas al bloot zien, en dat hij mij
bloot zag. Als dat pas in onze huwelijksnacht zou gebeuren verwachtte
ik dat alles te nieuw zou zijn om er een geslaagd feestje van te
maken.’
‘Natuurlijk. Wilde Thomas dat niet?’
‘Hij durfde niets te
vragen, hij was altijd heel voorzichtig met me. Iedere dag waren we een
paar uur in de suite bezig om spullen uit te zoeken. Na een paar dagen
heb ik een pauze ingelast en verteld wat ik wilde, niks stapje voor
stapje, in één keer elkaar bloot zien. Hij zei, dat
kunnen we beter in de badkamer doen, ik loop misschien over, daar is
het weg te spoelen. Goed, natuurlijk. Ik heb verteld dat hij me
onderspoot zodra hij mijn borsten aanraakte. In die bijna vier weken
daarna, tot ons trouwen, hebben we bijna iedere dag in die suite een
tijd gespeeld, geëxperimenteerd. Elkaar overal bekeken en bevoeld.
En elkaar laten komen. Één keer per dag, Thomas wilde wel
vaker, maar ik niet. Ik kreeg het steeds moeilijker, ik wilde voelen
hoe hij in me klaarkwam en me vol spoot. Ik heb het kunnen
redden.’
‘Thomas ook?’
‘Hij bleef
voorzichtiger met mij dan ik met hem. En als ik hem had laten lozen kon
hij in ieder geval een tijdje niets. Maar als hij mij had laten komen
verlangde ik nog meer naar het echte werk. Veel langer dan die vier
weken had ik het niet gered. Maar het resultaat was, dat Thomas in onze
huwelijksnacht niet te vroeg kwam. Ook niet te laat, nadat we elkaar
ontmaagd hadden en hij helemaal in me zat kwam hij gauw. De tweede keer
duurde heerlijk lang, hij had helemaal geen haast meer, natuurlijk. En
we waren niet gespannen meer. Van daarna weten jullie, vaak en veel.
Wat hebben jullie gedaan?’
‘Ik weet niet meer wat ik verteld heb, ik zal er wel omheen gedraaid hebben. Mag het, John?’
‘Wij weten al zo veel, je mag Tamara en mevrouw ook vertellen wat je wilt. En meneer en Thomas mogen het ook weten.’
‘Fijn. Tamara, ik was
met John ook minder voorzichtig dan hij met mij. Toen we een tijd min
of meer verloofd waren heb ik een keer tijdens het scharrelen zijn
handen op mijn borsten gelegd, over mijn kleding. De keer erop
fluisterde ik in zijn oor, streel me, toen deed hij het zelf. De keer
daarna ook, en na een tijd fluisterde hij, streel mij ook, alsjeblieft.
Nou, veel langer had hij niet moeten wachten. Ik heb over zijn broek
gevoeld, voor een eerste indruk. Omdat ik geen zin had in onder kleding
friemelen heb ik hem uitgenodigd om de volgende avond op mijn kamer te
komen, dan hadden mijn ouders hun wekelijkse kaartavondje bij
kennissen.’
‘Kwamen jullie niet bij elkaar op jullie kamers?’
‘Nee, dat mocht niet.
We zijn allebei nakomertjes, onze ouders zijn erg conservatief. We zijn
op mijn kamer begonnen met staand te kussen. Na een tijdje zei ik,
John, we weten nu toch wel zeker dat we genoeg van elkaar houden om
voor altijd bij elkaar te blijven? Hij knikte. Toen hij begon me te
strelen zei ik, jij kan door mijn kleding mijn borsten aardig voelen,
maar ik jou door je broek slecht. Ik wil niet meer onder kleren
friemelen, wil je alsjeblieft alles uittrekken? Hij schrok erg, maar
begon zich uit te kleden. Heel langzaam, aarzelend. Hij stopte met zijn
onderbroek nog aan, met daarin duidelijk een stijve. Ik vroeg, zal ik
verder gaan? Hij knikte. Ik heb eerst over zijn broek gevoeld, toen
zijn broek een stukje naar beneden gedaan. Tja, een erectie voelen is
één ding, er één vlak voor je neus zien is
wat anders. Ik heb ook eerst alleen maar gekeken, toen hem zijn broek
helemaal uit laten trekken. Toen gevraagd, mag ik je strelen? Hij
knikte weer. Ik heb eerst zijn ballen gepakt, daarna zijn erectie
gestreeld, tot hij me stopte. We zijn op bed verder gegaan, met een
handdoek op zijn buik. Hij had daarna tranen in zijn ogen, zo lief was
hij nog nooit behandeld. Ik bleef naast hem op bed zitten en trok mijn
bloes en beha uit. Ik heb na een tijdje ook zijn handen op mijn borsten
moeten leggen. En weer na een tijdje me over hem gebogen en een borst
tegen zijn mond gedrukt. Daarna werd hij eindelijk zelf actief. Hij
legde me op mijn rug en speelde lang met mijn borsten, strelen, kussen,
likken. Ondertussen speelde ik met zijn ballen en pikkie. Toen hij weer
een stijve kreeg, vroeg ik, zal ik je nog een keer verwennen of jij
mij. Hij wilde graag nog een keer verwend worden, als dan ik in mijn
broekje naast hem wilde zitten. Ik heb hem verrast, ik heb ook mijn
broekje uitgetrokken. Nou, al was hij al aardig leeg, ik had hem amper
vast of hij kwam al, door zijn uitzicht, ik hield mijn benen niet tegen
elkaar. Daarna heeft hij me heel voorzichtig een beetje gestreeld, ik
heb het er voor die avond maar bij gelaten.’
‘Gelukkig wel, ik had al hartkloppingen.’
‘Ik snap je wel, John. Thomas was ook zo voorzichtig. Hij durfde nergens mee te beginnen.’
‘Dat viel wel mee, de
week daarna vroeg hij of hij míj uit mocht kleden. Hij heeft
heel lang met mijn spullen gespeeld en me twee keer laten komen. Toen
ik hém weer een keer. Pas weken daarna lagen we voor het eerst
bloot tegen elkaar. Toen vroeg hij me.’
‘Dus niet op zijn knieën.’
‘Nee, hij met een hand
op mijn doos en ik met een hand om zijn stijve. Net zo mooi, vond ik.
Maar ik zei, ik kan niet direct ja zeggen, ik wil eerst iets van jou
weten, daarna moet je iets van mij weten. Wil je alleen met me trouwen
omdat je met me wilt vrijen? Hij was een beetje beledigd, maar hij
snapte wel dat ik dat zou kunnen denken, omdat hij me al eerder had
kunnen vragen. Daarna heb ik hem verteld dat ik de pil aan het proberen
was, maar dat ik van de eerste twee hartkloppingen kreeg. Ik zou er nog
één proberen, maar het zag er naar uit dat ik er niet
tegen kon, dat we meestal met een condoom zouden moeten vrijen. Hij
vatte het heel lief op. Jammer, maar dan moesten we het, als het zonder
kon, maar heel vaak doen.’
‘Dus toen kon je ja zeggen.’
‘Ja, maar daar liet ik
het niet bij. Ik zei, ik heb wat tegen de gewoonte om het voor de
eerste keer in de huwelijksnacht te doen, dat vind ik onnatuurlijk,
bureaucratisch. Ik vind het nu een veel geschikter moment. Ik wil graag
je vrouw worden, als je me nu ontmaagdt ben ik dat, daar hebben we geen
papiertje van een stadhuis voor nodig. Hij schrok erg en wilde even
nadenken. Tja, hij kon natuurlijk geen nee zeggen, ik bleef zachtjes
zijn ballen masseren. Maar hij had geen condooms, zei hij. Ik wel, zei
ik, ik denk vooruit, maar die zijn nu niet nodig, ik kan ieder moment
ongesteld worden. Nou, de eerste keer was niet volmaakt, mijn
ontmaagding lukte, maar hij kwam een paar seconden daarna al klaar, hij
was amper helemaal binnen. Maar een uur later ging het fantastisch. We
hebben een hoop besproken, tot hij zei dat hij weer kon en graag weer
wilde, als ik ook wilde. Zo’n derde keer blijft geweldig, maar
dat wist ik toen nog niet. Het duurde zó lang voor hij kwam, dat
ik twee keer kwam. Ik wilde het al opgeven, maar hij niet, hij zei,
zolang ik een stijve heb wil ik graag doorgaan. Jij zei, toen we met
z’n tweeën bij het meertje zaten en John erbij kwam, hij
heeft een erectie, dat zal in het water wel overgaan. Ik zei toen, dat
weet ik niet, hij kan zo heel lang rondlopen. Dat is nog zo, geen
probleem om een erectie te krijgen of te houden, tot hij klaarkomt.
Alleen duurt dat iedere keer langer, een vierde keer op een dag deden
we niet vaak, dat was erg vermoeiend voor hem. Maar nu kan ik hem
aflossen. Uiteindelijk doen we het vaak, dachten we, en zo vaak
mogelijk als het zonder condoom kan, zoals de laatste tijd. We vinden
het helemaal niet erg dat jij er vaker van kan genieten dan wij. Sinds
we hier zijn komt het er ook vaker van, op de gekste tijden. En sinds
ik dankzij jou medicijnen heb, nog fijner, ik kan veel meer bewegen dan
vroeger, wat ik zei, John aflossen, halverwege de vierde keer bovenop
gaan liggen. En af en toe word ik te wild, volgens John. Nou, als hij
af en toe wat wilder zou worden zou ik dat niet erg vinden.’
‘Ik moet er nog aan wennen dat ik je niet zo voorzichtig hoef te behandelen.’
‘Je mag best vanaf het
begin net zo woest doen als bij de laatste stoten als je komt. Lief
strelen is lekker, maar soms flink bereden worden lijkt me ook wel
wat.’
‘Bereden! Je dacht vast een ander woord. Maar leer het me maar.’
‘Graag. Eh, Crystal slaapt nog wel een uurtje. Wil je zien hoe ik les geef, Tamara?’
‘Laat ik dat maar niet
doen. Misschien later, bij het meertje. Ik ben al weg. Tot ziens en
veel plezier, woestelingen.’
‘s Avonds, toen Thomas
en Tamara na het eten even naar bed wilden, ging de telefoon. Tamara
aarzelde even, maar nam hem toch op.
‘Tamara.’
‘O. Ik zal het even vragen. Thomas, het is Maureen. Er is niemand bij het meertje. Of we zin hebben om te komen.’
‘Wil ze een demonstatie? Dan belt ze net op tijd.’
‘Thomas zegt, als ze een demonstatie wil belt ze net op tijd. We waren op weg naar bed.’
‘Goed. Tot zo.’
Tamara legde de telefoon weer neer.
‘Ze klonk een beetje verlegen. Eigenlijk wel, zei ze, maar ook voor de gezelligheid.’
‘Ze hoeft niet verlegen te zijn, jij hebt bij hun mogen kijken. En we hebben overal al aan elkaar gevoeld.’
‘Daar was zo toch niet zo vlot mee?’
‘Nee, toen niet. Maar ze wordt vast snel vrijer.’
‘Ja, ze praat ook steeds vrijer. Zit je al weer erg vol?’
‘Nou, van na de lunch.
En als ze nog een keer aan mijn ballen voelt gaat er vast weer
zo’n scheut van mijn ballen naar boven, dan zit ik vast helemaal
vol.’
‘We zien wel hoe het loopt.’
John en Maureen stonden, met
een slapende Crystal in haar reiswiegje, voor hun caravan op hun te
wachten. Ze liepen gelijk mee naar het meertje.
‘We zagen jullie al over de Wellingten Avenue aan komen rijden.’
‘Ja, tot het eind over
de Hoofdstraat en dan linksaf is sneller dan over die rijplaten, maar
zo kan Thomas ook even zien hoever de nieuwbouw is.’
‘Hiervandaan is het een mooi gezicht, iedere week weer een nieuw huis zien groeien.’
‘Maureen, als ik zo
vrij mag zijn, in mijn broek groeit er ook wat, omdat ik denk dat je
vast nog wel een keer aan mijn ballen wilt voelen.’
‘O. Tja, ik lijk wel
graag wat te willen, hè? Ik heb nagedacht over wat je zei,
Tamara, zolang het bij ruilen blijft, en alleen een beetje voelen, zie
ik geen problemen. Ik ook niet. Ik weet alleen niet wat een beetje
voelen is.’
‘Ik denk dat we
hetzelfde kunnen doen als in het zwembad. Wat mevrouw en meneer vinden
dat kan. Als Thomas niet begint, begint mevrouw wel. Terwijl zij met
z’n ballen en z’n stijve speelt, speelt hij met haar grote
borsten en een beetje met haar doos. Meneer en ik dan ook met elkaar,
al zijn mijn borsten en doos natuurlijk niet zo interessant voor hem,
en voor mij zijn pikkie niet, die is wel iets dikker maar verder net zo
groot als die van Thomas. Met kleinere ballen eronder. Hun kinderen
waren veel vrijer, Thomas moest die meiden stoppen, anders hadden ze
hem laten komen. Thomas waarschuwt jou ook wel als je het nog bonter
maakt dan de vorige keer. En die jongens vingerden ook een beetje. Dus,
doe maar wat je wilt, zolang er maar niemand klaarkomt. Bij het meertje
zou dat kunnen, door de eigen partner, als er niet te veel publiek
is.’
‘Zoals toen jij naar de demonstratie van John gekeken hebt.’
‘Ja. Ben je vanmiddag flink bereden?’
Maureen giechelde.
‘Ja, heerlijk. Ik moest John wel iedere keer aansporen, anders ging hij weer voorzichtig doen. Ik vertel zo verder.’
Bij het meertje was er
inderdaad niemand, maar toen ze begonnen met uitkleden kwam er een stel
door de rioolpijp vanaf het meertje van de camping zwemmen, in badpak.
‘Ik ga wel even vragen of ze op de hoogte zijn van waar ze terechtgekomen zijn.’
Tamara liep in haar ondergoed naar het stel en sprak met ze. Ze kwam al gauw terug.
‘Het is in orde, ze
weten ervan. Ze vroegen wat er hier níet mocht. Ik heb gezegd,
omdat er behalve ons verder niemand is, mag alles. In één
van de kluisjes liggen wegwerphanddoeken. Dat wisten ze al, maar die
wilden ze niet gebruiken, zei zij, maar er zou ook niets op het gras
komen. Ik zei, prima, wij geven misschien ook een demonstratie. Kijk,
ze hebben haast.’
Het stel had in het water hun
zwemgoed al uitgedaan en liep over het zand naar het gras. Bij iedere
stap kwam de stijve van hem meer omhoog. Ze gingen tegen elkaar op het
gras liggen, en het was duidelijk, dat ze onmiddellijk met serieus
vrijen begonnen.
‘Maureen, doe je mond dicht.’
‘O. Ja, John.’
Ze kleedden zich ook uit en gingen op het gras zitten.
‘Ik ben toch verbaasd dat ze begonnen terwijl er toegekeken werd.’
‘En vanmiddag zei je tegen Tamara, wil je zien hoe ik les geef?’
‘Dat was niet serieus bedoeld.’
‘En als ze ja gezegd had?’
‘Dan had jij vast nee gezegd.’
‘Vanmiddag waarschijnlijk wel. Maar nu ik dit zie.’
‘Je bent anders nooit zo vlot.’
‘Nee, maar alles bij elkaar, ook wat Tamara over voelen zei.’
‘Lijk jij ook graag wat te willen.’
‘Ik geloof nu ongeveer evenveel als jij en Thomas en Tamara.’
‘Wat was dat voor les?’
‘Wild vrijen, Thomas.
John is altijd zo voorzichtig. Omdat ik door mijn medicijnen veel meer
kan hebben wil ik wel eens flink bereden worden. Ik zei, je mag best
vanaf het begin net zo woest doen als bij de laatste stoten als je
komt. Ik moest het hem maar leren, zei hij. Dat heb ik gedaan. Hij
begon weer heel voorzichtig, bijna centimeter voor centimeter naar
binnen. Ik ben gaan fluisteren. Woester, woester, toen werd het twee
centimeter. Nog woester, in één keer. Oei, hij deed het
ook nog. Daarna nog een paar keer gefluisterd, woester, grotere halen.
Hij leerde snel, heerlijk. Wel vermoeiender dan anders,
hè?’
‘Misschien neem ik de volgende keer, als je het weer zo wild wilt, eerst een snuifje van je medicijnen.’
‘Nee, dan wordt je misschien té woest, het was prima zo. O, we krijgen bezoek.’
De mannelijke helft van het stel van de camping kwam naar hun toe.
‘Goedenavond. Ik wil
jullie niet storen, maar is er misschien een asbakje in de buurt? Het
is hier zo schoon, wij willen ook geen rommel achterlaten.’
‘In één van de kluisjes staan blikjes. Roken schijnt extra lekker te zijn na een nummertje.’
‘Jij bent Tamara, hé?’
‘Ja, hoe weet je dat?’
‘We hebben op Internet de krantjes gelezen. Ik zou niet weten wie er anders met een Rolls naar de camping komt.’
‘Nee, dat klopt.’
‘We vinden de camping
schitterend, al is hij eenvoudig. De caravan is wel lux. En we hebben
de kans gegrepen om het een keer in de open lucht te doen.
Geweldig.’
‘Dan zou ik het maar
niet bij één keer laten. O, je bent snel, net zoals toen
je het water uitkwam. Dat was een mooi gezicht, bij iedere stap kwam je
stijve wat omhoog.’
‘Ze pakte me in het water al vast, tja, dan is hij niet meer te houden. Het was heerlijk om hem vrij te laten.’
‘Ga maar vlug roken en weer verder. Opnieuw, eigenlijk.’
‘We vonden dat je in je
krantjes keurig maar heel duidelijk over het meertje schreef. Ik vind
het leuk om je gehoord te hebben, nogal wat vrijer. En je gezien te
hebben, zonder ook maar een gaasje. Prettige avond verder.’
Tamara wachtte tot hij op een afstandje was.
‘Hij heeft de krantjes
goed gelezen, al zat dat gaasje niet bij mij. Maar die twee hebben zo
nog wat om over te praten.’
‘Je durft, tegen een wildvreemde over zijn stijve praten.’
‘Ach, Maureen, er zijn
maar twee soorten mensen, met en zonder. Jongens kunnen over meisjes
niet zoveel zeggen, die zien er altijd hetzelfde uit. Ik vind het leuk
dat er andersom meer kan, van zo’n kleintje dat naar beneden op
die balletjes hangt tot zo’n rechtopstaande paal. En er kan nog
wat uitkomen ook, ook zo’n mooi gezicht.’
‘Ja. Vanmiddag was mijn
verhaal niet af. Ik begin een stukje terug, om Thomas bij te praten. Op
de avond dat John mij ten huwelijk vroeg, heb ik hem daarna gevraagd om
mij te ontmaagden, dan was ik gelijk zijn vrouw, ik hoefde daarvoor
niet eerst een papiertje van het stadhuis.’
‘Oei. Waar vroeg hij je? Ik kan me voorstellen dat je niet middenin het publiek ontmaagd wilde worden.’
Ze grinnikten.
‘Nee, we lagen bloot op
bed in mijn slaapkamer, daar kon het. Tenminste, de volgende morgen zat
mijn vader met een chagrijnig gezicht aan het ontbijt. Maureen, ik
dacht dat je sliep, toen we thuis kwamen. Maar toen wij in bed lagen
hoorden we je bezoek uitlaten. Zo hebben we je niet opgevoed. Nou, ik
zou toch over niet al te lange tijd het huis uitgaan, ik hoefde me dus
voor de lieve vrede niet meer in te houden. Ik zei, niet alles bij een
opvoeding lukt. Ik had bezoek van John, sinds gisterenavond mijn
aanstaande echtgenoot. Mijn vader zei, dat moeten we een andere keer
rustig bespreken. Ik zei, er valt niets te bespreken, of terug te
draaien, hij heeft mij gevraagd, ik heb toegestemd. Ik ben direct
daarna al zijn vrouw geworden, op mijn verzoek heeft hij me ontmaagd.
En om dat te vieren hebben we daarna nog twee keer gevreeën. Om
duidelijk te maken dat ik weet wat ontmaagden en vrijen is, al heb ik
dat niet van jullie, jullie weten dat jullie me amper iets verteld
hebben, hij is drie
keer met zijn erectie helemaal in mijn doos geweest en na korter of
langer op en neer bewegen klaargekomen, ik ben ook klaargekomen. Toen
was hij helemaal leeggespoten, anders was het nog later geworden. Maak
je geen zorgen, het is buiten de tijd dat ik er zwanger van kan worden.
Mijn vader heeft er verder geen woord meer over gezegd, maar me laten
merken dat ik maar moest doen waar ik zin in had. Nou, dat heb ik
gedaan, in plaats van één keer in de week bijna iedere
avond, hé, John? Tot we trouwden en in ons eigen huis gingen
wonen.’
‘Ja, meestal twee keer op een avond. Daarna werd het nog mooier, zag ik je nog vaker helemaal bloot.’
‘Ja, en ik jou nog vaker met een erectie. Net als nu. En Thomas ook. Mooi, hé, Tamara?’
‘Ja, stereo. Gaat het nog, Thomas?’
‘Niet zo lang meer, ik zie ook stereo. En hem bovenop haar wippen.’
‘Dat zullen ze het
prettigste standje vinden, maar de eerste keer niet gedurfd hebben. Hij
kan al wel weer snel, zou hij ook van die grote ballen hebben? Dat zou
wel erg toevallig zijn.’
‘Vraag het straks maar. Hoe deden John en Maureen het, toen je mocht kijken?’
‘John is tussen de
benen van Maureen gaan zitten, net in het water, met zijn rug naar haar
toe en maakte even later wolkjes in het water. Zullen wij ook zo gaan
zitten, en kijken hoe je over het water spuit?’
‘Ja, prima. Nu?’
‘Zou je het willen zien, Maureen?’
‘Plaag me niet zo. Ja, ik ben erg nieuwsgierig.’
Ze liepen naar het water,
Thomas ging tussen de benen van Tamara zitten en liet zich wat onderuit
zakken. John en Maureen kwamen er naast zitten.
‘Kan je er zo bij, Tamara?’
‘Ja, voel maar.’
Tamara begon met strelen.
‘Maureen, ik zou het lekker vinden als jij mijn ballen masseert.’
‘O. Mag dat, Tamara?’
‘Ja hoor, dan heb ik twee handen vrij voor die lekkere stijve.’
Gestreeld en gemasseerd door
drie handen kwam Thomas gauw. Hij spoot zeven keer, de eerste straal
kwam drie meter verder in het water, de volgenden steeds iets
dichterbij, maar de laatste toch nog op bijna twee meter.
‘Prachtig, Thomas. Mooie demonstratie.’
‘Wat heb jij een geluk, Tamara. Ongelofelijk, wat een voorraad. En zo ver. En wat geniet hij duidelijk.’
‘Hij houdt zich niet in, Maureen. En je hebt vast stevig gemasseerd.’
In hun handen klappend kwam het stel uit de caravan dichterbij.
‘Mogen we even kijken waar dat allemaal vandaan kwam?’
‘Ja, kom maar.’
Ze kwamen vóór Thomas staan, zij hurkte.
‘Een mooie paal. Je bent niet abnormaal groot. Of was je net groter?’
Thomas probeerde te antwoorden, maar hij hijgde nog te veel, Tamara nam het maar over.
‘Ongeveer een centimeter, hij gaat nu weer naar zijn ruststand.’
‘Hoe kan hij zo veel spuiten?’
‘Het zit niet in de grootte van zijn erectie, hij heeft grotere ballen dan normaal.’
‘Daar zie ik niets van.’
‘Voel maar.’
‘Voelen?’
‘Ja, anders geloof je het toch niet.’
‘Nee, maar misschien geloof ik het dan nog niet. Maar als dat mag sla ik het niet af.’
Ze pakte de ballen van Thomas.
‘O. Man, kom eens.’
Man kwam naast haar staan. Zij pakte met haar andere hand zijn ballen.
‘Ja, duidelijk groter. Ik geloof het.'
Ze giechelde.
‘Tjonge, hier had ik niet van kunnen dromen. Ballen in allebei
mijn handen. Om mijn niet-droom af te maken ga ik even wat hoger. Oh,
geweldig, een stijve in iedere hand. Zeg, wie is de gelukkige, die
normaal vast overvol gespoten wordt?’
‘Ik, natuurlijk. Ik
laat de bediening aan niemand anders over. Al mocht er deze keer wat
geholpen worden. Alleen voor het lekkere, hoor, gezien de
omstandigheden was er wel zoveel te verwachten.’
‘Wat voor omstandigheden?’
‘We hebben na de lunch voor het laatst gevreeën, hier zag hij jullie vrijen en twee blote meiden vlakbij.’
‘Mijn man was net ook
woester dan normaal, omdat hij wist dat er gekeken werd. Maar meer dan
eerst vier en toen drie keer spoot hij volgens mij niet.’
‘Voor zover ik weet is
dat normaal. Ik had willen komen vragen of hij toevallig ook van die
grote ballen had, omdat hij zo snel weer kon.’
‘Nee, niet zo groot. Wil je ook even voelen? Mag wel, hè, man?’
Ze liet hem los, maar hield Thomas vast.
‘Graag. Dan kan ik vast straks nog een keer.’
Tamara pakte zijn ballen.
‘Nou, ik denk normale. Ik ga ook even wat hoger. Nou, niks mis mee, lekker stijf.’
‘Het doet me goed, in de openlucht. En jouw masseren, laat maar weer los.’
Tamara liet hem los, zijn vrouw giechelde.
‘Sinds je met mij verkering kreeg heeft er geen andere meid aan je gezeten, hè?’
‘Natuurlijk niet. En jij doet het altijd prima.’
‘We hebben vandaag een
fietstocht gemaakt, daardoor hebben we het sinds gisterenavond niet
gedaan. Dan kan hij redelijk snel twee keer, maar voor vandaag dacht ik
dat het op was. Als we het over de hele dag spreiden lukt het wel drie
keer. Maar deze twee tellen voor drie, zo in de openlucht, met
bekijks.’
‘Nou, we hebben niet
echt gekeken, maar wel gezien dat jullie het deden. Durfde hij de
eerste keer niet op je liggen?’
‘Nee, we vonden het op onze zijkanten wat minder opvallend. Al was het kennelijk toch duidelijk genoeg.’
‘Natuurlijk, je man
kwam al met een stijve uit het water. En jullie zouden geen handdoek
gebruiken. Tja, wat er dan gebeurt is duidelijk. De tweede keer was
lekkerder?’
‘Ja, toen durfde hij
bovenop, dat vind ik lekkerder, dan kan hij tegen me aan bonken, ik
houd wel van een beetje wild. Zeg, hoeveel van die stralen krijg je
normaal?’
‘Vijf of zes.’
‘Na de lunch, en nu, morgenochtend weer?’
‘Nee, als we thuis zijn. Als we een hele dag vrij zijn kan hij een keer of zes.’
‘Tja, die ballen zijn
wel erg groot. O, sorry, ik zal je maar eens loslaten. Bedankt voor de
demonstratie, zoiets zullen we vast nooit meer meemaken, zeven stralen
zo ver weg.’
‘Misschien als jullie een volgende keer op de camping komen, maar wij komen hier ook niet zo vaak.’
‘We komen hier vast nog
eens terug. We zouden niet weten waar je ergens anders zo vrij kan
zijn. Prettige avond verder.’
Het stel liep weg.
‘Ik geloof het nog amper. Wat een productie. Daar zou hij ook een titel voor moeten krijgen.’
‘Nee, Maureen, het is geen verdienste, het is aangeboren.’
‘Hij spoot vast nog niet in de wieg.’
‘Nee, gelukkig niet,
hij is normaal begonnen. Met z’n twaalfde begonnen de natte
dromen, zoals bij de meeste jongens. Één per week. De
vier weken voor ons trouwen weet je, meestal één keer per
dag bij ons spelen. Het kwam pas op gang na ons trouwen. Eerst twee
keer, toen vijf keer, daarna kon hij zes keer, al doen we dat niet
iedere dag.’
‘John, wij hebben vandaag pas één keer gevreeën.’
‘Telde dat niet voor twee?’
‘Ja, zeker. Maar niet
voor je productie, die was niet dubbel. Je zal best zin hebben, met
alles wat je hier gezien hebt.’
‘Ja, ik heb weer het gevoel dat ik vol zit. Hier?’
‘Ja, graag, voor de
caravan was het ook zo lekker. Niet op het zand, in het gras. Je zei
eerder, vanmiddag had ik waarschijnlijk nee gezegd, geen toeschouwers,
maar nu ik dit zie. Durf je?’
‘John, we zullen niet te dichtbij komen. Ik kan nog niet, maar ik wil Tamara wel strelen, die wil vast ook wat.’
‘Nou, als jullie beloven het ook een keer te doen met ons in de buurt, durf ik wel.’
‘Ja, natuurlijk. Vast
zo meteen al. Het klaarkomen van Tamara wind me altijd op, dan kan ik
waarschijnlijk snel daarna.’
‘Wil jij het dan wel zo snel, Tamara?’
‘Zodra ik uitgehijgd
ben begin ik al weer naar de volgende keer te verlangen. Liefst met die
mooie stijve, maar Thomas streelt ook fantastisch. Kom, naar het
gras.’
Ze stonden op, liepen bij het water vandaan en gingen op het gras liggen, John en Maureen een paar meter van Thomas en Tamara.
‘John, kijk eens, hij ligt alweer op haar. Zie je hem rammen? Hoor je haar kreunen?’
‘Ja. Ik zal het proberen.’
‘Kom bovenop me, laat je maar lekker gaan.’
Terwijl John op Maureen ging
liggen, ze hem naar binnen hielp en hij begon met rammen trok Thomas
Tamara met haar rug tegen zich aan, streelde met één hand
een borst en met de andere tussen haar benen, in het ritme van het
wippen van John op Maureen. Tamara kreeg het door, ze giechelde.
‘Thomas houdt jouw tempo aan, John. Wie komt er het eerst?’
John kreunde.
‘Ik. Nu.’
Hij kreunde nog drie keer en lag toen stil.
‘Goed, Maureen?’
‘Heerlijk wild, schat, ik kwam ook een beetje. Nu Tamara nog.’
Thomas ging over op wat hij wist wat Tamara het prettigst vond, waardoor ze ook vrij snel kwam.
‘Hé, ook lekker.
Wat gezellig. O, ik voel een stijve tegen mijn rug. Tja, het was vast
opwindender dan met ons tweeën, hé, Thomas?’
‘Ja. Het is lang
geleden dat ik een stel heb zien vrijen. Toen ik een jaar of vijftien
was heb ik naar een stelletje in het bos gekeken. Van verderaf dan nu.
Ze nam zijn stijve een tijdje in haar mond, liet hem daarna spuiten. Ik
was onder de indruk, ik had alleen maar natte dromen. Daarna zat hij
met zijn vingers aan het haar tussen haar benen, tot hij weer een
stijve kreeg. Het verwonderde me hoe die helemaal tussen het haar van
dat meisje verdween, en dat ze dat fijn vond, ze duwde haar doos een
paar keer omhoog om hem sneller binnen te krijgen. Ik kijk zelf wel
eens, als ik de mijne bij Tamara naar binnen duw. Zo’n mooi
gezicht, haar gleuf wordt rond en past precies om mijn stijve. Ik kon
het bij jullie ook goed zien, erg opwindend. Je lag niet stil,
Maureen.’
‘Ik heb, toen ik jullie
aan zag komen, een half snuifje genomen, daardoor kon ik lekker actief
meedoen. Was dat met het paartje ook opwindend?’
‘Ja, ik had een stijve
gekregen. De nacht erna werd ik wakker met een grotere dan ik ooit
gehad had, en ik hield het niet meer, ik moest lozen. Toen heb ik voor
de eerste keer gespoten, boven de wastafel op mijn kamer. Ik vond het
jammer dat ik het niemand kon vertellen.’
‘Tamara ook niet?’
‘Die zéker niet.
We hadden het nooit over seks. Tamara begon er nooit over, en ik dacht
dat ze maagd wilde blijven tot we trouwden, en ik wilde het haar niet
moeilijk maken.’
‘Ik heb je
één keer wat gevraagd, in het zwembad in de stad, toen we
een jaar of achttien waren. Of je tevreden met me was. Want je keek
vaak stiekem naar me, maar je zei nooit wat.’
‘Wat zei hij toen?’
‘Iets wat ik nooit zal
vergeten. Ook al omdat het de eerste keer was, over mijn uiterlijk. Hij
dacht eerst na. Toen zei hij, er loopt hier van alles rond. Maar er is
vast geen meisje op de wereld wat ik nog mooier zou vinden dan jou. En
vast ook geen die ik nog liever zou kunnen vinden dan jou. En vast ook
geen combinatie daarvan. Ik ga je steeds meer een wereldwonder vinden,
jouw combinatie van uiterlijk en innerlijk. Ik heb zitten janken. Nu
bijna weer.’
‘Wat een mooie liefdesverklaring.’
‘Ja. Daarna vroeg ik,
had je dat niet kunnen bewaren tot we thuis waren? Hij zei, nee, daar
zou je me vast te enthousiast bedanken. Daarom ga ik hier maar even
door. Iedere balsport heeft een andere maat bal. Bij het sporten met
jou past jouw maat vast ideaal in mijn hand of handen.’
‘Indirect, maar duidelijk.’
‘Ja. Hij zei, van de
rest is niet veel te zien. Dat lijkt me mooi geprononceerd. Ik vroeg,
wat? Geprononceerd? Hij zei, lekker mollig.’
‘Hoe kwam je daar zo bij, Thomas?’
‘Het was een
samenvatting van wat ik af en toe dacht, nadat ze borstjes gekregen
had. En beneden wat molliger was geworden. Dat zag ik natuurlijk alleen
met een badpak er overheen als we gingen zwemmen, ik vond haar echt het
mooiste figuur hebben. En ik hield natuurlijk al jaren van haar.’
‘Ik ook van hem. Ik zei
toen, ik vind jou ook heel lief en mooi. Meer mocht ik niet zeggen, pas
als we ooit gingen sporten. Hij wist best dat ik bij het kussen af en
toe voelde dat hij een stijve in zijn broek had, maar ik liet nooit wat
merken. Ik heb die avond in bed weer gejankt, omdat hij zo tevreden met
me was en het zo mooi verteld had.’
‘Ja, maar was je niet benieuwd hoe groot die stijve was?’
‘Nee, elke maat zou goed zijn, ik hield van hem.’
‘Ja, zo hoort dat. Maar hij zal toch wel eerder wat over je uiterlijk gezegd hebben?’
‘Ja, dat hij me heel
mooi vond. Maar die keer vroeg ik er om, wat ik anders nooit deed. Hij
snapte dat ik wel iets meer wilde horen dan mooi.’
‘En gaf een heel mooi
antwoord. Ik was ook blij met wat ik zag, toen ik de eerste keer bij
John zijn onderbroek naar beneden deed. Groter en dikker dan ik
verwachtte. En ik vond het ook prettiger dan ik verwachtte om hem vast
te pakken. En zijn klaarkomen en spuiten was ook mooier dan ik
verwachtte.’
Tamara grinnikte.
‘Thomas kwam sneller
dan ik verwachtte, ik had hem nog geeneens aangeraakt. Jullie kunnen je
wel voorstellen hoe verbaasd ik was, toen ik zes keer bestraald werd,
uit die grote en dikke die ik voor het eerst zag.’
‘Verbaasd? Vast overweldigd. Dat je toen niet omver gespoten bent.’
‘Nee, het was
natuurlijk niet recht tegen me aan, maar schuin omhoog. Nog nét
geen dreun onder mijn kin, die heb ik daarna wel eens gehad. O, we
zitten wel gezellig te kletsen, maar ik voel nog steeds die stijve
tegen mijn rug. Draai me om, Thomas, en duw hem in mijn doos en berijdt
me. Als je het ook niet erg vindt dat er toegekeken wordt.’
‘Nee, en beloofd is beloofd. In hoeveel keer naar binnen?’
‘Doe maar vier, ik stuur in het begin wel.’
Thomas draaide Tamara op haar rug en ging op haar liggen.
‘Daar kom ik. O,
heerlijk. Een kwart, een achtste, de helft, min een achtste, driekwart,
min een achtste, boem, helemaal. O, geweldig. Twee handen om mijn
stijve en één hand om mijn ballen was ook lekker, maar nu
wordt hij helemaal rondom gestreeld. Hè, wat is dat? Oh, Tamara,
Maureen is ondeugend, ze masseert mijn ballen weer. Ohhhh, ik kom
al.’
Hij wipte snel een paar keer, drukte zich toen vier keer kreunend hard op Tamara, slaakte een diepe zucht en lag stil.
‘Vast te snel voor je, hé?’
‘Ja, veel te snel. Zo
snel, dat je amper hijgt. Maar dat geeft voor een keer niet. Foei,
Maureen, kneep je het eruit?’
‘Ik kneep niet echt.
Maar ik kon er niet afblijven, die ballen bleven zo zielig achter,
nadat we zijn stijve zagen verdwijnen. Ik had nooit gedacht dat we het
zouden doen als er iemand keek en we het van een ander stel van zo van
dichtbij zouden zien. En ik dan zo brutaal zou zijn. Maar het was mooi,
we doen het omdat we ons niet schamen voor zoiets natuurlijks. Die
ballen produceren heel wat, je spoot alweer vier keer, hé?’
Thomas ging naast Tamara liggen.
‘Ja. Je kneep niet
echt, maar anders dan daarnet. Het voelde aan alsof je ze leeg
masseerde. Doe je dat bij John ook?’
‘Zo ongeveer, soms. Daarnet durfde ik nog niet zo goed.’
‘Voortaan blijf ik uit je buurt, ik doe er liever langer over. Dan heeft Tamara er ook wat aan.’
‘Ik dacht wel dat je
sneller zou komen, maar niet zó snel. En Tamara klaagt toch
niet, je hoorde het. En ze was daarnet al klaargekomen.’
Het andere stel kwam bij hun staan, in zwemkleding.
‘Hartelijk dank voor de
bijzondere avond. We vonden het heel fijn dat we hier zo vrij konden
zijn. En dat jullie zo vrij waren.’
‘Wij hebben ook van jullie genoten. Een prettig verblijf verder.’
Het stel liep richting camping.
‘O, Crystal is wakker.
Heb je gekeken, schatje? Hoe oom Thomas en tante Tamara vrijden? Was je
al wakker toen pappie en ik vrijden? Ja, zo hebben we jou ook gemaakt.
Nou, niet zo woest, pappie deed toen erg voorzichtig met me. Mammie
maakt binnenin eitjes, en pappie spuit er zo vaak hij kan zaadjes bij
om een eitje een kindje te laten worden. Die eitjes kan je niet zien,
dat spul van pappie als hij het niet in mammie doet wél, je hebt
pappie al een keer zien spuiten. Oom Thomas vast niet, je hebt wat
gemist. Die spoot heel veel heel ver. Pappie en mammie vrijen nu ook om
te proberen een broertje voor je te maken. Als het een zusje wordt
proberen we het daarna misschien nog een keer voor een broertje. Ja, we
gaan nu naar de caravan, je zal wel honger hebben. Wij hebben dorst.
Inspannend werk hoor, een broertje of zusje maken. Maar zo lekker, dat
we, tot we graag wilden dat jij kwam, heel vaak deden alsof.’
‘Ze snapt er nog niets van, Maureen.’
‘Dat weet ik wel, John,
ik oefen om seksuele voorlichting te geven. Als ik er met haar nooit
over zou praten zou ik het niet kunnen als ze het moest horen. Daarom
heb ik ook Tamara gevraagd hoelang jij in je blootje met een erectie in
de caravan kan lopen. Kleine pikkies zal ze genoeg zien, op een gegeven
moment gaat ze natuurlijk over de camping zwerven. De jeugd houdt zich
vast in, als ze haar zien.’
‘Ja, dat denk ik ook. Hoelang zouden we kunnen vrijen terwijl ze kijkt?’
‘Geen idee? Tamara?’
‘Dat weet ik ook niet.
Ik heb veel van mevrouw opgestoken, hoe ze vroeger met de kinderen
omgingen. Over méér dan een half stijve moest een
handdoek, dat moet op het zonneterras ook. Van jongst af aan zagen de
kinderen dat meneer een half stijve had als hij achter mevrouw naar binnenging.
Ze wisten dan wat ze gingen doen, maar ze hebben, denk ik, nooit mogen
kijken. Al lijkt me dat voor kinderen beter dan dat ze meemaken dat hun
ouders ruzie hebben. Toen de kinderen hier logeerden lette het niet
meer zou nauw, in het zwembad, toen waren ze getrouwd.’
‘Ik voel bij wijze van
spreke nog dat hun dochter en schoondochter aan mijn spullen zaten.
Vier handen. Allesbehalve voorzichtig.’
‘Dat zal best. Toen hun
ouders hiernaartoe verhuisd waren gebruikten die jongens geen handdoek
meer. De meiden zagen dus ook de stijve van de andere jongen. Een keer
werd er in de tuin te lang gestreeld, waardoor er gespoten werd. Het
andere stel deed het toen na. En al gauw vrijden ze ook terwijl het
andere stel toekeek. Zien vrijen doet vrijen, dat weten wij nu ook. En
Crystal. Maar ik heb geen idee of het goed is als kinderen wat ouder
worden en dan toe mogen kijken. Ik denk dat het jullie vanzelf merken
als het niet meer kan. Goed. Nu terug, Crystal moet eten, dat gaat
voor.’
* * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * *
Het Wellingten Nieuws
Jaargang 1, nummer 34
Zie ook www.wellingten.co.uk
Verzorgd door Tamara.
De huurhuizen en de renovatie van de huurhuizen.
In een vorige krantje heb ik
geschreven dat de renovaties meer dan twee jaar gaan duren. Ik vroeg
jullie me te vertellen dat jullie zoveel geduld hebben.
Hartelijk dank voor jullie
positieve reacties, meer dan honderd mensen hebben me aangeschoten om
te vertellen dat ze slimmer waren dan ik. Ze hadden vijf jaar verwacht,
geen twee, en zeker geen één.
De nieuwbouw is nog niet
klaar en aan de renovaties is nog geeneens begonnen, maar de laatste
voorlopige berekeningen wijzen uit, dat met aan zekerheid grenzende
waarschijnlijkheid de huren onder de voorlopig (op vijftien procent
onder de vorige) vastgestelde huren uit zullen komen, en iedere huurder
dus een spaarpotje aan het kweken is. Omdat pas over een jaar of drie
alles precies uitgerekend kan worden hoop ik dat jullie dat ook niet
erg vinden.
De nieuwbouw.
Geen nieuws.
De camping en het meertje.
Geen nieuws.
Overige onderwerpen.
De graaf en de gravin hebben
mij verzocht jullie mede te delen, dat ze, behalve bij officiële
gelegenheden, graag meneer en mevrouw genoemd willen blijven worden.
We krijgen van de stad een
afscheidscadeautje. De borden aan beide einden van de Hoofdstraat met
de oude naam van het dorp worden vervangen door borden met Wellingten,
Wellingtenshire erop.
Bedankt, stad. Jullie hebben
ons altijd eerlijk behandeld, maar we hebben nooit het gevoel gehad bij
jullie te horen, daarvoor zit er waarschijnlijk nog te veel
vrijbuiterbloed in ons. Dat belet ons niet om blij te zijn met de
nieuwe naam van het dorp en dat we ingedeeld zijn in Wellingtenshire,
met aan het hoofd daarvan . . . nou ja, jullie weten het wel. (In mijn
taakomschrijving staat, niet te lovend over je werkgevers spreken)
Dat was het weer, voor deze keer.
Tamara
Telefoon thuis [om privacyredenen door de schrijver weggelaten]
Mobiele telefoon [om privacyredenen door de schrijver weggelaten]
E-mail tamara@wellingten.co.uk
* * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * *
Week 47
‘De bouwambtenaar van
de stad belde weer. Of ik morgenochtend om tien uur bij hem kan zijn.
Hij wil graag uit de eerste hand horen hoe het bij de koningin gegaan
is. Hij heeft de burgemeester ook uitgenodigd. Ik kon natuurlijk niet
weigeren, die ambtenaar heeft echt zijn best voor ons gedaan, met de
nieuwbouw. En of mijn echtgenoot en jullie ook kwamen, de burgemeester
zou dat ook waarderen.’
‘We gaan altijd graag naar waar je ons wilt hebben, Tamara.’
‘Ja, voor feestelijke
openingen of zo. Dit is wat anders. Hij vroeg, of we dezelfde kleding
als toen aan kunnen trekken, voor de sfeer. Doen we dat?’
‘Waarom niet, als hij dat leuk vindt?’
‘Toestanden! Nou, vooruit. Kan Thomas ook mee?’
‘Ja, natuurlijk. Hij kan voor zoiets wel vrij voor zichzelf regelen.’
‘Goed. Verder is er geen nieuws.’
‘Wij hebben alleen maar
een advies voor je. Ga vanavond op tijd slapen, bij een burgemeester
moet je goed wakker zijn.’
‘Poe, vast niet meer
dan bij een graaf en een gravin. Maar jullie hebben gelijk, soms wordt
het erg laat, als we er geen genoeg van kunnen krijgen.’
‘Na zes keer nog niet tevreden?’
‘Jawel, maar meestal
was er die dag of avond dan iets, waardoor we nog niet op zes keer
zaten. We tellen niet, maar daar komt het zo’n beetje wel op
neer. Onder de vier keer kan ik me niet herinneren.’
‘En als jij niet kan?’
‘Dan spelen we een keer
of drie per dag. Dan kan ik zijn spullen op een andere manier
verwennen, en ik blijf het prachtig vinden om te zien hoe hij gaat
hijgen als hij komt en dan zo veel en zo hard spuit. Het is dan net of
ik het van binnen voel.’
‘Jullie hebben het maar fijn met elkaar.’
‘Ja. Nogal een toeval,
denk ik, dat hij zo productief is en ik er zo graag van geniet.
Hé, dat praten erover is ook niet alles. Ik ga nu naar huis,
douchen en bloot op bed liggen, dan ben ik mooi op tijd om van een
voorafje voor het eten te genieten, Thomas lust best ook wat.’
‘Veel plezier. Tot ziens.’
De volgende dag reden ze naar
het stadhuis, Thomas chauffeerde en ging mee naar binnen. Ze werden
door een bode naar de kamer van de burgemeester gebracht. De
bouwambtenaar was er al, hij stelde ze aan de burgemeester voor. Ze
namen plaats in een zithoek, er werd koffie geserveerd. De burgemeester
nam het woord.
‘Hartelijk welkom,
graaf, gravin, Tamara, Thomas. Heel mooi, dames. Bij elkaar passend,
dat kan ik als man zelfs zien. Heel geschikt om bij Hare Majesteit op
bezoek te gaan. Wij zijn ook een beetje feestelijk, omdat we vandaag
nog wat bijzonders hebben, vandaar ons jacquet. Tamara, ik heb van mijn
ambtenaar al wat over je gehoord, jullie schijnen goed met elkaar op te
kunnen schieten.’
‘Ja, burgemeester.
Ambtenaren hebben een slechte naam, maar híj denkt mee. Ik krijg
veel eer voor mijn werk, maar veel mensen die ik benader om iets voor
elkaar te krijgen, leveren vanuit hun specialisatie een bijdrage. Hij
ook, meerdere keren. Tja, daarom kan ik natuurlijk goed met hem
opschieten.’
Ze grinnikten allemaal.
‘Hij heeft inderdaad
meer gedaan dan ik hem gevraagd heb. Er was mij ter ore gekomen dat het
dorp voorrang verdiende, die moest hij verlenen. Voor zijn extra
verdiensten hebben we een stedelijke jaarlijkse regeling, daar kan ik
nu niet op vooruitlopen.’
‘Een bonus?’
‘Eh ja.’
‘Prima, die komt hem
toe. En dat ter ore komen was zeker een telefoontje van iemand met een
beetje een Amerikaans accent.’
De burgemeester lachte, de anderen grinnikten.
‘Je bent aardig gevat. Heb je leuk met Hare Majesteit gesproken?’
‘Nee, toen kon ik er amper een woord uitkrijgen. De graaf wel, die zei aan het eind tegen Haar, bedankt, Liz.’
‘Wat? Liz? Vertel asjeblieft het hele verhaal.’
Tamara deed het.
‘Dank je wel. Een
unieke geschiedenis. Tamara, je hebt Hare Majesteit geschreven en ons
aangespoord om een aanvraag in te dienen. Voor jezelf heb je niets
gevraagd, terwijl jij overal een groot aandeel in hebt.’
‘Natuurlijk niet. Maar
ik mocht mee, ik heb met de koningin gesproken, al was het van mijn
kant weinig, en ze gaf me een hand. Na veel lovende woorden van haar.
Méér dan genoeg.’
‘Hare Majesteit vond van niet. Zei ze op het eind niet, mijn waardering komt te zijner tijd tot uitdrukking?’
‘Ja. Hoe weet u dat? Dat heb ik niet verteld.’
‘Dat heeft ze me geschreven. Wat dacht je, toen ze dat zei?’
‘Over die waardering? Niets. De graaf kwam er later op terug, toen dacht ik, misschien een bedankbrief.’
‘Ja, zoiets heeft ze me gestuurd, om je die uit te reiken.’
‘Hé, moest ik daarvoor hier komen? Ben ik erin geluisd?’
‘Ja, je bent erin
geluisd. Zo hoort dat, bij dit soort bedankbrieven, die gaan niet over
de post. Drinken jullie je koffie op, ik pak de brief en waarschuw de
fotograaf.’
De burgemeester ging naar zijn bureau.
‘Daarom moesten we ons zeker netjes aankleden. Is dat nodig, voor een brief? En moet dat gefotografeerd worden?’
‘Het is niet zomaar een brief, Tamara.’
‘Weet je er meer van, Mark?’
‘Ja, de burgemeester
heeft me gebeld en al wat verklikt. Zijn ambtenaar zou je hier naar toe
lokken, we moesten zorgen dat je toch kwam, als je niet wilde. Maar het
ging vanzelf goed. Hoe slim je ook bent, argeloos ben je ook.’
‘Argeloos? Eerder goed van vertrouwen. Wel een hoop drukte voor een bedankbrief.’
‘Wacht maar af, het is een speciale.’
De fotograaf kwam binnen en
de burgemeester kwam met een rol papier met een lint eromheen en een
doosje terug van zijn bureau. Hij zette het doosje op tafel en gaf de
rol aan Tamara. Toen die het lint los begon te maken stopte de
burgemeester haar.
‘Ik moest hem uitreiken, dat is nu gebeurd. Geef hem maar aan je paladijn, de graaf. Je kan hem later lezen.’
Tamara keek verbaasd, maar gaf de rol aan Mark.
‘Ik zal je eerst wat
uitleggen. Niet iedereen krijgt een bedankje van de Koningin, er moet,
net zoals voor de titel van de graaf, een procedure gevolgd worden.
Allereerst moet er natuurlijk een aanvraag zijn. Voor de familie
Wellingten waren er twee, die van jou en die van de stad. Voor jou,
Tamara, was er geen. Er was wel een zeer uitvoerige brief van meneer en
mevrouw over jou. Die eindigde met, wij zijn van mening, dat Tamara
minimaal eenderde van de eer voor ons ‘gedrag tegenover een heel
dorp’ toekomt. Tja, er had achter moeten staan, wij verzoeken U
daarom Tamara ook een titel te verlenen. Heeft u dat per ongeluk of
expres vergeten, meneer?’
‘Expres. We wisten de
procedure niet, we konden geen navraag doen zonder slapende honden
wakker te maken. En we wisten niet wat er mogelijk was. We hebben het
daarom maar aan Hare Majesteit overgelaten.’
‘Normaal worden brieven
zonder vraag voor kennisneming aangenomen en verdwijnen in het archief.
Maar die van u was zo uniek, dat hij met uw acceptatiebrief en de brief
van Tamara ook aan Hare Majesteit voorgelegd is. Zij heeft, voor zover
wij weten voor het eerst, besloten om toch een procedure voor Tamara te
starten.’
‘Toch niet voor een titel?’
‘Dat is dan nog niet
bekend, Tamara, dat hangt af van de informaties die er dan ingewonnen
worden. Mensen met een strafblad krijgen natuurlijk niet zo gauw een
bedankje, tenzij ze duidelijk en langdurig hun leven gebeterd hebben.
We hebben op het verzoek om inlichtingen over jou geantwoord, Tamara
heeft geen strafblad, ze staat uitermate goed bekend. Maar daar hebben
we het niet bij gelaten.’
‘Waarom niet? Of wist u niet dat de graaf al een brief geschreven had?’
‘Dat wisten we, we
hebben kopieën van jouw brief met je verzoek aan Hare Majesteit,
en van de brieven van de graaf aan Haar gekregen. Wij hebben je
krantje, waarin je verslag deed van het feestje in het paleis,
meegestuurd, ter attentie van Hare Majesteit persoonlijk.’
‘Nee toch?’
‘We vonden dat Zij ook
jouw krantje moest zien, om het verhaal over jou compleet te maken.
Tamara, het ligt wat moeilijk, om gesprekken met Haar op schrift te
zetten, dat wordt niet zo gewaardeerd. Maar jij hebt het in je krantje
keurig gedaan. Het staat nu ook niet op papier, maar mij is telefonisch
medegedeeld, dat Zij je krantje gelezen heeft en ervan genoten heeft.
Van je mooie verslag en je keurige uitleg over alle veranderingen die
je de stadsraad aan hebt laten vragen.’
‘O.’
‘Verder viel haar weer
je bescheidenheid op. En Ze heeft gelachen om je beschrijving van het
gaasje in de japon van de gravin en dat jullie over naaktlopen
gesproken hebben.’
‘Jammer dat het niet op papier kon.’
‘Tja. Ze wil ook graag
je krantje waarin je over deze gelegenheid schrijft ontvangen. Waarmee
ik natuurlijk niets wil suggereren.’
‘O. Natuurlijk niet.
Dank u wel. Als ik geweten had dat Ze mijn krantje zou lezen had ik
alles misschien anders geschreven.’
‘Verander alsjeblieft
je stijl niet, dat is absoluut niet nodig voor Hare Majesteit. Ze zou
het doorzien en betreuren.’
‘Goed. Ik zal mijn best doen. Was dat alles, burgemeester?’
‘Wat bedoel je?’
‘Ik heb mijn bedankbrief. Al heb ik hem nog niet mogen lezen. Ik wil u niet van uw werk houden.’
De burgemeester grinnikte, de graaf en de gravin glimlachten en Thomas keek afwachtend.
‘Nee, dat was niet
alles. Dat was eigenlijk nog niets, alleen een uitleg vooraf, over de
gang van zaken. Ik ga nu in op de inhoud van wat je noemt je
bedankbrief.’
‘Is het dat dan niet? U
heeft het over zoiets, dit soort gaat niet over de post, en de graaf
zei, het is niet zomaar een brief, het is een speciale.’
‘Ja, het is een
speciale. Je herinnert je vast de drie redenen voor de verlening van
een titel aan de Wellingtens. De eerste twee betroffen de voorgangers
van de huidige graaf. Je hebt Hare Majesteit gevraagd om een eeuwenlang
foutje goed maken. Een beetje brutaal, maar Ze vond dat je gelijk had.
De derde reden was, voor het uitzonderlijk sociale en onbaatzuchtig
gedrag tegenover een heel dorp. Ik heb vernomen, dat het nogal moeite
gekost heeft om de dank van Hare Majesteit voor jou op papier te
zetten. Voor de graaf was dat makkelijk, er hoefde bijna niets aan jouw
tekst veranderd te worden. Heb je dat gemerkt?’
‘Ja. Daar was ik al net
zo verbaasd over als over dat al mijn voorstellen over het geven van de
grond in het dorp aan de Wellingtens en de naamsveranderingen bijna
letterlijk overgenomen waren. Ik ben er maar van uitgegaan, dat dat
maar voor het gemak gedaan was.’
‘Nee, zeker niet. Alles
is onderzocht, maar alles was perfect uitgewerkt. Voor ons ook. Je kan
je voorstellen wat we dachten toen we lazen, de grond in het dorp
wordt, om niet, overgedragen aan de familie Wellingten. Daar kon
natuurlijk geen sprake van zijn. Maar door wat er daarna stond zijn we
onmiddellijk overstag gegaan. Het maakt de stad financieel inderdaad
niets uit. Een perfect voorstel. We hadden je graag gevraagd om voor
jezelf iets op papier te zetten, maar dat kon natuurlijk niet. En
gezien je bescheidenheid zou het waarschijnlijk nogal kort en simpel
geweest zijn. Wat had je voorgesteld?’
‘De graaf en ik hebben
het er een keer over gehad. Ik dacht, heel hartelijk bedankt voor het
zo goed helpen van de graaf en de gravin.’
‘Veel te kort en te simpel.’
‘Maar dat sluit toch aan bij de derde reden van de graaf en de gravin? Over hun gedrag tegenover het dorp?’
‘Ja, dat sluit daarbij aan, maar daar kan toch niet naar verwezen worden? Dat moet er bij jou ook in staan.’
‘Ja, dat moet dan wel.’
Ik vind dit wel uniek.
Normaal lees ik voor en krijg geen commentaar. Ik zal het voor jou
anders, speciaal doen, Tamara. Ik lees de reden in stukjes voor, dan
kan je tussendoor eventueel commentaar geven. Het hoeft niet, je mag
het ook bewaren voor in je krantje.’
‘Ik hoor helemaal geen
commentaar te leveren op iets van de Koningin. Maar ik vind het zo raar
gaan, zo’n toestand voor een bedankje. En u vroeg me wat ik zelf
voorgesteld zou hebben. Een reden in stukjes?’
‘Ja, Tamara. Mag ik nu voorlezen?’
‘Ja, burgemeester. Neemt u me niet kwalijk.’
‘Voor haar uitzonderlijk sociale en onbaatzuchtig gedrag.’
‘Dat is inderdaad een herhaling. De graaf betwijfelde dat ‘uitzonderlijk’, dan mag ik dat ook.’
‘Ja, dat mag je, maar het blijft de mening van Hare Majesteit.’
‘Ja, burgemeester.’
‘Door, zonder daarvoor opgeleid te zijn, met hulp van iedereen die ze maar in kon schakelen.’
‘Dat klopt. Maar ik mis daarvóór, tegenover een heel dorp.’
‘Dat komt zo goed. Het
op een unieke, grondige en gedetailleerde manier omzetten van de
grootschalige wensen van haar werkgevers en de kleinschalige wensen van
de dorpsbewoners.’
‘Ik betwijfel dat uniek. Maar verder is het mooi en correct opgesteld. En ik werk inderdaad twee kanten op.’
‘In een luxe maar én voor haar werkgevers én voor de dorpsbewoners betaalbare realiteit.’
‘O. Prachtig, alles in één, nieuwbouw, camping, meertje.’
‘Wacht even. Op de gebieden huisvesting, gezondheid en vermaak.’
‘Ja, alle huizen. En de camping en het meertje zijn gezond vermaak.’
‘Er staat niet gezond
vermaak, Tamara. Er staat gezóndheid en vermaak. Het kon niet zo
uitvoerig, het is al erg lang, maar wij weten de bedoeling. De huizen
zijn natuurlijk huisvesting, de camping is huisvesting én
vermaak, het meertje is vermaak.’
‘En die gezondheid dan, meneer?’
‘Dat slaat op je kortademige vriendin.’
‘O.’
‘We hebben je verteld
dat we ook over haar geschreven hebben, zonder haar naam te noemen,
niet iedereen hoeft het te weten. Tamara, ze vindt het een beetje
jammer dat je je zo slecht laat bedanken. Zonder jouw slimheid en inzet
had ze tot haar dood gemodderd. Wil je haar vertellen, dat je namens
haar door Hare Majesteit bedankt bent?’
Tamara zei niets.
‘Anders doen wij het.’
‘Goed, meneer.’
‘Kunt u misschien nog
een tipje van de sluier oplichten, zonder de privacy van die vriendin
aan te tasten? Ik weet wel iets, maar een gedeelte van de kopie van uw brief was zwart gemaakt. Wij moesten in
het ziekenhuis nagaan of er op een bepaalde datum een patiënte een
bijzondere spoedbehandeling gekregen had, en wat daarvan het resultaat
was. De directeur deed moeilijk, in verband met de privacy, maar omdat
het voor Hare Majesteit was ging hij het uitzoeken. Hij belde later
terug. Hij kon bevestigen, dat op genoemde datum inderdaad een
patiënte een spoedbehandeling gekregen had. In een
éénmalige afwijking van de normale procedure, op
bijzonder verzoek, was ze door alle specialisten achterelkaar
onderzocht. Behalve de door haar opgegeven klachten is er niets
gevonden. Één klacht kon onmiddellijk verholpen worden,
de andere wordt op het daarvoor geschikte moment verholpen. We hebben
dat ook doorgegeven. Al snapten we er niet veel van.’
‘Ik leg het een beetje
uit. Tijdens een gesprek met die vriendin rook Tamara, door een
onbedoeld bepaald woordgebruik van haar vriendin, onraad. Ze begon haar
vriendin onmiddellijk te ondervragen en kwam zo achter twee medische
klachten, handicaps, van haar vriendin, die niet op de hoogte was van
de hedendaagse mogelijkheden. Ze heeft, met een beetje hulp van ons, om
het proces wat te versnellen, er voor kunnen zorgen, dat de ene
handicap inderdaad dezelfde dag verholpen was, de andere over niet al
te lange tijd zeker ook.’
‘Het klinkt naar een medisch wonder.’
‘Nee, medisch was het
geen wonder, wel een wonder van oplettendheid en inzet, zoals ik zei.
Tamara heeft, zonder dat het haar gevraagd werd, de kwaliteit van het
leven van haar vriendin van onder de tachtig procent op honderd procent
gebracht.’
‘Dat was dan zeker het
vermelden waard. En voor de kenners is er dus ook daarvoor waardering.
Nu, daarnet had ze zo’n grote mond, nu zit ze er bij als een ziek
vogeltje. Ik zal een keer, ongestoord, alles achterelkaar
voorlezen.’
De burgemeester las de hele reden in één keer op.
‘Dank u wel. Weet u eigenlijk wel zeker dat het over mij gaat?’
‘Tamara!’
‘Nou ja. Zo’n
ingewikkelde zin is nogal overweldigend. Om dat over jezelf te horen.
Maar afgezien van een tikje overdrijving kan ik er niets tegenin
brengen.’
‘Gelukkig.’
‘Alleen is het niet compleet.’
‘Wat?’
‘U begon met, voor haar puntje puntje gedrag enzovoort. Wat staat daarvoor? Hartelijk dank?’
‘Je mist weinig. Maar
daarom ben je natuurlijk zo’n goede troubleshooter. Er staat een
speciale dank voor, méér dan hartelijk. Daardoor is je
bedankbrief een Koninklijke Oorkonde. Ik zal je vertellen wat er
vóór de reden staat en doen wat daar bij hoort.’
De burgemeester pakte het doosje van tafel en stond op.
‘Willen alle aanwezigen opstaan.’
Dat deden ze, al of niet verbaasd. De burgemeester schraapte zijn keel.
‘Het heeft Hare
Majesteit de Koningin behaagd, Tamara Peterson Hillman te benoemen tot
Member of The Most Excellent Order of the British Empire, voor haar
puntje puntje gedrag enzovoort. Ik mag haar de bijbehorende medaille
opspelden.’
De burgemeester haalde de
medaille uit het doosje, gaf het doosje aan Mark en speldde de medaille
bij de inmiddels bleek geworden Tamara op en kuste haar.
‘Van harte gefeliciteerd met de onderscheiding.’
‘Is dat eh afgekort, M B E?’
‘Ja. Dat mag je voortaan achter je naam zetten.’
‘Ik M B E?’
Simone omarmde en kuste haar.
‘Van harte gefeliciteerd. Ik vind je titel heel goed bij de onze passen.’
Mark omarmde en kuste haar.
‘Van harte, Tamara. Liz heeft het keurig gedaan.’
Eindelijk was Thomas aan de beurt om haar te kussen en te feliciteren.
‘Ik ben heel trots op mijn meisje. En heel blij, dat je onbaatzuchtige werk zo mooi beloond wordt.’
‘Zo is het Thomas. En dat alles zonder jou tekort te doen, hè?’
‘Tekort? Bijna te veel, Mark. Maar zo te zien gelooft ze het bedankje nog niet helemaal.’
Tamara ging zitten, de anderen ook.
‘Een koekenbakker kan toch geen titel krijgen, Mark?’
‘Ga je nee zeggen en Hare Majesteit op de tenen trappen?’
‘Waarom moet je me nu
weer met mijn eigen woorden vangen? Nee, ik kan geen nee zeggen. Maar
ik vind M B E te veel van het goede. Het is jouw schuld, jij hebt me te
veel opgehemeld.’
‘Ik heb hetzelfde
gedaan als jij over ons. Omdat je hetzelfde als wij gedaan hebt, wij de
grote lijnen, jij de details, zo ongeveer. Dat je een andere titel dan
wij krijgt snap je wel. Maar hij is evenveel waard. En denk erom,
bescheidenheid kan ook te ver gaan.’
‘Ja, wrijf het er maar in.’
‘Er passen nu enige woorden via de burgemeester richting Hare Majesteit, Tamara.’
‘O. Goed. Meneer de
burgemeester, ik weet niet hoe dit verder hoort, maar als u Hare
Majesteit moet schrijven, zeg dan maar, door het koekenbakkertje in
dank aanvaard. Letterlijk graag.’
‘Ik zal het doen. Nog
iets, Tamara. Normaal reikt Hare Majesteit een M B E zelf uit. De
aanvraag voor de jouwe kon niet op tijd gehandeld worden voor de
laatste uitreiking. De volgende duurt nog even. Ze dacht niet dat je
het erg zou vinden als ik hem je in haar naam uitreikte. Ze heeft al
met je gesproken en je persoonlijk bedankt.’
‘Het is zo al mooi genoeg. Dank u wel.’
‘Stuur je krantje met
je verhaal over deze uitreiking maar naar mij, dan zal ik het
meesturen. Tamara, laten we nu de uitreiking en het opspelden even
langzaam overdoen, voor de fotograaf. Op de eerdere foto’s zie je
vast te bleek. Gaat het nu?’
‘Ja. Ik ben nog wel overdonderd.’
Ze deden het over, de fotograaf kon mooie foto’s maken.
‘Een officiële bedankbrief had ik al mooi gevonden, burgemeester. Die had ik mooi ingelijst.’
‘En waar neergezet of opgehangen?’
‘Niet boven mijn bed. In mijn kantoortje opgehangen, denk ik.’
‘Dat moet je met de
oorkonde ook doen. Net zoals de dokter zijn afstudeercertificaat of hoe
dat heet in zijn spreekkamer heeft hangen. Die doet dat niet om op te
scheppen, maar om aan te geven dat hij er trots op is om huisarts te
zijn en nog steeds graag mensen wil helpen. Jij kan daar mee aangeven,
dat je je ingezet hebt om mensen te helpen en ook bereid bent om het
nog steeds te doen. En niet boos zijn op de graaf. Je wilde ook een
titel voor hem, omdat iedereen in zijn buurt dat fijn zou vinden. Ik
denk, dat het hele dorp blij én trots is, dat jij er ook
één hebt gekregen.’
‘Misschien wel.’
‘Tamara!’
‘Vast wel. Zo goed, Mark?’
‘Beter. Je zal het wel
merken, in het dorp. Vast al voordat je krantje uit is, nu het
officieel is gaan er vast ambtenaren naar hun familie of bekenden in
het dorp bellen.’
‘Nu kan ik op de fiets mijn paladijnenmuts niet meer op.’
‘Waarom niet?’
‘Dat zou u moeten
snappen, graaf. Ik kan toch niet alleen de op één na
mooiste onderscheiding die ik ooit gekregen heb dragen? Maar de
mooiste, die medaille, gaat niet.’
‘Daar zit iets in. Heb je die muts zo graag op?’
‘Ja, hij is lekker
warm. En de mensen vinden het leuk, net zoals wanneer ik in de Rolls
met mijn troubleshooterstandaard rondrijd en toeter. En als mijn muts
opheb voel ik me een beetje Robin Hood, ik pak ook van de rijken en
geef het aan de armen.’
Ze schoten allemaal in de lach.
‘Wat een mens ben je
toch. Zet dat alsjeblieft een keer in je krantje. Burgemeester,
hartelijk dank dat u van de uitreiking iets bijzonders gemaakt
hebt.’
‘Geen dank. Eigenlijk lokte Tamara het uit, ik ben er met plezier opingegaan.’
‘Ja, dat overkomt ons ook vaak.’
Ze namen afscheid.
Op de terugweg kreeg Tamara in de auto een huilbui.
‘Dit kan toch allemaal niet. Eerst met Haar praten, Haar hand schudden, en dan een M B E krijgen?’
Simone, die naast haar zat, omarmde haar.
‘Het gaat wél,
je ziet het. Je snapt het nog niet helemaal, hè? Mensen krijgen
een titel niet om wat ze zijn, arm of rijk, koekenbakker of dokter,
maar voor wat ze gedaan hebben voor hun medemens wat niet van hun
verwacht kon worden. Mark, ze heeft hem eigenlijk meer verdiend dan
wij, hé?’
‘Ja, dat staat toch in de redenen? Bij ons telden onze voorvaderen mee, zij heeft het in haar eentje gedaan.’
‘Jullie konden door
jullie voorvaderen doen wat in jullie derde reden staat, ik kon het
doen omdat ik maar een halve week werk en er dus nooit moe van kon
worden of genoeg van kon krijgen.’
‘Allemaal niet zo
belangrijk, Tamara. Wat Simone zei, we hebben voor de dorpsbewoners
iets gedaan hebben wat niet van ons verwacht kon worden. Je hebt steeds
de dank van je mededorpsgenoten aangenomen en aan ons doorgegeven,
aanvaardt die van Hare Majesteit nu ook. Ietsje overdrijven doe je zelf
soms ook.’
‘Ja, Mark. Maar het is niet helemaal eerlijk is gegaan. Jullie werden eerst gevraagd, ik werd erin geluisd.’
‘Zo gaat dat. Wij
konden toch niet bij de Koningin zeggen, ben ik daarvoor hierheen
gelokt, ik moet geen titel? Bij een burgemeester zou dat nog kunnen,
dat is niet zo in het openbaar. Evengoed zou Hare Majesteit het je
kwalijk genomen hebben als je geweigerd zou hebben. Maar we wisten dat
je dat niet zou doen.’
‘Omdat jullie erbij waren. Als Ze het schriftelijk gevraagd had weet ik het nog zo net niet.’
‘Je had ons vast om advies gevraagd.’
‘Ja. Goed. Ik zal niet meer zeuren.’
‘Goed zo. Wij hebben,
nadat de burgemeester ons gebeld had, wat op Internet rondgekeken, naar
titelverleningen. We zijn alle drie uniek, Tamara. Wij tweeën,
omdat we nog geen jaar in Engeland wonen. En jij, omdat we niemand
hebben kunnen vinden die al zo jong M B E geworden is.’
‘Je zal het goed
bedoelen, maar daar heb ik niets aan. Dat nog geen jaar van jullie telt
niet, bij jullie tellen jullie voorvaderen mee. En mijn leeftijd is
niet interessant, alles had ook tien jaar later kunnen gebeuren.’
‘Ja, Tamara. Ik zal niet meer zeuren.’
‘Je zeurt niet. Maar het is me wat te veel. Mag Thomas de rest van de dag vrij?’
‘Natuurlijk. Om aan je krantje te beginnen?’
‘Nog even niet. Eerst
bijkomen. Wat eten, wat drinken. En dan wat normaals doen, naar bed,
vrijen. Het hoort niet, als afleiding voor wat anders, maar ik heb er
erg veel zin in. Goed, Thomas?’
‘Natuurlijk. Als je me
bloot ziet leidt dat altijd je gedachten van wat dan ook af. Mijn
lid [member] is maar een simpel lid van Engeland, maar hij kan, zonder
daarvoor opgeleid te zijn, zonder hulp van anderen, op een diepgaande
manier je intiemste wensen omzetten in de realiteit. En mijn
dankbaarheid uit zich dan niet met een oorkonde of met een medaille,
maar met tegen die tijd een enorme lading die je altijd zo graag voelt
komen. En dan komen we allebei.’
Ze grinnikten allemaal.
‘Dat deed niet onder voor de toespraak van de burgemeester, Thomas.’
‘Dank je, Simone. Ik
weet dat ik straks lekkerder commentaar van Tamara krijg dan de
burgemeester. Ik heb zo genoten van dat constant protesteren van
Tamara. Ze is altijd poeslief, tot je begint haar te bedanken, dan
wordt het een stekelvarkentje.’
‘Ja. Thuis ook?’
‘Nee, helemaal niet,
altijd poeslief, ook als ik haar bedank. Voor het eten, bijvoorbeeld.
Ze heeft thuis wel wat geleerd, maar haar moeder kookte bijna altijd.
Ze is met eenvoudig eten begonnen, dat ging prima. Het belangrijkste
vond ik, dat er nooit iets aangebrand of half gaar was. Maar al gauw
werd het ingewikkelder. Tja, zoals in de redenen voor haar M B E staat,
met hulp van iedereen die ze maar in kon schakelen, voor het eten
raadpleegde ze de chef-kok in de keuken. Ze kookt nu minstens zo goed
als hij, dus ook beter dan in een eerste klas restaurant. Ik snap het
verschil tussen het bedanken uit en thuis wel. Buiten de deur vindt ze
dat alles wat ze doet mogelijk is door jullie, dat ze daarom niet
bedankt hoeft te worden, ze wordt er al voor betaald. Ze accepteert
hooguit een kort dankjewel. Thuis doet ze alles voor eigen rekening,
zogezegd, daarom kan ik haar zonder problemen bedanken. En niet alleen
voor het eten.’
‘Voor het eten bedank
je erg prettig, zonder te overdrijven. Voor andere dingen? Ach, meestal
gaat het gelijk op. We zijn er bijna. Zet je mij even af, voor je Mark
en Simone thuisbrengt? Dan ga ik vast douchen. Niet van de garage naar
huis rennen, Thomas, hijgen kan je na mijn intiemste wensen omgezet te
hebben in de realiteit.’
Ze grinnikten. Bij het
portiershuis bedankte Tamara Mark en Simone voor hun gezelschap en
stapte uit. Thomas bracht Mark en Simone thuis en de auto naar de
garage. Hij liep net zo snel als anders naar huis, hij wist deze keer
zeker dat hij snel in bed zou liggen.
* * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * *
Het Wellingten Nieuws
Jaargang 1, nummer 35
Zie ook www.wellingten.co.uk
Verzorgd door Tamara Peterson - Hillman, MBE.
* * * SPECIALE UITGAVE * * * SPECIALE UITGAVE * * * SPECIALE UITGAVE * * * SPECIALE UITGAVE * * *
HET HEEFT HARE MAJESTEIT DE
KONINGIN BEHAAGD TAMARA PETERSON - HILLMAN
TE BENOEMEN TOT MEMBER OF
THE MOST EXCELLENT ORDER OF THE BRITISH EMPIRE.
Ik heb een oorkonde waar dat
in staat. Die ga ik inlijsten en in mijn werkkamer hangen. Dan kan ik
er af en toe naar kijken, om mezelf weer te overtuigen dat het echt
waar is dat ik een titel gekregen heb.
En ik heb de bijbehorende medaille gekregen. Ik weet niet of ik die ooit zal dragen, ik zou geen gelegenheid weten.
Zoals ik eerder schreef,
meneer was er achtergekomen dat ík Hare Majesteit en de
stadsraad briefjes gestuurd had, om voor zijn familie een titel aan te
vragen. Bij zijn acceptatiebrief aan H. M. heeft hij een brief gevoegd,
waarin hij schreef, dat zijn vrouw en hij tweederde van de eer toekwam,
en mij eenderde. Waar of niet, H.M. heeft mij ook een titel gegeven.
Misschien maar goed dat Ze het mij níet van tevoren gevraagd
heeft, ik was vast zo ? geweest om nee, dank u, te zeggen.
Ik zal vertellen hoe het
gegaan is. Ik ben naar het stadhuis gelokt, zogenaamd om de
burgemeester, in aanwezigheid van de stadsbouwambtenaar, uit eerste
hand te vertellen hoe het in Londen gegaan was. Ik moest mijn
echtgenoot en de graaf en de gravin meenemen, en we moesten hetzelfde
aantrekken als wat we bij de Koningin aanhadden, voor de sfeer. Thomas
heeft zijn trouwpak aangetrokken. Achteraf snap ik nog niet dat ik daar
zo makkelijk ingetuind ben. Ik ben argeloos, zei meneer. Nou, eerder
goed van vertrouwen.
Ik vertelde de burgemeester
het hele verhaal, ook dat meneer, als kersverse graaf, dank je, Liz,
gezegd had. De burgemeester vond het prachtig. Maar, zei hij, ik had in
mijn verhaal wat verzwegen, ook in mijn krantje. H.M. had tegen mij
gezegd, Mijn waardering komt te zijner tijd tot uitdrukking. Ik vroeg
hoe hij dat wist. Tja, H.M. had hem geschreven, daar stond dat in. En
er was een speciale brief voor mij bij, die had ik vast verwacht. Ik
kreeg toen door, dat ik erin geluisd was.
Ik had geen speciale brief
verwacht, hoogstens een bedankbriefje. Daarom had ik er niets over
gezegd of geschreven. Het was in Londen ook mijn feestje niet, maar van
meneer en mevrouw.
Ik kreeg een rol papier met
een lintje er omheen. Toen ik het lintje los wilde maken zei de
burgemeester, geef hem maar aan de graaf, je kan hem later lezen. Dat
snapte ik natuurlijk niet, moest ik in mijn mooie jurk komen om die
brief in ontvangst te nemen, mocht ik hem geeneens lezen.
Maar de burgemeester wilde
eerst iets uitleggen. Hij vertelde over de procedure voor Koninklijke
bedankjes. Er moest een verzoek komen, met daarin de redenen. Zoals ik
voor de graaf geschreven had en de stadsraad had laten schrijven. (Als
ik alles van tevoren geweten had, had ik dat niet in mijn krantje
gezet) Daarna werden er informaties ingewonnen. In mijn geval ook bij
de stad. Ze hadden geantwoord, Tamara heeft geen strafblad, ze staat
uitermate goed bekend. Maar ze hadden ook mijn krantje met mijn verhaal
over Londen meegestuurd. Ik kreeg van de burgemeester een beetje op
mijn kop. Je hoort geen gesprekken met Hare Majesteit openbaar te
maken, om te voorkomen dat Ze zich minder vrij zou voelen om te praten.
Gelukkig had ik het niet te bont gemaakt. Evengoed, mijn excuses,
Majesteit. Ik zal het (na dit krantje) niet meer doen.
De burgemeester had
telefonisch van iemand in het paleis gehoord, dat H.M. van mijn krantje
genoten had, ondanks dat ik wat te veel verklikte, en dat ze gelachen
had om mijn beschrijving van het gaasje in de japon van de gravin en
dat we over naaktlopen gesproken hadden. Ze wilde ook graag het krantje
ontvangen waarin ik over de uitreiking schreef. (Tja, nogal spannend,
om dat van tevoren te weten. Over praten hoor je niet te schrijven, mag
over genieten en lachen wel?)
Ik wilde opstappen om de
burgemeester niet langer van zijn werk te houden, maar hij zei dat hij
alleen wat uitgelegd had, hij wilde gaan vertellen over wat er in mijn
brief stond. Nou, vooruit maar, al kan ik goed lezen. Hij zei, dat de
redenen voor de titel van de graaf en de gravin makkelijk op te stellen
waren, want ik had ze voorgezegd, zelf en via de stad. Voor mij was het
moeilijker, want voor mezelf kon ik natuurlijk niet voorzeggen. Het zou
ook vast te weinig geworden zijn. Nou, ik zou het genoeg vinden als er
in stond dat ik meneer en mevrouw heel goed geholpen had.
Maar dat stond er zo niet in,
iets veel uitvoerigers. Ik snap niet hoe ze het in één
zin konden krijgen, ik had er zelf weer minstens vier of vijf van
gemaakt. Ik vind het een beetje pijnlijk, al die loftuitingen, en een
pietsje overdreven, maar ik heb de redenen voor de titel voor meneer en
mevrouw vermeld, nu moet ik dat voor de mijne ook doen:
Voor haar uitzonderlijk
sociale en onbaatzuchtig gedrag, door, zonder daarvoor opgeleid te
zijn, met hulp van iedereen die ze maar in kon schakelen, het op een
unieke, grondige en gedetailleerde manier omzetten van de grootschalige
wensen van haar werkgevers en de kleinschalige wensen van de
dorpsbewoners, in een luxe maar én voor haar werkgevers
én voor de dorpsbewoners betaalbare realiteit, op de gebieden
huisvesting, gezondheid en vermaak.
Hoe dan ook, ik vond het mooi
verzonnen. Maar, zei ik tegen de burgemeester, er staat iets
vóór die lange zin. Wat is dat? Hartelijk bedankt? Nee,
zei de burgemeester, nogal wat meer. Toen moesten we van hem allemaal
opstaan. De burgemeester trok een ernstig gezicht en zei, het heeft
Hare Majesteit de Koningin behaagd enzovoort. En hij speldde me een
medaille op. Ik schrok me wezenloos. Ik vroeg, voor de zekerheid, is
dat M B E? Ja, zei de burgemeester, dat mag je voortaan achter je naam
zetten.
Van het volgende kwartier
weet ik weinig. Net zoals toen bij H.M. Maar deze keer was Thomas
erbij, hij heeft me thuis verteld wat er gebeurd is. Ze hebben me
allemaal met mijn titel gefeliciteerd. En er zijn foto’s genomen.
En ik heb tegen de burgemeester gezegd, dat hij de dank van het
koekenbakkertje aan H.M. over moest brengen. Ik heb ook gezegd, nu kan
ik mijn paladijnenmuts muts niet meer op, ik kan niet met mijn op
één na mooiste onderscheiding op gaan fietsen. Met de
mooiste, die medaille, gaat niet. Dat ik dat jammer vond, want met die
muts op voel ik me een beetje Robin Hood, ik pak ook van de rijken en
geef het aan de armen. Ze hebben allemaal gelachen.
Op de terugweg heb ik in de
auto een huilbui gekregen. Het werd me te veel. H.M. een hand geven,
met haar praten, al was ik amper aan het woord, en nu was ik door haar
een M B E. Een koekenbakker met een titel. Ik vond niet dat ik dat
verdiend had. Maar de graaf en de gravin en Thomas wel, en H.M. ook,
dus mocht ik niet zeuren. Ik vond het geen zeuren, maar ik zal het niet
meer doen.
Thomas vertelde meneer en
mevrouw dat ik altijd poeslief ben, tot iemand me bedankt, dan word ik
een stekelvarkentje. Alleen thuis niet. Buiten de deur vind ik dat
alles wat ik doe bij mijn werk hoort en ik daarom niet bedankt hoef te
worden (hooguit een kort dankjewel), ik word er al voor betaald. Thuis
doe ik alles voor ons zelf, daarom kan hij me daar zonder problemen
bedanken. En niet alleen voor het eten. Tja, daar zit wat in. Hopelijk
begrijpen jullie, wanneer jullie me met mijn titel feliciteren, waar ik
vast niet onderuit zal kunnen, dat ik dan niet veel meer zal zeggen
dan, dank je wel.
Ik ben er echt wel dankbaar voor, dat poeslieve of stekelvarkentjesgedrag zit nu eenmaal in mijn karakter.
Dat was het weer, voor deze keer.
Tamara (Dat voldoet voortaan weer)
Telefoon thuis [om privacyredenen door de schrijver weggelaten]
Mobiele telefoon [om privacyredenen door de schrijver weggelaten]
E-mail tamara@wellingten.co.uk
* * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * *
‘Tamara, namens ons drieën van harte gefeliciteerd met je M B E.’
‘Dank je wel, Maureen. Al weet Crystal natuurlijk van niets.’
‘Nee, maar dankzij jou kan ze hier fijner opgroeien dan in een stad.’
‘Nog even en ik zet mijn stekels op.’
‘Nog heel even. Ik ben
naar de wasserij geweest, daar begonnen ze er gelijk tegen me over. Ze
zijn ontzettend blij met de onderscheidingen voor meneer en mevrouw en
helemaal met die voor jou.’
‘Ja, iedereen vindt het fijn, Maureen.’
‘We hebben de redenen
voor je M B E meerdere keren moeten lezen, voor we ze konden bevatten.
Het was inderdaad makkelijker voor veel mensen geweest als ze over
meerdere zinnen verdeeld zouden zijn.’
‘Ach, over een week is iedereen het vergeten.’
‘Vast niet. Iedere
dorpeling die de nieuwbouw, de camping of het meertje ziet denkt aan
jou. Alleen dat huisvesting, gezondheid en vermaak, moet dat niet
huisvesting en gezond vermaak zijn?’
‘Dat dacht ik eerst ook. Eh je hebt bij meneer en mevrouw geklaagd, hè, dat ik me zo slecht laat bedanken?’
‘Nou, geklaagd? Het is toch zo? Nét wéér! Nog even en ik zet mijn stekels op.’
‘Ja. Meneer heeft in
zijn brief aan Hare Majesteit niet alleen over mij, maar ook over jou
geschreven. Die gezondheid slaat op de jouwe. Hij heeft je naam niet
genoemd, in verband met je privacy, maar dat ik je geholpen heb.’
‘Over míj
geschreven? Wat ontzettend aardig van hem. Daar zal ik hem een keer
voor bedanken. Dus dat was ook een reden voor je M B E? Helemaal
terecht.’
‘Ik heb van meneer op mijn kop gekregen. Ik moet niet zo moeilijk doen over bedanken. Vooral tegen jou niet. Omdat ik de kwaliteit van je leven van onder de tachtig procent op honderd procent gebracht heb.’
‘Onder de tachtig? O,
ja, twintig van mijn longen, de rest van condooms moeten gebruiken.
Hoeveel procent dat is weet ik ook niet.’
Ze giechelde.
‘Maar bijna dagelijks, Tamara, veel vaker dan mijn medicijnen. Voor allebei zijn we je zo dankbaar.’
‘Ik moet van meneer zeggen, dat Hare Majesteit mij dus ook namens jou bedankt heeft.’
Maureen kreeg tranen in haar ogen, John bijna.
‘Wat fijn. Neem je onze dank via haar nu aan?’
‘Ik heb die van jullie echt wel aangenomen, ik was ook zo blij voor jullie. Alleen houd ik niet zo van veel lof.’
‘Goed, lieverd, we
zullen er niet verder op doorgaan. Maar we mogen er toch wel af en toe
wat over zeggen? We hebben dagelijks plezier van je hulp.’
‘Af en toe, dan. Maar, we hebben lekker gevreeën is genoeg, dan snap ik het wel.’
‘Je mag best nog eens een keer kijken. Eh M B E. De M van Maureen, de B van bouwen en de E van extreem genieten.’
Ze lachten.
‘Extreem?’
‘Ja. Niet met z’n
tweeën onder de dekens, maar open en bloot, vaak. En met anderen
erbij, om die mee te laten genieten en met hun mee te genieten. Ik zal,
als ik jou en Thomas weer eens bezig zien, hem niet meer bij zijn
ballen grijpen, dan komt hij te snel. Maar ik wil er graag nog eens
vaker aanzitten, in het water. En hem zien spuiten. En allemaal lekker
aan elkaar voelen, dan zijn we daarna thuis weer een keer lekker
wild.’
‘Bij het meertje waren we anders ook aardig wild. We hebben ook gekreund, tot vermaak van dat andere stel.’
‘Ja, achteraf dacht ik,
ik had hem ook bij zijn ballen moeten pakken, dan was hij nog wilder
geworden in hun caravan.’
‘Nou, liever niet te, anders schudt die nog uit elkaar.’
‘Die van ons schudt
soms een beetje, maar hij piept of kraakt nog niet. Wij gelukkig ook
niet. Zeg, Peter, van de afrasteringfirma, is op bezoek geweest. Hij
kwam nog even genieten, zei hij, zowel van de camping als van het
meertje. Wat een aardige man. En zo netjes.’
‘Ja, hè? Hij heeft het meeste voor hier verzonnen.’
‘Hij zegt van niet. Jij
kwam met plannen om het meertje op te knappen en voor een nieuw
meertje, met aan één kant caravans, aan de andere
plaatsen voor tenten. Hij heeft alles alleen maar uitgewerkt.’
‘Alleen maar? Nee,
méér. Ik dacht aan bruggetjes, hij heeft die rioolbuizen
verzonnen, met aan de kant van het meertje die knik erin, tegen de
inkijk. En ik had maar één afvoerputje bedacht, bij de
tenten, hij vond dat er om de twee tenten één moest
komen, gecombineerd met de aansluitingen voor het water en de
elektriciteit. En zo waren er meer dingen. Die steigerpijpen laatst
nog.’
‘Dat kan wel zo zijn,
maar hij zei, ze was zo enthousiast, ik moest wel met haar meedenken om
er een hele mooie camping van te maken. Hij is het helemaal met de
Koningin eens, vooral over dat je de hulp van iedereen inschakelt. Hij
vindt ook dat je M B E volkomen verdiend is.’
‘Nou ja, ik blijf een M B E erg veel vinden.’
‘Nee, Tamara, wat ons
betreft had je gravin mogen worden. Peter heeft ook bij het meertje
gekeken. Hij was onder de indruk, vier adams en vier eva’s in het
paradijs. Maar hij miste schaduwplekken. Hij wil wat boompjes of
parasols aanbieden. Hij zei, het zou zonde zijn als Eva verbrandde.
Kunnen we dat aannemen?’
‘Je mag giften aannemen,
laat me het wel even weten. Dan zet ik de gevers op mijn gulle gevers
lijst, om ze later op één of andere manier te kunnen
belonen of te eren. Vraag maar om parasols, die zijn
verplaatsbaar. Bomen zijn lastig bij het maaien, hé, John?’
‘Wat bedenk je dat toch
weer snel. Ja, nu je dat zo zegt, liever parasols. Ik maak naast de
kluisjes wel een plek om ze te parkeren. De jeugd is vast weer zo
netjes om ze na het gebruik daar terug te zetten.’
‘Dat was ook snel
bedacht. Ik geef wel een hint in het krantje, als de parasols er zijn.
Dan kan ik de jeugd gelijk nog eens bedanken voor hun keurige
gedrag.’
‘Ja, dat moet je doen.
Alsjeblieft ook namens ons, we hoeven nooit wat op te ruimen. En ze
maken ook geen lawaai bij het komen en gaan, niemand heeft last van
ze.’
‘Wel plezier?’
‘De meeste gasten vinden het uniek. En wie het niet wil zien hoeft dat ook niet. Zo is iedereen tevreden.’
‘Mooi. Ik zal het ook aan meneer en mevrouw doorgeven.’
‘Misschien het volgende
ook. Je hebt een keer verteld, dat de jongens op grote borsten af gaan
en de meiden op jongens die een grote hebben. De jongens hebben het
hier makkelijk, natuurlijk, ze hoeven maar rond te kijken. Op de kant
doen ze niets, maar in het water omhelzen ze vaak een meisje van
achteren af met hun handen op haar borsten. Dat laten die meiden
meestal toe, maar niet te lang. En die grijpen onder water vast ook
alles wat ze willen. Maar ze doen méér, op de kant. Ik ga
af en toe met Crystal naar het meertje, om haar in het water te laten
spartelen, ze vindt het heerlijk. John komt er dan ook vaak bij.’
‘Hé, je mag rustig zeggen dat je daar graag bloot zit.’
‘Jawel, maar zonder
Crystal zouden we er niet vaak komen. We hebben al een paar keer
gezien, dat een stel meiden naar een stel jongens toegaat en er
één omcirkelt. Na een tijdje gaan die meiden dan weer uit
elkaar, maar eentje loopt er met een wegwerphanddoek naar de vuilnisbak
en gooit die daarin.’
‘Zo. Ze testen dus op
de grootte en zelfs hoeveel hij loost. Ik dacht dat één
meisje dat deed, als er een nieuwe jongen kwam. Tja, makkelijker en
sneller dan doorvertellen. Hoe oud zijn die?’
‘Die van een jaar of dertien blijven het in hun ééntje doen, die groepjes zijn veertien of ouder.’
‘Nou, dan is er nog
niet veel veranderd, behalve dat ze het nu in hun blootje doen en
collectief. Tenminste, als al die meiden dan maar aan die jongen voelen
en hij ondertussen ook grijpt wat hij grijpen kan. Als die jongen zich
niet doodschaamt lijkt me het wel lekker voor hem. Thomas vond het ook
wel leuk, toen in het zwembad de dochter en schoondochter van meneer en
mevrouw tegelijk aan zijn ballen en zijn stijve zaten. Hij moest ze op
tijd stoppen, maar hij had vast graag willen lozen.’
‘Zou je dat niet erg gevonden hebben?’
‘Nee, Maureen, van mij
mag iedereen zien hoe mooi hij is en één keer op een dag
hoe productief hij is. Van kijken slijt hij niet en één
keer op een dag kan ik wel missen. Tja, vóór mijn trouwen
dacht ik, we zullen het vast wel eens óp de dekens doen, maar
meestal eronder. Dat is dus andersom uitgekomen, pas als we slaap
krijgen gaan we onder de dekens. En dan doen we het soms nog een
keer.’
‘Ik geloof die zes keer
nu helemaal. Ik heb aan zijn ballen gevoeld, hem zien spuiten en vrij
snel daarna met je zien vrijen en weer zien komen. Hij genoot
ontzettend.’
‘Ik ook. Ik ga naar huis, tijd voor de volgende ronde. Tot ziens, bloot of niet.’
Week 48
‘Ik heb van de
gezelligheidsvereniging een begroting gekregen. Ze weten kennelijk niet
het verschil tussen een beetje opknappen en een renovatie. Misschien
had ik duidelijker moeten zijn, maar ik wilde niets verraden. Ze
vroegen of alles geschilderd kon worden en om nieuwe TL-buizen en
gloeilampen, dan konden ze er weer een tijd tegen.’
‘Wat ga je doen?’
‘Ik heb mijn contacten
die daarvoor in aanmerking kwamen om een offerte gevraagd. Met het
verzoek om stiekem in het dorpshuis te gaan kijken. Ik heb jullie
verteld, dat de binnenploegen steeds beter op elkaar ingespeeld raken
en tijd over hebben. Ze helpen tussendoor oude klanten. Ik krijg
waarschijnlijk een renovatie net onder die twintig mille voor elkaar.
Mag dat?’
‘Tamara, we zouden
alles kunnen bekijken, maar we weten dat dat zinloos is. Er valt vast
niets op aan te merken of te verbeteren.’
‘Dank je wel. Ik hoorde
van Ian, dat er eind volgende week een vergadering van de vereniging
van huurders is. De reden daarvoor wil hij niet vertellen, maar hij
vroeg of ik jullie uit wilde nodigen.’
‘Wat adviseer je?’
‘De uitnodiging aannemen, hij doet dat vast niet voor niets.’
‘Goed. Geef het maar door.’
‘Zal ik doen. Ik heb
hem gevraagd, om aan het bestuur van de gezelligheidsvereniging te
vragen om een gecombineerde vergadering. Veel ouderen zijn lid van
beide verenigingen, maar de jeugd niet, als ze geen huurder zijn. En
die wil ik er ook bij. Ik heb Ian ook geen reden gegeven, maar hij weet
dat ik het ook niet voor niets doe. Ik wil daar de renovatie van het
dorpshuis bekend maken, daarom heb ik me als spreker opgegeven.’
‘Hoe vond hij dat?’
‘Verdacht. Hij zei, ik
ken je al heel lang. Je verbaasde me door de vereniging uit de grond te
stampen. Voor wat je daarna gedaan hebt werd je terecht M B E. Ik houd
mijn hart vast, want je gaat vast een stunt uithalen. Maar ik ben dan
het eerst aan het woord, ik ga jou ook verrassen. Nou, dat kan weer een
leuke avond worden. Al zal het vast niet zo schokkend zijn als de
eerste keer, toen jullie je verhaal deden. Een dorp kopen, dat
renoveren en de woningnood opheffen is natuurlijk niet te
overtreffen.’
‘Nou, in Londen is er vast ook wel wat mis. Ik weet niet of Liz een zwembad binnen heeft. Regel dat even, Tamara.’
‘Mark!’
‘Grapje, Simone, we blijven hier in de buurt, in Wellingtenshire. Hoe zit het met de consumpties, Tamara?’
‘Voor eigen rekening.
Jullie moeten er maar geen sponsoren, dat zouden ze overdreven vinden.
Jullie doen genoeg, dat weet iedereen.’
‘Goed. Hoe reageerden ze in het dorp op je M B E?’
‘Vreselijk hartelijk.
Toch maakten ze het niet te bont, ze hebben mijn waarschuwing over mijn
stekelvarkentjesgedrag kennelijk goed begrepen. Ze snappen wel dat ik
op de fiets mijn paladijnenmuts niet meer op heb, maar ze vinden het
wel jammer.'
‘Daar wilden we het vandaag met je over hebben.’
Mark pakte uit een bureaula een rolletje papier met een lint er omheen en een doosje en legde beide voor hem op het bureau.
‘Wat is dat voor grap?’
‘Tamara, wij bedanken
je vaak voor je werk. Hare Majesteit heeft dat op haar manier gedaan.
Toch willen wij tweeën ter gelegenheid van onze titels je eens
persoonlijk bedanken, niet alleen voor je werk, maar voor alles wat je
voor ons betekent. Wij hebben het niet op papier kunnen zetten, we
hebben er geen woorden voor. De grap is, dat er dus niets op dit papier
staat.’
Mark gooide het rolletje in de pullenbak.
‘Nou, dramatisch. Is het doosje ook leeg?’
Mark en Simone grinnikten.
‘Nee. Wij vonden het
óók niet leuk voor je, dat je de muts niet meer op kon.
We zijn zo gauw we na de uitreiking van je M B E thuis waren op zoek
gegaan om een oplossing te vinden. Die vonden we via Internet. In
Londen is in de buurt van het paleis een winkel, waar ze ridderorden,
medailles enzovoort verkopen. Ook via Internet. Van Hare Majesteit heb
je de medaille gekregen, mocht je die kwijtraken, dan kan je daar een
nieuwe kopen. Iedereen kan er één kopen, maar die hebben
dan niet de bijbehorende oorkonde dat ze hem dragen mogen. In die
winkel verkopen ze ook andere dingen. We hebben een speld gevonden. Als
je die bij je werk opdoet, kan je volgens ons je muts toch op.’
Mark gaf het doosje aan Tamara. Ze deed het open. Er lag een speld in, met bovenaan in een ovaaltje de letters MBE.
‘Oh, wat mooi. Ja, met die op kan ik mijn muts op. Dank jullie wel.’
Ze stond op en omhelde en kuste Mark en Simone.
‘Ga weer zitten, we zijn er nog niet.’
Tamara ging weer zitten, keek weer in het doosje.
‘Wat stijlvol. Niet te groot en niet te klein. Zilver?’
‘Puur zilver is te
zwak. Het is een legering, zo veel mogelijk zilver, maar veel steviger.
We vonden hem heel geschikt voor tijdens je werk. Maar, ik zei al, we
willen je ook bedanken voor alles wat je voor ons persoonlijk betekent.
We weten hoe bescheiden je bent, maar zou je toch nog iets van ons aan
willen nemen? Wij kunnen onze dank niet anders uitdrukken.’
‘Jullie maken het me
moeilijk. Jullie weten dat het niet hoeft. Met deze speld ben ik al
geweldig blij. Ik kon die M B E niet weigeren, als jullie me zo graag nog
iets willen geven, tja. . . . Ook niet. Goed.’
‘Fijn, Tamara.’
Mark haalde een zakdoek en
nog een doosje te voorschijn. Hij gaf Tamara het doosje. Ze deed het
open. Er lag een speld in, met bovenaan in een ovaaltje de letters MBE.
Maar deze speld was goudkleurig, en om het ovaaltje zat een rand van
diamantjes.
‘De burgemeester zei
over het ophangen van je oorkonde in je kantoortje, je kan daar mee
aangeven, dat je je ingezet hebt om mensen te helpen en bereid bent om
het nog steeds te doen. Maar er komen niet veel mensen in je
kantoortje. Het is een beetje ondankbaar om zelden of nooit te laten
zien dat je beloond bent met een M B E, dat hoort niet, Tamara. Deze kan
je opdoen wanneer je uitgaat of bezoek ontvangt.’
Er drupten tranen in het doosje. Mark gooide de zakdoek naar Tamara. Ze grinnikte even.
‘Je kent me langer dan
vandaag. Nou, ik weet niet wat ik zeggen moet, hij is
zóóóó mooi. Dank jullie heel hartelijk. De
zilveren vind ik heel geschikt voor bij mijn werk. Deze zal ik braaf
opdoen, als ik nette kleding aantrek.’
Ze zette het doosje op het bureau en droogde haar tranen.
‘Het zal dan net zo aanvoelen alsof ik een diadeem of een tiara op heb.’
‘Simone en de kinderen zagen er schitterend mee uit, maar een diadeem of een tiara kan je zelden op.’
‘Ik wil naar Thomas, om
ze te laten zien. En naar mijn ouders. Ik heb nu mijn werkkleding aan.
Mark, zou je mij de zilveren nu, de eerste keer, op willen
spelden?’
‘Graag, Tamara.’
Mark stond op, liep om het bureau, pakte de speld uit het doosje en schroefde er aan de onderkant iets af.
‘Wat doe je?’
‘Er zit een schroefdopje op de onderkant, als beveiliging.’
‘O. Fijn. Dan hoef ik niet steeds te voelen of hij er nog zit.’
Mark speldde Tamara haar speld op.
‘Dank je wel. Mooi, ik kan hem uit mijn ooghoek zien.’
‘Hij staat keurig. Precies het goede formaat. Vind je ook niet, Simone?’
‘Ja, chique. De andere zal je ook vast goed staan.’
‘Die mag Thomas de
eerste keer opspelden. Hij heeft me bij mijn werk altijd ondersteund.
Ik bedank jullie ook voor alles. Tot ziens.’
Tamara liep snel de kamer uit.
‘Ach. Het werd haar weer te veel. Maar ze heeft ze gelukkig aangenomen.’
‘Ze zal er vaak van
genieten, Simone. Iedereen die dichter dan twee meter bij haar komt
ziet het. Al zullen de meeste er door haar waarschuwing niets van
zeggen, ze zullen wel laten merken dat ze hem gezien hebben. Ze zien er
mooier uit dan de foto’s op Internet.’
‘Natuurlijk. Dat komt
ook omdat je ze nu driedimensionaal ziet. Ik geef ook niets om
seksblaadjes, daarin is alles plat. Als ik nu bloot op bed ga liggen,
laat jij me dan even je driedimensionale erectie zien, voordat je hem
in mijn driedimensionale holletje stopt?’
‘Ik zal het niet bij
stoppen laten, maar hem lekker laten bewegen. Terwijl ik je bepaald
niet platte borsten masseer.’
‘Lekker. Doen, wie het laatste komt?’
‘Bijna. Als
één van ons de eindspurt in moet zetten, moet de ander
mee gaan doen om gelijk te eindigen.’
‘Maar als ik erg snel
kom moet je pauzeren, als je denkt dat je het nog wat langer uit kan
houden. Dan kan ik nog een keer. Ik weet, dat het niet eerlijk is, jij
kan je spuiten niet onderbreken.’
‘Nee, zelfs niet als je me dan niet extra zou masseren. Vlug, naar de slaapkamer.’
* * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * *
Het Wellingten Nieuws
Jaargang 1, nummer 36
Zie ook www.wellingten.co.uk
Verzorgd door Tamara.
De huurhuizen en de renovatie van de huurhuizen.
Jullie vonden het niet zo
erg, dat de renovaties langer dan twee jaar gaan duren, jullie hadden
nog langer verwacht. Ik was blij te horen dat jullie het ook niet erg
vinden dat de huren pas na de renovatie definitief vastgesteld worden
en jullie spaarpotje uitgekeerd gaat worden.
De nieuwbouw.
Geen nieuws.
De camping en het meertje.
Geen nieuws.
Overige onderwerpen.
Velen vonden het jammer dat ik vond dat ik mijn paladijnenmuts niet meer op kon.
Meneer en mevrouw ook. Ze hebben een oplossing gezocht en gevonden.
Ze wilden ook de gelegenheid te baat nemen om zelf hun waardering uit te spreken.
(Alsof die van H.M., op hun verzoek, nog niet genoeg is.)
Ik heb twee spelden van ze
gekregen, ze komen uit een winkel in Londen, waar ze verstand van dit
soort dingen hebben. Allebei een ovaaltje met daarin de letters MBE.
De ene is van zilver, die is om bij mijn werk te dragen. Dan kan ik ook mijn muts weer op, vind ik. Heerlijk.
Ik kom natuurlijk regelmatig
bij meneer en mevrouw over de vloer, om verslag over mijn werk te doen.
Maar daar is het al heel gauw niet bij gebleven, we zijn bevriend
geraakt. Daarvoor is de tweede speld ook. Hij is voor op nette kleding,
voor bij officiële gelegenheden, als ik uitga of als ik bezoek
ontvang. Hij is van goud, en om het ovaaltje zitten diamantjes.
Zóóóó mooi.
Jullie hebben vast allemaal
inmiddels op Internet de trouwfoto’s van meneer en mevrouw en hun
kinderen gezien. (Nee? Zoek op Wellingten Bruiloft) Mevrouw had een
tiara op, haar dochter en haar schoondochter ieder een diadeem.
Antieke, kostbare familiestukken. Ik denk, dat ik over mijn mooie
spelden hetzelfde gevoel heb als wat zij hadden over wat ze op hun
hoofd hadden. Je voelt je mooier.
Er is wel een verschil. Die
tiara en die diademen liggen weer in de kluis, ze hebben foto’s
om er af en toe naar te kijken. (Misschien gaat één keer
per jaar de kluis toch even open?)
Ik ben zo gelukkig om mijn
spelden iedere dag te kunnen dragen. Om, zonder er over te hoeven
praten, te laten zien dat ik dankbaar ben voor mijn onderscheiding
én de waardering van meneer en mevrouw.
Dat was het weer, voor deze keer.
Tamara
Telefoon thuis [om privacyredenen door de schrijver weggelaten]
Mobiele telefoon [om privacyredenen door de schrijver weggelaten]
E-mail tamara@wellingten.co.uk
* * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * *
Week 49
‘We zijn erg blij dat
je in je krantje over je spelden geschreven hebt. En dankbaar voor de
manier waarop je schreef.’
‘Fijn. Ik kon jullie
hier niet genoeg bedanken, het werd me te veel. Die zilveren ging nog,
daar was ik heel blij mee. Maar toen kwam die gouden met diamanten. Het
gaat niet om de waarde, maar ik voelde wat jullie uit wilden drukken.
Ik ben ook ontzettend blij en gelukkig met onze samenwerking en onze
vriendschap. Ik kan het ook niet opschrijven. Ik kan ook niets terug
doen, ik weet dat het niet hoeft, jullie zullen ook niets willen. Dus,
ik hoop, dat én onze samenwerking én onze vriendschap ons
hele leven zullen duren.’
‘Wij ook, Tamara.’
‘Dank jullie wel. De
beheerder en ik zijn klaar met onze verkenningen voor de renovaties. We
gaan nu alles op een goede manier ordenen, om goede overzichten te
maken. We moeten bepalen hoeveel van alles we aan moeten schaffen.
Uiteindelijk moeten dat aanvragen voor offertes worden. En we moeten de
volgorde gaan bepalen. Ik heb verteld dat we ieder huis ook een cijfer
gegeven hebben, om de voorrang te bepalen. Eerst die met een tien. Maar
die staan verspreid in het dorp. We willen ook gelijk huizen ernaast
doen, anders is het vreselijk inefficiënt, maar hoeveel moeten we
nog uitzoeken. Dan die met een negen en daarnaast, enzovoorts. Daar
zullen we weken mee bezig zijn, tussen de normale bedrijven door. Niet
erg, tijd genoeg.’
‘En wat zijn op het ogenblik de normale bedrijven?’
‘Alleen maar klachtjes
en vragen afhandelen en af en toe mijn neus in het dorp, bij de
nieuwbouw en op de camping laten zien, Mark. Ik wil binnenkort weer een
rondje maken langs de pachters. Volgens hun beheerder gaat alles prima,
maar toch. Wil je weer mee, Simone?’
‘Binnenkort gaat niet.
We hebben net besloten om na de vergadering in het dorpshuis naar
Boston te gaan, nu over twee weken is Aimee uitgerekend. Zodra we
geboekt hebben hoor je wanneer precies.’
‘Wat vliegt de tijd. Hopelijk ook als jullie weg zijn. Een maand of twee, hè?’
‘Ja, Silvia is een
maand later uitgerekend, een paar weken daarna komen we terug. Hier is
vast een briefje met het telefoonnummer van de kinderen en de
wachtwoorden en zo om in de kinderkamer in Boston te kijken.’
‘Jullie hebben net besloten om te gaan en nu al een briefje klaar?’
‘Jij was natuurlijk de
eerste aan wie we dachten toen we begonnen over wat we moesten regelen.
Vraag Ryan maar om bij jullie te zorgen dat je met ons kunt chatten,
als we daar zijn. Voor de zekerheid, jullie hebben een microfoon, een
luidspreker en een cameraatje nodig. Op wat voor rekening, Mark?’
‘Dat weet de beheerder wel, die voor familiecontacten. Net zoals onze vliegtickets.’
‘Dank jullie wel. We zullen graag af en toe kijken en chatten. Ik eh.’
‘Problemen, lieverd?’
‘Een beetje, Simone. Ik
zie veel jeugd, van alle leeftijden. Ook baby’s. Daar heb ik geen
problemen mee. Op de camping wel een beetje, als ik Crystal zie. Omdat
ik die langer zie en soms op schoot krijg. Als ik denk aan in die
kinderkamer kijken, met twee kleintjes en dat er nog twee bijkomen,
tja. Ergens zou ik er wel aan willen beginnen. Thomas ook. Niet vanwege
mijn leeftijd, ik heb nog tijd zat. Maar we zijn pas ruim een half jaar
getrouwd, het lijkt ons beter om nog minstens een jaar te wachten. Wat
denken jullie?’
‘Het is moeilijk om je
daarover te adviseren. Vroeger was het voor veel mensen onverstandig om
al gauw met kinderen te beginnen. Hij maakte lange dagen op zijn werk
en kwam moe thuis. Zij was de hele dag met het huis en de was en zo
bezig geweest en ook moe. Dat is niet bevorderlijk voor een goede
omgang, als je elkaar nog niet lang als echtgenoot kent. Veel echtparen
blijven dan alleen bij elkaar voor de kinderen. Als je elkaar een paar
jaar langer kent heb je meer kans dat het goed gaat. Wij hebben ook
jaren gewacht. Dat het daarna goed bleef is geen maatstaf. Ik had hulp
en Mark kon later naar zijn werk gaan en vroeger thuis komen. Op zijn
werk vonden ze dat niet zo leuk, maar ze accepteerden het, hij was te
goed om helemaal gemist te worden. Financieel was het ook geen
probleem, verhoudingsgewijs wat minder salaris, maar hij had eigen geld
genoeg. Dat later naar zijn werk gaan heeft hij gedaan tot de kinderen
zichzelf aan konden kleden. Vroeger thuiskomen is hij blijven doen, hij
wilde de kinderen vaker zien dan in het weekend. Jullie zijn geen
normaal paar, dat weet je. Jullie kennen elkaar jullie hele leven al.
Toch is het anders als je getrouwd bent, hè?’
‘Gelukkig wel, anders
hadden we niet hoeven trouwen. Maar qua verstandhouding is er niet veel
veranderd, nu we elkaar vaker zien en dichter op elkaars lip zitten. In
principe gaan we nog steeds hetzelfde met elkaar om.
We begrijpen elkaar nog
steeds met een half woord of een blik, we zijn nog steeds lief voor
elkaar en voorzichtig met elkaar. Alleen waar we voor getrouwd zijn is
erbij gekomen, we hoeven nu niet meer van elkaar af te blijven. Daarmee
bedoel ik niet alleen dat we eindelijk konden vrijen, ook andere
dingen. We kunnen elkaar even aaien, in het voorbijgaan. Even omhelzen
en kussen, zonder verder wat te willen. En meer van dat soort dingen.
Het is ontzettend prettig om ons niet meer in te hoeven houden en zo
vaak we willen op alle mogelijke manieren elkaar laten merken dat we
van elkaar houden. Hoe vaak we vrijen weten jullie. Jullie hebben
Thomas ook een keer klaar zien komen. Het was grappig, hij lag als een
baby op je schoot, Simone, alleen heeft een baby niet zo’n grote
paal. We hebben hem met z’n tweeën gestreeld, tot hij zes
keer in mijn mond spoot. Toen hield hij zich in. In het begin bij mij
ook, als hij begon te komen stopte hij met bewegen, liet de krampen de
rest doen. Maar sinds we ons helemaal laten gaan werkt hij mee, om zo
hard en zo veel mogelijk te spuiten. Zo diep mogelijk, waardoor hij me
soms bijna plat drukt. Hij komt vreselijk lekker klaar. En ik ook, door
zijn heftigheid. Ik geloof, dat ik al bij de eerste keer dat ik hier
was, anders de tweede keer, zei dat ik hem in bed wilde lokken. Het is
maar goed dat ik het niet gedaan heb, ik was er zo min mogelijk
uitgekomen. Maar niet zo goed begonnen als we nu gedaan hebben, met
jullie hulp. Ik bedoel de suite en ons huis. Nou, waar waren we?’
‘Over wanneer met
kinderen te beginnen. Veel echtparen beginnen er ondoordacht aan.
Jullie moeten een keer bespreken hoe jullie het gaan doen vanaf het
moment dat je een maand of zes in verwachting bent. Zo veel mogelijk in
detail. Je kan Maureen en mij om advies vragen, wij weten al wat van
kinderen. Één van de belangrijkste dingen is, hoeveel
tijd jullie voor elkaar houden. Als jullie alles doorgesproken hebben,
eigenlijk al veel van tevoren geregeld hebben, komen jullie niet gauw
in de problemen. Jullie zouden er eigenlijk vast snel mee kunnen
beginnen, maar omdat jij toch nog tijd zat hebt lijkt het me lekkerder
om voorlopig je met Thomas uit te leven. Ongestoord.’
‘Ja, van Maureen weet
ik, dat Crystal wel eens vroeger wakker wordt dan gepland. Een telefoon
kun je negeren, of uitzetten. Een kind kan je niet uitzetten en niet
lang negeren. Goed. Dank jullie wel. Thomas en ik zullen het er vast
wel een keer over hebben, ik wacht het voorlopig af. Maar dan zal ik
dat bespreken voorstellen. Ik weet zeker dat hij dat ook graag zal
doen. Dan komen we er wel uit.’
‘Vast wel. Jullie zijn
minstens zo verstandig als onze kinderen. Die hebben trouwens ook een
paar jaar gewacht. En net als Maureen wilden ze graag een tweede niet
te lang na de eerste, om ze meer aan elkaar te laten hebben. Tja, wij
kregen een tweeling, erg efficiënt.’
Simone en Tamara giechelden, Mark glimlachte.
‘Gelukkig hoef je het vrijen niet te laten als je geen kinderen wilt maken.’
‘Daar moet ik niet aan
denken. Eh ik heb nog een hele brutale vraag. Jullie moeten eerlijk
antwoord geven, jullie mening, je niet laten beïnvloeden omdat
ík het vraag. Zou dat kunnen?’
‘Nee, Tamara. Dat zou jij ook niet kunnen, je houdt altijd rekening met wie wat vraagt en waarom.’
‘O. Ja.’
‘Vraag het toch maar, je weet maar nooit.’
‘Goed. Thomas en ik
mogen beneden zwemmen. We doen het zelden zonder jullie uitnodiging.
Alleen als Thomas zin heeft om zich wat prettig in te spannen, dan
trekt hij aardig wat baantjes. In het meertje kan dat niet, daar is het
meestal net te druk voor. We willen dat graag, zolang jullie er niet
zijn, één keer per week blijven doen.’
‘Dat is prima, natuurlijk.’
‘Nu komt het brutale.
Ik zou graag John, Maureen, Ian en Francis uit willen nodigen om dan
met ons in het zwembad te vertoeven. Thomas kan dan eerst navragen of
je vader en moeder soms plannen hebben.’
‘Te vertoeven?’
‘Net zoals met jullie.’
‘Weet Thomas er van?’
‘Nee. Ik heb hem niets
verteld, omdat ik niet wist of ik het zou durven vragen. Hij vindt het
goed, dat weet ik zeker.’
‘Met Francis en Ian erbij kan niet alles, ze gaan toch pas over een tijdje trouwen?’
‘Ja, over een half jaar, ongeveer.’
‘Je hoefde niet bang te
zijn om het te vragen, Tamara. We hadden gewoon kunnen zeggen, nee,
liever niet. Wat mij betreft kan het wel. Kan jij het mooi zeggen,
Mark?’
‘Het staat ons vrij om
uitzonderingen te maken. Jullie waren de eerste. John is ook beheerder,
dat kan dus wel. Over Ian en Francis hebben we het gehad, die konden we
na hun trouwen vragen. Als we terugkomen duurt dat niet lang meer. Het
kan, er is toch vast niemand die het lef heeft om te vragen of het mag.
Na het diner maar, dan is er bijna geen personeel meer in huis. Al
zullen ze wel rondvertellen wie er zwemmen.’
‘Dat doen ze. John
hoorde een keer bij het meertje dat ze er over praatten. Ze vonden het
logisch, dat er bloot gezwommen werd, we kwamen ook op het zonneterras.
Sinds de meiden bij het meertje mogen komen heeft er niemand een reden
voor jalousie.’
‘Mooi. Ik zal Thomas
vertellen om genoeg badjassen in de zitkamer te leggen, mijn ouders
komen daar toch nooit, dan kunnen jullie je daar omkleden.’
‘We hoeven niets stiekem te doen, Tamara, maar het is niet nodig om het opvallend te doen.’
‘Nee, dat snap ik. We zullen ons gedragen.’
‘Dat weet ik wel. O, misschien willen je ouders dan toch komen, Mark.’
‘Ja, mogelijk. Wat denk je daarvan, Tamara?’
‘Prima. Ze hebben
Thomas en mij er al gezien, en Francis en misschien Ian op het
zonneterras. Als ik vertel dat ze niet preuts zijn en seksueel nog zeer
actief, zullen John en Maureen het ook geen probleem vinden. Oh, ik kan
je vader vragen om over die dienstmeisjes te vertellen, dan kunnen we
een hoop lol hebben. Hij zal het dan vast nog mooier vertellen dan
eerder, zo gaat dat als je een verhaal vaker vertelt. En je moeder
vragen om te vertellen dat zij van niets wist, door je vader ingewijd
werd en pas na dagen haar bloempje geplukt werd.’
Simone giechelde.
‘Als we terug zijn en
een keer met z’n allen in het zwembad zijn, kunnen Mark en ik het
verhaal over Renee vertellen, dat zullen ze ook wel leuk vinden.’
‘Ja, zoals we dat eerder gedaan hebben, afwisselend.’
‘Durf je dat, Mark, over hoe je eh te keer gegaan bent, met haar?’
‘Zo schokkend zal dat niet voor ze zijn. Ze hebben zich voor hun huwelijk niet zo gedragen als Thomas en jij.’
‘Nee. Toen we twaalf
waren maakte hij me een keer onder het wandelen in het bos zo aan het
lachen, dat ik in mijn broek pieste. Die heb ik toen uitgetrokken en ik
ben in mijn blote kont onder mijn rok verder naast hem gelopen. We
weten nu, dat we dat allebei spannend vonden, maar we deden niets.
Thomas en ik hebben het laatst nagespeeld, in de tuin, maar wél
wat gedaan. Onder het kussen greep hij me tussen mijn benen. Oei, als
hij dat toen gedaan had was ik me vast doodgeschrokken. Nu was het
lekker, hij weet nu wat ik fijn vind. Daarna zei ik, je hebt me nu
vastgepakt, ik wil jouw stijve zien. Ik weet, dat je die al kunt
krijgen, ik voel hem af en toe door je broek heen tegen me aan, als we
omhelzen. Hij liet me gelijk kijken, en eraan komen. Tja, ik weet nu
ook wat hij lekker vindt. Toen waren we waarschijnlijk allebei
behoorlijk geschrokken, als hij toen al kon spuiten. Dat was vroeg
gescharrel geweest, op onze twaalfde. Maar om te vertellen, dat je op
je zestiende een paar honderd keer gevreeën hebt is toch wat
anders.’
‘Met steeds anderen was
het wat anders geweest, met Renee was het speciaal, bijzonder. Dat
mogen ze best weten. O, het kan gebeuren, dat Claire onverwacht
opduikt, verder kom er geen familie onaangekondigd.’
‘Dat geeft niet, die
gaat gewoon meedoen, dat zullen de anderen ook leuk vinden. En ze
vertelt zo leuk over haar eerdere echtgenoten. Hoe is het met
haar?’
‘Geen idee, vast nog aan het proberen haar verkering productiever te krijgen.’
‘Ik weet niet of dat
kan. Maar proberen kan geen kwaad, het is beter dan TV kijken. Nou,
hartelijk bedankt. Ik ga kijken of Francis er is.’
‘Ik heb haar al gezien. Zal ik bellen of ze hier komt?’
‘Je wilt vast haar reactie horen. Prima, hoor.’
Simone belde.
‘Thomas, weet je waar Francis is?’
‘O. Kan je haar vragen of ze even op kantoor kan komen?’
‘Dank je.’
‘Ze komt, ze zat bij Thomas op kantoor te studeren.’
‘Wat ijverig. We kunnen haar gelijk vragen hoe het gaat.’
Na geklopt te hebben kwam Francis binnen.
‘Ga zitten, Francis. Voortaan hoef je niet meer te rennen, hoor. We hoorden dat je zat te studeren. Hoe gaat het?’
‘Dat rennen is even
prettig na een tijdje gezeten te hebben. Het studeren gaat heel goed,
meneer. Het was even wennen, na zoveel jaar niet in de schoolbanken
gezeten te hebben. Maar ik weet van een hoop dingen meer af dan ik
dacht, het is niet zo erg moeilijk. Ik haal steeds goede cijfers.’
‘Toch knap, bij zo’n gecomprimeerde cursus.’
‘Ian helpt me. Thomas
ook veel. Niet alleen om mijn diensten te regelen, zodat ik steeds naar
school kan, ik kan hem ook veel vragen. Hij moet dan meestal even
denken, omdat zijn opleiding ook al van jaren terug is, maar hij weet
nog veel.’
‘Ja, natuurlijk, die heeft ook een middelbare opleiding gehad. Fijn voor je.’
‘Ja, en voor hem, hij
helpt zo graag. Tamara, het is niet erg, hè, dat ik hem af en
toe een kusje geef, om te bedanken?’
‘Nee hoor, je kunt hem nu helemaal niet meer van me afpikken.’
‘Ohhhh, dat heb ik
nooit geprobeerd. Wel eens iets voor de grap gezegd, maar ik wist dat
ik toch geen kans had. Ik wist dat hij me heel aardig vond, maar als we
stonden te praten zochten zijn ogen steeds jou.’
‘Ik maakte ook maar een grapje. Weet je dat Thomas en ik soms hier beneden zwemmen?’
‘Ja.’
‘Meneer en mevrouw gaan
binnenkort twee maanden naar hun kinderen, om bij de bevallingen van
hun dochter en schoondochter te zijn. Ze blijven ongeveer twee maanden
weg. Ik heb gevraagd, of in die tijd Ian en jij één keer
per week met ons mogen zwemmen. Vaker gaan Thomas en ook niet. Het
mag.’
‘O. . . . Dank u wel.’
‘Schrok je?’
‘Van uw eh toestemming. Iedereen snapt dat u de toegang beperkt moet houden. Ik vind het een hele eer.’
‘Die mag je delen met John en Maureen. Ken je die?’
‘Ik weet wie ze zijn,
door je krantje. Ian en ik hebben een keer bij het meertje gekeken,
vóór de eerste caravan zat een echtpaar met een kindje,
dat moeten ze geweest zijn.’
‘Ja, natuurlijk. Hebben jullie alleen bij het meertje gekéken?’
‘Ja. Na ons trouwen gaan we daar vast meedoen, het was er erg gezellig.’
‘Waarom nu niet?’
‘Omdat ik niet van Ian af kan blijven als ik hem bloot zie.’
‘Hoe moet het dan in het zwembad?’
‘Daar moet er vast ook
een handdoek overheen. Maar misschien is het daar niet zo erg als ik er
af en toe even onder voel.’
‘Goed bedacht. De andere jongens moeten zo nodig ook maar een handdoek gebruiken, hè?’
‘Ach, zoveel verschil zal er toch niet zijn?’
‘Nee, maar wordt het dan niet te moeilijk voor je? Jullie trouwen pas over een half jaar.’
‘Nee zeg. Ik heb het af
en toe een beetje moeilijk met dat mooie geval van Ian, maar met andere
heb ik geen problemen. Die hoef ik niet naar binnen. En ik heb er
vóór Ian genoeg beetgehad en zo. Ik ben een normaal
dorpsmeisje. Sorry, Tamara.’
‘Nee, dat is prima,
Thomas en ik waren niet normaal, dat weten we. Maar we hebben er geen
spijt van, we halen het nu in.’
‘Ja, nog al snel ook, daar heb je bij jullie thuis een keer over verteld.’
‘Goed. Ik loop met je
mee naar Thomas. Hij weet nog van niets, want ik wist niet of ik het
durfde vragen. Nogmaals, dank jullie wel. Tot ziens.’
Thomas was op zijn kantoor.
‘Nee maar, jij komt hier ook zelden.’
‘Natuurlijk, privé en werk gescheiden houden.’
‘Wat verschaft mij dan nu de eer, lieve vrouw?’
‘Weet je, dat meneer en mevrouw binnenkort weggaan, lieve man?’
‘Ja, sinds een uurtje.’
‘Ik heb gevraagd, of we
in de tijd dat ze weg zijn mochten blijven zwemmen. Één
keer per week, vaker komt het er toch niet van.’
‘Het mag vast.’
‘Inderdaad. Ik heb ook gevraagd, of ik dan John, Maureen, Ian en Francis uit mag nodigen.’
‘O.’
‘Dat mag ook.’
‘O. . . . We zijn met
John en Maureen al eh bij het meertje geweest. Als eh er zekere
maatregelen getroffen worden kunnen we best gezamenlijk zwemmen.’
‘Je bedoelt, een handdoek op je buik als je een stijve krijgt? Net als op het zonneterras?’
‘Eh ja, Francis.’
‘Ik heb tegen mevrouw
gezegd, dat ik het af en toe een beetje moeilijk heb met die van Ian,
maar niet met andere, omdat ik die niet naar binnen hoef. En dat ik er
vóór Ian genoeg beetgehad heb, en zo.’
‘Je klinkt deskundig.’
‘Dat valt wel tegen.
Als ik er vroeger één zag was het meestal al aardig
donker. Op het zonneterras heb ik jouw kleintje ook gezien, maar als ik
er langer dan twee tellen naar keek pakte je al een handdoek.’
‘Als ik twee vrouwen
mocht hebben, en Tamara het ook goed zou vinden, zou ik je wel als
tweede vrouw willen hebben. Je weet, dat ik je altijd ontzettend graag
gemogen heb, Francis. Nog, natuurlijk. Ik denk, dat ik daarom al gauw
een handdoek moet pakken, bij andere meiden heb ik er minder last
van.’
‘Ik weet het, Thomas. Andersom ook. Ik heb nu Ian, maar anders? Zou jij er dan bezwaar tegen hebben, Tamara?’
‘Als we er gelijk mee
zouden zijn begonnen en we met z’n drieën overdag goed met
elkaar om zouden kunnen gaan, zouden we hem wel kunnen delen. Ieder een
keer of drie per dag een heerlijke beurt. Ik hoop dat Ian je net zo
fijn ontmaagdt als Thomas mij.’
‘Oei. Ja, en een keer of drie per dag een beurt lijkt me ook wel wat.’
‘Maar nu zou ik het niet meer willen, ik wil hooguit één keer per dag overslaan.’
‘Hoe bedoel je?’
‘Ik kwam een keer bij
het meertje en vond Maureen in haar blootje met Crystal in het water.
Ik ben er in mijn blootje bij gaan zitten, heel gezellig. John kwam er
later bij. Hij dook gelijk het water in, maar dat hielp niet. Hij
durfde er niet uit te komen, tot ik zei dat ik wel eerder een stijve
gezien had. Maureen zei, de laatste keer was gisterenavond, en omdat
jij gewoon tussen je benen laat kijken is hij nu natuurlijk nogal
opgeladen. Ik zei, waarom laat je hem niet lozen, dan kan hij rustig
gaan zitten. Ze wilden even naar de caravan, maar ik zei, dat het in
het water ook wel kon, er was verder toch bijna niemand. Na even
aarzelen hebben ze het gedaan.’
‘O. Mocht je kijken?
‘Ja. John vond het erg
opwindend. Ik ook, ik zag vier wolken sperma in het water. Later hebben
John en Maureen een keer gekeken toen ik Thomas heb laten spuiten. Tja,
indrukwekkend, zes stralen meters ver over het water.’
‘O. Nogal vrij, om dat te doen terwijl er anderen kijken.’
‘Nogal natuurlijk. Het is toch mooi, als vrienden zien hoe de anderen genieten?’
‘Ja, eigenlijk wel. Dat
was dus met wat je bedoelde met een keer overslaan. Zeg, ik heb nog
iets tegoed. Ik zou bij het meertje aan je grote ballen mogen voelen,
Thomas. Geldt dat aanbod ook in het zwembad?’
‘Natuurlijk. Daar kan het zelfs beter, daar hoeft het niet stiekem.’
‘Heb je graag dat ik het beter doe?’
‘Ik pas me aan, Francis. Hoe beter je het doet, hoe beter ik met jou zal spelen. Dat heb ik ook tegoed.’
‘Dan pas ik me ook aan. Dan pak ik je misschien ook wat hoger even vast.’
‘Dan speel ik wat meer met je liefdesgrotje.’
Francis en Tamara giechelden.
‘Dat mag je wel, zolang
je maar aan de buitenkant blijft. Over een half jaartje mag Ian het
bezoeken. Helaas zal het vast niet zo vaak worden als bij jullie, maar
drie keer is drie keer meer dan nu.’
‘Tamara zal wel controleren hoe de verwachtingen daarvoor zijn.’
‘O. Je bedoelt, Ian bij zijn ballen grijpen? Tja, niet meer dan eerlijk. Maar dan komt hij, waarschijnlijk.’
‘Een advies daarvoor,
Francis. Zorg er op één af andere manier voor, dat hij
kort van tevoren leeg is. Geloosd heeft.’
‘Ja, ik snap wat je
bedoeld. Goed idee. Een prettig idee, al heeft hij niet te klagen. Eh,
Thomas, heb je in het zwembad aan de borsten van mevrouw gezeten?’
‘Ja, ze zei, als je er
een keer mee gespeeld hebt zit je rustiger. Ze mocht natuurlijk ook
even met mijn spullen spelen. Toen kwamen we er achter dat ik van die
grote ballen heb.’
‘Tja. Heb jij meneer beetgehad, Tamara?’
‘Ja, maar dat vond ik
niet zo interessant. Hij mij ook niet, natuurlijk. Maar het mooiste
vond ik, Francis, dat ik vergelijken kon. Ik had geen flauw idee of
Thomas groot of klein was. Wel meer dan groot genoeg voor mij, maar dat
zegt niets. Maar toen wist ik dat hij een normale grootte had, ook
later vergeleken met die van John. Ik heb de ballen van John ook
beetgehad, net zo groot als die van meneer. Die kan ook een keer of
drie per dag. Dus, als ik Ian even mag bevoelen, kan ik een schatting
maken hoe vaak hij zou kunnen.’
‘Dat wordt dus alle meiden aan alle ballen.’
‘En om de jongens niet teleur te stellen ook wat hoger, een beetje voorzichtig. Goed?’
‘Ik zou het zelf nooit
verzonnen hebben, het bij kijken gelaten hebben. In de verwachting, dat
ik drie kleintjes zou zien of handdoeken erop. Nou, wat mij betreft
hoeven die handdoeken niet. Maar Ian zal wel aarzelen om waar er meer
bij zijn zijn spullen te laten zien. En helemaal om eraan te laten
komen. ’
‘Je kan hem er toch op voorbereiden?’
‘Ja. O, daar ga ik een
gezellige avond van maken. Hem stukje bij beetje alles vertellen.
Daarvan zal hij, als ik hem een beetje help, vast wel drie keer
komen.’
‘Dat niet vergeten vlak
voordat jullie hierheen komen. Hoe denk je over dat er twee andere
jongens een beetje aan je willen zitten?’
‘Ach, eigenlijk wordt
het dan een beetje zoals vroeger bij het scharrelen, voor Ian ook. Ik
heb jongens beetgehad, hij meiden. Alleen waren we toen niet helemaal
bloot en konden we niet alles goed zien.’
‘Of goed bekeken worden.’
‘Nee, Ian was de eerste
die goed bij me mocht kijken. En er goed aan mocht komen. De eerste
keer kwam ik binnen een paar seconden, oei. Nou ja, ik had net hem zien
lozen.’
‘Van het voelen lozen van Thomas kom ik ook.’
‘Ook zes keer op een dag?’
‘Minstens. Soms twee keer, als hij niet snel komt.’
‘O. Dank jullie wel voor de fijne voorlichting. En het fijne vooruitzicht. Ik kan nu beter maar weer gaan studeren.’
‘En ik aan het werk. Tamara, zal ik zo komen lunchen?’
‘Je komt maar.’
‘Ja, daarvoor en of daarna.’
‘Wel ja, midden overdag.’
‘Ik zei een keer tegen Thomas, wil je je gevoelens laten beheersen door de klok?’
‘Ja, Tamara. Je hebt gelijk, Tamara. Durf je ons hier achter te laten?’
‘Ja, je doet wel flink,
maar je hebt je altijd netjes met ons gedragen, dat blijf je doen. En
Thomas zal beslist nergens anders dan in het zwembad een beetje met je
spelen. We zullen elkaar een beetje beter leren kennen. Dan kunnen we
nog makkelijker over fijne dingen praten, al was je sinds het
zonneterras al aardig vrij.’
‘Ja, dat zal ik nooit vergeten. Je duwde je doos bijna tegen mijn neus.’
‘Thomas, dat was ook
voor mezelf. Om er gelijk overheen te raken dat er naar me gekeken
werd. Ik was blij dat jij daar de eerste was, daarom was ik wat
uitdagend. Plaagde ik je, met duidelijk naar je kleintje te kijken. Bij
anderen deed ik het stiekem. Net zoals jij het verder bij mij
deed.’
‘Ja, jij was de tweede blote meid die ik van dichtbij zag.’
‘En van verderaf?’
‘Eentje, toen ik
vijftien was, in het bos. Die liet haar jongen spuiten, werd toen
gevingerd en zo gauw hij weer kon, bereden. Erg instructief.’
‘Thomas! Bereden! En daarna Tamara niet gepakt?’
‘Nee, dat kon ik niet, zo wilden we niet met elkaar omgaan.’
‘Tja, ik ben wel vrijer
met jongens omgegaan, maar Ian wordt wel de eerste bezoeker van mijn
grotje. Ik vind het wel grappig, Tamara, dat ik wél van tevoren
kan vergelijken. Ian heeft vast normale ballen. Vergeleken met de
jongens vroeger is hij veel groter, ze groeien totdat ze in de twintig
zijn, hè?’
‘Volgens mevrouw wel.
In Boston zaten ze in de tuin in hun blootje. Ze heeft een zoon en
schoonzoon op zien groeien. En groeien. O, je hebt ze vast gezien, ze
hebben hier een week gelogeerd.’
‘Ja, dat klopt. Maar niet bloot. Jij wel?’
‘Ja, in het zwembad. En
beetgehad. De zoon vond dat wel lekker, de schoonzoon helemaal, die
begon zelf in mijn hand heen en weer te gaan. Ik heb hem toen
natuurlijk gauw losgelaten.’
‘Ja, er zijn grenzen. Toch hoop ik ook een keer te zien hoe veel en ver Thomas kan spuiten.’
‘Misschien een keer bij het meertje. Alle jongens naast elkaar lijkt me wel leuk.’
‘Ja. Wij kunnen niets terugdoen, hè?’
‘Misschien wie het meest kronkelt en kreunt als de jongens ons daarna verwennen.’
‘Ja. Niet daarvoor?’
‘Nee, dan komen ze daarna te vlug.’
‘De derde keer van Ian
vind ik ook het mooist, het duurt lekker lang en hij gaat het meest te
keer, al komt er het minst.’
‘Als er dan nog wat komt is dat ook niet slecht. Nog geen vierde keer geprobeerd?’
‘Nee, maar dat komt
vast. Waarschijnlijk niet in onze huwelijksnacht, maar daarna trek ik
er een keer een dag voor uit. Nou, wegwezen, Tamara, er zijn hier
mensen die moeten werken.’
‘Ik weet het, ik voer nooit wat uit.’
‘Je weet wel dat ik dat zo niet bedoel. Maar jij bent veel vrijer dan wij om je tijd in te delen.’
‘Ja, al moet ik vandaag van mijn heer voor de lunch klaarliggen. Tot ziens, Francis. Tot zo, heer.’
Tamara verdween.
‘Ligt ze echt zo meteen klaar? Bloot op bed?’
‘Als ze vóór de lunch al wil wel.’
‘En zo niet, als jij wél wilt?’
‘Dan wacht ik toch tot na de lunch, zo nauw let het niet.’
‘Over nauw gesproken.
Durf je me nog een beetje voor te lichten? Ik weet de theorie. Bij de
vrouw kunnen er kindjes uitkomen. Maar als dat nog niet gebeurd is, is
het dan nauw?’
‘Je durft nogal wat te vragen.’
‘Sorry, Thomas.’
‘Nee, het is wel goed,
je mag me alles vragen. Ik was even aan het tijd rekken, om te
verzinnen hoe en wat ik je durf te vertellen. Ik weet er wel wat van.
We praten er veel bij. Dat hebben we van mevrouw opgestoken. Als we met
hun bloot in het zwembad zitten praat het over dat soort dingen vrij
makkelijk, als je over de eerste schrik heen bent. Bij je scharrelen
zal je vast niet veel gepraat hebben.’
‘Nee. Wat een grote, waar of niet. En, lekker, waar of niet. Met Ian praat ik wel meer.’
‘Ja, niet iedere jongen
is natuurlijk groot en handig. Doordat er kindjes uit moeten komen zit
er een enorme rek in. Toch denk ik iedere keer, als ik naar binnen ga,
het wil niet. Maar dan gaat het toch, met een beetje duwen. Als ik
kijk, vind ik het mooi om te zien dat haar gleuf rond wordt als de
mijne erin verdwijnt. Het rekt precies genoeg, om eh helemaal om me
heen me vast te houden. Veel en veel beter dan met één of
twee handen of zelfs in een lekkere warme mond. Je kan het door je
benen meer of minder van elkaar te doen wat regelen, dat voel je zelf
direct goed aan. Maar van nature sluit het al goed, perfect, aan.’
‘Wat kan je mooi en goed vertellen. Dank je wel.’
‘Nog iets meer?’
‘Is er nog meer?’
‘Ik was net binnen, in mijn verhaal.’
‘O. Over eh wippen?’
‘Bijvoorbeeld. Je weet
vast van standjes. Je moet ze allemaal proberen. Tamara vindt op
z’n hondjes wel een lekker gevoel, maar toch niet prettig, dan
ziet ze me niet. Ze zei, ik was altijd al gelukkig als ik je maar zag.
En ik wil wel zien wie me dekt.’
Francis giechelde.
‘Dat was ze, nog natuurlijk, en een passende uitspraak.’
‘Ik voelde me ook een
beetje beestachtig. Het was wel leuk, ze deed of ze een poesje was en
ik een kater. Ik heb gegromd, toen ik op haar klom, en bij iedere
stoot. Bij sommige standjes kan de één zich beter bewegen
dan de ander. Variatie is wel prettig. Nog wat over het eind?’
‘Graag, Thomas.’
‘Dan moet je niet te
veel knijpen. Soms kan je er niets aan doen, als je krampen van je
klaarkomen hebt. Maar het is voor een jongen niet prettig, als hij
zó geknepen wordt dat hij moeilijk kan spuiten. Te weinig is ook
niet fijn. Dan is het net als bij een natte droom, dan loopt het er
meer uit dan dat het spuit. Zoals je bij een tuinslang ziet, als je
daar in het eind meer of minder in knijpt.’
‘Ja, dat weet ik, dat heb ik al gemerkt. Met de slang van Ian.’
‘Ja, natuurlijk. Tamara
en ik hebben niet zo lang geoefend, voor we alles gingen doen. Tamara
had er in het begin wat moeite mee, maar je moet je niet inhouden,
kreun en schok maar.’
‘O. Komt een jongen zoals bij het oefenen?’
‘Veel lekkerder. Ik
vind het heerlijk, om bij iedere straal te grommen of te kreunen en me
hard tegen haar aan te drukken om zo diep mogelijk te komen. En het
fijnst, als ik dan hoor en voel dat ze ook komt.’
‘Iedere keer, hè? Ik hoop ik dan ook.’
‘Vast wel, je bent geen
koud kikkertje. Nog één verhaaltje, dan moet ik weg. De
tijd tussen binnen- en klaarkomen is ook fijn. Zo innig bij elkaar
liggen. Af en toe voorzichtig een beetje in en uit elkaar, elkaar
strelen, binnenin en buitenom perfect passend. Tot één
van tweeën het niet meer houdt en moet bewegen. Als ik het eerst
kom, komt zij daarvan. Als zij het eerst komt, ik meestal ook. Zoniet,
dan komt ze nog een keer als ik eindelijk kom. Oei, ik ren nu van de
theorie naar de praktijk. Tot vanmiddag.’
Thomas liep met grote stappen weg.
‘Ik heb een uitnodiging voor jullie. Waarvoor raden jullie nooit.’
‘Een ritje in een Rolls?’
‘Nee, maar dat is wel een goed idee. Ik zal het onthouden, Maureen.’
‘Een lunch of diner in de Wellingten Manor?’
‘Je wordt warm, John.’
‘Een uitnodiging voor het zonneterras kan het niet zijn, daar mogen we al naar toe. Het is er nog niet van gekomen.’
‘Toch iets warmer.
Meneer en mevrouw gaan binnenkort twee maanden naar hun kinderen in
Boston. Hun derde en vierde kleinkind verwelkomen. In die tijd mogen we
jullie uitnodigen, om één keer per week met ons in hun
zwembad te zwemmen.’
‘Bloot?’
‘Kom je anders niet, Maureen?’
‘Natuurlijk wel. Nee, we weten, normaal bloot daar. Maar het had met ons ook in badpak kunnen zijn.’
‘Natuurlijk niet. Waarom zouden we?’
‘Nee, nergens voor.
Dank je wel, het lijkt me erg gezellig. Zonder verder publiek. Ik zie
John graag staan, met zijn erectie, bij het meertje kan dat niet.
Thomas zal dat ook wel willen.’
‘Er is wel publiek. Tenminste, andere vrienden. Ik mag Ian en Francis ook uitnodigen.’
‘De voorzitter van de vereniging van huurders, hè?’
‘Ja, en leraar op de
school in het dorp. Francis zit ook in het bestuur. Ze is dienstmeisje,
maar ze studeert sinds kort voor lerares.’
‘Ik heb Francis
waarschijnlijk gezien, toen ik met Crystal in de Manor was. Ik moest zo
lachen, om Thomas. Hij deed open. Goedemiddag, mevrouw, jongedame. U
komt vast voor meneer en mevrouw. Ik zal u voorgaan. Hij kondigde ons
aan. Mevrouw, meneer, mevrouw en mejuffrouw Staples. Alles met een
stalen gezicht.’
‘Ja, hij vindt een beetje stijl wel leuk. Gelukkig minder dan zijn vader, die was erg serieus.’
‘Ik heb Francis ook een
paar keer gezien, op de Manor. Ze heeft me ook een keer binnengelaten.
Het lijkt me een leuke meid.’
‘Dat is het ook. Ian is
ook erg aardig. Één waarschuwing. Die twee trouwen over
een half jaar. Normaal moeten jongens, op het zonneterras, bij het
meertje en ook in het zwembad, een handdoek op schoot nemen als ze een
stijve krijgen en er ongehuwden bij zijn. Maar Francis zegt, dat ze met
andere dan die van Ian geen problemen heeft, die wil ze toch niet naar
binnen. Toch maar een beetje voorzichtig doen. We moeten kijken hoe het
gaat.’
‘Prima. Drie blote vrouwen, John?’
‘Van tevoren maar weer lozen.’
‘Drie pikkies, Maureen?’
‘Je kent me langer dan
vandaag, Tamara. Ik hoop op stijve, die minstens recht vooruit staan,
liefst hoger. Heeft Ian een grote?’
‘Dat weet ik niet. Ze zegt, hij is groter dan de jongens vroeger. Tja, hij is nu ouder dan die jongens.’
‘Daar moeten we dan voorzichtig achterkomen. Liever eraan komen. Maar verder kan er niets, hè?’
‘Kijken wat je wilt en in het water een beetje voelen.’
‘Tja, dat beetje voelen. En bevoelt worden. Hoe ging dat eigenlijk met meneer en mevrouw en hun kinderen?’
‘Ik heb al wat verteld,
geloof ik, nu maar kort. Ze zaten bloot in hun tuin en zwommen in hun
zwembad. Hun kinderen van jongst af aan ook. Je kan je voorstellen dat
ze af en toe aan elkaar zaten. Zelfs al heeft pappie geen stijve, groot
is hij toch. En voor die van mammie heb je twee handen nodig. Toen de
kinderen met veertien en vijftien verkering kregen gingen die ook
meedoen. Ook met een handdoek in de buurt. Pas toen ze achttien waren
gingen ze op bed spelen. Toen ze twintig werden trouwden ze. Maar in de
tuin nog steeds een handdoek in de buurt. Pas toen hun ouders hierheen
kwamen niet meer. Ze vrijden toen ook terwijl het andere stel keek.
Hier waren ze in het zwembad erg vrij. De jongens vingerden me zelfs
een beetje. De meiden zaten tegelijk aan Thomas, hij moest ze
stoppen.’
‘Nou, als meneer en mevrouw dat allemaal goed vinden, moet het kunnen.’
‘Je laten vingeren?’
‘Met een beetje bedoel je vast, maar een beetje naar binnen.’
‘Ja, en een beetje
borsten masseren en een stijve strelen en balletjes masseren. In het
water. Op de kant blijft het meestal bij kijken. Het ligt er allemaal
aan hoe het loopt.’
‘Gezellig wordt het vast.’
‘Ja. Ik bel wel, jullie worden natuurlijk opgehaald.’
‘Hoe gaat het dan?’
‘Dat zal je wel zien. Spannend, in het begin. Tot ziens.’
Ian opende de vergadering.
‘Hartelijk welkom op
deze gecombineerde vergadering van de vereniging van huurders en de
gezelligheidsvereniging. Beide besturen zijn aanwezig, achter deze
tafel. Het bestuur van de vereniging van huurders heeft de graaf en de
gravin uitgenodigd, de reden daarvoor onthul ik later. Dank voor uw
komst, mevrouw, meneer. Ik ben blij met ons grote dorpshuis, iedereen
heeft plaats kunnen nemen. Op de agenda staat, welkom, dat was
hiervoor, inleiding, daar ben ik nu mee bezig, en stemming over een
voorstel van het bestuur van de vereniging van huurders. Het bestuur
van de gezelligheidsvereniging heeft geen agendapunten ingediend. Het
is hier, met veel leden, op verzoek van Tamara, u wel bekend. Verder
heeft Tamara zich aangemeld als spreker. Ze verklaart dan hopelijk ook
waarom zij verzocht heeft om deze gecombineerde vergadering. Nu over de
geschiedenis van de vereniging van huurders. Die is een maand of negen
geleden door Tamara opgericht op initiatief van mevrouw en meneer, om
de huurders gezamenlijk op te kunnen laten treden tegen de
huiseigenaren. Nog tijdens de oprichtingsvergadering kregen we te
horen, dat de dag ervoor de huurhuizen van eigenaar veranderd waren.
Twee dagen later nam Tamara ontslag als voorzitter, omdat ze gevraagd
was om voor de nieuwe eigenaren te gaan werken. Normaal zou dat als
naar de vijand overlopen beschouwd worden, maar in dit bijzondere geval
waren we er blij mee. We kenden haar al jaren en waren verrast door
haar resolute optreden tijdens de oprichtingsvergadering. Wij hadden er
vertrouwen in, dat ze ook onze belangen bij de nieuwe eigenaren,
mevrouw en meneer, in het oog zou houden. En wij hadden, door hun
optreden tijdens die vergadering, ook vertrouwen in mevrouw en meneer.
In het begin heeft het bestuur veel met Tamara samengewerkt, om de
aanmelders in te schrijven als leden, en om hun klachten over hun
huizen en hun wensen voor de nieuwbouw door te geven. Nog geen drie
maanden later, ongelofelijk snel, begon de nieuwbouw en hield het
overleg daarover automatisch op. De huurders waren inmiddels begonnen
hun klachten en verdere wensen rechtstreeks aan Tamara door te geven.
Wij hebben dat stilzwijgend geaccepteerd, we zouden alleen maar
vertraging veroorzaakt hebben in de voortreffelijke en snelle werkwijze
van Tamara. Vragen kregen we ook niet meer, Tamara is makkelijk te
bereiken en hield en houdt iedereen met haar krantje voortreffelijk en
amusant op de hoogte. Ik zie stekeltjes verschijnen, maar ik ga toch
nog even door. Voor hun inzet heeft Hare Majesteit mevrouw, meneer en
Tamara een titel verleend. Als blijk van onze hartelijke instemming
verzoek ik jullie om een applaus voor deze drie fijne mensen.’
Er volgde een lang en luid applaus.
‘Nu het volgende punt
van de agenda. Het voorstel, wat het bestuur jullie voorlegt, is om de
vereniging op te heffen.’
Ian wachtte tot het geroezemoes afzakte.
‘Toelichting.
Één, het bestuur heeft al maanden totaal niets te doen en
voelt zich en de vereniging totaal overbodig. Twee, zonodig, maar
onwaarschijnlijk, kan de vereniging opnieuw opgericht worden. Drie, met
de contributie wordt niets gedaan, we hebben nog niets uitgegeven. Wij
kunnen een lokaal in de school gratis gebruiken voor onze
bestuursvergaderingen. De administratie doen we op een computer die
David ons geschonken heeft, hij kan zich door zijn verdiensten met zijn
deskundigheid ieder jaar een nieuwe veroorloven en zoekt dan een goed
doel voor zijn zogenaamde afdankertje. Jullie hebben in het krantje van
Tamara kunnen lezen, dat hij zich ook graag inzet voor het dorp.
Applaus voor David.’
Ook David kreeg een applaus, luid, maar niet zo lang als het vorige.
‘Na de opheffing willen
we de contributie en de computer overdragen aan de
gezelligheidsvereniging, die kan wel wat ondersteuning gebruiken. Voor
we tot stemming overgaan, stemgerechtigd zijn natuurlijk alleen de
leden van de vereniging van huurders. En het bestuur heeft besloten om
de initiatiefnemers en de oprichtster een vetorecht te verlenen. Als
zij het willen, zetten we de vereniging voort en zoeken we iets om ons
nuttig te maken. Graag nu de handen omhoog voor wie vóór
opheffing stemt.’
Ian keek de zaal rond.
‘Dank jullie wel. Dat
moet een overweldigende meerderheid zijn. Voor de zekerheid vraag ik of
er tegenstemmers zijn.’
Ian wachtte even.
‘Geen. Maar ik heb drie handen gemist. Mevrouw, meneer, Tamara?’
Mark stond op.
‘Aan de ene kant is het
droevig, om iets wat je zelf voorgesteld hebt en goed liep op te
heffen. Aan de andere kant, de vereniging is inderdaad overbodig
geworden door een zeker iemand. En we hebben ook blanco gestemd, omdat
we de beslissing willen overlaten aan de dorpsbewoners.’
Mark ging weer zitten.
‘Dank u wel. Tamara?’
Tamara stond op.
‘Ik had ongeveer
dezelfde redenen. Aan de ene kant ben ik lid, aan de andere kant heb ik
in mijn enthousiasme onbedoeld het bestuur al het werk uit handen
genomen. Ik wil ook de beslissing overlaten aan de overige leden. Zoals
de voorzitter zei, de vereniging kan zonodig opnieuw opgericht worden.
Als het aan mevrouw, meneer en mij ligt zal dat niet nodig zijn, maar
wie weet wat de toekomst brengt. Verder kan iedereen die bij ons
drieën eh geen gehoor vindt bij de dorpsraad terecht.’
Ian grinnikte.
‘Dank je wel, Tamara.
Ja, ja, de dorpsraad heeft ook niets te doen door jouw toedoen. Als
laatste daad als voorzitter deel ik de leden mede, dat de vereniging
van huurders opgeheven is. Ik geef nu het woord aan Tamara.’
Tamara ging op het podium aan het tweede tafeltje zitten.
‘Dank je wel,
ex-voorzitter. Ik heb nog even gedacht om geen klachten en vragen meer
aan te nemen, maar dat zou inderdaad vertraging veroorzaken. Ik heb
veel tijd om van alles te regelen en inmiddels veel contacten, waar ik
voorrang en korting kan krijgen. En ik mag van mevrouw en meneer veel
regelen zonder toestemming vooraf, vandaar de snelheid. Alles is min of
meer door toeval ontstaan, laten we maar verder gaan met van
één en ander gepast gebruik te maken. Goed. De meeste
voormalige leden van de vereniging van huurders waren ook lid van de
gezelligheidsvereniging. Maar ik wilde alle leden daarvan iets
vertellen, daarom heb ik om deze gezamenlijke vergadering verzocht.
Anders hadden er velen twee keer moeten komen. Een inleiding. Ik heb
veel lijstjes in de computer staan. De belangrijkste is die waarin
staat wat er nog moet gebeuren. Als er iets gebeurd is verhuist dat
naar een lijst met wat er al gedaan is. Ik heb een aparte lijst van
tips en ideeën die ik vernomen heb. Na de renovaties stellen
meneer en mevrouw een bedrag vast om te verdelen over de indieners.
Over de verdeelsleutel is dan geen inspraak mogelijk, we doen het naar
eer en geweten, zoals we ook de nieuwbouwhuizen toegewezen hebben. Ik
heb ook een lijst van de bouwers en de leveranciers, met hoeveel
korting die gegeven hebben. Die worden natuurlijk niet beloond, dat zou
een teruggeven van de kortingen zijn. Die hebben ze niet alleen gegeven
omdat ze een grote opdracht kregen, ook om mee te werken aan het snel
opheffen van de woningnood en om alles betaalbaar te houden. Onlangs
heb ik er een nieuwe lijst bijgemaakt, voor giften. Peter, de eigenaar
van het eerste bedrijf wat ik voor de nieuwbouw in mocht schakelen,
stond al op mijn lijst voor ideeën. Zijn bedrijf heeft de grond
waar nu de Wellingten Avenue is gladgeschoven, en ook het grondwerk
voor de camping en het meertje gedaan, inclusief de nodige
afrasteringen. Daarbij heeft hij veel ideeën aangedragen. Hij
heeft onlangs aangeboden om voor parasols voor bij het meertje te
zorgen. Hij zei, het zou zonde zijn als de mooie spullen van Eva
verbrandden.’
Ze moest wachten, tot het gelach stopte.
‘Zodra de parasols er
zijn gaat John een plek naast de kluisjes maken om ze te parkeren. Ook
namens John en Maureen wil ik de jeugd nog een keer bedanken voor hun
rustige en beschaafde gedrag bij het meertje. Ook bij het komen en gaan
heeft niemand op de camping last van jullie. En er hoeft nooit iets
opgeruimd te worden, ik ga er daarom ook vanuit, dat jullie de parasols
na gebruik weer terugzetten. Dat was even tussendoor. Vorige week zegde
er iemand een bedrag toe voor een goed doel in het dorp. Hopelijk
volgen er meer. Alle lijsten willen we na de renovaties publiceren. Ere
wie ere toekomt. Hoe zien we nog wel. Goed. Bij het zoeken naar een
goed doel dacht ik al snel aan het dorpshuis. Ian zei het net ook al,
de gezelligheidsvereniging kan wel wat ondersteuning gebruiken. Het
dorpshuis wordt nu eigenlijk alleen maar in stand gehouden.
Begrijpelijk, het bestuur wil de contributie zo laag mogelijk houden,
om iedereen er gebruik van te kunnen laten maken. Ik heb het bestuur
gevraagd wat ze op wilden laten knappen. Ik heb ze niet de hoogte van
de gift verteld, om ze niet te beïnvloeden. Tja, ze waren erg
bescheiden, ze vroegen of alles geschilderd kon worden en om nieuwe
TL-buizen en gloeilampen, dan konden ze er weer een tijd tegen. Bij
deze gelegenheid vraag ik om een applaus voor het bestuur en voor de
vele vrijwilligers die achter de bar werken en die alles schoonhouden,
waardoor de contributie laag kan blijven en de drankjes goedkoop.’
Er werd weer lang en hard geapplaudisseerd.
‘Dank jullie wel. Tja,
ik wist de hoogte van de gift wél, er kon heel wat meer dan waar
het bestuur om vroeg. Ik heb specialisten stiekem het dorpshuis laten
onderzoeken en om offertes gevraagd. Het enige probleem was eigenlijk
de planning, omdat de nieuwbouw niet vertraagd mag worden. Maar ik heb
een complete renovatie kunnen regelen, in veertien dagen, vanaf maandag
over een week. Ik wil graag zo spoedig mogelijk overleg met het
bestuur, om daar over te overleggen. En met het schoolbestuur, om die
veertien dagen ‘s avonds de beschikking over de gymnastiekzaal te
krijgen voor de geplande activiteiten van de
gezelligheidsvereniging.’
Het bestuur van de gezelligheidsvereniging stak even de koppen bij elkaar, voor de voorzitter het woord nam.
‘Zou je ons een idee kunnen geven van wat er mogelijk is? Of moeten we op je krantje wachten?’
‘Liever niet wachten,
het enige wat er nog nodig is, is jullie toestemming. Dan kan er met de
voorbereidingen begonnen worden om maandag over een week hier te kunnen
beginnen. Ik zal jullie de hoofdzaken vertellen, dan kunnen jullie daar
vast over nadenken. Het gebouw zelf is, zoals bijna alle gebouwen in
het dorp, oerdegelijk. Aan de buitenkant hoeft niets gedaan te worden,
alleen nieuwe kozijnen, deuren en ramen met dubbel glas. Het dak is in
orde, alleen de dakpannen zijn ouder dan honderd jaar, daarvoor moeten
er nieuwe komen. De gulle gever is de eigenaar van de firma die de
dakpannen voor de nieuwbouwhuizen geleverd en geplaatst heeft. Die wil
dat hier als gedeelte van de gift doen. Binnen moet alles eruit.
Behalve de twee bars, die durf ik niet aan te raken. Ze zijn ooit door
vrijwilligers met liefde gebouwd, dat is te zien aan de afwerking. Ze
voldoen ook uitstekend, ik heb er zelf achtergestaan, en Ian verzekerde
me het nog, toen ik hem dat pas terloops vroeg.’
Er werd in de zaal gegrinnikt.
‘Tja, jullie zijn van
mij gewend dat ik jullie de oren van jullie hoofden vraag, jullie
verwonderen jullie al lang nergens meer over en geven overal antwoord
op. Soms doe ik er wat mee. Goed. De verwarmingsketel is ouder dan
vijftien jaar, er moet een nieuwe hoog rendement ketel komen, met
bijpassende leidingen en radiatoren. De stookkosten worden daardoor, en
door het dubbel glas, minder. Er kan in de zaal een verlaagd plafond,
dat is gezelliger. Daarin wordt de verlichting opgenomen. Om die te
kunnen regelen heb je bijna een cursus nodig. Natuurlijk voldoende TL,
voor gelegenheden zoals deze, waar veel licht bij nodig is, met nieuwe
bakken en nieuwe buizen. De huidige bakken zijn waarschijnlijk van
nét na de uitvinding van de TL en reflecteren door de roest niet
meer. De buizen zijn niet allemaal van dezelfde kleur licht, de juiste
komen erin. De rest van de nieuwe verlichting bestaat uit veel groepen
lampen die allemaal apart te dimmen zijn, zodat er donkere en minder
donkere plekken te creëren zijn, voor praten, dansen en schuifelen
bijvoorbeeld. Verder moet natuurlijk alles geverfd worden. Het ontwerp
is bekeken door de brandweer, het voldoet aan de veiligheidsnormen,
mits er daarna alleen goedgekeurde, brandveilige versieringen
aangebracht worden. Dat was het.’
‘Is dat allemaal mogelijk? En te doen in veertien dagen?’
‘Beide, voorzitter. Er
bleef van de gift zelfs nog wat over, daarvoor ligt er een
onderhoudscontract voor de centrale verwarming ter ondertekening door
het bestuur klaar. Nog een advies. Begin een spaarpot voor de
vervanging, anders zitten jullie daarna een keer onverwachts in de kou,
zoals al eerder gebeurd is, heb ik me laten vertellen. Toen duurde het
lang voordat er genoeg geld ingezameld was voor de vervanging van de
ketel. De contributie hoeft daarvoor vast niet veel verhoogd te worden.
Dat mag best een beetje, hij is al jaren hetzelfde. En de renovatie kan
in veertien dagen, er kan hier veel tegelijk zonder dat er voor voeten
gelopen wordt.’
Het bestuur stak de koppen weer even bij elkaar, voor de voorzitter weer het woord nam.
‘Het bestuur heeft een
voorstel. Om de geplande activiteiten van de gezelligheidsvereniging op
te schuiven, de plannen van Tamara ongezien aan te nemen en die onder
haar leiding uit te laten voeren. We weten hoe ze werkt, snel en tot in
de details nauwkeurig, daar kunnen wij niets aan verbeteren. Ik breng
het voorstel gelijk in stemming. Handen omhoog wie er tegen, ik
herhaal, tegen is. Niemand. Voorstel aangenomen. Tamara, hartelijk
dank, voor jou persoonlijk en voor de gulle gever.’
Tamara knikte, schoot van haar stoel af en ging weer naast Mark, Simone en Thomas zitten.
‘Nou, wat een haast. Ik bedankte toch heel kort?’
Er werd in de zaal weer gegrinnikt.
‘Nog iemand voor de rondvraag? Nee? Dan ben ik zo vrij om de vergadering te sluiten.’
Er ontstond onmiddellijk een
run op de bar. Mark, Simone en Tamara en Thomas liepen naar de uitgang.
In de hal stond Ian te grinniken.
‘Onze verrassingen zijn allebei geslaagd, hè?’
‘Ja, helemaal, Ian. Je weet, dat het puur bij toeval is dat ik veel mensen het werk uit handen neem.’
‘Ja hoor. We laten je
graag je gang gaan, zelf kunnen we het niet beter of sneller. We hoeven
gelukkig nooit tegen je in te gaan, wie weet wat voor gedrag je dan zou
vertonen. Erger dan een egeltje, waarschijnlijk.’
‘Iets van een tijgertje, waarschijnlijk. Ze heeft een keer verteld, dat ze koekjesdieven goed aan kon pakken.’
‘Inderdaad, meneer, dat
heb ik een keer gezien. Ze kreeg er één in de gaten en
onderschepte hem vóór hij de deur uitkon. Het vuur spoot
uit haar ogen. Ze hoefde alleen maar een hand voor dat jongetje te
houden, hij gaf gelijk een paar koekjes af. Ze gaf hem een bezem van
achter de deur en wees op de vloer. Ik heb net gedaan of ik niets
gezien heb en ben na afgerekend te hebben gewoon weggegaan. Dat
jongetje kwam pas een half uur later, heel schuchter, de winkel uit. Ze
kon hem vast met haar ogen in bedwang houden. Koest, poesje, geen
stekeltjes opzetten.’
‘Stop dan maar. Ik heb
mijn eigen tijgertje. Om hem met mijn vurige ogen aan te steken en dan
mijn vuurtje te laten blussen.’
‘Met zijn stekeltje? O, sorry, mevrouw.’
‘Voor je taalgebruik? Of voor dat je iemand maar een stekeltje toebedeelt?’
‘Eh, voor beiden.’
‘Tamara is er net zo
tevreden mee als Francis met de jouwe. Of was je jaloers, we weten dat
je van de productie van Thomas weet.’
‘Een beetje wel. Ik zou wel graag vaker willen.’
‘Blijven oefenen, je
bent pas begonnen. Tamara zal je wel een keer de maat nemen, om je te
vertellen of je een schijn van kans maakt om Thomas te evenaren. Bij
hem kwam het pas goed op gang na zijn trouwen. Zal ik Francis wat
aanmoedigen?’
‘Nee, liever niet. Het duurt nog een half jaar voor we gaan trouwen.’
‘Goed, haal het dan maar in. En veel plezier in het zwembad tijdens onze afwezigheid. Tot ziens.’
Ze lieten een verbijsterde Ian achter. Tamara kon met moeite haar mond houden tot ze in de auto zaten.
‘Die moet een uur
bijkomen. Hij had vast niet verwacht dat je zo veel wist en hem zo toe
zou spreken. Zeg, Simone, als je zelf zou komen zou je hem zelf de maat
kunnen nemen. Ach, als ze getrouwd zijn mag hij ook af en toe in het
zwembad komen. Daar grijp je hem vanzelf.’
‘Alsof ik zo’n grijper ben.’
‘Nou, een genieter. Thomas is zo beleefd om niet op je af te komen, maar jij pakt hem al gauw bij zijn ballen.’
‘Nou ja, ik blijf die grote interessant vinden. En hij de mijne.’
‘Ja, dan durft hij wel. En hij moet toch wat doen tot je met hem uitgespeeld bent.’
‘Dat duurt nooit zo
lang, zelfs al je hem geleegd heb krijgt hij gauw weer een stijve. Ik
moet wel zeggen, met mijn doos blijft hij beleefd doen.’
‘Hij is bij mij ook nog steeds bang om me pijn te doen. Nou ja, dan beweeg ik zelf wat meer.’
‘Goed, ik zal me koest houden, dat lijkt me voor hem ook prettiger.’
‘Dank je. Dat doet Mark
bij mij ook. Ook voorzichtiger dan ik bij hem ben, al stop ik niet zo
snel meer als vroeger. Maar wel voordat ik weer een cadeautje in mijn
hand krijg.’
‘Liever wel, anders kom
ik tekort. Rijd je een beetje door, Mark? Het is te merken dat je een
tijd niet zelf gereden hebt.'
‘Commentaar op mijn rijden? Nou, vooruit, in de auto mag het. In bed zal ik doorrijden tot je, langzaam, gilt.’
‘Prima. We praten langs je heen, Thomas. Ik hoop, dat je het niet erg vindt.’
‘Nee hoor. Zo hoor ik
méér dan wanneer ik mee zou praten. Ik voel me trouwens
meer een leeuw dan een tijger. Voor zover ik weet doen leeuwen het veel
vaker dan tijgers.’
‘Het geeft niet wat je
jezelf voelt, als je het maar vaak doet. We zijn er, uitstappen en vlug
aan de gang. Tot ziens.’
De volgende dag ging Tamara naar de camping.
‘Ohhhh, wat een mooie speld, Tamara.’
‘Ik ben er erg blij mee. Nu kan ik mijn muts weer op, hè?’
‘Van ons het toch wel
gekund, maar we snappen je. Die officiële medaille kan je tijdens
je werk niet dragen, maar de speld zegt hetzelfde. En je gaat gewoon
door. We waren ook bij de vergadering, Tamara, een stel in een caravan
heeft op Crystal gepast. Wij zijn al snel lid van de
gezelligheidsvereniging geworden, we willen wel meedoen in het dorp. We
zullen niet vaak naar het dorpshuis gaan, waarschijnlijk alleen om voor
de gezelligheid met anderen naar een goede film te kijken. We werden
door veel jeugd herkent en vriendelijk gegroet. Heel fijn.’
‘Ik heb jullie niet gezien, maar het was ook erg vol. Waarom zouden ze jullie niet herkennen?’
‘Op de camping lopen we
er niet zo netjes bij, zeker niet als het mooi weer is. Nu had John een
pak aan, ik een jurk en ik had mijn haar gedaan.’
‘Was je in je blootje eerder herkend?’
‘Tamara! Zo kan je niet naar een vergadering.’
Maureen giechelde.
‘Ja, misschien hadden
ze me dan eerder herkend. En als iedereen bloot geweest was had ik er
vast ook meer herkend. Ik ken de jeugd niet bij naam, maar ik herken de
meiden aan de grootte van de borsten, de kleur en de hoeveelheid haar,
of niets, op hun doos, en bij de jongens of hun pikkie rechts, in het
midden of links hangt en recht of een beetje krom is.’
‘Zit je ze zo vaak te bekijken?’
‘Als ik met Crystal bij
het water ben wel. Het is zo vermakelijk. Hoe voorzichtig ze zijn met
een jaar of dertien. Hoe ze dan met de jaren wat uitdagender worden.
Meiden, die zogenaamd achteloos over hun borst strijken en hem even
laten schudden. En jongens, die zich even onder hun ballen kietelen en
daardoor hun pikkie een paar keer omhoog laten springen. Als er
paartjes bij elkaar zitten, als ze wat ouder zijn, er dan meiden met
een hand onder een handdoek zitten. En meer van
dat soort dingen. En hoe ze in het water aan elkaar voelen. Overdag
gebeurt er niet meer, behalve wat ik al vertelde, soms wordt er een
jongen getest.’
‘Iedere keer een ander of steeds dezelfde?’
‘Ik denk dat ze alle
jongens afwerken, maar twee wat vaker tussendoor. Die hebben als ze
klein zijn een wat langere, waarschijnlijk zijn ze helemaal stijf ook
groter dan gemiddeld. Of ze lozen meer dan gemiddeld. In het begin
probeerden ze wel eens te ontsnappen, als de meiden op hun afkwamen,
maar de laatste tijd niet meer. Ik geef ze groot gelijk, het moet toch
lekker zijn, meerdere meiden aan hun spullen, tot ze geloosd
hebben.’
‘Vast wel. Doen de jongens niets gezamenlijk?’
‘Als ze het proberen
krijgen ze alle meiden over zich heen, dan vluchten ze. Tja, ze zijn
wat kwetsbaarder. De meiden willen kennelijk niet dat één
van hen door meerdere jongens tegelijk behandeld wordt.’
‘Dat is ook beter van niet. Wat gebeurt er ‘s avonds?’
‘Wat je gezien en zelf
gedaan hebt. Van alles, in het paradijs. Misschien kan je in je krantje
een enquête houden over bloot lopen in het dorp.’
‘Ik durf geen uitslag
te voorspellen, maar dat moesten we maar niet doen. Mevrouw en ik
hebben het al eens gehad over het toestaan van erecties bij het
meertje, maar dan zou het vast niet bij kijken blijven en de woningnood
weer beginnen. ‘s Avonds zijn het ouderen, die zoeken het maar
uit.’
‘Dat doen ze. Er worden handdoeken gebruikt, maar er wordt ook gevreeën. Al of niet met condoom.’
‘Hoe weet je dat?’
‘John kijkt natuurlijk
eerst in een vuilnisbak, of hij al geleegd moet worden. Dan ziet hij ze
soms liggen. De vuilnisbakken bij het meertje leegt hij altijd minstens
één keer per dag.’
‘Heel verstandig. Die ouderen dus ook.’
‘Ja. We waren bij de
vergadering erg onder de indruk van je, Tamara. We snappen ook waarom
je de laatste tijd wat minder vaak langs kwam. Wat heb je in een korte
tijd weer veel en goed geregeld.’
‘Het was wat drukker
dan normaal. Maar niet zo moeilijk, ik deed hetzelfde als bij mijn
werk. Zoals met de satellietinstallaties, alleen was het nu voor het
goede doel. En ik heb mijn lijst met leveranciers, daar hoefde ik nu
niet naar op zoek.’
‘Je moet toch ongeveer weten wat er moet gebeuren?’
‘Voor het dorpshuis
niet veel. Ik stuur de bouwers en leveranciers er op af en dan hoor ik
het wel. Ze bellen met de uitslag en sturen offertes, dan zoek ik alles
uit. Het was veel makkelijker dan in het begin, toen moest ik vaak om
een toelichting bellen. Maar ze waren altijd erg geduldig met me.’
‘Op die nieuwbouw kon je niemand afsturen. Hoe ging dat?’
‘De eerste week nadat
ik voor meneer ging werken vroeg iedereen me wanneer de beloofde
nieuwbouw zou beginnen. Ze geloofden wel dat die zou komen, maar ze
wilden een idee hebben van wanneer. Ik heb toen meneer gevraagd of er
iets zichtbaars gedaan kon worden, bijvoorbeeld al een strook grond
voor de nieuwbouw vrij laten maken. Hij zei, goed, vraag de beheerder
van de landerijen maar aan welke kant van het dorp en regel het verder
maar. Ik schrok behoorlijk, zo’n verantwoording, ik had tot dan
alleen klachtjes behandeld. Ik ben thuis een uurtje na gaan denken,
toen overlegd met de beheerder, toen grondverzetfirma’s gaan
bellen, daarna bezoeken. Peter kon het als klusje tussendoor door zijn
personeel laten doen, dat was goedkoper dan op bestelling. Nou,
evengoed begonnen ze er binnen twee weken aan, jullie hebben mijn
krantjes gelezen, daar heeft ingestaan hoe goed hij zoiets kon regelen.
In amper een halve dag was het klaar. Na afloop heeft zijn personeel
hem verteld dat ze huilende mensen hadden zien staan, ook jongelui van
in de twintig. Hij heeft het uitgezocht en kwam zo achter de
woningnood. Ik liet de rekeningen naar de nieuwe beheerder van de
huizen sturen, meneer heeft er nooit iets over gezegd. Alleen vaak, ik
heb gezien dat je weer veel korting geregeld hebt. Hij zag dus de
rekeningen wel, hij keurde dus alles goed. Na een tijdje went dat,
ongeacht de hoogte prijzen vergelijken en de beste voor iets uitzoeken.
Na een klus vergeet ik die bedragen maar, anders zou het me gaan
duizelen.’
‘Zo veel?’
‘De zesennegentig
nieuwbouwhuizen komen uiteindelijk op ongeveer een ton per stuk, dat is
geen geheim, dat schat iedere bouwer, als de grond gratis is. Als de
nieuwbouw klaar is heb ik dus bijna tien miljoen behandeld.’
Ze grinnikte.
‘Zonder een penny gezien te hebben.’
Maureen keek ontzet.
‘Tamara, hoe kon je dat? Tien miljoen!’
‘Door wat ik zei, na
iedere opdracht de bedragen vergeten. Waardoor ik ook niets op kon
tellen. En ik zag gelukkig ook nooit geld, ik moet er niet aan denken
om briefjes van duizend te zien. Of cheques met vijf of meer cijfers
voor de komma. Goed. Voor de camping en het meertje kwam ik weer met
een kladje bij Peter. Hij heeft veel details uitgewerkt, veel
ideeën aangedragen. Daarom is het hier zo mooi geworden. Bij
iedere volgende leverancier of bouwer wist ik meer, leek ik
deskundiger. Maar eigenlijk weet ik niet zo veel.’
‘Ja, ja, je wilt weer
geen waardering voor je werk. Ondanks dat je zogenaamd niet veel weet
regel je alles snel en goed. En goedkoop. Je optreden bij de
vergadering was ook zo indrukwekkend. Je spiekte veel minder dan de
voorzitter van de vereniging van huurders.’
‘Ja, ik schrijf niet
veel op, ik heb genoeg aan de onderwerpen. Lijstjes, buitenkant,
verwarming, verlichting, brandweer. Zo ongeveer. Dan weet ik
genoeg.’
‘Toch knap. Ik zou nooit aan de brandweer gedacht hebben.’
‘En je denkt nog wel zo vaak aan spuiten.’
‘Ja, vast vaker dan jij, maar jij maakt het vaker mee.’
‘Maar jij ziet vaker een erectie.’
‘Ja, bij het minste of
geringste steigert die van John, maar dan kan hij nog niet, dat blijft
bij een keer of drie per dag. Genoeg, hoor.’
‘Ja, meer dan het
gemiddelde. Over die brandweer, vóór we met de nieuwbouw
begonnen heb ik aan de stad gevraagd waar woningen aan moesten voldoen.
Al had de stad er weinig over te zeggen, er werd niet op hun grond
gebouwd. Maar ik wilde me een beetje informeren, ik had er geen
verstand van. Ik heb de lijst eisen doorgekeken en aan het
architectenbureau, wat de huizen ontworpen heeft, gegeven. Nou, ze
wisten alles al, maar dat wist ík niet. Ik wist daardoor wel
genoeg om sommige vragenstellers gelijk te vertellen dat wat ze wilden
niet mogelijk was, gezien de eisen voor nieuwbouw.’
‘Waardoor het vast leek of je er verstand van had.’
‘Dat dachten ze, ja,
maar veel was het dus niet. Het werd natuurlijk wel steeds meer, als ik
iets niet snap vraag ik hoe het zit. Ik ben ook in het begin minstens
één keer per dag bij de bouw gaan kijken. Voor de camping
heb ik ook rondgevraagd naar eisen. En of er naakt gerecreëerd
mocht worden. De stad adviseerde om aan het begin van de toegangsweg
een bord met privé erop te zetten, dan hadden ze er niets mee te
maken. Daar was ik blij mee, anders had ik nog veel voorzichtiger over
het meertje moeten schrijven.’
‘Dat doe je inderdaad keurig, maar duidelijk.’
‘Ja. De eisen hebben we
aangehouden, voor de veiligheid. Ze mogen ook komen controleren, maar
we zijn vrij om hun aanbevelingen op te volgen. We zijn het wel van
plan. Zijn ze al geweest?’
‘Er is een keer iemand
geweest om het water in het meertje te testen. De drie controles die
hij gelijk kon doen waren goed. De rest moest in het laboratorium. Als
er iets niet goed was zouden we het horen. Niets gehoord, verder ook
niemand gezien.’
‘Je hoeft ze ook niet
te zien, John, rondkijken kunnen ze toch. Van het water had ik niets
anders verwacht, zolang er niet te veel jongens in lozen. Heb jij onder
het bord privé-terrein, verboden toegang enzovoort dat bord met
Wellingten Avenue achtennegentig gezet?’
‘Ja, voor wie van buiten het dorp komt. Het bord van de camping staat pas bij de ingang.’
‘Om zoiets te verzinnen moet je boekhouder zijn geweest.’
‘Ja, koekenbakkertje.’
Tamara schaterde.
‘Goed zo. Eindelijk durf je spontaan wat te zeggen.’
‘Ja, ik doe makkelijker iets dan dat ik iets zeg.’
‘Ik plaag je even. Je doet alles, als het maar van het vrouwtje mag, hè?’
‘Het vrouwtje spoort me
vaak aan. Mijn stijve laten zien en me laten klaarkomen en spuiten waar
een andere meid bij zit.’
‘Vergeet niet, aan je ballen laten komen.’
‘Daar heb jij zelf om
gevraagd. En om aan je te komen. En de rest. Natuurlijk was dat nooit
gebeurd als Maureen het niet goed gevonden had. Er is niet veel aan
haar gezeten, maar ze is wel beloond. Ze heeft aan Thomas gezeten en
hem zien spuiten, daar heeft ze vreselijk van genoten. We zijn hier
heel gelukkig. Vertel je het, Maureen?’
‘Ik ben overtijd, Tamara.’
‘Oh, wat fijn. Als het verder goed gaat.’
‘Vast wel. Je mag het
Thomas vertellen, ik vind niet dat er geheimen tussen man en vrouw
horen te zijn. Zelfs zoiets als dit niet. Maar verder nog maar niet.
Ook nog niet aan meneer en mevrouw.’
‘Daar houd ik me
natuurlijk aan. Maar laat je niet aan mevrouw zien, ze is
verpleegkundige geweest, ze merkt onmiddellijk dat er wat met je aan de
hand is. Zou het van die keer zijn dat Thomas en ik gekeken
hebben?’
‘Misschien wel. Laten
we het daar maar op houden. John dacht waarschijnlijk aan dat jij hem
bij zijn ballen gepakt had. En onder water ook zijn stijve beet gehad
had. En dat jullie zaten te kijken hoe we het deden. Dat vond ik ook
opwindend.’
‘Ja, daar dacht ik ook
aan. Soms nog. Toen ook aan dat er gekeken werd. En dat ze zagen dat we
klaarkwamen. Ik spoot niet vaker dan normaal, maar voor mijn gevoel
veel harder.’
‘En waarschijnlijk
vruchtbaar. Maar hoe kwam je erbij om daarna de ballen van Thomas te
masseren, Maureen, toen hij op me lag te wippen?’
‘Wat ik toen zei, ik
zag zijn stijve in vier keer in je verdwijnen en die ballen zielig
blijven hangen. Ik wilde ze ook warm houden. Maar het was voor Thomas
ook opwindend, hij kwam snel. Ook snel na zijn vorige grote lozing.
Hebben jullie het thuis nog gedaan? Hij kon vast weer.’
‘Ja.’
‘Erg kort.’
‘Nou ja, hij zei in de
slaapkamer, Maureen heeft, geloof ik, zoiets als kortsluiting
veroorzaakt. Ik heb het gevoel of ik al weer vol zit. Ik zei, laten we
het maar controleren. Maar langzaam, anders kom ik weer niet. Nou, hij
zat hartstikke vol, zeven lange spuiten, waardoor ik ook heftig kwam.
Tja, ik had wat in te halen. Daarna hebben we over alles bij het
meertje gepraat. Toen ik zei dat ik slaap kreeg wilde hij nog een keer.
Als hij het niet zo lekker deed was ik erbij in slaap gevallen, zo lang
duurde het. Maar ik kwam daardoor wel twee keer en hij spoot drie keer.
De volgende dag was alles weer normaal, gewoon, nou ja, steeds een keer
of vijf, zes. Nou, als zijn productie afneemt komen we bij je, jouw
handen doen goed werk.’
‘Jij moet het ook
kunnen, al kan je er onder het wippen moeilijker bij. Oefen maar als je
zelf niet kan, met één hand om zijn ballen. Ik kan nu een
maand of acht altijd. Heerlijk, zonder condoom. Laatst moesten we
lachen. Ik kwam zo heerlijk, dat ik hard kreunde. Toen begon Crystal te
kraaien.’
‘Leuk. Voorlopig geniet ze dus mee. Zeg, ik ga er weer vandoor. Tot ziens.’
* * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * *
Het Wellingten Nieuws
Jaargang 1, nummer 37
Zie ook www.wellingten.co.uk
Verzorgd door Tamara.
De huurhuizen en de renovatie van de huurhuizen.
De beheerder en ik zijn klaar
met de tweede ronde van de verkenningen voor de renovaties. Binnenkort
gaan we om offertes vragen. We moeten de volgorde in het dorp nog
bepalen. Ieder huis hebben we ook een cijfer gegeven, afhankelijk hoe
dringend een renovatie is, om de voorrang te bepalen. We gaan die lijst
niet stuk voor stuk afwerken, maar pakken steeds een rijtje huizen met
daarin een voorranggeval, anders moet er te veel op verschillende
plekken in het dorp gewerkt worden.
De nieuwbouw.
In krantje nummer veertien schreef ik: (heerlijk, dat kopiëren)
De oorspronkelijke volgorde
van blokken bouwen was eerst de ene kant van de Avenue, de oneven
nummers, daarna de andere kant, te beginnen bij nummer zesennegentig.
Maar de stadsbouwambtenaar had een beter idee. Hij stelde voor, na de
eerste acht blokken niet na de zijstaat door te gaan, maar aan de
andere kant met nummer twee te beginnen. Dan kan de stad, wanneer die
acht blokken klaar zijn, de Avenue vanaf het begin tot de eerste
zijstraat afmaken. Dan hoeven de bewoners van dat eerste stuk Avenue
niet over de rijplaten te blijven rijden tot alle huizen klaar zijn.
Dat gaan we doen. Daarna t.z.t. het tweede en derde gedeelte. Dank u
wel, stad.
Het is nu zover. Volgende
week woensdag, donderdag en vrijdag is het eerste gedeelte van de
Wellingten Avenue afgesloten voor alle verkeer, behalve voetgangers,
voor het aanleggen van de trottoirs en de definitieve verharding van de
weg, asfalt.
De leveranciers, die in dat gedeelte nog werk hebben, hebben vooruitgewerkt, de opleveringen komen dus geen seconde in gevaar.
Ook het stukje zijstraat richting Hoofdstraat wordt gedaan.
De bewoners wordt geadviseerd hun auto’s ergens anders te parkeren, ze kunnen er die drie dagen alleen lopend in of uit.
De camping en het meertje.
Geen nieuws.
Overige onderwerpen.
Tijdens de vergadering over,
onder andere, het opheffen van de vereniging van huurders heeft niemand
het bestuur bedankt. Bij deze. Vooral Ian, die vanaf het begin in het
bestuur gezeten heeft en de opheffingsvergadering minstens zo goed
geleid heeft als ik de oprichtingsvergadering.
Komisch, bij allebei die vergaderingen een spreker met een verrassing, zij het nogal verschillend in grootte.
Mijn dank voor het
blindelings vertrouwen in mij i.v.m. de renovatie van het dorpshuis.
(Daarom verdween ik zo snel, dus niet door het inderdaad korte bedankje
van de voorzitter van de gezelligheidsvereniging.)
Dat was het weer, voor deze keer.
Tamara
Telefoon thuis [om privacyredenen door de schrijver weggelaten]
Mobiele telefoon [om privacyredenen door de schrijver weggelaten]
E-mail tamara@wellingten.co.uk
* * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * *
Week 50
Thomas pikte op de terugweg
van het ophalen van John, Maureen en Crystal Tamara op. Ze kleedden
zich in de Manor in de zitkamer grinnikend uit en trokken badjassen
aan. Thomas, John en Maureen liepen met Crystal in het reiswiegje naar
het zwembad, trokken hun badjassen uit en hingen ze op. Maureen haalde
Crystal uit haar wiegje, kleedde haar uit en ging met John op het
trapje in het zwembad zitten, om Crystal in het water te laten
spartelen. Thomas ging op een stretcher liggen.
Tamara liet vijf minuten later Ian en Francis binnen en nam ze mee naar de zitkamer.
‘We kleden ons hier om,
omdat kleding in het zwembad te vochtig wordt. We gaan in badjas naar
het zwembad. Voor het geval we personeel tegenkomen.’
Francis begon zich uit te kleden, Ian aarzelde. Tamara grinnikte.
‘John en Maureen zijn
er al. We hebben ons tegelijk uitgekleed. Durf je je mooie lid niet te
laten zien, Ian? Misschien nu?’
Ze deed haar badjas open.
‘Jij weet ook hoe je iemand moet overhalen.’
Ian kleedde zich ook uit.
‘Leuk, Ian, je halfje. Nogal groot, geloof ik.’
‘Het is maar wat je gewend bent.’
‘Dat zie je zo. Kom, badjas aan en mee naar het zwembad.’
In het zwembad deed Tamara
haar badjas uit en hing hem op. Francis deed het ook, Ian na weer even
aarzelen. Thomas kwam overeind, liep naar Francis en nam haar in zijn
armen.
‘Welkom, lekkertje.’
‘Hé, ik dacht dat we pas in het water aan elkaar zouden komen.’
‘Ik kom met mijn handen alleen aan je blote rug.’
‘Voel je met dat paaltje mijn buik niet?’
‘Alleen iets glads. Hij
zit waarschijnlijk net te hoog om door je haartjes gestreeld te worden.
O, je tepeltjes kriebelen wel.’
‘Nou, laat me los.’
‘Wil je kijken?’
‘Voorlopig wel. Hè, hè. Leuk halfje. Kreeg Ian net ook al van Tamara.’
John en Maureen kwamen uit het water om Ian en Francis te begroeten en gingen weer terug.
‘Zoals ik de eerste keer op het zonneterras tegen je zei, Thomas, groeizaam weertje hier.’
‘Francis, als je problemen krijgt moet je het gelijk zeggen. Dan pakken we handdoeken.’
‘Dat is lief van jullie. Maar alleen die van Ian moet een beetje uit mijn gezichtsveld blijven.’
‘Daar zorg ik gelijk voor. Ik zal hem ook even verwelkomen.’
Tamara nam Ian in haar armen.
‘Nou, je zit op een lekkere hoogte, Ian. Voel je?’
‘Ja, natuurlijk. Het kriebelt. Hé, houd je rustig.’
‘Nog even. Als hij omhoog staat valt hij voor Francis niet zo op als wanneer hij recht vooruit staat. Ik help even.’
Ze pakte hem tussen hun in even vast.
‘Oei, dat gaat snel, ik
stop maar. Wat een lange. Ga maar op een stretcher liggen bijkomen. Er
zijn genoeg stretchers, Francis. Kijk maar even niet naar hem. Ik heb
de buit al binnen. Lekkere ballen en een grote stevige paal. Langer dan
die van Thomas. Nou, daar heb je geluk bij.’
Ian en Francis gingen allebei op een stretcher liggen, Tamara ging naast Thomas zitten.
‘Je bent erg ondeugend,
Tamara. De lengte is nu niet te controleren. Die van Thomas is niet
klein meer, maar omhoog staat hij niet. Hoe red je dat?’
‘Beter dan ik verwacht had, met vier blote vrouwen om me heen.’
‘Vier? O, ja, Crystal ook. En die heeft nog wel een blote doos.’
‘Ja, maar dat doet me natuurlijk niets. Je kan bij haar wel heel goed zien hoe mooi meiden gebouwd zijn.’
‘Nu ik dat zo zie,
Francis, ik ben blij dat jouw mooi spul wat verstopt zit onder je
haren. Als je ook zo bloot was zou ik moeite hebben om mijn stijve er
niet gelijk in te stoppen.’
‘Snap je nu, waarom ik af en toe wat moeite heb met jouw blote stijve?’
‘Ja, beter.’
‘Tamara vond al, dat je lekkere ballen hebt en een grote stevige paal. Hoe is het met jou, John?’
John stond op, liet zien dat zijn stijve recht vooruit stak en ging weer zitten.
‘Je bent hem omhoog aan
het praten. Sorry dat het niet van naar je kijken is, maar jullie
meiden zien er ongeveer hetzelfde uit. En ik mag bij Maureen vaak
kijken.’
‘Jullie jongens zien er
niet hetzelfde uit. De jouwe recht vooruit, die van Thomas nog wat naar
beneden en, toch even kijken, O, Ian, wat mooi stijf. Gaat het?’
‘Ja, maar kijk maar niet te veel.’
‘Goed, andere keer, thuis. Kan ik die van jou ook omhoog praten, Thomas?’
‘Hij komt al, omdat ik
denk, dat je straks aan mijn ballen gaat voelen. Ian is vast al zo
groot omdat Tamara aan zijn ballen gezeten heeft.’
‘Ze heeft ook aan zijn stijve gezeten, zei ze.’
‘Dat mag je bij mij ook, hoor. We blijven eerlijk.’
‘Zullen we dan in het water gaan?’
‘Daar wachtte Tamara ook niet op.’
‘Nee, ik had hem een
half stijve bezorgd, ik wilde het afmaken. Volgens mij heeft hij een
normale maat ballen, Francis. Dus kan je net zo veel verwachten als de
anderen. Maar controleer na die van Thomas die van Ian nog een keer. Je
kan ook met die van John vergelijken.’
‘Hem ook bij zijn ballen pakken?’
‘Hij komt in het water ook vast even aan jou.’
‘Nou, als hij ook maar aan de buitenkant blijft.’
Ze stond op, liep langzaam naar de stretcher van Thomas en ging aan de andere kant dan waar Tamara zat naast hem zitten.
‘Ik aarzel een beetje. Ik houd het even bij kijken.’
Thomas glimlachte. Hij legde
voorzichtig een hand op een bovenbeen van haar en streelde. Toen ze
niets zei en naar zijn kruis bleef kijken ging hij langzaam tussen haar
benen. Ze schrok, toen hij ineens haar doos in zijn hand nam.
‘O, Thomas, stiekemerd.’
‘Ja, je was afgeleid. Lekker?’
‘Dat gaat je niets aan. Nou, niet lekkerder gaan doen.’
‘Mag ik even je gleuf voelen?’
‘Ik kan moeilijk nee zeggen.’
‘Dat kan je wel. Er moet niets.’
‘Maar dat zou oneerlijk zijn.’
‘Ach, zo nauw let het niet. Niemand, behalve Ian en jij, komt iets tekort.’
‘We klagen niet,
Thomas. Wij hebben elkaar nog niet zo lang geleden gevonden en gaan al
over een half jaar trouwen. En we zijn ook wat snel aan experimenteren
begonnen. Oh, lekker. Je groeit nu aardig.’
‘Ja, van aan je gleuf zitten. Ik zal er maar mee stoppen. Voel nu maar aan mijn ballen, dan blijf ik doorgroeien.’
Ze ging tussen zijn benen, legde haar hand om zijn ballen en voelde voorzichtig.
‘Oh, wat een grote. Ja, duidelijk heel groot.’
Ze giechelde.
‘Je stijve nam een
spurt omhoog. Mooi. Maar eh, Ian heeft een grotere. Minstens twee
centimeter langer. Wel net zo dik, denk ik.’
‘Voel maar.’
Ze legde haar hand om zijn stijve.
‘Ja, zo ongeveer, ik voel zo bij Ian nog wel, als hij het even kan hebben.’
Ze streelde zijn penis een paar keer en pakte toen zijn ballen weer.
‘Wat een ballen. Ik
geloof nu helemaal dat je zo veel kan spuiten. Nou, ik krijg het vast
ook niet slecht, met die lange. Ik ben erg blij dat ik heb kunnen
vergelijken. Anders blijf je je dat toch afvragen, hè?’
‘Ja, dat hadden Thomas
en ik ook. Vooral ik. Ik heb een keer een paar condooms van Maureen
gekregen, om het eens mét te proberen. Nou, minder lekker, al
viel het verschil mee. Maar sinds die tijd weet ik dat Thomas officieel
large is. John ook. Ian is vast extra large.’
‘Ik ga over een paar
maanden aan de pil, maar ik zal er ook eens wat halen, om een
officiële bevestiging te krijgen.’
‘Ik wist van niets.
Maureen zei, oefen op een bezemsteel hoe je hem af moet rollen. Je moet
ruim een centimeter bovenaan vrij houden, daar moet het in
terechtkomen. Nee, twee, zei ze, voor die grote productie.’
‘En?’
‘Zelfs die twee
centimeter zat aardig vol. Nadat je hem bij Ian aangedaan hebt,
Francis, voor die officiële bevestiging, zou ik hem erin laten
spuiten,
vast ook leuk om te zien. Waarvoor hij eigenlijk is hebben jullie
hopelijk
nooit nodig, bloot is lekkerder. Maar jullie moeten het toch eens
proberen. Je zal er een paar moeten kopen. Ik heb er van Maureen
gekregen, maar die zijn te klein voor die lekkere lange van Ian. Thomas
vindt het niet leuk dat het
weggegooid wordt. Hij geeft het zo graag aan mij. En dan zit er ook
niets tussen ons.’
‘Tja. Niet aan de pil, Maureen? Als ik zo brutaal mag zijn?’
‘Ik ben er een paar
maanden voor ons trouwen mee begonnen. Ik heb drie verschillende
geprobeerd, maar ik kreeg er hartkloppingen van. Ik heb het John
vóór ons trouwen verteld. Hij vond het natuurlijk jammer,
maar niet zo’n ramp. We moesten het dan maar vaker doen wanneer
het soms zonder kon.’
‘Lief van hem.’
‘Ja. De mooiste tijd
was natuurlijk, toen we besloten om aan kinderen te beginnen. Heerlijk,
steeds zonder condoom. En spannend, zou hij me zwanger maken? Toen ik
het was kon het natuurlijk ook zonder, tot niet zo lang voor de
bevalling. Toen de proeftijd van John om was besloten we dat we aan de
volgende zouden beginnen, dan scheelde die niet zo veel met Crystal. We
hopen natuurlijk op een broertje voor haar.’
‘Veel succes. En veel plezier.’
‘Dank je. Jullie mogen
het wel weten, als je het niet verder vertelt. Ik heb Tamara vorige
week verteld dat ik overtijd was. Ik weet nu, dat ik weer zwanger
ben.’
Ze kwamen haar allemaal feliciteren.
‘John, laat je Francis even naar je kijken? Of meer?’
John aarzelde even voor hij naar Francis liep.
‘Niet zo groot, Francis. Maar wel geschikt om Maureen voor de tweede keer zwanger te maken.’
‘En geschikt om het
lekker met haar te doen, zei ze. Ja, ongeveer hetzelfde als die van
Thomas. Je aarzelde net even. Heb je liever niet dat ik er aan
kom?’
‘Het is een beetje
tegenstrijdig. Aan de ene kant, ik moet nog wennen, dat er behalve
Maureen andere meiden aan mijn spullen zitten. Maar in principe heb ik
er niets op tegen. Onder vrienden kan je wel een beetje aan elkaar
zitten. Aan de andere kant, ik vind het wel lekker. Maureen vindt het
ook prettig, dan ben ik thuis wat woester.’
‘Hitsiger?’
‘Ja. En dat duurt dagen.’
‘Daar werk ik graag aan mee.’
Ze pakte zijn ballen vast.
‘Nou, normaal zou ik
zeggen. Zoals van Ian. En je stijve ook normaal, zoals die van Thomas.
En wat ik vroeger beet gehad heb.’
‘Ook langere?’
‘Nee, dunnere. Even voelen.’
Ze pakte de stijve van John vast.
‘Lekker dik, John, dank
je wel. Revancheer je straks maar in het water, hier is het me te
lekker. Nou, Maureen is er blij mee. Wij hebben ook niets te klagen,
hè, Tamara?’
‘Nee, al heb ik vroeger niets beetgehad. Ik wilde Thomas, hoe dan ook. Wanneer ben jij met keuren begonnen?’
‘Keuren? Dat hoorde bij het scharrelen. Ik zal wel, net als de anderen, een jaar of veertien geweest zijn.’
‘Vertel eens, Maureen, van bij het meertje.’
‘Af en toe omcirkelen
een stel meiden van een jaar of veertien, vijftien, een jongen. Na een
tijdje laten ze hem vrij en loopt er één meid naar de
afvalbak om een wegwerphanddoek weg te gooien. Drie keer raden.’
‘Oei.
Één, ze laten hem uitgebreid tussen hun benen kijken.
Waarschijnlijk ook voelen. Twee, ze voelen met z’n allen aan zijn
inmiddels natuurlijk maximale stijve en aan zijn ballen. Drie, ze laten
hem spuiten. Nou, ik had vast meegedaan.’
‘Heb je vroeger met Ian gescharreld?’
‘Toevallig niet. We
kenden elkaar wel, we hebben met elkaar gepraat en zelfs gedanst in het
dorpshuis. Pas toen ik bij hem in het bestuur van de vereniging kwam,
nadat Tamara er voor bedankte, ging ik wat in hem zien. Al gauw wilde
ik hem, ook hoe dan ook.’
‘Maar je keurde hem ook gauw.’
‘Ik pakte hem gauw
vast, Tamara. Maar hij begon. Hij ging onder het kussen aan de
achterkant onder mijn rok en in mijn broekje. Ik had het niet erg
gevonden als ik aan de voorkant in zijn broek minder tegen gekomen was
dan normaal. Maar het was méér. Nou, mooi meegenomen. Net
zoals die grote productie van Thomas, al kwam je daar pas later
achter.’
‘Ja, net zoals achter de oorzaak, zijn grote ballen. Ik vond die normaal. Wist ik veel.’
‘Wist jij het, Thomas?’
‘Nee. Als ik met
jongens in het meertje ging zwemmen hadden we allemaal kleintjes. En de
grootte van mijn ballen is niet te zien, alleen te voelen. Nou, normale
jongens willen niet aan elkaar voelen.’
‘Nee, natuurlijk niet. Wist je dat je zo’n lange had, Ian?’
‘Pas door de eerste
meid die me vast greep. Ik had wat gescharreld, maar met verder dan
over bloesjes strelen kwam ik niet. Toen heb ik een jaar oudere kunnen
versieren. Die zei niets, toen ik onder haar bloes ging. Heerlijk,
eindelijk borsten te pakken. En ook heerlijk, een hand om mijn ballen
en mijn stijve. Maar die had ze nét vast toen ze me weer
losliet. Je hebt een hele lange, zei ze. Ik moest mee naar een nog
stillere plek, ze wilde hem zien. Ik zei, misschien ben ik normaal, en
de jongen of jongens die je eerder beetgehad hebt wat klein. Nee, zei
ze, het gaat je eigenlijk niets aan, maar als er zo’n stuk of
vijf ongeveer even groot zijn moet dat normaal zijn. Jij bent een stuk
langer. Wel iets dunner, maar dat komt misschien nog.’
‘Dat is er al.’
‘Ja, Maureen. Toen ik
mijn ouders vertelde dat Francis en ik zouden trouwen als ons huis
klaar was, zei mijn moeder, je moet met Francis voorzichtig zijn. Toen
je geboren was, in het ziekenhuis, kwamen alle zusters langs om naar je
plassertje te kijken. Je had een zeker twee centimeter langere dan
normaal. Als ik me goed herinner is er nog iets bijgekomen, tot je
jezelf ging wassen. Ik heb beloofd voorzichtig te doen. Weet je het
vast, Francis.’
‘Mij maak je niet bang.
Er is nog iets bijgekomen, als je klein bent, maar daar blijft omhoog
de helft van over. Past vast wel.’
‘Ja. Dat meisje vroeg,
hoe is hij als hij klein is? Ik zei, veel langer dan normaal. Bij het
meertje kijken de andere jongens wel, maar ze zeggen niets. Als jij hem
klein wilt zien, er is maar één manier om er achter te
komen. Ik hoopte, dat ze me zou strelen enzovoort. Ze zei, ik weet er
wel méér, maar ik zal het met een hand doen, heb je een
zakdoek bij je? Natuurlijk had ik die bij me, al een jaar voor niets.
Nou, ze had bij die vijf wat opgestoken, ze deed het heerlijk. En
bewonderde daarna mijn lange spriet. Toen wilde ze dat ik haar
streelde. Ik durfde eerst niet in haar gleuf, maar ze leerde me wat ik
doen moest. Tja, zo wordt je opgeleid.’
‘Het zal wel niet bij die ene gebleven zijn, daarvoor ben je te goed.’
‘Dank je, Francis. Nee,
daarna deed ik natuurlijk nog meer mijn best om te scharrelen. Maar ik
kwam amper één keer per week aan lozen toe, iedereen
hield elkaar in de gaten. En nog minder vaak smaakte ik het genoegen,
zoals dat heet, om een meisje in mijn armen te voelen klaarkomen. Maar
dus vaak genoeg. Francis geniet ook zo. Ze hijgt er ook zo lief
bij.’
‘Houd je mond. Anders
verklik ik dat je vaak halverwege zegt, over een tijdje wordt het nog
lekkerder voor je, dan doe ik het met mijn stijve. Nou, dan kom ik nog
sneller op gang, natuurlijk. Hoe was het bij jou, John?’
‘Vermakelijk. Maureen
had gezegd dat ik een grote had, dat vond ik prima. We hadden allebei
weinig ervaring, maar genoeg om lekker te scharrelen. Ze haalde later
condooms, small, medium en large. Ze twijfelde even, en begon met
medium. Ik zei, hij zit erg strak, probeer die large eens. Dat was
beter. Ik heb even gedaan alsof ik boos was dat ze me maar medium vond
en zelfs rekening had gehouden met small.’
Ze grinnikten allemaal.
‘Tamara, zou je het erg vinden, als ik mijn pilverhaal en zo afmaakte?’
‘Als je dat graag wilt
mag ik je niet tegenhouden. Maar alsjeblieft zo kort mogelijk. En
liefst zo min mogelijk tegen mijn haren instrijken.’
‘Wat is dat voor verhaal? Iets waarvoor je bedankt wordt, Tamara?’
‘Ik zeg niets. Het was allemaal toeval.’
‘Ja, ja. Nadat de
proeftijd van John om was, hij dus weer een vaste baan had, vertelde ik
Tamara dat we gelijk voor het volgende kindje begonnen waren. Ze vroeg,
gelijk? Was je niet aan de pil? Ik heb mijn verhaal over de pil
verteld, dat ik daar niet tegen kon. Ze vroeg, hoelang was dat geleden?
Ik zei, vóór ons trouwen, vier jaar geleden. Ze zei, er
zijn nu betere en meer pillen. Wie heeft je onderzocht? Ik vertelde,
dat ik bij mijn zwangerschap van Crystal door mijn huisarts onderzocht
was. Nooit voor de pil, ik kreeg toen alleen drie keer een recept van
hem. Ze vroeg, en een onderzoek naar je wat kleinere longcapaciteit?
Die heb ik, ik kan me niet lang achter elkaar inspannen. Ik weet
alleen, dat ik voor school een briefje van de huisarts kreeg, waarin
stond waarom ik niet goed mee kon doen met sporten. Van een onderzoek
herinner ik me niets. Tamara spuugde bijna vuur, over die huisarts, dat
die me nooit doorgestuurd had voor een goed onderzoek.’
‘En daar kwam ze door dat ene woordje achter? Omdat jij zei, we zijn gelijk begonnen?’
‘Ja. Daar reageerde ze onmiddellijk op.’
‘Nou, ik ben ook aan de
pil. Dan zou het erg toevallig zijn als je van de ene dag op de andere
kan proberen om zwanger te worden.’
‘Ja, dat is zo, maar ik zou dat, gelijk, gemist hebben.’
‘Bij mijn werk moet ik goed luisteren, want ik weet niet veel.’
‘Nou, dat heb je anders
aardig weten te camoufleren. Je zegt zelf, als je zesennegentig gevulde
koeken kan maken, kan je ook zesennegentig huizen bouwen.’
‘Omdat dat in principe hetzelfde is. Zorgen dat de spullen er komen en goed verwerkt worden.’
‘Ja, ja. Nou, ga maar door, Maureen, anders strijk ík nog tegen haar haren in.’
‘Dat was op een
donderdagmiddag. Ze heeft een spoedafspraak bij de dokter in het dorp
geregeld, voor vrijdagmorgen. Die spuugde ook vuur en regelde een
spoedafspraak bij de longarts in het ziekenhuis in de stad, voor
‘s maandags.’
‘Waren jullie zelf niet eerder op het idee gekomen om je eens goed te laten onderzoeken?’
‘Nee. Ik maakte me
gewoon niet te druk. En die condooms, ach. Als het even zonder kon was
het extra feest. Veel mensen zijn slechter af, vonden we.’
‘Tja. Toch jammer.’
‘Eigenlijk wel, maar we
waren toch heel erg gelukkig. Ondertussen had Tamara meneer en mevrouw
gevraagd om te helpen als ik niet goed onderzocht zou worden. Meneer
kan nu eenmaal aardig wat regelen. Maandagmorgen zegt de longarts,
toevallig beginnen we vandaag met een experiment. We laten
patiënten niet steeds komen voor een volgend onderzoek bij een
andere specialist, we laten alle specialisten achter elkaar een stel
patiënten onderzoeken. Nou, ik ben drie uur lang door de molen
gehaald. Na afloop moesten we weer naar de longarts. Die zei, voor de
pil moet je, als het zover is, naar je huisarts. Er zijn er veel meer
dan drie, en hij en zonodig wij hier in het ziekenhuis gaan door tot er
een goede voor je gevonden is. Zonodig maken we er zelf één voor je. Je longcapaciteit is tachtig
procent. Je krijgt zo’n snuifdoosje als astmapatiënten
hebben met medicijnen voor je erin. Als je ‘s avonds gewoon moe
bent, niets innemen. Als je overdag denkt, nu moet ik gas terugnemen,
dan één snuifje nemen en gas geven.’
‘Werkt dat?’
‘Nou en of. Thuis, in
de caravan, heb ik tegen John gezegd, ik krijg medicijnen, die gaan
helpen. Vanavond de rest. Want er kwamen nieuwe gasten aan. ‘s
Avonds was ik niet zo moe, maar ik wilde wat uitproberen. Ik heb een
half snuifje genomen en in bed op John gaan liggen om te vrijen. Ik
haalde zo nooit het eind, halverwege moesten we altijd omrollen om John
eh verder te laten bewegen. Maar ik haalde het toen met gemak. Het
werkte, zo snel al. Daarna heb ik steeds gedaan wat de longarts gezegd
had, als ik overdag dacht, nu moet ik gas terugnemen, nam ik een
snuifje en kon ik gas geven. Ik kan nu alles. Ook als ik zou willen
drie keer per dag John berijden. Omdat Tamara zo goed luisterde en zo
goed alles voor me regelde.’
Maureen en Francis hadden tranen in hun ogen.
‘Ik had hulp.’
‘Ja, Tamara, voor een
snellere uitvoering dan jij kon regelen, dat was heel fijn, maar jij
luisterde en nam actie. Die hulp, ja, dat experiment in het ziekenhuis
was helemaal geen toeval. Meneer had gebeld. Naar een collega-chirurg
gevraagd. Mijn geval uitgelegd. En gevraagd om de hoogste spoed, om mij
geen maanden in onzekerheid te laten zitten.’
‘Als hij al geen titel had, had hij hem daarvoor moeten krijgen.’
‘De aanvraag voor die
titel liep al, maar hij had nog geen acceptatiebrief geschreven. Dat
heeft hij toen gedaan. Met een brief erbij over Tamara, dat haar
minstens éénderde van de eer toekwam. Tamara heeft er in
haar krantje over geschreven. Maar niets over mij, daar zal je niet
vreemd van opkijken. Meneer in zijn brief aan Hare Majesteit
wél, zonder mijn naam te noemen. Er staat er in de redenen voor
de verlening van haar M B E, voor haar puntje puntje puntje gedrag,
enzovoorts, op de gebieden huisvesting, gezondheid en vermaak. De
huisvesting en het vermaak zijn natuurlijk de huizen, de camping en het
meertje. Gezondheid gaat over wat ze voor mijn gezondheid heeft gedaan.
Of heb je nog iets anders op dat gebied gedaan, Tamara?’
‘Nee. Het gaat over
jou. De burgemeester heeft in het ziekenhuis moeten informeren of daar
op een bepaalde maandag een patiënte met spoed behandeld was door
alle specialisten en dezelfde dag van één van haar
klachten afgeholpen was. Hare Majesteit kan natuurlijk niet afgaan op
één brief.’
‘Dus je wist al voordat
meneer en mevrouw hun titel kregen, dat meneer geschreven had? En dat
daar over Maureen in stond?’
‘Ja. Ik kon niet protesteren, hij was al weg, Francis.’
‘Ja, dat zou je vast
gedaan hebben. En bij de uitreiking van je M B E hoorde je, dat het
gecontroleerd was en dat haar gezondheid ook meetelde?’
‘Ja.’
‘En er al die tijd met geen woord over geschreven? Na de uitreiking ook niet?’
‘Natuurlijk niet. Het
ging alleen Maureen en John wat aan. Meneer en mevrouw moesten ervan
weten, omdat ik hun hulp nodig kon hebben.’
‘Ze heeft haar M B E minstens driedubbel verdiend, hè, Ian?’
‘Ja. Een normaal mens
had hooguit gezegd, je moest maar eens naar een dokter gaan. Jij bent
overal achteraan blijven zitten tot alles geregeld was. Dat was
inderdaad uitzonderlijk enzovoort.’
‘Ik ben heel blij met
mijn M B E en nog meer met de gezondheid van Maureen. Kunnen we het nu
over iets anders hebben?’
‘Ja, maar wij zullen het ook nooit vergeten. Zullen we gaan zwemmen?’
‘Wacht even, dan kleed ik Crystal aan en leg haar in de wieg. Ze begint slaap te krijgen. ’
Ze keken allemaal, terwijl Maureen Crystal afdroogde, aankleedde en in de wieg legde.
‘Zo, één
blote vrouw minder. Nu is het drie tegen drie. Of liever drie aan drie.
Ik zou de jongens wel op rijtje in het water willen zien en dan de rij
afgaan.’
‘Dat lijkt me ook leuk, Maureen. En daarna de drie meiden op een rijtje?’
‘Ja, dan blijft het eerlijk, dan kunnen we niemand overslaan.’
Na een dubbele ronde zwommen
ze wat, en wie nog wat wilde pakken pakte wat. Daarna gingen ze de kant
op, droogden zich af en gingen op de stretchers liggen.
‘Ik heb je stijve nog geen millimeter zien zakken, Ian.’
‘Nee, als er niemand
aanzit kijkt er wel iemand. Thomas en John zijn daar al wat meer aan
gewend. Jij kijkt het meest, Tamara.’
‘Ja, je doet me aan
iemand anders denken. We hebben hier ook gezwommen met vrienden van
meneer en mevrouw. Hij had ongeveer zo’n lange als jij. Daar heb
ik natuurlijk ook aan gevoeld. Maar ik zei thuis, Thomas, ik vind die
van jou fijner. Ik ben niet zolang onderweg, van boven naar beneden.
Bij zo’n lange zit er een extra stuk tussen, maar het voegt niets
toe aan het van beneden naar boven strelen, en andersom. Die van jou
was nog nét prettig.’
‘Dank je wel. Thomas, als jij zes keer per dag kan, hoe red je het dan, als je een hele dag moet werken?’
‘Ik heb het overdag
aardig druk. Ik denk vaak aan Tamara, maar ik probeer het zo kort
mogelijk te houden. De laatste tijd heb ik het soms nog iets drukker,
als Francis zit te studeren.’
‘Ja, dank je wel dat je haar helpt.’
‘Natuurlijk. Je weet
toch dat we elkaar altijd graag gemogen hebben? Ik herinner me, dat ze
een keer, toen we nog klein waren, om één of andere reden
een week bij ons gelogeerd heeft. We moesten samen in bad. Ik heb
uitgebreid naar haar gleufje gekeken. Nou, daar is een mooie dot haar
opgekomen en leuke borstjes erbij. Zij heeft met mijn balletjes en mijn
pikkie gespeeld.’
‘Daar herinner me ik me niets van. Hoe oud waren we toen?’
‘Drie.’
‘Dan kan je je dat helemaal niet herinneren.’
‘Nee, ik verzin maar wat. Ik zou het een leuk idee vinden, als ik eerder met je gleuf gespeeld had dan Ian.’
‘Die kans heb je zelf laten lopen. Je had maar hoeven vragen.’
‘Tja, het is anders gelopen. Ben je tekort gekomen?’
‘Nee, als je niet al te
lelijk bent kom je niets tekort. Ik had aanbod genoeg, ik heb het lang
niet altijd aangenomen. En als ik zelf het initiatief nam werd me nooit
iets geweigerd. En nu kom ik ook niets tekort. Lekker een extra
lange.’
Ze grinnikten allemaal.
‘En jij, Ian?’
‘Ik ben ook niets
tekort gekomen, al heb ik het niet te bont gemaakt. Ik weet niet waarom
Francis me niet eerder als mogelijke prooi opgevallen is. Pas toen ze
in het bestuur van de vereniging kwam.’
‘Prooi?’
‘Zo heet dat, onder
jongens. Een meid om eens wat beter kennis mee te maken. Die
vóór jou in het bestuur zat leek me aardig, en was lekker
om vast te houden, mooie spullen. Maar ze deed zelf niets, en er zat
ook geen greintje humor in.’
‘Ze deed niets?’
‘Ze liet alles wat ik
probeerde toe, maar het deed haar niets. Frustrerend. Ik hoop voor haar
dat het een ander lukt om haar wakker te schudden. Als ik haar hand in
mijn broek stopte, wat sommigen uit zichzelf deden, haalde ze hem er
weer heel rustig uit.’
‘Ja, ik deed het zelf. Ik zei al, als ik zin heb neem ik zelf het initiatief. Al zat jij al achterin mijn broek.’
‘Ja, het is niet beleefd om voorin te beginnen. Daar, of onder een bloes.’
‘Heb je wel eens zo’n stevige boerenmeid beet gehad?’
‘Natuurlijk. Maar daar vond ik niets aan. Een handvol is veel prettiger. Ik zie nu niets anders, heel mooi.’
‘Ik heb nooit horen vertellen dat jij zo’n lange had.’
‘Ik wilde niet dat ze
daar op af kwamen. Als er één het ontdekte, zei ik, als
je het rondvertelt vertel ik dat jij kunsttieten hebt. Dat
werkte.’
‘Ja, dan ga je af. Maar misschien zouden we elkaar dan eerder ontmoet hebben.’
‘Ja, maar zo is het fijner gegaan, hè? Ons uiterlijk kwam op de tweede plaats.’
‘Ja, Ian.’
‘Ze studeert bij mij
thuis ook wel, Thomas, dan help ik haar ook. Als ik naar haar toe ga
neem ik een boek mee. Het is heel prettig om dan bij het omslaan van
een bladzij even naar haar te kijken.’
‘Aangekleed?’
‘Ja, haar studie komt
eerst, zeker doordeweeks. Ze stopt pas als ze af heeft wat ze van plan
was. Dan stapelt ze alles op en rekt zich uit. Mooi gezicht. Dan ga ik
achter haar staan en vul mijn handen. Meestal kleden we dan elkaar uit
om wat te gaan spelen.’
‘Iedereen moet het zelf
weten, Francis. John vroeg me, terwijl hij één hand op
een borst had, de andere op mijn doos en ik zijn stijve vast had. Ik
zei daarna, ik wil nú je vrouw worden, ik ben geen bureaucraat
die overal een papiertje voor nodig heeft. Ik voelde me gauw daarna
zijn vrouw, hij ontmaagde me en daarna kwamen we allebei klaar.
Eindelijk niet meer apart.’
‘Nog een half jaartje, hè, Francis?’
‘Ja. Tamara en Thomas hebben het ook volgehouden.’
‘Alleen omdat we niet met elkaar gespeeld hebben. We hebben gekust, maar geen bloot gezien.’
‘Schrok je, de eerste keer, Tamara?’
‘Niet zo erg. Ik wist
in theorie hoe een stijve er uit moest zien. Langer dan een kleintje en
omhoog staand. Ik was wel verbaasd, veel langer en veel dikker. En dat
omhoog staan was erg indrukwekkend. Ik vind het nog steeds raar, recht
vooruit is toch genoeg?’
Ze grinnikten weer allemaal.
‘Het is wel veiliger, per ongeluk kan hij niet naar binnen schieten.’
‘Toen we voor het eerst bloot voor elkaar stonden en Thomas mijn borsten pakte spoot hij gelijk.’
‘Oei. Schrok je toen?’
‘Nee, ik vond het
prachtig. Hij had gewaarschuwd, ik kan overlopen. Daarom waren we onder
de douche begonnen. Ik had gezegd, daar kan je het laten lopen. Hij
zei, nee het loopt niet, het spuit eruit. Nou, gelukkig niet recht
vooruit, anders was ik omgespoten. Het kwam hoger, ook tegen mijn
borsten.’
‘Mooi. Vond je het niet vies?’
‘Nee, het was van Thomas.’
‘Ach ja. Schrok jij de eerste keer, Francis?’
‘Nee, Tamara. Ik voelde eerst in zijn broek over zijn onderbroek.
Nou, niet te klein, dacht ik. Toen ging ik in zijn onderbroek. Lekkere
ballen. Toen hoger. Nou, zeker niet te klein, behoorlijk lang. Ik zei,
Ian, je weet dat ik eerder jongens beetgehad heb. Je hebt een langere
dan normaal, hè? Ja, zei hij, ik hoop niet dat je dat afschrikt.
Ook niet als hij klein is. Ik heb vroeger natuurlijk ook bloot
gezwommen, met andere jongens. Ze zeiden nooit iets, maar keken wel,
omdat de mijne een centimeter of vier langer was dan die van hun. Als
hij op z’n grootst is, zoals nu, is hij maar een centimeter of
twee langer dan normaal. Dat weet ik, omdat je natuurlijk niet het
eerste meisje bent dat me vast heeft. Die schrokken niet, ze vonden het
eh wel lekker. Ik zei, ik ook. Ian, zei ik, we zijn oud en wijs genoeg
om niet te gaan scharrelen zoals we vroeger deden. Het kan best wat
sneller. En lekkerder dan onder kleding friemelen. Mag ik hem
zien?’
‘Welja, wat een tempo.’
‘Ik was niet van plan om gelijk met hem naar bed te gaan, Thomas,
zo’n vlot type ben ik niet, ander had ik jou wel verleid.’
‘Geprobeerd te verleiden.’
‘Ja, natuurlijk, Tamara, gelukt was het vast niet. Maar ik had
geen zin in een langzame aanloop. Kijken en een beetje voelen moest
kunnen. En ik was al zo gek op hem dat hij bij mij ook best mocht
kijken en overal aanzitten. Hij zei, een man alleen in bovenkleding is
geen gezicht. Ik wil je hem graag laten zien, als ik me helemaal uit
mag kleden. Dat zou veel sneller zijn dan ik gehoopt heb, maar het kan
best. Jij hoeft je niet gelijk ook uit te kleden, wacht maar tot je er
aan toe bent. Er van uitgaand, dat je zo ver komt. Ik hoop het heel
erg. En dat we dan ook mogen komen aan wat we zien. Ik bij jou zo veel
als je wilt, meer zal ik niet doen. Je mag bij mij alles. Maar het
lijkt me beter dat we niet gelijk te veel doen, pas als we elkaar beter
kennen. Over samen alles doen wil ik het niet hebben, maar ik hoop wel
dat het er van komt. Ik zou het fijn vinden, als we dat bewaarden tot
eh als we getrouwd zijn. Ik ga misschien erg snel, en alles behalve
romantisch, maar ik zie het wel zitten. Ik zei, ik zie zo’n lange
wel zitten, maar laat eerst maar eens zien hoe die staat. Hij stripte
voor me. Zijn onderbroek ging het laatst uit. Nou, prachtig, jullie
zien het. Erg lang, vond ik, maar niet te, ik werd er niet bang van.
Eerder eh hebberig. Ik zei, ga maar op mijn bed liggen, we waren op
mijn kamer. Ik ging naast hem zitten en heb hem bevoeld. Uitgebreid,
daarna heb ik hem gestreeld tot zijn ademhaling sneller werd, ik wist
wanneer jongens te opgewonden werden. Nog, natuurlijk. Toen ben ik
naast hem gaan liggen, om hem bij te laten komen. Na een tijdje zei
hij, dank je wel, je stopte op tijd. Ja, zei ik, wat dat betreft ben je
een normale jongen, die lekkere lange kan ook niet tegen lang strelen.
Laat hem nu maar klein worden, dat wil ik ook wel zien. Ik wist
natuurlijk dat dat niet ging. Hij grinnikte. Lieverd, zei hij, je weet
best dat jongens tijdens het scharrelen pas klein worden als je ze hebt
laten lozen. Laten we daar mee wachten, ik vind het snel genoeg gaan.
Eigenlijk al genoeg voor vandaag. Ik zou erg tevreden naar huis gaan,
maar ik wil graag ook een beetje aan jou komen. Mag ik je borsten
voelen, over je bloes? Hij wachtte keurig tot ik knikte. Hij deed het
heerlijk. Tja, ook genoeg ervaring. Ga er maar onder, zei ik na een
tijdje. En even later, je zal best mijn beha los kunnen maken. Nou, ook
ervaring genoeg. Ook met tepels behandelen. Nadat ik mijn bloes en beha
uitgetrokken had ook met zijn mond. Na een kwartiertje zei hij,
heerlijk, lekkere meid. En lieve meid. Ik zal erg lekker slapen
vannacht. Ik zei, wil je nog iets lekkerder slapen? Help dan mijn rok
uittrekken. Je mag over mijn broekje. Dat deed hij, heel lekker, en
bleef er overheen. Nou, dat heb ik wel anders meegemaakt, de meeste
jongens gaan achterelkaar door, tot je ze stopt. Ik heb hem gestopt
voordat ik het te gek zou maken. Ik ben gaan praten over het
zonneterras. Dat ik daar natuurlijk jongens zag, met een kleintje. Meer
niet, dan moest er een handdoek over. En meiden natuurlijk. Die
hielden, net als ik, hun benen een beetje tegen elkaar aan. Ik heb hem
ook verteld van de eerste keer dat ik daar kwam, een beetje aarzelend.
Dat ik blij was dat ik Thomas zag, ik durfde hem het eerst naar me te
laten kijken. Hij had wel gauw een handdoek nodig. Later kwam ik
erachter dat ik het tweede meisje was dat hij bloot zag. En wat hem
bloot zag. Had ik kunnen weten. Ik zei, Ian, ook al daardoor zal het
vast niet lang duren voor jij me bloot mag zien. En als je zo lief
blijft zal ik mijn benen niet tegen elkaar houden. Hij zei, heel fijn.
Maar niet zo goed voor mijn nachtrust. Ik zei, als dat een suggestie is
om je te laten lozen, dat is me te snel. En dat ga ik ook niet doen als
ik aangekleed ben, dus, geduld. Dat heb ik, zei hij. Dat, en nog meer
lekkers, is niet het hoofddoel wat ik voor ogen heb. Dat is zo vaak
mogelijk bij je zijn. En het was geen suggestie, maar een constatering.
Ik vind je verschrikkelijk lief, ik zal altijd lief voor je zijn. Fijn,
zei ik, dan moesten we maar eens een half uurtje serieus gaan kussen,
voor vanavond hebben we genoeg gepraat. Hij deed duidelijk zijn best.
Weer een punt voor hem. Nou, die punten liepen iedere keer dat we
elkaar zagen op.’
‘Hé, niet stoppen. Ik heb het er een keer met Tamara over
gehad, ik heb totaal geen behoefte aan porno, maar ik geniet van wat er
bij het meertje gebeurt. Niet te weinig maar zeker niet te gek veel. En
zo’n verhaal wat jij vertelt vind ik fijn. Ik heb met mevrouw ook
wel eens over zulke dingen gepraat. Wat zegt ze ook weer over zoiets,
Tamara? Jij zal het wel vaker gehoord hebben.’
‘Ja. Het mooiste is om te praten met iemand die je heel aardig
vindt, over de mooiste dingen in het leven, wat ze zelf meegemaakt
hebben.’
‘Goed, Maureen. Nog een beetje. Een paar dagen later ben ik met
hem mee naar zijn kamer gegaan. Hij kuste weer zo lekker, dat ik hem
zijn gang liet gaan toen hij mijn borsten ging strelen, over mijn
bloes. Toen eronder. Ik vond het prachtig dat hij schrok, ik had geen
beha om. Ik ben in zijn broek gegaan, heb zijn stijve gepakt, maar
weinig gestreeld, ik wilde het lang laten duren. Na een tijdje heb ik
zijn hand die hij op mijn rug had, een stukje naar beneden geduwd. Hij
snapte het, ging onder mijn rok, weer aan de achterkant. Ik moest
giechelen, toen hij weer schrok van mijn blote kontje, mijn broekje had
ik in mijn tasje, niet aan. Na een tijdje zei hij, je hebt een heerlijk
kontje. Ik zou graag naar voren gaan. Vroeger wachtte ik niet op
toestemming, maar ik wil het nu fijner doen. Mag het? Ik heb me
losgemaakt, mijn broekje aangetrokken, toen de rest uit en ben op zijn
bed gaan liggen. Toen hij naast me wilde komen liggen zei ik, niet zo,
jij alles uit, alsjeblieft. Nou, zei hij, onder het uitkleden, dat
alsjeblieft kan je voortaan rustig weglaten. Prachtig weer, die lange
stijve omhoog. Toen kwam hij naast me, verwende eerst mijn borsten, en
daarmee zichzelf natuurlijk ook. En ik speelde weer voorzichtig met
hem. Na een tijdje ging hij me over m’n broekje stelen, vroeg
toen toestemming om erin te gaan. Ik zei, nee, en wachtte even. Hij
aarzelde even, maar streelde, voelde, toen verder, eroverheen. Weer
niet zoals ik vroeger beetgepakt werd, veel liever. Toen zei ik, ik
laat je los. Jammer, zei hij, je houdt me zo fijn vast, zo rustig.
Gemeen, hè, want toen zei ik pas, ik ga zo verder, trek eerst
mijn broekje uit. Nou, ik kon een hele tijd niet verder gaan, want hij
trok mijn broekje uit, keek een tijd, voelde en streelde toen een tijd,
heel lief en lekker, tot ik hem stopte. Hij kwam naast me liggen, hij
streelde me boven, ik hem beneden, tot hij míj stopte. Hij vroeg
of hij me wat intiems mocht vertellen. Ik zei, natuurlijk, graag, want
we willen allebei intiemer worden, hè, zonder haast? Ja, zei
hij, ik heb geen haast, want het gaat heel fijn zo. Heerlijk rustig.
Dat intieme, ik heb, voordat ik je ophaalde, thuis geloosd. Ik doe het
niet graag zelf, maar ik hoopte dat ik naar jou zou mogen kijken. Dat
zou ik zonder lozen niet lang volhouden. Het ging nu ook goed, terwijl
je veel mooier en lekkerder bent dan ik verwachtte. Ik durf je te
vragen om iets meer. Daar zal ik het bij laten, vandaag, ik vraag ook
geen tegenprestatie. Mag ik een kusje op je doos geven? Ik zei, je zou
het daar vast bij laten, als ik ja zei. Maar eigenlijk wil je nog
ietsje meer, hè? Ik zal je er niet om laten vragen, het zelf
zeggen. Je hebt zo lief en lekker over mijn gleuf gestreeld, je wilt me
daar vast een beetje likken. Veel beetjes, waarschijnlijk. Ja, zei hij,
nu je zo lief reageert, een heleboel beetjes. Ik hoop, dat als het mag,
ik het goed doe, want ik heb het nog niet eerder gedaan. Ian, zei ik,
we vermoeden van elkaar wat we uitgespookt hebben. Ik vind het
ontzettend fijn dat je zo eerlijk bent, maar je verbaast me. Je
scharrels hebben je ongetwijfeld laten lozen, het is moeilijk om van je
af te blijven. Je hebt vast meisjes gevingerd, hè? Ja, zei hij,
maar ze beneden niet gekust. En omdat je zo makkelijk praat durf ik te
zeggen dat ze me niet gepijpt hebben. Ik heb er wel aan gedacht, maar
op één of andere manier is het er niet van gekomen. Nou,
ik genoot genoeg, als ze me lieten lozen. Waarom denk je er nu wel aan,
vroeg ik? Hij zei, omdat wij niet scharrelen. We kennen elkaar al wat
langer en beter. Praten meer en fijn. Ik heb nog nooit zo veel tijd
gekregen om te kijken en zo. En omdat ik je graag kus. En ook graag op
je mooiste plekje. Ik zei, je bent lief dat je niet naar mijn
ervaringen vraagt. Nou, vergelijkbaar met de jouwe. Ik voel ongeveer
wel wat je bedoelt. Ik heb even gedacht die lange van je te kussen.
Later, misschien. En misschien meer. Ik heb er wel over gehoord, als je
er aan begint doe je vanzelf meer. Zou je doorgaan tot ik klaar kom?
Hij moest even slikken. Ik verwacht niet dat ik dat kan, bij een eerste
keer. Maar als het wel lukt en je me niet stopt als je het aan voelt
komen zoals daarnet, ga ik door zo lang je wilt. Het lijkt me heel mooi
je daardoor te zien genieten. Het is intiemer dan met een vinger. Ik
zei niets, maar liet hem los. Hij snapte het. En leerde snel. Ik kwam,
ja, fijner dan met een vinger. Natuurlijk ook omdat ik aan zijn lange
lag te denken, die zou waarschijnlijk ook niet veel hoeven leren. Nou,
over een tijdje weten we dat ook.’
Maureen giechelde.
‘Prachtig verhaal, vooral omdat het waar gebeurd is. Nog een klein stukje, over jouw leren?’
‘Nou, vooruit, omdat ik ook aan jouw John mocht komen. Ik heb die
keer alleen, nou ja, alleen, gedaan wat ik al kon. Ik heb hem op een
handdoek laten spuiten. Nou, met zo’n lange richt het beter dan
met een normale. Meestal liet ik die scharrels in een zakdoek in hun
broek komen, dan hoef je niet te richten, maar soms, in het donker, een
eind weg spuiten.’
‘Vast geen drie meter, zoals Thomas.’
‘Oei. Nee, nog geen twee, Tamara. Ik dacht dat jij zo preuts was.’
‘Was. Nou ja, preuts niet, maagdelijk. Ik durfde nergens aan te
beginnen, ik was bang niet te kunnen stoppen. Ik had er inderdaad
problemen mee toen we er een beetje mee begonnen, vlak voor ons
huwelijk. Het ging goed omdat we binnen vier weken trouwden. Ik heb
daarvoor wel getwijfeld, een paar jaar, een paar keer zelfs op het punt
gestaan om Thomas in bed te lokken. Ik ben ontzettend gelukkig, omdat
ik, wij, als maagd getrouwd zijn en alles nu inhalen. Of ingehaald
hebben, met zes keer op een dag schiet het lekker op. Ik kan inderdaad
niet stoppen.’
‘Nou, als Ian dat zou halen zou ík het vast niet halen. Of
ik zou bij Maureen een snuifje moeten halen. De keer erop, op mijn
kamer, lagen we snel op bed, hij weer helemaal bloot, ik weer met een
broekje aan. Voor de veiligheid, zekerheid, al wist ik eigenlijk dat
het niet nodig was, hij wilde er toch niet bij me in voor zijn trouwen.
Of dat met mij zou zijn wist ik toen nog niet honderd procent zeker.
Voor hij over of in mijn broekje ging ben ik tussen zijn benen gaan
zitten. Ik heb zijn lange gepakt en er kusjes op gegeven. Ik heb niets
gevraagd, ten eerste had ik al toestemming, ik zou alles bij hem mogen
doen. Ten tweede deed ik bij die scharrels ook ongevraagd waar ik zin
in had, voor zo ver als ik toen ging, en ze stopten me nooit.
Toen gelikt, hem toen in mijn mond genomen, voor zo ver dat ging. Toen
hij zei, ik ga komen, heb ik even een handdoek gepakt, daarna
doorgegaan tot hij erg begon te hijgen en hem op de handdoek laten
spuiten. Na zijn uithijgen zei ik. je spoot veel, binnen zo’n
korte tijd. Hij zei, ik heb van tevoren niet geloosd. Ik vind het,
behalve niet fijn, niet eerlijk, Als je me wilt moet je me nemen zoals
ik ben. Ik zei, geestelijk voorzie ik geen problemen. Hij zei, ik ook
niet. En we zijn erg eerlijk tegen elkaar, ik ben zó blij dat je
zo makkelijk over seks praat. Bij het scharrelen werd het tijd om naar
huis te gaan zodra zij en of ik klaargekomen was, er hoorde natuurlijk
een aanloop bij. Ik hoop het met jou vaker op een dag te doen. Of ik
dat zal kunnen kan je alvast een idee van krijgen aan de hand van hoe
snel ik straks weer een stijve krijg. Ik hoop niet dat je vindt dat ik
toch te ver ga. Ik zei, schat, eerlijk duurt het langst. Ik hoop ook
het met jou vaker op een dag te doen. Wat betreft mijn tempo, als je me
nu vingert, zien we daarna hoe snel ik jou weer kan verwennen, daarna
of je me weer zo lekker klaar kan likken. Nou, ik moest hem wat
afremmen, hij werd wat woest. Hij kon na drie kwartier weer, ik heb hem
expres wat later losgelaten, ik moest hem nemen zoals hij was, dan ook
zijn sperma een beetje proberen. Niks erg. Hij verwende mij een
kwartiertje later weer. Dat lag niet aan mij, ik wilde wel eerder, hij
moest bijkomen. Hij was nog blijer dan ik. Dat ik zo vaak wat bij hem
wilde doen en dat hij wat bij mij mocht doen had hij niet verwacht. En
het ging zo fijn en rustig. Nou ja, even niet. Ik zei, op deze manieren
moet je het een beetje rustig doen, maar ik denk dat je later vast die
lange af en toe lekker wild in
mijn gleuf op en neer kan rammen, daar zijn ze op gebouwd. We zijn die
avond allebei nog een keer gekomen. Avonden daarna meestal ook drie
keer. Goede vooruitzichten. Tja, we zijn nu niet in aan het halen, maar
wat vooruit aan het lopen. Als we getrouwd zijn zal het er niet vaak
van komen. Dan wil hij er vast liever in en ik hem ook liever
erin.’
‘Een paar dagen per maand niet.’
‘O. Ja. Zijn de heren dan tevreden met de behandeling?’
‘Ja, als je het lief doet wel. Samen spelen, ervan genieten, dat
is wat anders dan gewoon laten lozen. Neem ik aan, Tamara deed het de
eerste keer al zo.’
‘Ik ben het met de vorige spreker eens.’
‘Dank je wel, jongens. Ja, ik snap het verschil nu best. Ian eh
vingert al veel lekkerder en vooral liever dan die scharrels. En hij
zegt, omdat je nu wat ervaring met me hebt, doe je het veel lekkerder
dan mijn scharrels.'
‘Dank je wel, Francis. We genieten, helaas meestal in gedachten,
voortaan met je mee. Thomas, je was bezig met een verhaal over jouw
productie.’
‘Ja, ik zal het even afmaken. Na onze bruiloft zijn we al gauw begonnen om de wekker
een half uur vroeger te zetten. Als het maar even mogelijk is ga ik
thuis lunchen. Als ik ‘s avonds thuis kom wil ik haar zo wie zo
graag pakken. Als ik niet thuis geluncht heb natuurlijk helemaal. Dat
weet ze, dat vind ze helemaal niet erg. Ze zorgt dat het eten
voorbereid is, maar ze zet nog niets op.’
‘Dus vóór het avondeten al drie keer. Mooi gespreid over de dag. Dan ‘s avonds nog drie keer?’
‘Of twee, als we het én voor én na de lunch gedaan hebben.’
‘Ik zou misschien al moe worden van dat steeds aan- en uitkleden.’
‘Alleen overdag. In het
weekend hebben we meestal alleen een badjas aan. Als we al wat
aanhebben. Onze tuin is afgeschermd, daar kan niemand inkijken. Op het
gras vrijt het ook wel lekker. Jullie gaan op loopafstand van het
meertje wonen, daar kan je het ook doen.’
‘Tussen het publiek, zeker.’
‘Later op de avond is
er alleen maar oudere jeugd, die komt daar ook voor. Ook gezellig. We
hebben daar al een paar keer toekomstige overburen van jullie gezien.
Twee stellen, van nummer tweeënnegentig en vierennegentig. Die
zijn ook niet preuts.’
‘Francis, heb je Ian niet verteld over wat ik van bij het meertje verteld heb?’
‘Nee, nog niet. Ik
wilde hem niet afschrikken. Ian, in het kort, Tamara heeft een keer
gezien, dat Maureen John in het water liet spuiten. En John en Maureen
hebben gezien, dat Tamara Thomas over het water liet spuiten.’
‘O.’
‘Dat kan daar, als je
aan de rand van het water gaat zitten, met je rug naar de rest. Ik heb
toen naast ze gezeten en mogen kijken. John en Maureen later naast
ons.’
‘Nu we hier zo fijn gespeeld hebben zou ik dat ook wel durven. Jij, Francis?’
‘Ik zou blij zijn dat ik niet van je af hoefde blijven. Maar wie er verder is snapt toch wel wat er gebeurt?’
‘Jullie hebben me zelf
min of meer geadviseerd om voor handdoeken te zorgen. Je snapt aan de
bewegingen van andere stellen wanneer die gebruikt worden. En als ze
tegen elkaar aanliggen en zijn achterwerk schudt snap je ook wat er
gebeurt.’
‘Vast aanstekend.’
‘En heel gezellig. Er is eigenlijk geen reden voor om het stiekem te doen, bij iedereen gaat het hetzelfde.’
‘Ik had het van jou niet verwacht, Tamara.’
‘Ik van mezelf ook
niet. Maar toen ik eenmaal die van Thomas gezien had wilde ik zo veel
mogelijk genieten. Alles is bij toeval gebeurd. Bij het meertje had
John problemen, hij zag voor het eerst twee helemaal blote vrouwen. Ik
zei, dat Maureen hem daar best kon laten lozen.’
‘En dat deed je gewoon, Maureen?’
‘Ja. Tamara had het
vast al van Thomas gezien en ik was trots op de stijve van John. En hij
stond op knappen. Ik vond dat ze het best mocht zien. Het ging zo eh
natuurlijk.’
‘En ik kan
één keer per dag van Thomas wel missen. Ik ben natuurlijk
trots dat hij zo veel en zo ver kan spuiten. Een ander stel kwam toen
kijken waar die stralen vandaan kwamen. Zij geloofde het pas toen ze
aan de ballen van Thomas gevoeld had.’
‘Een wildvreemde?’
‘Gasten uit een
caravan. Ze kwamen nog eens terug, zeiden ze. Van mij hoeft het niet,
hij had een normale stijve en ballen.’
‘Heb je daaraan gezeten?’
‘Om nog eens te
vergelijken. Dat ging ook vanzelf, hij stond met zijn blote spullen
naast me. Zij had ook de stijve van Thomas gepakt. Ze giechelde, ze had
niet kunnen dromen eerst in iedere hand ballen te hebben en dan een
stijve. Ze streelde stereo.’
‘Ik was gelijk gekomen.’
‘Hij had niet zo’n grote,
maar was al wel twee keer gekomen. We hadden ze eerst tegen elkaar aan
zien vrijen en daarna hij bovenop haar. Alle ballen tot nu toe vind ik
hetzelfde. Alleen die van Thomas zijn overduidelijk groter.’
‘Nogal vrij allemaal. Kunnen we het over een ander onderwerp hebben?’
‘Ach, arme jongen, nu toch problemen?’
‘Ja, Francis. Het ging heel goed, beter dan ik verwachtte. Maar nu loop de druk nogal op. Zullen we naar huis gaan?’
‘Wacht even. We zijn
toch een beetje tegen de regels bezig, door geen handdoeken te
gebruiken als er ongehuwden bij zijn, er kan nog wel ietsje bij. Of
niet, Thomas?’
‘Jawel. Ik weet hoe het voelt. Jullie kunnen wel in de douchebak gaan zitten.’
Maureen giechelde.
‘Als jullie een showtje
geven doen wij het later ook een keer. En als jullie getrouwd zijn een
volledige show. Die hebben wij elkaar al gegeven.’
‘Wat? Gevreeën, met het andere stel ernaast?’
‘Het stel dat was wezen
kijken hadden we het op een afstand zien doen. Nou, we vonden dat niet
nodig. We vonden het heel mooi, Francis. Om te zien hoe hij naar binnen
gaat, hoe hij haar opvult. En hoe ze genieten. Wat je zei, aanstekend.
En heel gezellig.’
Ian was opgestaan en liep naar de douchebak.
‘Show of niet, Francis, alsjeblieft?’
Ze liep al achter hem aan.
Zodra ze zaten en Francis hem pakte spoot hij al, vier stralen, bijna
de douchebak uit. Ze streelde door tot hij kleiner werd.
‘Hè, dat lucht op. Zal ik jou strelen, Francis?’
‘Ja, maar liever met mijn rug naar de anderen toe. Zo erg vrij ben ik nog niet.’
‘Prima, we zijn al vrij genoeg, voor zo’n eerste keer. Goed zo. Beentjes wijd? Haartjes opzij? Lekker?’
‘Nou, omdat ik liever nog niet wil dat ze me zo zien, hoef je nog niet te vertellen hoe het gaat.’
‘Goed, maar ik ga wel in je oor fluisteren dat ik je lekker ga vingeren.’
‘Nou! Ohhhh.’
Na een tijdje kwam ze, ook
van achteren af zichtbaar. Even later spoelden Francis en Ian zich af,
de douchebak uit, droogden zich af en gingen weer op een stretcher
liggen.
‘Ging het, Francis?’
‘Je zag het, bij Ian
heel snel. Geen wonder, met die verhalen van jullie. Wat blijft hij
lang, hè? Ik heb het nog niet vaak gezien, meestal ben ik te
laat, hij wordt nog steeds eerst nog langer, dan komt hij omhoog en
wordt dikker. Alleen nu niet in jaren, maar ongeveer in een
minuut.’
‘Wat een lange. Een
heel opvallende lange. Ian, daar moet je bij het meertje een handdoek
over doen, anders komen alle meiden kijken.’
‘Zo brutaal zullen ze toch niet zijn, Maureen?’
‘Ik zou het zelf niet
kunnen laten. De jongens gaan ook graag een praatje maken bij meisjes
die zich geschoren hebben.’
‘Laten die gewoon hun blote gleuf zien? Met hun benen van elkaar?’
‘Ja. Ze denken vast, wij zien van de jongens ook alles.’
‘Behalve een stijve. O, ze testen de jongens, hè, vanaf een jaar of veertien?’
‘Jij zou vaak aan de
beurt geweest zijn. Zo’n abnormaal lang ding vraagt erom om te
proberen hoe lang hij wordt als hij omhoog staat. En hoe goed die kan
spuiten. Nou, dat zag er prima uit. Veelbelovend, Francis.’
‘Ja. Ik kwam ook
lekker. Maar ik had nog geen zin om voor iedereen zichtbaar met mijn
benen uit elkaar te liggen en me te laten vingeren.’
‘En zonder vingeren?’
‘Nog niet tevreden, Thomas? Je hebt in het water al aan mijn gleuf gezeten.’
‘Jongens zijn niet
tevreden voor ze de benen van een meid een keer zo vér mogelijk
uit elkaar hebben gezien. Omdat ze zelf niets kunnen verbergen. Maar
het hoeft nu niet, hoor. Bewaar maar wat, net zoals je
maagdelijkheid.’
‘Ian, het is heel goed mogelijk, dat ik soms niet zo laat bij je wegga of je wat vroeger wegstuur.’
‘Prima, liefje. Dan redden we het wel.’
Ze zwommen nog een keer, kleedden zich grinnikend tegelijk om en gingen naar huis.
Thomas vond, nadat hij John, Maureen en Crystal thuis gebracht had, Tamara in bed onder de dekens. Hij kroop naast haar.
‘Wat een gezellige avond, hè?’
‘Ja, heerlijk. Kon je het uithouden?’
‘Ja, dat gaat steeds beter.’
‘Ian en Francis durfden al gelijk veel.’
‘Wat een lange, hè, die van Ian.’
‘Ja, nog nét mooi, zei ik al.’
‘Normale dorpelingen, hè?’
‘Francis wel, Ian niet, met z’n lange. Is hij bij de jongens nooit opgevallen, bij het meertje?’
‘Ik heb er nooit iets
over gehoord. Of zo’n lange gezien. Ian en ik hebben daar dus
nooit gelijk gezwommen, anders had ik het geweten. Er waren er een paar
met een kleine kleine, daar zeiden we niets van, we vonden het al
zielig genoeg.’
‘Ja, maar het zegt niet alles. Dave had een normale kleine. Voelde jij nog verschil?’
‘Nee. Tot nu toe is het enige verschil dat Simone er zo veel haar heeft.’
‘Je ziet liever wat, hè?’
‘Ja, maar ik voel nog liever jou. Oh, lekker.’
‘Niet met je hand, ik wil wat lekkerders. En jij zal best wat kwijt willen.’
‘Ja, bereid je maar
voor op een straal of zeven. En dan hoef ik geeneens te denken aan dat
Maureen aan mijn ballen zit.’
Hij had het goed voorzien, aangevoeld.
* * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * *
Het Wellingten Nieuws
Jaargang 1, nummer 38
Zie ook www.wellingten.co.uk
Verzorgd door Tamara.
De huurhuizen en de renovatie van de huurhuizen.
Geen nieuws.
De nieuwbouw.
Ja, nieuw asfalt stinkt. Ach, je moet er wat voor over hebben om mooi te gaan wonen.
De camping en het meertje.
Geen nieuws.
Overige onderwerpen.
Meneer en mevrouw Wellingten
zijn vertrokken naar Boston, USA, voor het bijwonen van twee voor hun
waarschijnlijk nog grotere feestjes dan in Londen (sorry, H.M.).
Ze gaan hun derde en vierde kleinkind op de wereld verwelkomen.
In dit verband nog een verhaaltje.
Een jaar voordat meneer en
mevrouw hierheen kwamen reed mevrouw met haar Rolls naar de apotheek.
Binnen vroeg ze luidkeels om een zwangerschapstest. Een maand later
deed ze dat nog een keer. Algauw ging het gerucht rond, dat Mevrouw
Wellingten, bekend van de Rolls en haar eh voorkomen, een nakomertje
verwachtte. Dat was de bedoeling. Nee, niet van een nakomertje, maar
van dat ze dat zouden denken. Mevrouw, haar dochter en haar
schoondochter houden wel van een grap op dat gebied. Want de
zwangerschapstesten waren voor de dochter en de schoondochter.
Die kregen een zoon
respectievelijk een dochter. Meneer en mevrouw hadden een groot huis,
waar hun kinderen na hun trouwen ook in bleven wonen, met zeer ruime
kamers, maar daardoor niet véél kamers. Daarom besloot
meneer als chirurg met pensioen te gaan, hierheen te komen, het werk
van zijn vader over te nemen, en het huis in Boston aan hun kinderen te
laten. En dus niet op hun lip te zitten.
Maar ze hebben er wel vlak
bovenop gezeten. Direct na hun komst regelde meneer even breedband
Internet voor de Manor, waardoor ook het dorp eindelijk breedband
kreeg. Meneer en mevrouw konden via een camera (webcam) in de
kinderkamer in Boston kijken en ook met hun kinderen chatten.
Inmiddels zijn er op de zolder van het huis in Boston vier kinderkamers, een logeerkamer en een badkamer gebouwd.
Meneer en mevrouw verwachten over twee maanden terug te zijn.
Dat was het weer, voor deze keer.
Tamara
Telefoon thuis [om privacyredenen door de schrijver weggelaten]
Mobiele telefoon [om privacyredenen door de schrijver weggelaten]
E-mail tamara@wellingten.co.uk
* * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * *
Week 51
‘Zeker niet druk bij het meertje, hè?’
‘Ik denk dat er niemand
is, Tamara. Maureen en ik lopen in een bloes met lange mouwen en een
lange broek, om geen kippenvel te krijgen. In de zon en uit de wind is
het lekker, maar bij het meertje kan je niet uit de wind zitten. Alleen
naast de kluisjes achter de coniferen, als de wind vanaf de kant van de
camping komt. Zou daar iets aan te doen zijn?’
‘Tja. We hebben expres alles mooi open gehouden, om niet tussen groene muren te zitten.’
‘Dat is ook mooi, dat zeggen veel gasten ook.’
‘We kunnen bij het
meertje geen schotten of zo neerzetten, dan wordt de onderlinge
controle onmogelijk. Misschien conifeertjes of een heggetje langs de
afrastering.’
‘Ik denk dat een meter
hoog genoeg is. Coniferen van een meter is geen gezicht. Achter een heg
van een meter zouden ze kunnen zitten. En liggen, tweehoog. Dan kunnen
ze zich niet zo verspreiden als tot nu toe, maar daar vinden ze vast
wel iets op.’
‘En op de camping?’
‘Dat zou geen gek idee
zijn, dat breekt de wind een beetje. Wij zitten ook lekkerder bij de
caravan sinds de onderkant dichtgemaakt is, het tochtte er nogal
onderdoor. Vanuit de caravans kan je óver zo’n heggetje
kijken. De lui met tenten zitten altijd vóór hun tenten,
die hebben dan iets minder zicht tussen de caravans door, maar wat
verder weg beginnen toch de heuvels, genoeg te zien.’
‘En het onderhoud?’
John grinnikte.
‘Ik had al gauw gezien
dat er een trekhaak op de grasmaaier zat. Je hebt toen een
aanhangwagentje aangeschaft, zodat ik makkelijk de vuilnisbakken kan
legen. De maaier bevalt uitstekend, in zijn dubbele functie. Ik heb nog
niet zo lang geleden de gebruiksaanwijzing een keer helemaal gelezen.
Daar heb ik wat tips voor goed maaien uitgehaald. En dat er accessoires
te verkrijgen waren. Ik had me al verwonderd over schroefgaten, waar
geen schroeven in zaten, op rare plaatsen. Ik heb gebeld en een folder
toegestuurd gekregen. Daar stonden verschillende aanhangwagentjes in,
maar die van jou is beter.’
‘Puur geluk. Ik heb geïnformeerd naar een aanhangwagen die net zo breed was als de maaier en die besteld.’
‘Ja, dat is fijn, waar de maaier door kan kan de aanhanger ook door.’
‘Mooi. Verder, over het onderhoud van een heg.’
‘Op de maaier kan een
dakje, maar dat is niet nodig. Als het regent maai ik niet en ik kan
tegen de zon. Maar het verklaarde al meerdere schroefgaten. En er kan,
in plaats van de rechter uitklapmaaier, een bestuurbare arm met een
heggenschaar van ongeveer een meter opgezet worden. Dan kan ik een keer
overal langsrijden en de voorkant doen, daarna een keer de bovenkant,
alles wat er boven die meter uitsteekt, en daarna de achterkant.’
‘Én rijden én die arm besturen?’
‘Je hebt vast wel eens
op TV een kraanmachinist zien werken, die heeft nog veel meer handels
dan voor die arm. Om te rijden hoef ik alleen maar af en toe een beetje
te sturen, uit zichzelf rijdt de maaier rechtdoor.’
‘Tja. Maar hoe moet je al het afval van die kilometer heg opruimen?’
‘Daar is kennelijk al
eerder vraag naar geweest, daar is ook wat voor. Op de aanhanger kan
een opvouwbare gazen kooi. In plaats van de heggenschaar kan er een
slang op, met een ventilator die alles opzuigt, vermaalt en door de
slang naar achteren in de kooi blaast. Die kan ik legen in de
vuilcontainer.’
‘O. Zie je dat zitten?’
‘Ja, dat moet werken, anders verkochten ze het niet. Maar er staan geen prijzen bij. Vast heel duur.’
‘Als er een heg komt moet dat erbij. Ik wil de folder wel zien.’
John haalde hem uit de receptie, Tamara keek hem door.
‘Prima, John. Ik wil
toestemming vragen. Niet voor de kosten, dat zal geen probleem zijn.
Maar het uiterlijk van de camping verandert, ik wil weten wat ze
daarvan denken. Ach, ze gaan vast akkoord als wij het aanbevelen. Het
is nu geen geschikte tijd om te planten, denk ik, het kan wachten tot
meneer en mevrouw terug zijn. Maar ik ga alvast die prijzen opvragen.
En offertes vragen, méér dan een kilometer heg is vast
een interessante opdracht. Voor een tussendoor-klus, in de beste tijd.
Dan hebben we er volgende winter wat aan. Nou ja, we? Wij kunnen, in
ieder geval deze winter, in het zwembad. Wat vonden jullie er
van?’
‘Heel gezellig. De
volgende keren zullen we vast ook over andere onderwerpen praten dan de
eerste keer. Ian en Francis deden gelijk leuk mee, hè?’
‘Ja, zoals ik met
jullie de eerste keer bij het meertje. Voor Ian zoals John toen zei,
vier wonderen. Zijn pikkie laten zien, ook helemaal stijf, hoe hij
klaar kwam en spoot en aan zijn ballen laten voelen. Bij hem hebben dat
zelfs twee andere meiden gedaan, ook aan zijn stijve gezeten.’
‘Ja, wat een lange,
hè? Zowel klein als groot. Wat zijn we gelukkig. Ik, omdat we
het voortaan altijd zonder condoom kunnen doen, ik ook bovenop, jij,
met die grote ballen en ladingen van Thomas en Francis heeft altijd wat
moois om naar te kijken. Het moet indrukwekkend zijn, als die naar
beneden hangende niet zo dikke langer wordt, dan een grote boog naar
boven maakt terwijl hij dikker en nog langer wordt.’
‘We krijgen vast wel eens een demonstratie. Als hij wat gewend is.’
‘John begint ook te wennen. In het begin had hij amper een half stijve, tot Francis hem omhoog praatte.’
‘Thomas was er
zichtbaar nog iets meer aan gewend. Maar thuis was hij wat wild. Alsof
hij me een week niet gepakt had, in plaats van na het eten voor het
laatst.’
‘John wilde ook heel graag. En ik had natuurlijk ook de kriebels.’
‘Komen jullie morgenavond weer?’
‘Graag. Ian en Francis ook?’
‘Ja, natuurlijk. Thomas vraagt het Francis vandaag. Ik ga er weer vandoor. Tot morgen.’
‘Francis, komen jullie
morgenavond weer zwemmen? Tamara gaat vandaag even bij John en Maureen
langs, voor iets zakelijks, en nodigt ze ook uit.’
‘Graag. Leuk.’
‘Ik klaag ook niet.’
‘Dat zou in tegenspraak zijn met wat je dan niet kan verbergen.’
‘Ja, wij jongens
verraden ons altijd zelf. Met meer of minder. Tamara moet het vroeger
gevoeld hebben als we kusten. Raar, hè, dat we het zo lang
volgehouden hebben?’
‘Er waren er wel meer, maar niet zo lang als jullie. En wat Maureen zei, iedereen moet het zelf weten.’
‘Ja. Ik vind het toch fijn dat ik alsnog een paar blote meiden zie.’
‘We zijn allemaal blij dat we kunnen vergelijken. Maar niemand is ergens jaloers op, we zijn allemaal gelukkig.’
‘Ja. Iets niet vergeten, hè, voor jullie komen.’
‘Ik ga het twee keer
niet vergeten, om hem rustiger te laten zitten. Dan zie ik tussendoor
ook weer eens die lange spriet. Oei, ik ga verder studeren,
Thomas.’
‘Prima. Ik ga even in de garage kijken.’
De volgende avond konden ze allemaal de lange spriet van Ian bewonderen.
‘Tja, de ene harmonica is de andere niet.’
‘Nee, Tamara, maar het is belangrijker hoe ermee gespeeld wordt dan hoe hij eruitziet.’
‘Oefen nog maar een
paar maanden, Francis. Maar het oog wil ook wat. Al zou het misschien
geen gezicht zijn als Thomas zichtbaar grotere ballen had.’
‘Nee, ballen moeten
niet de aandacht afleiden, alleen hun werk doen, zaadjes maken. Eh, Ian
en ik vinden het toch niet zo gepast om die hier tevoorschijn te
toveren. Onder de blote hemel, in de natuur, bij het meertje, zouden we
het wel graag doen. We zouden het hier graag laten bij een beetje aan
elkaar komen.’
‘Prima, dan doen we
dat. Nog steeds geen bezwaren, om die van Thomas en John groter te zien
worden? Want dat gebeurt natuurlijk, als ze aan ons zitten en wij aan
hun spullen.’
‘Nee, daar had ik de vorige keren helemaal geen problemen mee. Afwisseling is wel leuk.’
‘Maureen en ik hebben
het van de week over de lange van Ian gehad. Dat we graag ook eens
willen zien dat hij van klein, dat wil zeggen, van zo klein mogelijk,
langer wordt en omhoog komt, met een grote boog, en nog langer en
dikker.’
‘Ik waarschuw wel. Nu maar niet gelijk, ik zit heerlijk rustig.’
‘Heb je je anders voorbereid dan de vorige keer?’
‘Ja, dubbel. Het was wat snel achterelkaar, ik voel me nog steeds helemaal leeg.’
‘Tja, dan komt er
voorlopig van een demonstratie niets. Maar dat geeft ons meiden de kans
om eens met een lange soepele te spelen. Zullen we gaan zwemmen?’
‘Als jullie maar niet onder mijn ballen kietelen.’
‘Nee, dat doen we bij Thomas wel, die kan er het beste tegen.’
Ze speelden weer in het water, tussen het zwemmen door.
Ze waren net op de kant toen
er op de deur gebonkt werd. Thomas pakte een badjas van de kapstok,
trok hem aan, liep naar de deur en deed die op een kier open. Hij kwam
snel terug.
‘Allemaal badjassen aan
en mee naar boven, naar het kantoor. Meneer heeft gebeld, hij wil
chatten. De oude meneer en mevrouw komen ook.’
‘Dan is Aimee vast
bevallen. Ik ben benieuwd van wat. Voor wie het zo gauw niet meer weet,
ze hebben al een meisje. Silvia en Jamie hebben een jongetje, en zij is
volgende maand uitgerekend van de tweede.’
Boven zette Thomas de
computer aan en draaide het beeldscherm naar de voorkant van het
bureau. De oude meneer en mevrouw kwamen binnen.
‘Mag ik even
voorstellen? Tamara en Francis kent u. Naast Francis haar eh verloofde
Ian. En dit zijn John en Maureen van de camping.’
‘Leuk jullie te zien, we kennen jullie een beetje uit het krantje van Tamara.’
‘We waren in het zwembad, we hebben ze maar meegenomen.’
‘Natuurlijk. Iedereen die in het zwembad is, is vriend van de familie.’
‘Dank u. Wilt u de vergadering openen, ze zitten vast aan de andere kant al klaar. Nog een paar seconden.’
De kinderkamer in Boston kwam in beeld, ze keken tegen een rug aan.
‘Aan deze kant van de oceaan zijn moeder en ik aanwezig. Verder Thomas en Tamara, John en Maureen, Ian en Francis.’
De rug bleef van Mark te zijn, op het horen van vader had hij zich omgedraaid.
‘Welkom, vader, moeder,
vrienden. Hier zijn Simone en ik met de kinderen en alle kleinkinderen.
Ik geef het woord aan Aimee.’
Mark verdween uit het beeld om plaats te maken voor Aimee, in een rolstoel, met een baby in haar armen.
‘Hallo. Mag ik jullie
voorstellen aan ons tweede kindje, een jongetje, Alex Patrick? Hij is
een uur of zes oud, we zijn net terug uit het ziekenhuis.’
Er volgde een felicitatieronde.
‘Waarom zit je in een rolstoel, Aimee? Er is toch niets mis?’
‘Nee, Tamara, alles is
prima. De bevalling was veel makkelijker dan de eerste keer. Ik wilde
alleen eerst een tijdje zitten, voor ik weer ga liggen. Mike heeft de
rolstoel van opa, de schoonvader van paps, van zolder gehaald, die is
fijn instelbaar. En zo is opa er ook een beetje bij, ook omdat ik de
laatste tijd de traplift gebruikt heb.’
‘Wat fijn. Kan je Alex een beetje uitpakken? Ik zie amper iets van hem.’
Aimee pakte Alex een beetje uit.
‘We vinden niet dat hij
op iemand lijkt. Jamie moest natuurlijk wel opmerken, dat hij
plaatselijk op zijn vader lijkt. Wel in verhouding. Zijn jullie aan het
zwemmen?’
‘Ja, heerlijk. Bij het meertje is het momenteel wat fris.’
‘Dan groeit er niet zo veel, hè, Thomas?’
‘Toch wel, met een beetje hulp. Ik herinner me je hand nog, en die van Silvia.’
‘We komen beslist een keer ook naar het meertje, voor een herhaling.’
‘Ben je nu al weer in een stemming om aan zulke dingen te denken?’
‘Ondanks dat we een
lagere frequentie hebben dan jullie heb ik het een paar weken gemist.
Ik hoop, omdat alles nu zo makkelijk is gegaan, dat we nog sneller dan
na Emily weer volledig in bedrijf zijn. Maureen, we hebben gehoord, dat
dankzij Tamara jullie bedrijf, en dan bedoel ik niet de camping, ook op
volle toeren draait, vol gas, en voortaan zonder uitwendige
hulpmiddelen.’
‘Ja. Je praat nu net zoals Tamara schrijft, alleen de kenners snappen het.’
‘Ze schrijft mooi, we
hebben haar krantjes op Internet gelezen. We hebben van paps en mams
nog wat uitleg gekregen, want wij zijn geen dorpelingen. Ze hebben ook
verteld over wat ze níet schrijft, onder andere over jou. Silvia
en ik hadden tranen in onze ogen. Dank je wel, Tamara.’
‘Ja, goed. Hoe is het met Silvia?’
‘Ik zal plaats voor
haar maken. We wilden jullie eerst op de hoogte brengen, nu wil ik wel
naar bed. Ik heb vannacht niet geslapen. Wat was er ook weer?’
Ze grinnikten allemaal.
‘Oh, ja, ik moest Alex
ophalen in het ziekenhuis. Volgens mams worden de kinderen in Nederland
door een ooievaar thuisbezorgd. Had me wel wat geleken, dan had ik
middenin de nacht mijn bed niet uit gehoeven. Tot ziens,
allemaal.’
Silvia kwam in beeld.
‘Die weet van
vermoeidheid amper meer wat ze zegt. Tja, éénenvijftig
centimeter en zeven pond. Jullie zien het wel, ik ben nog zo drachtig
als maar kan. Ik hoop dat het bij mij ook zo makkelijk zal gaan. Het is
heel fijn dat paps en mams er zijn.’
Ze praatten nog een tijdje door, een beetje door elkaar, waarna Thomas afsloot en de computer uitzette.
‘Mooi, hè, dat dit kan. U beiden ook gefeliciteerd, overgrootouders.’
‘Dank je, Thomas. Dat
klinkt alsof we erg oud zijn, maar nu ik jullie zo zie? Zouden jullie
er bezwaar tegen hebben als we een keer met jullie komen zwemmen?’
‘Nee, helemaal niet.
Tamara heeft het daar bij het toestemming vragen al over gehad, we
willen u daar niet weghouden. Ik heb u steeds ingelicht, in de
verwachting dat ik wel zou horen wat uw bedoeling was.’
‘We wilden jullie met
rust laten, zo vaak komen jullie niet. Maar ik zie moeder naar
badjassen kijken, een beetje onder de gordel.’
‘Vergeleken met jou heb ik nog steeds veel in te halen.’
‘Dat is zo. En ik gun het je.’
‘Natuurlijk, ik haal je niet in, jij kijkt ook je ogen uit.’
Ze grinnikten allemaal.
‘Zou u misschien een voorproefje willen, mevrouw?’
‘Waarvan, Francis?’
‘Thomas heeft iets speciaals, maar Ian ook.’
‘Dat speciale van Thomas zal ik graag weer bewonderen. Wat heb jij, Ian?’
Ian deed zijn badjas open. De ogen van mevrouw gingen wijd open, net zoals de mond van meneer.
‘Wat? Is dat op z’n kleinst?’
‘Ja, mevrouw. Van de extra lengte, vergeleken met eh anderen, blijft rechtop de helft over.’
‘Dat vind ik niet zo
interessant. Wat ik nu zie wel. Tjonge, dat is geen kleintje. Vader, ga
je mee, voordat ik mijn handen niet meer thuis kan houden?’
‘Prima. Behelp je in onze slaapkamer maar, tot we gezamenlijk zwemmen.’
‘Ja, dan wil ik die lange dunne wel eens vast houden. Gauw, weg.’
Ze namen afscheid, vader en moeder gingen naar hun suite, de anderen weer naar het zwembad.
‘Het viel me op, Tamara, dat je Mark en Simone tegen meneer en mevrouw zei en ze tutoyeerde.’
‘Ja, privé wel.
Niet als er iemand bij is. Ze zien Thomas en mij een beetje als hun
kinderen. Ze misten die erg, in het begin, tot ze konden chatten.’
‘Jij vermeed het, hè, Thomas?’
‘Klopt, Ian. Het ligt
voor mij wat anders dan voor Tamara. Ik heb tot ik zelf butler werd
iedere dag mijnheer en mevrouw gehoord, van mijn vader. Overschakelen
op meneer was geen probleem. Maar om hun voornamen te gebruiken, te
schakelen tussen privé en werk, zeker in hun eigen huis, vind ik
lastig. Tutoyeren gaat nog, maar hun voornamen laat ik meestal
weg.’
‘Daar kan ik me iets
bij voorstellen. Maar je zal vast geen mevrouw zeggen als ze je ballen
vast heeft en jij haar grote borsten of haar doos.’
‘Nee, dan zeggen we, lekker, hè.’
Ze grinnikten.
‘Je maakt niet vaak een grapje, Thomas, maar als je het doet is hij goed.’
‘Ik zal wat ik vind
zijn mooiste grap vertellen. De vier kinderen zijn vóór
hun trouwen hier geweest. Een half jaar geleden waren ze hier weer, en
we gingen met z’n allen naar het zwembad. We begonnen in badjas.
Jamie zei al gauw, Thomas, je schijnt iets te hebben wat Mike en ik
niet hebben. De meiden zitten zo naar je te kijken. Thomas zei, bij
jullie vorig bezoek waren ze negentien en onschuldig. Inmiddels hebben
ze vast gehoord of gelezen, dat wij Engelsen vaak wat stijver zijn dan
Amerikanen.’
Het duurde lang voordat Ian, John, Francis en Maureen bij waren van het lachen.
‘Wat daarna kwam was
ook mooi. De meiden keken eerst alleen, nadat Thomas zijn badjas
uitgedaan had. Toen zei er één, Tamara, je zal wel, net
als wij, niets te klagen hebben. Een keer of drie, vier, een spuitje of
drie, vier? Ik zei, een keer of zes een keer of zes. Ze zei, ik bedoel,
per dag. Ik zei, ik ook. Ik heb nog nooit twee monden zo ver open zien
gaan. Simone, mevrouw, zat erbij te giechelen, die wist het al.’
‘Het is ook wat moeilijk om te geloven. Ze keken eerst alleen?’
‘Ja, daarna hebben ze
hem uitgebreid bevoeld. In het water wéér, hij moest ze
stoppen, zo brutaal waren ze. Dat bedoelde hij, bij het chatten, met
dat, ik herinner me jullie handen nog.’
‘Ja, niet eerst de één, dan de ander, maar met vier handen tegelijk aan mijn spullen.’
‘Tja. Hoe vind je het, dat alle meiden aan je ballen willen zitten?’
‘Prima. En als ze het doen, lekker. Met een dagenlange nawerking, potentieverhogend.’
‘O. Dan zal jij het vast ook niet zo erg vinden, Francis, als er meiden aan mijn kleintje zitten?’
‘Nee, bij het meertje of hier niet.’
‘Ik zou jouw moeder wel eens bloot willen zien.’
‘Foei. Waarom?’
‘Ze zeggen altijd, als je wilt weten hoe een meisje er later uit gaat zien, moet je naar haar moeder kijken.’
‘Ik heb geen idee, ze
zal het ook nooit toestaan. Alhoewel, ik weet niet wat zij in haar
jeugd uitgespookt heeft. Toch eens vragen. Zag je de ogen van mevrouw?
Wagenwijd open. Een mooie voorbereiding op de belangstelling die je
gaat krijgen.’
‘Ach, als het niet zo is, ook goed. Hoe ziet de oude mevrouw eruit, Thomas?’
‘Prima, alleen hangen
haar borsten natuurlijk een beetje. Geen probleem, hoor, als je ze
optilt heb je toch een handvol.’
‘Dat heb je kennelijk gedaan. Heeft ze aan je ballen gezeten?’
‘Ze vond het prachtig. Net zoals jouw lange kleine. Die gaat ze gegarandeerd ook vastpakken.’
‘Ja, het scheelde al niet veel. Hebben jullie met elkaar gespeeld?’
‘Ja, een beetje.’
‘Hoe ziet meneer eruit?’
‘Normaal, Maureen,
alleen niet zo’n lange. Tamara vond het mooist, dat hij op zijn
leeftijd nog een stijve kon krijgen. Hoopvol, zei ze.’
‘Die van John hoeft van mij ook nooit met pensioen. Wat was dat, dat mevrouw meneer niet in kon halen?’
‘Dat moeten ze zelf vertellen. Ze hebben het ons al verteld, ze zullen het best graag nog een keer doen.’
‘Bij het zwemmen?’
‘Ja, zulke verhalen vertel je het makkelijks als iedereen bloot is.’
‘Ja. Vóór John en ik een paar keer eh gespeeld hadden, durfde ik, stijve, alleen te fluisteren.’
‘En nu kijk je nogal vaak open en bloot naar die van Ian.’
‘Ja, voor het geval hij
zelf mist dat hij een demonstratie gaat geven houd ik hem in de gaten.
Ik wil er niets van missen.’
‘Je hebt me in het water beetgehad.’
‘Ja, geweldig, zo’n lang, dun, soepel geval. Je werd wel iets groter, maar nog niet stijver.’
‘Nee, de dubbele
voorbereiding werkt goed. Maar eh, zullen we opstappen? Het is
ongemerkt laat geworden. Maureen, kijk niet zo treurig. Een
demonstratie als de oude mevrouw er ook bij is?’
‘Prima, als je er nu geen zin in hebt. De vorige keer heb je zó je best gedaan, dat ik wel kan wachten.’
‘Ach, thuis kom je niet veel tekort.’
‘Ik kom niets tekort,
het is zoals Francis zei, het is belangrijker hoe ermee gespeeld wordt
dan hoe groot hij is. Het oog wil ook wel wat, maar bij het lekkerste
spelen ziet het toch niet wat er speelt.’
‘Nee, maar bij het op
een na lekkerste wel. John spuit minstens zo mooi als jij. En hij heeft
nog steeds heerlijke boekhoudhanden en vingers, heel gevoelig. Bij
zwaar werk doet hij werkhandschoenen aan, dat vindt hij niet zo erg als
condooms. Kom, inpakken en wegwezen.’
* * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * *
Het Wellingten Nieuws
Jaargang 1, nummer 39
Zie ook www.wellingten.co.uk
Verzorgd door Tamara.
MENEER EN MEVROUW WELLINGTEN ZIJN VOOR DE DERDE KEER GROOTOUDERS GEWORDEN.
Zie verder bij overige onderwerpen.
De huurhuizen en de renovatie van de huurhuizen, de nieuwbouw, de camping en het meertje.
Geen nieuws, alles gaat
z’n gangetje. In verband met de komende Kerst en jaarwisseling
zijn de opleveringen die in die weken plaats zouden vinden wat
verschoven, de desbetreffende nieuwe bewoners zijn door de beheerder
ingelicht. Daarna gaan de opleveringen weer gewoon verder, er is wat
vooruit gewerkt.
Overige onderwerpen.
Gisteren is in Boston geboren Alex Patrick Wellingten, zoon van Mike en Aimee, broer van Emily.
51 cm, 7 pond. Moeder en zoon zijn in zeer goede gezondheid.
De familie is erg gelukkig bij elkaar te zijn.
Over vier weken is de
dochter, Silvia, uitgerekend. Zij en haar echtgenoot Jamie hebben al
een zoontje, Richard. Die is ruim een jaar geleden een maand na Emily
geboren. Zou dat voor de tweede keer een maand verschil iets te maken
hebben met dat Mike en Silvia een twee-eiige tweeling zijn?
De komende weken verwacht ik
geen nieuws te hebben. Het volgende krantje zal daarom pas volgend jaar
verschijnen. Ik begin dan maar met jaargang 2, nummer 1, om aan te
sluiten bij het kalenderjaar.
Ik hoop komend jaar ook weer
stof genoeg te hebben om iedere week een krantje te laten verschijnen,
maar ik betwijfel het. Afgelopen jaar was nogal hectisch, nu gaat,
zoals ik hierboven al schreef, alles z’n gangetje.
Met als hoogtepunt iedere week, twee gezinnen die in een nieuwe woning trekken.
Prettige feestdagen.
Dat was het weer, voor deze keer.
Tamara
Telefoon thuis [om privacyredenen door de schrijver weggelaten]
Mobiele telefoon [om privacyredenen door de schrijver weggelaten]
E-mail tamara@wellingten.co.uk
* * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * *
Week 52
Tamara, Ian en Francis
troffen de oude meneer en mevrouw in het zwembad. Ze zeiden gedag,
hingen ook hun badjassen op en gingen ook op een stretcher liggen.
‘Thomas haalt John en Maureen op, ze komen zo.’
‘Ze kunnen toch ook door een chauffeur gehaald worden, Tamara?’
‘Dan zou er iemand de hele avond dienst moeten hebben. Zo is Thomas niet, dan doet hij het zelf.’
‘Ja, het personeel is ‘s avonds en in het weekend nogal uitgedund.’
‘Heeft u daar last van?’
‘Nee, totaal niet. Ik
heb dat een paar keer geprobeerd, maar Thomas senior was daar erg op
tegen. Die stond erop dat ten alle tijden alles mogelijk moest zijn.
Mark heeft nagevraagd hoe vaak er de laatste jaren ‘s nachts iets
nodig geweest was. Niemand die zich iets kon herinneren van tussen
twaalf en acht. Op een paar keer na, als nicht Claire hier logeerde,
die bestelde om één uur nog een borrel. Mark heeft laten
noteren dat ze dan maar een fles op haar kamer moesten zetten.’
Thomas, John en Maureen kwamen binnen, zeiden gedag, hingen ook hun badjassen op en gingen ook op een stretcher liggen.
‘Thomas, meneer en ik hadden het er net over, dat het personeelsbestand nogal uitgedund is.’
‘Ja, meneer en ik
hebben alles bekeken. Het is niet goed als je jaren een dienst draait
zonder iets te doen te hebben. We hebben wat taken gecombineerd en wat
diensten afgeschaft. Als er iets bijzonders is, mijn plaatsvervanger of
ik zijn steeds bereikbaar, we kunnen dan ook om extra hulp bellen. Van
het personeel zijn er altijd wel thuis. Prettige Kerst gehad, mevrouw,
meneer?’
‘Een rustige. We doen
er sinds we hier zijn niets meer aan. We vermaken ons, sinds onze zoon
en schoondochter het overgenomen hebben, uitstekend. We lezen veel,
kijken een beetje TV, we wandelen, fietsen, maken ritjes met een auto
en gaan af en toe een paar dagen naar Londen.’
‘Ziet u uw zoon en schoondochter vaak?’
‘Meerdere keren per
week, bij het diner. Soms bij de lunch. We laten ons eten nogal eens in
de suite opdienen. We ontlopen elkaar niet, maar we gaan zelden bij
elkaar op bezoek. Ik weet niet of je er iets vanaf weet, Mark en wij
konden vroeger totaal niet met elkaar opschieten. Sinds hij en Simone
en de kinderen jaren geleden hier een week geweest zijn gaat het beter.
Maar wij willen, net zoals zij bij hun kinderen, niet op hun lip
zitten.’
‘De kinderen zijn dit jaar ook geweest.’
‘Ja, dat was heel
gezellig. Je hebt ze meegemaakt, hier, in het zwembad. Nog vrijer dan
bij hun eerste schokkende bezoek. We zagen toen Simone en de kinderen
voor het eerst. Ik verzocht Simone voor het diner haar decolleté
aan te passen. Mij werd op een niet al te bedekte manier verteld, dat
ik hypocriet was.’
‘Oei. Ja, schokkend. Hoe kwam ze daarbij?’
‘Ze zei, uiteindelijk,
dat ik iedere dag langs een schilderij in de hal liep, met een dame met
een decolleté wat nog lager zat dan bij haar, ik kon bijna tot
haar navel kijken, en ik zou vast mijn ogen niet dichtdoen. Tja, ik heb
haar gelijk gegeven.’
‘Ik weet welk schilderij er bedoeld wordt. Het moet van vóór het Victoriaanse tijdperk zijn.’
‘Ja. Ik lees je krantjes. Je hebt er met Hare Majesteit over gesproken.’
‘Over dat tijdperk, ja,
al was het meer dat Zij tegen mij sprak. Dat was voor míj
schokkend. Ik neem aan, dat u inmiddels aan het decolleté van
mevrouw gewend bent?’
‘Natuurlijk, we zwemmen
af en toe gezamenlijk, dan zie ik de andere helft ook. We hebben veel
bewondering voor haar. Het is ons duidelijk dat door haar invloed onze
zoon en hun kinderen zo vrij zijn. En ze zich het lot van het dorp
aangetrokken hebben. Tja, daar weet je alles van, je werkt voor ze en
hebt ze en jezelf een titel bezorgd. Heel mooi.’
‘Dat vindt iedereen.
Maar de typische familietrek van bescheidenheid zit er bij meneer
duidelijk in. Hij wil normaal geen graaf genoemd worden. U kent vast
het verhaal wel, dat vroeger een edelman het recht had, of nam, om zijn
vrouwelijke onderdanen in de huwelijksnacht eerst onder hem te laten
dienen?’
‘Ja, daar maakten we vroeger wel grapjes over, heren onder elkaar.’
‘Weet u, dat de
bruidegom er voor zorgde, dat hij hem vóór was, al was
het maar één nacht? Bij de edelman simuleerde de bruid
dan dat het haar eerste keer was.’
‘Ja. Ik simuleer, dat ik je niet door heb, Tamara. Je wilt me een verhaal laten vertellen, hè?’
‘Ik had moeten weten dat u nog steeds helemaal bij de tijd bent.’
‘Ja, van boven tot
onder. Goed. Weet jij, weten jullie, dat die edelman dat meisje, als ze
bij hem in huis werkte, waarschijnlijk al eerder gepakt had?
Vermoedelijk al in zijn jeugd. In mijn tijd was dat zogenaamde recht er
niet meer. Wat natuurlijk andere gebruiken niet in de weg stond. Ik ben
op ouderwetse wijze opgegroeid, in Boston. Er waren altijd
kindermeisjes voor me, dienstmeisjes die met kinderen om konden en
wilden gaan. Ik weet niet hoe oud ik was toen ik doorkreeg dat ze bij
het me aan- of uitkleden of in bad doen met mijn pikkie en balletjes
speelden. Ik vond dat niet erg, ze deden me geen pijn, het was wel
prettig. Ook als ze mijn pikkie in hun mond namen, als ik bij het
omkleden op een verhoginkje bloot voor hun stond. Even goed wassen,
zeiden ze. Op een gegeven moment kon ik mezelf aan- en uitkleden en
wassen, natuurlijk, maar dat deed ik niet, ik liet me verwennen.’
‘Goed idee.’
‘Vergeet het maar, Ian. Na ons trouwen soms, niet steeds. Gaat u door, meneer.’
‘Ik zal wel minstens
tien geweest zijn, dat ik, als ze mijn pikkie wasten, hoe dan ook, een
beetje een stijve kreeg. Dat vonden ze prachtig, ze masseerden hem en
mijn balletjes expres om hem een beetje te zien groeien. Ze
complimenteerden me ermee. Mooi, jongeheer, en hoe groter hij wordt,
hoe lekkerder we het voor u kunnen maken. Dat wilt u toch wel? Dan zei
ik, geef me nog maar eens een voorproefje. Dan namen ze er extra tijd
voor. Vanaf dat ik het doorhad vond ik het ook leuk als er een nieuw
meisje kwam, als een ander wegging omdat ze ging trouwen. Die nieuwe
werd beslist van tevoren door een andere meisjes verteld, dat de
jongeheer graag aan- en uitgekleed en gewassen wilde worden, en het dan
fijn vond als er met zijn spulletjes gespeeld werd. Die nieuwe aarzelde
natuurlijk de eerste keer om mijn onderbroek uit te doen, dan zei ik,
als je nog niet gescharreld hebt mag je wel eerst over mijn broek
voelen. Maar je hoeft niet te schrikken. Als je al wel gescharreld
hebt, ik heb nog maar een klein pikkie en kleine balletjes. Je mag me
helemaal uitkleden, naar mijn blote pikkie en balletjes kijken en er
mee spelen zoveel je wilt. Later kwam daarbij, ik krijg dan een beetje
een stijve. Nog later liet ik dat klein en een beetje weg. Dan was mijn
broek gauw uit. Ze keken dan eerst even, meer of minder verwonderd, en
begonnen dan, meer of minder aarzelend, met mijn spullen te spelen. Als
ze er zelf niet mee begonnen, zei ik, je mag hem ook in je mond stoppen
en me dan strelen, dat vind ik heel lekker.’
‘Wilde u zelf niets met die meisjes?’
‘Af en toe deed er
één haar bloes los en legde mijn handen op haar borsten.
Ik vond er niets aan. Of haar rok omhoog en haar broekje wat naar
beneden. Nou, haar had ik op mijn hoofd genoeg, dat spleetje vond ik
ook niets aan, dat kwam pas later. Op een morgen werd ik wakker met een
natte, plakkerige plek in mijn pyjamabroek. Ik wist wat het was, mijn
eerste natte droom, al wist ik niet waar ik van gedroomd had. Mijn
vader had me al voorgelicht, en verteld dat ik later met meisjes kon
doen wat ik wilde, als ik ze maar niet zwanger maakte. De dienstmeisjes
wisten dat ze dan met een som geld weggestuurd werden, trouwen was er
niet bij. Dat moest ik met iemand van onze stand, al was die stand niet
zo bijzonder. Het meisje dat me aan kwam kleden zag natuurlijk de plek
in mijn pyjamabroek en een plek in mijn bed. Ze zei, u hoeft niet
ongerust te worden, u heeft niet in bed geplast. Weet u wat het is? Ik
zei nee, wat is het dan? Ik wilde wel door een meisje voorgelicht
worden. Ze zei, er is nu geen tijd voor, ik moet u wassen. Maar
vanavond zal ik u bij het naar bed brengen alles vertellen. ‘s
Avonds moest ik in mijn blootje op bed gaan liggen. Dat vond ik
natuurlijk helemaal niet erg, en ik was trots dat mijn pikkie naar het
plafond wees. Ze lichtte me keurig voor, ze kon mooi vertellen. Toen
het over zaadjes ging streelde ze mijn ballen, masseerde ze, heerlijk.
Toen vertelde ze dat mijn pikkie nu stijf genoeg was om in het gaatje,
de gleuf, van een meisje te stoppen. Dan was het voor allebei lekker,
als ik dan in- en uit haar bewoog, mezelf en haar streelde. Ik zal u
laten voelen, jongeheer, wat u dan ongeveer met uw pikkie voelt. Er had
me er nog nooit een zo gestreeld, mijn pikkie werd nog stijver. Toen
zei ze, ik zal een handdoek pakken, want als ik doorga komen uw zaadjes
eruit. Dat is heel lekker voor u. Maar u mag ze niet in een meisje
spuiten, pas in het meisje waar u mee gaat trouwen. Ze streelde me
verder tot ik klaargekomen was. Ze zei, heel goed, jongeheer. Het is
niet zo veel, maar dat komt omdat er vannacht al wat in uw pyjamabroek
gelopen is. Zullen we u zo vaker verwennen, het is veel lekkerder dan
wanneer u er niets van merkt, hè? Ik zei, goed, kan dat dan
vaker? Alsof ik van niets wist. Ze zei, als ik met u speel en u krijgt
weer zo’n mooie stijve, lukt het vast wel. Dat klopte ook, ik heb
nooit meer een natte droom gehad.’
‘Ze had toch niet altijd dienst?’
‘Nee, ze hield het niet
voor zichzelf, ze vertelde het aan de andere meisjes, die verwenden me
ook als ze de kans kregen, ik wilde altijd wel. Toen ik van mijn eerste
klaarkomen wat bijgekomen was, vroeg ik, mag ik kijken waar een pikkie
in moet? Ze zei, ja, ik zal het u laten zien. U mag er ook aankomen,
maar er niet met uw pikkie in. Dat kan nu natuurlijk niet, nadat u
gespoten heeft wordt hij klein. Maar hij kan na een tijdje weer groter
worden. U mag dan met uw pikkie ook over mijn gleuf strelen,
méér niet. Ze kleedde zich helemaal uit en kwam naast me
liggen. Ze zei, kijk maar tussen mijn benen. Dat deed ik, en ben er
natuurlijk ook aan gaan voelen. Toen ik een beetje met een vinger naar
binnen ging vertelde en leerde ze me hoe ik haar lekker kon strelen. Ze
schokte en kreunde toen ze klaarkwam, net als ik daarvoor. Toen moest
ik met haar borsten spelen. Dat vond ik toen wel lekker. Nog lekkerder,
later, als ik met mijn stijve ertussen klaarkwam. En sommige meisjes
lieten me in hun mond spuiten, dat was lekker warm.’
‘Wilden ze allemaal zo graag?’
‘Ja, allemaal. Achteraf
snap ik dat wel. Een man kan moeilijk een gleuf weerstaan, die meisjes
natuurlijk een stijve niet, al was die niet zo groot, in het begin.
Soms zeiden ze van tevoren dat ze geen tijd hadden om te spelen, maar
als mijn stijve tevoorschijn kwam hadden ze ineens tijd genoeg. Er
bleef er ook wel eens één ‘s nachts bij me in bed.
Dan werd ik meestal vroeg wakker, omdat ze dan met mijn spullen begon
te spelen. Ik dan met die van haar. Dat wilden ze ook graag, ik kon het
kennelijk goed, ze kwamen allemaal heftig klaar.’
‘Zo. U zei, ik heb
nooit meer een natte droom gehad. Maar toen u verkering kreeg zal u
toch wel met de dienstmeisjes gestopt zijn?’
‘Ik probeerde het, maar
het lukte niet. Ze zeiden dat het toch niet opraakte, en mijn verkering
zou blij zijn dat ik al zo geoefend had. Het was wel prettig, dat als
ik thuis kwam na moeder gezien te hebben, ik op mijn kamer mijn broek
maar hoefde te laten zakken om geholpen te worden om te lozen. Moeder
was mooi, maar ik mocht nergens aanzitten. Pas tegen de tijd dat we
gingen trouwen, maar nog steeds niet onder haar kleding. En ja, als er
een meisje bloot op mijn bed ging liggen bleef ik er ook niet af. Soms
had er zich één geschoren, dan was het een beetje
moeilijk om mijn stijve daar niet in te stoppen. Moeder zegt, dat ik
bij die vast geleerd heb om zo goed likken.’
‘U heeft een goede opleiding gehad.’
‘Ja, en een hele lekkere.’
‘En een lange. Vanaf
dat u kon lozen er bij geholpen worden en nooit meer gestopt. Ik
bedoel, bijna iedere dag een keer.’
‘Of vaker.
Dienstmeisjes genoeg die wilden spelen. ‘s Morgens vroeg, soms
overdag in het weekend, ‘s avonds één of twee keer.
Als maximum.’
‘Ging u na uw trouwen nog door met die meisjes?’
‘Nee, niet dat dat in
die tijd abnormaal was, maar ik vond dat het niet hoorde. Ik kwam ook
bij moeder niets tekort, het was natuurlijk veel lekkerder dan met die
meiden.’
‘Is eh Mark ook zo opgevoed?’
‘Nee, moeder had wel
hulp in de huishouding, maar alleen voor het zwaardere werk. Als Mark
wat beleefd heeft was dat buiten de deur.’
‘Ja, daar hebben ze over verteld.’
‘Ze, Tamara?’
‘Ja. Uw zoon en
schoondochter hebben geen geheimen voor elkaar, en ons ook veel
verteld. Maar vast niet alles, wel de grote lijnen. Hij is in ieder
geval lichamelijk niets tekort gekomen.’
‘Je bedoelt, hij was eerder getrouwd?’
‘Dat ook, maar daarvoor
heeft hij, afgezien van normaal gescharrel, een tijd een bijzondere
verkering gehad. Ik voel me niet vrij om er dieper op in te gaan. Maar
hij heeft veel beleefd, mevrouw.’
‘Goed.’
‘U heeft voor uw trouwen vast wel eens in het hooi gelegen met een stalknecht.’
‘Nee, meisjes van een
beetje stand werden kort gehouden. Jongens mochten veel meer, alleen
niet openlijk. Ik kreeg de kans niet. Vader vertelde net, hoe we voor
ons trouwen met elkaar omgingen, méér durfde ik niet. In
onze huwelijksnacht kwam vader naast me op bed zitten, in pyjama, ik
lag onder de dekens, in een nachthemd. Hij zei, ik wil je niet
overvallen, zullen we eerst over seks praten? Wat weet je? Ik zei, niet
veel. Jongens niet naar je laten kijken, of aan je laten komen en
helemaal niet erin. Dan word je zwanger en kan je een goed huwelijk
vergeten. Ik heb één keer een hengst een merrie zien
dekken. Dat is alles. Jij bent toch niet zo groot? Hij zei, nee,
jongens zijn niet groter dan meisjes zonder problemen kunnen hebben. Ik
weet wél meer. Ik heb natuurlijk met dienstmeisjes gespeeld,
maar nooit erin. Ik denk, dat het beste is, als jij met mij kennis gaat
maken. Begin maar over mijn pyjama. Dat heb ik gedaan. Veel meer dan
achter zijn grootte kwam ik niet, maar dat stelde me in ieder geval
gerust. Dat moest passen, zo afwijkend van andere mensen zouden we vast
niet zijn. Die avond heb ik hem verder alleen bloot gezien, ik durfde
er niet aan te komen. Wat een eh gereedschap. Hij heeft bloot naast me
geslapen, we zijn van elkaar afgebleven. Iedere avond durfde ik een
stapje verder. Hij legde steeds alles uit. Zijn eh klaarkomen vond ik
mooi. Ik was ook blij dat ik het eerst zag, dat hij niet zoals die
hengst bij die merrie gelijk bij me binnenkwam. Ik heb wel liggen
trillen, toen hij voor de eerste keer mijn nachthemd optilde. Die avond
heeft hij alleen maar gekeken en een beetje gestreeld. De volgende
avond ging mijn nachthemd steeds hoger en uit. Lag ik helemaal bloot op
bed. Toen heeft hij me van boven tot onder gestreeld en gekust en me
laten komen. Ik heb lang wakker gelegen, om bij te komen. En me voor te
bereiden op dat hij de volgende avond vast in me zou komen. Dat deed
hij ook, na zo ongeveer een week werd ik ontmaagd. Toen moest ik
bijkomen van de verrassing, ik vond het lekker, zo’n ding in me.
En om zo te komen. En dat hij duidelijk ook genoot van zíjn
komen. Ik vond het fijn dat hij na een uur weer wilde. Dat was nog
fijner, pijnloos en het duurde heerlijk lang. De volgende morgen vroeg
hij, heb je er bezwaar tegen om het vaak te doen? Ik zei, nee,
eigenlijk heb ik er nu al weer zin in. Hij zei, ik ook. Maar in de
toekomst misschien vaker dan jij. Zeg het alsjeblieft, wanneer je dan
echt niet wilt. Ik heb nooit geprotesteerd.’
‘U heeft er nu alle tijd voor.’
‘Ja, maar vroeger
námen we er gewoon tijd voor. We doen het nog net zo vaak.
Meestal een paar keer per dag. Zeker nadat het zonneterras en het
zwembad klaar waren. Vader ziet natuurlijk graag blote borsten en dozen
en als ik kleine pikkies zie krijg ik zin in zijn grote. Niet
onmiddellijk, ik kan wel even wachten. De grote ballen van Thomas zijn
niet te zien, maar ik heb nu het uitzicht op die lange dunne van
Ian.’
‘Als u meer wilt dan kijken?’
‘Dat laat ik me geen twee keer zeggen.’
Mevrouw stond op, liep naar Ian en ging naast hem zitten. Ze pakte zijn ballen.
‘Normale grootte, maar dat wist je vast al.’
‘Ja, er is vergeleken.’
‘Je hebt vast niet
geprotesteerd, Thomas deed dat ook niet bij onze kleinkinderen. Pas
toen ze hem hoger te enthousiast beetpakten. Oei. Hetzelfde gevoel als
bij een kleintje, alleen is er veel meer van. Oh, er komt nog
meer.’
‘Mag ik het van u overnemen? Hij heeft ons een demonstratie beloofd. Ga eens staan, Ian.’
Ian ging staan, Francis knielde naast hem en pakte zijn ballen.
‘Ik zal niet te lang doorgaan, maar laat hem maar mooi stijf worden.’
Ze keken allemaal, hoe de lange dunne omhoog kwam en dikker werd, tot hij rechtovereind stond.
‘Wat mooi. Kan je daar een videootje van op je website zetten, Tamara?’
‘Maureen!’
‘O, nee, dat zou niet eerlijk zijn, de grote ballen van Thomas kan je ook niet laten zien.’
‘Ik ga ook zijn
wél duidelijk zichtbare spuiten er niet opzetten. Iedereen vindt
het juist mooi, hoe ik, zelfs zonder het woord bloot te gebruiken, over
het meertje schrijf.’
‘Ja, het was maar een grapje. Of wensdroom.’
‘We zijn toch al verwend. We zien meer dan veel anderen, hier en bij het meertje, ‘s avonds.’
‘Vertel eens iets, Tamara.’
‘Als er ‘s avonds
bij het meertje geen jeugd van onder de achttien meer is, worden er
geen handdoeken over erecties meer gelegd, mevrouw.’
‘Dan hoef ik daarvoor niet naar het meertje.’
‘En aan bepaalde
bewegingen kan je dan zien dat er gevrijd wordt. Tja, een paradijsje,
al heeft kennelijk iedereen al een appeltje gegeten.’
‘Anders zou het gauw leeg worden op de wereld. Ik hoop alleen, dat er niet van partner geruild wordt.’
‘Voor zover ik weet
niet. Wij allemaal hebben daar ook bezwaar tegen. Niet meer dan een
beetje aan elkaar voelen. U zag het, Francis wilde het gelijk van u
overnemen, u niet door laten gaan.’
‘Dat was ik ook niet
van plan, ik liet hem al los. Wel een beetje tegen mijn zin, maar ik
haal al genoeg in. Dank je wel, Ian. Klein geweldig om te zien en te
voelen, groot erg fors.’
‘U heeft wel wat
veroorzaakt. Ik was net zo trots dat ik het zo lang uithield zonder een
erectie te krijgen. Nu blijf ik er vast één houden, de
rest van de avond.’
‘Misschien wat vervelend voor je, maar ons zal je niet horen klagen. En je nodigde me zelf uit.’
‘Ja, ik dacht dat ik het wel even kon redden.’
‘Wie heeft er hier het meeste ervaring? Wie zou het wel redden?’
‘Ik denk, dat ik met
die dienstmeisjes het meeste ervaring heb. Als ik een enkele keer geen
zin had redde ik het ook niet, als ze mijn ballen pakten.’
‘U geen zin?’
‘Als ik voor een
moeilijk tentamen zat en daar alleen maar aan dacht. Achteraf vond ik
het steeds dom, het leidde een tijdje goed af. O, over in het hooi
liggen, dat heb ik ook wel gedaan. Niet met dienstmeisjes, maar met
nichtjes.’
‘Dat heb je nog niet eerder verteld, vader.’
‘Vergeten. Ik kwam er
meestal niet zo ver mee, de meeste schrokken zich wezenloos van mijn
stijve. Net als jij, niets gewend.’
‘Hoe kreeg je ze in het hooi?’
‘Ik mocht met ze
wandelen. En ging dus ook met ze de paardenstal in, om naar de paarden
te kijken. Daar probeerde ik ze te verleiden. Ik heb aan veel borstjes
gezeten, die kreeg ik meestal wel uit de verpakking. Onder de rokken
over de broekjes voelen lukte ook nog wel eens, erin al minder en uit
zelden of nooit. Naar mijn spullen kijken wilden ze graag, maar maar
een enkeling durfde er aan te komen. En lang helemaal niet. Nou ja,
geen ramp, na zo’n wandeling ging ik linea recta naar mijn kamer,
deed mijn broek naar beneden, en twee seconden later zat er dan al een
dienstmeisje aan. Dan was ik al gauw eh opgelucht.’
‘Nou ja, zo kon je tenminste zonder veel problemen van mij afblijven, tot we getrouwd waren.’
‘Jawel, maar ik had liever gehad, dat jij deed wat dat dienstmeisje deed.’
‘Ik vast ook, als ik meer geweten had.’
‘Zullen we gaan zwemmen? Dan kan je nog een beetje inhalen.’
‘Tamara, kan je in het dorp als meisje doen en laten wat je wilt?’
‘Zo goed als alles,
mevrouw. Je kan zo ver gaan als je wilt, met condooms of de pil. Of
niet zo ver gaan, je weet maar nooit of je tegen een jongen aanloopt
die persé een maagd wil. Dan moet hij dat zelf natuurlijk ook
zijn, ze hebben net zo veel rechten en plichten als de meiden.’
‘Maar van jongens weet je niet of ze nog maagd zijn.’
‘Als je er achter wilt
komen, en je kan een goede reden opgeven, kletsen de meiden wel. Hoe
gaat dat bij jongens, Thomas? Nee, ik kan het beter aan jou vragen,
Ian.’
‘Ja, Thomas werd weinig
verteld, neem ik aan. Omdat hij niet meedeed. Dat werd hem niet kwalijk
genomen, iedereen wordt vrijgelaten. We zeiden, bij navraag, ook zonder
dat er een reden gegeven werd, dat een meisje niets, weinig, of genoeg
wilde. Bij niets bleef het bij kussen, weinig was een beetje voelen,
bij genoeg hielpen ze je in ieder geval om te lozen, méér
werd er nooit verteld. Op de grootte en de stevigheid van de borsten
na.’
‘Netjes. Krijgen meisjes geen slechte naam, als bekend is dat ze van de een naar de ander gaan en genoeg willen?’
‘Nee, wat ik al zei,
iedereen wordt vrijgelaten. Jongens profiteerden daar natuurlijk wel
van, als je even niets serieus wilde vermaakte je je ermee. Lozen is
veel fijner dan natte dromen.’
‘Heb jij je vermaakt, Francis?’
‘Zo veel als ik wilde,
wat vergeleken met anderen niet zo veel was. Er werd wel gekletst, of
jongens een grote hadden en of veel loosden. En of ze lekker aan je
zaten, maar geen details. Het geheimpje van Ian is goed bewaard
gebleven, ik heb er nooit over gehoord.’
‘Was je anders achter hem aangegaan?’
‘Nee, een paar
centimeter meer of minder maakte me toen niet uit. Als ik maar niet
hoorde dat ze erg klein waren, jammer voor hun, maar dan ging ik er ook
niet achteraan.’
‘Mooi. Dan ga ik het
water in. Pak mij ook maar, als jullie liefhebbers van antiek zijn,
vader zal zich ook niet inhouden. En dan genieten we in bed weer een
tijdje wat meer, met de gedachte aan wat we gedaan hebben.’
Ze grinnikten allemaal en
gingen haar achterna. Na wat zwemmen en spelen in het water praatten ze
nog even en gingen toen naar huis.
‘Dat was weer een gezellige avond, Thomas.’
‘Ja, zeker. Maureen zat
in de auto te giechelen. Toen ik vroeg waarom, zei ze, dat John in het
water even bij haar binnen was geweest. John zei, ik dacht, dat je me
pakte om even lekker gestreeld te worden, maar je duwde door, ondeugd.
Toen ik me terugtrok duwde je wéér, je wipte gewoon. Maar
ik moest eruit, anders kwam ik. Dat wist ze, zei Maureen, maar ze kon
een paar stootjes niet laten.’
‘Dat kan ik me van haar voorstellen, ze is zo blij dat het met haar gezondheid en hun vrijen zo goed gaat.’
‘Ze streelde me lekker.
Mevrouw trouwens ook, ze leefde zich duidelijk uit, eerst aan mijn
ballen, toen aan mijn stijve. Wat ze zeggen klopt, als je hangborsten
optilt heb je toch een hand vol. Maar niet zo stevig als de jouwe. Oh,
heerlijk, op het droge.’
‘Ja, zo kan ik jou ook
beter strelen, onder water schiet hij zo mijn hand uit. Ik wil ook wel
eens voelen hoe dat is, als je onder water binnenkomt. In het meertje
maar eens proberen. Streel je me nu even? Dan duw ik wel door.’
‘Als je maar niet denkt dat ik me terugtrek. We willen vast allebei graag komen.’
‘Ja, na dat voorzichtig
gefriemel aan mijn gleuf wil ik wel een heerlijke beurt van mijn
voorzichtige jongetje, met zijn grote ballen en zijn grote productie.
Kom erin. Dat wordt vast zeven ladingen.’
‘Ik ben er zelf ook nog
steeds verbaasd over. En dat jij ze zo graag wilt hebben. Ik kan het nu
niet langzaam aan doen, hoor, om je twee keer te laten komen.’
‘Nee, dat snap ik. Maar als je me lekker duidelijk laat voelen dat je komt, kom ik ook lekker.’
Hij deed het, hij merkte het van haar ook duidelijk.
Zie voor het vervolg ‘Simone in Engeland ’ deel 4
Klik hier om een ander verhaal te kiezen en/of een e-mail met commentaar te sturen.