Muurversiering
Deel 1

Versiering

 

B.W. van Daalen
 
 

Inhoud:


© B.W. van Daalen
(April 2004; 1e Herziening Feb. 2008)

Overig werk:
 2 Weken en Daarna
14 Dagen en Daarna  (Gekuiste versie van 2 Weken en Daarna)
Affaire Driehoog
Oaseliefde
Muurversiering (3 Delen)
en
De Simone reeks


Alle genoemde personen zijn fictief.

Dit verhaal mag, geheel of gedeeltelijk, zonder schriftelijke toestemming van de
schrijver, niet gereproduceerd of verspreid worden.
Niet op een ouderwetse manier, ook niet op een moderne manier.
Het mag wel, geheel of gedeeltelijk, doorverteld worden, mits met bronvermelding.




Vrijdagmorgen

Hij kreeg dorst, verplaatste zijn bladwijzer van achter in het boek naar de bladzij waar hij aan het lezen was, deed de pocket dicht, legde hem tussen zijn benen op de ligstoel en keek op. Een meter of vijf recht vóór hem, op het muurtje tussen het terras en het strand, zag hij een meisje liggen. Hij had haar niet zien komen. Het eerste wat hij dacht was, dat is een mooie meid. En lekker, in die kleine bikini. Hij bleef kijken, genoot van het mooie uitzicht. Ze lag op haar buik te lezen, op een badhanddoek van het hotel, met haar ellebogen steunend op de muur. Ze had de rand van de badhanddoek dubbelgeslagen, vast om de ondergrond wat zachter voor haar ellebogen te maken. Geen domme meid, dacht hij, ze weet hoe ze er comfortabel bij kan liggen, die ligstoelen zijn ook niet alles. En ze heeft een mooi plekje gevonden, in de wind. Die bikini lijkt wel maatwerk, volgens mij zo klein mogelijk zonder aanstoot te geven, schitterend gevuld. Ze kan zó in een tuinblad, met onderschrift, zo kunt u uw kale, saaie muur versieren. Ze moet gisteren aangekomen zijn, met de nieuwe ploeg vakantiegangers.
Hij was vergeten dat hij dorst had gekregen. Hij stond op en liep rechtstreeks naar haar toe; toen hij naast haar stopte keek ze op.
‘Hoi. Je bent een mooie muurversiering.’
‘O. Dank je wel. Je dacht vast, die ga ik maar eens versieren.’
Hij moest grinniken.
‘Nee, daar dacht ik niet aan. Alleen dat ik je er zo mooi bij vond liggen. En dat ik je nog niet eerder gezien heb.’
Ze glimlachte.
‘Nou, ik jou vóór vandaag ook niet. Staan we quitte. Oh, behalve je complimentje. Nou, vooruit, jij ziet er ook niet slecht uit.’
‘Ook bedankt. Nu je het over versieren hebt, ben je hier met een relatie of zo? Dan zal ik je verder niet lastig vallen.’
‘Je valt me niet lastig. Alle Nederlanders hier praten toch af en toe met elkaar? Ook wel met de Amerikanen en de Canadezen. Heel gezellig. Trouwens, je sprak me in het Nederlands aan. Hoe wist je dat ik een Nederlandse was?’
‘Ik was daar niet honderd procent zeker van, maar je hebt een Nederlands boek.’
‘O. Ja, natuurlijk. Met een grote titel, dat kon je vast al vanaf jouw plek zien. Verder, ja, ik ben hier met een relatie.’
Ze grinnikte.
‘Kijk niet zo teleurgesteld. Je laat je ook kennen, zeg. Dus toch een versierpoging, hè? Nou, niet erg hoor, je begon aardig. Al ben ik méér dan een versiering. Ik zal je opvrolijken, ik ben hier met m’n zus. Verder heb ik geen relatie, in de zin van wat jij bedoelt.’
‘Mooi. Kom je uit Rotterdam? Of omgeving?’
‘Kan je dat horen, dan? Ja, ik weet het. Rotterdam Overschie, dat is aan de kant van Delft. Ben je een beetje bekend in die hoek van het land? En waar kom jij vandaan? Ik hoor niet direct iets.’
‘Dat klopt. Je hebt niet zo’n erg accent, hoor. Ik ben daar bekend. Ik kom uit Delft, aan de kant van Overschie. Leuk hè?’
‘Ja. Ook toevallig. Waarom heb je geen accent?’
‘Ik woon in niemandsland, wat dat betreft. Tussen het Haags en het Rotterdams in. Maar ik wilde eigenlijk wat drinken halen. Kan ik wat voor je meenemen? Je staat ook droog, zie ik. En voor je zus misschien, als die tenminste zo komt?’
‘Ik heb geen idee, die is even een tukkie doen, op de kamer. Ze was nog niet uitgeslapen. En uit de zon, anders verbrandt ze, ingesmeerd of niet. Ik pit híer wel, als ik zin heb, ik kan ertegen. Ben jij alleen of enzovoort? De stoel naast de jouwe is nu leeg, maar ik heb er een eh andere jongen op heb zien liggen.’
‘Dat klopt. Ik heb geen relatie, ook in Nederland niet. Ik ben hier met een vriend van mijn werk, die zit ook even op de kamer. Hij wilde even iets, wat hem te binnenschoot, op zijn laptop intikken.’
‘Mooi. Een bacootje graag.’
‘Komt er aan. Mag ik zo naast je komen zitten voor een praatje? Of lees je liever verder?’
‘Afwisselend lezen en wat praten vind ik het fijnst. Meestal praat ik natuurlijk met m’n zus, maar ook met de rest hier. Nou, tot nu toe bij het andere zwembad. Daarom hebben we elkaar vast nog niet eerder gezien.’
‘Ben je hier al langer, dan?’
‘Zeg, gebruik je eigen accent! Ja, een week. En jij?’
‘Ook een week. Momentje, ik ben zo terug.’
Hij was snel terug met de drankjes. Gaf haar de hare aan.
‘Alsjeblieft, eh.’
‘Dank je wel, eh.’
‘Wacht even, ik kom bij je zitten.’
Hij liep naar zijn ligstoel, pakte hem op en zette hem, een meter bij haar vandaan, zó neer, dat hij, half achterover liggend, naar haar op kon kijken. Hij proostte naar haar.
‘Iedereen hier zit ‘s morgens al aan de drank. Daar krijg je wel een vakantiegevoel van.’
‘Ja, all inclusive, maar overdag zit er bijna geen alcohol in. Pas ‘s avonds krijg je een normale mix. De enigen die hier dronken worden zijn de Engelsen, die zitten de hele dag aan het bier.’
‘Ja, die worden nog wel eens vervelend. Heb je daar geen last van?’
‘Nee, ik heb in Londen stage gelopen. Ik weet precies wat ik moet zeggen om ze binnen twee seconden af te laten druipen. Ik zal je het maar niet vertellen, het is nogal grof. Maar het werkt prima.’
‘Mijn Engels is ook niet slecht. Bedankt voor de waarschuwing.’
‘Zo was dat niet bedoeld, joh. Ik denk niet dat ik het bij jou nodig zal hebben. Maar ik kan ook in het Nederlands van me afbijten. Ook lekker eh. Zeg, heb je eerder verkering gehad? Vast wel. Ik ook.’
‘Vast wel. Ja, ik ook. Maar die waren wél op hun mondje gevallen.’
‘Wat? Oh, ik niet, hè? Nee, dat klopt. Maar zo te horen kan je er tegen. Ga ik verder. Ik kan van me afbijten, maar ook lekker bijten. Misschien doe ik dat nog wel eens bij je, wanneer ik je beter ken. Na heel wat langer dan vijf minuten.’
‘Staan we weer quitte, ik vind jou ook om in te bijten. Maar ik zal het dus wat langer bij kijken laten. Zeg, we hebben elkaar in het restaurant of aan een bar ook niet gezien.’
‘Ik denk dat dat wel te verklaren is. Om te beginnen ontbijten we erg laat. We slapen elke dag heerlijk uit, omdat we het ‘s avonds nogal laat maken. In een disco, zo’n vijf minuten van het hotel.’
‘Nou, mijn vriend en ik ook. Ik heb je ‘s avonds ook nooit gezien. De straat voor het hotel uit en dan rechtsaf, een stukje om de hoek?’
‘Nee, linksaf. Nou, dan is dat alvast verklaard. Toeval, zeg. We ontbijten meestal ongeveer om half tien.’
‘Ja, dan zijn wij meestal nét weg. En tussen de middag en ‘s avonds eten jullie dan ook vast later dan wij. Na eh half twee en half acht?’
‘Klopt precies. Nou zeg, alsof we elkaar niet móchten ontmoeten. We hadden vorige week een andere kamer, maar we keken daar niet op zee. We hebben daar gelijk om gevraagd, maar we moesten wachten op de wekelijkse wisseling. Dan worden de nieuwkomers afgescheept met die kamer. We zitten nu, mét zeezicht, in deze vleugel van het hotel. Daarom zitten we nu ook maar hier, bij dit zwembad. Ik kon het hier wel eens nog beter naar mijn zin krijgen. We blijven nog een week.’
‘Wij ook. We hadden een voorkeur voor zeezicht opgegeven. En gelijk gekregen. En nu nog mooier.’
‘Ja, ja. Dat zeezicht hadden wij ook opgegeven, maar niet gelijk gekregen. Mag ik eens kijken wat je aan het lezen bent? De buitenkant komt me bekend voor.’
‘Alsjeblieft, eh.’
‘Dank je wel, eh. Grapjas, als je maar niet denk dat ik daar instink. O, ja, dat is de Aardkinderen. In het Engels. Nee, Amerikaans natuurlijk. Het is er ook in het Nederlands, hoor. Dat ben ik thuis aan het lezen. Ik ben in deel vier. Dit is, eh, twee, ja, the valley of horses, de vallei van de paarden. Waarin ze elkaar ontmoeten. Hartstikke mooi, hè?’
‘Ja. Soms een beetje breedvoerig, wanneer het over de natuur gaat. Maar schitterend, hoe de twee hoofdpersonen met elkaar omgaan. Daar kunnen er een hoop nog wat van leren. Ik lees het liever in de originele taal, wanneer het Engels of Duits is. De uitdrukkingen worden soms niet goed vertaald. In deze serie wel. Tenminste, in deel één. Dat heb ik eerst in het Nederlands gelezen.. Toen overgestapt op Engels. Af en toe nog eens gekeken in de Nederlandse vertaling. Schitterend gedaan, heel mooie gelijkwaardige uitdrukkingen gevonden. Toch blijf ik Engels mooier vinden, wat softer. Ik ken ook wel wat Frans, maar daar begin ik niet aan. Dat heb ik altijd een rottaal gevonden. En ik zei al, mijn Engels is niet slecht. Mijn werk is ook in het Engels. Mijn vriend en ik zijn spelletjesprogrammeurs. We hebben, met nog een vriend, Simon, een firmaatje. We werken freelance. We maken geen héle spelletjes, dat gaat tegenwoordig niet meer. Stukken, in opdracht. We doen het goed, méér dan genoeg werk. We hebben net een opdracht af, zijn er even tussenuit geknepen om bij te komen. We maken vaak lange dagen als er haast bij is. Simon is niet mee, die heeft wél verkering. Maar ze kon geen vakantie nemen. Hij wilde in haar buurt blijven, geen twee weken zonder haar.’
‘Uiteraard.’
‘Ja. Oh, ik zal je wat leuks vertellen. Die verkering houdt sinds een tijdje onze werktijden een beetje in de gaten, anders blijven we maar doorgaan. We hebben gelachen, de eerste keer dat ze belde! Hij kende haar nog niet zolang, hij had ons net verteld dat hij verkering had. Hij nam toevallig de telefoon op. Maar de luidspreker stond nog aan. Die hebben we voor groepsgesprekken met onze opdrachtgevers. Zei ze, zeg, liefje, je hebt lang genoeg gewerkt vandaag. Kom je met míj spelen?’
Ze lachte.
‘Lijkt me een leuke meid. Vlot. Spelen! Hé, een bladwijzer met Lara Croft. Die ken ik natuurlijk. Heb je daar ook aan gewerkt?’
‘Nee, was dat maar waar, dat virtuele stuk verdient haar geld aardig. Wij krijgen meestal een klein percentage.’
‘Leuk werk, programmeren?’
‘Ja, hartstikke leuk. Als je van puzzelen houdt. Lekker ingewikkeld. Je begint met bijna niets, wat gegevens en tekeningen van de opdrachtgever, en eindigt met een mooi stuk spel. Wat doe jij?’
‘Ik ben etaleur.’
‘Etaleuze? Nee, vast niet, dat klinkt zo stom.’
‘Ik geloof ook niet dat dat bestaat. Ze zien of horen vanzelf wel dat ik niet mannelijk ben.’
‘Nee, je komt aardig in de buurt van Lara. Niet zo overdreven eh geprononceerd, precies goed. Voor mijn smaak dan.’
‘Nou, eh, bedankt weer, versierder. Omdat je het zo goed doet hebben we genoeg geuht. Hoe heet je? Laat het voorlopig maar bij je voornaam.’
‘Jij weet ook iets van versieren, merk ik. Onder andere niet te snel persoonlijk worden. Je bent wel behoorlijk openhartig. Prima. Han.’
‘Debbie. Als je Hans gezegd had, had ik Grietje gezegd. Ik ben gek op sprookjes. Ik lees ‘s woensdagsmiddags in de bibliotheek kinderen voor. Hartstikke leuk. Spelletjes zijn net sprookjes, hè?’
‘Zo heb ik er nooit over nagedacht. Maar je hebt gelijk. Ik eh, heb nu het gevoel dat ik er ook in één zit.’
‘In een spelletje of een sprookje?’
‘O. In een sprookje.’
‘Nou, Han, ik heb niet direct het gevoel dat je mijn sprookjesprins bent, maar ik vind je in ieder geval wel aardig. Anders had ik je trouwens allang vriendelijk doch beleeft verzocht, in het Nederlands, om op te stappen. Maar je blijft gewaarschuwd. Blijf maar in je sprookje. Daarin wordt altijd pas aan het eind gespeeld, niet al na eh tien minuten of zo.’
‘Nou, Debbie, ik vind je ook aardig, dat snap je wel, anders was ik allang uit mezelf opgestapt. We zien wel hoe het sprookje eindigt. Er zijn er ook die slecht aflopen, zonder spelen.’
‘Ja, maar die vind ik niet leuk, die lees ik ook nooit voor. Oh, daar komt mijn zus. Bibi, dit is Han. Hij probeert me te versieren, dan weet je dat vast. Hij zei, mooie muurversiering, tegen me.’
‘Geen slecht begin. Hoi.’
Ze gaf hem haar hand. Hij deed net of hij haar een handkus gaf, maar niet te overdreven. Daarna stak hij zijn hand uit naar Debbie. Ze keek hem aan.
‘Als ik je een vinger geef, pak je vast mijn hand. Als ik je gelijk een hand geef, wat pak je dan?’
Ze stak toch haar hand uit, glimlachend. Hij gaf er een echt kusje op.
‘Heel aangenaam kennis met jullie te maken. Bibi, als je tegenover Debbie gaat liggen, kan ik naar twee mooie boekensteunen kijken.’
Bibi grinnikte.
‘Houd je met je versieren maar bij Debbie. Ik heb een andere smaak.’
‘Dat doe ik. Jij ziet er ook prima uit, hoor. Waar komt dat Bibi vandaan?’
‘Van Bianca. Maar dat kon Debbie in het begin niet zeggen, en zo is het gebleven.’
‘Jullie hebben leuke namen. Hé, Bibi, ik heb een andere smaak voor je. Daar komt mijn vriend. Mag ik jullie voorstellen, Dolf. Dolf, Debbie en Bibi, zusjes. Ik ben met Debbie aan de praat, dan weet je dat vast.’
Dolf schudde beide meiden de hand.
‘Genoteerd. Geen bezwaar. Het wordt hier met de dag gezelliger.’
Bibi grinnikte weer.
‘Dollefie, ga je mee, naar de bar? Ik heb dorst, jij zal ook wel wat lusten. En ik wil nog even uit de zon blijven, tot die wat minder sterk is. Dan kunnen wij daar even kennismaken. Die twee zijn al een stuk verder, zo te horen. Ze zijn elkaar al aan het versieren, denk ik.’
Bibi en Dolf liepen op hun gemak richting bar.
‘Nou, Debbie, een aardige zus, lijkt me. Vlotter dan Dolf. Die kan wel wat hulp gebruiken.’
‘Voor zover ik het in kan schatten, en aan haar kon zien, valt hij wel in de smaak. Maar ze is niet zo vlot als ik. Ze is een jaar ouder, maar met verkeringen loopt ze behoorlijk op me achter.’
‘Het klinkt alsof je er nogal wat achter de rug hebt, of andere plekjes. Het zal wel meevallen. Maar je ziet er niet eh afgelikt uit.’
Ze glimlachte ondeugend.
‘Dat ben ik wel een beetje, ik ben ook niet vies van andere plekjes. Ik zei al, ik kan ook lekker bijten. Maar ik zorg dat ik altijd goed eet en genoeg slaap krijg, daardoor is er niets van te zien. Over eten gesproken, ik lust wel wat. Zou je zo lief willen zijn om bij de snackbar friet te halen? Met ketchup. Ik heb aan een halve portie genoeg. Dan mag jij de andere helft. Je kan natuurlijk ook méér halen, als je zelf honger hebt. Ik moet hier een beetje om mijn lijn denken, met alles de hele dag gratis.’
‘Ik zal er ook een beetje op letten.’
‘Ik weet wat je bedoelt. Maar die honger bedoelde ik even niet.’
Hij haalde één portie friet, ze aten hem gezamenlijk op. Met zijn laatste frietje smeerde hij wat ketchup op haar neus.
‘Niet aan me komen, Han. Onze kennismaking gaat snel genoeg. Wilde je het er soms aflikken?’
‘Nee. Sorry. Ik zal het niet meer doen. Ik dacht, ik versier haar toch een beetje. Ik dacht er geeneens aan hoe het er weer af moest.’
‘Goed. Ik heb wel een zakdoekje in mijn tas. En als je dat versieren noemt, ik vind het ruineren. Het zal er wel uitzien als een drankneus. Zo, weg.’
‘Ja, dat ziet er inderdaad beter uit. Ik ben ook geen etaleur.’
‘Ik ben ook geen visagiste, want daar valt het onder, maar ik weet er genoeg van. Dat zat ook in de opleiding, om de etalagepoppen een wat ander gezicht te kunnen geven. Ik heb er zelf natuurlijk ook profijt van.’
‘Ik zie er niets van, volgens mij heb je niets op. Van nature zo eh mooi, zal ik het daar maar op houden?’
‘Houd het daar maar op. Wat ik op heb gaat je niets aan. Het is de kunst om met zo weinig mogelijk zo veel mogelijk te bereiken. Je hebt wel een beetje gelijk, ik heb praktisch niets nodig. Overdag. Als ik uitga doe ik wel ietsje meer op, voor bij kunstlicht.’
Bibi en Dolf waren, ongemerkt, aan komen lopen.
Dolf tikte Han op zijn schouder.
‘Han, we moeten het netjes houden, de dames weer alleen laten. Ik heb het gevoel dat we allemaal wat rust kunnen gebruiken.’
‘Goed. Zeg, dames klinkt zo stom. Zo oud. Mogen we meiden zeggen? Meisjes klinkt weer te jong, onder de twaalf of zo.’
De meiden knikten.
‘Lieve meiden, tot later. We houden elkaar wel in het oog.’
Han pakte zijn stoel op en liep met Dolf terug naar de plek waar Dolfs stoel nog stond.

‘Gaat het een beetje, Dolf?’

‘Je bedoelt met Bibi? Ja, heel fijn, ze kletst gezellig, maar ze is niet te druk. Het valt niet mee, na een rustige week, om m’n aandacht bij haar praten te houden, zo vlak naast me. Ik kan mijn ogen niet van dat mooie lijfje afhouden. Ze ziet het, ze kijkt me af en toe recht aan, bloost dan een beetje, maar ze zegt er niets van. Jij blijft van háár af, weet je dat ook vast.’
‘Dat was ik al van plan. Debbie en ik gingen wel snel van start, maar we zijn nog niet in het aanraakstadium, afgezien van een handkusje, toen we ons voorstelden. Ze reageerde er rustig op. Ook op mijn eerste opmerking, je bent een mooie muurversiering. Ze bedankte gewoon. Niks geen meidengegiechel of zo. Ze zei wel gelijk, je dacht vast, die ga ik maar eens versieren.’
‘Zo, geen wonder dat het snel ging. Nou, fijn voor je. Wij gaan niet zo snel, maar het is wel intens. Ik hoop dat we volgende week zover zijn dat ze me in Nederland terug wil zien, het is wat mij betreft geen vakantieliefde, dat weet ik nu al. Die heb ik vaker meegemaakt. Maar dan weet je gelijk, die is leuk voor de vakantie, we zien wel wat we er mee kunnen doen, maar dan is het lang genoeg geweest.’
‘Dat komt me bekend voor. Maar nu óók niet. Wat een toeval, zeg, wij allebei tegelijk. Debbie woont in Rotterdam, aan de kant van Delft, vlakbij me dus. Waar woont Bibi? Weet je dat al?’
‘Ja, thuis, net als Debbie. Ook vlakbij ons dus.’
‘Onwaarschijnlijk, zeg. Dolf, ik wil mijn gedachten even van Debbie afzetten, ik ga wat lezen.’
‘Ja, rust nemen, vóór de volgende aanval. Van welke kant die ook mag komen. We moeten ons maar niet te veel opdringen.’

Ondertussen bespraken Debbie en Bibi ook de gebeurtenissen.
‘Je ziet er nogal verhit uit, Bibi.’
‘Zo voel ik me ook. Jij niet?’
‘Niet verhit, ik heb genoeg meegemaakt. Wel behoorlijk opgewarmd, hij begon zo aardig, en reageerde steeds zo goed als ik eh, hem uit z’n tent lokte. Ik heb me schandalig gedragen, zus, erg uitdagend. Maar hij noemde het openhartig, daar was ik erg blij mee. Ik kon het niet laten, zo recht en lief heeft nog nooit een jongen me aangekeken. Negentig procent van de tijd kijkt hij in mijn ogen of naar mijn gezicht, de rest naar eh de rest. Ik ben meer aan andersom gewend, dat verveelt gauw. Die keren dat het fifty fifty was heb ik meegespeeld, de rest kon afnokken. We hebben er nooit veel over gepraat, Bibi. Over méér dan kussen praten wilde je nooit. Heb je dat wel eens gedaan? Hoe ver ben je gegaan? Biecht nou eens op.’
‘Nou, goed. Ja, kussen en zo. Wat strelen. Ze mochten niet in mijn broek, daar ben ik zuinig op. Het was wel een beetje lekker. Als ze tenminste geen ruwe handen hadden. Maar eh, jongens vasthouden, wat ze zo graag willen, vind ik geen onverdeeld genoegen. Rare zooi daar. En als ze beginnen te kreunen wil ik liever niet doorgaan. Dat vonden ze nooit leuk. Maar een paar keer ben ik doorgegaan.’
‘De eerste keer stopte ik ook bij dat gekreun, ik wist er wel van, je hoort nog wel eens wat van andere meiden. Ik heb hem gevraagd om me een keer te bellen als hij alleen thuis was. Dan zou ik naar hem toe komen om me bij mijn huiswerk te laten helpen. Nou, dat wilde hij wel, hij snapte wel wat voor huiswerk. Hij belde een paar avonden later al. Ik er op de fiets naar toe. Op zijn kamer vroeg hij, heb je huiswerk meegebracht? Ja, zei ik, maar dat zit niet in die tas. Wil je douchen en mag ik dan kijken? Hij kleedde zich gelijk uit, liet me rustig kijken. Ergens wel mooi, zo’n bloot jong. Leuk ook, hij groeide nog een beetje. We gingen naar de douche, hij spoelde zich af en gaf me toen een washandje en de zeep. Slim jong, hè? Ik heb hem tussen zijn benen gewassen en afgedroogd, wist ik zeker dat alles schoon en droog was. Toen weer kijken en lekker bevoelen. Toen hij ging kreunen durfde ik wél verder te gaan. Interessant om te zien. Maar na een tijdje zocht hij me alleen daarvoor op. Werd ik amper meer gekust of gestreeld. Kapte ik er mee. Ik wil zelf ook wat voelen, ik ben geen seksmasseuse. Na een paar van die jongens ben ik er steeds snel mee gestopt. Ik wilde wachten op een lieve, nette jongen, als er zonodig wat moest gebeuren. Ik zei tegen Han, ik heb niet direct het gevoel dat je mijn sprookjesprins bent. Maar eh, ik begin te twijfelen. Hij moet zich wel een hele tijd, máánden, aan die verhouding negentig tien houden, anders hoeft het voor mij niet. Ik weet nu wel hoe jongens aanvoelen en hoe het voelt als ze aan me zitten. Ik kan nog wel een tijd zonder, maar misschien wordt het met hem wat, ik zie wel. Hoe gaat het verder met Dolf?’
‘We hebben eigenlijk alleen over ons werk gepraat. Veel meer niet. Zo lang hebben we nog niet gepraat, hè? Ik voelde ook gelijk dat hij geen ruwe hand had. Wanneer zullen we weer met ze praten?’
‘We moeten ons maar koest houden. Een beetje de boot afhouden. Ik denk niet dat ze van al te gretige meiden gediend zijn.’

Han en Dolf zwaaiden naar de meiden toen ze gingen lunchen. Die zwaaiden terug, maar bleven zitten. Ze kwamen pas het restaurant in toen Han en Dolf met het toetje, gebak, bezig waren, maar kwamen niet bij hun zitten.
‘Han, ik denk dat het nette meiden zijn. Ze zijn wel geïnteresseerd in ons, geloof ik, maar ze renden niet gelijk achter ons aan toen we hier naartoe gingen. En ze komen ook niet bij ons zitten. Ze houden netjes wat afstand.’
‘Ik geloof het ook. Ik denk dat het bij jou en Bibi wel meevalt, maar ik ben vanmorgen bij Debbie onbedoeld nogal hard van stapel gelopen. Ze daagde me ook een beetje uit. Nou, we zijn aardig tegen elkaar opgewassen. Maar het ging te snel. Ik vind het prima zo, kunnen we allemaal bijkomen en alles overdenken.’

Vrijdagmiddag

Na de lunch keek Han onder het lezen regelmatig op. De twee zusjes lagen inderdaad met hun hoofden naar elkaar, meestal te lezen, af en toe te praten. Hij vond Debbie het mooist, ze was wat minder slank dan haar zus, maar dat vond hij er juist lekker uitzien. Na een uur of zo was Bibi verdwenen. Alsof Debbie deze keer zijn blik voelde keek ze op. Ze wenkte hem naar zich toe. Hij kwam maar al te graag.
‘Bibi is drinken halen. Doe jij dat ook, ook voor Dolf. En kom dan op de plaats van Bibi liggen, dan stuur ik haar naar Dolf, als ze terugkomt. Die twee zijn nogal schuchter, maar volgens mij zien ze ook wat in elkaar. Ik wil ze een handje helpen.’
‘Prima. Weer een baco?’
‘Ja, maar niet te veel ijs. Het is al verdund genoeg.’
Onderweg naar de bar kwam hij Bibi tegen, ze had twee glazen in haar handen. Ze glimlachten naar elkaar. Toen hij terugkwam lag Bibi al op zijn stoel. Hij gaf Dolf zijn drankje, liep naar het muurtje, ging op Bibi’s handdoek liggen en grinnikte naar Debbie.
‘Het is gelukt, zie ik.’
‘Ja joh, ze wist niet hoe snel ze naast hem moest gaan liggen. Hij vloog overeind, wist niet hoe gauw hij zijn boek weg moest leggen. Het gaat wel goed daar.’
‘Mooi. Debbie, je zei net, volgens mij zien ze óók wat in elkaar. Voor de duidelijkheid, ik ook in jou.’
‘Nu al? Je ziet me vandaag voor het eerst. Voor een sprookje of voor een spelletje? Een paar keer met me naar bed gaan en als het nieuwe er af is me bedanken voor de bewezen diensten?’
‘Nee, zoiets doe ik niet. Ik vind dat je elkaar vóór zo eh intiem te worden veel beter moet kennen, heel veel om elkaar moet geven. Dan gaat het nieuwe er niet af. Van naar bed gaan is daardoor nog nooit wat gekomen. Nét niet.’
‘Bij mij ook nét niet. Oh, shit, weet je gelijk dat ik nog. Oh, wat erg. Ik schaam me dood. Nee, ik schaam me er niet voor. Nou, jij geloof ik ook niet. Niet te snel persoonlijk worden, zei je nog wel. En nu begin je zelf. En ik stonk er in. Liet ik me ook kennen, zeg. Mijn grootste geheim nog wel. Wat moet ik nou?’
‘Zal ik je met rust laten? Als je weer met me wilt praten geef je maar een seintje. Anders, nog een week en we zien elkaar niet meer.’
‘Zou je dat willen doen? Me met rust laten? Ik bedoel, in principe?’
‘Ja, natuurlijk. Als je dat zou willen. Wel met een enorme tegenzin. Het zou me erg spijten, Debbie. We praten zo fijn met elkaar.’
‘Ja, dat is zo. Nee, ik kan je, voorlopig, niet wegsturen. Als ik je van de week zou zien zou ik steeds moeten denken, hij weet mijn grootste geheim. En Joost mag weten wat hij daarover zit te fantaseren. Dat zal je niet kunnen laten. Ik zou je het niet kwalijk nemen, hoor, maar me vreselijk ongelukkig voelen. Veel meer dan dat je alleen naar me gekeken zou hebben. Daar ben ik aan gewend. Dan weet ik ook dat er gefantaseerd wordt, maar weten doen ze verder niets. Jij wel. Dat is veel erger. Nou, we moeten maar doorpraten. Zien hoe het verder loopt. Eh, je lokte het niet expres uit, hè?’
‘Nee, Debbie, ik legde je wat uit, maar door de manier waarop jij praat en reageert kwam de rest er vanzelf achteraan. Dat het er nog niets van gekomen was. Eh openhartig heet dat, denk ik. Jij begon ook zo, vanmorgen. Gelijk aan me vragen of ik je versieren wilde. En net, of ik met je naar bed wilde.’
‘Ja, ik kon het niet laten. Je keek zo verlekkerd. Nog.’
‘Dan ben ik ook. Ik snap niet dat je nog niet, ik bedoel, dat je nog door niemand definitief aan de haak geslagen bent.’
‘Oef. Ik weet wat je wilde zeggen. Toch netjes uitgedrukt.’
‘Ik zal proberen er niet meer, ook niet netjes, op terug te komen.’
‘Dank je. Maar we staan nog niet quitte. Ik weet het van jou ook. Vind je dat niet erg?’
‘Nee. Ik had het weg kunnen laten. Mijn uitleg waarom ik niet met je wilde spelen en dan afdanken was voldoende. Ik heb een seconde nagedacht, toen er in mijn hersens op één of andere manier vanzelf opkwam wat ik er nog bij wilde zeggen. Ik dacht, dat zou ik eigenlijk pas vertellen als ik een heel serieuze relatie had en ze vroeg me het. Maar ze mag het best weten, we praten zo fijn met elkaar. En dan hoeft ze ook niet te denken dat ik alleen maar een paar quickies wil. Ik dacht ook, ze praat er overheen, gerustgesteld. Ik schrok me ook wezenloos toen je hetzelfde zei. Ik was er wel gelijk heel blij mee. Omdat je zo spontaan en eerlijk was. Ik had er eigenlijk geen bijgedachten bij. Ik werd wel ongerust. Ik dacht, je zal denken dat ik je er ingeluisd heb en niet kunnen hebben dat ik het weet. Bedankt, maar niet heus en niet tot ziens. Gelukkig probeer je je er overheen te zetten. Ik vind het nu zelfs fijn dat je het van mij ook weet, omdat je zo eerlijk bent. Daarom heb ik het ook gezegd, denk ik.’
‘Dank je wel. Ik had dus géén seconde nagedacht. Ik vind het al niet zo eh heel erg meer. Verder ga ik niet. Dus niet quitte.’
‘Wél quitte. Jouw geheim is veel meer waard dan het mijne.’
‘O. Raar jong, blijf alsjeblieft met me praten. Ik rammel even door. Stom, ik ben geeneens de draad van het verhaal kwijt. Onbegrijpelijk, na zo’n schok. Tja, als ik wist hoe hersens werken was ik nu onderweg om de Nobelprijs te krijgen. Over dat nog niet aan de haak geslagen zijn, ik heb geen haast. Ik heb een fijne baan, ik verdien goed, maar ik heb nog geen zin om achter een aanrecht terecht te komen. Nou ja, natuurlijk ook omdat er nog niks interessant opgedoken is. Maar ik begin nu te twijfelen.’
‘Ook netjes uitgedrukt. En weer erg openhartig. Debbie, ik wil iets eerlijk zeggen, ik houd niet van stiekem gedoe. We praten nogal vrij, heel fijn. Maar dat is niet het enige. Eh, nou, je kan er vast tegen. Vind je het erg, dat ik je vaak zit te bekijken? Je hebt zo’n lekker figuur. En een heel kleine bikini. Vanmorgen ging het nog, nu heb ik wat inkijk, dat weet je. Héééél mooi.’
‘Je kijkt maar. Ik kan er niet alleen tegen, ik waardeer je eerlijkheid ook. Dank je wel. Ik weet wat van etaleren. Maar ik wil mezelf niet verkopen, hoor. Ik kijk ook wat ik wil. Maar ik heb nog nooit zo’n aardige versierpoging meegemaakt als de jouwe.’
‘Zover was ik nog geeneens, zei ik toen. Nu wel, Debbie. Figuurlijk natuurlijk, letterlijk hoeft er aan jou niets versiert te worden.’
‘Houd op. Je hoeft je niet zo druk te maken, hoor. Ik wil je graag vaker zien en met je praten. Ruil nu maar weer om met mijn zus. Ik wil even bijkomen van dit eh openhartige praatje. En even bijpraten met haar, meiden onder elkaar.’
‘Jij hoeft je ook niet druk te maken. Dolf en ik gaan natuurlijk over jullie tweetjes praten, maar wat je mij verteld hebt komt daar niet in voor. Je geheim is bij mij veilig.’
‘Ik had niet anders van je verwacht. Het jouwe bij mij ook. Voorlopig. Je weet vast wel hoe meiden onder elkaar zijn.’
‘Een beetje. Lieve Debbie, ik ben heel blij met je geheim. En dat je het mijne weet. Het spiksplinternieuwe is er dus bij ons allebei nog niet af. Wie weet wat dat ooit brengt. Je zus had gelijk, we zijn allebei net zo hard aan het versieren, dat weet je. Je bloost leuk. Ik ga maar.’
Hij liep naar het andere stel.
‘Bibi, of je terugkomt. Debbie heeft wat rust nodig. Jij kan ook wel wat rust gebruiken, je ziet er nogal opgewonden uit.’
‘Dat heeft je mooie vriend gedaan. Tot ziens.’

‘Daar ben ik weer, zus. Ik moet ook wat rust hebben. Dolf is heel lief. Zo rustig en aardig tegen me. Hij kijkt zeventig dertig, je weet wel. Ik vind het niet erg, hij kijkt niet eh verlekkerd, maar bewonderend. Voor mijn gevoel zit ik af en toe wel te blozen. Raar, wij hebben met één blik op de broek van een jongen de zaak wel bekeken, maar zij blíjven kijken.’
‘Ze hebben toch ook veel meer om naar te kijken? Ik heb vroeger in een zwembad wel eens een schunnige opmerking gemaakt, dan kon je de eh opwinding in hun broek zien. Dat was leuk. Ze schamen zich dan wel, maar ze kunnen er niets aan doen. Alleen het water induiken. Oh, Bibi, op één of andere manier heb ik vandaag een verschrikkelijk openhartige bui. Dat moet door Han komen. Jij ook, vast door Dolf. Je versprak je vanmorgen, je zei, op wat ik in mijn broek heb ben ik zuinig. Je bent dus nog maagd.’
‘Ja. Het drong pas wat later tot me door wat ik zei, wat daaruit geconcludeerd kon worden. Maar je reageerde er niet op. Ik dacht, niet erg, zo nodig hoeft ze het niet te weten. Ik had nooit gedacht dat ik daarover met je zou praten. Het ging vanzelf. Je mag het nu best weten. Er is er nog nooit één verder dan een centimeter in mijn broek geweest. Of van onderaf boven mijn knieën. Dan stopte ik ze. Ik vond dat niet zo oneerlijk. Ze vermaakten zich uitstekend met mijn borsten, al heb ik minder dan jij, en ik hield ze ook een beetje vast in hun broek.’
‘Han zei net, dat hij eerlijk wilde zeggen dat hij vaak naar me kijkt. En dat ik op dat moment nogal wat inkijk had. Hij vond het héééél mooi. Vroeger had ik gezegd, je hoeft het niet bij kijken te laten. Maar met hem wil ik het langzaamaan doen, niet te gauw aan me laten komen. Al zou ik best willen dat hij me streelde.’
‘Ik heb met Dolf het gevoel dat het fijner zal worden dan ooit. Maar nu nog niet. Zeg, wat gebeurde er trouwens verder, onder die douche?’
‘Goed zo, vraag maar. Ja, toen was ik natuurlijk ook de klos. Het moet een beetje eerlijk blijven met jongens, dat vind ik ook. Ik heb wel mijn broek aangehouden. Dat vond hij niet leuk, maar het was alles of niets. Ik bedoel, anders ging het feest niet verder. Hij heeft me verder overal met zeep gewassen, zijn handen waren lekker glad. Zo lekker werd ik nog nooit gestreeld, niet van die wat ruwe handen. Ik heb daarna een onderbroek van hem geleend, om droog thuis te komen. Ik wilde niet in m’n blote kont onder mijn rok naar huis fietsen. Hij mocht wel even kijken, toen ik van broek wisselde. Toen ik Han een hand gaf voelde ik gelijk dat zijn hand niet ruw was. Hij zit waarschijnlijk alleen maar aan een toetsenbord. Dolf ook vast. Weet je dat?’
‘Ja, daarover hebben we het uitgebreid gehad.’
‘Het ging met Han wel snel en openhartig, maar hij is wel serieus. Bibi, hij weet al dat ik nog maagd ben. Ja, ik ook. Ik versprak me. Ik schrok me rot. Jij mag het ook best weten. Hij lokte het uit, per ongeluk hoor, dat zag ik. Hij schrok ook, maar deed er heel lief over, hij zou het niet doorvertellen. Weet Dolf het van jou? En jij van hem?’
‘Nee zeg. Ik zou me doodschamen. Over zulke dingen hebben we het helemaal niet gehad. Ik weet geeneens of hij al eerder verkering heeft gehad. Vast niet vaak en niet lang. Hij is ook serieus, maar hij praat niet zo makkelijk. Hoorde je hem, de eerste keer? Genoteerd. Geen bezwaar. Het wordt hier met de dag gezelliger. Ik blijf maar rustig tegen hem praten, dan komt hij wel los. En ik ook, ik ben al verbaasd over mezelf. Debbie, ik had niet gedacht dat jij nog maagd zou zijn. Je was altijd zo vrij, bij mij vergeleken. Ik ben blij dat we er eens een keer over praten. En dat je me alles vertelt. Misschien wil ik wel vaker met je praten, als het serieuzer wordt. Goed?’
‘Natuurlijk, zus. Al ben je ouder, je loopt wat bij me achter. Als je problemen hebt of zo, kom je maar. Niet dat ik alles weet, maar samen komen we er dan misschien uit. Voorlopig gaat alles wel goed, ze zijn allebei serieus, denk ik, en wij ook. Het moet rustig en eerlijk gaan. Maar wij zijn en blijven meisjes, hoe modern ook, zíj moeten het volgende stapje doen. Wij moeten de boot langzaam dichterbij laten komen, maar niet te dichtbij. Als alles goed gaat kunnen we bij het afscheid ons adres geven. Dan wachten we af of ze contact opnemen, of dat het voor hun alleen een vakantieliefde was. Ik denk het niet. Maar dat kunnen we hier niet vragen, dan zeggen ze toch nee.’
‘We hebben nog vijf hele dagen hier, daarna een halve, ‘s middags moeten we naar het vliegveld. Hoe eh dichtbij moeten we ze laten komen? Stel jij maar wat voor, je praat er makkelijker over.’
‘Nou, vóór je getrouwd bent moet dat toch makkelijker gaan, Bibi. Dan moet je overal over kunnen praten, al hoef je niet alles te doen. Het lijkt me het beste om geen millimeter verder te gaan. Aan de ene kant wordt het misschien moeilijk om vol te houden, aan de andere kant is dat het makkelijkst, het minst verleidelijk. Gaat het niet iedere keer tóch iets verder, als je er eenmaal aan begint. Verder kennismaken en het bij vriendschappelijke omgang houden. Als is het al méér, en wordt het deze dagen misschien nóg meer. Als ze het niet willen begrijpen, niet mee willen werken, dan moeten we er mee stoppen. Dat zou niet leuk zijn, maar wel het beste. Maar we zouden er snel overheen zijn. Wij blijven ons netjes gedragen, als zíj het niet doen zijn we ze gauw vergeten. Van dat soort zijn we er meer tegengekomen. Hé, niet zo somber kijken. Je ziet het toch wel zitten, met Dolf?’
‘Ja, nogal. Ik schrok toch even. Ik heb nooit problemen gehad om jongens van me af te houden. Maar deze keer is het anders. Toch weet ik zeker dat ik het volhoud, en hij begrijpt vast wel dat het niet zo snel moet. Lukt het jou, denk je?’
‘Zeker weten. Ik ga gewoon steeds denken, ik zit al een tijdje zonder jongen, daar kan wel wat bij. Dan is er meer kans dat het definitief wat wordt. Han snapt het ook vast wel. Hij had patat voor me gehaald, toen jullie aan de bar zaten. Hij smeerde wat ketchup op mijn neus. Ik zei, niet doen, ik ben nog niet aan aflikken toe. Zei hij gelijk, ik zal het niet meer doen. Ik wilde je alleen een beetje versieren. Lief, en netjes, hè?’
‘Ja. Dat is erg bemoedigend. Als híj er al geen moeite mee heeft, of krijgt, Dolf is nóg voorzichtiger, denk ik. Nou, ik ga weer even lezen.’

Zaterdagmorgen

Pas de volgende dag zagen ze elkaar weer, op het terras, naast het zwembad. De jongens zaten op hun ligstoelen te lezen toen de meiden het muurtje kwamen verfraaien, weer als boekensteunen. Ze zwaaiden even. Na een uur overlegden de jongens even. Ze vonden dat het lang genoeg geduurd had en gingen op de meiden af. Han deed het woord.
‘Goedemorgen, lieve meiden. Mogen we een drankje voor jullie halen en een praatje maken?’
‘Bibi, wat denk je er van?’
‘Pest ze niet zo, zus. Ga jij maar op Dolfs stoel liggen, ik blijf deze keer hier. Jij een baco zeker, ik graag een cola light. Niet te veel ijs.’
‘Halen we.’

‘Alsjeblieft, Debbie.’
‘Dank je, eh, Han. Grapje hoor. Het valt niet mee een beetje afstand te houden, hè?’
‘Nee, maar het is wel verstandig. Over dat beetje afstand, je hebt wel de stoelen tegen elkaar geschoven, ondeugd. Laten we een neutraal praatje maken. Wij zijn gisteravond naar de disco gegaan waar we altijd naartoe gingen. Expres. Jullie ook?’
‘Ja, expres. Bibi en ik dansen graag, maar het heeft geen zin om met jullie naar dezelfde disco te gaan. Je kan elkaar niet verstaan, en we willen nog niet in jullie armen liggen.’
‘Verstandige taal. We moeten inderdaad niet de hele dag op elkaars lip zitten.’
‘Of erger.’
‘Debbie, houd je koest, maak het niet moeilijker, met je openhartigheid.’
‘Sorry. Ik zal me een beetje inhouden. Ik wist niet dat dat zo’n effect op je had.’
Hij grinnikte.
‘Ik hoor het al, je kan het niet. Die opmerking er gelijk achteraan! Nou, ik zal er dus aan moeten wennen. Debbie, niet alleen met je praten heeft een effect op me, jou zíen al. Maar dat is eigenlijk bijzaak, het gaat om een goed contact.’
‘Ja, ik weet het. Maar bijzaak klinkt wel erg eh koud. Zullen we het er op houden, dat wanneer er heel goed geestelijk contact is, dat er dan lichamelijk contact bij mag komen?’
‘Het mag toch wel gelijk opgaan? Hoe beter je elkaar kent hoe meer contact?’
‘Je bedoelt, vrij snel handje vasthouden, dan omhelzen, dan kussen, of zo?’
‘Ja. En zo.’
‘Goed. Maar voorlopig niks. Tijd zat. Ondertussen mag je naar me kijken. Wat denk je daar eigenlijk bij?’
‘Nieuwsgierig, hè? En uitdagend. Dan denk ik, ze heeft een heel mooi figuur, mooie slanke benen, leuk kontje, prachtige borsten, heel mooi lang haar en een lief gezichtje. Ik zou haar graag in mijn armen houden en strelen en kussen, en merken dat ze dat prettig vindt. Punt.’
‘Kan je bij die punt stoppen?’
‘Ja, verder denken wil ik niet. Dat vind ik niet netjes tegenover jou, daar vind ik je te lief voor. Oh, ik denk soms nog wel, de rest komt later, hopelijk.’
‘Dank je wel. Ik zei al, we zijn niet aan aanraken toe, maar ik gun je al wat. Durf je iets meer aan?’
‘Ik weet niet wat je bedoeld. Op het gebied van kijken?’
‘Ja.’
‘Ik zie al zoveel van je.’
‘Durf je iets méér?’
‘Dat kan toch niet?’
‘Geef toch eens antwoord.’
‘Ik geef me over. Ja.’
‘Hè, eindelijk. Het geeft eigenlijk niet, hoor, ik ben blij dat je voorzichtig bent. Goed. Een volgende keer lig jij weer op de muur, tegenover mij. Als ik naar je knipoog doe je net of je gaat lezen. Je moet je boek dus meenemen. Maar dan er nét overheen kijken. Je bent zo lief dat ik graag wil dat je naar mijn borsten kijkt. Niks stiekem, jij bent graag eerlijk, ik ook. Ik zal dan zoveel mogelijk laten zien, maar ik kan natuurlijk niets afdoen. Dat wil ik ook niet. Goed?’
‘Ik vind het wel erg snel. We kennen elkaar net een dag. Ik wil niet dat je er spijt van krijgt.’
‘Ik weet zeker dat ik er geen spijt van krijg. Er is hier toevallig geen naaktstrand, anders wist ik wel waar ik zat. Ik word graag helemaal bruin. En vóór het zover is, is er weer een dag voorbij. Ik kan me misschien bedenken, maar dat is onwaarschijnlijk. Het lijkt wel of je niet wilt.’
‘Debbie, heel graag natuurlijk. Op één voorwaarde. Dat het daarna, bij gelegenheid, wéér mag. Ik doe niet graag een stapje terug. Als je twijfelt hoeft het ook niet.’
‘De eerste keer dat ik topless ergens ging zitten, en de eerste keer op een naaktstrand, twijfelde ik. Niemand had me ooit zo gezien, wel hadden er wat aan me gezeten, dat snap je wel. Het wende snel, je bent daar niet de enige, dus val je niet zo op, wordt er niet erg gekeken. Dit is wat anders, Han. Maar ik twijfel niet. Anders had ik niets gezegd. Daarom zei ik ook niet, je mag kijken, nee, ik wil graag dat je kijkt. Snap je het verschil?’
‘Ja, heel goed. Heel erg lief van je. Het belangrijkste vind ik dat je het graag wilt. Dat zegt me heel wat.’
‘Ja, en als borsten konden spreken zou je nog meer horen.’
‘Meid toch. Ik zal heel graag naar ze kijken.’
‘Fijn.’
Ze deed met één vinger haar bovenstukje in het midden iets naar voren en keek erin.
‘Jullie moeten nog even geduld hebben. Morgen mogen jullie waarschijnlijk naar ome Han kijken.’
Han bulderde van het lachen, iedereen in de buurt keek even op.
‘Debbie toch. Alsjeblieft, ander onderwerp. Zeg, wat voor werk doet Bibi?’
‘Directiesecretaresse. Ze is via een uitzendbureau begonnen. Bij het tweede baantje trof ze een puinhoop aan. Een eenmansbedrijf, met een directeur-eigenaar. Zeg je dat iets?’
‘Ja, genoeg. Ik ben gelijkwaardig firmant in een firma. Daar vertel ik later wel over. Zegt jou dat iets?’
‘Ja, genoeg. Ze werkt bij een speciaal glashandel. Geen gewone vensterruiten, wel scheve, voor scheefgezakte monumenten. Verder alles wat abnormaal is in glas. En speciale spiegels. Bibi werkte er net een week toen ik een spiegeltje brak. In het juwelendoosje van mijn oma. Doodzonde, honderd jaar oud of zo. Ovaal, met een schuine rand rondom. Ik zat bijna te janken, geen barst, maar een grote ster erin. Zei Bibi, geef maar mee. Dat kunnen ze op mijn werk wel, je zal geen verschil zien. Ik zei voor de gein, doe gelijk maar verkleinglas, dan kan ik iets meer zien, ook mijn haar erbij. Oma zal er niet wakker van liggen, ze ziet het toch niet. Nee, kunst, die was overleden. Bibi kwam een paar dagen later met het doosje terug. Doosje mooi opgepoetst. Ja, zei Bibi, alles wordt zonder vingerafdrukken afgeleverd, dat heb ik ze gauw geleerd. Het zijn heel goede vaklui, kijk maar aan de binnenkant, maar het waren smeerpoetsen. Ze gaan zich zelfs netter kleden, er heeft daar nog nooit een vrouw rondgelopen. Het spiegeltje zag er niet opvallend nieuw uit, wel schoon. Met een zelfde schuine rand. En ik kon mezelf zien van boven aan mijn hoofd tot eh mijn beha. Ja, zei Bibi, één specialist heeft bij zijn dochter opgemeten hoe veel verkleining het moest zijn. Ik jank niet gauw, toen bijna weer. Ik heb een grote taart gebracht. Bloemen vreten die lui niet.’
‘Wat vertel je mooi.’
‘Ik heb nog een mooi doosje, maar dat gaat je niet aan.’
‘Juist. Ga maar verder met Bibi’s werk.’
‘Zeker weten?’
‘Ja. Maar ik kom er een andere keer op terug. Omdat jij er zelf over begonnen bent.’
‘Dat mag je, dat is niet meer dan eerlijk. Bibi heeft bij die glashandel alles gereorganiseerd. Behalve het echte vakwerk natuurlijk. De hele administratie. Die had de baas in z’n eentje gedaan, maar het was hem boven het hoofd gegroeid. Dat zag hij wel in, vandaar die uitzendkracht. Hij wilde niet gelijk iets definitiefs. Na een maand kocht hij haar af bij het uitzendbureau en kreeg ze een vaste baan. Standaard salaris voor haar niveau, plus wat aandeel in de winst of zo. Na een maand kreeg ze al opslag, ze had een zooi rekeningen gevonden die nog niet betaald waren. Moet je niet denken dat ze herinneringen gestuurd had. Nee, ze had voor elke rekening gebeld tot ze de verantwoordelijke figuur te pakken had. Je kent haar amper, maar ze laat zich niet afschepen. Een heel lieve zus, maar een verschrikkelijke volhouder. Dat is wel eens lastig. Ik weet dit trouwens allemaal, omdat ik haar een keer opgehaald heb. De directeur zag me en heeft ons een uur aan de praat gehouden. Wel netjes met wat drinken erbij. Hij heeft dat uur eigenlijk alleen maar de loftrompet uitgestoken, hoe heet dat, over Bibi. Met die rekeningen ook, hij was meerdere keren gebeld over wat hij in hemelsnaam voor personeel aangenomen had. Hoe hij het met zo’n poeslieve doordrammer uit kon houden. Die vroeg liefjes of ze even na konden kijken of ze een paar oude rekeningen al betaald hadden. Er was niks binnengekomen. Dat had allang moeten gebeuren, maar iedereen maakte wel eens een foutje. Was vast niet expres. Haar directeur was het ook niet expres vergeten. Als je zei, sorry, geen tijd, mevrouw, een andere keer graag, of zo, en de hoorn erop legde, belde ze acuut weer op. Die telefoonlijnen zijn ook al niet meer wat het vroeger geweest is, zei ze dan. Of die computer moest een hekel hebben aan het woord rekening, want dan werd de lijn nogal eens verbroken. Maar dat gaf niet, zei ze, ze had een herhaaltoets op haar toestel. Al werd ze tien keer onderbroken, ze had zo weer verbinding. Als er na een paar dagen niets binnen was belde ze weer. Had ze al gebeld over die oude rekening? Oh, nou ja, een keer te veel bellen is niet zo lastig als laat betalen. En alles poeslief. Gek werden ze van haar, maar ze moesten ook lachen. Tja, er werd snel betaald. En ze kon de rekeningen die de directeur nog niet betaald had ook in één keer betalen. Die lui belde ze ook allemaal. Met excuses en dat het geld onderweg was. Die wisten ook niet wat ze overkwam. En de bevoorrading en de afleveringen, noem maar op, alles verbeterde ze. De omzet begon op te lopen, omdat alles beter liep, op elkaar aansloot. Ze moest administratief personeel en een receptioniste aannemen, zo goed ging het. Ze heeft vaak opslag gehad. Ze verdient stukken meer dan ik. En door die aandelen in de winst heeft ze een behoorlijke spaarpot. Ook stukken groter dan de mijne. Je zou het zo niet zeggen, maar zakelijk is ze berengoed. Ik gun het haar, ze werkt ook harder dan ik, serieuzer. Ik maak vaak praatjes en als ik weinig zin heb neem ik er mijn gemak van.’
‘Dat had ik inderdaad niet van haar verwacht. Ik heb haar ook weinig gesproken, en dan zegt ze nog niet veel. Kort, direct. Ik maak wel eens wat anders mee.’
‘Minder prettig?’
‘Met jou niet. Integendeel.’
‘O.K. Gauw ander onderwerp.’
Ze praatten nog een tijd over onschuldige zaken.
‘Het moet nu even genoeg zijn, Debbie. Dank je wel. Zo ging het geweldig.’
‘Je bedoelt, praten over neutrale onderwerpen? Ben je het begin vergeten?’
‘Ja, alles. Behalve niet de hele dag op elkaars lip zitten, wel hoe beter je elkaar kent hoe meer contact, en binnenkort je boven wat beter bekijken.’
‘Je bent lief. Ik ben al weg. Uit lijfsbehoud.’

Zaterdagmiddag

Voor de afwisseling gingen Han en Dolf wat eten in de snackbar in plaats van in het restaurant. Ze vroegen de meiden mee, maar die bedankten. Toen ze daarna gingen zwemmen kwamen ze er wél bij. Ze zwommen baantjes en praatten tussendoor aan de kant, twee aan twee.
‘Vertel eens wat, spelletjesfiguur?’
‘Wat? Oh, over m’n werk. Ja, dat is tenminste een onschuldig onderwerp. Na de HAVO drie jaar HBO, informatica. In het laatste jaar hebben Dolf, Simon en ik een demo gemaakt en naar spelletjesfabrikanten gestuurd. We kregen meerdere proefopdrachten. En er achteraf voor betaald. Toen hebben we een firma opgericht, dat is gunstiger voor de belasting. Ik zei al, ik ben gelijkwaardig firmant. We werken niet steeds evenveel aan spelletjes, soms aan meerdere tegelijk, maar we houden de uren bij. Dat moet ook voor de afrekening en voor planningen en zo. Zo verdelen we ook de inkomsten. Het is wel grappig, het komt bijna op hetzelfde neer als alles in drieën delen, omdat we ongeveer evenveel blijken te werken. Totdat Simon verkering kreeg was dat ook zo. Hij ziet nu maar hoeveel hij werkt, wij ook. We hebben niet te weinig of te veel werk, precies goed voor niet te veel druk of haast, op een enkele uitzondering na. En alledrie vinden dat we geen miljonair hoeven worden. Het werken is een zeer goed betaalde hobby, we zijn geen strebers.’
‘Bibi en ik hebben het er al over gehad. Jullie zijn ook geen uitslovers. Aardige jongens, de één wat vlotter dan de ander. De rest is geheim.’
‘Prima. Dan zeg ik ook niets.’
‘Prima. Wel wat meer over je werk, alsjeblieft.’
‘Je hoeft niet te smeken, hoor. Je mag alles vragen. Al krijg je niet alles.’
‘We zien wel. Of voelen wel.’
‘Houd je in. Nou ja, ik ook. Ik lokte het uit.’
‘Dat geeft niet, het houdt het gesprek een beetje levendig.’
‘Behoorlijk. Of onbehoorlijk. Wederzijdse uitlokking. Nou, dat is niet strafbaar, denk ik. Bovendien zijn we meerderjarig. Achteraf gezien, ik had vroeger wel problemen kunnen krijgen met dat gefrunnik aan meisjes van dertien of zo. Als ik dan gezegd had, ze zaten ook aan mij, had dat vast niets geholpen.’
‘Zolang je lief tegen meisjes doet zullen ze er niet over klagen. Mij hoor je ook niet.’
‘Ook niet als ik je vraag of ik een keer je ongetwijfeld mooie doosje mag zien?’
‘Dat van mijn oma?’
‘Nee, je hebt er nog één.’
‘Oh, ja, die is met me opgegroeid. Ik doe geen stap zonder. Ik zet je wel op de lijst van aanvragers. Ik zou onderhand een tribune moeten bouwen, de lijst is nogal lang.’
‘Vanaf een tribune sla ik af, dat is me te ver weg, dan maar niet.’
‘O. Je bent de eerste die me een goed antwoord geeft, de rest nam er genoegen mee. Hebbert.’
‘Nee, dat is voor daarna, graag. De aanvraag is voor kijkert.’
‘Nou zeg. Nee, ik zou niet klagen. Ik maak een nieuwe lijst. Daar sta jij dus nu als enige op. De andere lijst gooi ik weg. Goed?’
‘Ik ben zeer vereerd. Ik ga het nu weer over mijn werk hebben. Heb je wel eens een spelletje gespeeld? Op de computer? Oei, net op tijd.’
‘Maak je niet druk, ik heb geen uitlokkers nodig. Zonder klets ik al genoeg.’
‘Ja, gezellig. Heb je computerspelletjes?’
‘Wat er bij geleverd wordt. Het enige spelletje, op de computer, wat ik langer dan een paar minuten gespeeld heb, is patience. Zie je wel, ik vond al wat.’
‘Dat telde niet, dat was een herhaling. Goed. Je zal je voor kunnen stellen dat die kaarten getekend moeten worden.’
‘Logisch. Ik heb ook HBO.’
‘Neem me niet kwalijk. Zo veel slimme meiden ben ik nog niet tegengekomen.’
‘Jij verzint óók genoeg.’
‘Oh, wat erg. Hoe kan een mens een normaal gesprek met jou voeren?’
‘Dat kan niet. Ga verder. Let maar niet op je woorden, dat helpt toch niet.’
‘Eh, zo moeten ook de achtergronden in spelletjes getekend worden. En de figuren. Allemaal apart. Dan moet er voor alles geschreven worden hoe ze kunnen en mogen bewegen. Wat er gebeurt bij botsingen. Dan schrijven we een stuk om alles te controleren, we laten alles willekeurig bewegen. Als alles dan goed werkt vervangen we de willekeur door te reageren op de besturing vanaf het toetsenbord, muis, noem maar op. De plot moet er daarna ook in, reageren op gebeurtenissen, het moet ergens naar toe, een doel hebben. Bijvoorbeeld, als de hoofdrolspeler dodelijk getroffen wordt, einde spel. Of zijn volgende leven, als hij er nog over heeft. En vaak puntentellingen. Enig inzicht gekregen?’
‘Een heleboel werk, eerst alles apart, dan op elkaar aansluitend. Het moet moeilijk zijn om dat foutloos te doen.’
‘Ja, maar het is ook leuk puzzelen. Vaak laten we ‘s nachts alle computers aanstaan, met een spel, op willekeurige bewegingen. In het begin zien we dan de volgende werkdag vaak dat het fout gegaan is. Alles wordt geschreven in stukjes, veel kunnen er een volgende keer weer gebruikt worden. Niet verder vertellen.’
‘Ik zou niet weten aan wie. Overigens is dat nogal logisch, hergebruik.’
‘Ja. Dus tot nu toe vind je het al moeilijk?’
‘Ja, en veel.’
‘Dan moet je er nog even aan denken dat alles niet, zoals bij patience, in twee D, maar in drie D moet.’
‘O, bah. Knap.’
‘Och. Leuk, spannend. Verder zal ik er nu maar niets over vertellen. Dat is niks voor een vakantiebabbel. Behalve dat ik wel eens gedacht heb over een pornospelletje. Andere plaatjes, andere bewegingen, veel mogelijkheden. Maar ik heb het nooit gedaan.’
‘Dat moet je ook maar niet doen, je hebt gauw een slechte naam.’
‘Ja, dat is zo. Wat we ook nog doen, is vrienden van ons, van school, helpen met computerproblemen. Op hun werk en bij ze thuis. Op afroep. Ook ‘s avonds en in het weekend. Alleen Simon vindt dat nu minder leuk, z’n verkering helemaal. We nemen het meeste van hem over.’
‘Verdient dat net zo veel als spelletjes maken? Of doen jullie het voor de lol?’
‘Allereerst voor de vriendschap. Verder hoor je nog eens wat, over het zakenleven. En we zien kinderen, praten met ze over spelletjes, heel leerzaam voor ons. We krijgen meestal beloning in natura, net wat voor zaken ze doen. Je kan het niet zo gek verzinnen, we hebben, met z’n drieën opgeteld, overal connecties. Voor die lui is in natura makkelijk, showmodellen, of licht beschadigd, of ze schrijven het ergens op af. Voor ons kantoor zijn we zo aan bureaus, verlichting, een koelkast, koffiezetapparaat en zo gekomen. En we vervangen onze computers regelmatig voor snellere, ook met korting. We hebben nog heel wat te goed. Niet dat dat op papier staat, maar het is wel zo.’
‘Dan heb je meer contacten dan ik. Bedankt. Voorlopig weet ik genoeg. Andersom komt ook een keer. Goed?’
‘Natuurlijk. Even zwemmen?’
Ze zwommen rustig baantjes heen en weer, gingen daarna naar hun eigen plek op het terras terug.

Zondagmorgen

De volgende morgen begonnen ze na een uurtje weer hetzelfde als de dag ervoor, alleen met Han op de muur.
‘We hebben geluk, meid, het is iedere dag schitterend weer. Je wordt mooi bruin.’
‘Ja, maar helaas niet overal. Dat zie je misschien ooit eens.’
‘Mejuffrouw, ik verwacht dat onze kennismaking zo goed en voortvarend blijft verlopen als tot nu toe. Daarom heb ik ook alle hoop, dat ik je onderdelen, die nu fatsoenshalve ingepakt moeten blijven, ooit eens zal zien. En er alles mee mag doen wat we er samen mee willen doen. Ik sta beslist op wederkerigheid. Ik kan, en wil, zelf ook nog niet uitpakken. Ik heb gronden, gezien mijn verleden, dat je geen reden zal hebben om dan teleurgesteld te zijn. Tenminste, niet over het aanzien en aanvoelen. Met het volledig gebruik heb ik geen ervaring. Maar dat zal je niet erg vinden. Dat heb je met jouw onderdelen ook niet.’
Ze zat hem een tijd stomverbaasd aan te kijken.
‘Dat heb je ooit gelezen, denk ik. Heb je dat uit je hoofd geleerd?’
‘Ja, zo ongeveer, alleen een beetje aangepast. Wat eh netter.’
‘Nou, ooit vertel je maar eens wat je precies denkt, ik houd wel van een eh slaapkamerstijl. Het was wel duidelijk. Heel lief van je. Poe, even bijkomen.’
‘Zo lang je maar nodig vindt. Je mooie ogen hebben nu een lief slaapkamerstandje. Dan neem ik ondertussen graag nog een voorproefje, voordat ik wat ga lezen. Oh, daarvoor heb ik nog wel een signaal nodig.’
‘Je praat heel rustig, Han. Je ziet er ook niet ongeduldig uit.’
‘Dat ben ik ook niet. Hooguit nieuwsgierig. Maar je zei het zelf ook al, tijd zat. Liever heel langzaam heel goed, dan snel en spijt krijgen.’
‘Ik krijg hier geen spijt van. Ik heb op naaktstranden gezeten. En jij bent fatsoenlijk en lief. We doen het heel langzaam. Of je het heel goed vindt mag je straks zeggen.’
Ze gaf hem een knipoog.
‘Pak je boek maar.’
Hij knipoogde terug, pakte zijn boek, deed of hij de bladzij opzocht waar hij gebleven was en keek net over het boek heen naar het bovenstukje van haar bikini en, voor zover mogelijk, erin.
‘Liefje, afgezien hoe het, of beter gezegd ze, eruit zien, het kijkt wel heerlijk rustig.’
‘Mooi.’
Hij keek even naar haar op en glimlachte.
‘Ja, mooi. Straks meer.’
‘Straks ga je er meer over zeggen, bedoel je?’
‘Ja, ik zoek nog naar woorden.’
‘Je mag er ook meer van zien.’
Ze deed haar bovenstukje wat losser. Na twee tellen keek hij haar aan.
‘Debbie, ik kan bijna net zoveel zien als wanneer je het af zou doen. Weet je dat?’
‘Ja, dat weet ik. Weer vast doen?’
‘Nee, niemand die het verder ziet. Ik ben erg blij dat je zo vrij bent. Ik houd niet van moeilijk gedoe van meiden. Die zich gedragen alsof ze een wereldwonder zijn, in plaats van dat ze ook alles maar toevallig meegekregen hebben. Ik had nooit gedacht dat ik een echt wereldwonder tegen zou komen.’
‘Zo erg hoef je nu ook weer niet te overdrijven.’
‘Ik ga weer naar je grote blote borsten kijken, stuk.’
Hij keek rustig, af en toe ook naar haar op, glimlachte dan. Tot ze haar bovenstukje weer strakker vastmaakte.
‘Zullen we weer verder praten, Han?’
Hij legde zijn boek neer, en ging haar weer aankijken zoals eerder, met af en toe een blik naar beneden.
‘Ja, prima. Dank je wel, lieve Debbie. Kreeg je het koud? Of warm?’
‘Warm. Je keek zo lief. Je mag vaker kijken. We zien steeds wel hoe lang. Jij mag ook stoppen als je het eh warm krijgt.’
‘Ik heb weinig problemen. Ik geniet, zoals van een prachtig schilderij. Plus van dat het mag, en vooral dat je het graag wilt. Daar ben ik nu van overtuigd, anders had je het niet zo lang volgehouden.’
‘Dank je. Ik wil niet te direct zijn, maar ik weet zeker dat je snapt waarom ik het graag wilde, van jou.’
‘Ja, ik ben er ontzettend blij mee. Ik zal ook niet direct zijn, het is wederkerig. Mag ik commentaar leveren op wat ik gezien heb? Positief, natuurlijk. En eerlijk.’
‘Ja, dat mag je. Ik verwacht niet anders dan dat je eerlijk bent. Wat betreft het positieve, ik heb ze zelf vaker gezien, en van anderen, dus heb ik er zelf geen negatief oordeel over. Ik ben erg tevreden dat ik zo netjes bedeeld ben. Puur natuur. Ik heb geluk gehad. Het enige wat ik zelf kan doen, en ook doe, is goed onderhoud plegen, sporten en zo. Ik ben benieuwd naar je commentaar.’
‘Ik ben niet zo’n deskundige, hoor. Meer een liefhebber. En heel speciaal van deze, omdat ze van jou zijn. Ik heb ze eh, ja, praktisch helemaal gezien. Dank je wel voor de extra moeite die je daarvoor gedaan hebt. Je hebt wel lef, zeg.’
‘Helemaal niet. Het liefst had ik het bovenstukje afgedaan. Gelijk al, maar zeker na een minuut, omdat je zo lief keek. Je kreeg in het begin even heel grote ogen. En na die minuut weer even. Ga verder.’
‘Ja. Je hebt schitterende borsten. Qua grootte en vorm. Ik was altijd verbaasd over het moois dat meisjes hadden. Nu helemaal. Neem me dat, altijd, niet kwalijk, gebeurd is gebeurd. Ik was vroeg al nieuwsgierig, ze vielen zo op, en zoiets had ik zelf niet.’
‘Ik neem je niets kwalijk. Ik was ook vroeg nieuwsgierig. Ik had niet zo’n grappig slangetje. Later ontdekte ik eh bijna alle mogelijkheden.’
‘Hopelijk leren we elkaar ooit alle mogelijkheden, van ons allebei. Nou, ik was ergens anders over bezig. Ik was altijd verbaasd, er kwam altijd zo veel mooiers tevoorschijn dan ik verwachtte, onder kleding komen ze niet goed uit. Ze staan heel goed bij je, ik bedoel, ze maken je figuur volmaakt. Ik zei al eerder iets over die Lara, die is niet volmaakt, die heeft te grote borsten. Wat betreft het letterlijke staan, ken je de potloodtest?’
‘Ja, optillen, potlood er precies onder tegenaan, loslaten. Als het potlood valt, ben je geslaagd. Heb je geen hangers. Dat woord kan je rustig noemen, hoor. De laatste keer dat ik de test deed, slaagde ik. Nu vast nog.’
‘Ja, toen je je bovenstukje wat losser deed veranderden ze niet. Dus geen hangers.’
‘Maar, het zal hopelijk nog even duren, kinderen krijgen en borstvoeding geven spelen ook een rol, ooit zak ik voor de test.’
‘Zo gaat dat helaas. Het is wel stom als je daar problemen mee hebt, dat hoort bij ze. Ik zou het niet erg vinden als je een beetje hangers had, hoor. Ik zou ze wel optillen. En als je op je rug ligt maakt het ook niets uit. Ik ga maar verder. Het laatste. Je hebt ook mooie tepeltjes, ze staan hartstikke leuk. Ook precies de goede grootte. Je zei, dat je na een minuut je bovenstukje uit wilde doen. Ja, toen kreeg je het al warm, je tepeltjes werden groter, schitterend. Wie heeft er hier problemen, hè? Heel fijn dat je het daarna nog zo lang volgehouden hebt.’
‘Ja, ik had beloofd dat je lang mocht kijken, dus geen, kiekeboe, gezien, poppenkastje dicht. Dank je wel voor je prachtige commentaar. Wil je nu weer omruilen met Bibi?’
‘Ja, ik wil ook even bijkomen.’
Hij stond op.
‘Ja, ik zie dat je bij moet komen. Toch ook een beetje problemen?’
‘Nee, ik heb geen probleem. Wel een beginnende eh’
‘Erectie. Dat vind ik toch wel fijn. Dan werkt dat in ieder geval zoals het hoort.’
‘Ja, dat is niet helemaal tegen te houden. Ik ben niet van steen.’
‘Of ander materiaal. Ik vind etalagepoppen een beetje lastig aan te kleden. Die bobbel mag niet te groot maar moet ook niet te klein zijn. Meestal vul ik toch iets op, dat vind ik leuker. Je hebt ook een leuke, nu zeker. Lazer nu maar op, voor het nog leuker wordt.’

‘Debbie, waarom gingen jullie lezen, het is toch de bedoeling om een praatje te maken? Elkaar te leren kennen? Volgens mij keek hij over zijn boek heen. Je weet dat je nogal inkijk hebt. Hij heeft er toch een keer eerlijk wat van gezegd?’
‘Ja, hij keek over zijn boek, maar ik gun hem wel wat.’
‘Dat geloof ik best, maar waarom probeerde je dan je bovenstukje wat strakker te doen? Het lukte niet, het ging losser zitten.’
‘Ik dééd het losser. Het lukte wél.’
‘Meid, volgens mij kon hij zelfs je tepels zien.’
‘Dat was ook de bedoeling. Dat lukte ook. Ik heb het hem niet gevraagd, maar hij zei het zelf. Dat durft hij gelukkig. Daar ben ik zo blij mee, dan weet ik wat hij denkt.’
‘Hoe kan je dat nou doen? We zouden afstand houden.’
‘Hij zat toch op afstand?’
‘Je snapt me wel. Hoe durf je!’
‘Makkelijk zat. Ik zal je niet langer plagen en het uitleggen. Hij was van negentig tien afgezakt naar tachtig twintig. Dat moet je niet erg vinden, Dolf ging toch verder?’
‘Ja. Hij zit daar gelukkig nog steeds. Zo red ik het wel.’
‘Nou, ik vond het van Han erg netjes. En hij is zo lief. Ik gunde hem wat méér, en mezelf ook. Zonder elkaar aan te raken. Ik heb hem gisteren gevraagd of hij geen problemen zou krijgen als hij wat langer mocht kijken. Van dat losmaken heb ik niets gezegd. Hij zei, dat hij alleen uit bewondering graag naar me keek, niet als seksobject. Nou, aan zijn gezicht kon ik niet zien dat hij problemen kreeg. Verder kon ik het niet direct controleren, hij lag op z’n buik. Maar toen ik met mijn showtje stopte en voorstelde om met jou te van plek te ruilen, zag ik, toen hij opstond, dat het toch een beetje effect had gehad.’
‘Wel ja, waar je al niet aan denkt.’
‘Ja, en naar kijk en er over praat. We doen niets stiekem.’
‘Je hebt toch niet met hem gepraat over dat eh het effect op hem had?’
‘Natuurlijk wel. Dat, al dacht hij niet aan seks, een beginnende erectie toch normaal was. Toen het doorging, waarschijnlijk omdat we erover praatten, heb ik hem maar weggestuurd, wel vriendelijk.’
‘Ik zag het, toen hij terugkwam. Nou, ik was er niet zo verwonderd over, na die show van je. Hij heeft ook lef zeg, hij zat er geeneens mee. Liep gewoon naar ons toe.’
‘Ja, hij is geweldig, hè? Waarom zou hij er mee zitten? Die mensen hier zien we nooit meer. En voor zijn vriend en jou en mij schaamt hij zich niet.’
‘Ik denk ook niet dat Dolf en ik ons hier zouden schamen, maar dit, na twee dagen, Debbie.’
‘Ik doe niet zomaar wat, zus, ik wil alles wel onder controle houden. Hij zei gisteren ook nog dat hij me wel graag lief zou willen strelen en ooit nog meer, maar daar wilde hij uit respect voor mij niet aan denken. Nou, als jij nog twijfels had gehad, wat had je dan gedaan?’
‘Ik was er nooit aan begonnen, maar ik begrijp je nu. Je hebt ook lef, zeg.’
‘Nee, dit was geen lef. Dat is de eerste keer op een naaktstrand of topless ergens zitten en iedereen naar je te laten kijken. Dat heb ik al gedaan, dat weet je. Het is even wennen, maar het valt mee. Vooral als je je benen bij elkaar houdt. Dit was een lieve jongen een beetje naar me laten kijken. Hij deed het geweldig, af en toe keek hij naar me op en glimlachte lief. Ik vond het heerlijk. Maar stel je gerust, daar blijft het bij. Eigenlijk alleen maar omdat ik niets anders kan verzinnen. Het was even geen praten, maar hij heeft me wel een beetje beter leren kennen.’
‘Je bent erg ondeugend. Maar je bent boven de achttien, dus zal ik niets verklikken.’
‘Dat heb je nooit gedaan. Nog bedankt, lieve zus.’
‘O. Dank je. Maar houd je alsjeblieft voorlopig verder in, ook met praten.’
‘Dat probeer ik, maar dat valt niet mee. Hij is óók zo openhartig, daardoor lokken we soms wat eh ondeugende praat bij elkaar uit. Maar we redden het nog wel een tijd. Jullie vast ook.’
‘Ja. Het gaat heel fijn. We praten nu ook over persoonlijke dingen. Het begint op verkering te lijken, maar dat zeg ik hem niet. Veel te vroeg.’
‘Ja, vind ik ook. Nou, ik ga weer wat lezen. Afkoelen. Ik kreeg het warm van zijn kijken. Alsof hij me toch streelde. Maar dat komt denk ik nog wel. Later, in Nederland. We zien wel.’
‘Ja. Volhouden. We moeten maar niet meer dan twee keer per dag een uur praten.’
‘Ik ga niet op de klok kijken, hoor.’
‘Nee, wie van ons het eerst denkt, het is nu lang genoeg voor mijn gemoedsrust, maakt er maar een eind aan. Dolf zou dat ook wel eens kunnen doen.’
‘Ja? Nou, Han daarnet niet. Hij keek op z’n dooie gemak naar mijn borsten totdat ík het te warm kreeg en er mee stopte.’
‘Houd nou je mond maar. Lezen.’
‘Ja, verstandige grote zus. Jij mag Dolf nu al wel héél aardig vinden, als je het goed te pakken krijgt weet ik nog niet wat je gaat doen.’
‘Stil. Lezen.’
‘Wat had je gedaan als er hier topless gezeten werd?’
‘Als ik het van tevoren geweten had was ik niet met je meegegaan. Anders had ik, na een minuut of vijf, meegedaan, denk ik. Ik was vast niet ergens anders gaan zitten, dat had jij van mij ook niet hoeven doen. Ik heb wel kleinere dan jij, maar geen lelijke. Ik had wel eerst een tijd plat op mijn buik gelegen om te wennen. Ik moet altijd al wennen als ik een tijd niet in badpak gelopen heb. Dat gekijk van jongens naar je borsten en tussen je benen. Dan ben ik net zo lief plat en geen bobbeltje in mijn broek.’
‘Doe niet zo stom, zeg. Dan zou je helemáál opvallen. Ik kan het weten. Ik had zulke beneden platte etalagepoppen, géén gezicht. Ik bedoel, het zag er niet natuurlijk uit. Ook meestal te kleine borsten. Die poppen heb ik eruit laten gooien en na wat gezoek betere gekocht. Met bobbeltje en normale borsten. Zoals jij, perfect. Ik heb je dat nooit zo duidelijk gezegd, maar je mag er wezen, zus. Goed. En als je die poppen dan een beetje opmaakt zien ze er bijna levend uit. Je weet het, ik heb met mijn etalages al prijzen gewonnen. Goede vaklui zien, na enige moeite, wat ik allemaal uithaal. Het zit in de details. Soms dus in een bobbeltje. Nou, laat maar rustig naar je kijken, je mag zo in mijn etalage staan. Ik ben wel blij dat ik boven en onder net iets meer heb, eigenlijk iets te veel, ik zou mezelf niet in een etalage zetten. Maar ik geniet als ik net iets meer aandacht krijg. Of trek. Ik doe ook zo klein mogelijke bikini’s aan.’
‘Ja, dat weet ik. Maar wat jij net gedaan hebt, was anders. Privé naar je laten kijken. Oef.’
‘Goed. Ik stop wel, als jij het nu te warm krijgt.’

‘Han, ik ben niet achterlijk. Ik was wel heel fijn met Bibi aan het praten, maar ik zag jullie ook wel. Volgens mij deed Debbie haar bovenstukje losser om je nog meer te laten zien dan ze normaal al doet. En je wist dat ze dat zou doen, daarom gingen jullie zogenaamd lezen. Het was wel onopvallend, hoor, ik denk niet dat anderen het opgevallen is.’
‘Wat een meid, hè? Ze had me gisteren gevraagd of ik wat langer wilde kijken. Ze gunde me wat, zonder haar aan te raken. Van dat losmaken had ze niets gezegd. Als we praten is ze al behoorlijk openhartig, hier schrok ik ook weer van. Ik kon haar borsten hélemaal zien. In één woord, schitterend. Ik heb er al heel wat gezien en vastgehouden en zo. Heel mooie, groot en klein. Dat maakt me trouwens niet veel uit, behalve als ze veel te klein of veel te groot zijn. In het eerste geval voel ik niet of ik een echte meid beet heb, in het tweede moet ik aan koeienmelken denken. Maar bij Debbie? Het fijnste is, dat het mag, dat ze het zelf graag wil, dat ze het aanbood omdat ze me zo lief vindt. Ik weet niet wat me overkomt, zo’n heerlijke, vrije meid. En die borsten! Ze vond het heel fijn dat ik zei dat ze perfect zijn. Maar ook dat ik zo rustig en lief keek. Ik mag het vaker, als het zo uitkomt.’
‘Ik gun je het graag. Ik begin er niet aan, Bibi ook niet, dat weet ik zeker. We praten nu ook wat minder zakelijk. Het lijkt bijna verkering, zo goed gaat het, maar dat zeg ik haar niet. Veel te vroeg. We hebben over onze eerdere verkeringen gepraat. Zij heeft er ook niet veel gehad. We vonden al gauw dat ze niets voorgesteld hadden, omdat we nu al fijner met elkaar omgaan dan met die paar eerdere zogenaamde verkeringen. Ik zit te genieten. Ook als ze er achterkomt dat ze er wat openhartigs uitgegooid heeft, dan bloost ze een beetje. Ze is niet gewend lang met een jongen te praten. Nou, ik niet met een meisje. Maar het gaat steeds beter.’
‘Mooi. Doorgaan, zo.’
‘Doe ik.’

Zondagmiddag

Debbie kwam, na een soepel sprongetje van de muur, naar de jongens toe lopen.
‘Dolefie, heb je er bezwaar tegen om met mijn zus te gaan kletsen?’
‘Geen bezwaar.’
‘Doe je wel voorzichtig, maar niet té, met haar? Ze is veel netter dan ik, maar minstens zo geïnteresseerd als ik in heel lieve jongens. Nou, op dit moment eigenlijk maar één. Net als ik.’
‘Han, gaat ze zo de hele dag door?’
‘We zijn nog niet de hele dag bij elkaar, dus dat weet ik niet. Wel vaak als we samen praten. Als je iets niet bevalt zeg je maar tegen haar, bemoei je met je eigen zaken, Debbie.’
‘Bemoei je met je eigen zaken, Debbie.’
‘Prima, als je maar opmietert.’
‘Sterkte, Han.’
Dolf vertrok richting Bibi, Debbie ging op zijn stoel liggen. Han glimlachte even naar Debbie.
‘Ik zou me graag de hele dag met jouw zaken bemoeien.’
‘Poe, lieve jongen, we zijn nog niet de hele dag bij elkaar. Je bent erg optimistisch. Ik wilde dit even opmerken, verder ga ik er niet op in. Ik was, denk ik, niet op mijn best tegen Dolf, door dat lange fatsoenlijke wachten. Ik heb niet op jullie gewacht, ik was het zat.’
‘Wat zei je, direct na, poe?’
‘Eh, Han, zullen we een praatje maken? Of ben je niet in me geïnteresseerd?’
‘Zucht. Minstens zoals Dolf in Bibi. Vertel eens wat, mooie vrouwelijke etaleur.’
‘Wat? Oh, over m’n werk. Ja, dat is een onschuldig onderwerp. Na de HAVO ook drie jaar HBO. In de laatste anderhalf jaar ook drie stages van een paar maanden. Één in Londen, dat weet je al. De begeleiding was niet zo goed, die zaken hadden één etaleur en plek voor één stagiair. Ze zouden het liefst met twee goedkope stagiairs werken, maar dat gaat niet. Als er geen etaleur is, voor de begeleiding, krijgen ze geen nieuwe stagiair. Ik had weinig begeleiding nodig, dat wordt straks duidelijk. Voor het eind van de opleiding ben ik naar een baan gaan zoeken, wat me aangeboden werd vond ik niets. Te ver weg, te kleine zaak, noem maar op. Ik ben niet gauw tevreden. Daarom loop ik ook nog los rond, daar heb jij misschien geluk bij. Ik dwaal af. Om het niet te lang te maken, ik ben in de zaak waar ik nu werk naar de personeelschef gegaan. Ik heb hem verteld dat ik de etalages een zootje vond en dat hij het maar eens met mij moest proberen. Hij moest me één etalage geven, de afdeling noemen die wel wat aandacht kon gebruiken en de omzet daarvan. Ik verwachtte één dag nodig te hebben voor de planning en twee dagen om de etalage in te richten. Maar ik wist het niet zeker, zo’n grote etalage had ik nog niet in m’n eentje gedaan, ik wist de afdeling nog niet en wat voor etalagemateriaal ze hadden. Maar goed, aan het eind van de week daarna moesten we weer naar de omzet kijken. Als die méér dan tien procent omhoog was gegaan moest hij me aannemen. Voor ná de vakantie, die wilde ik wel hebben, afgezien van die etalage inrichten. Hij ging akkoord. Ze hadden een etaleur die het jaar erop met pensioen zou gaan. Als het lukte en ik wilde zo lang met die oude samenwerken zou hij me aannemen. Dan hoefde hij ook niet op zoek. Nou, na die twee weken twaalf procent meer omzet in die afdeling. Ik was apetrots op mezelf, en blij dat de gok gelukt was.’
‘Dat kan ik me voorstellen. Fijn, joh. Hoe doe je het?’
‘Ik zal je een voorbeeld geven. Ik zet in een etalage keurig een hoop schoenen neer. Ik werk een beetje met verhogingen, natuurlijk, alles op dezelfde hoogte is geen gezicht. Maar dan zet ik, iets naast het midden, één schoen achterstevoren. Nou, dat wordt gezien, er wordt dan langer naar de schoenen gekeken. En er komen mensen naar binnen om te drammen over die schoen. Mooie gelegenheid om ze er een paar aan te smeren. Zo werk ik. Maar meestal met iets minder opzichtigs dan een schoen achterstevoren.’
‘Knap. Niet alleen vakwerk, ook intuïtie, of zo.’
‘Ja. Ik was thuis al vroeg bezig met verfraaien. Ik heb een goede opleiding gehad. Er werd niet zo uitgebreid overal op in gegaan, dat kon ook niet in drie jaar, inclusief stages, maar achteraf heb ik gemerkt dat alle mogelijkheden kort behandeld zijn, om je op weg te helpen. Zoals, ik ben naar de boekhouding gegaan. Na wat strubbelingen, nou ja, wat manipulatie, je weet al een beetje hoe ik kan kletsen, kreeg en krijg ik wat ik hebben wil. De omzetcijfers, ook in grafieken, van alle afdelingen. Met wat, volgens hun, de oorzaken zijn van pieken en dalen. Uitverkoop, feestdagen en zo. Die bekijk ik, en beslis aan de hand daarvan hoeveel strekkende meter een afdeling krijgt in de etalages. Welke afdeling aandacht nodig heeft en welke met wat minder afkan. Er zijn niet genoeg etalages voor één per afdeling. Dat is niet erg, verplicht één per afdeling zou ook saai worden. Nu is het leuk puzzelen om ze goed te combineren, niet alles past in één etalage naast elkaar. Of door elkaar. Beha’s niet tussen kookgerei. Dus ik puzzel ook.’
‘Fijn. Dan snap je vast beter wat ik doe.’
‘In je werk, ja. Puzzel vast maar eens uit wat we in Nederland gaan doen. Ik verdien aardig. Ik vraag ieder jaar om loonsverhoging. Dat wil de personeelschef niet, ik krijg al inflatiecorrecties en zo. Dan zeg ik, let maar eens op die en die afdeling. Dan verpruts ik die etalage. Dat ziet hij binnen een week aan de omzet. En krijg ik mijn loonsverhoging. Dan verander ik de etalage weer. Binnen een week is de omzet weer op het oude niveau. Hij geeft eerlijk toe dat hij niet snapt hoe ik het doe, want hij kan in de etalages niets ontdekken. Maar hij ziet dus dat ik goed werk. Heerlijk.’
‘Ja. Het is heerlijk als je werk min of meer je hobby is, en alles lukt. Ik weet er alles van. Een andere keer vertel ik meer over mijn werk.’
‘Graag. Ik ben nu aan het puzzelen hoe ik meer salaris kan krijgen. Voor de lol, ik heb het niet nodig, ik heb al zat. Daarom kan ik ook makkelijk een paar keer per jaar op stap, zoals nu. Maar de personeelschef zit me altijd te vergelijken met afdelingshoofden en zo. Hoger zal hij me vast niet laten komen. Nou, qua salaris wil ik wel in de directie. Verdien jij genoeg?’
‘Ja, en wat ik overhoud gaat in de pot voor slechte tijden, als die ooit komen, en voor een zo vroeg mogelijk pensioen. Ik doe dan liever wat zonder aan geld te hoeven denken, zoals nu.’
‘Goed zo, slim jongetje. Kan je me een keer advies geven voor een goede computer en zo? Ik verzuip in de keuzemogelijkheden, ik heb niet zoveel verstand van dat soort zaken. Op m’n werk gaat het wel, daar heb ik ook een snelle verbinding met Internet. Maar thuis heb ik een afdankertje, en ik moet inbellen voor Internet, dat schiet niet op, dus het meeste daarvoor doe ik op mijn werk. Dat is geen probleem, ik mag daar ook via Internet nascholing doen, grotendeels om bij te blijven op etaleurgebied. Dan valt een beetje privé-werk niet op. Zo ben ik ook aan deze reis gekomen.’
‘Ik ook. En aan jou.’
‘Je bent nog niet aan me gekomen en nog niet aan me gekomen. Één keer een handje gegeven, nou ja, met een lief kusje, en met een frietje, dat telt niet.’
‘Je geeft maar een seintje als het mag. Ik houd me altijd aan afspraken.’
‘Fijn. Ik houd niet van onrustig gedoe.’
‘Je hebt wel precies bijgehouden hoe vaak ik je aangeraakt heb.’
‘Ja, ik bewaak mijn etalages, jou ook.’
‘Als je er maar niet van wakker ligt.’
‘Een beetje. Wat tegenstrijdige gedachten. Nou, dat gaat je eigenlijk niets aan.’
‘Debbie, ik vind het zo fijn dat je zo openhartig bent. Ik zal er geen misbruik van maken. Het bevordert wel onze kennismaking.’
‘Je bent al meer dan een kennis.’
‘Dank je wel. Vriendje?’
‘Nee zeg. Ik hoor me thuis al, paps, ik heb een vriendje. Zegt die vast, alweer? Je zou er pas weer mee bij me komen als het een keer wat serieuzer was. Hoepel op met je gescharrel.’
‘Jullie gaan aardig met elkaar om.’
‘Ja, geweldig. Ik mocht altijd op m’n kamer zitten met mijn scharreltjes. Dan hield ik het wel netjes, niks uit. Maar ze zijn nooit komen controleren. Mijn moeder vroeg wel eens, gezellig, boven? Dan zei ik zoiets als, ja hoor, daar hoef je niet wakker over te liggen. Dan knipoogde ze. Lief, hè?’
‘Geweldig. Je hebt je keurig gedragen. O, sorry.’
‘Wat? O. Het geeft niet, Han. Je mag over ons geheim praten. Dat bedoelde je toch?’
‘Ja. Daar dacht ik even aan. Omdat ik er zo blij mee ben. Omdat, ondanks ons vroegere gescharrel, er eh de mogelijkheid is dat we, hoe heet dat, ongerept een huwelijk aan zouden kunnen gaan.’
‘Met de nadruk op zouden kunnen. Je bent de eerste jongen die ik tegenkom die ook nog behoorlijk ouderwets romantisch is.’
‘Dat wist ik ook niet. Maar het lijkt me, vooral voor een meisje, heel mooi.’
‘Ik heb er nooit zo over nagedacht, in de meeste romans vind ik het er nogal klef aantoegaan, maar ik krijg zachtjes aan ook zo’n gevoel. Niet klef, zo doen we niet. Het gaat, ik kan niet anders dan, voor de zoveelste keer, fijn zeggen.’
‘Ja, fijn, Debbie.’
‘Ik wilde het bij een neutraal praatje houden, gezien ons gedrag van vanmorgen. Jij ook, met die vraag over mijn werk. Maar dat gaat bij ons niet, hè? Ik wil hier wel graag een andere keer op doorgaan.’
‘Doen we. Tot ziens, liefje.’
‘Dag, Han.’
‘Pestkoppie.’

Maandagmorgen

De volgende morgen gingen ze weer lezen, de meiden weer op het muurtje, de jongens weer op hun stoelen. Tot iedereen opschrok van een kort, hard fluiten. Han en Dolf konden ook eerst niet vinden wie er floot. Tot ze zagen dat Debbie met twee vingers naar hun wees. Zodra ze zag dat ze dat zagen, wees ze naar het zwembad. De jongens stonden op en liepen er naar toe. Debbie was ze vóór. Ze dook het zwembad in, bijna zonder water omhoog te laten spetteren. Ze kwam pas aan de andere kant van het zwembad boven, zo snel, dat ze met één soepele beweging op de kant zat, met een grote grijns. De jongens stonden even verbaasd te kijken, ze hadden haar dat niet eerder zien doen. Alleen rustig heen en weer zwemmen. Duiken was verboden, omdat het maar anderhalve meter diep was.
‘Han, als ze niet zulke mooie benen had gehad, zou het een zeemeermin kunnen zijn.’
‘Gelukkig niet, daar heb je op de lange duur niets aan. Daar mist wat bij. Bij haar niet, denk ik.’
‘Het blijft raden.’
‘Nee, ik ben niet aan het raden. Dat heb ik van me afgezet tot later. Zo is het rustiger. Voor haar ook.’
‘Heel verstandig. Ik denk er ook niet veel aan. Ik zeg er ook nooit wat over tegen Bibi. Als ik iets zeg over hoe ze eruit ziet begint ze al te blozen. Dus heb ik ook geen haast. Dat zou weinig nut hebben ook.’
‘Ja, ze houden heel lief de boot af. Kom, ik ga ook even onderzeeërtje spelen.’
Han veroorzaakte wel meer gespetter toe hij het water indook, maar de truc van in één keer de kant opschieten kon hij ook. Ze schrok toch even toen hij zo snel opdook en naast haar kwam zitten.
‘Jij zwemt dus ook vaak.’
‘De laatste jaren één keer per week, méér komt er niet van. Vroeger wel. Dolf vond je op een zeemeermin lijken, maar ik heb hem uitgelegd dat die iets anders gebouwd zijn.’
‘Wedden dat één van jullie zei dat je er daardoor minder mee kon doen, ooit, of zoiets?’
‘Ja, maar we zijn verder niet ingegaan op de mogelijkheden en onmogelijkheden.’
‘Netjes genoeg, denk ik, voor jongens onder elkaar. Ik zwem vaak, ik heb een abonnement. Ik kan er op mijn werk tussenuit wanneer ik wil. Ze zoeken me toch nooit, want ik zwerf overal, ook in het magazijn, tussen de rekken. Als ze me nodig hebben leggen ze een briefje op m’n bureau. Ik heb tot ongeveer mijn tiende, elfde, alles gedaan wat jongens ook deden. In bomen klimmen, noem maar op. Bibi zat liever te handwerken. Die is ook niet zo lenig als ik, niets aan te doen. Ik wilde later in een circus gaan werken, maar dat mocht niet van mijn ouders. Langzaamaan kwam ik erachter dat ik altijd en overal dingen leuk neerzette. Thuis ook, mams was altijd eerst boos als ik weer eens wat verplaatst had. Maar na even wennen vond ze het ook altijd mooi. Ze mopperde dan wel ‘s avonds tegen mijn vader. Die meid heeft weer al het meubilair verplaatst. Al had ik alleen maar iets op de schoorsteenmantel verschoven. Paps zei dan zoiets als, het kan mij niet schelen, als ze in een ruimte is waar ik ben vind ik het mooi genoeg. En dubbel als d’r zus er ook is. Lief, hè?’
‘Gewoon de waarheid. Hij trok je dus niet voor.’
‘Nee, vleier, geen millimeter. Daarom ben ik etaleur geworden. Maar daar hadden we het niet over. Ik heb veel moeite gehad om op mijn vingers te leren fluiten. Ik kon het niet hebben dat alle jongens dat konden en ik niet. Als ik het doe kijken ze nooit naar míj, zo grappig.’
‘Ja, we zagen ook niet gelijk wie er floot, dat verwacht je van een meisje niet. Heb je nog meer verrassingen?’
‘Je bedoelt, over mijn mogelijkheden en onmogelijkheden?’
‘Nee, ondeugd. Wat je allemaal kan, behalve fluiten en zwemmen.’
‘Ik weet het in de gauwigheid niet. Je weet al aardig wat. Dit gaat toch leuk zo, we leren elkaar langzaam aan kennen.’
‘Ja, het gaat fijn. Wil je verkering met me?’
‘Nee.’
‘Sorry, het schoot er uit. Ik had je dat op een romantischere manier moeten vragen. Mag ik het een andere keer overdoen?’
‘Ja.’
‘Zal ik wachten tot in Nederland?’
‘Ja.’
‘Zullen we doorgaan alsof er niets gebeurd is?’
‘Wat zei je? Zullen we een stukje zwemmen?’
Ze dook gelijk het water in. Ze zwommen af en toe een stuk, maar stonden of zaten het meest te praten, aan of op de rand van het bad. Ze keken niet naar het andere stel om, die deden hetzelfde. Na een tijd zwom ze naar een hoek van het bad en ging er in staan. Hij was haar op z’n gemak gevolgd, ze was er al achter dat hij sneller kon zwemmen. Hij ging voor haar staan en legde zijn handen op de rand van het bad, zo, dat ze tussen zijn armen stond.
‘Wat zal ik met je doen, zonder je aan te raken?’
‘Verder niets meer, je brengt mijn hoofd al op hol. Han, ik wil je bedanken, dat je me vroeg, al zei ik nee.’
Ze keek snel om zich heen.
‘Kijk even naar m’n topje.’
Hij snapte niet wat ze bedoelde, maar keek toch naar beneden. Ze liet zich wat zakken, tot alleen haar hoofd boven water uitstak. Ze ademde diep uit, trok haar bikinitopje omhoog, tot ruim boven haar borsten, kwam weer wat omhoog en ademde diep in.
‘Kiekeboe, een, twee, drie, gezien, poppenkastje dicht.’
Ze liet zich weer zakken tot alleen haar hoofd boven water uitstak. Ze ademde weer uit, deed haar topje weer op zijn plaats, kwam omhoog en ademde weer door, iets sneller dan daarvoor. Hij keek haar aan, geschrokken. Ze glimlachte, wachtte af.
‘Dat had je niet hoeven doen. Ik had ze al zo goed als helemaal gezien. Het is wel hartstikke lief van je.’
‘Jij was lief voor mij, al was je te haastig. Ik vond het niet erg, je deed het spontaan. Dat zei me nogal wat. Het dééd me ook wat, al schrok ik, daarom antwoordde ik zo kort. Je ving het goed op. Daarom was ik even lief voor jou. Ik ben weer benieuw naar je commentaar.’
‘Eh, hetzelfde als eerder. Heel mooi groot, heel mooi, leuke tepels, geen hangers.’
‘Dat was kort, maar duidelijk. Dank je.’
‘Poe, ik moet jou bedanken voor weer een schitterende show. Het ging zo soepel, het lijkt wel of je het dagelijks doet.’
‘Nee, dit is de tweede keer. De eerste keer was voor de langste verkering die ik gehad heb, zes maanden of zo. Weet je dat ook weer. Een maand of vier vanaf het begin, want dat jong schoot niet op. Ik was zijn eerste verkering. Het was een beetje stuntelen, maar het werkte wel. Het was een lief joch, ik wilde dat hij me ging strelen, niet alleen kussen. Helaas, het duurde niet zo lang meer voor hij amper meer wilde praten, alleen maar vrijen. Dus, einde. Daarna ben ik voor de spiegel gaan oefenen. Als ik goed uitadem gaat mijn topje makkelijker omhoog. Weer inademen, komen mijn borsten mooi uit. Pratend uitademen, en dan weer inpakken. Tot alles goed liep, de timing klopte. Ik heb het daarna bijgehouden, voor het geval dat. Ik doe graag wat met mijn eh mogelijkheden, dat heb je al gemerkt. Maar ik heb er wel voor gezorgd dat ze onbeschadigd bleven. Dat weet je ook. Ik schrok toen ontzettend. Ik ben niet zo moeilijk, maar een jongen mijn grote geheim vertellen! Ik kende je amper.’
‘Je was ook spontaan. Ik voel me niet schuldig dat ik je hoofd op hol breng. Wat denk je dat je bij míj doet, ook zonder me aan te raken? Voor een klein deel komt dat omdat je me je geheim liet weten, spontaan. Dat ik naar je borsten mag kijken. Hoe je er verder uitziet, je beweegt. Het grootste deel komt door je open, eerlijk, spontaan praten. En dan naar me kijken, geïnteresseerd, lief. Vanaf de eerste zin. Er is daar een uitdrukking voor. Je wil nog geen verkering. Prima, ik snap je wel, we doen rustig aan. Maar twijfel je er aan, dat het liefde op het eerste gezicht was?’
‘Gaat je niets aan.’
‘Mag ik het een andere keer nog eens vragen?’
‘Ja.’
‘Zal ik wachten tot in Nederland?’
‘Ja.’
‘Zullen we doorgaan alsof er niets gebeurd is?’
‘Wat zei je? Zullen we een stukje zwemmen?’
Ze lachte naar hem, dook tussen zijn armen uit en zwom weg. Ze gingen door alsof er niets gebeurd was en gingen naar hun eigen plek toen ze zagen dat Bibi en Dolf er al lagen.
 
‘Je ziet er een beetje raar uit, Bibi.’
‘Dat zal wel. Het ging fijn. Afwisselend praten en zwemmen. Ik heb niet op jullie gelet, amper gezien. Hij kwam een paar keer per ongeluk aan me. Zei dan sorry. Dat was niet erg. Maar toen kwam hij, zonet, een keer tegen mijn borst, helemaal per ongeluk natuurlijk. Ik dacht, pak me, alsjeblieft. Toen schrok ik zo van mezelf dat ik eruit gelopen ben en hier gaan liggen.’
‘Ben je daar overstuur van?’
‘Ja. Ik dacht vroeger, het moet maar, een beetje strelen is wel lekker, als het daar maar bij blijft. En nu, na een paar dagen, wil ik al méér. Niet direct hem strelen, maar met een zachte hand boven gestreeld worden. Erg, hè?’
‘Nee, meid. Het geeft aan hoe je over hem denkt. Zei hij nog wat?’
‘Toen niet, ik was te snel weg. Hij kwam naar me toe. Zei, sorry, Bibi, ik zal meer afstand houden, je bent beweeglijker dan ik dacht. Mag ik even voorzichtig wat vragen? Ik zag je gezicht. Heb ik het goed, dat je niet schrok van angst, of afschuw of zoiets? Ik vond dat zo eh geweldig van hem, dat ik zei, ik zal je het eerlijk zeggen. Ik schrok van mezelf, ik wilde iets meer. Maar het is nog te vroeg. Hij zei, dank je wel, lieve Bibi, en ging weg.’
‘Nou, toch een lieve, slimme, voorzichtige jongen?’
‘Ja. We moeten maar doorgaan alsof er niets gebeurd is. Dat doet hij vast ook.’
‘Grappig. Dat zei Han ook. Met ons is ook wat gebeurd, Bibi. Wel wat anders. Ik ben zo vaak aangeraakt dat ik het niet erg vind als hij me aanraakt, of als ik hem aanraak, per ongeluk natuurlijk. Ik zou van mijn borst aanraken niet overstuur raken, wel fijn vinden, omdat hij het is. Ik heb geen problemen om elkaar niet aan te raken. Ik heb geduld. Hij ook, dat laat hij merken. Nu moet je even niet schrikken. Je weet dat Han en ik overal over praten. We flappen er alles uit wat in ons hoofd opkomt. Hij vroeg plotseling om verkering.’
‘Meid! Wat zei je?’
‘Nee.’
‘Meer niet?’
‘Eerst niet. Hij zei toen dat hij het pas in Nederland weer zou vragen en of we verder konden gaan alsof er niets gebeurd was. Toen zei ik, wat zei je? Zullen we gaan zwemmen? Was dat voorlopig opgelost. Ik vond het heel fijn van hem, maar ik ben niet overstuur.’
‘Ik was vast gaan janken.’
‘Ik was wel geschrokken, maar ik zat er al gauw van te genieten. Even later vroeg hij, of ik twijfelde of het liefde op het eerste gezicht was. Toen ging het weer bijna hetzelfde als daarvoor. Ik zei, gaat je niets aan. Hij zei dat hij het pas in Nederland weer zou vragen en of we verder konden gaan alsof er niets gebeurd was. En ik weer, wat zei je? Zullen we gaan zwemmen? Was ook dat voorlopig weer opgelost. Vind je ook niet dat het met ons allemaal heel goed gaat, al gaat het een beetje snel? We moeten maar zo doorgaan, niet te veel contact en geen handtastelijkheden.’
‘Ja, het gaat fijn. Het moet lukken.’
‘Er zal best nog eens wat gebeuren, we hebben nog drie dagen hier. Maar alles moet, net zoals vandaag, soepel opgelost kunnen worden. Nou, ik ga weer lezen.’

Maandagmiddag

‘Han, wat is je achternaam? Niet dat het belangrijk is, maar ik wil die nu wel weten.’
‘Stevens.’
‘De mijne is Van Hove. Drie keer raden hoe mijn zus van achteren heet. Nou ja, ook van voren.’
‘Ik gok op hetzelfde als jij, aan al je mooie kanten. Maar als je het zo vraagt, je zegt wel zus, maar het zou ook een halfzus, stiefzus kunnen zijn. Of geadopteerd. Of jij. Maar ik denk een echte zus. Jullie lijken in de verte op elkaar, maar ik heb mijn voorkeur al duidelijk laten merken, denk ik.’
‘Ik heb het gemerkt, vleier. Je hebt gelijk, we zijn echte zussen. Woon je nog thuis?’
‘Ja. Ik heb een broer en een zus, allebei een stuk ouder dan ik, maar die zijn al het huis uit. Ik ben een nakomertje, maar dat heb ik nooit erg gevonden, ik had genoeg buurkinderen van mijn eigen leeftijd. Ik heb al jaren de hele zolder voor mezelf. Aan de voorkant een woonkamertje met zithoek en bureau en een keukentje. Aan de achterkant een slaapkamer en een badka- mertje, met douche en toilet. Kom maar eens kijken.’
‘Afwachten. Heb je een auto?’
‘Ja, een combi. Makkelijk voor het vervoer van computers en zo. Hoe woon jij?’
‘Nog thuis, net zoals Bibi. Verder geen broers of zussen. We hebben kamers naast elkaar, één hoog. Slaapkamer met verftafel en bureau. Geen zitje, we zitten bij paps en mams beneden in de woonkamer.’
‘Verftafel?’
‘Bibi wordt altijd een beetje nijdig als ik het zeg. Kaptafel. Maar ja, met mijn opleiding, vind ik dat ik me opmaak en zij zich verft. Ze heeft er niet zo’n gevoel voor. Nou, ze is niet de enige. Ik denk vaak genoeg, als ik andere meiden of vrouwen zie, mens, leer je eens fatsoenlijk opmaken. Maar ja, ik heb ook zat dingen die ik niet of niet goed kan.’
‘Zoals?’
‘M’n mond houden. Ik heb geen auto. Ik ga met de bus naar mijn werk, twee minuten lopen, kwartiertje onderweg, hij stopt twee minuten van mijn werk. Ik heb wel een rijbewijs. Bibi ook. We mogen altijd paps auto lenen. Of hij brengt en haalt ons. Als dat maar vóór twaalven is. Als we gebracht zijn en het wordt later dan twaalf uur nemen we een taxi terug, als we geen lift kunnen krijgen. Maar als we gaan stappen maken we het meestal niet zo laat, die tijd hebben we gehad. We willen daarna ook geen lift, we gaan niet met iedereen mee.’
‘Heel verstandig. Niet zo woest meer?’
‘We worden een dagje ouder, hè? Nee, de lol is er een beetje af, de muziek is niet leuk meer, te hard en te eentonig gebonk. En we ziet er niet veel leuke jongens. Ik weet niet waar ze uithangen. Daarom gaan we een paar keer per jaar op vakantie. Daar zien we vaak wel leuke. Maar tot vóór deze vakantie niet leuk genoeg.’
‘Dank je. Ik ga ook niet zo veel meer uit. Zelfde reden. De muziek en niet het goede soort meiden voor me. Tijdens vakanties hetzelfde als bij jullie. Vóór deze vakantie ook niet leuk genoeg. Zeg, we zijn wel verder dan elkaar leuk vinden, hè? Al meer dan aardig, heel aardig. Vreselijk aardig. En lief. Héél lief.’
‘Stop maar. Ik wil dat niet zo precies bepalen. Ik verpraat me al genoeg. En het maakt op dit moment niet uit, dacht ik.’
‘Een beetje wel. Je denkt vast af en toe, stoppen of doorgaan.’
‘Nee.’
‘Je bent zo schattig. Je zei ook pas stop na héél lief. Dus ik denk dat we daar in ieder geval zijn. Dank je. Eigenlijk had je me door moeten laten gaan en ergens, stop, één stap terug, moeten zeggen. Zouden Bibi en Dolf ook eh er zo over denken?’
‘Eerst even dit. Je wilde zeggen, ook zover zijn.’
‘Nee. Eh, ik wilde niet zeggen zo verliefd zijn.’
‘Hé, dat is niet eerlijk, je expres verspreken, ik heb je wel door, hoor. Ik denk dat ze ongeveer eh net zo gek zijn op elkaar, ja, dat gaat wel, als wij. Ik weet natuurlijk méér dan jij omdat ik met Bibi praat en jij met Dolf. Maar ze praten serieus, wel overal over, maar neutraler. Geen woordspelingen, weinig complimentjes. Bibi zegt, ik hoor genoeg tussen de regels door, en ik zie hoe hij naar me kijkt. Daar heeft ze voorlopig genoeg aan.’
‘Dan weet ik ongeveer net zo veel als jij, tenminste, wat je zegt, niet wat je weet. Ik merkte dat je moeite deed om je niet weer te verspreken. Lief, hoor.’
‘Jij gooit er wel vaak zulke kreten tussendoor.’
‘Ja. Toch doe ik moeite om het niet te gek te maken, eh, lieve meid.’
‘Ik weet het. Ik hoor ook genoeg tussen de regels door, en ik zie hoe je naar me kijkt. Een graad of twintig warmer dan Dolf naar Bibi.’
‘Ja, die houdt zich in. Anders bloost ze, zegt hij.’
‘Juist.’
‘Ik houd meer van gesprekken zoals wij hebben. We hebben een hoop lol, maar evengoed zijn we serieus. Al houd ik me ook wat in.’
‘Ja, heel mooi. Dank je voor het je inhouden. Heb je nog andere hobby’s dan je werk?’
‘Zeilen. Ik huur af en toe een boot, vroeger heel vaak. Op de Loosdrechtse Plassen. Ik ben een keer op de Kralingse Plas geweest, ook andere plekken, maar Loosdrecht bevalt me het best.’
‘Lijkt me leuk.’
‘Hierbij ben je alvast van harte uitgenodigd. Net zoals om op mijn verdieping te komen. Eh kijken.’
‘Dank je, ik zal het onthouden.’
‘Ik nodig alleen jou uit, hoor. Niet samen met Bibi en Dolf.’
‘Is dat niet gezelliger? Die boten zijn vast groot genoeg.’
‘Ja, dat wel, en gezelliger, tot een bepaald punt. Ik wil met jou ook rietzeilen, dat doe ik liever met z’n tweeën.’
‘Daar heb ik van gehoord. Zit je dan niet te kijk?’
‘Dat valt wel mee, als je een uithoek zoekt. Die boten hebben een hoge rand. Zelfs als je op elkaar ligt zien ze je pas als ze vlakbij zijn, en dan heb je ze al gehoord. Niet erg trouwens, ze komen daar met hetzelfde doel. O, ik zeg niet dat het mijn bedoeling is om dan op je te liggen.’
‘Dan, hè? Je houdt alle mogelijkheden open. Nou, als je tegen die tijd die bedoeling niet hebt, wil ik misschien geeneens mee.’
‘Meid toch. We zien wel. Ik pas me graag bij je aan.’
‘En er in eh, is het pas tegen de zomer goed weer voor zeilen?’
‘Ja, als ik bij jou er in eh geslaagd ben om met je te mogen vrijen, moet het niet te koud zijn. Zoiets is niet leuk als je dik aangekleed bent.’
‘Nee, bah. Ik weet niet precies wat je met vrijen bedoelt, maar daar hebben we geen boot voor nodig. Je weet, ik mocht altijd op m’n kamer zitten met mijn scharreltjes. Ik kan de deur op slot doen, maar ze zijn nooit komen controleren. En het is er warm. Het wordt er misschien bloedheet. Ho maar.’
‘Ik hoop dat ik in de nabije toekomst van harte uitgenodigd word.’
‘Dank je, ik zal het onthouden. Níet van harte nodig ik niemand uit, natuurlijk.’
‘Nee, dat snap ik wel.’
‘Met wie heb je in het riet gezeild?’
‘Met scharreltjes. Van school of uit de buurt.’
‘Ook erop?’
‘Nee, alleen eraan. Ze konden geen kant op, maar dat wisten ze van tevoren. Dan weet je dat vast. Dat mag ik dan toch wel demonstreren?’
‘Ik denk het wel. We zijn weer bezig, hè?’
‘Ja. We praten over scharrelen en vrijen en zo, Debbie, maar eigenlijk praten we over wat we voor elkaar voelen, wat we willen.’
‘Zoiets, ja. Ik wilde vanmiddag alleen je achternaam weten, verder had ik niets verzonnen. Maar het gaat vanzelf, met jou. Je bent erg gezellig.’
‘Jij ook, onder meer. Tja, je kan iemand wel aardig vinden, er mee kunnen praten is wat anders.’
‘Er mee wíllen praten is al een verandering voor me.’
‘Ja, daar had ik vroeger ook niet zo’n behoefte aan. Als het maar goed aanvoelde.’
‘Als zé maar goed aanvoelde.’
‘Dat ook. En als ze maar goed aan míj voelde. Nou, nou. Ik bedoelde, als het er maar lief aan toe ging. Met lieve kusjes beginnen, dan voorzichtig strelen. Niet gelijk tussen de benen grijpen.’
‘Nee, dat is niet de bedoeling. Maar ik kan me wel voorstellen, houd je vast, ik word romantisch, dat als je veel van elkaar houdt, er omstandigheden kunnen zijn, dat als je elkaar aankijkt, je de kleren van je lijf gooit en gaat vrijen, zonder eh voorspel. Omdat je zo graag heel snel heel intiem wilt worden. Zo dicht mogelijk bij elkaar, je helemaal geven. Kijk me niet zo aan, het voorgaande is niet van toepassing.’
‘Helemaal niets ervan?’
‘Eh, ik zit nog vóór het stadium van lieve kusjes en voorzichtig strelen.’
‘Juist.’
‘Ik ga maar weer eens de muur verfraaien. Ik kreeg een seintje van Bibi.’
‘Dat heb ik niet gezien.’
‘Ten eerste, zulke seintjes zien jongens niet. Ten tweede, het is je maar geraden ook, je wilt me toch niet laten denken dat je meer naar haar kijkt dan naar mij?’
‘Ten eerste, dat doe ik niet. Ze is lief, en leuk, maar voor míj haalt ze het láng niet bij jou. Het is hartstikke fijn dat Dolf het omgekeerde over jou en Bibi denkt. Ten tweede, je weet heel goed dat ik steeds naar jou kijk, ook alles van je bekijk wat er te zien is. Zal ik vertellen hoe ik dat weet?’
‘Eh, ja.’
‘Omdat je je ene been wat omhoog doet om mijn uitzicht te bederven als ik iets te lang naar het heuveltje in je broekje kijk.’
‘O. Ja, klopt. Waarom doe je dat dan ook?’
‘Niet omdat ik bijgedachten heb. Als ze bij me opkomen, wat je me niet kwalijk kan nemen, ga ik aan wat anders denken, of even rondkijken. Nee, omdat je het gehad hebt over het opvullen op bepaalde plekken bij etalagepoppen. Je zei, die bobbel mag niet te groot, maar ook niet te klein zijn. Meestal vul ik toch iets op, dat vind ik leuker. Jij hebt ook een leuke, vast niks opgevuld.’
‘Dank je wel. Ik mag wel even bijgedachten hebben, hè? Ze zijn eh nogal openhartig. Ik wil je alleen laten merken dat ik nergens bang voor ben, om het daar maar bij te laten.’
‘Omdat we erg openhartig zijn, durf ik te zeggen dat we niet veel openhartiger kunnen worden dan we al geweest zijn.’
‘Heel netjes gezegd. In plaats van, meid, ik weet al dat je maagd ben, dus kan je alles vertellen.’
‘Dat vind ik niet fraai. Trouwens, er zouden dingen kunnen zijn die je nog steeds liever niet zegt.’
‘Ja, zoals hoe ik precies over je denk.’
‘Ja, jammer. Maar doe maar rustig aan. Goed, wat had je voor openhartige bijgedachten?’
‘Misschien mag je, en wil ik, dat jij me t z t daar opvult.’
‘Ik weet dat jonge meisjes hun behaatjes wel opvullen met zakdoekjes. Maar ik ga toch niks in je broekje stoppen? Ik zou ook niet weten wat.’
‘Dan zal ik geen broek aanhebben. Jij ook niet.’
‘Wat? Oh, meid, mieter op.’
‘Ik ben al weg.’
‘Wacht even, tot er niemand langs loopt.’
‘Ben je bang dat ik tegen iemand opbots?’
‘Nee, dan zie ik je kontje niet zo leuk schudden.’
‘Nou, vooruit, omdat dat een wat onschuldiger onderwerp is zal ik extra schudden. Tot de volgende keer.’
‘Heel graag, schoonheid.’

Dinsdagmorgen

‘Je hebt je boek niet bij je. Geen interesse meer in bepaalde zaken?’
‘Ik heb zeker interesse in bepaalde mooie zaken. Ik pak het even.’
Hij liep vlug heen en weer.
‘Debbie, ik wilde niet dat je zou denken dat ik ergens op rekende. Ik heb wel gezegd, liever geen stapje terug, maar je moet je nergens verplicht toe voelen.’
‘Dank je. Het lijkt me trouwens niks, je maar één borst laten zien.’
‘Nee, twee lijken me heerlijk, als toetje na het ontbijt.’

‘Je kan het ook zien als een mogelijk voorafje.’
‘Dat zien we op z’n vroegst in Nederland wel. Je bedoelt het niet als lokkertje, denk ik.’
‘Nee, zo belangrijk vinden we het toch niet?’
‘Nee, het is voor de gezelligheid, omdat we zo vrij met elkaar omgaan, weten dat er geen misbruik van gemaakt wordt, dat overbodige preutsheid niet de bedoeling is, we elkaar geen pijn doen, dat er niets beschadigd wordt, elkaar wat gunnen. Nou, méér schiet me zo gauw niet te binnen.’
‘Voor een jongen praat je veel en makkelijk over dat soort dingen. Je moet er ook niet mee stoppen, daarom ben ik na je eerste paar zinnen ook met je blijven praten. Je zei, en ik merkte, dat het je niet hoofdzakelijk om versieren ging.’
‘Ten eerste, ik blijf hetzelfde tegen je praten, zo lang je naar me kijkt, of bij me bent. Dat lok je bij me uit. Nou, andersom weten we ook hoe het werkt, ik zal je een uitleg besparen. Oh, dat werkt natuurlijk niet. Als je wat wilt zeggen doe je dat toch.’
‘Juist.’
‘Juist. Of je zegt dat je niets zegt. Hartstikke leuk, meid. Ten tweede, ik weet het nog niet helemaal zeker, maar ik denk het me hoofdzakelijk wél om versieren gaat. Maar dan voor een levenslange termijn.’
‘Juist.’
‘Juist.’
Ze waren even stil, dronken wat en glimlachten naar elkaar. Ze werden gestoord omdat er gasten naar het muurtje toe kwamen lopen en naar de zee wezen. Ze keken wat er te zien was. Op een ruime honderd meter van het strand zwommen er een paar walvissen voorbij. Iedereen probeerde steeds te gokken waar ze de volgende keer weer op zouden duiken om adem te halen. Zodra de walvissen bijna uit zicht verdwenen waren ging iedereen weer zitten of het zwembad in.
‘Dat was geluk hebben, Han, zo vlakbij. We zitten hier op een pracht plek.’
‘Ja, dat is een mooi extraatje. Gratis show, ook all inclusive.’
‘Over show gesproken.’
Ze knipoogde.
‘Even wachten hoor. Nog niet iedereen zit weer op z’n plek.’
‘Die van mij wel. Begin maar vast.’
Hij pakte zijn boek en begon, er overheen kijkend, weer van haar borsten te genieten. Af en toe keek hij haar heel even aan, glimlachend. Na een tijd deed ze haar bovenstukje weer wat losser. Even later keek hij haar aan.
‘Onvoorstelbaar. Zo mooi, ik zou uren kunnen kijken. Je tepeltjes zijn ook weer aardig groot. Waar denk je aan?’
‘Dat is niet geschikt voor jouw oortjes. Ik ga je ogen even pijn doen.’
Ze ademde diep uit, haalde een borst uit haar bovenstukje, hield haar hand eronder en ademde toen weer door.
‘Als ik iemand te nieuwsgierig zie worden, behalve jij natuurlijk, kan ik er zo mijn hand voor doen.’
Hij keek heel even.
‘Inpakken, meid, ik krijg er te veel problemen mee.’
Hij deed zijn boek dicht en keek over het water. Ze stopte haar borst weer in het bovenstukje en deed dat goed vast.
‘Ik kan geeneens opstaan. Jij zou er niet mee zitten, ik ook niet, maar je zus zou flauwvallen, denk ik.’
‘Ze zal toch ééns moeten wennen.’
‘Ja, maar dat doet ze dan maar bij haar Dollefie. Hier zal ik nooit aan wennen. Ik was al verwend. Nu nog dichterbij dan in het water, vlak voor m’n neus. Het is heel raar, Debbie, ik had geen enkele moeite om van je schitterende borst af te blijven, maar de automatiek beneden reageerde nogal heftig.’
‘Ik had het graag gezien. Als je zo lief blijft, nou, je weet het wel.’
Ze waren weer even stil, dronken weer wat en glimlachten weer naar elkaar.
Na een minuur schudde hij zijn hoofd langzaam.
‘Wat nee?’
‘Aan de ene kant snap ik wel zo ongeveer waarom je me zo ontzettend veel gunt, aan de andere kant vind ik het onvoor- stelbaar.’
‘Wat?’
‘Dat een meisje, wat me eh vier dagen kent, me een prachtige borst, met een van opwinding groter geworden tepel, zo, bloot, vlak voor mijn neus houdt, zonder ergens bang voor te zijn.’
‘Bang? Poe. Han, het is dus niet onvoorstelbaar, je hebt het gezien. Ik heb je aan één, zo mooi en compleet door jou omschreven borst voorgesteld, of anders om. Ik heb het niet zomaar gedaan. Je kan nu ook minder ongeveer snappen waarom ik je zo ontzettend veel gun.’
‘Ja, ik snap het, minder ongeveer. Hartstikke fijn, Debbie. Ik eh kan er weer netjes bij lopen. Ik loop weer naar mijn stoel. Mijn hartslag laten zakken. Dank je wel voor de versnelling daarvan, via mijn ogen en mijn oren, onvoorstelbaar lieve meid.’
‘Ik zal vanmiddag proberen het rustig aan te doen.’
‘Ik heb weinig hoop. Ik weet zelf ook niet hoe dat moet. Misschien lukt het vijf minuten. Tot vanmiddag.’

Dinsdagmiddag

Debbie en Han waren een tijd na de lunch weer naast elkaar op de ligstoelen gaan liggen. Ze keken veel naar elkaar, maar af en toe ook naar het andere stel op het muurtje.
‘Morgenochtend zijn Dolf en ik er niet, Debbie. We hebben geboekt om te gaan whalewatchen. Dat was ik bijna vergeten. Dolf ook. Hij was even op de kamer en kwam met de brochure terug.’
‘Wij gaan ook. Bij wie?’
‘Bij een adventureclub, uit de brochure van de reisleider hier. We moeten er met een taxi naar toe, er om een uur of half negen zijn.’
‘Wij ook. Het is vast dezelfde club. Zullen we gezamenlijk gaan?’
‘Prima. We komen waarschijnlijk in dezelfde boot terecht. Die hoef je dan niet af te houden.’
‘Oh, snel gevonden, zeg. Ik weet het, dat doen we. Het gaat snel genoeg. Waar ik het nog met je over wilde hebben komt normaal ook nooit zo vroeg aan de orde. Misschien wel nooit. Vind je het erg, dat ik je het hemd van je lijf vraag, bijna letterlijk, over intieme zaken?’
‘Nee, van jou niet, Debbie, zelfs tegen helemáál letterlijk heb ik geen bezwaar.’
‘Ondeugd. Zie je hoe snel het gaat? Je binnen een paar dagen voor een meisje uit willen kleden.’
‘Daar zat ik nooit mee, Debbie, omdat de meiden dan makkelijker durfden om het ook te doen. Ik ben blij dat het met jou niet gebeurt. Rare gewaarwording, overigens.’
‘Ja hè? Fijn. Daarom durf ik je ook alles te vragen. Oh, zijn de vijf minuten om?’
‘Welke vijf minuten?’
‘We zouden proberen het vijf minuten rustig aan te doen.’
‘Nou, met een beetje liegen, op de rand. Vraag maar.’
‘Je zei, een paar dagen geleden, het lijkt me, vooral voor een meisje, heel mooi om ongerept het huwelijk in te gaan. Zou je het fijn vinden om met een ongerept meisje te trouwen?’
‘Ja, maar ik zou ze het niet kwalijk nemen als ze het niet was. Bij mij is het toeval dat ik het nog ben. Niet opzettelijk.’
‘Daar mag je het later graag een keer over hebben. En lichamelijk?’
‘Ik hoop dat ze, om het niet te persoonlijk te laten worden, er niet bang voor is. Het is al spannend genoeg, denk ik, zo’n eerste keer. Op onbekend terrein. Er in, bedoel ik. Sorry, beetje erg ruig.’
‘Je mag best persoonlijk worden. En wat ruig. Dat doe ik ook. Ik ben er niet bang voor om ontmaagd te worden. Ten eerste, omdat er misschien niets van te voelen is. Ten tweede, het is eenmalig. Ten derde, lekker persoonlijk, ik zou het, denk ik, fijn vinden als jij het zou doen. Je doet het vast ontzettend lief.’
‘Ja. Even wat drinken en bijkomen, meid.’
‘Goed. We zijn wel erg openhartig en vrij. Zo bont heb ik het nog nooit gemaakt. Dat lok je bij me uit.’
‘We staan nog steeds quitte. Behalve op showgebied.’
‘Zoiets kan jij hier ook moeilijk doen. Ik heb geduld.’
‘Vast met net als ik wat tegenstrijdige gedachten. Om weer verder te gaan, ik zou het ontzettend lief doen. Net zoals ik álles heel lief met je wil doen. Ik heb daarvoor al wat ervaring, wat je gelukkig niet erg vindt, alleen ben ik op dat puntje nog amateur.’
‘Ja. Dat vind ik ook fijn. Al toen je het tegen me zei. Ik heb er daarna natuurlijk wel eens over nagedacht. Je had het vanmorgen over onvoorstelbaar. Ik vond het hartstikke abnormaal dat een jongen dat aan een meisje, wat hij amper kent, zo bewust en openlijk bekent. Dat vind ik nóg. Maar ja, ik deed net zo hard mee, al ik dacht er geeneens bij na, het floepte er zo uit. Onbegrijpelijk. Ik dacht altijd dat daar hooguit één keer, in de huwelijksnacht, over gepraat werd.’
‘Tja, we gaan wat anders met elkaar om, zonder verder in detail te treden. Nou, fijn, als het zover komt hoeven we er niet over praten, kunnen we er zo veel mogelijk van genieten.’
‘Ja, als. Ik blijf de boot afhouden, maar alleen omdat we hier in een vakantiesfeer zitten. Hè, daar ga ik weer, wéér te veel gezegd. Wat doe je me aan?’
‘Sorry, meid, ik zou je ook liever wat uitdoen.’
‘Daar ga jij óók weer.’
‘En nog even door. Ik hoop voor jou op een pijnloos gebeuren. Voor mij hoeft een eh merkbare bevestiging van je maagde- lijkheid niet, ik geloof je zonder meer.’
‘Dank je wel. Ik jou ook. Even bijkomen. Oh, ja, je zei, jullie kamer. Hoe is dat, met een jongen op één kamer slapen?’
‘Niks bijzonders. Dat doen meiden toch ook?’
‘Ja, en net zo makkelijk in hetzelfde bed, als dat zo uitkomt. Dat doen jongens niet graag, hè?’
‘Nee. Ik denk, dat we niet de indruk willen wekken dat we homoseksueel zouden zijn. Meiden zitten daar niet zo mee, geloof ik. En wij denken, meiden doen maar, homoseksueel of niet, wat kan er gebeuren?’
‘Ja, niet zoiets als bij jongens. Om je gerust te stellen, niet dat dat nodig is, dat weet ik wel, maar ik kan het toch niet laten om te zeggen, ik heb geen enkele neiging in die richting, integendeel. Ik ben altijd gek geweest op jongetjes, ik speelde nooit met meiden.’
‘Ik vond meisjes altijd leuk om naar te kijken, tenminste, als ze er niet al te lelijk uitzagen. Meer of minder plat maakte me niet zo veel uit, binnen grenzen. Maar ik begon er pas mee te spelen toen ik twaalf of zo was.’
‘Met dat soort spelen ben ik ook pas rond m’n twaalfde begonnen. Het had daarvoor ook weinig nut.’
‘Ondeugd. Maar je hebt wel gelijk. Daarna werden kleine zaken langzaam groter.’
‘Ja. Bibi en ik, zij natuurlijk een jaar eerder, waren heel blij dat we niet als laatste in de klas borstjes kregen. Bij jongens maakt het natuurlijk niet uit, niets van te zien. Ik wil eigenlijk al een tijd weten hoe jongens erachter komen dat er wat bij ze kan groeien. Meiden zien dat bij zichzelf natuurlijk vanzelf. Maar ik heb het nooit durven vragen.’
‘Juist.’
‘Juist? O. Je wilt me er duidelijk om horen vragen, hè? Nou, als je denk dat ik dat niet durf, dat had je beter moeten weten. Hoe ontdekte je dat je een erectie kon krijgen?’
‘Oef. Ja, ik had beter moeten weten. Goed, brutaaltje. Nee, liefje. Ik ben blij dat je het durft vragen. Ik durf het wel te zeggen. Onder de douche. Plotseling merk je, dat als je je daar wast, hij wat groter wordt. Langzaam aan iedere keer een pietsje groter. Tot hij, ik weet niet na hoelang, rechtop, of bijna, staat. Je moet er dan wel een beetje eh mee spelen, helemaal vanzelf gaat het niet. Wel als je op een bepaalde manier aan een mooie meid denkt. Wat je er nu mee zou kunnen doen.’
‘Je maakt het jezelf wat makkelijker door je te zeggen in plaats van ik, hè?’
‘O. Ja, ongemerkt. Je begreep natuurlijk direct dat ik niet jij bedoelde, maar jongens in het algemeen. Of mezelf, inderdaad.’
‘Je legt het fijn uit. Kan je dat net zo over eh de verdere werking?’
‘Maak jij het me nu eens wat makkelijker om daarover met een meisje te praten, al ben jij het. Nee, laat maar. Ik heb je nog niet zien blozen. Maar dat zou nu wel eens kunnen gebeuren, als je zou moeten zeggen wat je bedoelt.’
‘Dacht je dat, nadat ik het zelf over mijn niet-hangers gehad had?’
‘Nu niet meer. Ik ga ook maar over op ik. Op een ochtend, in de tijd dat hij iedere keer onder de douche groter werd, werd ik wakker met een natte plek in mijn broek. Ik had er van andere jongens over gehoord. Een natte droom. Ik weet niet waarvan ik gedroomd had. Even vooruitlopend, later wist ik het meestal wel. Was ik in mijn droom met een mooie meid aan de gang geweest. Dat zal op een of andere manier wel door die zaadlozing veroorzaakt worden, andersom lijkt me sterk. Dan had ik er bijna iedere nacht één moeten hebben. Erg, hè?’
‘Dat je daar zo vaak over droomt? Dat lijkt me natuurlijk. Ga door. Geweldig, zo.’
‘Ja, stille genieter. Nou, ik blij natuurlijk. Grote jongen, man. Vergelijkbaar met een groot meisje worden, zoals ze dat noemen. Alleen hebben wij er lol van, jullie niet. Goed. Wanneer de zaadproductie op gang gekomen is, en de voorraad groot genoeg is, loopt er vanzelf wat uit. ‘s Nachts, wanneer je ontspannen bent. Als ik er wakker van werd, soms, voelde ik heel kleine schokjes, krampjes. In het begin gebeurde het niet zo vaak, later één keer per week, of zo.’
‘Gaat dat nog zo?’
‘Min of meer. Nou, dat is te vaag, je blijft toch doorvragen. Als je je onder de douche aan het wassen bent, en het is niet zo lang vóór de volgende natte droom zou komen, en je niet voorzichtig genoeg bent, dan beginnen die schokjes, krampjes. En of je dan wilt of niet, dan moet je meehelpen, en dan spuit het eruit. De eerste keer schrik je je rot. Maar het is wel een heel lekker gevoel. Dus de volgende keer zit je er niet meer mee. Maar er wordt niet over gepraat. Je wordt niet geacht dat te doen. Bij jezelf. Oh, ik was weer op je overgegaan.’
‘Ja, ik had het gelijk in de gaten. Wist ik dat je er een beetje moeite mee had om het te vertellen. Dank je wel.’
‘Jij ook bedankt. Je maakt het me erg makkelijk. Daarom ga ik nog even door, om het verhaal compleet te maken. Als dat gebeurd is duurt het natuurlijk langer vóór de volgende natte droom komt, de telling begint opnieuw. En toen de meiden bij het scharrelen zo lief waren om me klaar te laten komen ook. Hé, je bloost een beetje. Leuk. De laatste jaren word ik er meestal op tijd wakker van, als ik ondanks alles toch een natte droom krijg. Dan kan ik het opvangen in een handdoek of desnoods een sok. Hier ook. Als Dolf er al wat van merkt, over zulke zaken wordt niet gesproken. De eerste week hier één keer, toen afgelopen zondagnacht. Door je show. Ja, kijk niet zo vragend. Ik wed dat ik er vannacht wéér één krijg.’
‘De eerste keer had je er bijna geen last van. Vanmorgen wel, maar dat was niet te vermijden. Ik maakte het wel heel erg bont.’
‘Hij, of zij, was niet bont. Een mooie langzame overgang van prachtig bruin naar eh, ja, dat past, maagdelijk wit.’
‘Ja, omdat je hier niet topless mag zitten. Wat droomde je?’
‘Ik werd niet door je weggestuurd. Ik stond wel op, maar daarna ging het anders. Ik liet je zien dat ik er behoorlijk last van had. Maar het is wel een prettige last. Ik trok mijn zwembroek uit om je te laten hoe dat er bloot uitziet, wat voor lekkers ik voor je had. Jij kreeg zwoele slaapkamerogen, deed je bikini uit en ging op je rug liggen, benen wijd, prachtig uitnodigend. Ik keek even naar je en liet jou naar mij kijken tot ik op m’n maximum zat. Ik kroop op en in je, om hartstochtelijk met je te vrijen. Ik zal maar niet zeggen hoe jij je gedroeg. Tot ik, nee, we, klaarkwamen. Toen werd ik wakker, natte droom. Sorry.’
‘O. Ik schrik toch even. Even nadenken en drinken.’
‘Ik kan er niets aan doen, Debbie. Nu moet je niet gaan denken, ik ga niet meer showen. Dan duurt het misschien een dag langer voor de volgende natte droom. Je aanwezigheid, werkelijk en in gedachten, veroorzaakt zo wie zo een verhoogde zaadproductie bij me. Daar kan ik niets aan doen, jij ook niet. Dat hoort erbij.’
‘Dank je wel. Ik was even ongerust. Ik vond inderdaad dat ik je dat niet aan kon doen. Maar de natuur heeft dat natuurlijk zo geregeld. Anders zou je niet vaak genoeg kunnen vrijen, kompleet met een zaadlozing. En ik vind het leuk, dat ik dat bij je veroorzaak.’
‘Ik ook. Maar ik wacht rustig, in de hoop, verwachting eigenlijk, dat mijn droom ooit werkelijkheid wordt.’
‘Mooi gesproken. Maar dat is toch voor jou niet rustig?’
‘Ach. Ik ben natuurlijk wel wat gewend. En met jou vind ik het helemaal niet erg.’
‘Ik zal er nog eens over nadenken. Je hebt me erg veel, en mooie, ook zeer persoonlijke informatie gegeven. Je bent lief. Ik weet, omdat we niet handtastelijk willen worden, niet hoe ik je moet bedanken. Anders had je een kusje gekregen.’
‘Jammer. Maar ik weet het wél. Ik heb een tegenvraag. Heb jíj wel eens ergens last van?’
‘Shit. Nou, het kan er nog wel bij. Bij wat je al van me weet. Ja. En soms moet ik dan ook een handje helpen. Mag ik het daarbij laten?’
'Nog één toelichting graag. Heb ik effect op je?’
‘Ja.’
‘Dank je wel.’
‘Laat je het daarbij? Ben je niet nieuwsgierig?’
‘Jawel. Maar ik heb geen haast, je vertelt het me later wel.’
‘Nou, dat weet ik nog niet zo net.’
‘Ik wel, je kan toch je mond niet houden.’
‘Nee. Maar met jou vind ik het helemaal niet erg. Je hebt helemaal gelijk. Hoe gedraag ik me dan, in je droom?’
‘Lief en woest. Meer zeg ik niet. Je komt er vanzelf achter, dan. Ik ben er van overtuigd dat ik gelijk krijg. Daar laat ik het nu echt bij. Ik weet niet hoe het met jou is, maar ik heb mijn portie wel gehad vandaag. Tot ziens, liefje.’
‘Tot ziens, liefje.’

Woensdagmorgen

Ze hadden een mooie ochtend. De helft van de tijd zagen ze walvissen of dolfijnen. Verder weg of dichterbij. Soms lukte het de stuurman, achter op het bootje, samen met de gids, voorop, om op een meter of tien van opduikende walvissen te komen.

Woensdagmiddag

Ze waren later terug dan ze gedacht hadden. Daarom gingen ze, na zich op hun kamers omgekleed te hebben, niet in het restaurant eten, maar aten met z’n vieren wat in de snackbar. Daarna gingen ze weer op hun eigen plaatsen lezen. Tot er weer kort en hard gefloten werd. Deze keer wist iedereen gelijk wie dat deed. Er werd wat geapplaudisseerd. De meesten hadden inmiddels al eens met haar gepraat, vonden haar spontane gedrag wel leuk. De stelletjes praatten en zwommen weer. Na een uur ging Han in een hoek staan. Debbie ging grinnikend op de rand van het bad zitten, naast hem.
‘Nee, Han. Een aardig aanbod, ook snel verzonnen, maar voor mij hoeft het niet. Ik heb genoeg kleine jongetjes gezien.’
‘O.K. Ik dacht, ik gun jou ook wat, ik loop achter. Het is inderdaad niet zo veel. Al is het water niet zó koud. Goed, we gaan weer verder alsof er niets gebeurd is.’
‘Nog even. Ik vond het wel een lief en eerlijk aanbod, hoor. Ik ben ook blij dat je het lef had. Ik wil je wel waarschuwen. Vroeger zat ik er niet zo mee, ik heb je het verteld. Maar met jou is het anders. Gezien onze eh verhouding gaat het nog een tijdje duren voor ik je wil zien. En jij mij mag zien. Ik bedoel, waar je voor op mijn lijstje staat. Al zal er vast nooit iemand anders op dat lijstje komen.’
‘Dat verwachtte ik al. Geen probleem. Ik zei al, liever heel langzaam heel goed, dan snel en spijt krijgen.’
‘Ja. Zeg, heb je goed geslapen?’
‘Ja, hoezo? O. Ik ben even wakker geweest. Jouw schuld. Nee, door jou veroorzaakt, dat is iets anders. Ik droomde weer van je. Deze keer ging het niet woest, maar rustig aan. Meer horen?’
‘Ja, ik kom naast je staan, dan kan je wat zachter praten. Ik wil wel wat over mijn mogelijke toekomst horen.’
‘Een klein stukje dan. Na mijn opstaan til ik je op en ga op een stoel zitten, met jou op schoot. Ik doe je bovenstukje af en ga je borsten strelen en kussen. En af en toe je mond kussen. Dan voel ik je hand mijn zwembroek ingaan en me daar vastpakken. Ik ga er iets beter voor zitten om me beter te kunnen laten strelen. Dat doe je zo fijn dat ik, ja, wakker wordt. Van alweer een behoorlijke voorraad geloosd te hebben. Nu overtuigd van jouw werking op mijn zaadproductie?’
‘Ja. Ik zie ook, dat je ondanks het niet zó koude water, je een halve erectie gekregen hebt. Leuk.’
‘Als je me daar even zou strelen, zelfs óver mijn zwembroek, zou het een hele worden.’
‘Nee, dat doe ik maar niet. Dat hoef ik ook niet. Ik ga je even, hier vandaan, brutaal bekijken, dat heeft vast hetzelfde resul- taat.’
‘O, meid, dat heeft het zeker. Wat kan jij verlekkerd kijken.’
‘Han, mijn laatste ervaringen zijn al weer van een tijd geleden. Ik wil mijn geheugen een beetje opfrissen. Zonder mijn handen te gebruiken, dat zou hier te opzichtig zijn. Mag ik je komen omhelzen, en me tegen je aandrukken? Jij voelt bij mij beneden lekker niks, je doet het maar met wat je al van me gezien hebt. Dan heb ik ook een voorproefje. Dat kan wel, niemand zal het gek vinden dat we elkaar even omhelzen. Ze hebben vast gezien dat we ons nogal met elkaar bemoeien.’
‘En elkaar vermoeien. Af en toe zijn we bijna bekaf, hè, na een tijd praten. We willen niets van elkaar missen. Zou dat zo blijven?’
‘Vast niet. Dat is de nieuwigheid. Wanneer we meer van elkaar weten zal het minder vermoeiend worden.’
‘Zeg, kom gauw in mijn armen. Of kijk eerst weer even. Ik zal me stilhouden, je zal wel woest genoeg zijn.’
Ze omhelsde hem, wreef zich even tegen hem aan en ging weer op het randje zitten, glimlachend.
‘Oef, dat had niet veel langer moeten duren, meid. Heerlijk. Boven ook, je borsten tegen me aan.’
‘Ik vond het ook lang genoeg. Nou, dat was méér dan een opfrissertje. Groter en steviger dan ik verwachte. En dan ik ooit gevoeld heb. Daar ga ik vast van dromen.’
‘Niet meer dan eerlijk.’
‘Zullen we gaan zwemmen? Ik wil aan andere dingen gaan denken. Dat zou voor jou ook goed zijn. Zo kan je het water niet uit.’
‘Nee. We lossen onverwachte dingen makkelijk op, hè? Maar ik heb genoeg gezwommen, ik ga er uit zogauw ik weer een kleintje heb.’

Donderdagmorgen

De meiden kwamen iets na de jongens het restaurant in om te ontbijten, maar kwamen niet bij hun zitten.
Na een uurtje op het terras lezen ruilden Bibi en Han weer van plaats.
‘Hoi. Ik zie dat je je boek bij je hebt. Veel zin in je voorafje?’
‘Debbie, het is heel fijn, maar je moet niet denken dat ik dezelfde kant op wil als mijn voorgangers. Alleen maar eh een tijdje seks. Ik denk aan een veel langer contact. Ik wil er eigenlijk niet te diep op ingaan, we zouden rustig aan doen. Maar je zei, je voorafje. Niet, een mogelijk voorafje, zoals de vorige keer.’
‘Ja. Ik wil het er eigenlijk ook nog niet over hebben, maar het schoot er weer uit. Dat gebeurt ons nogal eens, hè? Ik weet nog niet zo zeker of het liefde op het eerste gezicht is. Ja, nu zeg ik daar wél wat over, we moeten ook niet té voorzichtig doen. Han, we gaan fijn met elkaar om, maar het zou ook kunnen stoppen bij vriendschap.’
‘Debbie, de eerste keer dat ik je zag dacht ik, wat een mooie meid. Ik leg je een beetje uit wat ik bedoel. Wat ze knap noemen, van filmsterren en zo, vind ik meestal koel, koud. Je kent vast Julia Roberts. Die is beslist niet knap. Ik vind haar mooi, ze eh straalt warmte uit. Het is niet voor niets het lievelingetje van het publiek in de States. Ze komt ook in talkshows, is daar ook niet te beroerd voor. Dan praat ze fijn, gezellig, niet oppervlakkig. Ik vind jou ook mooi. Misschien wil je graag knap genoemd worden, maar dan moet je niet bij mij zijn. Ik vind je, de eerste keer dus ook al, mooi. Snap je me?’
‘Ja. Dank je voor je uitleg.’
‘Ik ben er nog niet. Dat kwam de eerste keer door je figuur, je houding, zoals je haren erbij hingen. Je lag heel ontspannen, deed af en toe heel rustig je haren wat opzij. Ik dacht, die zou ook lief kunnen zijn. Voor jou misschien een rare gedachtegang, ik heb geen idee wat er bij meiden opkomt als ze een jongen zien. Vertel je misschien nog wel eens. Het hoeft niet, meiden mogen van mij hun geheimpjes hebben. Hé, bloos je? Oh, schatje, ja, we hebben ons gezamenlijk geheimpje. Maar daar hebben we het nu niet over. Eh, ik dacht dus eerst, die is mooi. Toen, die zou lief kunnen zijn. Zie je, dat ik toen omschakelde van eh lichamelijk naar geestelijk? Daarom hoef je niet benauwd te zijn dat het bij mij alleen om seks gaat. Kan je me nog volgen?’
‘Ja. Heb je psychologie gestudeerd?’
‘Nee, veel meiden eh ontmoet. En ik ben goed in logica. Oorzaak en gevolg uitzoeken.’
‘Ik ben wel blij dat je zei, niet alléén seks.’
‘Stouterd. Daar ga ik later wel op door. Ik was er nog steeds niet. Of vind je het genoeg?’
‘Nee, ik voel dat je nog meer hebt, waar je naar toe wilt. Ga door.’
‘Fijn dat je me zo goed aanvoelt. Geestelijk. Sorry. De omschakeling is niet honderd procent. Maar dat vind je dus niet erg. Nou, toen je zei, je wilt me zeker versieren, dacht ik, ik weet niet of dat lief is, in ieder geval wel erg vrij. En ze kijkt eh guitig. Ouderwets woord misschien, maar ik lees veel. Daarna luisterde je goed, ging overal op in, direct of wat later, heel openhartig, spontaan. Zo’n verschil met andere meiden. Maar je bleef wel een echt meisje. Ik kan dat niet goed uitleggen. Je maakte wat bij me los, het was niet zomaar een praatje. Daarom zit ik toch aan liefde op het eerste gezicht te denken. Geen ships that pass in the night.’
‘Je leest vast veel Engels.’
‘Ja, heel veel. Ik zei die eerste keer al, ik lees liever in de originele taal. En ik werk in het Engels. Ik denk soms in het Engels. Nou, dat kwam er ook nog bij, je bent slim. Denkt overal bij door. Je bent allesbehalve oppervlakkig. Ouderwets gezegd, je hebt een behoorlijke diepgang. Geestelijk. Shit, ga ik weer. Ja, meid, moet je me ook maar niet zo verleidelijk aankijken. Nou, dat was het zo’n beetje. Ik eh mag je heel graag.’
‘Bekijken. Nee, sorry, dat was flauw. Je hebt het net zo geweldig uitgelegd. Daardoor heb ik mezelf niet helemaal onder controle. Ik begrijp je heel goed. En ik vind het ontzettend fijn. Je moet voorlopig maar aanvoelen hoe ik over je denk, ik zeg nu niks. Ik voel nu trouwens aan, dat we nu geeneens zin hebben in mijn eh showtje, dat we het liever bij geestelijk contact houden. Ondanks dat we allebei soms wat anders denken. Daar is niks mis mee, natuurlijk.’
‘Geweldig, dat je er zo over denkt. Nee, geen show meer. Ik wil gewoon naar je kijken. Wel af en toe naar de bovenkant van je borsten. Je mooie tweeling. Ik zou je wel graag een kusje geven, zo voel ik me nu. Als eh uitdrukking van mijn gevoelens. Een lief kusje, geen lustgevoelens. Mag het?’
‘Nee.’
‘Mag ik het een andere keer weer vragen?’
‘Ja.’
‘Zal ik wachten tot in Nederland?’
‘Ja.’
‘Zullen we doorgaan alsof er niets gebeurd is?’
‘Han, eerlijk gezegd roep je wel een beetje lustgevoelens bij me op. Daarom beginnen we er voorlopig maar niet aan. Zeg, Bibi en ik hebben het er over gehad hoe jullie naar ons keken, de verhouding gezicht en naar beneden. Ja, meiden houden dat in de gaten, om de belangstelling voor één en ander in te schatten. Je snapt wel, als jongens alleen naar beneden kijken zijn ze gauw afgebrand. We zijn niet uit op overal en altijd vrije seks. Als ze alleen naar ons gezicht kijken trouwens ook, we zijn niet van steen. Wel alles op z’n tijd, je merkt het. Het is fijn, lieverd, dat je het er volkomen mee eens bent.’
‘Ja. Al blijft het wat tegenstrijdig. Ergens zou ik gelijk met je naar bed willen, maar toch wil ik het beslist nog niet. Heel af en toe denk ik wel, dat zal beslist zóóóó fijn zijn. Niet zoals ik vroeger wel dacht, niet schrikken, daar wil ik mee naar bed, lekker te keer gaan. Sorry.’
‘Ik schrok niet. Meiden denken ook niet altijd voorzichtig, hoor. Ik denk dat je zou blozen als ik je wat zou vertellen. Ik ga verder over die verhouding boven onder kijken. Bibi vond, dat Dolf ongeveer zeventig dertig keek. En nog steeds. Ik vond dat jij afgezakt was van ongeveer negentig tien naar tachtig twintig. Nu weer zo ongeveer negentig tien. Heel fijn.’
‘Leuk, hoe jullie dat meten. Jullie hebben niet zoveel om naar te kijken als wij. Ja, ik weet het, bij gelegenheid, om één af andere primitieve reden, naar onze kontjes.’
‘Ja, het is oneerlijk, veel méér valt er niet te zien dan figuur en houding. ‘s Zomers zien jullie ook nog onze mooie benen. Han, ik denk zelden aan naar bed gaan. Omdat dat te zijner tijd een vreselijk belangrijke beslissing is, gezien mijn geheim. Ik stop dus daarvóór met denken. Nou, ik vertel je toch wat meer. Ik denk wel eens hoe fijn het zal zijn, voor ons beiden, als je me streelt. Niet zoals nu al, met je ogen, maar met je handen.’
‘Ik zou dat heel graag heel lang doen.’
‘Juist. Bibi en ik hebben het er al over gehad dat jullie niet zulke harde handen hebben, door jullie werk. Ja, bijna elk onderdeeltje wordt besproken, dat vind ik fijn, ik zei al, ik houd wel van een slaapkamerstijl. Het is ook goed voor Bibi, het angsthaasje. Even pauze, wat drinken.’
‘Het is voor ons allemaal goed om rustig over zulke dingen te praten. Ik denk wel eens, waar ben ik mee bezig geweest. Maar ja, je bent jong en je wilt wat, hè?’
‘Nog steeds, maar anders. Zo hoort dat als je wat ouder wordt. Nou, nu jij even niet schrikken. Ik denk ook wel eens, ik zou hem wel in volle glorie willen zien. En strelen. Ik denk niet dat ik er bij jou veel problemen mee zou hebben. Jij vast wel, als ik dat heel lang zou doen.’
‘Nou zeg, flapuit. Zo te horen wil je daar nog wel meer over weten.’
‘Ja, graag, als je durft. Wat je er allemaal mee gedaan hebt.’
‘Debbie, we hebben al een mooi gezamenlijk geheim. En we zijn erg vrij met elkaar. Maar om te praten over wat we eh maximaal gedaan hebben? Zou jij durven?
‘Ja, Han. Ik zou zelfs durven beginnen. Als je me zou beloven het daarna van jou te vertellen.’
‘Nee, dat is natuurlijk tegen mijn eergevoel in. Als je het graag wilt weten, en vertellen, nu al, dan durf ik het wel. Het is een minder groot geheim dan ons eerste. Dat is met één woord te beschrijven, maar dit moet meer in detail, slaapkamerstijl. Zou je het erg vinden om het toch wat uit te stellen? Ik zou het liever in je oor fluisteren. Maar dan zou je wel dichterbij moeten zitten.’
‘Daar heb ik onderhand wel zin in. Fijn dat je het ook wilt. Het floepte er natuurlijk uit, maar ik wil je er graag over horen praten, als voorbereiding op een mogelijke uitvoering, zal ik maar zeggen. Goed, we wachten een gelegenheid af.’
‘Prima. Zeg, zullen we gezamenlijk gaan lunchen? We moeten daarna de laatste spullen nog in de koffers doen, vóór de bus komt. Jullie kunnen niet zo laat als anders gaan eten. Oh, waren jullie daarom ook al zo vroeg bij het ontbijt?’
‘Ja. Een goed idee. Afscheidslunch.’
‘Afscheid van deze vakantie. Niet van elkaar.’
‘In ieder geval wel tijdelijk.’
‘Ja, dat wel. Zucht. We hebben het er nog over, ik wil er nog niet aan denken.’
‘Mieter nu maar weer op. En stuur m’n zus terug. We komen naar jullie toe, om te gaan lunchen.’
‘Ik snap wel waarom je altijd zo gezellig afscheid van me neemt.’
‘Dat mag je best weten. Dag, schatje.’
‘Dag schat.’

 Ze aten gezellig met z'n vieren.
‘Han, we sloffen met die meiden. Ze zijn niet alleen mooi en lief, ze kunnen nog netjes eten ook.’
‘Wat ben jij spraakzaam, zeg. Jouw schuld, Bibi?’
‘Ja. Maar ik heb ook bijgeleerd. Het klonk een beetje, Dolf, alsof we jullie eigendom zijn. Maar deze meiden zijn niet te koop. Die moeten veroverd worden. Jullie blijven je best maar doen. Goed, Dolf?’
‘Ja, Bibi. Doen we, Bibi. Bibi, we zijn niet van plan pantoffelhelden te worden, hoor. We verwachten wel dat alles gelijk op zal gaan.’
‘Niet alles, het veroveren moet toch meer van jullie kant komen, zo vreselijk geëmancipeerd zijn we niet.’
‘Als jullie maar meiden blijven. Uiterlijk en innerlijk. Tot in eeuwigheid.’
‘Ja, dominee. Einde preek.’
‘Fijn, grote zus, dat je een beetje loskomt. Je hebt wel wat gescharreld, maar ik was toch een beetje bang dat je niets durfde.’
‘Ik durf nu genoeg, maar alles op z’n tijd. Ik heb Dolf al wat over mijn vroegere gescharrel verteld. En andersom ook. Snap ik eindelijk eens wat meer over jongens. Ik heb nooit zo met jongens gepraat, Dolf ook niet met meisjes. Zoals vroeger gaan we het niet meer doen. Ik laat voorlopig niet in mijn bloesje kijken.’
‘Je hebt je zitten ergeren, hè? Het was hartstikke leuk en fijn, voor ons allebei. Toch doen we het niet meer. Ik weet niet of je het gezien hebt, ik weet niet waar je mee bezig was, want ik kijk nooit, we hebben het vanmorgen niet gedaan. We zijn er achter dat we, nou, eigenlijk ik, wat raar aan het doen waren. Tja, ik ben ook nog niet zo verstandig als jij, ik ben jonger.’
‘Mooie smoes. Han zal best weten, flapuit, dat je veel gescharreld hebt.’
‘Ja, ook hoe. En andersom ook. Het daarover praten was heel fijn, maar het wond me wel een beetje op. We weten op dat punt nu voorlopig genoeg van elkaar. Dus wordt het wat makkelijker om normaal te gaan doen. Han, je hebt vanmorgen je toetje gemist, zullen we gebak halen? Daarna moeten we inpakken en wegwezen.’
‘Ik heb mijn toetje niet gemist, maar niet gekregen, omdat we het allebei niet wilden. Ik loop met je mee, achter je aan, om naar je schuddende kontje te kijken. Ik neem wat trilpudding van de gebaktafel, denk ik. Dan blijf ik in stijl.'

Donderdagmiddag

Toen ze met de anderen die naar huis gingen voor het hotel op de bus naar het vliegveld stonden te wachten, ging Han naast Debbie staan.
‘Als we straks als eerste de bus in gaan, voorin gaan zitten, en op het vliegveld het eerste eruit, zijn we het eerst bij de balie, kunnen we misschien de beste plaatsen uitzoeken. Mag ik in de bus naast je zitten? Of wil je naast je zus?’
'Nee, die wil vast naast Dolf zitten. Je zit wel vooruit te denken.’
‘Ik zit aan jou te denken. Wanneer ik je in Nederland weer zal zien. Hoe dat moet.’
‘Afwachten. We zijn nog een tijdje onderweg voor we daar zijn.’
Toen de bus kwam stonden ze, vóór die helemaal stilstond, al bij de voordeur.

De jongens lieten bij de balie de meiden natuurlijk voorgaan. Debbie draaide zich nog even om.
‘Han, mag ik jullie tickets en paspoorten? Wacht maar af waarvoor. Merci. Lieve mevrouw, deze wil naast deze zitten, en die naast die. Wel graag met z’n vieren op dezelfde rij, twee aan twee met een gangpad ertussen is ook goed. Het hoeft niet naast een raampje, het is de meeste tijd toch donker. Wel zo veel mogelijk voorin, daar schudt het niet zo. Zou u alstublieft even uw best voor ons kunnen doen?’
Han fluisterde in Debbies oor.
‘Nou, over vooruitdenken gesproken, jij kan er ook wat van.’
Ze grinnikte, maar draaide zich niet om.
‘U heeft geluk, omdat u één van de eersten bent. Rij vijftien, middenin, met z’n vieren naast elkaar, is dat goed? U hoeft zich niet te storen aan de stoel die op de boardingkaarten staat, ik doe maar wat, dat gaat het snelst. Het is druk. U zoekt de volgorde zelf maar uit.’
‘U bent een schat, dank u wel.’

Zogauw ze zich geïnstalleerd hadden, de meiden tussen de jongens, legde Han zijn hand open op de stoelleuning tussen hem en Debbie in. Ze keek hem even aan, legde toen haar hand in de zijne. Na even gaf hij een kneepje in haar hand.
‘Fijn, Han.’
‘Heel fijn, Debbie. Onthouden, ons eerste serieuze lijfelijke contact.’
Ze tilde hun handen op, gaf een kusje op de rug van zijn hand en legde hun handen weer terug.
‘Tweede. Had je nog tegoed. De jouwe telt niet mee, die was niet serieus, maar grappig.’
‘Ja. Je hebt ook geen ruwe hand.’
‘Nee, ik heb wel een beroep wat mannelijk klinkt, maar dat is het enige mannelijke aan me.’
‘Daar ben ik van overtuigd. Wat ik van je gezien heb kan niet anders dan van een meisje zijn. Zo mooi.’
‘Stouterd. Beetje zacht praten, dan hoort niemand ons. Je bent lief geweest. Je keurig gedragen.’
‘Ik ben hartstikke blij dat we elkaar tegengekomen zijn. Ook voor Dolf en Bibi. Dolf is wat gezelliger geworden.’
‘Dat was bij jou niet nodig. Laat me eens even los en doe de leuning eens omhoog. Ja, dat is beter. Zo ongezellig, iets tussen ons in. Fijn zo?’
‘Heerlijk, nog beter. Ik denk dat ik wakker blijf om er zo lang mogelijk van te genieten.’
‘Dat moet je maar doen, als je me nooit weer wilt zien.’
‘Ik ga gelijk slapen.’
‘Gekkie. Moet je kijken, Bibi en Dolf hebben de leuning ook omhoog gedaan en zitten stiekem elkaars hand vast te houden, handje vrijen.’
‘En wij dan?’
‘Niet stiekem. We hadden ze open en bloot op de leuning liggen.’
‘Ja. Ik denk dat we ze op een idee gebracht hebben.’
‘Best mogelijk. De rest zoeken ze zelf maar uit. Ik ga in ieder geval thuis niet voor voorbeeld of oppas voor mijn zus spelen. Oh, we vertrekken al. Mooi op tijd zeg.’
Ze zaten rustig, soms wat te praten, knepen af en toe in hun hand en glimlachten naar elkaar. Na drinken gekregen te hebben, later het eten en de rust teruggekeerd was, nam hij haar hand in beide handen.
‘Debbie, ik wil je ontzettend graag terugzien. Dolf Bibi ook. Maar we weten alleen jullie voornamen en achternaam. Hoe kunnen we jullie bereiken?’
‘Ik dacht dat je het nóóit zou vragen. Grapje hoor. Ik ben blij dat je het nu doet, niet pas op Schiphol. Het is daar altijd zo hectisch, iedereen heeft ineens haast om thuis te komen. Alsof een kwartier of zoiets uitmaakt na twee weken.’
‘Dolf en ik hebben het er over gehad. Ik heb voorgesteld er met jou over te beginnen, dat zou het makkelijkst zijn, je weet het, hij is niet zo vlot. Hij zou het wel tegen Bibi zeggen, dat doet hij nu misschien al. Nee, nog niet, denk ik. Hij heeft nog uren de tijd. We gingen er vanuit dat Bibi het ook prettiger zou vinden, we weten dat ze voorzichtig met Dolf om wil gaan. Ik mag dus namens Dolf spreken. We kunnen ook op Schiphol naar een restaurant gaan en daar adressen uitwisselen.’
‘Nee, onze ouders komen ons ophalen. Worden jullie niet opgehaald?’
‘Nee, we gaan met de trein en een treintaxi, dat hebben we op de heenweg ook gedaan. We zijn geen kwetsbare meisjes die weggebracht en opgehaald moeten worden. Au!!! O.K. Ik neem het terug. Nee, ik verander het. Lieve meiden die graag door hun liefhebbende ouders weggebracht en opgehaald worden.’
‘Dat is beter. Bibi en ik hebben het er ook over gehad hoe het in Nederland verder moest. We waren er van overtuigd dat jullie contact wilden houden. Au, niet zo hard knijpen. Ja, we zijn niet gek, al hebben jullie het nooit rechtstreeks gezegd, zoals jij nu. We vonden het lief van jullie, geen gedram, we hebben een ontzettend fijne en gezellige week met jullie gehad. Allereerst, we willen jullie aan onze ouders voorstellen, die wachten in de aankomsthal. Dan hebben ze jullie een keer gezien. Dat kan later alleen maar het contact makkelijker maken.’
‘Ja. Natuurlijk. Graag zelfs. Dolf zou er denk ik nog aan toevoegen, tijd zat.’
‘Heel goed antwoord. U mag door naar de volgende ronde. Weet je, als jullie niet voorgesteld hadden willen worden, hadden jullie ons gelijk kunnen vergeten. Maar daar gingen we niet vanuit.’
‘Nee zeg, we hebben serieuze bedoelingen, zoals dat heet. Heel fijn dat jullie dat bedacht hebben.’
‘Wij mogen dat natuurlijk, eh in dit stadium van onze kennismaking nog niet zeggen, maar jullie zijn ook niet gek. Wij hebben ook serieuze bedoelingen, zoals dat heet. Niet verder vertellen.’
‘Alleen aan Dolf. Die zal ook hartstikke blij zijn. Opgelucht, omdat we begrepen dat we er beter mee konden wachten het te zeggen.’
‘Hiermee stijgen uw kansen weer, meneer. Fijn joh, dat jullie ons zo goed begrepen.’
‘Ik heb je heel goed begrepen. Heb je jezelf ook goed begrepen? Je zou pas bij je vader komen als het wat serieuzer was, geen gescharrel.’
‘O. Dat heb je goed onthouden. Ja, ik begrijp mezelf. Nou ja, niet waarom het niet bij gescharrel gebleven is, Han, dat heb je wel gemerkt. Je mag hieruit natuurlijk weer conclusies trekken. Ik ga je ook niet vertellen, dat het liefde op het eerste gezicht was.’
‘Je bedoelt, je wilt niet vertellen, óf het liefde op het eerste gezicht was.’
‘Nee. Wel, dat het op het anderhalfde was.’
‘Oh, meisje toch. Voor de duidelijkheid, ik zit nog een beetje in een vragend stadium, maar alleen omdat het zo onwaar- schijnlijk goed gaat. Ik kan niet vergelijken, zoiets als dit is me nog nooit overkomen. Vroeger dacht ik alleen, hè, dat is een mooi stuk. Zou ze lekker kunnen kussen? Toen ik, en zij, wat ouder waren, lekker lijfie. Wil ik wel, nou ja. Erg hè?’
‘Nee, zo ging dat bij mij ook. Het is nu anders, hè? Veel fijner. Ik zit in zo’n zelfde stadium. Shit, heb ik je alweer te veel verteld. Han, als we terug zijn moeten we allemaal opruimen, de was van ruim twee weken doen en zo en weer aan het werk, daar waarschijnlijk ook achterstanden inhalen. En alle post afhandelen en zo. We hebben het allemaal een tijdje druk. We willen jullie onze emailadressen geven. Ieder die van ons tweeën, tegen het zoekraken. We hebben allebei ons eigen, ik kan haar post niet lezen, andersom ook niet. Dan kunnen jullie, als de drukte over is, zo contact met ons opnemen. Wij krijgen dan vanzelf jullie emailadressen. Beetje hard gezegd, als jullie geen contact opnemen weten we niet hoe we jullie moeten bereiken en willen dat dan ook geeneens. Maar nogmaals, daar gaan we niet vanuit. Wat vind je ervan?’
‘Jullie zijn ontzettend lieve, maar ook verstandige, vooruitdenkende meiden. Theoretisch zouden we, als we jullie niet meer dagelijks zien, eh, af kunnen koelen. Praktisch geen schijn van kans. Eh, Dolf en ik bedanken jullie voor een fijne week. We zijn vastbesloten om contact met jullie te houden, om het zachtjes uit te drukken. Jullie doen het graag langzaam aan, wij respecteren dat, al zouden we wel een beetje op willen schieten.’
‘Lief hoor. Nou, je mag mijn hand al vasthouden. Jullie ook bedankt, natuurlijk. Ik pak even de briefjes. . . . Alsjeblieft.’
Han pakte er één aan, wierp er één blik op en barstte in lachen uit. Debbie had het andere briefje aan Bibi gegeven, die gaf het weer aan Dolf. Die zat verwonderd te kijken, maar kon ook zijn lachen niet inhouden zodra hij de e-mailadressen zag. Hij boog zich richting Han.
‘Je hoeft niet te vragen wie dit verzonnen heeft. Sterkte.’
Han grinnikte terug, maar gaf hem geen antwoord. Wel aan Debbie.
‘Ja, ik kon wel eens sterkte met je nodig hebben. Dolf is kennelijk niet bezorgd over Bibi. Fijn.’
‘Ja, zeker. Ik zal je iets verklappen. Je moet er geen misbruik van maken. Sorry, dat ging automatisch. Dat doe je vast niet. Als je me lang in mijn ogen kijkt praat ik niet meer. Shit, het licht gaat uit.’
‘Ja, tijd om te slapen. Maar ik zal het onthouden. Ik wil nog niet gelijk gaan slapen, Debbie. Ik ben veel te blij dat we ons contact geregeld hebben. Op een makkelijke manier. Ik was van plan desnoods detective te gaan spelen. Zoeken in telefoongidsen op Internet, ik weet je achternaam, of naar een grote zaak op twee minuten van een bushalte van een bus die uit Overschie komt en zo.’
‘Had je dat echt gedaan?’
‘Ja, natuurlijk. Dacht je van niet?’
‘Dat gaat je niets aan. Ik had er niet over nagedacht. Stom. We staan in de gids. Met nog een paar met dezelfde achternaam, maar de enige in Overschie. Het was dus voor jou niet moeilijk uit te zoeken geweest. Han, we moeten het houden zoals afgesproken. Niet op komen zoeken, niet bellen. We willen eerst rustig schriftelijk contact hebben. Daarna zien we wel verder.’
‘Ja, dat doen we, als jullie dat graag willen. Maak je maar geen zorgen, liefje. Zeg, we zouden nog praten over wat we maximaal gedaan hebben. Ben je daarvoor in de stemming?’
‘Ja, kan ik daarna lekker slapen, denk ik. Durf je te beginnen?’
‘Ik ga een beetje misbruik maken van je stemming, dat je dat van me wilt weten. En ook zelf wilt vertellen. Kom je tegen me aan zitten? Oh, fijn. Mag ik mijn arm om je heen doen en je hand vast blijven houden, met mijn andere hand?’
‘Ja. Nee, jij je arm ook om mijn middel, niet om m’n nek. Nu handje vrijen. Fluister maar eens wat in m’n oor.’
‘Heerlijk zo. Lekker tegen elkaar aan.’
‘Zo wil ik straks ook gaan slapen. Wel nog een deken eroverheen. Maar geen gerotzooi daaronder. Grapje. Dat doe je toch niet.’
‘Nee, dit is fijn genoeg. Waar zal ik beginnen?’
‘Het zal wel even moeilijk voor je zijn, als je bij details komt. Al weet je dat ik nergens mee zit. Je mag alle woorden gebruiken die je wilt. Ik had toch ook geen problemen om over borsten en hangers en erecties te praten? Jij hebt het ondertussen ook al gedaan.’
‘Je hebt gelijk. Ik heb natuurlijk meer problemen om over onderdelen van een meisje te praten, tegen een meisje, dan over die van mezelf.’
‘Ik help je even op gang. Je hebt, gezien je bouw, vast een grote penis. Heb ik in het zwembad ook al een beetje gevoeld.’
‘Oei. Meid toch. Je durft zeg.’
‘Ja. Ik durf nog véééél meer. Hoe lang?’
‘Al mijn hele leven.’
Ze grinnikte.
‘Heel goed opgevangen. Maar dat helpt niet. Hoeveel centimeter, vanaf je buik tot de punt, op maximale grootte?’
‘Oef. Eh, weet je iets van lengtes?’
‘Ja, ik heb er geen honderden gezien hoor, maar ik heb wel een beetje een timmermansoog. En ik ben slim, dat vond je al. Ik heb wel eens stiekem, als ik dacht, nou, die is groot, met mijn vingers gemeten en die later langs een centimeter gelegd. Maximum zestien. Maar dat is alweer een tijdje geleden. Ik weet ook dat jongens zichzelf wel eens meten. Durf je?’
‘Ja, nu zeker. Zeventien.’
‘Datum laatste meting?’
‘Nou zeg, brutaaltje. Een paar jaar geleden. Ik ben natuurlijk ooit kleiner begonnen, maar de laatste jaren is hij vast niet gekrompen.’
‘Nee. Fijn. Geen commentaar op de mooie zeventien. Hij zal vast prettig in mijn doosje passen. Hè, hè, daar ga ik weer. Schrok je?’
‘Nee, laat je maar lekker gaan. Met de onderdelen zal het me nu verder wel lukken. Nu het verhaal nog.’
‘Bij hoeveel meisjes heb je in hun broekje gezeten en onder welke omstandigheden?’
‘Weer bedankt voor de hulp. Eerst, ik heb bij heel wat meisjes aan hun borstjes gezeten. Eerst over de kleren, dan eronder. Overal en wanneer ik maar kon. Ik ben de tel kwijt. Ik ben, denk ik, op m’n twaalfde begonnen. In het begin lukte het niet vaak natuurlijk, later, toen de meisjes ook wat ouder waren, wel. Ik vond het altijd heerlijk. Warm, zacht, soepel. Ik was er gauw achter hoe ik ze moest strelen en zo, om het zo lang mogelijk te laten duren.’
‘Je zal het misschien raar vinden, denken dat ik boos word, of teleurgesteld ben, maar dat is niet zo. Ik gun andere meisjes ook alles, ook van jou. Tenminste, toen. Ik zit alleen maar te genieten, ik voel in mijn gedachten je handen. Erg, hè?’
‘Nee. Ik heb genoteerd, voortaan niet meer aan andere meisjes komen. Dat was ik ook niet van plan. Ik heb aan jou méér dan genoeg.’
‘Dat moet je afwachten.’
‘Nee, vast wel. Goed. Het is later wel verder gegaan. Ik weet niet met hoeveel, ik heb niets op het behang geturfd. Het ging meestal hetzelfde, dus dat is in één keer verteld. Even tussendoor, voor het gemak en mijn geruststelling, jij?’
‘Zelfde aantal of iets minder, denk ik. Wat een toeval.’
‘O. Dat is in korte tijd een hoop verteld. Dank je, erg fijn. Ik was toch nog een beetje bang dat je me een versierder of zo zou vinden. Nou, als we quitte staan heb ik geen problemen meer.’
‘Ik ook niet.’
‘Wat? Oh, sorry. Ik heb er nooit aan gedacht dat je bang zou kunnen zijn dat ik het eh af zou keuren wat je ooit gedaan had. Ik verwachtte van meisjes altijd dat ze minder ervaring hadden. Trouwens, als ik er al aan gedacht had, had je me met je geheim helemaal gerustgesteld. De rest doet er dan niet toe.’
‘Het begint een beetje eentonig te worden, en mijn verhaal straks korter. Weer hetzelfde.’
‘Alles wat een probleem zou kunnen worden wordt goed opgelost, hè?’
‘Ja, geweldig. Al doet de rest er inderdaad niet meer toe, ik zou het toch graag horen.’
‘Ik heb vast aan jou méér dan genoeg, als je overal over wilt praten, tot en met in de slaapkamer aan toe.’
‘Het gaat er meer om dat ik in je geïnteresseerd ben. Als ik weet wat je gedaan hebt weet ik een beetje wat ik kan verwachten.’
‘Andersom neem ik al genoegen met wat ik nu al denk dat ik kan verwachten. Maar ik wil je er graag over horen praten.’
‘Straks.’
‘Goed. Waar was ik? Ja, op het punt een broekje in te gaan. Ik had al gauw door, net als bij borstjes, hoe ik moest strelen om ze het lekker te laten vinden. Ik wilde graag dat zij het ook prettig vonden, bovendien hielden ze er dan niet zo gauw mee op.’
‘Hoe vond je het zelf?’
‘De eerste keer natuurlijk vreselijk spannend. Ik had wel plaatjes gezien, maar ik had geen idee hoe zo’n eh doos aan zou voelen. Nou, heel fijn. Genoeg?’
‘Als je wilt. Ik kan tegen méér, voorzichtig jongetje.’
‘Nog méér? Goed. Eerst met een hele hand tussen haar benen, weet je veel waar je precies moet zijn. Tot ik haar doos in mijn hand had, helemaal in één hand. Om het goed te voelen ging ik vanzelf strelen. Ondertussen natuurlijk kussen. Ik merkte dat ze het lekker vond, ze werd iets woester. Toen met m’n vingers, eerst eroverheen, toen een beetje over haar gleuf, en voorzichtig met één vinger er een beetje in. Ik dacht hoofdzakelijk, ik zit nu een meisje te bevoelen, lekker zo’n doos, en ze vindt het goed en ook lekker. Ik zou dit lang vol kunnen houden. Maar na een tijdje moest ik van haar stoppen. We kusten, en ik kon weer heerlijk met haar borsten spelen. Toen moest ik weer doorgaan. Nou, graag. Ik schrok toen ze ineens schokte. Ik haalde gelijk mijn hand weg, maar ze zei, nee, nee, ga door, je doet het zo lekker. Ik ging natuurlijk proberen of ik het voor haar nog lekkerder kon maken. En ik vond het heel fijn dat ik zo aan haar, en een beetje in haar, mocht komen. Ik dacht natuurlijk ook, hoe zou het zijn, mijn penis erin? Maar ook jammer dat ik ondertussen niet bij haar borsten kon. Die waren ook zo lekker om te kussen en te likken, dat had ik ook al mogen doen. Ze begon langzaamaan wat harder te schokken en wat te kreunen. Tot ze slap in m’n armen viel, hijgend. Ik liet haar even bijkomen, vroeg toen, wat was dat, liefje? Ze fluisterde, ik kwam klaar. Nou, ik schrok, ik had geen idee hoe dat bij meisjes ging. Ik vroeg wat ze gevoeld had, en of het lekker was. Ze zei, natuurlijk was het lekker. Het waren krampjes. Je deed het heel lekker. Zal ik nu bij jou? Jij moet ook klaar kunnen komen.’
‘Toen zei je natuurlijk, nee, dat hoeft niet, hoor.’
‘Ik zei natuurlijk, ja, alsjeblieft. Ik heb haar niet verteld dat ik dat al meegemaakt had. Schrik je?’
‘Nee. Ga door. Ik wil het graag horen, Han.’
‘Goed. Het was jaren eerder, in de duinen. Met eentje uit mijn klas. Ik had haar bloesje losgeknoopt en zat één van haar borstjes te kussen en de andere te strelen. Toen voelde ik dat ze de riem van mijn broek losmaakte, de knoop bovenaan losmaakte en de rits naar beneden deed. Het was heel spannend. Ik had niet het idee dat ze het eerder gedaan had. En ik had geen zin om te protesteren. Ze ging gelijk onder mijn onderbroek, voelde een beetje hoe ik in elkaar zat. Ze nam heel voorzichtig mijn zak in haar hand. Ze zei, wees maar niet bang, ik weet dat ik daar voorzichtig mee moet zijn. Daarna pakte ze mijn penis, voelde eerst, het werd vanzelf strelen. Ik had al een erectie, omdat ik met m’n handen en mond vol zat, en een kloppend gevoel, maar ik voelde hem groeien, zo groot was hij nog nooit geweest. Vijftien of zestien centimeter toen, waarschijnlijk. Tja, zo’n zacht, lief handje. Ze streelde, we kusten, en ik zat weer aan haar borstjes. Tot ik een krampje voelde. Ik zei stop, ik wil graag, maar er gaat wat gebeuren, je moet de theorie ook weten. Ja, die weet ik, zei ze. Ik pak je ook met mijn andere hand vast, ik vang het wel op. Hopelijk. Verder?’
‘Je maakt het spannend. Ja, je vertelt leuk, ga maar door, als je het nu droog kunt houden.’
‘Wat? O. Ja, dat gaat goed. Bijna geen probleem. Nou, ze ging verder, heerlijk. Toen kreeg ik onderin krampen en spoot mijn sperma eruit. Ik controleerde wat later mijn broek, droog, ze had inderdaad alles opgevangen. En haar handen met een zakdoek afgedroogd, mij ook. Ik weet de volgorde niet meer, ik lag bij te komen. Ze was niet geschrokken, ze vond het wel grappig, zei ze. Daar was ik blij mee, want onwillekeurig denk je, een meisje moet dat toch raar vinden, zo’n grote penis, met die zak eronder, en dan spuit hij ook nog. We hebben het een paar keer herhaald. Bij mij, ik mocht niet tussen haar benen komen. Ik weet niet meer waarom het uitraakte. Met de anderen ging het bijna hetzelfde, ik wist nu natuurlijk méér. Ik ben, zeker nu, blij dat ik altijd ook geprobeerd heb het ook voor hún lekker te laten zijn. Ik vond het nogal wat, als ik als eerste aan ze mocht komen, en ze zelfs klaar mocht laten komen. Als ik niet de eerste was, nou, dat waren ze, op één na, bij mij ook niet. Ik heb er geen spijt van.’
‘Dat hoef je ook niet te hebben, lieverd. Mij is hetzelfde overkomen, het waren ook lieve jongens. Tja, anders laat je toch niet aan je komen, of stop je ze toch? En één keer moet de eerste zijn. Je weet, ik vond dat ik wel zo ver mocht gaan, als alles maar nieuw bleef. Van strelen en klaarkomen slijt er niets.’
‘Nou, dat was me wat. Ik ben blij dat je het zo goed opvat. Is er voor jou nog wat te vertellen over?’
‘Eens kijken. Ik denk dat ik twaalf of dertien was toen ik de eerste keer mijn borstjes liet strelen. Ze waren toen nog niet zo groot, pas later. Ik wilde wel eens weten hoe dat aanvoelde. Als ik het zelf deed had ik geen idee. Nou, het was gezellig, met een lief jong, en wel lekker. Na een paar begon er één me daar te kussen en te likken, dat was nog lekkerder. Toen mijn borsten groter waren was het nog lekkerder. Die jongens waren er ook gek op. Ja, de meeste meiden hadden kleinere en waren preutser. Ik weet niet hoe het kwam, ik was nieuwsgierig genoeg, waarschijnlijk waren de jongens niet lief genoeg, pas na een paar jaar ging ik verder. Me klaar laten strelen, heerlijk. Maar ik kan tijdelijk zonder. Ik had al wel eerder jongens gestreeld. Ik weet niet wanneer ik daarmee begon. De eerste keer durfde ik niet verder toen hij begon te kreunen. Ik heb hem daarna een keer onder de douche gezet. Bij hem thuis, z’n ouders waren er niet. Ik liet me helpen bij mijn huiswerk. Ja, ja. Hij wilde maar al te graag, net als jij begin van de week. Hij kleedde zich zo helemaal uit en ging met zijn spullen voor me staan. Ik heb hem na het douchen afgedroogd, toen wist ik dat alles schoon en droog was. Kon ik alles eens rustig bekijken en bevoelen. Toen hij ging kreunen durfde ik wél verder te gaan. Interessant om te zien. Nou, dat was het geloof ik wel. Quitte?’
‘Quitte. Niet dat dat persé hoeft, hoor. Ik kan ook tijdelijk zonder. Ik zal niet aandringen, het gaat fijn genoeg. Nu ook al, elkaar omhelzen en handje vrijen. Heerlijk, meisje. Je bent ook een heerlijk meisje.’
‘En nieuw.’
‘Ondeugd. Ik straf je af met een vraag. Hoe zou het gaan, afgezien van een mogelijk moeilijk begin?’
‘Wat? Oh, nu ben jíj ondeugend. Maar je straft me niet met zo’n vraag. Ten eerste hoef ik geen antwoord te geven. Ten tweede zit ik nergens mee. Nou ja, dat geheimpje had ik willen bewaren, maar het voordeel is, dat ik het jouwe ook weet. Je zei het nu heel netjes, een mogelijk moeilijk begin. Afwachten, niets aan te doen. Het is gelukkig eenmalig. Daarna, tja, wat denk je, in plaats van vier vingers en een duim, een warme zachte doos helemaal om je penis?’
‘Meid toch. Tja, het kan niet anders dan nog ontzettend veel lekkerder zijn. En qua intimiteit het einde.’
‘Zoiets. En bij mij zo’n grote penis, die me waarschijnlijk helemaal opvult, in plaats van maar één vinger. Zeventien centimeter, die vast wel. Nou, ik ben er niet bang voor, laat maar komen. Oh, tegen die tijd natuurlijk pas.’
‘Ja, koest maar. Je zit ook nergens mee, zeg. Onvoorstelbaar. Nou ja, we zaten het wél voor te stellen. Mag ik daar nog wat mee doorgaan?’
‘Ja hoor. Ik zal stoppen met over voorbehouden te praten, als je ze er toch steeds maar bíj denkt.’
‘Dat doe ik graag, dat praat wat makkelijker. Ik loop vooruit op de mogelijkheden. Mag ik je daarvóór al strelen, langzaam steeds méér, tot en met?’
‘Ja, natuurlijk. Ik doe het wel kalmaan, maar ik ben niet preuts geworden.’
‘Die indruk had ik al, ondeugd. Zou je mij ook willen strelen?’
‘Ja. Graag.’
‘Tot en met?’
‘Ja, natuurlijk. Niet gelijk de eerste keer, maar later wel. Ik zorg dan voor zakdoekjes. Misschien zijn die niet altijd nodig.’
‘Nou, gezien mijn ervaringen wel. Ik kon het nooit droog houden. Dat zou ook niet zo lekker geweest zijn.’
‘Nee. Maar ik herhaal, misschien zijn die niet altijd nodig.’
‘Ik snap je niet.’
‘Ik zal je even goed laten schikken. Maar eerst een andere vraag. Je hebt aan borstjes gelikt. Ook aan doosjes?’
‘Meid! Nee. Soms wel aan gedacht, maar niet aan toegekomen.’
‘Commentaar straks, eerst over mijn vorige vraag. Ik heb het nog niet gedaan, ook wel aan gedacht maar niet aan toegekomen, om jongens daar anders dan met mijn hand aan te raken.’
‘Nou, als je me daar zou likken denk ik dat je héél snel een zakdoek nodig zou hebben.’
‘Ook als ik er een kusje op zou geven?’
‘Een kusje of likken lijkt me dezelfde uitwerking te hebben.’
‘En een tongzoen daar?’
‘Shit, meid. Nee, dan niet. Zou je durven?’
‘Ja, als je dat zou willen.’
‘Ja. Oh, Debbie.’
‘Nou, het is natuurlijk niet zo lekker als het volledige werk, om het eens anders uit te drukken, maar het lijkt me geschikt om te doen als ik een paar dagen in de maand niet kan. Snap je?’
‘Ja, ik snap wanneer. Debbie, ik wil je wat vragen. Die vraag gaat nog, maar als ik uit moet leggen waarom, moet ik erg ruig worden.’
‘Nou, we zien wel. Eerst die vraag maar, zien we daarna wel verder. Goed?’
‘Ja, fijn. Zou je, tegen de tijd dat we eh erg intiem willen worden, aan de pil willen beginnen?’
‘Makkelijke vraag voor me om te beantwoorden. Het moet toch iets moeilijk voor je zijn geweest om hem te stellen. Ik ben erg blij dat je het toch gedaan hebt. Lief dat je er, doordenker, ruim op tijd over begint. Dat je meedenkt. Denk je dat ik hem nu niet gebruik?’
‘Dat weet ik zeker. Je wilt nieuw blijven en je bent in staat om dat vol te houden zolang je nodig vindt. En dat is niet van de ene dag op de andere, je neemt de tijd om daarover te beslissen.’
‘Nou, je hebt me beter leren kennen dan ik dacht. Het klopt precies. Fijn. Maar weer eens.’
‘Ja, waarom zou je zoeken naar andere woorden? We weten wat we bedoelen.’
‘Ja. Je ziet wel één ding over het hoofd. De pil kan ook gebruikt worden om regelmatig te worden.’
‘Ja, dat is waar ook. Dan weet ik het niet.’
‘Nee. Goed. Han, ten eerste, ik gebruik de pil ook daarvoor niet, niet nodig. Dus, helemaal geen pil. Ten tweede, ik was het al van plan. Ten derde, ik ga je niet vertellen wanneer, je hoeft niet te weten wanneer ik er aan toe ben om zo intiem te worden. Als het zover komt weet je gelijk dat ik hem gebruik. Ten, maakt niet uit, ik zal het op tijd gaan doen, ik wil ook geen onnodig uitstel als ik eindelijk echt met je wil vrijen. We kunnen beter eerst samen wennen voor er kinderen komen, hè?’
‘Ja, je bent ook jong genoeg. Fijn dat je het wilt doen. Debbie, ik vroeg om de pil. Door verhalen van andere jongens heb ik geen zin in condooms. En andere manieren hebben te veel risico’s.’
‘Klopt. Ik wil ook geen condooms. Onhandig. En ik wil je niet ingepakt. Helemaal bloot.’
‘Daarom ook. Maar ook omdat ik mijn sperma niet weg wil gooien, maar aan jou wil geven.’
‘Oh, wat lief van je. Ik wil het heel graag hebben. Ik eh, nou, voorzichtig dan, ik ga je steeds aardiger vinden.'
‘Fijn. Heel fijn. Om niet in herhaling te vallen, ik word steeds gekker op je. Niet omdat je me heel veel belooft, als het goed gaat, maar door de manier waarop je met me praat.’
‘Ja. En ik jou onder andere omdat je niet aandringt. Trouwens, ik beloof jou wel wat, mezelf ook, hoor.’
‘Ik ben zo blij dat je, net als ik, het niet als de hoofdzaak ziet, maar het er wel ontzettend graag bij wilt doen.’
‘Nou, het heeft wel ontzettend veel met elkaar te maken. Ik ga het flink mengen. Ik wil heel graag lief voor je zijn, heel vaak omhelzen en kussen en zo. En ik dacht net al, ik wil je bloot, jij mij vast ook, en het hoeft niet stiekem onder de dekens. Het kan mij niet schelen waar, wanneer, welk standje, schrik niet zo, ook overdag, bij daglicht. Ik wil die ongetwijfeld mooie penis vaak in volle glorie zien en er méér mee doen dan naar binnen stoppen en zo, en jij wilt mijn doos ook vaak zien enzovoort. Schandalig. Maar voor jóu schaam ik me niet. Waar blijf dat ruige?’
‘Nou, na jouw praatje valt dat nogal mee. Ik wil ook alles doen wat jij wilt. Ik zat te denken, zonder condoom kan ik je lekker volspuiten, dat moet veel lekkerder zijn dan in je hand of een zakdoek, en in je mond. En het idee, ik geef je alles wat ik heb, helemaal binnen in je, en steeds een beetje op en neer gaan om je doos te strelen en zelf gestreeld te worden.’
‘Nou, vind je dat ruig? Het gaat gewoon gebeuren. Goed?’
‘Goed?’
‘Als het je te veel wordt, zullen we dan doorgaan alsof er niets gebeurd is?’
‘Is er ook niet.’
‘Nee, we hebben alleen veel gezegd. Nu nog commentaar. Han, we hebben allebei ervaringen. Toch zal het fijn zijn samen zulke dingen opnieuw te doen. En, inclusief de eenmalige onvermijdelijke ruïnering van mijn nieuwigheid, is er nog heel wat overgebleven voor een eerste keer. En vaker. Veel vaker. Vóór én na de ruïnering.’
‘Debbie, schatje, je zal nooit een ruïne worden, in mijn ogen. Iedere dag wéér nieuw. Nou, niet huilen, joh. Wordt het je nu te veel?’
‘Ja. Je wordt te romantisch. Ik praat makkelijk over intieme zaken, zeker met jou. Ook over gevoelens. Maar niet op die manier. Dat zal je nooit van me horen, denk ik. Erg?’
‘Nee. Je hebt steeds op de andere manieren laten weten hoe je over me denkt. Nu weer. Ik ben daar vreselijk gelukkig mee. Daar hoef je niet over uit te weiden, of het romantisch te doen. Ik voel me ook niet romantisch. Er komt alleen af en toe vanzelf iets naar boven. Door jou. Voor jou. Nou, meisje toch.’
‘Laten we maar ophouden en er niet te veel aan denken.’
‘Zullen we gaan slapen?’
‘Wel ja, nu al samen met me slapen?’
‘Je bent snel bijgekomen. Ja, lekker slapen. Aangekleed, en geen gerotzooi onder de dekens.’
‘Goed. Pak er maar een paar.’
Met enige moeite kreeg hij de dekens over hun beiden heen. Ze kroop dicht tegen hem aan.
‘Bibi en Dolf zitten ook al zo. Het gaat goed met ze, denk ik.’
‘Net zo goed als met ons, denk ik. Alleen zullen ze elkaar nog niet zo veel intiems verteld hebben. Ze hebben daardoor meer tijd gehad voor andere onderwerpen.’
‘We halen ze daarmee wel in. Nu ga ik lekker slapen, tegen je aan. Dromen over wat we hopelijk later gaan doen. Han, ik blijf voorzichtig. We moeten afwachten hoe het zal gaan.’
‘Maak je maar geen zorgen. We mailen gauw en zien elkaar beslist weer. Oh, Dolf en ik hadden nog wat bedacht. We raakten aan de praat over de vlotte gang van zaken. We willen dat ook zo houden. Daarom vragen we jullie te bedenken dat de meeste vakantieliefdes anders beginnen, en daarom na terugkomst meestal snel eindigen. Wij hebben niet de hele dag voor pampus gelegen en ‘s avonds een disco opgezocht en tot diep in de nacht gehost, amper zonder een fatsoenlijk, of onfatsoenlijk, woord te wisselen of elkaar goed te zien. Dat weten jullie natuurlijk, maar wij willen hier de nadruk op leggen. Wij hebben, bij ons volle bewustzijn, úúúúren met elkaar gepraat, ons al die tijd bij daglicht gezien, in de ogen kunnen kijken en elke reactie op elkaar kunnen zien. Daarom is de basis, waarop we in Nederland verder kunnen gaan, oneindig veel sterker. En wij willen verder met jullie gaan, gauw er met jullie verder over praten.’
‘Zou je dat een keer kunnen mailen, Han? Ik denk dat ik, in ieder geval voor de zekerheid, een plakboek ga beginnen. Over deze vakantie. Voor onszelf en voor ons nageslacht. Hoe we elkaar ontmoet hebben en zo. En jullie mooie toespraak. Het klopt helemaal, die sterkere basis. Het zou goed zijn als we dat, in Nederland, nog eens rustig konden lezen. Hoe onze verwachtingen ook zijn, er sluipt, in het begin, vast soms toch een gedachte binnen, het zou toch niet alleen maar een vakantieliefde geweest zijn, van hun kant, maar ook van onze kant? We doen wel erg zelfverzekerd, maar we twijfelen natuurlijk ook vaak aan onszelf. Dit is ons nog niet overkomen. Wel die discoliefdes, zal ik ze maar noemen. Die waren we vaak op de terugweg in het vliegtuig al vergeten. Hier hebben we geen ervaring mee. Bibi en ik zullen vast over de herinneringen, maar ook over onze verwachtingen praten. Jullie toespraak zal ons steunen. Ik moet bijna weer janken. Jullie zijn verstandige liefjes. Welterusten.’
‘Welterusten, nieuw liefje.’
‘Ja, pas een week. Wat ging dat snel. Sneller dan de eerste week, toen we elkaar nog niet gezien hadden.’
‘Kort en hevig.’
‘Ja. Nieuw in nieuw liefje heeft ook nog een andere betekenis. Droom daar maar van.’
‘Wat? Nee, alleen dat je eindelijk in mijn armen heb. Dat is genoeg.’

Vrijdagmorgen

Toen hij wakker werd lag ze met haar hoofd tegen zijn schouder. Hij keek eens opzij. Dolf grinnikte naar hem. Die zat er ook zo bij met Bibi. Na een paar minuten gingen alle lichten weer aan en begon er geloop naar de toiletten, waardoor de meiden wakker werden.
‘Goedemorgen, Han. Zo, voor het eerst samen geslapen. Ik zal het straks maar niet tegen m’n ouders zeggen.’
‘Nee, beter van niet. Eh, Debbie, als we later goed contact hebben, maar nog niet intiem, en we doen iets gezamenlijk op bijvoorbeeld een zaterdag én een zondag, dan zouden we die nacht best samen kunnen slapen zonder dat er iets intiems gebeurt. Ik had vannacht geen enkele behoefte om onder de dekens aan je te zitten. Ik vond het hartstikke fijn om je zo vast te houden. Méér hoeft voorlopig niet, ook geen shows meer. Het gaat prima zo.’
‘Ja. Over dat slapen zie ik wel als het zover komt.’
‘Vast wel. We hebben fijn lang geslapen. Ik zie het ontbijt er aan komen. Daarna zijn we er gauw.’
‘Ik heb niet zo’n haast. Ik lig lekker, zo.’
‘Lief van je, maar de tijd gaat door. Je ouders willen vast weer gauw naar huis, het is nog een eind rijden. Dan zijn jullie ruim op tijd thuis voor het avondeten. Dat zal je moeder wel fijn vinden. Hoe laat denk je naar bed te gaan?’
‘Vandaag om negen uur, als ik het red, morgen om tien uur, zondag om elf uur, dan zit ik ongeveer weer op schema. Jij?’
‘Ik denk iedere dag een uur later dan jij. We beginnen niet zo vroeg met werken, omdat we het vaak ‘s avond laat maken. Wanneer we stoppen is iedere dag anders. Al begint Simon, sinds hij verkering heeft, er steeds vroeger mee op te houden. Dat geeft niet, we doen mee, om het eerlijk te houden. Dan maar minder haast. Onze opdrachtgevers weten inmiddels wel dat we goed werk afleveren, die wachten wel.’
‘Ja, als ik verkering had, misschien daarvóór al, wilde ik hem ook niet alleen in het weekend zien, ook wel eens door de week. Een week kan lang duren.’
‘Ja. In het weekend werken we nu alleen nog als die verkering wat anders te doen heeft.’
‘Dat is aardig van jullie.’
‘Nee, eigenbelang. We dachten, het kan ons ook nog wel eens overkomen. Vrij snel, hoop ik.’
‘Je mag hopen.’
‘Fijn, dank je.’
‘Dolf zei een keer, we verwachten dat alles gelijk op zal gaan. Dat gaat het ook. Je hoeft me niet te bedanken.’
‘Ik zal het toch af en toe blijven doen, al weet ik dat het niet hoeft. Dat doe jij vast ook.’
‘Ja, waarschijnlijk wel. Han, we hebben een prettige vakantie gehad, vooral de laatste week. We zien wel hoe het gaat lopen. Goed, ontbijten.’

Vrijdagmiddag

Onder het wachten op hun koffers bij de transportband nam iedereen van de groep afscheid van elkaar. Niet iedereen kende iedereen even goed, omdat ze er of één, of twee of drie weken op hadden zitten. Er werden wat adressen uitgewisseld. Zodra de jongelui hun koffers hadden liepen ze langs de douane de hal uit. Han zag de ouders vrij snel. Debbie leek op haar moeder, Bibi op haar vader. De meiden begroetten hun ouders hartelijk, de jongens keken toe. Debbie pakte Han bij zijn hand en trok hem naar voren.
‘Paps, mams, dit is mijn vriendje Han. We hebben elkaar de laatste week in het hotel ontmoet en het heel gezellig gehad.’
‘Meisje, ik weet niet wat ik me bij dat gezellig van jou voor moet stellen, maar dat horen we nog wel. Zo, vriendje van een week, heb je mijn dochter een beetje vermaakt?’
‘Vermaakt is niet het juiste woord, meneer, dat zult u nog wel horen. Debbie en ik kennen elkaar nu een week, mag ik uw toestemming om de kennismaking voort te zetten?’
‘Zo, zo, Han. Je zal wel weten dat je niet haar eerste vriendje bent, zo goed ken ik haar wel, die lieve, eerlijke flapuit. Maar dit is de eerste keer dat mijn toestemming gevraagd wordt. Nou, die heb je, al heb je die niet nodig, die tijd is voorbij. Mijn kleine meisjes zijn groot geworden. Jullie zien er goed uit, mooi bruin. En, Bibi?’
‘Dit is mijn vriendje Dolf. Voor ons geldt hetzelfde.’
‘Nou, lief weinig spraakzaam meisje van me, voor mij geldt dan ook hetzelfde. Ook welkom terug in Nederland, Dolf. Mams vindt het ook goed, zie ik. Ja, die zal méér zien dan ik, en tussen de regels door horen, zogezegd. Heren, jullie moeten maar eens een avond langskomen, dan kunnen we jullie kant van het verhaal horen. Debbie zal ons wel een tijdje de oren van ons hoofd kletsen, daar kan Bibi nooit een speld tussenkrijgen, maar een rustig verslag willen we ook wel. Goed, we moeten er vandoor.’
‘Willen jullie even op die bankjes daar op ons wachten? We willen de jongens naar de trein brengen. Die gaat vast om het kwartier, naar Delft, dus zo lang duurt het niet.’
‘Delft? Jammer, heren, de auto zit vol. Neem maar de tijd om afscheid te nemen, meiden. Wij zijn ook jong geweest.’
‘We zullen het niet te lang maken.’

Op het perron zetten de jongens hun koffers neer en keken afwachtend naar de meiden. Debbie nam Hans handen in de hare en keek hem aan. Ze vergat haar zus.
‘Je was heel aardig tegen mijn ouders. Stiekemerds, afgesproken om toestemming te vragen, hè? Ouderwets netjes. Heel fijn. Han, ik zei in het vliegtuig al, Bibi en ik hebben nóg wat afgesproken. Je krijgt een kusje, je hebt hem net zelfs extra verdiend. Eerlijk gezegd, het is ook een lokkertje, je snapt het wel.’
‘Ik heb geen lokkertje nodig, schat. Maar ik sla het niet af.’
Hij omhelsde haar voorzichtig en kuste haar. Ze legde daarna haar hoofd op zijn schouder.
‘Debbie, het is heel fijn om je vast te houden, maar ik wil graag je gezicht zien.’
Ze keken elkaar aan, kwamen langzaam met hun gezichten naar elkaar toe en kusten. Tot ze zich lostrok, naar de roltrap liep en er op stapte, zonder om te kijken. Bovenaan wachtte ze, nog steeds zonder zich om te draaien, op Bibi. Tot haar verrassing stopte die even later niet naast haar, maar liep haar voorbij. Ze haalde haar gauw in.
‘Wat een haast. Oh, je huilt.’
‘Ja, die idioot zei, ik houd van je. Aan de ene kant ben ik pissig, had hij niet kunnen wachten? Aan de andere kant ben ik natuurlijk hartstikke blij.’
‘Pissig? Meid, mooi toch, dat hij zich niet in kon houden? Wat vlotter wordt? Ik zag bij Han een beetje tranen in zijn ogen, daar moet ik het mee doen. Ik kreeg ze zelf ook bijna. Wat heb je teruggezegd?’
‘Niks. Dat kon ik niet zo gauw. Ik heb hem alleen nog een keer gekust.’
‘Nou, ik kon het ook niet bij één laten. Droog je af en trek een vrolijk gezicht. Ze mailen vast gauw.’

2e Week


Van                                   Onderwerp                       Verzonden                    Grootte
H.Stevens@3kk.nl             Eigenlijk geen.               Zaterdag  9:15                1kB

Lieve Debbie,

Vast even een levensteken.

Liefs,
  Han


Van                                   Onderwerp                       Verzonden                    Grootte
Debbieltje@hotmail.com  Re: Eigenlijk geen.         Zaterdag 19:12               1kB

Lieve Han,

> Vast even een levensteken.
We leven dus allebei nog.
Je bent vlot.

Liefs,
  Debbie


Van                                   Onderwerp                       Verzonden                    Grootte
H.Stevens@3kk.nl             Vlot en Druk                 Zaterdag 19:25               1kB

Lieve Debbie,

> Je bent vlot.
Al ruim een week.
Het eerste wat ik op mijn computer deed was natuurlijk jou mailen.
Jij ook druk?

Liefs,
  Han


Van                                   Onderwerp                       Verzonden                    Grootte
Debbieltje@hotmail.com   RE: Vlot en Druk         Zaterdag 21:45              1 kB

Lieve Han,

> Jij ook druk?
Niet té druk om mail te kijken, klein kleutertje.

Liefs,
  Debbie


Van                                   Onderwerp                       Verzonden                    Grootte
H.Stevens@3kk.nl             ?                                    Zaterdag 22:00               1 kB

Lieve Debbie,

Ikke kleutertje?

Liefs,
  Han


Van                                   Onderwerp                       Verzonden                    Grootte
Debbieltje@hotmail.com   !                                    Zondag 19:15                 1 kB

Lieve Han,

> Ikke kleutertje?
Ja. @3kk.nl.
Jullie zijn met z’n 3en.
#1, jij, 1.70, net als ik.
#2 iets kleiner.
Beiden jong, net als ik.
#3 zal ook wel zoiets zijn.

Liefs,
  Debbie


Van                                   Onderwerp                       Verzonden                    Grootte
H.Stevens@3kk.nl              ! ! ? ?                             Zondag 19:30                1 kB

Lieve Debbie,

#3 heeft @3kk.nl geregeld; virtueel maar werkend adres.
Hoe weet je lengte van #1 en #2?

Liefs,
  Han


Van                                   Onderwerp                       Verzonden                    Grootte
Debbieltje@hotmail.com   ? ? ! !                             Zondag 22:50                 1 kB

Lieve Han,

> virtueel maar werkend adres.
Doe je alles virtueel?

> Hoe weet je lengte van #1 en #2?
Niet met mijn vingers gemeten en die later langs een centimeter
gelegd. Jullie hebben naast me gestaan.

Liefs,
  Debbie


Van                                   Onderwerp                       Verzonden                    Grootte
H.Stevens@3kk.nl             H.Gr.                            Zondag 23:05                 1 kB

Lieve Debbie,

> Doe je alles virtueel?
Nee. Wel zo meteen in slaap vallen met jou virtueel in mijn armen, handje vrijend.

Groeten van #17.

Liefs,
  Han


Van                                   Onderwerp                       Verzonden                    Grootte
Debbieltje@hotmail.com   Re: H.Gr.                      Maandag 19:15              1 kB

Lieve Han,

> in slaap vallen met jou virtueel in mijn armen, handje vrijend.
Blijft nog wel even virtueel. Droom ook van je.

#17?

Liefs,
  Debbie


Van                                   Onderwerp                       Verzonden                    Grootte
H.Stevens@3kk.nl             !!!                                   Maandag 19:25               1 kB

Lieve Debbie,


Je mag #17 langs je vingers leggen. En méér, hij slijt toch niet.

Liefs,
  Han


Van                                   Onderwerp                       Verzonden                    Grootte
Debbieltje@hotmail.com   Re: !!!!!!!!!!!!!!!!!                Maandag 23:27               1 kB

Lieve Han,

> Je mag #17 langs je vingers leggen. En méér, hij slijt toch niet.
Blijft ook nog wel even virtueel. Groeten terug. Voorzichtig.

Liefs,
  Debbie


Van                                   Onderwerp                       Verzonden                    Grootte
H.Stevens@3kk.nl             Oeps                             Maandag 23:45               1 kB

Lieve Debbie,

> Blijft ook nog wel even virtueel. Groeten terug. Voorzichtig.
Heb virtueel groeten terug gedaan. Krijg vannacht vast reactie. Geeft niet, genoeg over. Maak alleen al door mail genoeg nieuw aan. Sorry. Probeer voorzichtige mails te sturen, niet over ‘bijzaken’.

Nog druk?

Liefs,
  Han


Van                                   Onderwerp                       Verzonden                    Grootte
Debbieltje@hotmail.com   Div.                              Dinsdag 20:12                  3 kB
 
Lieve Han,

Inderdaad beter om niet over productieprocessen te mailen.
Eerste twee werkdagen vielen mee. Post, telefoontjes afgewerkt. Niets bijzonders aan de hand, ga weer mijn normale gangetje. Op m’n werk. ‘s Avonds na het eten kijk ik naar mail. Voor het naar bed gaan nog een keer. Heel fijn iedere keer wat van je te zien. Verder krijg ik wat nieuwsbrieven, o.a. van vakbladen. En ik mail met een getrouwde schoolvriendin, die woont in Schotland. Heeft haar man tijdens een vakantie opgedoken. Schijnt meer voor te komen. Hij is een Schotse politieagent, ze wonen in Schotland in een dorpje, heel idyllisch, schrijft ze. Zeurt al een tijd of ik haar eens op kom zoeken, wil ik dit jaar doen. Ik heb alleen geen zin om dat alleen te doen, maar Bibi en zij liggen elkaar niet. We hadden het er dit weekend nog over, ik vertelde dat vriendin weer had gemaild en gezeurd. Bibi zei, ik ga niet mee, ik heb met jou genoeg te doen, jullie tweeën bij elkaar zijn verschrikkelijk, tijdens ons stappen vroeger al, hoe jullie met jongens omgingen. Je bent het nog niet afgeleerd. Nou ja, een beetje, aan het eind van de vakantie. Toen begon het op mijn manier te lijken. Geciviliseerd bedoel ik. Niet dat van jongens aan hun haren de bosjes inslepen. Nou ja, dat is wel een beetje overdreven. Als die jongens lief deden, niet klef, dan wilde ik een beetje spelen. Je weet het, mijn woest verleden. Ik mis je kijken naar me. Dat gewone bedoel ik, niet dat over je boek heen kijken. Was fijn, maar te wild. Droom er wel over, en meer, over fijne mogelijkheden. Nou, ik verspreek me weer. Zelfs je mails hebben al effect op me. Stop. Heb je thuis ADSL of kabel of zo? Je antwoordt steeds snel.

Liefs,
  Debbie


Van                                   Onderwerp                       Verzonden                    Grootte
H.Stevens@3kk.nl             2 Div.                            Dinsdag 21:44                3 kB

Lieve Debbie,

Wat een lange mail. Het voelt alsof je naar me kijkt. Ik mis het ook.

> Heb je thuis ADSL of kabel of zo? Je antwoordt steeds snel.
ADSL, komt nu goed uit. Als ik op mijn kamer ben staat de computer meestal aan. Die kijkt af en toe of er mail voor me is. Zo ja, waarschuwt dan. Ik zoek nog naar een herkenningsmelodie, i.p.v. standaard piep, of ta ti ta ta, als er een mail van jou bij is. Weet je iets toepasselijk?
Ik zou je nog een keer helpen met een computer en je telefoonverbinding. Maar dan wil ik eerst de opstelomstandigheden zien en hoe je er gebruik van maakt weten. Komt dus pas nadat ik bij je thuis over de vloer kom. Ik kom er eerder niet voor langs, mail er niet meer over. En ik begin er niet eerder aan dan dat ik weet dat mijn moeite lekker beloond wordt.

> Ik heb alleen geen zin om dat alleen te doen (Schotland)
Per ongeluk expres een uitnodiging? Ik stink er in. Samen een keer? Paar dagen ertussenuit, over een tijdje? Evt. dan samen slapen zonder dat er iets intiems gebeurt mogelijk. Ik heb er tijdens een schoolreis op de HAVO een keer gekampeerd. Mooie omgeving.

Liefs,
  Han


Van                                   Onderwerp                       Verzonden                    Grootte
Debbieltje@hotmail.com  Piep enz.                       Dinsdag 22:05                2 kB

Lieve Han,

Ik keek beetje vroeg nog een keer. Gelukkig niet té vroeg. Fijn joh. Hierna vandaag niet meer.

> Ik heb er tijdens een schoolreis op de HAVO een keer gekampeerd. Mooie omgeving.
Ik heb alleen, t/m mijn 17e, in Nederland gekampeerd. Daarna in hotels / appartementen in het buitenland.

> herkenningsmelodie, i.p.v. standaard piep, als er mail van jou bij is.
Ik wist niet dat dat kon. Zal er over nadenken. Ook over Schotland. Beetje intiem mag.

> Ik begin er niet eerder aan dan dat ik weet dat mijn moeite lekker beloond wordt.
Ook even op wachten.
Je zou me nog wat mailen. Voor mijn plakboek over deze vakantie. Ben eraan begonnen, gezien de kansen voor een mogelijk nageslacht.

Liefs,
  Debbie


Van                                   Onderwerp                       Verzonden                    Grootte
H.Stevens@3kk.nl             Toespraak                     Dinsdag 23:50                3 kB

Lieve Debbie,

Voor je plakboek over de vakantie en de gevolgen. Niet alleen, gezien de kansen, voor een mogelijk nageslacht, ook voor onszelf.

We vragen jullie er aan te denken, dat de meeste vakantieliefdes na terugkomst snel eindigen. Maar wij hebben niet overdag bij liggen komen van discobezoek de avond ervoor, tot diep in de nacht hossen, amper zonder een fatsoenlijk, of onfatsoenlijk, woord te wisselen of elkaar goed te zien. Wij hebben, heel wakker, úúúúren met elkaar gepraat, elkaar bij daglicht goed kunnen zien, ook de reacties op ons kijken en praten. Daarom is de basis waarop we verder kunnen gaan, héél veel sterker. En wij willen met jullie verder gaan, gauw er met jullie verder over praten.

Wil je dit met een tekstverwerker, je zal wel ‘Word’ hebben, in een mooie opmaak gieten om in te plakken? Of in te lijsten? Datum: Was het voor of na middernacht? Welke tijdszone? Plaats: 10 km boven de oceaan. Bovenaan, lieve Debbie en Bibi. Eronder, jullie Han en Dolf. Ik heb het zelf niet gedaan, ik had het je ook kant en klaar als bijlage kunnen sturen. Maar voor het nageslacht en jullie gevoelens mag je er naar wens wat anders van maken, liefst mooier. Doe maar eens een keer romantisch. Dat ‘lieve’ bovenaan is een understatement van ons, dat ‘jullie’ voelen we zo. Er mag tussen ‘jullie’ en ‘Han en Dolf’ een ouderwets ‘toegewijde’, of ‘liefhebbende’, liever ‘smachtende’, klopt allemaal. Ik ben benieuwd. Maak het niet te gek. Als je je ‘verkletst’, is het voor eeuwig vastgelegd. Ik heb het verhaal ook naar Bibieltje@hotmail.com gestuurd.

Liefs,
  Han


Van                                   Onderwerp                       Verzonden                    Grootte
Debbieltje@hotmail.com  Dank + Uitnodiging     Woensdag 17:03             3 kB

Lieve Han,

Je hebt het laat gemaakt, 23:50
Ik ben nu vroeg, kinderen voorgelezen in bieb.
Bedankt voor jullie mooie verhaal.

> in een mooie vorm gieten
De tekst zelf laat ik zo. Heb hem aan Bibi laten zien. Die zei, ik doe niet anders. Er over nadenken, bedoelde ze. Ze had zelf vandaag nog geen mail gekeken.
Ze mailen ieder één keer per dag. Ze wil er altijd rustig voor gaan zitten, Dolfs mails zijn zodanig, dat ze heel zorgvuldig wil antwoorden, zegt ze. Nou, je kent dat stel wel. NADV (Niet aan Dolf vertellen).
De kop en kont van het verhaal zie ik nog wel, geen haast.

Wel met jouw k. en k. zien. Gelukkig heeft begrijpende mams mijn paps opgestookt. Ze laten me nu vragen of jullie a.s. zaterdagavond willen komen. Paps zei gelijk, ‘niet te laat (dus tussen 7 en 1/2 8). En als ze bij nader inzien, van wie dan ook, niet aardig zijn, mieteren ze na één bak koffie maar weer op. Anders zien we wel hoe laat het wordt, ze hoeven niet beleefd vroeg op te stappen. Mams en ik gaan waarschijnlijk wel op tijd naar bed. Jullie zien maar wat jullie doen. Als je maar geen herrie maakt, giechel.’ Nou. Fijn, hè?
Sorry voor de late uitnodiging. Maar als je er niet alles voor afzegt hebben we een probleem.

Het werd wel tijd om elkaar te zien, de eerste keer niet erg met paps en mams erbij. Het is niet altijd even leuk om een beleefd, niet aandringend, ‘vriendje’ te hebben.

Bibi mailt de uitnodiging naar Dolf. Haar en zijn mails zie ik niet, hoor ik ook weinig van. Hoeft ook niet, vast erg serieus. Ze ziet er wel steeds blij uit. Een hele verfraaiing. Zal jullie niet opgevallen zijn, jullie kenden haar niet. Mij wel opgevallen, al nadat ze de eerste morgen met hem van de bar terugkwam. NADV.

Van mij worden ze gek, als ik niet praat, wat wel eens gebeurt, ben ik aan het zingen of neuriën. NAHV. (Niet aan Han vertellen)

Liefs,
  Debbie


Van                                   Onderwerp                       Verzonden                    Grootte
H.Stevens@3kk.nl             Dank. Graag.                Woensdag 19:47             2 kB

Lieve Debbie,

> Ik ben nu vroeg, kinderen voorgelezen in bieb.
Had ik natuurlijk niet op gerekend. Goede oefening.

> Sorry voor de late uitnodiging. Maar als je er niet alles voor afzegt hebben we een probleem.
Ik had er zelfs H.M. voor afgezegd. Ze zou het wel begrepen hebben. Ze heeft zelf genoeg meegemaakt met gescharrel in de familie.

> Als je niet alles er voor afzegt hebben we een probleem.
Ik wil met jou geen problemen, maar wat anders. Omdat ik een beleefd, niet aandringend, ‘vriendje’ ben ga ik daar niet verder op in.
Ik kom heel graag begrijpende mams bedanken. En verder kennismaken, ook met paps. Is voor mij een eerste keer. Laten we ons gedragen.

Liefs,
  Han


Van                                   Onderwerp                       Verzonden                    Grootte
Debbieltje@hotmail.com   ! ?                                 Woensdag 22:27             1 kB
 
Lieve Han,

Zo fijn dat je komt. Bibi jankte. NADV. Die komt natuurlijk ook.

>> Ik ben nu vroeg, kinderen voorgelezen in bieb.
>  Had ik natuurlijk niet op gerekend. Goede oefening.
Andere oefeningen komen nog!?!

> Ik had er zelfs H.M. voor afgezegd. Ze zou het wel begrepen hebben. Ze heeft zelf genoeg meegemaakt met gescharrel in de familie.
Ik scharrel niet met je.
En wie is H.M.?

Liefs,
  Debbie


Van                                   Onderwerp                       Verzonden                    Grootte
H.Stevens@3kk.nl             @                                  Woensdag 23:09            1 kB

Lieve Debbie,

> Ik scharrel niet met je.
Sorry. Mag ik het verkering noemen?

> En wie is H.M.?
Ken je vast wel. Woont in Huis ten Bosch, Den Haag.

Als je het niet leuk vindt om naar H. Stevens te mailen, mag je wat anders verzinnen, mits geen spaties en zo erin. Lieve_Han@3kk.nl, b.v. Als je dat opgeeft, via mijn huidige adres, kan Simon regelen dat het dan in mijn postbus komt.

Liefs,
  Han


Van                                   Onderwerp                       Verzonden                    Grootte
Debbieltje@hotmail.com  @!                                 Donderdag 19:14           2 kB

Lieve Han,

Duurt ‘s avonds na eten even voor ik mail ga kijken. Ging vroeger (vroeger is vóór de vakantie) meestal om een uur of negen, na gezellig kletsen en journaal kijken met paps en mams en zus, naar mijn kamer. Ga nu met tweede koffie naar boven. Wil niet ongeduldig lijken. (Trek maar conclusie uit ‘lijken’)

>> Ik scharrel niet met je.
>  Sorry. Mag ik het verkering noemen?
Nog steeds te vroeg. Sorry.

Heb je connecties met H.M.?

Lieve_Han@3kk.nl. Kan dat? Ik zou zoiets hartstikke leuk vinden. Staat veel leuker in mijn postbak en adresboek. Doe voorlopig maar. Kan dat later nog aangepast worden? Hele_lieve, of de overtreffende trap van wat ik nog verzin?

Liefs,
  Debbie


Van                                   Onderwerp                       Verzonden                    Grootte
Je_Han@3kk.nl                 @!!                                Donderdag 20:06           2 kB
 
Lieve Debbie,

> Duurt ‘s avonds na eten even voor ik mail ga kijken.
Bij mij ook. Sinds de rest de deur uit is. Daarvoor vroegen ze wel eens of ik alleen kostganger was.

> Nog steeds te vroeg. Sorry.
Sorry. Zal het niet meer schriftelijk doen, stom, veel te onromantisch.

> Heb je connecties met H.M.?
Nou, meer dan op Prinsjesdag zwaaien doen we niet. Bij begrafenissen van haar familieleden komt ze wel in Delft, maar dan zwaaien we niet.

Lieve_Han@3kk in werking.
Je mag het zo vaak veranderen als je wilt. Je geeft het maar op. Je moet met gebruik van de nieuwe naam wel wachten op de bevestiging dat Simon het veranderd heeft. Ik doe het zelf niet, zulke dingen moet 1 man doen, en dat is hij toevallig. Maar H.Stevens@3kk blijft werken.

Liefs,
 Je_Han


Van                                   Onderwerp                       Verzonden                    Grootte
Debbieltje@hotmail.com  x x x                              Donderdag 22:28           1 kB
 
Lieve_Han,

Je hoeft niet alles te herhalen hoor, al is dat wel makkelijk. Doe ik ook. Maar ik kan ook terugkijken, ik bewaar je mails. Niet alleen op de computer, ook geprint.
Als je je ‘verkletst’, is het voor eeuwig vastgelegd.

Herkenningsmelodie: When the saints go marching in?

Liefs,
  Debbie


Van                                   Onderwerp                       Verzonden                    Grootte
Je_Han@3kk.nl                 Oppassen                      Donderdag 23:05           1 kB

Lieve Debbie,

> Herkenningsmelodie: When the saints go marching in?
Doe ik. Schijnheilige.
> ik bewaar je mails.
Ik moet dus oppassen met wat ik schrijf. Gaan mijn mails ook in je plakboek?

Liefs,
  Han


Van                                   Onderwerp                       Verzonden                    Grootte
Debbieltje@hotmail.com  Re: Oppassen                Vrijdag 22:15                 2 kB

Lieve Han,

Sorry, was vergeten (dus ook niet gemaild) dat ik op mijn werk borrel na had. En daarna op had. Wel gezellig. Vast morgenavond nog gezelliger. Nou, niet verkletst, hè? Dit kon wel.
Ongerust?

> Doe ik. Schijnheilige.
Één gebied is bij mij wel heilig.

> Gaan mijn mails ook in je plakboek?
Weet ik nog niet. Beetje erg persoonlijk. Zie o.a. vorig antwoord.

Ik laat computer nog even aan, kijk om ± 23:00 nog een keer mail.
Morgen wat drukke dag. Boodschappen, passend jurkje voor ‘s avonds zoeken, en bezoek zelf. Kijk er naar uit.

Liefs,
  Debbie


Van                                   Onderwerp                       Verzonden                    Grootte
Je_Han@3kk.nl                 Tot morgen                   Vrijdag 22:26                 2 kB

Lieve Debbie,

Was niet erg ongerust. Vergeten borrel geeft niet. Zoiets kan mij ook gebeuren. Als ik overwerk zie ik je mail daar ook opduiken. Ik bewaak je daar ook. Nog van een afstand. (Dit kon wel, hè?)
Van de week nog niet overgewerkt, we proberen het voortaan zo min mogelijk te doen. Is nu ook verantwoord, zaken lopen prima. Werk ‘s avonds thuis wel wat door, ik kan overal bij wat op mijn werk in de computer staat. Ik wil morgen overdag wel nog wat werken, anders is de overgang te groot van tachtig uur of zo naar veertig of minder. En zoveel heb ik thuis ook weer niet te doen.
Ik zal morgen niet mailen.

> Één gebied is bij mij wel heilig.
Ik hoop niet voor eeuwig.

Ben ook benieuwd naar jurkje. Heeft vast een beetje inkijk. Sorry.
Ik probeer er één minuut over zeven te zijn. Doe zelf open, anders kus ik misschien de verkeerde.

Liefs,
  Han

3e Week

Debbie deed, toen er om vijf over zeven aangebeld werd, de deur open en trok Han aan zijn jas naar binnen.
‘Hoi. Je bent de eerste, Dolf is er nog niet. Geef me jas maar.’
Hij legde de bos bloemen en een paar pakjes, die hij achter zijn rug gehouden had, op de trap, deed zijn jas uit en gaf hem aan haar. Ze hing die vlug, slordig, op de kapstok en omhelsde hem, stevig, met haar hoofd tegen zijn schouder.
‘Het gaat je niks aan, maar ik heb je gemist.’
‘Debbie, het is heel fijn om je vast te houden, maar ik wil graag je gezicht zien.’
‘Je valt in herhaling. Dan de rest ook maar.’
Ze keken elkaar even aan en kusten. Tot Debbie zich lostrok.
‘Dat was alweer te veel eigenlijk, te lang. Je had wel de goede te pakken. Pak je spullen en ga mee, ik ga je voor de leeuwen gooien.'
‘Dat zal wel meevallen. Ik heb ze al een keer ontmoet, toen hebben ze me ook niet opgevreten.’
Hij pakte zijn spullen en liep achter haar aan woonkamer in.
‘Nou, lui, mijn vriendje is er al.’
‘Goedenavond, allemaal. Mevrouw, mag ik u wat bloemen geven? Niet alleen uit beleefdheid, ook om u te bedanken dat u het initiatief voor dit gebeuren hebt genomen. Ik was zo beleefd om er bij flapuitje nog niet op aan te dringen om elkaar weer zien. En zo.’
‘Dank je wel, jongen. Dat heb ik wel verdiend, na een week met die twee afwisselend blije en bezorgde meiden. Ik was het na een paar dagen zat. Vandaar. Verder zeg ik maar niets.’
‘Kan je rustig doen, mams, ik flap er zelf méér dan genoeg uit. Heb je voor mij ook wat, Han?’
‘Je hebt die pakjes gezien, ongeduld, chocolaatjes voor jou en je zus. Jullie zullen het gebak ook wel missen.’
‘Nou, met het gebak viel het wel mee. Ga zitten, ik haal koffie, ik weet niet wanneer die slome Han komt.’
‘Beledig mijn vriendje niet, zus.’
‘Nou, hij is wel lief hoor, maar, jullie mogen het best weten, ik heb Han net een kusje gegeven, ik wed dat jullie alleen een handje geven.’
‘Dat gaat je niets aan. Oh, daar zal je hem hebben. Zo sloom ook weer niet, hè? Ik doe open. Laat de haldeur dicht, zus, ik heb bij jou ook niet gekeken. Dat je je weer verkletst is jouw probleem.’
‘En het mijne. O. Sorry meneer, ik ben u vergeten. Ik dacht alleen aan eh de drie gratiën.’
‘Al vergeven. Wie zo aardig is voor mijn drie meisjes kan bij mij wel een potje breken.’
‘Potten zijn hier niet in huis, paps. Om verwarring te voorkomen noemen we waar bloemen in gaan vazen.’
‘Han, is mijn dochter niet té vrij? Je bent wel iets gewend, zag ik, je knipperde alleen even met je ogen.’
‘Geen probleem, meneer, we passen heel goed bij elkaar. Ik knipperde alleen even om mijn antwoord in te houden.’
‘En dat was?’
‘Oh, heeft ze het niet van een vreemde? Het was, ik wil toch graag het dekseltje op jouw potje worden. Past vast wel.’
‘Heel goed. Wat taal betreft red je het wel tegen mijn dochter.’
‘Zou u zich voor die andere dochter en haar vriend in kunnen houden? Die zijn daar niet zo van gediend.’
‘Die ook al niet? Nou, dan zit hij goed bij Bibi. Zo te horen zal je Debbie en mij wel onder de duim kunnen houden.’
‘Bemoeit u zich er maar niet mee waar hij zijn vingers houdt, paps, dat doe ik zelf wel. Ik ben er eh niet te jong meer voor.’
‘Heb je haast?’
‘Paps toch. Natuurlijk niet. Alles op z’n tijd. We kennen elkaar net twee weken.’
‘Nou, en? Je wilt toch niet zeggen dat je wat gekalmeerd bent?’
‘Ja, paps. Stom, hè? Oh, daar komen ze.’
Bibi en Dolf kwamen binnen. Dolf had alleen bloemen. Hij was tijdens de begroeting erg zenuwachtig en kwam pas tot wat rust toen Bibi hem op de bank zette, naast hem ging zitten en zijn hand vastpakte.
‘En, zus, gekust?’
Dolf ging rechtop zitten.
‘Mag ik, Bibi? Het gaat je natuurlijk niets aan, Debbie, maar ik wil wel wat vertellen. Het lijkt me goed dat iedereen het hoort. Je probeert steeds ons wat op te jagen. Ik ga er van uit dat je het doet omdat je ons het beste toewenst, maar wij houden ons eigen tempo aan. Tja, al hebben we van de week heel fijn gemaild, ik bleef ook aan het afscheid op Schiphol denken. Dus heb ik haar net zonder te vragen gekust. Ze had er geen bezwaar tegen, aan haar reactie te merken. Het was er maar één, dus ik weet nog niet zo goed of het alleen geen bezwaar was voor deze keer. Bibi en ik praten er nog wel over.’
‘Goed zo, vriend. Mag ik, Debbie? We wensen jullie natuurlijk het beste toe. We willen jullie niet opjagen, Debbie ook niet, die kan zich alleen niet zo goed inhouden. We zijn al blij dat je wat spraakzamer wordt.’
‘Ik was nooit zo’n prater. Jij praatte ook steeds voor twee, al op de HAVO. Je moet bedenken dat de schok, zo’n meisje tegenkomen, voor mij groter was dan voor jou. De verhalen die jij af en toe vertelde, nou. In nette taal, hoor. Maar daarbij vergeleken heb ik bijna niets meegemaakt.’
‘Dat komt vast wel, Dolf. Nou, ander onderwerp maar.’
Het hoofdonderwerp die avond werd natuurlijk toch de kennismaking tijdens de vakantie. Han vertelde, zoals hij zei, wat hem overkomen was. Openhartig, nog al uitvoerig, maar niet alles. Tijdens zijn verhaal pinkte mams af en toe een traantje weg. Na afloop keek ze hem aan.
‘Han, ik zag op Schiphol al dat het méér dan een vakantieliefde was. Wat precies wél zoeken jullie maar uit. Paps heeft toen toestemming gegeven, inderdaad onnodig, om de kennismaking voort te zetten. Debbie heeft ook verteld dat je lief mailde. Normaal horen we nooit meer wat over haar vakantiegescharrel. Als ik nog twijfels had, gezien waar Debbie tot nu toe mee thuis kwam, die zijn nu over. Paps, schenk eens wat in. Ik heb je van de week wel gehoord, hoor, tegen Debbie. Als ze niet aardig zijn mieteren ze na één bak koffie maar weer op. Zo ongeveer. Nou, Debbie kan dat wel hebben. Jij zou het niet leuk gevonden hebben, hè, Bibi?’
‘Nee, ik houd niet van dat soort taalgebruik. U doet dat gelukkig niet. Daarom ben ik ook blij dat Dolf wat dat betreft op u lijkt. Ik had van de week inderdaad ook wat moeite. Ik vond het zo onwaarschijnlijk dat Debbie en ik, praktisch tegelijk, ieder iemand van ons eigen slag gevonden hadden. Debbie en Han praten overal makkelijk over. Nu ook, met weglating van wat bijzonderheden. Ja, Debbie, je ging de eerste paar dagen gewoon weer op de vakantieversiertoer. Daarna kalmeerde je pas. Ik weet dat je lief wilt doen en niks slecht bedoelt, anders zou ik me voor je schamen. Ik hoop voor je, en voor Han, dat het blijvend is. Wat Dolf en mij betreft, we zijn wat terughoudender. We hebben het tijdens de vakantie heel fijn gehad, van de week heel fijn gemaild en ik ben hartstikke blij dat hij er is, dat ik straks weer met hem praten kan. Ik hoop dat het met ons ook blijvend is.’
‘Mams, wij hebben het laat genoeg gemaakt. Bibi, dat was een fijne preek van je. Dank je wel. Heren, we horen nog wel eens wat van jullie, zij het goed of slecht.’
‘Neem het hem maar niet kwalijk, jongelui. Hij bedoelt het goed, hij wil zich nergens mee bemoeien. Prettige avond verder.’
Na het vertrek van de ouders keken de vier elkaar aan.
‘Wat doen we, zullen we verder praten?’
‘Ja, Han, maar niet hier. Ik pak een paar glazen en een fles cola, we gaan naar mijn kamer. Bibi, Dolf, jullie zien maar. Dag.’

Op haar kamer ging Debbie op bed liggen.
‘Kom naast me zitten. Ik wilde alleen met je zijn, niet kwartetten. Ik weet niet of Bibi het al aandurft om met Dolf naar haar kamer te gaan. Ik met jou wel, zo kan zij ook in de woonkamer blijven. Ik ga niet luisteren of ze bovenkomen, of weggaan. Trouwens, hoe wist je ons adres?’
‘Zoals je zei, in de telefoongids. Met nog een paar met dezelfde achternaam, maar de enige in Overschie.’
‘Ja. Ik was het vergeten te mailen, bedacht ik later. Ik heb maar afgewacht, je bent slim genoeg. Anders had je wel gemaild. Zo, eh, Han, hoe vond je het, in de leeuwenkuil?’
‘Nou, eh, Debbie, heel gezellig. Je ouders zijn erg aardig, ieder op hun manier. Bibi voelde zich wat opgejaagd, maar ze was erg flink. Praatte goed van zich af. Hield trouwens Dolf ook goed uit de wind, na zijn eerste preek. Hij mocht vertellen wat hij wilde, daar was ze zienderogen blij mee, maar als het iets moeilijker werd nam zij het woord. Aan de ene kant had ik medelijden met haar, ze had het wat zwaar, aan de andere kant bewonderde ik haar. Wil je dat een keer tegen haar zeggen? W A B V, wel aan Bibi vertellen.’
‘Dank je wel, lieverd, dat zal ik doen. Daar zal ze blij mee zijn. Jij had kennelijk geen problemen, dat je dat ook nog in de gaten had. Ik niet direct, maar je hebt helemaal gelijk. Houd mijn hand eens vast. Ik ben net wéér een beetje gekker op je geworden.’
‘Fijn. Ik lig in principe voor mezelf niet wakker van ouders. Alles wat ze méér zijn dan neutraal is meegenomen. Alleen voor jou, het is belangrijk dat jij goed met ze om kan blijven gaan. En voor eventueel t z t kinderen. Nou, heel goede vooruit- zichten, dit is wel een héél aardig stel.’
‘Fijn. Genoeg over mijn ouders.’
‘Vind ik ook. Lieve Debbie, we hebben fijn gemaild. Op de goede basis van onze kennismaking. We praten vanaf dat ik binnenkwam gelijk weer heel fijn. Ik wil nu graag iets meer dan in de hal. Mag ik je wat langer kussen?’
Ze tilde haar hoofd wat op, tuitte haar lippen iets. Hij liet haar hand los, boog zich voorover, zette tegelijkertijd zijn handen ieder aan een kant van haar op bed, en kuste haar. Ze pakte hem bij zijn schouders, liet hem weer los toen hij rechtop ging zitten.
‘Je kuste me opvallend terug, schat.’
‘Het zou toch gelijk opgaan? Hoe beter we elkaar kennen hoe meer contact?’
‘We kunnen allebei goed onthouden wat we ooit gezegd hebben. Maar ik ken je kennelijk beter dan jij mij.’
‘Mooi niet. Ik wil, sinds het afschaffen van mijn shows, iets bij je achterblijven. Maar als je het te veel verschil vond wil ik je graag inhalen, maar niet voorbijgaan. Nu!’
Hij kuste haar weer. Deze keer sloeg ze haar armen om hem heen. Na een minuut liet hij haar los.
‘Oh, Debbie, zo kennen we elkaar weer. Dit moesten we voorlopig maar niet te vaak doen. Het is geweldig. Lief en lekker.’
‘Ja, allebei. Fijn dat je dat zo zei. Straks wel nog één, als je weggaat. Hoe gaan we verder, vanaf morgen?’
‘Wacht even. Ondanks mijn concentratie op je zalige kussen voelde ik ook hoe je me vasthield. Ik jou niet trouwens. De eerste keer hield je mijn schouders vast, de tweede omhelsde je me. Ik vermoed waarom, zal ik het zeggen?’
‘Nee, doe ik zelf wel. De eerste keer was een automatische reactie, van vroeger. Daar begon ik altijd mee. Dan kon ik de jongens wegduwen als het niet beviel. Dat kwam wel eens voor, zeker als ze gelijk met tongzoenen begonnen. Alles op z’n tijd. Tussen de eerste en de tweede dacht ik, dat hoeft niet, hij is te vertrouwen. Hij is voorzichtig, houdt me niet vast, inderdaad, houdt zich in, behalve bij het kussen zelf, dat was bijna onfatsoenlijk hartstochtelijk. Tja, ik zei het al eens, we hebben allebei onze ervaringen, maar toch zal het fijn zijn samen zulke dingen opnieuw te doen. Nou, dat komt uit, hè?’
‘Ja. Je kust heerlijk. Ik kreeg ook gelijk met mijn niet inhouden bij het kussen, dat heb je goed gevoeld. Ik dacht, een heel kleine kans dat ze het niet goed vindt, maar ze zal niet boos worden. Ze is wat gewend, dat scheelt me minstens een maand inhouden. Heerlijk.’
‘Het scheelt mij ook inhouden. Ja, lach maar, ik zeg het rustig, het zou toch gelijk opgaan?’
‘Ja, ons contact met onze gevoelens. Maar onze gevoelen hoeven niet gelijk op te gaan.’
‘Dat klopt. Dat hoeft niet.’
‘Juist.’
‘Oh, zalig, Han, weer zo met je te praten. Mailen is fijn, je kan rustig overdenken wat je wilt schrijven, maar dit is nog mooier. Spontaner. Soms té.’
‘Dat is toch niet erg? We vangen alles prima op. Voor we het vergeten, hoe van de week verder? Mailen, in ieder geval.’
‘Hoe vaak?’
‘Daar heb ik al over gedacht. Klein probleempje. Ik wil het voortouw niet nemen, om je niet op te jagen. Niet dat ik zoveel haast heb, hoor, maar ik wilde je onderhand echt kussen. En jij wilt niet het voortouw nemen omdat je als een meisje wilt gedragen.’
‘Gedragen? Ben ik dat niet?’
‘Geen gewoon meisje, gelukkig niet. Zoiets wat ze in de States een tomboy noemen, een meisje wat honderd procent met jongens meedoet, op haar vingers fluit en zo, maar ook een echt meisje blijft. Het zijn er niet zo veel die dat goed kunnen. Sommige jongens moeten daar niets van hebben, andere wel, graag zelfs. Nou, ik denk Dolf niets, die treft het met Bibi, en ik beslist wél. We moeten voorlopig maar zo verder mailen. Ik heb bij het binnenkomen hier even snel rondgekeken. We moeten het gauw eens hebben over een snellere telefoonverbinding voor je. Tegelijk voor Bibi, hiernaast. Ik kan een netwerkje aanleggen, geen probleem. Dat was over mailen. Kunnen we van de week via mail een afspraakje maken? Voor zaterdag, naar een film, of toneel of zo? Met z’n vieren? Disco heb ik geen zin in. Denk er maar over na. Ik zoek in ieder geval verschillende dingen op. Makkelijk, Internet, alles op te vinden.’
‘Doe ik dat ook. Op mijn werk ligt de Rotterdamse uitgaanskalender. Nog méér te behandelen?’
‘Niet dat ik zo snel weet.’
‘Goed, einde bezoek. Groot succes. Even denken. Ja. Wil je mijn schouders beetpakken?’
Hij deed het.
‘Zo?’

‘Ja. Je grinnikt. Ja, nog één, dan weg met je.’
Ze kusten weer. Toen hij merkte dat ze wilde stoppen liet hij haar los en stond op.
‘Ik zou er verslaafd aan kunnen raken, Han. Nu eruit.’
Hij draaide zich om, liep de kamer uit en naar beneden. Ze kwam achter hem aan. In de hal trok hij zijn jas aan. Ze deed de deur voor hem open, hield haar hoofd omhoog voor een kus. Hij hield het bij een kleintje. Ze duwde hem de deur uit en deed die dicht.


Van                                   Onderwerp                       Verzonden                    Grootte
Debbieltje@hotmail.com  Verslagje                       Maandag 21:12               1 kB

Lieve Han,

We hebben vanavond nog wat nagepraat over jullie. Mijn ouders zijn erg blij voor ons. Er zat Bibi steeds iets dwars. Uiteindelijk zei ze dat ze wel zes keer gekust hadden. Ik moest zo lachen, toen ze erachteraan zei, die bij de voordeur niet meegerekend. Ik kon het niet laten, vroeg, de ene bij zijn binnenkomen, of ook die bij het weggaan? Bloosde ze nog harder, hij had haar daar uitgebreid omhelsd. Vroeg ik natuurlijk, kon dat in de woonkamer of op je kamer niet? Dat hadden ze niet gedaan. Erg, hè?

Liefs,
  Debbie


Van                                   Onderwerp                       Verzonden                    Grootte
Je_Han@3kk.nl                 Re: Verslagje                 Maandag 21:35               1 kB

Lieve Debbie,

> Erg, hè?
Ja, voor ons. We hebben nu een grote achterstand.

Liefs,
  Han


Van                                   Onderwerp                       Verzonden                    Grootte
Debbieltje@hotmail.com  Woensdag?                    Maandag 22:17               1 kB

Lieve Han,

> We hebben nu een grote achterstand.
Ik weet het. Mag ik die woensdagavond in komen halen? Even met de bus heen en weer?

Liefs,
  Debbie


Van                                   Onderwerp                       Verzonden                    Grootte
Je_Han@3kk.nl                 Re: Woensdag?              Maandag 22:29               1 kB

Lieve Debbie,

> Mag ik het woensdagavond in komen halen?
Heel graag. Kruidhuisweg 99.
Maar ik kan ook naar jou komen.

Niet te druk voor je?

Liefs,
  Han


Van                                   Onderwerp                       Verzonden                    Grootte
Debbieltje@hotmail.com  Bank.                            Dinsdag 19:12                1 kB

Lieve Han,

> Maar ik kan ook naar jou toekomen.
Nee, we kunnen bij jou ongestoord op een bank zitten . . .

> Niet te druk voor je?
Ben wel druk met nadenken.

Liefs,
  Debbie


Van                                   Onderwerp                       Verzonden                    Grootte
Je_Han@3kk.nl                 Re: Bank.                       Dinsdag 19:32               1 kB

Lieve Debbie,

>> Maar ik kan ook naar jou toekomen.
>   Nee, we kunnen bij jou ongestoord op een bank zitten . . .
Ter geruststelling, alleen op de bank . . .

>> Niet te druk voor je?
>  Ben wel druk met nadenken.
Heel voorzichtig: waarover?

Liefs,
  Han


Van                                   Onderwerp                       Verzonden                    Grootte
Debbieltje@hotmail.com  Morgen                         Dinsdag 22:15                1 kB

Lieve Han,

> Heel voorzichtig, waarover?
Over voorzichtig blijven.
Ik ben rond 19:00 bij je. Koffie graag. Minstens. Wil de bus van 22:32 terug nemen. Maar niet terug mailen.

Liefs,
  Debbie 


Hij wachtte haar bij de bus op, gaf haar een kort kusje.
‘Hoi. Welkom in Delft. Geef me maar een hand, je bent hier vast onbekend.’
‘Hoi. Ik weet uit het stratenboek hoe ik moet lopen. Je hebt me ongevraagd gekust, daar zullen we het nog eens, straks, over hebben. Omdat je zo netjes om handje vasthouden vraagt mag dat.’
Ze liepen hand in hand richting zijn huis.
‘Ik zal het onthouden. Weet je mijn lijfspreuk nog?’
‘Ja, je doet niet graag een stapje terug.’
‘Nee, niet graag. Wel als er om gevraagd wordt, liefst met opgaaf van de reden.’
‘Ik zal het onthouden. Lief van je om me van de bus te halen.’
‘Dat hoort toch? Het was makkelijk uit te zoeken welke bus het zou zijn. Volgende straat links, dan zijn we er bijna.’
‘Bij je thuis.’
‘Verder gaan we niet.’
‘Oh, Han, we zijn gelijk weer op gang. Hoe kan dat nou?’
‘Daar zullen we het nog eens, straks, over hebben.’
'Zijn we er gauw? Ik weet je huisnummer, maar natuurlijk niet of je voorin of achterin de straat woont.’
‘Schuin aan de overkant.’
In het halletje op zijn verdieping trokken ze de jassen uit. Hij pakte de hare aan, hing hem op de kapstok en wees haar de woonkamer.
‘Ik ben zo blij dat je er bent.’
‘Ik ook. Ik had koffie besteld, omdat ik die nu thuis mis.’
‘Ik heb het apparaat aangezet toen ik wegging. Ga zitten. Missen ze je thuis?’
‘Ik zei na het eten dat ik even naar je toeging. Paps en mams glimlachten allebei.’
‘En Bibi? Of was die er niet?’
‘Ja, die was er. Ze zei, wacht even. Ze dacht even na. Zei toen, of ik jou wilde vragen of je aan Dolf door kan geven dat hij morgenavond langs kan komen, als hij wil. Na het eten. Ze bloosde als een gek. Ik heb maar niet méér gezegd dan dat ik het zou doen. Bij deze.’
‘Je hebt je knap ingehouden. Tegen Bibi.’
‘Ja, Han.’
‘Juist. Ach, die voorzichtige liefjes. Via een omweg. Ik kom er zó op terug. Ze heeft niet gezegd wanneer, hè? Ze dacht waarschijnlijk aan morgen, op het werk. Mis, ik bel hem zo.’
‘Ja, leuk.’
‘Ga toch zitten. Ik haal de koffie.'
Ze ging in het midden op de driezitsbank zitten. Hij ging naar de keuken, kwam terug met de kopjes, zette die naast elkaar op het tafeltje voor de bank, en ging naast haar zitten.
‘Je zit fijn vooruit te denken. Zo kon ik niet ver van je vandaan gaan zitten. Ik was inderdaad niet van plan om in een leunstoel te gaan zitten.’
‘We hoeven geen meters uit elkaar te blijven.’
‘Nee, net genoeg om elkaar niet te stoten bij het koffiedrinken.’
‘Ja, daarna mag wel een beetje.’
‘Ja, stoot. Sorry.’
‘Ja, je weet betere benamingen. Waarom gaf je me in je mail je adres?’
‘Dat wist je toch niet?’
‘Je staat gewoon in het telefoonboek. Ik kan ook zoeken, hoor. Niet dat ik dat ooit gedaan had, als je na de vakantie geen contact opgenomen had. Je was sneller dan ik dacht.’
‘Erg verlangend. Ik miste onze fijne gesprekken zo. En je lieve smoeltje.’
‘Ik ook. En je kijken naar me. Het was daar heerlijk warm, maar ik kreeg het er altijd zo lekker warm van, een andere, fijnere warmte. Ik kreeg gelukkig geen tijd om me zorgen te maken.’
‘Ik een beetje. Of je toch echt wel contact zou willen. Ik mailde zaterdagmorgen, je stuurde er pas ‘s avonds één terug.’
‘Ja, natuurlijk. Ik had nog niets verwacht. Je dacht vast, bootje afhouden, hè?’
‘Ik wist het niet. Meid, ik vind je zo mooi, en zo lief.’
‘Wat is het belangrijkste?’
‘Dat weet je wel, lief. Technisch, nou ja, biologisch of zo, je bent mooi omdat je lief bent, dat straal je uit.’
‘Niet altijd.’
‘Dat weet ik niet. Dan ben ik er niet.’
‘Juist, oorzaak en gevolg. Je bent niet de enige die dat uit kan zoeken.’
‘Je hebt veel verborgen talenten, zoals dat heet.’
‘Ik verberg een hoop.’
‘Met af en toe een voorafje.’
‘Heb je enig idee wanneer we aan de inhaalrace gaan beginnen?’
‘Nu? Voorzichtig?’
Ze sloeg een arm om zijn nek en trok hem naar zich toe. Ze kusten voorzichtig. Ze liet hem daarna weer los. Hij had alleen zijn handen op haar schouders gelegd, liet haar ook los. Ze dronken de koffie op.
‘Dat is anders dan bij mij op bed, hè?’
‘Ja, toen was het puur van blijdschap, dat we elkaar weer zagen. We hebben er daarna over na kunnen denken. We weten nu dat we elkaar willen blijven zien, hè? Dat kust weer anders.’
‘Ja. Goed omschreven. Maar je hield je te veel in, dat hoeft nou ook weer niet. Kan je op de helft gaan zitten van nét en de heftigste van vorige keer?’
‘Ja, dat lijkt me ook fijn. Mag ik het zien als proberen je bij te houden?’
‘Het is misschien vervelend voor je, met het contact zoeken moet je je ook inhouden.’
‘Dat gaat sneller dan ik dacht. Eerst hielp je moeder, nu jij, Debbie.’
‘Ja, ik weet het, slimmerd. Ik durf een beetje. Je snapt me weer goed en je maakt er geen misbruik van.’
‘Nee, ik heb van begin af aan begrepen dat ik daar niets mee op zou schieten. En zo ben ik ook niet. Debbie, ik heb je verteld, al heel wat, hoe ik met meisjes omga. Lief, we moeten er allebei wat aan hebben. Over inhouden gesproken, ik vermoed dat je het zelf ook doet. Zeg maar niets, laat het me alsjeblieft merken bij de volgende kus.’
‘Goed. Ik zal méér doen dan net.’
Ze trok hem weer naar zich toe, hij deed zijn armen om haar nek. Na een lange kus lieten ze elkaar weer los.
‘Oh, meid, wat fijn. Dat was al méér. Dat belooft wat.’
‘Ik heb nog méér beloofd, als je je zou gedragen.’
‘Daar wil ik nog niets van hebben, geen voorproefjes of shows. Goed?’
‘Ja, fijn. Ik heb dorst.’
‘Je vraagt maar als je wat wilt, ik heb mijn gedachten niet zo bij eten en drinken. Bacootje? Ik neem zelf alleen cola. Ik moet vanavond misschien nog rijden.’
‘Zo laat nog? Waar naar toe?’
‘Jou wegbrengen, als je wilt.’
‘Neem er dan zelf ook één. Ik wil met de bus, op een vaste tijd weg.’
‘Begrepen.’
Hij pakte de kopjes en liep naar de keuken. Hij was snel terug met twee glazen.
‘Mag ik je hand vasthouden? Met de andere kunnen we drinken. Nog maar een keer op de vakantie en het begin van onze eh kennismaking.’
‘Proost, vriendje.’
‘Oh, wat mooi. Scharreltje overgeslagen, gelijk mijn vriendinnetje?’
‘Ja. Wel een beetje raar, we hebben nog niet noemenswaardig gescharreld, gezien onze eerdere ervaringen.’
‘Nee, maar die zijn hiermee niet te vergelijken. Dat was alleen lichamelijke aantrekkingskracht.’
‘Ja. Nu over jouw lichaam. O. Schrok je?’
‘Ja.’
‘Tja, je hebt natuurlijk geen idee wat ik wil zeggen of doen. Koest maar, alleen wat zeggen. Jij zegt soms wat over het mijne, zeg ik nu wat over het jouwe. Eerlijk toch?’
‘Ja, maar ik weet best dat meisjes daar wat anders over denken dan jongens.’
‘Natuurlijk. Ik vind dat je een mooi lichaam hebt. Niet te gespierd. Ook goede verhoudingen. Die zeventien centimeter zal je best staan. Oh, shit, ik had me nog zó voorgenomen dáár niets over te zeggen. Dat heb je niet gehoord.’
‘Nee, goed. Maar hij wel. Sorry.’
Ze grinnikte.
‘Dat geeft niet, Han. Als we van steen waren stonden we wel buiten in een park.’
‘Fijn. Ik ben wel blij dat je me het aankijken waard vindt. Ik kan daar niets aan doen, maar ik gun je ook best wat.’
‘Ik weet het. Oh, weer fout. Je bedoelde niet zoals in het zwembad, hè?’
‘Nee, maar nu je het zegt, die ook. Het geeft niet, Debbie, ik heb aan je kussen gevoeld dat je niet van steen bent.’
Deze keer begon hij met kussen. Na een tijdje maakte ze zich langzaam los.
‘Han, waarom wilde je terugkomen op die voorzichtige liefjes?’
‘Ik zal eerst even bellen, dat zou ik bijna vergeten.’
Hij pakte de telefoon van tafel, koos een nummer.
‘Met Han. Ik moet je een boodschap overbrengen. Geen zakelijke, maar privé.’
‘Debbie is bij me. Ik moet je doorgeven, namens Bibi, dat je morgenavond langs kan komen, als je wilt. Na het eten.’
‘Dat zei ze tegen Debbie, toen die vertelde dat ze even bij me langs ging. Ze bloosde erbij als een gek. Au. Zeg, Dolf, knijpt Bibi jou ook zo gemeen?’
‘Flauwerd. Tot morgen.’
‘Sorry dat ik kneep. Ik dacht net, ik had het vast zelf ook gezegd.’
‘Ja, vast. Wil je dat knijpen weer goed maken?’
‘Nee. Ik kus alleen iets af bij kleine kinderen. Je mag me terugknijpen.’
‘Nee, ik knijp geen meisjes. Zeg, ik heb zitten zoeken naar iets voor zaterdagavond. Ik kwam een film met Julia Roberts tegen, in een bios in Rotterdam. Ik keek onder het eten of ik vanavond nog iets op moest nemen. Zie ik ook een film met haar. Mijn recorder is geprogrammeerd, maar we kunnen ook kijken. Van acht tot tien. Ten eerste, dan kunnen we het rustig aan doen, al kom je niet om naar TV te kijken. Ten tweede, je weet hoe gek ik op films met haar ben, dan zie je misschien waarom. Ten derde, dan kan je zeggen of je haar zaterdag nog een keer wilt zien, of dat we wat anders moeten zoeken. Ik heb eigenlijk geen idee van jullie smaak, kwam ik achter. Alleen dat jij niet van klef houdt.’
‘Kijken, om alle drie de redenen.’
‘Fijn, schat. Kus?’
Ze kusten weer.
‘Han, waarom wilde je terugkomen op Bibi en Dolf?’
‘Jij komt er ook steeds op terug. Je wilt wat kwijt, hè?’
‘Ja. Je hebt me alweer door.’
‘Juist. Ze hebben het wat moeilijk, hè? Tenminste, Bibi, van Dolf krijg ik geen hoogte. Net ook niet. Hij gaat nergens op in.’
‘Ja, Bibi heeft het moeilijk. Ze is ook weinig gewend.’
‘Dat maakt niet veel uit. Jij hebt het ook moeilijk, hè?’
‘Ja. Ik wilde lang bevriend blijven, op afstand. Wat mailen, in de weekends af en toe uitgaan, wandelen. Hooguit iedere keer een kusje. Na een half jaar misschien meer.’
‘En nu zit je hier.’
‘Ja. En je begrijpt me. Helpt me vertellen. Ik snap mezelf niet.’
‘Jawel. Je zei tijdens de vakantie al, als ik verkering had, misschien daarvóór al, wilde ik hem ook niet alleen in het weekend zien, ook wel eens door de week. Een week kan lang duren. Je wilt het alleen voor jezelf niet weten.’
‘Wat?’
‘Dat je al meer om me geeft dan een vriendinnetje doet om haar vriendje.’
‘Ja. Maar hoe kan dat nou, zo snel?’
‘Omdat het deze keer niet alleen een lichamelijk gevoel is. En omdat het wederkerig is, schat. Omdat we elkaar zo verschrik- kelijk goed aanvoelen. Toen ik je van de bus haalde begon het toch ook gelijk wéér?’
‘Ja, iedere keer.’
Hij begon haar te kussen zonder te vragen.
‘Meid, nee, lief meisje, je kust geweldig. Je vertelt me hiermee ook heel wat. Ik denk, genoeg voor je, om er een tijd tegen te kunnen. Als het maar geen half jaar is.’
‘Nee, dat zit er niet in. Dank je wel, Han.’
‘Je kust waarschijnlijk ook niet om te bedanken, hè?’
‘Grapjas. Nee, in principe niet.’
‘Mooie uitwijkmogelijkheid. Mag ik dan, als dank, je mijn meisje noemen? Iets méér dan vriendinnetje?’
‘Ja.’
‘Fijn. Wat doe jij, andersom?’
‘Eh, ik blijf bij vriendje. Dat klinkt toch ook lief? Mijn jongetje is niks.’
‘Nee. Oh, ik hoor de recorder starten. Zal ik de TV aanzetten? Schat, daar kwam je niet voor, maar om het kwartier is er reclame, daar hoeven we niet naar te kijken.’
‘Prima. Twee keer vier is acht. We halen ze wel in.’
‘Makkelijk. Als we elkaar vaker opzoeken kunnen we zelfs een voorsprong nemen. Dan moet je alleen niet aan Bibi vertellen dat je naar me toegaat of dat ik bij je kom.’
‘Ik zou toch niet voor voorbeeld of oppas spelen? Kijk nou maar.’
Ze keken naar de film. En dronken wat en kusten tijdens de reclames.
‘Ik begrijp je, Han. Ze is inderdaad niet knap. Mooi en lief is passender. Ze speelt ook goed. Je vergeleek me in het begin met haar.’
‘Nu nog, maar de vergelijking valt duidelijk in je voordeel uit. Jij bent mooier en liever.’
‘Vooruit maar. Je sloeg wat over.’
‘Ja. Je hebt me alweer door. Dat spelen, hè?’
‘Ja. Je zegt vaak iets heel mooi. Alsjeblieft.’
‘Beetje moeilijk, hoor. Eh, we spelen vaak met woorden. En ik hoop gauw dat we in elkaars armen meer doen dan kussen. Als we dat zoals vroeger deden, zou dat ook spelen heten. Maar wij doen alles met een serieuze achtergrond, omdat we meer om elkaar geven dan een vriendinnetje doet om haar vriendje, en andersom. En ik geef zelfs meer om je dan, mijn meisje, zegt. Denk er maar eens rustig over na. En raak niet in paniek. Geniet er van. Er is nergens haast bij. Zo genoeg, hè?’
‘Ja. Heel mooi, lieve jongen. Ja, dat kan ook. Breng je me naar de bus?’
‘Natuurlijk.’
Ze liepen hand in hand naar de bushalte. Toen de bus er aan kwam kusten ze.
‘Lief meisje, je kan weer rustig slapen, hè?’
‘Ik kan gerust slapen. Hoe rustig het wordt ligt er aan wat we in mijn dromen doen.’
Voor hij antwoord kon geven stapte ze in de bus.


Van                                   Onderwerp                       Verzonden                    Grootte
Je_Han@3kk.nl                 Oef                               Donderdag 16:29           1 kB

Lieve Debbie,

Oef, wat een fijne avond, mijn lief meisje. Dolf gaat akkoord met Julia. Voegde, na mijn uitleg, toe dat hij liever Bibi ziet. Eindelijk iets. Hij blijft voorzichtig, hè?

Liefs,
  Han


Van                                   Onderwerp                       Verzonden                    Grootte
Debbieltje@hotmail.com  Oef, oef. Hi, hi.             Donderdag 19:15           1 kB

Lieve Han,

Een fijne en verhelderende avond, lief vriendje.
Ik heb je mail, vóór Dolfs komst, aan Bibi laten zien en over Julia uitgelegd.
Ze vroeg eerst over Je_Han@3kk.nl en mijn lief meisje. Uitgelegd.
Ze gaf geen commentaar.
Ze gaat ook akkoord met Julia.
Over, dat hij liever haar ziet: ze wil Julia nu zeker zien.
Over, eindelijk iets, hij blijft voorzichtig: bemoei je met je eigen zaken.
Hi, hi.

Liefs,
  Debbie


Van                                   Onderwerp                       Verzonden                    Grootte
Je_Han@3kk.nl                 Ha, ha.                          Donderdag 19:28           1 kB

Lieve Debbie,

> . . .  bemoei je met je eigen zaken.
Dat gaat niet helemaal. Ik heb voor vier gereserveerd. Ik pik Dolf op, daarna jullie, om ± 19:30. Film van 20:00 tot 22:30, incl. voorfilm en pauze. Mogen we op jullie kamers afscheid nemen?

Debbie, mijn ouders vinden dat mijn geheimzinnig gedoe lang genoeg geduurd heeft. Ze willen je zien. Onzin, ze gaan vaak op bezoek, ontvangen ook veel, hebben vaak al langlopende afspraken. Jullie zijn elkaar daardoor misgelopen.
Wil je zondagmiddag komen eten, enzovoort?
Ik sta er op dat ik je dan ophaal en terugbreng.

Liefs,
  Han


Van                                   Onderwerp                       Verzonden                    Grootte
Debbieltje@hotmail.com   ! ?                                 Donderdag 22:44           1 kB

Lieve Han,

> jullie, om ± 19:30.
Prima.

> Mogen we op jullie kamers afscheid nemen?
Jij van mij wel. D <> B ?  Waarschijnlijk wel. Sssst, hij is nog niet weg.

> Wil je zondagmiddag komen eten, enzovoort?
Graag.

> Ik sta er op dat ik je dan ophaal en terugbreng.
Graag.

Liefs,
  Debbie


Van                                   Onderwerp                       Verzonden                    Grootte
Je_Han@3kk.nl                 ?                                    Vrijdag 18:49                 1 kB

Lieve Debbie,

> Graag.
> Graag.
Fijn.

Om je dood te ergeren. Ja, het was een fijne avond.
Heb hem verteld van zondag. Reactie: Zo.
Zou je hem niet!

Liefs,
  Han


Van                                   Onderwerp                       Verzonden                    Grootte
Debbieltje@hotmail.com   !                                   Vrijdag  19:46                 1 kB

Lieve Han,

> Zou je hem niet!
Afblijven. Ik weet meer. Hij heeft haar vandaag op haar werk gebeld. Niet gemerkt? Voor zondagavond bij zijn ouders uitgenodigd!
Ik weet nog meer. Ze is zo blij. Ook vriendje <> vriendinnetje.
Ik ook. Voor hun. Voor ons.

Liefs,
  Debbie


Van                                   Onderwerp                       Verzonden                    Grootte
Je_Han@3kk.nl                 Hè, hè.                          Vrijdag  20:02                 1 kB

Lieve Debbie,

> Ik weet nog meer. Ze is zo blij. Vriendje <> vriendinnetje.
> Ik ook. Voor hun. Voor ons.
Ik ook, mijn lief meisje.
Nog één nachtje slapen, dan zien we elkaar weer.
En de dag erna weer.

Liefs,
  Han


Van                                   Onderwerp                       Verzonden                    Grootte
Debbieltje@hotmail.com  Slaap                             Vrijdag 22:28                 1 kB

Lieve Han,

> Nog één nachtje slapen, dan zien we elkaar weer.
Ik heb twee rustige nachten gehad. Komende nacht vast weer.

> En de dag erna weer.
De nacht ervoor en erna weet ik niet hoe ik zal slapen. Ligt ook aan het afscheid ervoor.

Nu vroeg naar bed, schoonheidsslaapje. Word ik misschien nog liever.
Mag je mondeling op reageren, hoeft niet, ik lees geen mail meer voor de film.

Liefs,
  Debbie 

4e Week

Ze hadden een gezellig film-uitje. Bibi en Dolf vonden Julia ook een succes.
Ze zeiden paps en mams even gedag voor ze naar boven gingen, met wat om te drinken. Debbie ging lui op bed liggen, Han trok de stoel bij de kaptafel vandaan en ging naast haar bed zitten.
‘Gezellig, hè, Han?’
‘Ja, meid. Je hebt je keurig gedragen.’
‘Je bedoelt, alleen handje gevreeën?’
‘De stiekeme kusjes vergeten, als het wat emotioneel werd? Ik bedoel, je hebt Bibi en Dolf met rust gelaten. Met ze meegepraat, niet opgestookt.’
‘Dat komt vast door mijn schoonheidsslaapje, ben ik daardoor wat liever voor ze geworden. En omdat ik wat rustiger ben geworden.’
‘Wil je het me uitleggen, dat, wat rustiger?’
‘Ik zal het proberen, Han. Die min of meer gezamenlijke week vakantie was erg fijn. Maar vrijblijvend. Terug begonnen we te mailen. Je was er zo vroeg bij, en ging zo fijn verder, dat ik gelijk aannam dat je het serieus meende. Ik heb daar verder weinig over nagedacht, me daar geen zorgen over gemaakt, niet aan je getwijfeld. Ik heb me even in jouw plaats gedacht, voor zover ik je kende, en iedere mail beter leerde kennen. Dat je oud en wijs genoeg was om alle consequenties in te zien van waar je mee bezig was. Dat je genoeg ervaring met meiden had om er nu, met mij, genoeg in te zien voor een vaste verbintenis. Tot zover goed?’
Hij ging naast haar op bed zitten, pakte haar hand.
‘Ja, mijn lief meisje. Ik weet waar ik mee bezig ben, ik weet ook wat ik verder wil. Een vaste verbintenis, in welke vorm dan ook, blijft altijd een gok. Tijdens de vakantie wist ik al dat ik je altijd bij me wilde hebben. Ik kon je alles vertellen, je begreep me, je vertelde ook veel, en ik kon je heel goed begrijpen. Ik voelde aan dat dat zo zou blijven. Ik heb me ook in jouw plaats gedacht. Dat doe ik vaak, je weet hoe ik met meiden omging. Of ik wel geschikt voor je was. Conclusie, al na een paar dagen, gezien hoe we met elkaar omgingen, ik vind van wel.’
‘Bedankt voor de reclame. Je grinnikt ook nog. Ja, je snapt me, ik praat niet romantisch. Han, we zijn twee weken terug. Ik heb over twee dingen nagedacht. Één gaat over onafhankelijkheid. Het wordt je eigenlijk aangepraat dat je die moet houden. In het begin dacht ik ook, ik kan nu doen en laten wat ik wil. Moet ik dat opgeven? Stom, ik blijf onafhankelijk. Je dringt me niets op, je laat me helemaal vrij. Je doet wel voorstellen, en je zet me aan het denken wat ik aan het doen ben. Net weer, met je reclame. Ik heb ook ervaring, maar daar nooit zoveel bij nagedacht. Ik dacht, als mijn prins op het witte paard komt, dan merk ik dat vanzelf, ik wacht wel af. Nou, je hebt een donkere auto, dus ik weet het nog niet zo zeker. Ik weet wel, dat van die onafhankelijkheid verliezen is onzin, ik krijg er iets bij. Vraagstuk onafhankelijkheid heb ik opgelost. Nou?’
‘Fijn, meisje. Ik heb er niets aan toe te voegen. Misschien laat ik mijn auto overspuiten. Ik snap dat je met, er iets bij krijgen, geen materiële dingen bedoelt.’
‘Nee. Je hoeft ook niets aan je auto te doen. Je voelt me weer goed aan, vraagstuk twee gaat over het erbij krijgen. Daar ben ik nog niet gerust op. Omdat ik er met mijn verstand niet bij kan, Han, dat ik in zo’n korte tijd zoveel om je ben gaan geven. Ik kon het, na je weer gezien te hebben, geeneens een week uithouden zonder je te zien en met je te praten. En kussen. Han, ik heb tijd nodig om tot mijn verstand door te laten dringen, dat wat mijn hart wil, niet onverstandig is. Werkt dat zo?’
‘Ja. Dat noemen ze innerlijke vrede krijgen.’
‘Zoiets. Goed, dat wordt afwachten. Wil je daarop wachten? Ik geef al veel om je, en ik wil ook een soort verbintenis, maar het allebei nog geen naam geven. Gewoon doorgaan zoals eh sinds nu. Tot ik meer rust heb, en je meer kan vertellen.’
‘Ik wacht wel, hoor. Mag ik je erbij helpen?’
‘Ja. Zoals steeds. Je doet het heel lief en voorzichtig. Ik was er steeds blij mee, al zei ik dat misschien niet altijd. Kom je dichter bij me?’
‘Nu is het mijn beurt om te zeggen dat ik dorst heb.’
Ze dronken wat, daarna ging hij naast haar liggen en omhelsde haar, legde haar hoofd op zijn schouder. Ze omhelsde hem ook, voorzichtig.
‘Geen kusje, Han?’
‘Nee, nog niet. Je ademhaling is nog te snel, je moet eerst tot rust komen. Van je verhaal, en misschien dat ik je op je bed in mijn armen heb.’
‘En andersom. Ja, een beetje wel, lieve jongen, al vroeg ik er zelf om. Je blijft een vent, met tien vingers.’
‘Ja, die ze gebruikt heeft om meisjes op te winden en om baby’s te kalmeren. Daar ben ik goed in. Het eerste wist je al, daar heb ik over verteld. Het tweede, ik heb vroeger veel opgepast, om wat bij te verdienen. De laatste tijd bij mijn broer en zus, die hebben allebei kleintjes, ik heb ze zó koest. Ik houd ze vast en streel over hun rug en hun kontje. Je valt nu even in de categorie te kalmeren baby’s. Je hebt geen luier om, wel een lekker kontje.’
‘Mmmm.’
‘Bedankt voor de goedkeuring. Ik krijg wel een reactie door, van mijn automatiek, bij de behandeling van meiden. Ik voel geen bandje op je rug, je hebt geen beha om.’
‘Wat ben je toch eerlijk. Ik ook. Goedkeuring geweigerd.’
‘Ik wacht rustig af, mijn ademhaling gaat toch langzaam? Omdat het zo fijn is je zo vast te houden.’
Hij bleef haar strelen.
‘Hé, baby, val je in slaap?’
‘Wat? Shit, bijna. Wat had je dan gedaan?’
‘Eh, je voorzichtig losgelaten, een kusje gegeven, een deken over je heen gelegd, weggegaan, als ik iemand kon vinden die gewaarschuwd, anders je het zelf uit laten zoeken. Een nacht in je kleren slapen is geen ramp.’
‘Niet me uitgekleed?’
‘Nee. Ten eerste, niet nodig. Ten tweede, ik weet niet of je het zou willen. Ik heb wel alles van je gezien, behalve wat je in je broekje hebt, maar dit is anders. Ten derde, als je bij bewustzijn bent is het veel fijner.’
‘Nou, je bedenkt het in de gauwigheid weer volledig. Ten eerste, ik val wel eens onder het lezen in slaap, dan heb ik geeneens een deken over me heen. Na een paar uur word ik dan wakker, kleed me uit en ga verder slapen. Geen probleem. Ten tweede, wat was dat?’
‘Of je het goed zou vinden.’
‘Ja, dat zou ik goed vinden. Je zou mijn broek niet uittrekken en me niet aanraken waar ik niet zou willen. Oh, ik zal je wat vertellen. Je vertelt het toch niet door. We waren een keer aan het zwemmen. Toen we eruit gingen waren Bibi en Dolf er al uit, ze zaten allebei op hun eigen plek. Bibi zag er een beetje raar uit, dus vroeg ik wat er was. Han, Dolf had per ongeluk haar borst aangeraakt. Ze was de kant opgevlucht. Weet je waarom?’
‘Als het per ongeluk was niet.’
‘Het was per ongeluk. Maar ze was geschrokken, omdat ze erbij dacht, ik wil méér.’
‘Die Bibi toch. Dat zou je zo niet zeggen. Het zegt wel wat.’
‘Ja, haar ook, daarom schrok ze. Maar er was nog meer. Dolf kwam achter haar aan. Hij vroeg of hij het goed gezien had, dat ze niet van angst of zoiets gevlucht was. Slim van hem, hè?’
‘Stille wateren hebben diepe gronden. Heeft ze er iets op gezegd?’
‘Ja, toegegeven dat ze van haarzelf geschrokken was, dat ze méér wilde. Maar dat het te vroeg was.’
‘Erg eerlijk. En lief voor Dolf.’
‘Ja. Wat was dat derde?’
‘Dat het veel fijner is om je uit te kleden als je bij bewustzijn bent.’
‘Vooropgesteld dat ik mijn broek aan zou houden, lijkt dat je toch fijn?’
‘Ja, je weet het al van je shows, die waren niet alleen voor mij, ook voor jezelf. Het moet veel fijner zijn als ik je langzaam uitkleed, tot op je broekje, in plaats van dat je het zelf doet, en ik alleen kijk. Maar misschien strip je toch liever dan gestript te worden.’
Ze keek hem even aan.
‘Daar heb ik niet over gedacht. Alleen, als het zover is kleden we ons uit. Maar met jou zijn shows zo fijn. Ik heb het al een paar keer voor je gedaan. Dus nu is het jouw beurt. Strip me maar.’
‘Wat? Je zomaar uitkleden? Mooi niet. Te vroeg.’
‘Het is laat genoeg, je moet er onderhand vandoor, dan zou ik toch naar bed gaan. Oh, wat een timing, hoor je, Dolf gaat al weg. Nou, Han, doe maar eens in werkelijkheid waar je vaak aan denkt.’
‘Nou, vaak, dat valt wel mee. Ik denk er vaker aan hoe we met elkaar praten. Oh, en ook dat je me af en toe verrast. Goed, het kan wel. Dan slaap je vast weer rustig. Ik niet, denk ik.’
Hij maakte haar rok los.
‘Kontje omhoog.’
Ze tilde het wat op en hij trok haar rok verder uit.
‘Wat kan je dat snel. Ervaring, hè?’
‘Ja, ik kijk, en als ik meiden vast heb voel ik, onder het strelen door, hoe de kleding vast zit, en zo. Zoals, of er een bandje over hun rug loopt, en of ik daar een sluiting voel. Dat is een automatisme geworden. Knoopjes zijn geen probleem. Ohh, daar zijn je mooie borsten weer. Ene armpje uit de bloes, nu de andere. Even opzij rollen, deken opslaan, terugrollen, voetjes eronder, deken op z’n plek. Ik heb ook vaak de baby’s gevoerd, gewassen en naar bed gebracht. Weet je dat ook vast. Maar dit is leuker, lief meisje met je lekkere lijf.’
‘Dit was heel goed, ook bedankt voor de inlichtingen, maar wat deed je het snel.’
‘Ja, schat. Ik heb je een tijd niet zo bloot gezien. Het leek me beter om alles gauw weg te stoppen.’
‘Je hebt amper gekeken. Ik ben er geeneens warm van geworden.’
‘Dan heb je pech gehad, ík wel. Een volgende keer ben ik er beter op voorbereid, dan langzamer?’
‘Goed. Nu nog een lekkere lange kus, voor tot morgen.’
Hij ging naast haar liggen om haar te kussen. Daarna keek hij haar aan.
‘Ik ben blij, voor ons allebei, dat ik zoveel ervaring heb, dat ik zo goed mijn handen thuis kan houden. Terwijl ik weet dat onder de dekens een bijna naakte meid ligt. En ook blij dat jij ook ervaring hebt. Je hebt heel snel overgeschakeld op echt kussen, en dat doe je nu zo fijn dat ik de rest vergeet. Onder het praten meestal ook. Nou ja, een kwart van de tijd, de rest praten we over vrijen en wat we voor elkaar voelen. Heel veel, hè?’
‘Ja, Han, steeds meer.’
Ze kusten nog een keer.
‘Ik ga er vandoor, ik kom er wel uit. Tot morgen.’
‘Tot morgen, lieverd.’
Bij de deur draaide hij zich om.
‘Mag ik je vroeg in de middag al ophalen? Dan kunnen we vóór we naar mijn ouders gaan nog een ritje maken.’
‘Halféén?’
‘Graag. Welterusten.’

Hij haalde haar op en reed naar Loosdrecht. Daar reed hij langzaam om de Plassen, om haar te laten zien waar ze die zomer konden zeilen. Ze lunchten op het terras van een restaurant met uitzicht over het water. Op een strandje praatten ze, omarmd, en kusten.
Bij zijn ouders stelde hij haar voor als zijn vriendin. Hij liet háár het meest aan het woord. Al gauw versprak ze zich een keer, over wat ze vroeger uitgespookt hadden. Zijn ouders schrokken. Maar omdat ze gewoon doorging en Han bleef glimlachen zaten ze al gauw ook naar haar te glimlachen. Na het eten en koffiedrinken bracht hij haar naar huis. Hij nam in de auto afscheid.
‘Debbie, ik ga niet mee naar binnen. Ik heb deze twee dagen zo genoten, dat ik thuis wat bij wil komen. Je was ook zo lief tegen mijn ouders, die willen vast nog even met me napraten. Dat hoef jij niet te horen. Ik vertel ze ik misschien dingen die ik jou nog niet wil vertellen. En als ik nu mee naar boven ga doe ik misschien dingen die je nog niet wilt. Snap je?’
‘Ja, Han. Ik heb ook ontzettend genoten. En als je nu mee naar boven ging zou ik je misschien die dingen nog laten doen ook. We moeten afkoelen. Hoe lang kennen we elkaar al?’
‘Ruim drie weken. Het zal jou ook langer lijken. Dat komt omdat we elkaar meer gezien hebben dan tijdens stappen in het weekend. Heel veel gepraat hebben. En één keer te weinig gekust.’
Ze kusten. Ze stapte uit en zwaaide vanuit de voordeur nog even naar hem.


Van                                   Onderwerp                       Verzonden                    Grootte
Debbieltje@hotmail.com  Zomaar                         Maandag 19:21              1 kB

Lieve Han,

Wat een fijn weekend. Loosdrecht was ook leuk. Alles wat we samen doen.

Liefs,
  Debbie


Van                                   Onderwerp                       Verzonden                    Grootte
Je_Han@3kk.nl                 Niet zomaar, expres      Maandag 19:42               1 kB

Lieve Debbie,

Een heel fijn weekend. Ik heb heerlijk geslapen.
Ook van mij gedroomd?

Liefs,
  Han


Van                                   Onderwerp                       Verzonden                    Grootte
Debbieltje@hotmail.com  Dromer!                        Maandag 22:48               1 kB
Lieve Han,

> Ook van mij gedroomd?
Ja. Ik wandelde met je. Hand in hand. En elkaar steeds aankijken. Raar, meer niet.

Liefs,
  Debbie


Van                                   Onderwerp                       Verzonden                    Grootte
Je_Han@3kk.nl                 Schone slaapster!           Dinsdag 18:16                1 kB

Lieve Debbie,

> Ik wandelde met je. Hand in hand. En elkaar steeds aankijken. Raar, meer niet.
Heel raar. Wel iets meer. Omarmd op dat bankje naar de bootjes kijken.
Het was prachtig weer. Het bleef ook droog.
Mag ik morgenavond bij je komen?

Liefs,
  Han


Van                                   Onderwerp                       Verzonden                    Grootte
Debbieltje@hotmail.com  Wakker                         Dinsdag 19:28                1 kB

Lieve Han,

> Heel raar. Wel iets meer. Omarmd op dat bankje naar de boten kijken.
Jij hebt altijd iets meer.
 
> Mag ik morgenavond bij je komen?
Graag.

> Het was prachtig weer. Het bleef ook droog.
Op mijn kamer ook.

Liefs,
  Debbie


Van                                   Onderwerp                       Verzonden                    Grootte
Je_Han@3kk.nl                 Re: Wakker                   Dinsdag 19:47                1 kB

Lieve Debbie,

>> Mag ik morgenavond bij je komen?
>   Graag.
Fijn. Dan krijg je wat bij de koffie.

>> Het was prachtig weer. Het bleef ook droog.
>   Op mijn kamer ook.
Dat houden we zo.

Liefs,
  Han


Van                                   Onderwerp                       Verzonden                    Grootte
Debbieltje@hotmail.com  Re: Re: Wakker              Dinsdag 22:34               1 kB

Lieve Han,

> Fijn. Dan krijg je wat bij de koffie.
Iets eetbaars, neem ik aan. (Ook P&M&B s.v.p.)

> Dat houden we zo.
Alles.

Liefs,
  Debbie 


Woensdagavond kwam hij na het eten. Ze dronken koffie met paps, mams en Bibi, hij had tompoezen meegebracht. Daarna gingen ze met wat drinken naar haar kamer. Ze ging weer op bed liggen, hij op een stoel ernaast zitten.
‘Fijne ouders, Debbie.’
‘Ja. Altijd rustig. Ze hebben zich nooit druk gemaakt, tenminste, niet merkbaar, als ik dwarse buien had.’
‘Juist.’
‘Ja, dat ging dan natuurlijk altijd over jongens. Ze dachten dat ik door ze mijn huiswerk niet goed maakte. Na ieder rapport had ik een tijd rust, ik had altijd goede cijfers. Tja, ik was vaak weg, vaak te laat thuis. Mams zei er altijd iets van. Dan zei ik zoiets als, ja, sorry, het was een sloom jong vanavond, hij schoot niet op. Paps lol natuurlijk. Hij heeft ook wel een paar keer serieus met me gepraat, hoor, over wat ik uitspookte. Dan vertelde ik zo’n beetje wat ik deed, en wat ik beslist niet zou doen. Ik kon met hem makkelijker over jongens praten dan met mams. Dan was hij weer een hele tijd gerust. Hij moet dat steeds aan mams verteld hebben, die was dan ook een tijd rustiger. Mams hield paps ook op de hoogte, dat merkte ik een keer. Hij vroeg of het de avond ervoor veel gescheeld had. Ik snapte het niet. Toen zei hij, die jongen heeft het niet droog gehouden. Toen wist ik dat mams mijn wasgoed gezien had. Er zat een klodder sperma op mijn broek. Toen heb ik hem verteld dat ik het stadium van kussen en een beetje voelen al gehad had, en dat het vaker niet droog bleef. Maar dat die jongen erg onverwacht kwam. Tja, arme ziel, hij kwam klaar toen hij bloot wat tegen mijn broek mocht rijden. Ik was te laat met opvangen. Maar dat ik nog steeds van plan was om mijn broek aan te houden, al mochten ze er met een hand in en lekker voelen. Nou, zei paps, dat komt me bekend voor, al zeg ik niet dat het met mams was.’
‘Dan maakte het niet uit met wie je praatte.’
‘Nee. Ik kon ze altijd alles vragen, dan kreeg ik van één van de twee antwoord. Over meisjesdingen heb ik mams nooit wat gevraagd, dat hoorde ik op school genoeg. Wel een paar keer wat over jongens aan paps. Die zat altijd eerst een tijd te grinniken, onder het verzinnen hoe hij het zou zeggen. Jij doet het beter. Gewoon, meestal een beetje technisch. Je hebt zelfs al verteld hoe je klaar kwam, als ze je streelden. Mis je het?’
‘O, meid, je vraagt ook wat er in je opkomt, hè?’
‘Ja, en jij gebruikt nogal eens vertragingstactieken.’
‘Dat komt op hetzelfde neer als een tijdje grinniken, ik denk ook even na. Ik denk er wel eens aan, Debbie. Hoe het was en hoe het zal worden. Ik kan, met jou, nu zonder. Het is al veel fijner dan vroeger mét. Ik wacht wel. Maar niet tot in eeuwigheid.’
‘Dat hoeft ook niet, nog geen halve. Ik weet het niet, Han.’
‘Ik ben blij dat je eerlijk bent. Geen haast, hoor. Vertel maar of jij het mist.’
‘Dat verwachtte ik al. Ik heb er ondertussen over nagedacht. Hetzelfde, Han. Ik houd je op de hoogte als ik wat verder eh die richting op wil. Durf. Kan. Zoiets. Wil je me wat drinken geven?’
Hij schonk voor allebei wat in, gaf haar een glas.
‘Laat het niet naar beneden lopen, dan krijg ik de neiging om een slabbetje te pakken en je af te drogen.’
‘Als je genoeg gedronken hebt wil je vast wel naast deze grote baby komen liggen. Verslik je niet. Zeg, je hebt paps en mams wel gelijmd, al kon je dat niet weten. Ze zijn gek op tompoezen. Ze hebben daar wat mee, maar wát willen ze niet vertellen.’
‘Je komt er vast nog wel eens achter.’
Hij kwam naast haar liggen, keek haar glimlachend aan.
‘Gezellig, zo.’
‘Vreselijke vent, omhels me en kus me. Vreselijk.’
Hij deed het toch niet te wild.
‘Niet te vreselijk, hè?’
‘Nee, fijn zo, lieverd. Dat is kussen, geen gelebber. Vakwerk. Nee, beter, liefdewerk oud papier, zonder papier.’
‘Liefde, Debbie?’
‘Je bent lief. Als je het leuk vindt mag je me weer in bed stoppen.’
‘Vertragingstactiek. Je bedoelt, kleed me alsjeblieft uit en stop me onder de wol.’
‘Ja. Zoiets als vorige keer.’
‘Ik zal het zoiets als de vorige keer doen.’
Haar rok en bloes waren snel uit. Hij sloeg de dekens niet gelijk dicht, maar ging naast haar zitten.
‘Ik ben er nu beter op voorbereid. Jij ook?’
‘Een beetje, ik verwachtte wel dat je langer wilde kijken, ik ben niet gek. Alleen had ik er geen idee van of ik het prettig zou vinden. Stom natuurlijk, je hebt me al in bikini en topless gezien. Dus kijk maar.’
‘Ja, dat bikinibroekje was kleiner dan deze. Maar nu wordt mijn uitzicht niet belemmerd. Tenzij je je benen over elkaar wilt slaan.’
‘Nee, zo kan het wel. Je wilt wat zeggen, hè? Net als altijd? Commentaar? Doe maar.’
‘Ja. Ik weet niet precies hoe jij hier van geniet of gaat genieten, ik wil je wel graag laten weten hoeveel ík geniet.’
‘Mooi, je hebt weer even nagedacht.’
Hij grinnikte.
‘Ja, ik ben niet zo’n flapuit die na een uur aan een meisje vraagt om ze met hem naar bed wil.’
‘Au. Nee, jij doet het anders, je bedenkt iets en wacht dan af tot er een gelegenheid komt, hè?’
‘Ja, vaak wel. Ik heb verder niets bedacht, hoor. Het is weer fijn om naar je borsten te kijken. Ze staan al zo mooi onder je kleding. En nu weer bloot, meid, prachtig. Je tepels worden wat groter.’
‘Ja, je windt me op. Ik word nu wél warmer. Maar ik houd het vol. Kijk maar.’
‘Nog even.’
Hij bekeek haar rustig.
‘Wat is dat nou? Je bloost!’
‘Ja. Niet omdat je naar mijn borsten kijkt. Maar je zit erg dichtbij mijn eh middel.’
‘Ja. Daar hoef je niet onrustig van te worden, hoor, ik zal echt je borsten niet grijpen of je broek van je kont trekken. Alleen maar kijken. Net zoals bij je shows. Dat vond je toch ook fijn?’
‘Ja, daarom durf ik nu ook. Maar je gaat vast iets erg warm zeggen.’
‘Ja, schat. Ik heb nog nooit zo rustig kunnen kijken. Het is zo mooi, hoe alles daar bij elkaar komt. Je hebt het gehad over je etalagepoppen. Die heb ik wel zonder kleding gezien. Ook gewone poppen, Barbies en zo. Debbie, mag ik gewoon doos zeggen, als ik het daarover heb?’
‘Ja, natuurlijk. Je zei een keer dat je makkelijk over je eigen onderdelen kon praten, moeilijker over onderdelen van een meisje, tegen een meisje. Nou, we hebben het gehad over erectie, penis, maar ook over doos, gleuf. Dus?’
‘Ik vroeg het toch maar even. Fijn. Je bent zo mooi daar. Helemaal echt. Zo’n mooie, beetje mollige doos. Die poppen hebben wel een bobbel, die misstaat ook niet, maar er mist daar wat. Mag ik nog iets zeggen?’
‘Ja. Ik snap wel waar je het over wilt hebben.’
‘Je broekje is erg dun. Net niet doorschijnend, denk ik. Het is in het midden iets ingezakt. Dat mist bij die poppen. Daar zit je gleuf, hè?’
‘Waar dacht je dan dat die zat?’
‘Ik wil eerlijk vertellen wat ik zie. Maar eh, ik vind het zo stom, Debbie. Jouw doos, in dat broekje, met nét die indicatie waar je gleuf zit, doet me veel meer dan alles wat ik vroeger gezien en gevoeld heb.’
‘Dank je wel. Heel eerlijk en lief van je. Maar het gaat eerlijk op, Han. Je zei dat je beter voorbereid was, maar je broek komt vooruit, je zit met een erectie. Maak je daar maar niet druk over, hoor, je weet dat ik het niet erg vind dat je automatiek werkt. Ik heb er ondertussen lekker naar zitten kijken, en ik zeg het je ook gewoon. Ook daarom werd ik warmer. Quitte?’
‘Ja. Wat fijn, lekker meisje.’
‘Ik wil je nog wat vragen. En zeggen. Daar komt flapuit weer, ik hoop dat je hier ook op voorbereid bent. Het maakte je vroeger vast niet veel uit wat voor gleuf je zag of vasthield, hè?’
‘Eh, nee. Scheelt allemaal niet zo veel.’
‘Je schrok toch even, hè? Nou, volgende schrik. Ik denk, dat je ooit over mijn gleuf tevreden zal zijn. En ik over jouw grote geval. Die doet me nu ook meer dan van al die jongens. Ten eerste natuurlijk omdat hij van jou is. Maar ook, omdat ik er nog geen van zeventien centimeter meegemaakt heb.’
‘Je bent ondeugend. Maar als je nu denkt dat je een voorsprong hebt, heb je het mis. Van die zeventien centimeter wist je al. Ik van jouw gleuf nog niets. Zo, flapuit, wat nu?’
‘Stop me maar in. Dan een afscheidskus.’
Hij deed de dekens over haar heen, ging naast haar liggen en keek haar aan.
‘Mijn lief meisje, wil je zaterdag bij me komen?’
‘Ja.’
‘Mag ik je om acht uur halen?’
‘Zo laat pas?’
‘Nee, zo vroeg, ‘s morgens.’
‘Ik had het kunnen weten, dat heb je ook eerder bedacht. Nu weet je dat ik niet zo laat bij je wil zijn.’
‘Ja. Erg?’
‘Nee. Ik mag jou er ook inluizen als ik zin heb. Acht uur me is te vroeg op een vrije dag. Maar ik wil er nog over nadenken. Ik mail wel.’
‘Prima. Ik breng je op tijd terug, ik wil niet dat mams op me gaat mopperen.’
‘Nee. Heb je al plannen?’
‘Nee. Jij mag natuurlijk ook wat bedenken.’
‘Doe ik.’
‘Mijn lief meisje, wil je zondag bij me komen?’
‘Zondag ook? Ja.’
‘Fijn. Over zondag spreken we zaterdag wel verder af. Nu een afscheidskus?’
‘Een lange.’
Hij trok haar omhoog, tot ze rechtop zat, en omhelsde haar. Ze kusten. Daarna liet hij haar op bed vallen en grinnikte naar haar.
‘Tot zaterdag, lief, mooi meisje.’
‘Tot zaterdag, lieverd.’


Van                                   Onderwerp                       Verzonden                    Grootte
Je_Han@3kk.nl                 Hoi                               Donderdag 18:30           1 kB

Lieve Debbie,

Het was weer fijn. En zo is de week niet zo lang.

Liefs,
  Han


Van                                   Onderwerp                       Verzonden                    Grootte
Debbieltje@hotmail.com  Re: Hoi                         Donderdag 19:23           1 kB

Lieve Han,

>Het was weer fijn. En zo is de week niet zo lang.
Ja. Ja.

Ik kreeg een pakket bijscholingsmateriaal. Als het is zoals gebruikelijk wil ik je een voorstel doen. Hoor je later.

Liefs,
  Debbie


Van                                   Onderwerp                       Verzonden                    Grootte
Je_Han@3kk.nl                 Eerbaar voorstel?          Donderdag 19:36           1 kB

Lieve Debbie,

> Als het is zoals gebruikelijk wil ik je een voorstel doen.
Al je voorstellen zijn welkom.

> Hoor je later.
Ik ben gek op je verrassingen.

Liefs,
  Han


Van                                   Onderwerp                       Verzonden                    Grootte
Debbieltje@hotmail.com  Re: Eerbaar voorstel?    Donderdag 22:52           1 kB

Lieve Han,

> Al je voorstellen zijn welkom.
Eentje van jou was het ooit niet.
Beetje twijfelachtig of dat eerbaar was. Wel eerlijk.

> Ik ben gek op je verrassingen.
Dan doe ik het in stappen.
1e. Ik heb geen zin meer in stappen.

Liefs,
  Debbie



Van                                   Onderwerp                       Verzonden                    Grootte
Je_Han@3kk.nl                 Voorstel?                      Vrijdag  18:12                1 kB
 
Lieve Debbie,

>> Al je voorstellen zijn welkom.
>   Eentje van jou was het ooit niet.
Die kan herhaald worden, op het droge, binnen, privé.

> 1e. Ik heb geen zin meer in stappen.
Ik ook niet. Jouw gezelschap, privé, volstaat. Uitleg liever mondeling.

Liefs,
  Han


Van                                   Onderwerp                       Verzonden                    Grootte
Debbieltje@hotmail.com  Voorstel!                       Vrijdag 19:29                 2 kB

Lieve Han,

> op het droge, binnen, privé.
Schrijf maar op de lijst t.z.t.

>> 1e. Ik heb geen zin meer in stappen.
> Ik ook niet. Jouw gezelschap, privé, volstaat. Uitleg liever mondeling.
Hoeft niet, ik snap het wel. Vandaar ook het volgende.
Om nog antwoord van je te krijgen, nu 2e en de rest.
Dat pakket bijscholingsmateriaal kost me nogal wat uren. Ik doe het wel graag, maar wil er snel vanaf, ook vóór het mooier weer wordt om buiten wat te doen. Mag ik op jouw woonkamertafel studeren, dan blijft je bureau vrij voor jou. Zaterdag- middag en zondagmiddag? Als je me niet te veel stoort ben ik er dan wel doorheen. Ik zou dat veel gezelliger vinden dan in mijn eentje op mijn kamer. Alles bij de hand, jou ook. Daarna samen koken enz.? Kan je me halen / brengen? 12:30 - laat, zondag niet te laat?

Liefs,
  Debbie


Van                                   Onderwerp                       Verzonden                    Grootte
Je_Han@3kk.nl                 Re: Voorstel!                 Vrijdag 19:47                 1 kB

Lieve Debbie,

> Schrijf maar op de lijst t.z.t.
Ik heb geen lijst, maar geduld. Het gaat geweldig, zo.
Je bent van harte welkom. Ik zal je graag voorzien van alles wat je wenst.
Kom je dus zaterdag om 12:30 halen.

Liefs,
  Han

5e Week

Nadat hij haar zaterdagmiddag opgehaald had maakte hij de woonkamertafel voor haar leeg. Ze had een dikke envelop meegebracht.
‘Merci, Han. Ruimte genoeg. Kan je, om te beginnen, me voorzien van een bak koffie? We drinken thuis, in het weekend, na het middageten ook koffie, maar daar wilde ik niet op wachten.’
‘Ik zet even. Ik lust er ook wel één. Vind je het niet erg, op de grond bij de tafel te moeten zitten? Je mag mijn bureau ook gebruiken.’
‘Nee, dat gaat prima.’
‘Goed. Vertel eens wat over wat je gaat doen.’
‘Het is geen cursus, alleen voorlichting. Ik werk het altijd zo snel mogelijk af, dan heb ik de nieuwste etalages, want de etaleurs in andere zaken komen er meestal niet zo snel aan toe. Maar ik wil alles lezen, niets missen waar ik misschien wat aan heb. Ik maak ook aantekeningen, of scheur er bladzijden uit. De rest kan daarna weg. Het veroudert toch snel, en ik bewaar zo min mogelijk. Anders kom je gauw om in de rommel. Een paar onderwerpen. Verlichting, zonwering, verpakkingsmaterialen.’
‘Verpakkingsmaterialen?’
‘Ja, wat je er mee kan doen als de inhoud in de etalage staat. Ik zet vaak de schoenen op hun eigen doos, met een mooi stuk papier daar omheen. Dan hoef ik later niet naar die verpakking te zoeken. En méér van dat soort trucs.’
‘Tja, bij ieder vak komt meer kijken dan je denkt. Hier is de koffie.’
Ieder uur liet hij haar pauzeren, wat drinken en wat over etaleren vertellen. Hij werkte zelf wat aan zijn bureau, maar zat de helft van de tijd naar haar te kijken. Tegen zessen liep hij naar haar toe, tilde haar op en zette haar op de bank.
‘Lang genoeg gewerkt, meid. Je bent een uur of vier bezig geweest, exclusief de pauzes. Schiet je op?’
‘Ja, ik ben ruim over de helft, grof ingeschat. Oh, zo laat al? Oh, Han, we hebben alleen even gekust in de auto en toen ik hier binnen kwam. Je hebt niks gezegd, me laten pauzeren, steeds gezorgd dat ik wat te drinken had en me met rust gelaten. Dank je wel. Nu even knuffelen voor het eten, dat lust ik onderhand ook wel.’
Ze knuffelden, kookten, aten, dronken koffie, keken TV en kusten tussendoor. Om elf uur stond hij op.
‘Ik breng je naar huis. Je hebt rust nodig, je hebt hard gewerkt.’
‘Maar een uur of vier, de rest was geen werk.’
‘Nee, maar ik heb gezien hoe je gewerkt hebt. Erg geconcentreerd. Dat telt zeker voor acht uur.’
‘Ik heb je wel zien kijken, steeds.’
‘Ja, ik vond het fijn. Dat je bij me wilde zijn. Ook om te studeren. Als we maar samen zijn, hè?’
Ze stond op, omhelsde hem.
‘Ja, Han.’
Ze kusten. Daarna bracht hij haar naar huis.

De zondagmiddag verliep hetzelfde. Tot vijf uur, toen stopte ze alles wat ze hem nog niet weg had laten gooien in de envelop.
‘Klaar, Han. Dat laatste ging sneller dan ik dacht. Alles vanmiddag was ook minder vermoeiend dan wat ik gisteren gedaan heb. Heb je een baco voor me? Die heb ik wel verdiend. Jij ook. Je hebt me geweldig verzorgd. Dat had je op mijn kamer niet kunnen doen.’
‘Niet zo goed, nee. Het is fijn, schat. Je verzorgen. Verwennen.’
‘Ja, en uitkleden, in bed stoppen.’
‘En uit bed halen, wassen, aankleden, het maakt me niet uit.’
‘Oh. Vind je alles leuk?’
‘Fijn, beter gezegd. Met jou. Voor jou. Je bedankt me steeds ook zo lief.’
‘Ik heb je alleen extra gekust toen ik binnen kwam. Meer niet.’
‘Je hebt me, als ik in je gezichtsveld kwam, steeds even lief aangekeken.’
‘Oh. Ja, dat kan je als bedanken zien. Ik vond het heel fijn, zo, Han. Huiselijk.’
‘Ja. Eh, Debbie, je mag zo vaak komen als je wilt.’
‘Je klinkt erg serieus. Je wilt, geloof ik, méér zeggen, maar je wilt voorzichtig blijven, hè?’
‘Ja, schat.’
‘Dat komt door dat huiselijk, hè?’
‘Ja, daar ging ik me een bepaalde voorstelling bij maken.’
‘Dat zou ik ook kunnen doen. Ik zal er over nadenken. Eerst even aan eten denken.’
‘Juist. Geen haast, hoor.’
‘Juist. Na een kwartier knuffelen.’
‘Ik wil je niet van je denken afhouden.’
‘Doe toch maar, anders kom je kussen tekort. En ik ook.’
 Na het journaal zette hij de TV uit.
‘Je bent niet zo ontspannen. Heb je toch te hard gewerkt? Had je er méér dagen over moeten doen?’
‘Nee, dit ging prima zo, ik ben er weer voor een tijd vanaf. Zo’n pak papier komt om de paar maanden. Tussendoor sturen ze nieuwsbrieven, soms vrij grote, over Internet, maar die lees ik op mijn werk, dat heb ik al eens verteld. Nee, ik zat wat na te denken. Dat zou ik toch doen? Wat op een rijtje zetten?’
‘Is het gelukt?’
‘Nou, niet helemaal, maar genoeg om het er met je over te hebben. Als je het over dat soort zaken wilt hebben, tenminste.’
‘Ik wil het graag over jouw, ik denk over onze zaken hebben. Al denk ik niet dat zaken het goede woord is.’
‘Nee. Ik wil het hebben over onze eh omgang. Han, bij mijn ouders heb ik je voorgesteld als mijn vriend. Jij me bij jouw ouders als je vriendin. Ik heb me er een beetje aan gestoord.’
‘O. Juist.’
‘Ik vond het geen goede eh omschrijving.’
‘Het was een beetje onderkoeld, hè?’
‘Ja, we gaan warmer met elkaar om.’
‘Ja, toen al.’
‘Je hebt daarna gevraagd of je me je meisje mocht noemen. Iets méér dan vriendinnetje.’
‘Ja. En daarna, om maar wat te noemen, heb ik je twee keer in bed gestopt.’
‘Om maar wat te noemen? Je hebt me eerst uitgekleed.’
‘Bijna. Tja, achteraf gezien was het nogal brutaal om iets meer dan een vriendinnetje op een broekje na helemaal uit te kleden.’
‘Nee, dat mocht. Omdat ik toen al veel meer dan een vriendinnetje was.’
‘Fijn. Zo voel ik dat ook. Kusje?’
Ze tilde haar hoofd naar hem op. Na het kusje keek ze naar beneden.
‘Debbie, t z t méér? Of nu al? Of gauw?’
Ze keek hem weer aan.
‘Ik heb eigenlijk genoeg van dat t z t, eventueel, misschien, ooit. Ik doe het uit voorzichtigheid, ik wil me nog niet binden, het gaat me te snel. Als jij zoiets zegt weet ik dat je het voor míj doet, anders begin ik gelijk te drammen. Dat vind ik niet leuk, maar ja. Han, is er een makkelijker manier om dat niet steeds te hoeven zeggen, om makkelijker te kunnen praten? We waren binnen een paar dagen, of de eerste dag al, scharreltjes, en of bevriend. Daarna is het steeds méér geworden. En omdat alles altijd in een hokje gedouwd moet worden is er voor dat méér vast een benaming, voor onze omgang. Waarin dat t z t en de rest ingebouwd zit. Dan hoeven we het niet meer te zeggen. Wil je daar eens over nadenken?’
‘Dat hoef ik niet, lief meisje. Ik wist na je eerste zin al wat je bedoelde. Onze manier van omgang is inderdaad al veel méér dan scharreltje en of lief vriendinnetje. Tja.’
‘Juist.’
‘Je hebt een mooi verhaal afgestoken. Wil je soms ook wat vragen?’
‘Aan m’n nooit niet. Dat weet je.’
‘Ja. Dat weet ik.’
‘Jij soms?’
‘Ik weet een benaming. Ik heb het daarover al een keer met je gehad. Dat weet je vast niet meer. Je wilde toen niet.’
‘Pestkop, natuurlijk weet ik dat nog. Dat was na twee dagen, in het zwembad. Ik weet ook nog hoe dat gesprekje afliep. Tja.’
‘Tja. Dat mijn meisje, vriendin, vriendinnetje, vooruit, ook scharrel, dat was je eigenlijk toen al. Maar je bent wat vergeten. We hebben het er de laatste tijd ook niet over gehad. Je zei eerst, ik weet nog niet zo zeker, of het liefde op het eerste gezicht is. Een paar dagen later zei je, dat je niet wilde vertellen dat het liefde op het eerste gezicht was. Wel op het anderhalfde. Dat maakt me niet uit, als het maar liefde is.’
Hij knielde voor haar, pakte haar handen.
‘Debbie, liefste, wil je verkering met me, alsjeblieft?’
‘Ja. Heel graag.’
Hij trok haar omhoog, in zijn armen. Ze kusten uitgebreid, gingen toen weer zitten.
‘Oh, schat, ik ben zo blij dat je me gevraagd hebt. Zo hoort het te gaan, bij niet al te woeste meisjes. Han, vriendschap en verkering en zo zijn hokjes. Zoiets heb je ook voor aardig vinden, lief vinden, verliefd zijn enzovoort. Dat anderhalf, het begon niet toen we elkaar zagen, maar na een paar minuten gepraat te hebben, hè? Is dat bijzaak?’
‘In tijd wel, die paar minuten. Maar voor onze gevoelens niet. Omdat we niet op elkaars uiterlijk verliefd zijn geworden, maar op ons mondeling contact, ons elkaar aanvoelen, op elkaar reageren. Het uiterlijk was wel belangrijk, anders was ik niet op je afgekomen. En jij niet met me blijven praten. Alhoewel, er zijn genoeg mooie meisjes met eh minder mooie jongens getrouwd. Maar het verschil hoeven we niemand te vertellen. Als wíj het maar weten. Het is misschien wel het belangrijkste van de goede basis van onze kennismaking.’
‘Wat mooi, Han. Ik wist dat het belangrijk was, anders had ik over die paar minuten niets gezegd. Zo’n muggenzifter ben ik niet. Maar zo goed als jij had ik er nog niet over nagedacht.’
‘Ik vrij snel, alleen onbewust, weet ik nu. Daarom ben ik steeds zekerder over ons geweest dan jij. Maar ik kon het niet uitleggen. Ik weet nu pas de oorzaak, omdat jij vertelde dat je die paar minuten belangrijk vond, al wist je niet waarom. Als ik het eerder geweten had, had ik het eerder gezegd. Niet in ons verhaal, waar jullie in Nederland aan moesten denken, over de goede basis van onze kennismaking. Apart, alleen tegen jou.’
Hij trok haar schuin over zich heen, zodat ze op zijn schoot kwam liggen. Ze wisselden korte kussen met lange af.
‘Han, mag ik mijn ouders en Bibi vertellen dat we nu verkering hebben?’
‘Ja, natuurlijk. Wanneer? Het is aan de late kant.’
‘Die zijn nog wel wakker.’
Ze pakte de telefoon, koos een nummer.
‘Paps, Debbie. Ik mocht pas met een vriendje thuis komen als het wat serieuzer was, hè?’
‘Néé! Shit, Han, hij vraagt of ik een nieuwe heb, de treiteraar. Ja, dat hoorde je goed. Het was eigenlijk mijn eigen schuld, had ik maar niet zo moeten beginnen. Mag hij blijven komen?’
‘Maar goed ook, anders was ik de deur uit gegaan.’
‘Nee, dat weet ik ook wel. Ik wist dat hij bij ons paste.’
‘Eh, ja, vaste vriend. Daar hebben we het geeneens over gehad. Stom. Nou, paps, dat slaan we over. Mag hij als mijn verkering over de vloer komen?’
‘Au. Dat was weer stom. Nee, dat ga ik hem niet vragen, dat zou nooit in me opkomen.’
‘Nee, vroeger vroeg ik ze ook nooit wat, ik deed gewoon. Dat scheelde een hoop tijd. Paps, hij heeft míj gevraagd.’
‘Ja, heel officieel. Als het aan hem had gelegen was hij op Schiphol al zo aan jullie voorgesteld.’
‘Ja, mams had dat toen al goed gezien. Maar alles ging anders dan vroeger, paps. Ik zei toch al, dat ik gekalmeerd was. We praatten met elkaar. En we waren gelijk verliefd. Ik heb de boot afgehouden, hij vroeg me al na twee dagen. Nu kon ik niet anders, niet meer afhouden. We hebben vaste verkering.’
‘Dank je wel. Tot ziens.’
Ze legde de telefoon neer, ging over zijn schouder hangen.
‘Traantjes?’
‘Ja. Mams ook. Zo meteen Bibi ook, denk ik, mams zou het boven gaan vertellen, Bibi was net thuis. Paps treiterde me wel, maar hij had z’n liefste stem aanstaan, zoals Bibi en ik het noemen. Hij was hartstikke blij. Ik ook.’
‘Ik ook.’
‘Wanneer ga jij het je ouders vertellen?’
‘Die zijn waarschijnlijk al naar bed. Ik vertel het morgen wel. Ook aan Dolf, als die het nog niet van Bibi gehoord heeft, en aan Simon.’
‘Denk je, dat we Bibi en Dolf met onze verkering opstoken?’
‘Dolf zal er in ieder geval over nadenken. En afwachten hoe Bibi er op reageert. Misschien hangt die binnenkort tegen Dolf een mooi verhaal op over vriendschappen en zo.’
‘Houd je mond. Daar wil ik nooit meer iets over horen. Nou ja, ik wist niets anders om je duidelijk te maken hoe het er bij mij bij stond. Mijn eigen schuld, ik had je gevraagd langzaam aan te doen. Tijd om je daarvoor nog een keer te bedanken. En omdat je me gevraagd hebt. En omdat ik verliefd op je ben.’
Ze kusten inniger dan ooit.
‘Wat fijn, Debbie, om je zo vast te houden en te kussen. Niet al te woest, lief.’
‘Ik zal vast ooit minstens één keer woest worden. Ik wil alles proberen, langzaam aan.’
‘Dat idee had ik ook al. Genoeg maar, terug naar het vorige onderwerp. Als ik Dolf was zou ik Bibi vragen. Hij kan benadrukken dat het vrijblijvend is. Een zogenaamde losse verkering. Wij hebben vaste verkering, hè? In principe vrijblijvend, maar dat is duidelijk niet onze bedoeling.’
‘Nee, Han, alleen een nooduitgang. Nou, ik gun Bibi en Dolf hetzelfde als ons, maar ze moeten het zelf uitzoeken.’
‘Ja, het zou niet meer dan normaal zijn als ze er een paar maanden langer over deden. Debbie, begrijp je, dat ik conclusies trek uit je, alleen een nooduitgang?’
‘Ja. Dat mag je. Dat was de bedoeling ook, als je dat nog niet wist.’
‘Bijna honderd procent zeker. Daarom wil ik je nog wat zeggen.’
‘Juist. Nou, zeg maar. Ik vraag niks.’
Hij liet haar los, pakte allebei haar handen en keek haar aan.
‘Je zei in het vliegtuig, net voor het licht uitging, als je me lang in mijn ogen kijkt praat ik niet meer. Ik heb het tot nu toe niet gedaan, want ik hoor je veel te graag praten. Je doet het bij mij ook niet te lang. Te verwarrend voor je, hè?’
‘Ja.’
Hij keek haar aan tot ze begon te blozen.
‘Debbie, liefste, ik houd van je.’
Ze omhelsde nu hem en begon zelf met kussen. Maar deze keer stopte híj.
‘Nou, Han, heb je er genoeg van?’
‘Nee, je wordt me een beetje te woest.’
‘Dan had je je liefdesverklaring ook maar tot een volgende keer moeten bewaren. Het was al mooi genoeg dat je verkering vroeg. En kreeg. En ik niet vroeg. En toch kreeg.’
‘Ondeugd. Ik had het al eerder willen zeggen, maar ik kon het niet. Ik denk, voornamelijk omdat je zo aan het aarzelen was, niet zeker van jezelf. Ik wilde je niet opjagen. Ik wist wél dat je langzaam steeds meer voor me ging voelen. Je bent wel een flapuit, maar je bleef toch steeds wat vaag. Nu kon ik het zeggen, eindelijk.’
‘Ik ben blij dat je erover nagedacht hebt, dat je het niet als een automatisme bekijkt wat bij verkering hoort. Dat doet het niet, dat weet ik. Wanneer was jij zeker?’
‘Na een paar dagen genoeg. Toen vroeg ik je toch al om verkering? Je wilde nog niet, ik mocht het pas in Nederland wéér vragen. Daarna vroeg ik of je het óók liefde op het eerste gezicht vond. Dat wilde je ook pas in Nederland zeggen. Toen wist ik genoeg. Wil je vertellen hoe het bij jou ging?’
‘Ik denk, dat ik na die paar minuten verliefd op je werd. Ook zonder te weten waarom. Maar ik wilde dat mezelf niet toegeven. Ik dacht, laat ik maar denken dat ik hem aardig vind. Nou, weer een paar minuten later kon ik dat al niet meer volhouden. Lief, toen heel lief. Even afgezien van dat ik je een stuk vond. Grinnik niet. Even denken. Vóór je in het zwembad verkering vroeg, de dag daarvoor, was ik al zo gek op je dat ik wilde dat je naar mijn borsten keek. Weer even denken. Het wisselen was donderdags. Die vrijdagmorgen heb je voor het eerst naast me gezeten. ‘s Middags vóór me, met een beetje inkijk. Zaterdag niet op het muurtje. Dan moet je zondag weer voor me gelegen hebben. Enzovoort. Oei, na twee dagen. Ik was wel erg woest, hè?’
‘Nee, verlangend.’
‘Ja, zoiets. In ieder geval, ik moet toen al eh gek op je geweest zijn. Dat kan niet in mijn plakboek. Kindertjes, mammie kende pappie pas twee dagen, toen liet ze hem al naar haar blote tietjes kijken. En een paar dagen later mocht mammie bij pappie in z’n zwembroek kijken. Dat heeft ze niet gedaan, hoor, alleen er even overheen gevoeld hoe groot hij was. We zijn daar niet lang mee doorgegaan, we waren er zelf een beetje van geschrokken, anders waren jullie jaren eerder geboren. Nee, dat gaat niet in mijn plakboek. Nou, ik weet het verder niet precies, ik ging steeds iets meer voor je voelen. Zeker toen je verkering vroeg. Ook al zo vlug. Je moest je ook schamen.’
‘Nee, ik verlangde ook erg.’
‘Om nog méér van me te zien?’
‘Stouterd, je weet dat dat niet waar is. Daar ging het me niet om. Het was wel heel mooi. Zouden ze nóg zo mooi zijn?’
‘Je weet dat weer kijken nog wel even kan duren.’
‘Ja, ik wilde alleen even laten weten dat ik mijn belangstelling niet verloren heb.’
‘Daar twijfel ik geen moment aan. Je gedraagt je keurig, hoor, je mag best af en toe verlekkerd naar me kijken. Aankomen niet, alles op z’n tijd. Andersom hoef je daar ook niet aan te twijfelen, ik ben ook een beetje nieuwsgierig. Zeventien centimeter, oef. Han, we hoeven het er niet meer over te hebben, tot we allebei het gevoel hebben dat we er aan toe zijn. Dan gaat het vanzelf. Of met een beetje hulp, net zoals bij het weten wanneer we verkering wilden. Houd je mond. Nou, daarna ging het langzaam verder. In het vliegtuig heb ik verteld dat ik je graag terug wilde zien. Ja, een beetje vaag, maar ik wist het bijna helemaal zeker. Na onze terugkomst ging het door, ik ging steeds meer om je geven. En nu? Liefste Han, ik eh vind het genoeg voor vandaag. Het is laat. Als je uitgelachen bent gaan we heerlijk, niet te woest, afscheid kussen. Daarna me thuis brengen.’


Van                                   Onderwerp                       Verzonden                    Grootte
Debbieltje@hotmail.com  ?                                    Maandag 19:11              1 kB

Lieve Han,

Hoe is het met mijn verkering?

Liefs,
  Debbie


Van                                   Onderwerp                       Verzonden                    Grootte
Je_Han@3kk.nl                 !                                    Maandag 19:30               1 kB

Lieve Debbie,

> Hoe is het met mijn verkering?
Als je de manier van omgang bedoelt, berenvast.
Als je mij bedoelt, berengoed.
Hoe is het met de mijne?

Liefs,
  Han


Van                                   Onderwerp                       Verzonden                    Grootte
Debbieltje@hotmail.com  Beertje                          Maandag 23:15                2kB

Lieve Han,

> > Hoe is het met mijn verkering?
>   Als je de manier van omgang bedoelt, berenvast.
>   Als je mij bedoelt, berengoed.
>   Hoe is het met de mijne?

Bedankt voor je dubbele antwoord en je vraag.
Ik geef je een dubbelzinnig antwoord. Ik heb vanaf mijn geboorte met een beertje geslapen. Ik ben hem nu langzaam duidelijk aan het maken dat zijn tijd zo zachtjesaan voorbij is. Dat hij na ruim twintig jaar behoorlijk versleten is. Dat er tegenwoordig slaapgenoten zijn die veel langer meegaan, voor de rest van mijn leven. Dat ik denk dat ik er één gevonden heb die ook graag altijd bij me wil zijn, en ook zijn taak zo zachtjesaan wil overnemen. Beertje Beertje zit nu dag en nacht op mijn nachtkastje alles te overdenken. Ik heb hem  beloofd dat hij altijd mag blijven kijken wat ik aan het doen ben, tot hij uit elkaar valt en niet meer te redden is.

Liefs,
  Debbie


Van                                   Onderwerp                       Verzonden                    Grootte
Je_Han@3kk.nl                 Re: Beertje                    Dinsdag 18:32                1 kB

Lieve Debbie,

Ik neem aan dat het beertje wat ik bij je gezien heb Beertje was. Ik vond hem al wat droevig kijken. Ik ben na je mail een rondje gaan lopen, om bij te komen.
Van je dubbelzinnigheid.
Bewaar je mail voor het plakboek, s.v.p.
I.H.V.J.

Liefs,
  Han


Van                                   Onderwerp                       Verzonden                    Grootte
Debbieltje@hotmail.com  Gemengd nieuws          Dinsdag 19:20                1 kB 

Lieve Han,

> Bewaar je mail voor het plakboek, s.v.p.
Doe ik.

> I.H.V.J.
O zo fijn.

We hadden niets afgesproken, om één af andere reden vergeten. Ik had morgenavond bij je willen komen. Helaas, er is een vergadering op de bibliotheek waar ik voorlees. Ze waren me vergeten uit te nodigen, deden het alsnog, met excuses. Ze willen me er ook graag bij hebben. Mogelijk worden de voorleesuren uitgebreid wegens succes, veel aanvragen. Ik wil, na een pauze, van drie tot vier ook nog wel.

Liefs,
  Debbie


Van                                   Onderwerp                       Verzonden                    Grootte
Je_Han@3kk.nl                 Re: Gemengd nieuws    Dinsdag 19:32                1 kB

Lieve Debbie,

> Maar ik had morgenavond bij je willen komen.
Snik. Volhouden maar.

Gefeliciteerd met je succes, hoe het verder ook afloopt.

Liefs,
  Han


Debbie zat achter haar bureau toen er geklopt werd.
‘Kom er maar in. Oh, Bibi, ga op m’n bed zitten. Even die giro opbergen.’
‘Er had iemand anders binnen kunnen komen.’
‘Nou, borsten heeft iedereen wel eens gezien. Ik houd wel altijd een broekje aan, hoor.’
‘En als Han onverwacht op bezoek zou komen?’
‘Die heeft me zo al gezien, dat weet je. En die laat me rustig wat aantrekken. Onvoorstelbaar, Bibi, wat heeft die een geduld.’
Ze ruimde haar bureau nog wat op en draaide zich naar haar zus.
‘Nou, zeg het eens. Zorgen? Je zat vanaf dat je thuiskwam tot we naar boven gingen ook al zo zorgelijk te kijken. Gisteren ook.’
‘Nou, zorgen? Debbie, wil je me vertellen hoe het gegaan is, dat verkering vragen?’
‘Natuurlijk, daar is niks geheims bij. Je hoeft alleen niet te weten hoe woest we gekust hebben. Shit, ik leer het ook nooit om m’n mond te houden. Hè. Nou ja, jullie kussen toch ook niet alsof jullie twaalf jaar zijn?’
‘Nee, maar niet woest. Heel lief, Dolf is zóóóó voorzichtig.’
‘Té voorzichtig?’
‘Vertel nou maar.’
‘Goed. Ik was het zat iedere keer, nou, vaak, af en toe, de boot af te moeten houden, erg voorzichtig te zijn, met eventueel, en als we zo doorgaan en zo. Je weet het wel. Dat praat zo vervelend. En eerlijk gezegd, ik zie het wel zitten. Jij ook?’
‘Ik vind jullie goed bij elkaar passen.’
‘Oh, knap zeg, antwoord tactisch ontweken. Maar dat helpt je niets. Zie jij het óók zitten met Dolf?’
‘Je bent hopeloos. Eh, ja.’
‘Fijn. Dat deed geen pijn, hè?’
‘Nee, maar niet zo aandringen. Eigenlijk het enige waar ik mee zit is dat het zo snel gaat. We praten ook voorzichtig, maar ik weet dat hij morgen met me zou willen trouwen. Niet om het bed in te duiken, maar om zo veel mogelijk bíj me te zijn. Dolf kan dat zo mooi tussen de regels door laten merken. Dan krijg ik het steeds zo warm. Dan vind ik hem nog liever, en dan wil ik dat ook. En ik wil nog lang niet eh met hem naar bed, maar ik kreeg het al warm toen hij in het zwembad per ongeluk mijn borst aanraakte. Dat heb ik nooit eerder gehad. Maar je kan toch niet zo snel trouwen?’
‘Dat kan wel, maar dat doen we niet, hè? Bibi, ik vertelde Han dat ik het zát was, dat eventueel, misschien en zo. En of hij wist of er een manier van omgaan met elkaar was waarin op dat punt alle voorbehouden ingebouwd zaten. Toen kreeg hij ineens, zomaar, het idee om verkering te vragen.’
‘Debbie, je moest je doodschamen. Dat was uitlokking.’
‘Ja, maar ik schaam me niks. We hebben die jongens verteld dat we het rustig aan wilden doen. En ze hebben zich keurig gedragen, alleen heel voorzichtig genoeg laten merken wat ze wilden, zonder aan te dringen. Je zei het zelf, tussen de regels door. Maar hoe moet je ze dan duidelijk maken dat we iets, maar niet te veel, verder willen gaan? Het is toch ook niet fijn voor ze om steeds te moeten gokken hoe het erbij staat, of ze al iets verder kunnen gaan, zonder dat we, zoals je zei, pissig worden?’
‘Nee. Wat zijn ze lief, hè? Je hebt gelijk, je moest het wel zo doen. Of op een andere manier een seintje geven.’
‘Ja, eigen schuld, wíj willen langzaamaan doen. Han was trouwens slim. Die lokte me gelijk ook uit. Hij zei dat er twee soorten verkering waren, alsof ik dat niet wist, maar ik liet hem praten. Losse en vaste. Losse als je nog niet zo zeker was, een beetje vrijblijvend, elkaar vaker zien, niet meer met anderen uitgaan. Maar dat wij váste verkering hadden, in principe ook vrij- blijvend, maar dat dat duidelijk niet onze bedoeling was.’
‘Ja, slim zeg.’
‘Ja. Ik ben er in getrapt, expres. Ik zei, ja, alleen een soort nooduitgang.’
‘Zo zou je dat kunnen zien. Maar, Han een beetje kennende, die snapte dat vast gelijk.’
‘Ja, dat was de bedoeling ook. Maar ik schrok toch, hij trok weer een spurt. Hij vroeg niet hoe ik over hem, ons, dacht, maar zei dat hij van me hield.’
‘Had hij dat nog niet eerder gezegd? Wat fijn voor je. Dolf op Schiphol al, dat weet je. Ik was toen wel heel blij, maar ook pissig, ja. Dat was niet langzaamaan doen.’
‘Nee. Dat heb je hem vast laten merken, en is hij nog voorzichtiger geworden. Tja, je ziet wat er van komt. We zijn jullie vóór. Nou, dat geeft niets hoor, we hoeven niet gelijk op te gaan. Nou, dat was het.’
‘Heb je hem nog wat teruggezegd?’
‘Nee, ik vond het genoeg voor één avond, verkering met me vragen en zeggen dat hij van me houdt. Ik bewaar lekker nog wat.’
‘Houd je van hem?’
‘Je durft nogal te vragen, zeg. Maar omdat je zo bezorgd hebt zitten kijken wil je wel wat vertellen.’
‘Ik was niet bezorgd om jou.’
‘Dat weet ik. En daarom vertel ik ook zoveel. Ik heb het proberen tegen te houden, Bibi. Ik dacht, ik heb al zoveel gescharreld, dit kan niet. Ik lijk wel verliefd. Maar ik weet het nu, al iets langer, zeker. Ik ben hartstikke verliefd. En ik houd van hem.’
‘Wat is het verschil tussen verliefd zijn en houden van?’
‘Ik weet het niet. Het interesseert me ook niet.’
‘Dank je wel, Debbie. Nog één vraag. Vooruit gedacht, na verkering komt verloven, toch?’
‘Dat vind ik niet zo nodig. En ouderwets. Nee, ik heb wat anders bedacht. Maar dat merk je wel.’
‘O. Ik ga maar eens naar bed. Ik denk dat ik nu wat beter kan slapen dan de laatste tijd. Dank je wel.’
‘Je moest eens weten hoe graag gedaan. Welterusten.’


Van                                   Onderwerp                       Verzonden                    Grootte
Debbieltje@hotmail.com  Laatste nieuws              Dinsdag 22:45                1 kB

Lieve Han,

Weet je nog dat we het erover hadden dat we misschien Dolf op zouden stoken omdat wij nu verkering hebben?

Liefs,
  Debbie


Van                                   Onderwerp                       Verzonden                    Grootte
Je_Han@3kk.nl                 Re: Laatste nieuws        Woensdag 18:40             1 kB


Lieve Debbie,

> Weet je nog dat we het erover hadden dat we misschien Dolf op zouden stoken omdat wij nu verkering hebben?
Ja. Maar ik merk niets aan hem. Misschien iets rustiger dan normaal. Hij zegt er niets over.

Liefs,
  Han


Van                                   Onderwerp                       Verzonden                    Grootte
Debbieltje@hotmail.com  Opstoken                      Woensdag 22:52             1 kB
 
Lieve Han,

Net terug van vergadering. Ben inderdaad gevraagd. Geaccepteerd, onder voorbehoud van goedkeuring personeelschef. Lukt wel, ik nam de rest van de middag toch meestal al vrij om even in de stad te winkelen.
We hebben in ieder geval Bibi opgestookt. Ze kwam gisteravond vragen hoe we verkering gekregen hadden.

Liefs,
  Debbie


Van                                   Onderwerp                       Verzonden                    Grootte
Je_Han@3kk.nl                 Opgestookt?                 Woensdag 23:15             1 kB

Lieve Debbie,

Gefeliciteerd.

> Ze kwam gisteravond vragen hoe we verkering gekregen hadden.
En?

Liefs,
  Han


Van                                   Onderwerp                       Verzonden                    Grootte
Debbieltje@hotmail.com  Opgestookt!                  Donderdag 18:59           1 kB

Lieve Han,

>> Ze kwam gisteravond vragen hoe we verkering gekregen hadden.
>  En?
Ze weet het nu. Ook wie deze keer wie, bij ons, opgestookt had. Hopelijk doet ze er wat mee.

Liefs,
  Debbie


Van                                   Onderwerp                       Verzonden                    Grootte
Je_Han@3kk.nl                 Re: Opgestookt!            Donderdag 19:20           1 kB

Lieve Debbie,

> Ook wie deze keer wie, bij ons, opgestookt had.
Flapuit. Eh, niets van gemerkt.

> . . . Hopelijk doet ze er wat mee.
Afwachten maar. Ik zal hem ook eens vertellen dat er twee soorten zijn.

Liefs,
  Han


Van                                   Onderwerp                       Verzonden                    Grootte
Debbieltje@hotmail.com  Vervolg opstoken          Donderdag 22:44           1 kB

Lieve Han,

> Ik zal hem eens vertellen dat er twee soorten zijn.
Je hebt er overdag vast wel gelegenheid voor.

Han, ik heb geen zin om zaterdag te stappen. Mag ik bij je komen? Kunnen we de hele avond kletsen.
Vóór je het vraagt, ja, ook kusjes.

Liefs,
  Debbie


Van                                   Onderwerp                       Verzonden                    Grootte
Je_Han@3kk.nl                Opgestookt!                   Donderdag 23:15           1 kB

Lieve Debbie,

Ik heb Dolf verteld dat er twee soorten verkering zijn. Commentaar:
'Is dat nog steeds zo? Tja.'
Tja.

> Mag ik bij je komen?
Altijd. Fijn.

> ook kusjes.
Mag het kussen zijn?

Kan je eerder komen? Zal ik voor je koken.
Zal ik je komen halen?

Liefs,
  Han


Van                                   Onderwerp                       Verzonden                    Grootte
Debbieltje@hotmail.com  Vervolg opstoken          Vrijdag  19:01                1 kB

Lieve Han,

> Kan je eerder komen?
Ja. Uur of vijf.

> Zal ik voor je koken.
Nee. Wel bedankt voor aanbod.
Ik neem onderweg wel wat van de chinees mee. Lust je iets niet?

> Zal ik je komen halen?
Niet nodig.

Kussen.

Liefs,
  Debbie


Van                                   Onderwerp                       Verzonden                    Grootte
Je_Han@3kk.nl                Opgestookt!                   Vrijdag 19:19                 1 kB

Lieve Debbie,

Fijn.
Lust alles.
Jou zelfs rauw.

> Kussen.
Veel kussen.

Liefs,
  Han


Van                                   Onderwerp                       Verzonden                    Grootte
Debbieltje@hotmail.com  Vervolg opstoken          Vrijdag 22:32                 1 kB

Lieve Han,

> Jou zelfs rauw.
Er wordt alleen chinees gegeten. En gekust. Ja, veel. Oh ja, en gepraat.

Liefs,
  Debbie

6e Week

Ze belde tegen vijven aan. Hij deed open.
‘Hoi. Fijn. Kom binnen, schat. Wat een grote tas. Heb je daar een hele chinees in?’
Ze liep mee naar boven, zette de tas neer en trok haar jas uit. Hij pakte hem aan en hing hem op de kapstok.
‘Nee, stukjes. Die tas sleep ik overal rond. Als hij leeg is kan ik hem klein opvouwen. Maar meestal vergeet ik hem te legen. Zit er nog sportkleding in, of zo. Als ik iets kwijt ben kijk ik daar altijd eerst in.’
‘Geef die chinees maar, zet ik hem op het aanrecht.’
‘Waar zijn je manieren? Ik geef niks, ik hoor wat te krijgen.’
‘Shit. Hoe kan ik dat vergeten.’
Ze kusten.
‘Ik dacht even, zo’n grote tas? Het lijkt wel of ze bij me in komt wonen.’
‘Bij je inwonen? Nee, blijf daar nog maar over dromen.’
Ze gaf hem de zakjes met eten.
‘Kant en klaar. Zet het maar aan de kant. Klaarmaken komt later. Het koelt niet zo gauw af. Ik heb extra heet gevraagd.’
‘Nou zeg. Wat is er heet hier? Eerst wat drinken, hè?’
‘Ja, een beetje afkoelen. Onze honger stillen we later.’
‘Debbie, alsjeblieft, ik ben niet van steen.’
‘Sorry. Ik ben zo blij.’
‘Ik ook, dat je er bent. En dat we zoveel tijd hebben. Bacootje? Ik neem er dan zelf ook één.’
‘Maar zoals we die ‘s morgens kregen, niet te veel rum. Ik wil bij m’n positieven blijven.’
‘Je dacht toch niet dat ik je de kans zou geven om in slaap te vallen?’
‘Je weet maar nooit.’
‘Ik heb ooit een film gezien van Doornroosje. Ik zou je wel anders wakker kussen dan met een heel voorzichtig kusje.’
‘Dat geloof ik direct. Ik mag wel rondkijken, in de andere kamers, hè? Dat heb ik nog niet gedaan.’
Ze keek in de slaapkamer, de keuken en de badkamer en ging in de woonkamer weer in het midden op de driezitsbank zitten. Hij kwam uit de keuken, zette de glazen op het tafeltje en ging naast haar zitten.
‘Fijn, gezellig, dat je er weer bent.’
‘Ik kom niet alleen voor de gezelligheid, Han, ook om beter kennis te maken.’
‘Ja, daar gaan we ook wat aan doen. We waren al bezig natuurlijk. Iedere keer bij het praten, mailen, enzovoort.’
‘Ja, het gaat heel fijn.’
‘Ik hoop dat het zo door kan gaan. En beter.’
‘Ik ook.’
Hij pakte haar handen vast.
‘Debbie, ik houd van je.’
‘Ja, dat weet ik.’
‘Ik heb dat inderdaad al een keer eerder gezegd.’
‘Ik eh. O. Je daagt me uit.’
‘Ja.’
‘Mag ik er even over denken?’
‘Over hoe je over me denkt?’
‘Nee, dat weet ik wel. Of ik het zal zeggen. Het gaat zo snel, Han.’
‘Ja, maar te veel afremmen is niet eh leuk.’
‘Nee. Maar je weet van het plakboek. Er moet een mooi, net verhaal in komen. Vroeger interesseerde me dat niet zo. Met jou wel.’
‘Ik weet het. Ik zal niet meer aandringen. Ik wilde alleen even iets proberen.’
‘Je hebt het heel lief gedaan. Je mocht het ook, we hebben verkering. Vaste. Ondertussen, eh.’
‘Mag ik wel zeggen dat je er leuk uitziet, hè? Ik zie graag meisjes in jurk of rok en bloes. Die spijkerbroeken zijn altijd hetzelfde. Alleen komen de kontjes er soms beter in uit. Dan moeten ze natuurlijk wel een leuke hebben. Zoals jij.’
‘Vleier. Probeer je de uitslag te beïnvloeden?’
‘Nee, ik had het zo wie zo gezegd. Alleen moet dat een beetje in de loop van het gesprek passen.’
‘Over vooruitdenken gesproken. We gaan met een heleboel dingen gelijk op, hè? Heel fijn.’
‘Ja. Voor zover ik weet. Oh, sorry.’
‘Geeft niet. Bibi en ik hebben het er over gehad, dat het voor jullie lastig moet zijn om je in te houden, en moeten gokken wanneer iets meer of minder.’
‘Ja. We zijn blij met iedere hulp.’
‘Ik weet niet waar je het over hebt. Zeg, het ziet er hier heel fijn uit. Keukentje groot genoeg, maar ik denk dat je meestal met je ouders mee-eet.’
‘Als ze thuis zijn wel.’
‘Lief. Woonkamer leuk, badkamer net groot genoeg, slaapkamer ruim, net als ik een tweepersoonsbed.’
‘Juist.’
‘Juist. Slaap je altijd aan een bepaalde kant? Of dwars over?’
‘Nee, aan de raamkant. Maar ik wissel de matrassen wel af en toe om.’
‘Weer bedankt voor de tip. Zeg, zou je het erg vinden als ik hier iets verander? Niet veel.’
‘Dat mag je best. Jij bent de etaleur.’
‘Ja, maar dit is anders, niet om méér te verkopen.’
‘Nee, ik ben al verkocht. Wil je nú wat veranderen? Of na het eten?’
‘Nee, een andere keer. Ik wil hier graag vaker komen.’
Nu pakte zij z’n handen.
‘Want ik houd ook van jou.’
Hij trok haar op zijn schoot, kuste haar.
‘Oh, Han, zo snel al. Maar ik kon niet anders. Je maakt me gek.’
‘Is dat erger dan je hoofd op hol brengen?’
‘Ja. Hoe voel je je nu?’
‘Hartstikke fijn. Ik wist niet precies hoeveel je om me gaf. En hoe de vooruitzichten waren met onze verkering. Je vond vaste verkering ook goed, dat zei me ook heel wat, maar dit is zo mooi. Ik voel me nu een stuk rustiger. Ik hoop dat je mijn woordspelingen niet gaat missen.’
‘We vinden wel andere. Bijvoorbeeld over hoe we elkaar aan willen raken, want daarin verandert hierdoor nog niks.’
‘Hoe we elkaar aan willen raken? Dat moet je toch niet van tevoren bedenken? Dat hoort vanzelf te gaan. Ik wil heel graag dat we er samen fijn mee omgaan, natuurlijk langzaamaan af en toe wat meer. Nét niet alles. Dat doen we pas als we getrouwd zijn. Goed?’
‘Ja. Zo moeten we het doen.’
‘Hoe voel jij je nu?’
‘Ook rustiger. En dorstig.’
Hij zette haar weer naast zich op de bank. Ze dronken even wat.
‘En hongerig. Zullen we hier aan tafel eten?’
‘Dat doe ik ook altijd. Ik heb geen ruimte voor een eethoek.’
‘Nee. Wat ik zou willen is een klein beetje verplaatsen van de meubels, het zal je geeneens opvallen, en in overleg met jou wat meer aan de muren hangen. Meer niet, je krijgt van mij al een negen. Voor de inrichting.’
‘Dank je wel. En voor de rest?’
‘Resteert voor later.’
‘Dan pak ik nu die chinees even.’
Ze aten, dronken koffie en keken naar het journaal.
‘Zal ik de TV maar uitzetten? Daar kwam je niet voor.’
‘Ja, zet maar uit. Ik kwam voor eh chinees eten, dat is achter de rug. En voor kussen, nog te weinig. En om te praten. Ook nog te weinig.’
Hij bleef na het uitzetten even naast de TV staan.
‘Je bent ook een mooie versiering voor mijn woonkamer.’
‘Dank je. Kom nu maar naast me zitten om míj te versieren.’
Hij ging naast haar zitten.
‘Kom je weer op schoot? Nee, wacht even. Ik heb er daarnet geeneens over nagedacht, het ging vanzelf. Je protesteerde niet, nu wil je ook gelijk. Erg lief van je. Ik weet haast zeker dat het niet nodig is, maar denk eerst even na. Je bent steeds consequent geweest. Daarom houd ik óók van je. Ik houd niet van wispelturige meisjes. Dat je je inhoudt is geen wispelturigheid, maar voorzichtigheid. Debbie, ik heb al eerder gezegd, ik doe niet graag een stapje terug. Je mag er dus mee wachten, maar als je het nu doet dan graag heel vaak, bij gelegenheid. En, sorry, hoofdpijn is geen excuus, daar zijn pilletjes voor.’
Ze kwam rustig op zijn schoot zitten, gaf hem een kort kusje.
‘Nadenken was niet nodig, we denken vooruit, hè? Op mijn werk is er ook een drogisterij, ik praat met iedereen, daar dus ook. Ik weet dus al van pilletjes. Ook van dé pil, daar hebben we het over gehad. Dat was ook vooruitdenken. En ik ben niet wispelturig, ik doe ook niet gauw stapjes terug. Vroeger zeiden we altijd, eens gegeven blijft gegeven. En nu mijn kusje terug.’
Het duurde even voordat ze uitgelachen waren, zij moest ook om zichzelf lachen, en konden kussen. Na een minuut of vijf ging ze wat rechtop zitten.
‘Je hebt ergens last van.’
‘Ja. De automatiek. Ik zit niet aan seks te denken, hoor. Wel dat ik zo geniet, zo’n lekker meisje op schoot. Zo’n lekker lijfie vasthouden, al voel ik niets bijzonders van je, al kronkel je een beetje tegen me aan. Alleen dat je zo zacht bent, warm, me ook omhelst, zalig kust, maar het meest, dat je mijn verkering bent, dat je bij me bent, en graag. En dat je van me houdt. Dat we van elkaar houden. Mag dat?’
‘Ja.’
‘Traantje?’
‘Ja. Mond houden, kussen.’
Na een minuut stopte hij.
‘Wat is er? Je bent zo onrustig. En je huilt nog.’
‘Dat is geen huilen, ik ben niet treurig. Emotie. Daar heb ik een enkele keer last van, dat weet je. Ik kan het niet bijhouden. Eerst moest ik nadenken wat ik je zou vertellen. Nou, daarvoor en daarna natuurlijk steeds opletten of ik er weer niet wat uitflapte, we zijn niet van steen, zei je. Toen zei je, heel streng, hoofdpijn is geen excuus, daar zijn pilletjes voor. Je hebt gelijk, maar dat strenge kwam even zo raar over, dat ben je nooit. Dan maak ik een geintje. Dan krijg jij een erectie. En dan weer zo’n romantisch verhaal.’
‘Ja, we beleven nog eens wat. Kalmeer maar even. Bacootje?’
‘Ja. Nog steeds een morgenbaco.’
Ze ging op de bank zitten, hij liep naar de keuken.
Toen hij terugkwam begon hij over een neutraal onderwerp. Ze praatten een hele tijd, afgewisseld met niet te lange kussen.
‘Oh, Han, wat zalig zo.’
‘Ja, heerlijk. Ik wil best ook op jouw kamer komen, maar je hebt geen zitje. Het keukentje hier is ook handig. Het nadeel is dat je dan laat nog naar huis moet. Het lijkt me beter dat ik je voortaan haal en breng, als je hier wilt komen.’
‘Wanneer. Niet als.’
‘Ja. Kusje.’
‘Nee, ik was niet uitgesproken, anders vergeet ik het. Je hebt gelijk. Maar wel de volgende keer bij mij. Daarna zien we wel.’
‘Morgenavond?’
‘Dan ben ik bezet. Volgend weekend?’
‘Graag. Debbie, kleine meisjesbedtijd.’
‘Het is morgen zondag.’
‘Oh, ja. Zal ik nog wat inschenken?’
‘Nee. Even kijken. Opruimen hoeft niet, die paar kopjes en glazen kunnen blijven staan. Ik ga richting bed.’
Ze stonden op. Ze liep naar de deur, hij achter haar aan. Ze pakt ze haar tas op, hij deed de deur open. Ze keek hem aan, knipoogde, draaide zich om, liep de slaapkamer in en deed daar het licht aan. Hij was even beduusd, deed toen de deur dicht en liep naar de slaapkamer. Ze had de tas op het voeteneind van het bed gezet, niet aan de raamkant. Hij bleef in de deuropening stomverbaasd naar haar kijken. Ze had haar jurk al losgeknoopt, liet hem naar beneden vallen, stapte eruit en hing hem over een stoel naast het bed. Ze keek hem even aan, daarna bij zichzelf naar beneden, deed toen haar tas open.
‘Dit kan toch wel? M’n borsten heb je al gezien en m’n broekje is zowat hetzelfde als een bikinibroek.’
‘Je broekje is iets groter. Maar wat doe je?’
Ze stopte met in haar tas zoeken en keek hem aan.
‘Oh, sorry, had ik het moeten vragen? Ik wil bij je blijven slapen. Dan kan ik morgenavond vóór het donker naar huis gaan. Dan ben je tenminste niet ongerust.’
‘Nee, maar nu wel.’
‘Wat krijgen we nou? Pas op hoor, ik houd niet van wispelturige jongens. Kom je op je woorden terug? We zouden samen kunnen slapen zonder dat er iets intiems gebeurt.’
Hij ging aan zijn kant op het voeteneinde van het bed zitten.
‘Meid, je bezorgt me zowat een hartverlamming.’
‘Kom naar langzaam bij. Zeg wel even of ik mag blijven, ja of nee.’
‘Ja.’
‘Mooi, kan ik doorgaan.’
Ze viste een nachtpon uit haar tas, en trok hem aan. Hij bleef naar haar kijken, maar kon niets zeggen.
‘Ik slaap in mijn pon, of in broekje, of bloot. Het ligt aan de temperatuur en hoe ik me voel. M’n pon kruipt wel eens op als ik ‘s nachts veel draai, daarom houd ik nu ook een broekje aan. Je zou per ongeluk daar aan me kunnen komen. Expres zal je dat niet doen. Beloofd is beloofd, hè?’
‘Ja.’
‘Al een beetje bijgekomen?’
‘Nee.’
Ze zette haar tas op de grond en kwam naast hem zitten.
‘Arme jongen. Zo geschrokken? Zeg het maar.’
‘Je hebt dit van tevoren bedacht.’
‘Ja. Je kan niet meer terug, hoor. Ik mocht blijven.’
‘Ja. Liefste, ik vind het erg fijn. Al ben ik nog geschokt door wat je nu weer uithaalt.’
‘Ik laat je even met rust, een plasje plegen. Kleed je maar om. Ik weet niet hoe je normaal slaapt, nu niet bloot. Als ik terug ben mag jij naar het toilet.’
Ze pakte een toilettasje uit haar tas en verdween. Hij kleedde zich uit, trok een pyjama aan en ging weer op de rand van het bed zitten. Even later kwam ze terug.
‘Goed zo. Jouw beurt. Ik kruip er vast in.’
Toen hij terugkwam was het grote licht uit, alleen een lampje boven het hoofdeind van het bed brandde. Ze lag op haar rug onder het dekbed, alleen haar hoofd en daaronder haar armen waren zichtbaar. Hij kroop ook in bed, ging aan zijn kant ook zo liggen.
‘Laat het lampje maar aan, pyjamafiguur. Voor de zaterdag is het nog niet zo laat. Gezellig, hè?’
‘Ja.’
‘Nog niet helemaal bij?’
‘Nee. Dat je dit durft. Je bent helemaal niet nerveus. En dat je dit doet, kennelijk graag.’
‘Even punt voor punt. Het zou treurig zijn als ik bang zou zijn, of me schamen, voor mijn vaste verkering. Als ik zo zou denken zou ik er allang mee gestopt zijn. Ben jij bang voor mij, dat ik je aan zou randen?’
‘Nee.’
‘Of dat je je niet zou kunnen beheersen?’
‘Nee. In beide gevallen had ik je weggestuurd. En bedankt voor nog niet bewezen diensten.’
‘Goed zo, je komt weer bij. Punt twee, dit doen we allebei graag. Het past goed in de loop van onze kennismaking.’
‘Ik had gedacht dat we pas veel later in bed verzeild zouden raken. Maar we hoeven het niet overal over eens te zijn.’
Ze grinnikte.
‘Nee, zeker niet als het in je voordeel is, hè? Zeg, ik herhaal maar weer even, alles wat een probleem zou kunnen worden lossen we goed op.’
‘We onthouden wel veel, hè?’
‘Ja. Al ben ik bijna vergeten hoe een lief kusje van je aanvoelt.’
Hij draaide naar haar toe, ging op zijn zijkant liggen. Ze draaide ook, tegengesteld. Hij kuste haar voorzichtig, zonder haar verder aan te raken. Ze keken een tijdje naar elkaar, glimlachend. Tot ze schrok.
‘Shit, Beertje.’
Ze stapte uit bed, haalde wat uit haar tas, ging naast hem op bed zitten en hield hem een beertje voor.
‘Jullie hebben elkaar wel gezien, maar zijn nog niet officieel voorgesteld. Han, Beertje. Beertje, Han, je opvolger zogezegd. Poot.’
Han schudde Beertjes pootje.
‘Prettig kennis te maken, Beertje. Dank je wel dat je zo lang en goed voor Debbie gezorgd hebt. Ik wil graag, in verband met je gevorderde leeftijd, en de vorderingen tussen Debbie en mij, je taak langzamerhand overnemen. En uitbreiden.’
‘Hij zegt niet veel, maar ik weet wat hij denkt. Dat hij het beste er van hoopt en je in de gaten zal houden, zo lang als het hem mogelijk is. Dat hij zeer waarschijnlijk dan in vrede heen zal gaan. Vuilnisbak of zo. Sorry, Beertje.’
Hij lag te grinniken terwijl ze Beertje op het nachtkastje aan haar kant zette en weer naast hem kwam liggen.
‘Je behandeling van je lieveling doet me goed. Ook afwisselend zo lief en zo reëel. Debbie, hoe verder?’
Ze kwam dichterbij hem, omhelsde hem.
‘Wat je Beertje beloofd hebt. Nu, hetzelfde als op de bank, kussen en praten, lieve voorzichtige jongen van me.’
‘Fijn. Geweldig, ik lig met een meid in bed. Tegen me aan. En niet zomaar één, met jou, met mijn lief meisje.’
‘Ik heb je wel door, niks tussen lieve en meisje, maar je blijft toch wel voorzichtig.. Zeg, als één van ons in slaap valt doet de ander het licht uit, of niet, maakt mij niet uit, en houdt zich maar koest tot hij of zij ook in slaap valt.’
‘Ik kan het lampje ook nu uitdoen.’
‘Nee, ik wil je nog zien. En ik belazer mezelf met het idee dat het er, met het licht aan, altijd netjes aan toe gaat. Poe.’
‘Poe wat?’
‘Poe, ik doe alles liever met het licht aan. Dan zie je nog eens wat.’
‘De bovenkant van een nachtpon en een pyjama.’
‘Ik begrijp de hint. Ja, dat is ergens een stapje terug, maar in het geheel zijn we een stapje vooruit. Later zien we wel. Akkoord?’
‘Ja, prima.
‘Voel je mijn borsten?’
‘Oef. Ja, een beetje.’
‘Genoeg zo. Je hebt een erectie, hè?’
‘Debbie! Eh, Beertje hoort, ziet en zwijgt gelukkig.’
‘Beertje gedraagt zich. We kunnen toch overal over praten?’
‘Ja, maar ik ben nog niet helemaal over de schok heen. Mijn lief meisje in mijn armen. Met alleen een broekje en een dunne nachtpon aan. Waar ik haar borsten doorheen voel.’
‘Hè, niet zo onpersoonlijk.’
‘Wat ontzettend fijn, mijn lief meisje, dat je in je boekje en je dunne pon bij me wilt, en durft liggen. Ik voel je borsten tegen me aan. Heerlijk.’
‘Mmmm. En verder?’
‘Voel je mijn erectie?’
‘Een beetje. Kan je het uithouden?’
‘Ja, hij is eh alleen groot, geen kloppend gevoel, geen naderende krampen. Voelt fijn aan.’
‘O ja? Mag ik even tegen je aan komen zoals in het zwembad? Alleen iets rustiger, ik wist toen niet precies hoe ik dat doen moest.’
‘Ik bedoelde, voelt fijn aan voor míj. Maar ik wil niet egoïstisch zijn. Iets rustiger moet kunnen.’
‘Ik ben ook niet egoïstisch. Je zal het best lekker vinden als ik een beetje tegen je op rijd.’
‘Eerste versnelling, hoor, langzaam.’
Ze wist inderdaad beter hoe het moest. Ze drukte haar buik iets steviger tegen de zijne, draaide er een paar cirkeltjes mee, en ging toen weer zo liggen dat ze elkaar nét aanraakten.
‘Dat was weer een opfrissertje. Weer zo groot en stevig. Mooi vooruitzicht.’
‘Voorgevoel?’
‘Er wordt verder nog niet gevoeld. Ik mag egoïstisch zijn. Ik heb er méér belang bij om te weten hoe groot jij bent dan jij om te weten hoe groot mijn borsten zijn. Verder wordt er alleen gedacht. Dat doet jouw automatiek ook weer. Nou, als dat voor jou een fijn gevoel is vind ik het best. Ik zou het niet prettig vinden als ik het idee had dat je steeds aan seks zat te denken. Of lag te denken. Of te weinig.’
‘Soms, Debbie, even.’
‘Quitte. Dit is beter dan op de achterbank van een auto, hè? Het moest dan wel de achterbank van een amerikaan zijn, anders heb je nergens ruimte voor.’
‘Arme jongens, moesten ze nog een grote auto hebben ook.’
‘Ja, alles groot. Dan waren ze ook minstens achttien. Daarvóór mochten ze wat kleiner zijn. Dat was ik zelf ook.’
‘Wel eens in de bosjes gelegen?’
‘Ja, als er voor een dekentje gezorgd werd.’
‘Gezorgd werd? Nam je dat niet zelf mee?’
‘Nee, dat staat te uitnodigend. Als ik één keer gezegd had dat ik anders de bosjes niet in wilde hadden die jongens er altijd één achterop de bagagedrager van hun fiets, zogenaamd om me zachter te laten zitten. Het heet dat meiden kletsen. Nou, jongens ook, als er wat te halen valt.’
‘Tja. Of brengen. Wel eens in de duinen geweest? Of ‘s avonds op het strand?’
‘Ja, maar niet om te scharrelen, ik wil nergens zand tussen.’
‘Meid, wat ben je te keer gegaan.’
‘Jij ook toch? En ook altijd lief toch? Allebei aan je trekken laten komen? Nou, ik trok wel iets meer, natuurlijk. Ho.’
‘Wat een taal. Ik hoorde een keer per ongeluk wat. Vroeg een meisje aan een ander, ben jij ook aan je gerief gekomen? Ik twee keer.’
‘Nou, in spraak nette meiden. Verder collega’s van me, dus.’
‘Dat klinkt te veel beroeps. Medeliefhebsters?’
‘Ja, schitterend. Twee keer is niet slecht. Vooral omdat de aanloop meestal even duurde.’
‘Aanloop?’
‘Ja, of pakte jij die meisjes gelijk tussen de benen?’
‘Nee, inderdaad, een aanloop. Heb ik het met je over rietzeilen gehad?’
‘Heel even. Vrijen in een boot in het riet, hè?’
‘Ja. Dat heb ik ook gedaan. Vaak succesvol, er is dan meer tijd voor dan ‘s avonds in een auto.’
‘En ze kunnen niet weg.’
‘Nee, daar waarschuwde ik ze ook voor.’
‘En dan toch vaak succesvol?’
‘Negentig procent vertrouwde me genoeg om mee te komen.’
‘En die liet je dan komen, op één of andere manier.’
‘Oei. Ja, maar alleen met toestemming, ik bleef lief. Het gaat toch ook om de gezelligheid? Anders had ik wel een opblaaspop genomen.’
‘Aangeschaft. En dan genomen.’
‘O. Debbie, zou jij je, later, door mij genomen voelen?’
‘Goede vraag. Nee. Alleen als het eh zonder mijn toestemming zou gebeuren. En daar is geen kans op.’
‘Je zou overweldigd kunnen worden.’
‘Ten eerste zouden ze met minstens vijf man moeten zijn. Één per arm en been om me vast te houden. Maar dan nog weinig kans. Ik ben sportief, kan hard gillen en bijten en zo. En ik zit er totaal niet mee om een man ontzettend hard in zijn ballen te knijpen, daar zijn ze, voor zover ik weet, meestal niet op bedacht. Nou, dan weet je het wel. Nee, ik zie het niet gebeuren.’
‘Onder bedreiging van een wapen?’
‘Ik begin bij het minste of geringste te gillen. En ik neem geen enkel risico om op een onveilige plek terecht te komen. Ik sla alles af wat niet volkomen veilig is. Han, Bibi en ik hebben jaren geleden alles wat maar mogelijk is bedacht, en bekeken wat we dan zouden doen. Dus, geen zorgen en nu een beetje gezelliger verder.’
‘Ik zal wel moeten, ik ben een beetje bang geworden.’
‘Ik weet dat je een grapje maakt. Je zal je tegen mij nooit zo gedragen dat je bang zou moeten worden. Daarom lig ik ook op mijn dooie gemak tegen je aan te genieten.’
Ze kusten een tijd.
‘Debbie, we zijn op één of andere manier nooit aan tongzoenen begonnen, wil je?’
‘Ja, maar niet meer dan paar centimeter, ik houd er niet van om uitgelikt worden, zo’n lap vlees in één keer in m’n mond. Die zeventien centimeter van je wordt waarschijnlijk wat anders.’
‘Houd je in, alsjeblieft.’
‘Sorry.’
Hij zei niets meer, kuste haar.
‘Lekker joh. Precies ver genoeg naar binnen. Je doet het zo lief.’
‘Je bent ook zo lief. En spontaan. En lekker. Toch blijft het voor mij lekker geen hoofdzaak. Vanavond is dat het fijne idee dat we bij elkaar slapen. Gaat het je eigenlijk niet te snel?’
‘Dat is een heel verhaal, Han. Ik heb er natuurlijk lang over nagedacht, stukje bij beetje. Eerst, het gaat nogal snel met ons. Maar wanneer dan? Als je nog méér van hem houdt? Kan dat wel? Zou hij het willen? Durven? Voor hemzelf? Voor mij? Zal ik de gok nemen? Als het niet goed gaat er vandoor gaan? Of niet herhalen? Toen dacht ik, langer wachten is niet nodig. We hebben vaste verkering, daarvoor vonden we het wel wat vroeg, maar we hebben het gedaan. Niet verder uitgesteld. Dit vind ik er bijhoren. We hebben officieel wel pás verkering, maar eigenlijk al langer. En ik heb er zin in, voorzichtig uitgedrukt. Anders was ik er ook niet over gaan denken. Ik dacht, uiteindelijk, de enige gok is dat hij het niet durft, voor hemzelf of mij. Ik probeer het. Lukt vast. Klopte. Wordt herhaald.’
Ze kusten weer.
‘Han, ik ben moe. Dat overkomt me vaker met jou. Tijdens de vakantie ook. Van een uur praten was ik al bekaf. We zijn altijd zo intensief bezig.’
‘Hier hetzelfde. Voor mij komt daar, iets meer dan voor jou, het kijken naar je nog bij.’
‘Ja, mijn borsten, hè? Ik gun het je. Na een paar dagen al. Mis je ze?’
‘Een beetje. Als we niet zo intensief bezig zijn. Ik geniet dan door me te herinneren wat ik gezien heb. Dat ik ze gezien heb, helemaal, met die leuke tepeltjes. Maar ik wacht rustig af. Ik ben al zo gelukkig.’
En weer kusten ze.
‘Debbie, ik slaap altijd alleen in een onderbroek. Dan blijft het bed wat schoner dan wanneer ik niets aan heb, je snapt het wel. Mag ik het jasje uit doen? In mijn pyjamabroek slapen? Ik heb het zo warm. Jij bent zo warm.’
‘Ja, doe maar. Ik heb het niet zo warm, ik heb mijn dunste ponnetje aan.’
Hij ging even zitten om het pyjamajasje uit te trekken.
‘Mooi jong, kom weer tegen me aan.’
Hij deed het.
‘Schatje, ik voel je tepels, door je pon heen. Ben je een beetje opgewonden?’
‘Nee, helemáááál niet. Automatiek.’
‘Dat bewegen van ze, en van je buik, dat gekronkel van je hele lijf, is dat ook automatiek?’
‘Nee. Sorry. Ik kan het niet laten. Dan voel ik je beter.’
‘Het mag hoor. Het gaat goed. En als jij het doet hoef ik het niet te doen.’
‘Oh, Han, wat gaat het onwaarschijnlijk goed. Je streelt mijn rug ook lekker.’
‘Ja hè? Zo fijn, mijn verkering een beetje verwennen, en zelf verwend worden.’
‘Mmmm. Heb je ook slaap?’
‘Ja. Ik dacht, ik voel je borsten, en jij voelt wat er tegen je aan ligt. Daar kunnen we over dromen.’
‘Houd je het droog?’
‘Weet ik niet.’
‘Geeft niet.’
‘Echt niet?’
‘Wel nee. We kunnen toch ook wakker worden omdat we naar het toilet moeten?’
‘Dat is wat anders.’
‘Nou zeg, doe niet zo moeilijk. Het is toch normaal, dat je een natte droom kan krijgen?’
‘Eh, ja, maar dan ben ik alleen.’
‘Flauwerd, je hebt me al alles over je natte dromen verteld. Dat vond ik toen zo fijn, Han, zo openhartig, terwijl we elkaar net een paar dagen kenden. Wat ging dat snel. Je zei, meestal word ik er wakker van, dan kan ik het opvangen in een handdoek of een sok. En anders komt het toch in je broek terecht?’
‘Ja. Maar als ik denkt dat ik wakker word en dan een eh zaadlozing krijg, met jou vlak naast me?’
‘Ik heb je toch verteld over die jongen onder de douche? Nou, dat liep er niet uit, hij spoot. Als ik ook wakker word geniet ik met je mee. Je komt maar lekker.’
‘Meid toch. Ik eh zou het bijna fijn gaan vinden.’
‘Goed zo. Het wordt nog fijner. Nu slapen.’
‘Ja, schat.’
‘Mmmm.’
Ze vielen ongeveer tegelijk in slaap. Het lampje bleef branden.

Toen ze wakker werd lag hij naar haar te kijken, ook op zijn zijkant.
‘Goedemorgen, eh. Ik geloof dat ik Doornroosje heet.’
Hij omhelsde haar, kuste, een beetje woest.
‘O.K., O.K., verander maar weer in Han. En houdt me net zo lekker vast als vóór ik in die appel beet. Oh, nee, bijten komt nog.’
‘Zachtjes, hoop ik?’
‘Ja, omgekeerd ook. Ik bedoel jij bij mij. Oh, heerlijk weer. Even niet praten.’
Hij kuste en beet haar zachtjes in haar nek.
‘Hé, niet zo bewegen. Straks prik je door mijn ponnetje heen.’
‘Ik zeg niet, dan doe je hem maar uit. En ook gelijk je broekje maar. Dan kunnen we quitte komen, kan ik je doos een beetje voelen.’
‘Zullen we gaan, nee, ik heb geen zin in zwemmen.’
‘Ik ook niet. Maar laten we het niet over zin hebben.’
‘Nee, er wat aan gaan doen. Ik vind dat we nog niet aan aanraken toe zijn, maar ik gun je al heel wat. Durf je hetzelfde aan als eerder?’
‘Oh, Debbie, ga je weer? Ja.’
‘Durf je iets méér? Vlak onder je neus?’
‘Ik geef me over. Ja.’
‘Nou, dat ging vlotter dan de eerste keer.’
Ze ging op haar rug liggen, stak haar armen onder het dekbed, bewoog wat en ging rechtop zitten, waardoor het dekbed naar beneden op haar schoot zakte. Ze deed haar pon over haar hoofd uit, vouwde hem op, legde hem over Beertje en ging liggen, met haar handen onder haar hoofd. Ze keek glimlachend naar hem.
‘Meid, afgezien van eten en drinken, mag ik zo blijven kijken vandaag?’
‘Nee, even maar. Ik probeer wat te verzinnen. Ze zijn me te plat zo.’
‘Plat? Ben je gek? Je hebt hartstikke stevige borsten. Nou ja, zo te zien. Praktisch niks plat.’
‘Voor mijn idee dan. Nou, kijk dan maar wat langer. Ik weet niets anders wat ik aandurf.’
‘Ik ook niet, dit kan ik zonder veel problemen volhouden. Dankzij de oefeningen.’
‘Doe bij jou het dekbed ook eens wat naar beneden, ik wil jouw blote borst ook zien.’
‘Eh, schatje, je zou méér mogen zien.’
‘Dank je. Nu niet. En zeker nog niet tegelijk bloot. Een andere keer ruilen we om. Maar dat kan even duren, hoor. Snap je?’
‘Ja, het is een andere categorie onderdeel. Net zoals je doosje.’
‘Ja. Waarom zeg je nu doosje, niet doos?’
‘Ik vind het iets liever klinken.’
‘Als je doos zegt gaat er een schokje door me heen. Net zoals wanneer ik penis zeg in plaats van erectie. Allebei iets eh sensueler. Borsten of borstjes maakt me niets uit, jou misschien wel.’
‘Borstjes vind ik óók liever klinken. Als je maar niet denk dat ik daarmee kleine borsten bedoel. Dat zijn ze niet. Nou ja, je weet het, precies goed, geen Lara Croft. Die kwam vroeger soms in mijn dromen voorbij. Maar dan dacht ik, als je de stop eruit trekt, lopen ze leeg, die opgeblazen dingen. Stom hè? Ze bestaan geeneens echt, alleen getekend.’
‘In je dromen kan alles. Nou, daar ga ik weer, ik kan het weer eens niet laten. Je zegt liever doosje dan doos. Heb je er ook een voorstelling van?’
‘Dan ga ik ook maar even. Je weet dat ik er genoeg gezien en gevoeld enzovoort heb. Veel verschil heb ik nooit gemerkt. Bij borsten wel. Maar de grootte kon me niet veel schelen. Het ging om het gevoel van genieten, bij het kijken de vorm en zo. En bij het vasthouden en strelen dat het zo warm en zacht was. En steeds, dat het mocht, dat ze het fijn vond, dat ik zelfs beneden in ze mocht komen, met een vinger, en ze mocht laten komen. Dat ze soms alleen daar al voor terugkwamen. Nou, ik kapte er dan mooi niet gauw mee. Dat deden ze zelf wel, als ze een beetje bij zinnen kwamen. En ik werd liever bedankt dan andersom. Dat vond ik liever voor ze. Dan hoefden ze niet te liegen dat ze het uitgemaakt hadden. Dat doen meiden altijd, hè? Ze zullen nooit toegeven dat ze aan de dijk gezet zijn. Dat gebeurt natuurlijk ook minder vaak dan andersom. Wij jongens zijn nu eenmaal zo stom om veel te accepteren, als er maar lekker gevreeën kan worden.’
‘Ja, liefhebber. Je hebt meisjes aardig door. Je laat het gelukkig niet te veel merken.’
‘Ja, tot nu toe had ik ze aardig door. Maar zoals jij ben ik er nog geen tegengekomen. Ik ga gelijk maar verder, ik heb jou wel zover door, dat ik weet dat je het anders toch vraagt. Jij bent niet zo’n giechel, die denkt dat ze uniek is, die onveroverbaar wil doen, en niet weet wat ze met de hitte in haar broek moet. Ik zat er niet zo mee. Niet alle meiden die ik tegenkwam heb ik me mee bemoeid, ondanks de hitte in míjn broek. Pas als ik dacht, die kan wel een tijdje. Als ze dan bleven tegenstribbelen, voor hun fatsoen, maar eigenlijk best wilden, en mijn nood nogal hoog was, ik eindelijk wel eens wat wilde, dan zat ik vóór ze het wisten met één vinger in hun doos. Niet dat dat vaak voorkwam. Maar dan hielden ze verrast op met tegenstribbelen, begonnen al gauw lekker te kronkelen. Klaar, af. Daarna waren ze altijd wel zo sportief om mij ook te plezieren. Genoeg gehoord?’
‘Als je méér hebt ga je maar door.’
‘Ik had het kunnen weten. Dat bedoel ik onder andere, met dat, zoiets ben ik niet eerder tegen gekomen. Er over praten, oei, dat was smerig. Nou, een paar hadden geen bezwaar tegen eh sperma in hun mond. Dat verbaast me nóg steeds. Het was wel lekker, zo komen, beter dan met een handje. Oh, dat is niet als tip bedoeld, dat zit toevallig in het verhaal. Goed. Als ze mij tenminste nog kónden plezieren. Als ze het erg lekker vonden, sommige bewogen amper, maar kreunden en kronkelden, ben ik wel al in mijn broek klaargekomen. Het kwam dan zo snel dat er niets aan te redden was. Goed. Jij stelt je niet aan, het enige minpuntje bij je is, dat je er soms iets te veel uitflapt. Dat maakt het soms even moeilijk voor me. Maar eerlijkheid kan ik niet kwalijk nemen. Oh, ik heb het al eerder gezegd, dat gedoe met die meiden heb ik geen spijt van. Is nu je mening over mij in mijn nadeel veranderd?’
‘Nee, integendeel. Je bent een heel lieve, behoorlijk warmbloedige jongen, die niet egoïstisch is, heel graag meisjes ook aan hun gerief laat komen.’
‘Dank je. Jij bent zo anders, zo echt, daarom heb ik waarschijnlijk geen moeite om je niet aan te raken. Behalve omhelzen en kussen. En de grootte van je doos interesseert me niet. Ik eh pas er wel in. Hè, hè, wat een verhaal.’
‘Tja, als je een keer zo los komt, doe je het ook helemaal.’
‘Ja, jouw schuld, dat weet je, flapuit. Ik hoef maar te zeggen, durf je dat zelf niet te zeggen en dan barst je los. Nou, nu niet. Vind je het trouwens erg, dat ik je een beetje door heb?’
‘Nee, waarom zou ik? Ik snap jou meestal ook wel. Een klein verschil, ik vraag eerder dan jij iets, als ik je niet snap.’
‘Ja, je bent iets ongeduldiger, ik wacht wel af.’
‘Juist.’
‘Juist. Zullen we gaan eh ontbijten?’
‘Genoeg gekeken?’
‘Ja. Voorlopig wel. Je weet het, hè? Geen stapjes terug.’
‘Ik weet het, ik wist het.’
‘Ja, natuurlijk. Je bent nog slim ook. Daar moet ik erg aan wennen.’
‘Wat dacht je, andersom?’
‘Ik dacht niet dat je gewoon zou zeggen, ik ook.’
‘Laten we maar gaan ontbijten. En wat voor een andere keer bewaren, dit is weer even genoeg. Wat fijn.’
‘Ja, heel fijn. Mag ik blijven kijken hoe je je aankleedt? Je ook nog even alleen in je broekje zien?’
‘Ik dacht dat je alleen uitkleden leuk zou vinden.’
‘Nee, aankleden ook. Meiden kronkelen daar zo leuk bij. Doen hun kleren anders aan, uit ook, dan jongens.’
Ze stapte uit bed en liet hem even naar haar broekje kijken. Ze pakte ondertussen haar pon van Beertje af en stopte die in haar tas.
‘Sorry, Beertje, ik wilde even niet dat er twee tegelijk naar me keken. Maar Han doet het net zo lief als jij. Je neemt het me vast niet kwalijk, je hebt al méér van me gezien. Nou, je snapt ook vast wel dat hij je graag in wil halen. We zien wel, letterlijk en figuurlijk.’
‘Meid toch. Mag ik een keer naar je voorlezen in de bieb komen luisteren?’
‘Ja hoor. Maar ik lees sprookjes voor, geen spelletjes met serieuze ondergrond. Wil je beginnen met het ontbijt voor te bereiden? Dan ga ik even naar het toilet. Je niet aankleden, als ik terugkom mag je verder naar mijn aankleden kijken, dan kijk ik ondertussen naar je blote borst. En naar de bobbel in je broek.’
Ze pakte het toilettasje uit haar tas en liep de slaapkamer uit. Hij liep achter haar aan naar de keuken.
Toen ze weer te voorschijn kwam liep hij haar weer achterna, de slaapkamer in.
‘Ik zei gisteren al, je bent een mooie versiering voor mijn woonkamer. Zo, met je schuddende borsten en kontje in dat dunne broekje, zeker.’
‘Ken je die film met Brigitte Bardot? Haar, ik weet het niet, man, minnaar, scharrel of zo, keek en praatte alleen maar met haar als ze geen kleren aan had. Je zag haar ook in haar blote kont, meer niet, stofzuigen, hij kijkend op de bank.’
‘Ja, die heb ik ooit gezien. In Rotterdam, bij een Bardot-festival. Ik vond het verhaal erg gezocht, dat blote was alleen maar om publiek naar die film te trekken.’
‘Ja. Ik denk niet dat ik dat van jou ooit hoef, het blijft voor jou een beetje bijzaak, hè?’
‘Ja, maar wel een heel fijne, met jou. Voel je je niet ongemakkelijk, alleen een broekje aan?’
‘Han, ik ben gewend dat er naar me gekeken wordt, wat ik ook aan heb, of niets, op een naaktstrand. Meestal is het niet zo leuk, die verlekkerde blikken. Alsof het alleen maar om seks gaat. Bewonderende blikken zijn fijn, al word ik dan niet trots, ik heb mijn lijf ook maar gekregen. Dan glimlach ik lief terug, al zijn ze zo lelijk als de nacht. Jij hebt me vanaf de eerste seconde alleen maar bewonderend aangekeken, wat ik ook aan had. En al heel gauw wist ik dat je over dat soort zaken dezelfde ideeën had als ik. Daarom gunde ik je zo snel wat. Na een paar dagen schrok ik toch van mezelf. Als ik zo doorging, en jij me niet tegenhield, zou ik me binnen nog een paar dagen helemaal voor je uitkleden, om naar me te laten kijken. Méér niet hoor. En zou ik jou willen zien. Ook meer niet. Niet aanraken, daar had ik geen haast mee. Alleen bewonderend kijken. Het fijn vinden om je aan een ander, een eh gevoelsgenoot, te laten zien. Ik wist, sinds in het zwembad, dat jij je ook graag aan me wilde laten zien, met of zonder erectie, en alle standen er tussenin. Op één of andere manier spraken we af het met showen rustig aan te gaan doen. Dat was ook één van de vele dingen waardoor ik meer om je ging geven. Maar nét kon ik me niet inhouden. Ik vond het ook niet nodig. Je gaat er weer zo fijn mee om. Zelfs aankleden vind je leuk. Nou, ik zal er maar eens aan beginnen. Door mijn geklets heb je lang genoeg gekeken.’
Hij keek glimlachend toe hoe ze zich verder aankleedde. Als laatste pakte ze Beertje.
‘Stap jij maar vast in, je gaat weer mee. Dan kan je ondertussen slapen, dat heb je vast vannacht niet gedaan, lief opgepast. Dat was niet nodig, hoor, Han is ook lief.’
‘Tja. Debbie, het is onvermijdelijk, dat als ik naar je kijk, ik af en toe zal denken hoe je er uitziet in alleen een broekje. Of nog minder.’
‘Dat geeft niet, als het bij af en toe blijft. Nu jij omkleden.’
‘Ik zou heel moeilijk kunnen doen, eerst mijn bovenkleding aandoen, maar het is makkelijker als ik eerst mijn pyjamabroek uittrek en dan een onderbroek aantrek.’
‘Draai je dan maar even om. En weer terug.’
‘Dan zie je mijn blote kont.’
‘Ja. Deze keer ben jij aan de beurt. Of je moet nog niet durven.’
Hij grinnikte, draaide zich om, verwisselde van broek en draaide zich weer terug. Ze zat belangstellend naar hem te kijken. Hij keek haar afwachtend aan.
‘Ben je zo benieuwd hoe ik over je uiterlijk denk?’
‘Debbie, mijn uiterlijk interesseert me niet zo. Ik heb er, net zoals jij, geluk mee gehad. Maar het ligt me niet om er mee te showen. Ik wil niet opscheppen, maar dat heb ik ook nooit nodig gehad. Ik weet dat ik niet lelijk ben. Ook niet knap. De meiden keken me altijd vrij neutraal aan. Omdat het uiterlijk van meiden bij mij geen hoofdzaak is begon ik altijd een praatje. Dat was dan genoeg voor ze om interesse in me te krijgen. Je weet het. Maar ik wil het van jou wel horen, omdat jij anders over me denkt dan die meiden, en veel leuker praat.’
‘Preek nummer zoveel. Les, uitleg zoveel. Dank je wel. Nee, wacht even, ik wil nog even kijken. Je hebt een leuk kontje. Ik vond het fijn om het bloot te zien. En je hebt weer een eh leuke bobbel in je broek. Die ziet er steeds anders uit, in een gewone broek, in zwembroek, in pyjamabroek, of zoals nu.’
‘Omdat niet alle stof even dik is. En het ligt natuurlijk aan de eh grootte van mijn erectie. Nu steeds meer omdat je er naar kijkt.’
‘Ja, toen je net omgedraaid stond al halverwege.’
‘Ja, dat zal best.’
‘Ik weet het zeker.’
‘Ik had me toch helemaal omgedraaid?’
‘Je raam spiegelt.’
‘O. En je hebt je ogen niet dichtgedaan?’
‘Van schrik? Of van bangigheid? Nee. Opengesperd.’
‘Zal ik mijn broek weer uitdoen?’
‘Nee, Han. Ik wil je nog niet zien. Maar bij zo’n toeval vind ik het leuk om alvast een beetje te spieken. Je moet het niet expres gaan doen, dat doe ik ook niet. Maar het kan bij mij ook gebeuren. We moeten daar niet moeilijk over doen. Voor mij is het ook makkelijker om me normaal om te kleden. Niet zoals je vroeger op het strand zag, een hoop gegoochel onder een jurk. Is het goed als we ons zo makkelijk mogelijk omkleden en ons even omdraaien als de vooronderkant bloot is?’
‘Vooronderkant?’
‘Voor de voorkant boven hoeft het niet.’
‘Omdat dat in mijn voordeel is, graag.’
‘Om je honger wat te stillen gaan we ontbijten. Hoe jij je verder aankleedt interesseert me niet.’
‘Ondeugd.’
‘Poe. Als jij kan spieken zal je het ook niet laten.’
‘Tot nu toe kreeg ik genoeg te zien zonder te spieken.’
‘Ja, omdat ik weet dat je er makkelijker over denkt dan ik. En omdat ik kan het langzamer aan kan doen. Jij niet. Ik heb bij jou maar één keus. Alles of niets. Daarom vond ik dat spieken ook leuk. Dat raam spiegelt, maar het is geen helder beeld zoals in een echte spiegel. Dus ik heb jou niet echt gezien. Dus kan ik weer, nog steeds, redelijk rustig slapen.’
‘Heel fijn, Debbie, dat je het zo doet, zonder in de problemen te komen. Ook bedankt voor je uitleg.’
‘Het gaat fijn, hè? Heb je een natte droom gehad?’
‘Wat ben je nieuwsgierig. Nee.’
‘Jammer voor je.’
‘Één meer of minder maakt niet uit.’
‘Daar ga je misschien nog eens anders over denken. Nu eten en een bak koffie.’

Ze ontbeten op de bank, aan het tafeltje.
‘Je hebt nogal wat in huis, qua ontbijt bedoel ik. Ja, grinnik maar. Het gaat vanzelf met jou, met anderen viel het wel mee. Vind ik zelf. Je had geeneens op me gerekend.’
‘Totaal niet. Maar ik heb altijd een voorraadje. Dolf en of Simon komen wel eens. En ik wil ‘s avonds laat, als ik nog wat wil eten, mijn ouders niet storen. Ik maak hier ook mijn lunch klaar, om mee te nemen. We vinden het alledrie zonde van de tijd en het geld om tussen de middag te gaan lunchen.’
‘Waar werken jullie?’
‘Tussen hier en de A dertien. In het huis van Simon. Zijn ouders zijn kleiner gaan wonen toen iedereen behalve hij de deur uit was. We betalen gewoon huur, wel een schappelijke natuurlijk.’
‘Lekker dichtbij dus. Je sloft, je verkering ook niet ver weg.’
‘Ja, makkelijk. Je bent er misschien langsgekomen. Hoe ben je nu hier gekomen?’
‘Met paps auto, hij had hem niet nodig. Dan kon ik dag en nacht weg. Over de A dertien, ja. Het was makkelijk te vinden, met hulp van een stratenboek.’
‘Je kan ook op Internet kijken.’
‘In de auto zeker. Nee, we hebben thuis een boek liggen en één in de auto.’
‘Handig.’
‘Zeg, wat zullen we gaan doen? Gooi ik je hele programma in de war?’
‘Gelukkig wel. Ik was niets bijzonders van plan. Wat dacht je van een strandwandeling?’
‘Fijn, dat doe ik altijd graag. Vroeger met mijn ouders al. Nu alléén, of met iedereen die met me mee wil.’
‘Ik ook. Waar ga je meestal?’
‘Altijd in Katwijk, aan de Noordkant.’
‘Noordkant?’
‘Ja, aan de kant van Noordwijk. Hoezo?’
‘Hoezo weet jij, vrouwelijk persoon, wat Noord en Zuid is? Oh, ja, je bent slim.’
‘Kraak mijn soortgenoten maar af. Nee hoor, je hebt gelijk, de meeste vrouwelijke personen weten dat niet. Standaardgrap, daarom kunnen ze ook niet kaartlezen. Nou, ik wel. Alleen heb ik wat moeite met Oost en West. Dan moet ik mijn ezelsbruggetje erbij halen. We hebben alleen Oosterburen, Duitsland.’
‘Ik zei al, slim. Maar waarom niet in Hoek van Holland? Dat is dichterbij.’
‘Ja, maar daar gingen we nooit naar toe. Ik heb wel eens gevraagd, waarom steeds in Katwijk? Dan moesten ze grinniken. Dat hadden ze hún ouders al gevraagd. Die zeiden al, je kan zoeken waar je wilt, je komt in Katwijk terug, daar is het het fijnste. Makkelijk parkeren, nooit te druk, nooit te stil. En Willy. Wat kijk je raar?’
‘Dat zeiden mijn ouders ook. Bijna letterlijk.’
‘Nou val ik van mijn geloof. Dat is toch té toevallig?’
‘Meid, we zijn voor elkaar geschapen. Ja, grinnik maar. En houd je maar in. Heb je een geloof, trouwens?’
‘Ja, ik heb er één. Vertel ik wel onder de wandeling. Goed?’
‘Prima. Wat voor weer is het? Ja, mooi genoeg. Wind? Niet te veel. Uit het Zuiden, je weet wel.’
‘Pestkop. Met de wind mee over het strand, met tegenwind door de duinen terug?’
‘Tuurlijk, strandkenner.’
‘We vonden het altijd wat lastig om niet van tevoren te weten of het hoog of laag water was of werd. Bij hoog water loopt het wat minder fijn, dan wilden we niet zo ver. Als je over het strand begint kan je lopen zover je wilt, over het dichtstbijzijnde pad de duinen in en over het fietspad terug. Wat doe je?’
‘De computer aanzetten, dan kijk ik zo even naar de waterstanden.’
‘O. Staat dat er ook al op?’
‘Ja, je kan het bijna niet zo gek verzinnen of je kan er wat over vinden. Zelfs een verhaal over mierenneuken, sorry, van een hobbyist. Die heeft vast een erg kleintje. Dat kwam Simon laatst toevallig tegen. Hij zocht wat over het spel Ants, dat gaat over mieren.’
‘Geinig. Nou, misschien niet voor die mieren. En leuk, dan kan je je hobby delen met de hele wereld.’
‘Ja. Klaar met ontbijt?’
‘Alleen nog een keer koffie. Gezellig, hè?’
‘Ik zeg maar niets, schat.’
‘Goed. Mag ik meekijken hoe je dat opzoekt?’
‘Ik hoef niet te zoeken. Ik weet dat het w w w punt getij met een lange ei punt n l is. Dat staat ook in mijn favorieten, zie je?’
‘Ja. Oh, daar is het al. Snel zeg. Zelfs sneller dan op mijn werk.’
‘Ik heb een erg snelle verbinding, op kosten van mijn werk, omdat ik soms thuis werk. Nou, Noordwijk, Katwijk is er niet, maar dat scheelt niet veel. Vandaag, laag water, elf uur vijfenveertig. Dat kon niet beter. Nog meer zoeken?’
‘Nee, wegwezen. De rommel ruimen we op als we terug zijn. Aangekleed, ik heet geen Brigitte.’
‘Dat hoeft ook niet. Als je het later maar een keer voor de gein doet.’
‘Beloofd.’

Ze liepen naar beneden. In de hal draaide hij aan een draaischijf en aan een klok aan de muur.
‘Wat is dat?’
‘Ik werd vroeger ziek van dat, waar ga je naar toe? Hoe laat ben je terug? Mijn ouders kunnen hier kijken. Willy, drie uur.’
‘Leuk. Wat staat er allemaal op? Dat die klok niet loopt snap ik wel.’
‘Werk, bios, Dolf, Simon, Debbie, noem maar op. Als er iets verandert plak ik er een andere sticker op. Die van werk zit over school.’
‘Waar zit ik overheen?’
‘Je mist ook niets, hè? Niet over een vorige scharrel, ik bleef niet plakken. Over rondje fietsen. Dat was vaak hetzelfde.’
‘Leuk. Doorlopen, naar buiten. In een film zeggen ze wel eens, mijn huis of jouw huis? Niet de netste films dus. Hoe gaan we, Han, mijn auto of jouw auto?’
‘Mijn auto, jij rijdt.’
‘Wat? Twee doodzonden tegelijk? Iemand in je auto laten rijden en je laten rijden door een vrouw?’
‘Daar zit ik niet mee. Zo hebben we allebei eens wat anders. En ik kan naar je blijven kijken. Als je tenminste niet zenuwachtig wordt, met mij naast je.’
‘Nee, daar zit ik niet mee.’
Ze stapten in. Ze oriënteerde zich even op de bediening, zette de stoel en de spiegels goed voor haar en reed weg.
‘Naar de A dertien?’
‘Ja, zoals je gekomen bent. De rest weet je wel.’
‘Ja. Zeg, zullen we na de wandeling weer even het strand op gaan en bij Willy wat drinken?’
‘Ik was al van plan om je het voor te stellen. Misschien ook wat eten, we zien wel. Daarom heb ik ook de klok op drie uur gezet.’
‘Fijn.’

Ze parkeerde op het parkeerterrein bij de sluis in Katwijk Noord. Ze liepen het strand op, eerst hand in hand, tot Han haar losliet en zijn arm om haar heen sloeg. Ze zochten even uit hoe ze elkaar vast konden houden en in de maat lopen.
‘Ik zou nog over mijn geloof vertellen.’
‘Ik geloof het wél.’
‘Leuk, de klemtoon iets anders en ik kon mijn klep houden.’
‘Ik wil je nu niet afremmen.’
‘Dubbelzinnig bedoeld, hè?’
‘Ja. Allebei ongeveer even fijn.’
‘Ongeveer. Nou, laat maar. Eh, thuis zijn ze niets. Er werd nooit over gesproken. Mijn vader wilde geen ruzie, zei hij. Ik heb me er nooit druk over gemaakt, had er niet veel mee te maken, openbare scholen en zo. Maar, ik denk in de vierde van de HAVO, kregen ze in de klas ruzie over het geloof, toen de leraar er even niet was. Er waren ook een paar moslims, of hoe heet dat, bij. Ik was het gauw zat. Ik heb met een boek een klap op tafel gegeven. Waren ze gelijk stil. Ik zei, jullie weten dat ik me normaal nergens mee bemoei, maar ik word doodziek van jullie geruzie. Geef mij eens een Bijbel en een Koran, in het Nederlands, grapjas. Ik zie het nog voor me. Ja, die leukerd gaf me gelijk een voor mij onleesbaar geval. Even tussendoor, ik kom aan het eind van het verhaal op hem terug. Figuurlijk.’
‘Waar zit je eigenlijk steeds aan te denken? Nu wéér, dat je er gelijk figuurlijk achteraan zegt.’
‘In dit geval, aan je gescharrel in de duinen. Toen je voor de eerste keer door een meisje verwend werd. Dat zie ik ook voor me. Ik dacht, lekker, later.’
‘Ga maar door.’
‘Ja, over het vorige onderwerp, anders houd je het misschien niet droog. Leuk, dat probeer ik ook eens, later. Zonder handjes. Goed. Ik zei, ik zal ze bestuderen, dan horen jullie wel wie er volgens mij gelijk heeft. Daarna wil ik er niets meer over horen. Ze wisten ook dat ik knap pissig kon worden, en dan niet al te beleefd bleef, daar bloosden zelfs de jongens dan van, dus ze hielden zich koest. Een tijd later vroeg ik aan het eind van een les maatschappijleer of ik wat mocht vertellen. Eerst de leraar verteld wat er aan de hand was. Toen gezegd dat ik niet snapte waar ze ruzie over zaten te maken, muggenziften, teksten uit hun verband rukten en zo. Die boeken waren eeuwenoud. Driekwart was nu niet van toepassing. En voor al die verhalen was geen enkel bewijs dat ze ooit gebeurd waren. Voor wat er na de dood gebeurde was ook geen enkel bewijs. Er was er nog nooit één van teruggekomen. Tja, Jezus. Maar ik wist niet wat ik daar van moest denken. Die voer daarna ten hemel. Hadden ze toen al rugzakken met raketaandrijving? Ik zei, ik wil met niemands geloof spotten, geloof maar wat je wilt. Er zal best iets zijn. De knapste geleerden kunnen geeneens een simpel madeliefje namaken. In de natuur sluit alles mooi aan, zolang de mens er zich niet mee bemoeit. Zie maar wat je er mee doet, maar val mij er niet mee lastig. Ik zei dat ik het wel fijn vond dat ik de oorsprong van een hoop gezegden gevonden had, en die eindelijk goed begreep. Maar dat ze stom waren. Ze hadden geeneens de hoofdzaak begrepen, dezelfde als bij het Bhoedisme, Hindoeïsme enzovoort. Kort samengevat, je moet je fatsoen houden. Ik kreeg een negen voor een spreekbeurt, al was die vrijwillig. Die leraar had in de gaten dat ik er nogal wat tijd aan besteed had. Ik gebruik nu zelf ook van die teksten. Vaak handig. Wat gij niet wilt dat u geschiedt en zo. Ook handig tegen die lui die je ‘s zondags uit bed bellen. Einde verhaal, geloof ik.’
‘Debbie toch, weer zowat hetzelfde. Ik moest voor maatschappijoriëntatie een keer de tien belangrijkste verschillen en overeenkomsten opschrijven. Je kent ze wel. Mijn conclusie was zo’n beetje dezelfde als de jouwe, ik haalde ook het Bhoedisme en zo erbij.’
‘Het ziet er niet naar uit dat we ooit ruzie krijgen. Zeer bemoedigend.’
‘Ik pest je even. Ik geloof het ook niet, zolang je niet met een smoes over hoofdpijn komt.’
‘Daar pest je me niet mee. Ik ben zelfs blij dat je er weer over begint. Je liet me toen even schrikken, je was zo streng. Maar ik dacht, hij zal er wel vaak over hebben horen klagen. En niet willen dat hem dat overkomt. Je hoeft daar niet bang voor te zijn. Afgezien van een pilletje, ik denk dat ik veel te graag zelf zou willen. Misschien gaat het me storen dat je steeds een pauze nodig hebt voor je weer kan. Zo.’
‘Dat gaat niet anders. Maar ik beloof je plechtig dat ik je dan op een andere manier zal verwennen, hoe je maar wilt, als je wilt.’
‘Genoteerd. Oh, over die grapjas. Hij was moslim, maar niet fanatiek. Aardig, lief. Ik heb hem daarna privé over besnijdenis gevraagd. Niet over waarom, dat wist ik al, dat is een mix van cultuur en geloof. Maar hoe dat eruit zag. Hij grinnikte. Hij zei, dat is moeilijk te vertellen, dat zou je moeten zien. Ik grinnikte ook, ik zei, dat was de bedoeling. Jezus, of Mohammed, om in stijl te blijven, wat schrok hij. Hij stond te trillen op z’n benen. Ik zei, sorry, en ging er vandoor. Een week later kwam hij naar me toe. Hij wilde hem wel laten zien, maar ik mocht er niet aankomen. Hij was er niet één die dacht dat je met Hollandse meiden alles kon doen, omdat ze er zo bloot bijliepen. Hij vond het ook niet eerlijk om zelf alles maar te doen en van een meisje te eisen dat ze niets deed. Ik zei, fijn dat je zo bent, en eerlijk. Met mij mag je ook niet alles doen, niets eigenlijk, ik wil geen gescharrel, geen verkering met je. Je mag bij mij ook niets zien, dat kan je overal, ik heb niets bijzonders. Schoot het er bij hem uit, wel waar, heel grote. Toen ik bleef grinniken begon hij langzaam ook. Tja, zei hij, als je het zo bekijkt, of wilt bekijken, dan wil ik wel. Voor jou heb ik wel wat bijzonders, wat je niet overal ziet. Prima, zei ik, op een kleinigheidje na. Ik wil er ook áánkomen. Schrok hij weer. En ik maar grinniken, om hem gerust te stellen. Tja, zei hij, ik snap je wel. Je bent gewoon nieuwsgierig en je durft te vragen. Goed. Ik kom niet aan jou, jij mag kijken en er aankomen. Maar ik sta niet voor de gevolgen in, als je er uitgebreid aankomt, je weet wel. Ik zei, ik sta wél voor de gevolgen in, als je dat fijn zou vinden, als je dat voor je geweten kunt verantwoorden. Als dank, van mijn kant. Liep hij weg. Kwam na een paar dagen zeggen dat het goed was. Een moslimmeisje, moslima heet dat geloof ik, zou het ook mogen doen. Niet dat daar veel kans op was. En als het, door het eraan komen, gevolgen had, nou, ‘s nachts liep het er ook zo uit. In een beetje hulp zag hij geen bezwaar. Hij was ook nieuwsgierig hoe dat zou zijn. Nou, die had er dus ook een tijdje op gestudeerd. Eerlijke jongen, zei ik al. Ik wilde hem nog een beetje plagen. Ik zei, dat ik het een eer vond dat ik hem voor zijn eerste keer mocht eh verwennen. Maar hij vatte het serieus op. Ik moest niet overdrijven, het ging niet om het verwennen, daarvoor alleen zou hij het niet doen. Nou, zei ik, ik ook niet, normaal laat ik me dan ook verwennen. Hij zei, je bent heel aardig, maar ik wil het liever met jou niet verder over dit onderwerp hebben. Heel verstandig van hem, vond ik. We hebben afgesproken op een stil plekje, ik kende er genoeg. Hij liet z’n broeken zakken. Je zal er wel eens plaatjes van gezien hebben. Ik ook, maar ik wilde het in het echt zien. Nou, het was zeer interessant. En hij genoot geweldig. Ik deed ook mijn best, voor zijn eerste keer. Daarna grinnikte hij altijd naar me, in plaats van zijn vroegere beleefde hoofdknikje. Ik glimlachte dan terug, grinniken vond ik overdreven, dan zou hij misschien denken dat ik een herhaling wilde, of zo. Nee hoor, één keer was genoeg. Zo stak ik af en toe nog eens wat op. Ik vraag veel.’
‘Ja, dat weet ik. En dóór. Je vertelt zo mooi. Het had ook in een paar zinnen gekund. Maar zo is het veel fijner, met alles wat jullie zeiden erbij. Dank je wel. Zullen we hier de duinen in gaan, en weer terug?’
‘Ja, we zijn ver genoeg. Wil je daar mijn bloes openknopen en me strelen?’
‘Ja. Maar ik doe het niet. Dat gaat te ver. Ik laat mijn broek ook niet zakken.’
‘Zo’n eerste keer heb je al gehad. Alleen nog niet van mij. Ik zei al eens, we hebben allebei onze ervaringen. Toch zal het fijn zijn samen zulke dingen opnieuw te doen. Mijn showen, bijvoorbeeld, had ik eerder gedaan, maar met jou was het honderd keer fijner. En het is fijn dat we overal over kunnen praten, ook over onze ervaringen.’
Hij had haar losgelaten en alleen haar hand gepakt toen ze over het mulle zand naar het duinpad liepen. Boven op het eerste duin draaiden ze zich om nog even naar de zee te kijken. Toen ze zich weer omdraaide om door te lopen omhelsde hij haar en kusten ze. Daarna liepen ze door, naar het fietspad, en daarover richting sluis. Daarvandaan weer het strand op, naar de strandtent van Willy. Daar aten en dronken ze wat. Ze liepen hand in hand naar de auto. Ze reed weer terug. Nadat ze voor de deur de motor uitgezet had bleef ze zitten.
‘En? Commentaar?’
‘Op je rijstijl bedoel je vast. Nee.’
‘Waarom niet?’
‘Omdat ik niet van plan ben, lieve meid, om overal commentaar op te leveren. We doen sommige dingen op een andere manier. Als we het niet goed vinden, voor ons samen, niet als we alleen maar denken dat we het beter kunnen, moeten we er over praten. Anders niet. Behalve natuurlijk, wat doe je dat lekker, en zo. Ik wil niet weer steng zijn, liefste. Laat ik het zo zeggen, het is niet gezellig om te horen zeuren, ik doe het altijd anders. We zíjn anders. Gelukkig wel. En jij bent heel apart.’
‘O. Ik denk er over na, voor ik commentaar lever. Ik wil er bij weer zo’n mooie serieuze toespraak niets uiflappen.’
‘Prima. Hup, naar boven.’

Boven ruimde Debbie de ontbijtboel op en zette Han koffie.
‘Han, er zullen vast een heleboel dingen zijn die we anders doen. Er over zeuren zal ik niet doen. Ik ben geen muggenzifter. Of je eerst de melk of eerst de suiker in je kopje doet, om maar wat te noemen. Wat dat betreft, alweer een hoop mogelijke problemen opgelost. Heel fijn.’
‘Ja, heel fijn. En wat dat niet betreft? Wat is er over?’
‘Één ding, denk ik. Ik blijf wel iets zeggen als ik vind dat je iets niet goed zegt.’
‘Ja, logisch, daarmee voorkom je misverstanden.’
‘We gaan vaker wandelen, hè? Het hoeft voor mij niet altijd over het strand. We moeten maar eens kijken wat we allebei willen, ook bos of hei enzovoort. Wandelen heeft wel één nadeel. Nee, in de toekomst twee.’
‘Ik moet raden, hè? Lang van huis? Koud?’
‘Soms ben je niet romantisch. Lang van huis is niet erg, wel dat we al die tijd maar één keer gekust hebben.’
‘Dat doe ik met Dolf of Simon ook niet, als we daar zijn.’
‘Als je zo was had ik me niet langer dan vijf minuten met je bemoeid.’
‘De meesten zijn wel aardig, hoor. Maar we gaan het nu inhalen.’
Hij tilde haar op, liep naar de bank, legde haar er op, kwam half over haar heen liggen en begon met kussen. Ze stopten toen het koffiezetapparaat erg lawaaierig werd.
‘Zalig, Han. Haal jij koffie, ik kan niet weg.’
‘Ik ben een beetje sterker, hè?’
‘Ja, maar je maakt me niet bang. Je blijft lief.’
‘Quitte.’
Hij kwam terug met de koffie, ging naast haar middel zitten. Zij kwam iets overeind, dronk, half liggend, haar koffie op. Ze ging daarna weer liggen, maar hield hem tegen toen hij weer over haar heen wilde gaan liggen.
‘Nadeel één hebben we ingehaald. En dat nadeel koud valt wel mee. Buiten moet je altijd aangekleed zijn.’
‘Bij wandelen wel. ‘s Zomers kan je over het strand in badkleding.’
‘Ik bedoelde eigenlijk het omgekeerde. Ik zat nu niet aan Lara maar aan Brigitte te denken.’
‘Dat je thuis niet. O.’
‘Altijd aangekleed hoeft te zijn.’
‘Je bent al blijven slapen, Debbie. En je hebt vanmorgen weer geshowd.’
‘Ja, daar zou het bij kunnen blijven. Dat zou voor een tijd genoeg kunnen zijn, hè?’
‘Dat móet voor een tijd genoeg zijn. Ik verheug me al wel op de volgende keren.’
‘O. Mag ik het er een andere keer dan weer over hebben?’
‘Natuurlijk.’
‘Volgende week?’
‘Kijk maar.’
‘Jij dus níet. Snap je dat?’
‘Ja, Debbie. Het is ontzettend fijn. Maar zullen we ons genieten een beetje spreiden? Niet te veel nieuwe dingen in één weekend?’
‘Ik zal het proberen.’
‘Liefste, als je het moeilijk vindt, we zijn met z’n tweeën. Ik zou vreselijk graag nu met je naar bed willen, zo intiem mogelijk. Maar dat moeten we niet doen. Af en toe iets nieuws is toch veel mooier? Dan krijgt alles aandacht. Dan weten we veel beter waar we elkaar fijn aan kunnen raken. Als we dat nu over zouden slaan lukt dat daarna niet zo goed meer, dan willen we vast te snel weer heel intiem. En ik wil van je hele lijf genieten. Van alle plekjes, vóór het laatste.’
Hij trok haar op schoot, ze huilde weer. Hij knuffelde haar.
‘Is het zo moeilijk, lief warmbloedig meisje van me?’
‘Ja. En je bent weer romantisch. Ik weet wel dat het zo moet. Je weet wat er in de vakantie gebeurd is. Ik vond je lief, hup, show. Jij mij ook, hup, show als ik het gewild had. Toen afgesproken te stoppen met showen. Het ging goed. Maar de laatste tijd niet meer zo. Het is iets anders dan in het begin. Ik wil nu niet meer hup, show. Ik wil wel wat meer. Toen bedacht ik van de week dat blijven slapen. We hadden al omhelsd, dat moest kunnen. Het ging ook geweldig goed. Daar was ik heel blij mee. Maar omdat ik jou daardoor nóg liever vond dacht ik, hij kijkt zo graag naar mijn borsten. En hij heeft nooit om een show gevraagd. Hij mag ze best weer zien. Hij kan toch zijn handen goed thuishouden, al weet ik wat hij graag zou willen. Maar hij doet het niet, omdat ik langzaam wil en hij ook vindt dat het niet te snel moet gaan. Toen die wandeling. Je vond het fijn, maar ik denk niet zo fijn als ik. Samen iets doen wat ik, toevallig jij ook, altijd graag gedaan heb. En nu met jou. En met het vooruitzicht dat we het vaker zouden doen. Daarom zit ik in de problemen. Je bent zo lief. Daarom heb ik zo’n moeite om me in te houden. Ik red het niet, denk ik. En ik vind het niet fijn voor jou als je me tegen moet houden, met tegenzin. Ik moet maar naar huis.’
‘Nee, dat is geen oplossing. Dan ga je je daar rot zitten voelen. Misschien wel tot volgend weekend. En dan is er nog niets veranderd. Probeer maar te kalmeren.’
Hij wiegde haar een tijd zachtjes heen en weer.
‘Ik voel dat je weer wat rustiger wordt.’
‘Ja, van buiten. En ik ben opgedroogd. Verder is er niks veranderd.’
‘Zullen we op bed gaan liggen knuffelen, aangekleed?’
‘Nee, dan ga ik vast te veel tegen je aan duwen, omdat ik dichter bij je wil zijn. Houd me voorlopig zo maar vast. Han, snap je me?’
‘Ik probeer het. Dat lief zijn maakt het geloof ik wat moeilijk voor je. En misschien kan je sommige dingen iets minder goed van je afzetten dan ik, ergens anders aan denken. En je kan wel langzaam willen doen, maar de natuur spreekt ook een woordje mee. Aantrekkingskracht en zo.’
‘Ja, als ik een verhaal vertel, zoals vanmorgen op het strand, hoe wild ik het soms ook maak, dan heb ik geen enkele moeite. Als ik ergens anders aan denk ook niet. Maar als ik aan je denk of naar je kijk, dan vind ik je zo lief. Dan lukt het niet om ergens anders aan te gaan denken. Wat nu?’
‘Tja. We willen geen stapjes terug. We willen wel, schuine streep, niet, verder. Enige oplossing, klein stapje vooruit, onder voorwaarde serieuzer proberen niet verder te gaan. Het moet voor ons allebei een fijn stapje zijn en niet te moeilijk om het er een tijd bij te laten. Overgebleven probleempje, stapje bepalen. Even pauze. Mogelijkheid voor overleg. Wat dacht je?’
‘Nogal rationeel.’
‘Ja, emotionaliteit helpt niet veel, je weet het.’
‘Au.’
‘Ach, jij meisje, ik jongetje. Heb je een voorstel?’
Hij legde haar weer neer, ging weer naast haar zitten.
‘Eh, voor dat kleine stapje? Nee, er is zo veel mogelijk. Ik weet niet wat het kleinste is. Jij?’
‘Ja, ik had al bedacht hoe ík verder zou gaan als het mocht. Ik zou graag een borst van je strelen, over je kleding. Dan hebben we iets meer contact, iets meer dan omhelzen en kijken. We moeten echt, serieus, proberen het daarbij te laten. Geen nieuwe shows erbij. Jij niet, ik niet. Dat hoeft ook niet, we genieten dan al weer méér. Wat dacht je?’
‘Ja, goed bedacht. Ik zie het wel zitten. Dan kan ik denken, we vrijen een heel klein beetje. Dat helpt, om niet verder te gaan. Vroeger bleef ik ook vaak lang op dat punt hangen. Die jongens vonden het fijn om me te strelen, zelfs over kleding heen. Zou jij het vol kunnen houden, af en toe naar me kijken, zoals tot nu toe, en me alleen te strelen over mijn kleding?’
‘Ja, vroeger kwam ik ook vaak lang niet verder, zonder show zelfs. Als ze lief was, het fijn vond en lekker kuste, vond ik het genoeg.’
‘Goed. Wanneer?’
‘Volgend weekend?’
‘Je wilde me geen rotweek bezorgen.’
‘Na even wat drinken?’
‘Zo lang kan ik nét wachten.’
‘Debbie!’
‘Ja. Sorry.’
‘Grote meid! Ik vind het ontzettend fijn dat je me lief vindt, van me houdt, wilt vrijen. En zo spontaan bent, en eerlijk. Maar je moet proberen vol te houden. Anders breng je mij ook in de problemen. En dat wil ik niet, voor ons allebei niet. Je weet van onze goede basis. Daar kunnen we geen stenen op gaan stapelen om zo snel mogelijk het hoogste punt te bereiken. Daar moeten we goed verder op bouwen, anders stort alles in. Nou, helemaal alleen verzonnen deze keer, mooi, hè?’
‘Uitslover.’
‘Zo, weer een beetje bijgekomen?’
‘Ja. Omdat je weer een beetje streng doet. Waar blijft mijn baco?’
Hij stond op, liep naar de keuken.
‘Baco onderweg.’
‘Foei, wat een toestand. Als je zo streng doet schrik ik. Het zet me wel aan het denken. En dan zie ik al gauw in dat je gelijk hebt. Merci.’
‘Ik ben, geloof ik, schizofreen. Mijn ene ik wil met je naar bed, mijn andere ik kletst als Brugman om eruit te blijven.’
‘Nee, je bent één ik. Zestig procent van je wil wél, veertig niet.’
‘Niet fifty fifty?’
‘Nee, je wilt wel een beetje vooruitgang. Ik zit, denk ik, nu op zeventig dertig. Dat zal ik proberen te veranderen, naar hetzelfde als jij.’
‘Fijn, schat. Kom je op schoot?’
‘Gaan we niet eh op bed liggen?’
‘Nee, het lijkt me voorlopig beter, kijken in bed, aankomen hier.’
‘Ja, dan is het makkelijker om het uit elkaar te houden. Jij hebt vroeger bij het scharrelen vast ook vaak nagedacht. Ik niet, alleen maar stoppen of doorgaan.’
‘Nee, je hebt ook méér gedacht, alleen anders dan ik. Kom maar.’
Ze kwam op schoot zitten. Ze kusten. Na een paar minuten stopte ze.
‘Ik ben niet erg ongeduldig, hoor. Jij kennelijk ook niet. Ik zat te bedenken, ik zou eigenlijk wel willen weten wanneer je zou beginnen met strelen. Niet zoals vroeger, ineens een hand op mijn borst voelen, wham. Daar bleef ik van schrikken, of ze nou mochten of niet.’
‘Ik was het al van plan, maar je raadt nooit hoe ik het zou willen doen.’
‘Vast nog fijner dan ik zelf zou kunnen bedenken.’
‘Ja, ik sloof me uit.’
‘Nou, eigenbelang, je geniet er zelf net zoveel van.’
‘Tuurlijk. Debbie, ik wil dat we elkaar aankijken als ik je ga strelen. Dan kunnen we elkaars reactie zien. Ik begin ergens bij je navel.
Hij legde een hand op haar buik.
Voel je?’
‘Ja, natuurlijk. Op zich niet interessant, maar fijn dat je me aanraakt. Een rustig begin zo.’
‘Ja, het stoort me altijd als in een wat minder nette film een jongen met twee handen een meisje in één keer volledig beetpakt. Ik ben halverwege begin en eindpunt, denk ik.’
‘Ja. Oh, de onderkant.’
‘Ik stop even.’
‘Waarom?’
‘Je wilde toch weten wanneer ik zou beginnen met strelen? De aanloop telt niet zo.’
‘Ja. Even kusje vóór eerste streling.’
Hij kuste haar tot ze stopte.
‘Ik voel je hand goed. Ik ben zo benieuwd. Je ademhaling gaat wat sneller.’
‘Je ogen worden wat groter.’
‘Han, pak me. Nu, alsjeblieft?’
‘Ik ga, niet te langzaam, door tot ik je hele borst vasthoud. Oh, Debbie. Wat fijn.’
‘Mmmm.’
‘Waarom was je zo benieuwd?’
‘Hoe met jou zou zijn. Han, dit nieuwe is weer zo mooi, zo fijn. En zo lekker ben ik nog nooit vastgepakt. Houd me een tijd zo vast. Je doet het precies stevig genoeg.’
‘Fijn. Je hebt een stevige borst, zeg. Je hebt geen beha aan, hè?’
‘O. Nee. Dat voel je natuurlijk. Sorry, ik bedoelde gewoon, ik ben niet het eerste meisje wat je beet hebt. Gelukkig niet, je weet hoe je me vast moet houden, je begint niet gelijk te kneden.’
‘Nee, hoe zachter hoe lekkerder, hè?’
‘Mmmm. Vroeger moest ik van mams een beha om, maar ik doe het al jaren niet meer.’
‘Ik weet het, niet nodig, geen hangers. Maar gaan ze daar juist niet van hangen?’
‘Dat is nooit bewezen. Nou, tegen die tijd trek ik er wel een aan, heb ik toch fijn jaren zonder gelopen.’
‘Nu fijn voor mij. En jou. Ik voel je beter. Ik streel een beetje. Lekker groot, joh.’
‘Mmmm.’
‘Je ogen vallen bijna dicht.’
‘Mmmm. Slaapkamerogen. Jouw ademhaling is weer rustiger, maar dieper.’
‘Slaapkamerademhaling. Het tempo na bevrediging.’
‘Ben je dat?’
‘Voor een hele tijd, liefste. Jij ook?’
‘Ja, dit is fijn. Voor een hele tijd. Nu ook nog een tijd.’
‘Doe je ogen maar dicht. Ontspan je maar, ik streel zachtjes door. We kunnen ook tegelijk kussen.’
Ze hielden het lang vol. Tot ze diep zuchtte en rechtop ging zitten.
‘Dank je wel, schat. Nu even die andere.’
Hij streelde haar andere borst en zag hoe ze ervan genoot. Hij stopte zelf maar.
‘Ja, lang genoeg, Han. Zo kan ik er een week tegen. Heerlijk. Zeg, heb je hierover niet al een keer een natte droom gehad?’
‘Eh, ja, maar toen ging het verder. Ik deed je bovenstukje af vóór ik ging strelen. En jij ging in mijn zwembroek en streelde mij ook. Toen werd ik wakker.’
‘Nou, wie weet. Ik snap dat je vroeger die meisjes gek maakte. Je streelt zo lief. Je hebt het véél gedaan, dat weet ik, maar dat zegt niets. Je hebt het kennelijk heel gráág gedaan. Wat kan je dat gevoelig, zeg. Ik ben bang dat ik jou niet zo erg goed kan strelen. Ik heb er geen studie van gemaakt. Zomaar wat gedaan.’
‘Maak je maar niet druk. Je gaf toch niet zo veel om die jongens? Gek op ze zijn was eigenlijk alleen maar lichamelijk. Ik weet nóg wat, om je gerust te stellen. Je hebt ze nooit zo lekker gekust als je mij doet.’
‘Hoe kan je dat nou weten? Ze vonden het allemaal geweldig.’
‘Ja, dat zal best. Zo’n mooi, lekker en beetje woest stuk wat ze vast mogen houden. Nee, denk eens aan Schiphol. Je had er lang over nagedacht, dagen, en nachten waarschijnlijk, wanneer je met kussen zou beginnen. En een passende gelegenheid afgewacht. Vooruitgedacht. En uiteindelijk gepland bij het ons op de trein zetten. Ik denk dat je dat in het vliegtuig bedacht hebt. Tja, waar we het daar al niet over gehad hebben. Elkaar een heel stuk beter hebben leren kennen. Veel verhalen over het verleden, waardoor we beter wisten hoe we met elkaar om wilden gaan. Zonder dat direct te zeggen. Je dacht vast, ja, bij de trein. Twee vliegen in één klap. Het kon niet te lang duren en het was een lokkertje, ontken het maar niet.’
‘Natuurlijk niet. Dat wist ik. Het was veel méér dan een lokkertje. Ik had er natuurlijk lang over gedacht. Fijn joh, dat we elkaar zo goed aanvoelen. Als jij daar niet begon, ik wist niet hoe voorzichtig je zou blijven, dan moest ik beginnen. Dat vond ik niet erg. Ik wilde beslist kussen. Ik dacht ook, een vakantieliefde zonder kussen? Nooit van m’n leven, dat zou een afgang zijn, ik ben toch niet preuts geworden? Leuk, hè? Dan waren er twee mogelijkheden. Als het niks was zou je misschien geen contact meer opnemen. Dat hoefde dan misschien van mij ook niet meer. Als het goed ging, als het een fijne kus zou zijn, zou je vast snel contact opnemen. Nou, het ging goed, en je was snel. Word ik niet te zwaar voor je?’
‘Nee, heerlijk zo. Ja, jij begon, bij de trein. Dat was een hele opluchting, ik wist niet hoe ik het aan moest pakken, en er was niet veel tijd. Ik heb veel gekust, daarom merkte ik ook dat het voor jou niet de eerste keer was. Ik wist het natuurlijk al, ik vond het prima, konden we een stuk amateurwerk overslaan. Al is het ook wel eens fijn om het een meisje te leren. Oh, ik dwaal af.’
‘Leuk, ga gewoon door met dwalen.’
‘Slaapkamerverhalen, hè? Nee, het was meestal buiten. Ik vond het zo mooi, als ze er achter kwamen hoe lekker het was, echt kussen. En zo schattig, ik bleef steeds proberen door te gaan, niet al te opdringerig, plagend. Ergens wilden ze stoppen, maar ook graag doorgaan. Hoe vaak ik niet gehoord heb, nou, nog eentje dan. Soms wel tien keer bij dezelfde scharrelbeurt.’
‘Ik kan me voorstellen wat ze voelden, zeker als je het zo lief deed.’
‘Tja, ik deed m’n best. Wat wil je nou nog mooier dan zo fijn spelen? Ho, ho, nu is het serieus. Het was ook fijn als het niet de eerste keer kussen voor ze was. Ik vond het lekker, was op m’n gemak, ik wist steeds dat ze toch niet konden stoppen. Pas later werd ik natuurlijk wat onrustiger, wilde ik méér. Maar ik had nooit ontzettend veel haast, dat omhelzen en kussen van een meisje bleef steeds fijn. Ik weet ook nog hoe ík het de eerste keer leerde. Ik begon voorzichtig, natuurlijk. Monden op elkaar duwen. Het was ook haar eerste keer. Toen ze wilde stoppen hield ik haar tegen, ik had een hand achter op haar hoofd. Werd het door haar tegenstribbelen vanzelf een bewegen van onze monden. Ze hield al gauw op met spartelen, ging meedoen. Na een minuut waren we buiten adem. Keken we elkaar aan. Het was nogal een plaaggeestje, we kenden elkaar wat langer, maar hadden alleen handje vastgehouden. Tot ze daar zei, mijn vriendin en haar vriendje hebben voor het eerst gekust. Nou, ik plagen, ik voelde de bui hangen, uitlokken eerste klas. Ik zei, vond ze het lekker? Ze wilde me een dreun geven, maar ik omhelsde haar en begon met kussen. Goed. Dus ik zei na die eerste kus, voor de grap, niet lekker, hè? Ze wilde me weer een dreun geven, dus weer omhelzen en kussen. En toen steeds, nog eentje dan.’
‘Ja, problematisch. Hoe begin je als híj het niet doet. Dus wordt het vaak uitlokken. Je kan het niet maken om een jongen zomaar te omhelzen en te gaan kussen. Dat is slecht voor hun eergevoel. Jij was een geval apart. Nou, je weet hoe het gegaan is. Daarvóór vond ik het eigenlijk het fijnst om geen smoes te gebruiken. Gewoon, niks zeggen, alleen hoofd een beetje optillen en lippen tuiten. Dat zien jongens niet als uitlokken. Ze denken later, we zijn zomaar, spontaan, met kussen begonnen. Ik weet het zeker. Ja, je hebt gelijk, ik heb ook gestudeerd, wel anders. Ik heb ze wel eens gevraagd, hoe zijn we ooit met kussen begonnen? Dan zeiden ze zoiets als, ik had er al langer zin in, jij denk ik ook, en op één of andere manier wisten we het toen zeker van elkaar en zijn we begonnen. Dat vond ik altijd fijn, voor ons allebei. Ik vertel je veel te veel, eigenlijk.’
‘Heel lief.’
‘Maar je hebt er allemaal lekker nooit meer wat aan, ik wil je laatste zijn.’
‘Als je je best doet, of juist niet, word je dat ook.’
Ze kusten een tijd.
‘Ik heb er wél wat aan, Debbie, jij ook. Fijne herinneringen hoe het gegaan is. Inclusief dat het een beetje problematisch was. En is. We helpen elkaar, hè?’
‘Ja.’
‘Goed. Bij de trein, onze eerste kus. Je deed het lief. Niks mis mee. Maar bij de tweede voelde ik, dat je, na een paar tellen, er ineens gevoel in begon te laten merken, steeds meer. Wouw. Je schrok er zelf van, je vluchtte min of meer. En ik weet geeneens hoe ik de trein ingekomen ben. Ik wist al dat je spontaan was. Met praten en met hup, show, en zo. Maar toen ineens zo eh hartstochtelijk. Ik heb dit pas later bedacht. Vaak in mijn hoofd nagespeeld, natuurlijk.’
‘Oh, Han toch. Wat word je weer romantisch. Zie je wel dat je altijd zit te studeren? Je merkt véél aan een meisje. Ja, na die eerste dacht ik, hè, dat was geen routinewerk, effe kusje, lekker, lichamelijk. Nee, hij laat op één of andere manier merken dat hij me lief vindt, op z’n minst. Dat ga ik de volgende keer ook doen, al weet ik niet precies hoe dat moet. Toen we elkaar aankeken wilde ik het gelijk proberen. Het lukte veel te goed. Ja, ik schrok.’
‘Mooi, hè?’
‘Ja. Hoe kwamen we hierop?’
‘Dat je niet bang hoeft te zijn dat je niet goed zou kunnen vrijen.’
‘Nee, we hadden het over kussen en strelen.’
‘Waar ligt de grens, als er al één is, tussen kussen en strelen en vrijen?’
‘Nou, een officiële grens weet ik niet. Alleen kussen vind ik geen vrijen. In ons geval, jouw kijken naar mijn borsten en dat ik wilde dat je dat deed, en doet, zit op de rand. Ook het elkaar voelen, meer of minder, bij omhelzen. Ook zoals in bed, omhelzen. En zoals ik tegen je aan in het zwembad. Oei, een grote, en behoorlijk hard. Zou die. Ho. Ik vind dat we nu écht begonnen zijn, je raakt me aan, met mijn toestemming, en meer dan dat, intiem. Wel over mijn kleding, maar het is één, nee, zijn twee van mijn drie intieme plekken. Han, nog één keer dan. Nummer drie niet.’
Hij omhelsde haar, ze kusten. Toen ze iets wilder werd begon hij haar borst te strelen, waardoor ze weer rustiger ging kussen. Na verloop van tijd begon ze zachtjes te kreunen. Hij stopte en liet haar borst los.
‘Goed zo, schat, laat maar merken als het te lekker wordt.’
‘Zo was het niet bedoeld, maar het is een goed idee. Als je later bij mijn gekreun maar niet stopt, anders word ik misschien geeneens ontmaagd.’
‘Meid toch, afkoelen. Wat gaan we verder doen?’
‘Je hebt vast niet genoeg in huis voor een fatsoenlijke maaltijd.’
‘Alles voor pannenkoeken, soep, spaghetti, macaroni, pizza in de vriezer, zulke dingen. Mijn ouders zijn er niet, maar daar is nog méér, natuurlijk.’
‘Ik heb eigenlijk nu geen zin om te koken. Een andere keer graag, samen. Zal ik naar huis bellen of we mee kunnen eten? Dan kunnen we wat afkoelen. Na het eten beneden koffie blijven drinken. Leren ze je ook een beetje beter kennen. Kunnen we laten merken hoe het er met ons voorstaat.’
‘Prima. Je hebt ze vast verteld dat je hier bleef slapen. Wat zeiden ze?’
‘Ik vertel ze ook altijd waar ik uithang. Mams was wat bezorgd. Heeft hij nú al gevraagd of je blijft slapen? Ik zei, nee, we hebben gemaild over wat we in het weekend zouden doen. We hebben afgesproken dat ik bij hem kom eten, onderweg chinees meeneem. Hij verwacht natuurlijk dat ik tot laat blijf. Niet dat ik dan, of eerder, niet naar huis ga, maar naar zijn slaapkamer. Paps lag in een deuk. Mams, zei ik, ik neem mijn lange nachtpon mee. Han is een heel lieve, nette jongen. Hij heeft me niet gevraagd om met hem te slapen. Dat gebeurt ook niet. Ik blijf bíj hem slapen. Ik verwacht, ik weet zo goed als zeker, dat hij zich heel lief en keurig zal gedragen. Dat we anders een groot probleem hebben. Goed zo, zei paps. Weet je dat mams en ik tot en met onze huwelijksnacht alleen geknuffeld hebben? Oh, sorry mams, ik vertel te veel. Nee, zei ze, vertel maar. We hoeven ons nergens voor te schamen. Debbie mag alles weten. En als het met Han goed gaat mag hij het ook weten. Misschien hebben ze er iets steun aan, zei ze nog. Lief, hè? Bij deze weet je het dus. Paps zei, fijn, mams. Ja, alleen maar geknuffeld, tot en met die eerste keer samen in bed. Ze was toen véél te zenuwachtig. Debbie, ik vind het heel goed dat je er iets meer vaart achter zet. Je zal het vast stap voor stap bekijken. Het is, achteraf, doodzonde dat we alleen maar gekust en geknuffeld hebben, over onze kleding heen, tot die nacht. Tja, dat hoorde toen zo. Er kan best méér, hè, mams? Zei mams, ja, dat wilde ik ook, maar ik durfde niet, ik was bang om niet te kunnen stoppen. Debbie is veel resoluter dan ik toen was. Toen ik je die nacht door mijn negligé tegen me aan voelde schrok ik me dood. Ja, zei paps, ik heb je toen eerst maar alleen vastgehouden. Er was niets met je te beginnen. Wel mezelf steeds laten voelen, om te wennen voor je. De theorie wist je wel, maar de praktijk was iets anders. Dat me laten voelen was voor mezelf natuurlijk ook lekkerder. Toen begonnen met strelen. Eerst je rug, toen je kontje, toen een borst, toen een lange pauze voor je daarvan kalmeerde. Toen heel langzaam naar beneden. Ik ben met mijn hand tussen je benen ingeslapen. De volgende morgen hebben we het er niet over gehad, maar ik zag je nadenken. ‘s Middags zei je, ik wil je wat vragen. Ik heb, zonder iets te zeggen, oh, toch wel, kom, liefje of zoiets, je meegesleept naar de slaapkamer, uitgekleed, in bed gestopt, mezelf uitgekleed, een paar keer gezegd, kijk naar me en toen naast je gekropen, je omhelsd. Jouw beurt, mams. Ja, zei die, dat is fijner voor Debbie, niet alles alleen van jou horen. Debbie, ik moest lang bijkomen. Ik had die morgen natuurlijk nagedacht. Er moest wat gebeuren. Ik wist best waarom paps steeds zachtjes tegen me aan had liggen duwen. En waarmee. Ik werd natuurlijk ook steeds nieuwsgieriger. ‘s Middags vond ik dat er maar iets moest gebeuren, ik zou wel zien. Paps liet me gelukkig, heel lief, eerst bijkomen, hij deed weer hetzelfde als de nacht ervoor, langzaam. Ja, Debbie, de eerste keer, na mijn zesde denk ik, sinds ik mezelf waste en afgezien van de dokter, dat iemand me uitkleedde, dat iemand me bloot zag. En de eerste keer dat ik die van een man zag. Niet zoals je wel eens, een stukje, ziet als er één langs de weg staat te piesen. Nee, erg groot, dik, recht omhoog. En alles daaronder, waarvan je weet wat er in zit, en waar dat naar toe gaat. Toen hij me een tijd tussen mijn benen gestreeld had durfde ik voorzichtig bij hem te gaan voelen. Oh, Debbie, ik had hem wel gezien, bij het uitkleden, maar ik schrok weer zo toen ik hem voelde. Ik weet dat je vroeg begonnen bent, met jongetjes, dit was van een man, zo’n paal, het leek wel een meter. Ze bloosde er bij. Paps zei, je wilde je hand weghalen, ik heb je tegengehouden, gezegd, je bent al gewend dat ik je overal streel, wen hier ook gewoon aan. Nou, het ging sneller dan ik dacht. Ik heb een pauze ingelast, we hebben gegeten en gedronken. Ik knipoogde af en toe naar je, moest je blozen. Ik dacht, als je bloost, in plaats van bezorgd kijkt, zal het straks vast lukken. We zijn opnieuw begonnen, ik eerst bij jou alles gestreeld, toen ook jij bij mij. Daarna wilde je onder de dekens uit, zien wat we aan het doen waren. We keken. En voelden. Tot je zei, doe maar. Toen hebben we gevrijd, voor de eerste keer, bij jou duidelijk even merkbaar. Han, ik moest zo lachen, omdat paps zo trots keek, en mams niet een beetje zat te blozen, nee, met een vuurrode kop zat. Ben ik maar gaan praten. Mams, ik heb hem ook door mijn ponnetje gevoeld, het is geen jongetje. Maar ik ben niet bang. Zo te horen hebben jullie vroeger maar zielig gescharreld. Nou, bij wijze van spreke, weet ik van de mannelijke helft van Overschie wat ze in hun broek hebben. De ene helft gevoeld, van de andere helft van meiden gehoord. Dat scheelde me een hoop teleurstelling, op te kleine hoefde ik niet af te gaan. Oh, paps kwam bijna niet meer bij. En mams maar met haar hoofd schudden. Wel glimlachend. Heb ik ze allebei gekust, en gezegd, ik ga er vandoor, als maagd, en, wat er ook gebeurt, vast alleen maar fijne dingen, ik kom als maagd weer terug. Ik ben dus vannacht niet thuis, gaan jullie ook maar fijne dingen doen.’
‘Debbie, Debbie, je bent een schat, ook voor je ouders.’
‘Nou, ik ben met jou een beetje stout geweest.’
‘Dat zal je paps niet erg vinden. Die zou dat best begrijpen. Hij zei toch, er kan best wat méér. Je hebt de omstandigheden niet altijd in de hand. Een beetje afwijken van de planning moet kunnen. Bel maar. Nee, wacht even. Wat gaan we doen na het koffiedrinken?’
‘Naar mijn kamer. Praten, beetje vrijen. Bij gekreun, jij opmieteren.’
‘Een goede aansporing om het rustig aan te doen. Bel maar, als het goed is gaan we gelijk weg.’
Ze belde. Ze konden komen.

Hij zat nieuwsgierig te wachten wie er over de afgelopen nacht zou beginnen. Het ging eerst over koetjes en kalfjes. Hij zag wel dat paps met pretoogjes naar zijn dochter keek. Mams keek iets bezorgd. Ze hielden het vol tot na de koffie. Toen knipoogde Debbie naar hem, ze had het ook in de gaten.
‘Die chinees was trouwens weer goed. Dat ze dat zo volhouden, hè, zo véél geven? Maar ze kennen me onderhand. Ik haal vaker voor ons, Han. Voor twee personen, dan krijg ik genoeg voor ons vieren. We doen er zelfs soms wat bij, een gebakken ei of zo. Ik heb gisteren voor één hongerig persoon gevraagd, met een knipoog. Ik kreeg genoeg voor ons tweeën, en dubbel ei en ham en zo, en ik hoefde maar voor één te betalen. Het ging niet om het geld, hoor, maar om de lol.’
Mams trapte erin, ze kon haar mond niet houden.
‘Ben je verder niets tekort gekomen? Of te veel gekregen?’
‘Nee, mams, Han heeft me prima verzorgd. En ik hém, voor zover ik dat op zijn kamers kon doen, want ik weet nog niet zo goed de weg. Prima ontbijt, vanmorgen. Daarna zijn we naar Katwijk gegaan, we hebben gewandeld en daarna geluncht bij Willy.’
Paps grinnikte.
‘Knap, meid, voor jouw doen. Ik zal het eens bij Han proberen, iets minder voorzichtig dan mams bij jou. Heeft ze je verrast?’
‘Dat doet ze vaak. Op de gekste momenten. U weet het wel, dan flapt ze er wat uit of ze doet iets geks. Vanaf het eerste moment dat we aan de praat raakten. Vast en zeker tot ze, niet dat ik het ooit mee wil maken, bij wijze van spreken haar kist open doet en kiekeboe roept.’
‘Ja, dat zou me niets verbazen. Geen crematie dus maar, voor de zekerheid. Nog speciale verrassingen?’
‘Ja, ze kan koffie zetten.’
Ze schoten allemaal in de lach.
‘Ik probeer nog wat. Heeft ze je verteld hoe mams en ik begonnen zijn?’
‘Nu heeft u me pakken, meneer. Daar draai ik niet omheen. Kom eens naast me zitten, Debbie, die kopjes lopen niet weg.’
Ze stopte met het opruimen van de koffieboel en kwam naast hem zitten. Hij pakte haar hand vast.
‘Debbie en ik zijn goed in het onthouden wat we ooit gezegd en gedaan hebben. Ik weet zeker dat ze me alles bijna letterlijk doorverteld heeft. U weet nu gelijk, dat het goed met ons gaat, anders had ze dat niet gedaan. U vertrouwt haar, mij ook, anders had u bezwaar gemaakt tegen dat ze bij me bleef slapen. Dank u wel. Lieve ouders van mijn schattige verkering. Wij hebben van uw wijze les veel opgestoken. En zijn uw advies aan het opvolgen. We zetten er iets meer vaart achter, we deden al ietsje meer dan alleen maar kussen. Wij vinden ook dat er best méér kan. U heeft moeite gehad om van elkaar af te blijven, wij kennen dat probleem, maar we durven het aan. We bekijken het zorgvuldig, stap voor stap. We willen het laatste gedeelte óók pas in onze huwelijksnacht doen. Zonder ergens bang voor te zijn, zelfs niet voor een overbodig eventueel merkbaar bewijs dat het voor Debbie, net als voor mij, de eerste keer is. Ik betreur de uitgestelde voltrekking van uw huwelijk, dat zal ons gelukkig niet overkomen. Dat moet voor u, allebei, erg moeilijk geweest zijn. Ik wil niets ten nadeel van het heden zeggen, mams moet er vroeger net zo mooi en lief uitgezien hebben als Debbie nu. Ik hoop sommige weekends hier, bij Debbie, te mogen slapen, tot we aan een gezamenlijke huisvesting toe zijn. We hebben daar nog niet over gepraat, ik heb haar ook nog niets gevraagd. Ik hoop trouwens haar vóór te kunnen blijven. Knijp niet zo, schat. Dus vraag ik daar, nodig of niet, uw toestemming nog niet voor. Maar ik waarschuw u vast, dat zal niet lang meer duren, hopelijk.’
Het was even stil. Debbie kroop bij Han op schoot. Hij knuffelde haar.
‘Mag ik een handdoek voor dit wicht.’
Mams gaf hem er één.
‘Jongen, wat mooi, ik moet ook bijna janken.’
‘Geweldig, Han. We zullen haar dan vreselijk gaan missen, maar we vertrouwen haar aan je toe. Wat een preek, zeg.’
‘Ja, af en toe krijg ik ook zo’n verhaal. Daar verrast híj me mee. Ik heb er één bewaard. Ik wilde al na een paar dagen een plakboek beginnen, voor als het wat werd met ons. In het begin dacht ik, weggooien kan altijd nog. Maar dat was over, vóór we hier terug waren. Dat heb ik hem natuurlijk niet verteld. Hij wist trouwens al heel snel dat ik de boot een tijd af wilde houden. Hij gedroeg en gedraagt zich keurig, heel lief, hij dringt niet te veel aan. Ik heb de dag nadat we terug waren een plakboek gekocht. Voor ons zelf en voor ons nageslacht. Over onze vakantie. Hoe we elkaar ontmoet hebben. Ons eerste kusje en zo. Die was trouwens pas op Schiphol. Ja, kijk niet zo verbaasd, paps. Mams zal dat beter snappen, als het serieus wordt houd je gelijk de boot af. Omdat het dan niet alleen lichamelijk is, lekker voelen en zo. Omdat je dan eerst geestelijk bij elkaar wilt horen, dat is dan ineens vreselijk belangrijk. Nou, dat mooie verhaal is een toespraak van Han en Dolf aan het eind van de vakantie. Dat het geen vakantieliefde was. Dat we een sterke basis hadden om in Nederland verder te gaan, omdat we zoveel gepraat hadden, niet in disco’s elkaar alleen in het donker gezien. Ik zal hem jullie een keer laten lezen. Maar ik vond dat in het plakboek moest niet komen staan, dat we daarna snel trouwden en dat er een zevenmaands kindje kwam. We willen allebei niet zo snel. Maar het is zo anders dan vroeger. Toen kuste ik na vijf minuten. Maximaal. Jullie weten dat ik nogal veel gescharreld heb. Hij ook. We hebben elkaar alles verteld. Maar hij heeft er méér van opgestoken dan ik. Dus, als ik een beetje wild word, verrast híj me met zo’n verhaal. Of als ik onzeker ben. Dat helpt geweldig. Genoeg gehoord? Ik wil naar boven, dat lieve jong gaan kussen.’
‘Hartelijk dank, mede namens mams, dat zie ik aan een traantje in haar ogen, dat jullie ons zo fijn op de hoogte houden hoe geweldig het met jullie en jullie verkering gaat. Ga maar gauw naar boven.’

Op haar kamer ging ze op bed liggen en spreidde haar armen. Hij kwam naast haar liggen en omarmde haar. Ze kusten een hele tijd.
‘Oh, Han, wat een mooie toespraak weer.’
‘Die van jou was ook mooi.’
‘Ik heb daarin voor jou niks nieuws verteld. Andersom wel.’
‘Ja, daarom wilde ik dat je naast me kwam zitten, en je hand vasthouden.’
‘Wist je die hele toespraak dan al?’
‘In grote lijnen. Bedanken voor hun verhaal. En dat ik met jou om mag gaan. Dat mag best eens gezegd worden. Hoe wij het willen doen, tot en met onze huwelijksnacht. Dat het voor ons allebei dan ook de eerste keer wordt. Je vond het vast niet erg dat ik dat zei. Daar zijn ze, vooral je moeder, vast blij mee. Toestemming vragen om hier te mogen slapen. Alleen die punten hoefde ik te onthouden, de hele zinnen komen dan vanzelf.’
‘Ja. Je bent nu wel één punt vergeten, expres.’
‘O ja?’
‘Pestkop. Maar wel lief. Je gaat me wat vragen, over niet al te lang.’
‘Dat heb je niet gehoord. Zullen we kussen?’
Ze begon gelijk. Na een tijdje kreunde ze zachtjes even.
‘Wat is er, schat? Heb ik je niet goed vast?’
‘Ja.’
‘Hoe moet ik je dan vasthouden? Zeg het maar, ik heb geen idee.’
‘Wat hadden we afgesproken over kreunen?’
‘Over kreunen? Oh, stoppen. Maar ik was je niet aan het strelen.’
‘Af en toe ben je niet zo slim. Dit was een omgekeerd stopteken.’
‘O. Begrepen. Weet je het zeker?’
‘Ja. Bij jou blijven we één en ander in verschillende kamers doen. Hier gaat dat niet. Het kan toch wel?’
Hij begon weer met kussen. Hij wachtte niet op een kreuntje, liet tussen hen in zijn hand weer op haar buik beginnen en langzaam naar boven gaan, tot hij een borst helemaal in zijn hand had. Ze stopte met kussen en keek naar zijn hand.
‘Ik vind het het fijnst als je mijn borst helemaal in je hand houdt, en dan, zonder veel te bewegen, streelt en masseert.’
‘Masseert?’
‘Ja, net iets knijpen, je vingers iets naar elkaar en de palm van je hand er plat opdrukken. Ja, zalig. Een heerlijk gevoel, en ook een fijn gezicht. Zeg, je hebt er al zoveel beet gehad, heb je nooit eerder gemasseerd?’
‘Nee. Wel een beetje knijpen. Maar ik heb nog nooit zo’n grote, én zo’n stevige vastgehad. Of klein en stevig, of groot en eh slap. Die grote streelde ik alleen maar, die kleine stevige wilde ik altijd graag kussen, het tepeltje likken. En helemaal in mijn mond nemen. Hap. Lekker.’
‘Foei. Zeg, je hebt een keer gevraagd of ik me genomen zou voelen, in de huwelijksnacht. Ik zei nee, alleen als het zonder mijn toestemming zou gebeuren. Ik voel me nu heerlijk gepakt. Ze zijn voor jou. Ik geniet lekker mee.’
‘Schat, wat fijn. Dank je wel. Oh, stom. Zeg, kan ik dat op schrift krijgen, voor in het plakboek? Eens toestemming gegeven blijft gegeven.’
Ze lachten allebei.
‘Oh, Han, wat geweldig dat zulke dingen er gewoon tussendoor kunnen. Dan koelen we ook even wat af. Eh, ik zit ook ergens aan te denken, toch aarzel ik om het je te vertellen. Omdat het je zeker op zal winden. Ik wil niks verpesten, het gaat net zo goed.’
‘Debbie, ik heb ook ergens aan zitten denken, maar ik heb het je nog niet verteld. Ik heb een driestappenplan. Als het te gek wordt, stoppen. Nog gekker, op een ander meubelstuk gaan zitten. Nog gekker, afscheid nemen voor die dag. Dat zou geen ramp zijn, we hebben tijd zat.’
‘Ja, goed idee. Iedere keer tijd om af te koelen en na te denken. Tijd zat?’
‘Nou ja, niet eeuwig. Debbie, we hebben vaste verkering. We hebben het gehad over wat we voor elkaar voelen, maar eigenlijk nog niet over de praktische kant daarvan. We doen maar wat en dat gaat prima. Ik eh. Nou, geen preek verder. Zullen we voortaan, zo veel mogelijk, samen de weekends en vrije dagen doorbrengen?’
‘Dat doen we toch al?’
‘Ja, maar zonder erover gepraat te hebben. Ik wil het iets officiëler maken, vooruitlopend op iets wat je niet gehoord hebt.’
‘Ik weet van niets. Ja, Han. Heel graag, Han.’
‘En de vakanties?’
‘Even denken.’
‘Ja, doe maar. Je weet hoeveel dagen je kan nemen. Ik kan dan hetzelfde doen, ik ben eigen baas.’
‘Ik ben uitgedacht. Natuurlijk wil ik dat. Voortaan, zo veel mogelijk, samen zijn.’
‘Ook ‘s nachts?’
‘Ja. Voor de duidelijkheid, zo veel mogelijk, maar voorlopig de zondag en vrijdagnachten niet, bij gewone werkweken.’
‘Leg eens uit.’
‘We denk dat we ‘s zondagsavonds veel fijner afscheid kunnen nemen dan ’s maandagsmorgens vóór we aan het werk moeten. En vrijdags rustig nog wat opruimen en de werkweek afsluiten. Dan kunnen we ‘s zaterdags rustig, uitgerust, beginnen. Als dat goed loopt zien we wel verder.’
‘Goed bedacht. Fijn.’
Ze deed haar ogen dicht en kreunde. Hij ging weer verder waar ze gebleven waren, tot ze kreunde.
‘Werkt goed, hè? Ik wilde alleen even stoppen om je nog toch wat te vertellen.’
‘En me op te winden. Nou, er kan nog iets bij.’
‘Als het je te veel wordt ga je maar even op mijn bureaustoel zitten en wat drinken. Han, toen ik net voelde en zag hoe je mijn borst helemaal in je hand hield, zat ik te denken, over een tijdje ga je met je hand vanaf mijn navel niet naar boven, maar naar beneden. Als ik helemaal bloot ben. Tot je me tussen mijn benen ook zo vast hebt, mijn hele doos in je hand. Dat zal ik ook zo’n fijn gezicht vinden, en fijn gevoel, als je me daar ook zo zachtjes streelt en masseert, met je hele hand. Dan is mijn doos ook voor jou, tenminste, om te strelen en te masseren, in eerste instantie.’
‘Niks als, wanneer. Een heel fijn vooruitzicht. Geniet nog maar even van de gedachte. En er zijn nog wel wat stapjes voor we zover zijn.’
‘Ja, ook heerlijk.’
‘En andersom?’
‘Daar heb ik ook al eens aan gedacht. Fijne slaapkamertaal, hè? Ik ga omstreeks die tijd voorzichtig tussen je benen aan je ballen voelen. Ze helemaal in mijn hand nemen en ze vreselijk voorzichtig strelen en masseren. En dan langzaam naar boven, dan pak ik je erectie vast. Die is dan helemaal voor mij. Ja?’
‘Ja.’
‘Die is dan wel te veel voor mijn hand, misschien wel voor twee. Ik heb laatst eens gemeten, met mijn handen op een liniaal. Dan kom ik in de buurt van zeventien centimeter. Maar ik denk, dat als ik je daar vast heb, dat je nog groter zal zijn, want het is dan vast fijner voor je dan ooit. Goed. Daar moeten we het dan voorlopig mee doen. In onze huwelijksnacht wordt hij echt helemaal voor mij. Dan stoppen we hem helemaal in mijn doos. Dan houd ik hem daarmee goed vast, en streel en masseer hem. En dan, mmmm. Kus me. En pak me weer zo zalig.’
Hij deed het. Hij stopte als eerste.
‘Wat doe je het toch fijn, en zo rustig, Han. We kunnen het heerlijk lang volhouden, hè?’
‘Ja. Jij deze keer wel langer dan ik. Het was weer fijner dan ooit. Liefste, ik moet nu gelijk stap drie nemen. Afscheid nemen voor vandaag. Niet erg, hè? Het is toch al laat genoeg.’
‘Nee, prima. Het is mijn eigen schuld, met mijn praatjes. Ik zal vast heerlijk dromen. Jij?’
‘Ik weet het zeker. Debbie, je mag best weten, ik barst bijna.’
‘Lief dat je het vertelt. Ik vond het ook erg lekker. Maar ik werd er niet veel extra opgewonden door. Ik dacht, fijn, dichter bij me. Later pakt hij mijn blote borst, nog lekkerder. Enzovoort. Stapje voor stapje.’
‘Gauw een kusje, ik moet hoognodig weg, je zit je mondeling voor me te strippen. Laat me maar niet uit, ik weet de weg. Tot ziens.’
Ze kusten kort. Hij haastte zich haar kamer af.



Van                                   Onderwerp                       Verzonden                    Grootte
Je_Han@3kk.nl                 Overweldigd                 Maandag 18:17               1 kB

Lieve Debbie,

Wat hebben we veel beleefd. En geleefd.
Ik heb rustig aan gedaan vandaag. Ik ga vroeg naar bed. Daar alles overdenken. Ik wacht nog met het bed verschonen, het ruikt zo lekker naar jou.

IHVJ

Liefs,
  Han



Van                                   Onderwerp                       Verzonden                    Grootte
Debbieltje@hotmail.com  Re: Overweldigd           Maandag 19:21              1 kB

Lieve Han,

> Wat hebben we veel beleefd. En geleefd.
We doen niet anders. Al zo veel in zo’n korte tijd. Ik snap het niet. Jij?
Ik kijk om 22:00 nog een keer, maar antwoord niet meer, ga gelijk naar bed. Naar een schoon bed, helaas.
Kom je woensdagavond met de koffie bij me? Ik wil mijn ouders niet voor het hoofd stoten, nog wat keren met je bij hun thuis zijn, voor ik . . .  uit huis ga.

LuvU2

Liefs,
  Debbie


Van                                   Onderwerp                       Verzonden                    Grootte
Je_Han@3kk.nl                 Nog meer overweldigd  Maandag 19:53              1 kB

Lieve Debbie,

> Ik snap het niet. Jij?
Nee. Maar het is zo.

> Kom je woensdagavond met de koffie bij me?
Graag.

> Ik wil mijn ouders niet voor het hoofd stoten, nog wat keren met je bij hun thuis zijn, voor ik uit huis ga.
Ik snap het.

Liefs, liefste,
  Han


Van                                   Onderwerp                       Verzonden                    Grootte
Debbieltje@hotmail.com  Opgewekt                     Dinsdag 19:28                1 kB

Lieve Han,

>> Ik snap het niet. Jij?
>   Nee. Maar het is zo.
Dan zo maar opgewekt verder.
Je snapt te veel.

Liefs,
  Debbie


Van                                   Onderwerp                       Verzonden                    Grootte
Je_Han@3kk.nl                 Re: Opgewekt               Dinsdag 19:53                1 kB

Lieve Debbie,

> Dan zo maar opgewekt verder.
Met een mooi verleden en een nog mooiere toekomst.

> Je snapt te veel.
Maar niet alles. Mezelf soms ook niet.

Liefs,
  Han


Van                                   Onderwerp                       Verzonden                    Grootte
Debbieltje@hotmail.com   ?                                   Dinsdag 22:55                1 kB

Lieve Han,

>> Je snapt te veel.
>    Maar niet alles. Mezelf soms ook niet.
Leg me dat morgenavond maar uit.

Liefs,
  Debbie


Woensdagavond na de koffie gingen ze naar haar kamer. Ze ging niet op bed liggen, maar bleef op de rand zitten. Hij ging naast haar zitten en pakte haar hand.
‘Waarom ga je niet liggen?’
‘Ik word zo lekker rustig, een beetje slaperig, als je me streelt. Maar dat wil ik niet liggend doen.’
‘Op schoot?’
‘Wie bij wie?’
‘Grapjas. Kom hier.’
Hij trok haar op schoot. Ze kusten en hij streelde haar tot ze even kreunde.
‘Heerlijk, Han. Voor ik het vergeet, je schreef dat je jezelf soms ook niet snapt.’
‘Nee, natuurlijk niet. Het is toch af en toe amper bij te houden? Nu wéér niet. Schat, je hebt je slaapkamerogen aanstaan. Zeg het eens.’
‘Ik wil nog niet slapen. Maar mag het nu iets méér zijn?’
‘Met praten ben je een flapuit, hier heb je vast weer over nagedacht.’
‘Ja. Hoe ik er nu bijzit. Ik dacht aan hoe je me hier al een paar keer in bed gestopt hebt. Vooral aan de tweede keer. Je vertelde op je dooie gemak wat je zag. Daar genoot ik zo van. Ik voel me nu zo aangekleed. Je ziet niks. Ja, je voelt nu meer, maar het oog wil ook wat. Ik wil mijn rok uitdoen. In bloes en broekje bij je op schoot. Goed?’
‘Ja, doe maar.’
Ze stond op, deed haar rok uit en kwam weer bij hem op schoot zitten.
‘Ik snap je wel. Je hebt het van het begin af aan gehad. Je wilt me wat laten zien. Ik jou ook zo graag, maar dat gaat niet, hè?’
‘Nee. Maar ik geniet ook van jou, hoor. Alleen al het weten dat je vaak een erectie hebt als je me ziet. Aangekleed al. Maar dat je een onvoorstelbaar geduld hebt om te wachten op eh mij. En ik voel hem door de kleding tegen me aan. Dat vind ik voorlopig genoeg. Hoe vind je het zo?’
‘Heel fijn. Debbie, nu ik erover nadenk, ik heb je onze eerste week alleen in bikini gezien. Daar blijf toch wat van hangen. Het blijft een beetje vreemd om je helemaal aangekleed te zien. Dan zie je ook heel lief uit, maar dan weet ik ook dat je liever wat minder aan hebt. Dat het iets benauwend is. Je zucht altijd als je iets uittrekt, nét weer. Zo van, hè, eindelijk wat uit. Tot zover deel één.’
‘Ja, zoiets voel ik ook. Ik hoef niet in mijn blote kont te lopen, wel met zo min mogelijk. Vooral een rok is vervelend met zitten, altijd wel ergens dubbel. Eh, deel twee?’
‘Ja. Wat ik zie. Goed?’
‘Je hebt me met minder aan gezien.’
‘Zal ik voortaan alleen maar iets zeggen als ik iets nieuws zie? Nooit iets over wat ik al eerder gezien heb?’
‘Zou je dat kunnen?’
‘Nee.’
‘Ik zou het missen ook. Heel erg. Doe maar. Houd je niet in, je doet het zo mooi en lief. En ik word er zo lekker warm van. Ik weet ook wel, Han, dat ik daardoor weer na ga denken. Nou, dat mag best. Daarom gaat het bij jou niet in hoofdzaak. Je doet het niet om me te verleiden. Je wilt ook het mooist voor het laatst bewaren. Maar ik heb geen zin om me dan te moeten haasten, of lang ervoor al bijna bij dat laatste te zijn. Gaat het goed zo, ook wat jou betreft?’
‘Ja, Debbie. Fijn dat je zegt wat je denkt. En dat ik alles tegen je kan zeggen wat ik denk. Zoals, dat ik nu zin heb om zo’n lekkere borst van je vast te houden en je een tongzoen te geven.’
Ze tongzoende terug en draaide zelf haar borst in zijn hand wat rond.
‘Lekker, hè? Ik kan dit heel lang volhouden, met jou zo in mijn armen.’
‘Ik ook. Wat zie je?’
‘O. Deel twee. Een paar heel mooie benen. Mag ik je dijen strelen?’
‘Eh, behalve de bovenste decimeter. Han, kan je mijn hand tegenhouden als ik jouw hand wil pakken om op mijn doos te leggen? Ik weet niet of ik het red, ik weet onderhand hoe verleidelijk je kan strelen. Maar ik wil wel dat je me streelt. Je zal vast zelf niets doen, dat heb je al bedacht voor je het vroeg, of je het aankon, hè?’
‘Ja, schat. Wat gaat het geweldig zo.’
Hij streelde een dijbeen.
‘Ik ga toch een beetje in herhaling vallen. Dat het zo fijn is om rustig naar je bobbel te kunnen kijken. Waar, onder je broek, je mollige doosje zit.’
‘Nou, mollig?’
‘Een beetje. Een gedeelte van je bobbel komt natuurlijk door je haren, maar niet alles.’
‘Ach ja, je bent een kenner, hè? Hoe weet je of ik daar haren heb?’
‘Het meeste van vroeger ben ik vergeten. Maar het is nu gewoon logisch, anders zou ik nog beter kunnen zien waar je gleuf zit. Simpel, hè?’
‘Ja. Vind je dat zo’n mooi gezicht?’
‘Ja, schat. Omdat dat bij een meisje hoort. Dat mis ik bij die poppen. Ik hoef er niet aan of in, maar zonder is net zoiets als de Mona Lisa zonder glimlach.’
‘Dan ga ik even iets met een hand doen. Niet de jouwe pakken. Wacht maar af.’
Ze gaf een paar rukjes aan haar broek.
‘Je bent een grapjas. En heel lief. Wat een leuk idee, niet de broek uit je gleuf trekken, omdat dat niet lekker zit, maar juist een beetje erin. Heel mooi, schat. Ik kijk straks verder, eerst weer even lekker kussen.’
Na het kussen streelde hij haar dijbeen weer.
‘Mooi meisje, ik zie ook aardig wat van je haren. En zo goed waar je gleuf zit. Hoe groot hij is. Heel mooi. Ik ga maar weer eens naar huis, schat. Ik kan het wel uithouden, hoor, maar ik vind het genoeg zo. Voor ons allebei. Mag ik je wel instoppen?’
‘Het is nog een beetje aan de vroege kant, maar dat kan geen kwaad voor een keer. Misschien nog kussen als ik er onder lig?’
‘Ja, fijn. Maar doe eerst je broek goed, voor je op bed gaat liggen.’
‘Dat was ik al van plan, zo lekker zit die nu niet. Maar ik vond het fijn, nét iets meer.’
Ze deed de dekens opzij en ging op bed liggen, deed ondertussen haar broek goed. Hij trok haar bloes uit en ging naast haar zitten.
‘Ik mag nog wel even kijken, hè? Schat, zo zit je broek mooi genoeg, laten we het daar voorlopig maar bij houden.’
‘Ja, prima. Ik schrok een beetje toen je zei dat je haar zag. Stom, wat maakt haar nu uit.’
‘Het is een mooie versiering. Met een kale kop blijf ik net zoveel van je houden, maar ik zie je toch liever met je mooie haren.’
‘En hoe vind je dit?’
Ze trok haar broek een stuk naar beneden.
‘Meid! Een heel mooie krullenbol. Maar die komt pas tot zijn recht als je daar helemaal bloot bent.’
Hij stond op, sloeg de dekens over haar heen en ging weer zitten.
‘Wat moet ik nu met jou? De ene keer neem je een hele aanloop, vraagt of iets goed is, en dan haal je onverwachts zulke streken uit.’
‘Ik kon er weer niets aan doen. Ik wilde zo graag. Je vindt me zo mooi. Je praat er zo fijn over. Shit.’
Hij nam haar in zijn armen.
‘Huil maar even. Moeilijk, hè? De ene keer vooraf, nu weer achteraf. Het geeft niet, schat. We redden het wel. We helpen elkaar. Ik zal proberen me iets meer in te houden. Maar dat valt ook niet mee, je kijkt overal zo lief bij. Daarom ga ik nu ook weg. Tot zaterdag?’
‘Ja. Kom je me halen, om een uur of vier? Zullen we dan samen koken?’
‘Ja, verzin maar iets.’
Na de afscheidskus liep hij naar de deur maar deed hem niet open. Hij draaide zich om en keek naar haar.
‘Wat is er?’
‘Mag ik blijven slapen?’
‘Oh.’
Hij ging naast haar op bed zitten.
‘Ik kan wel zeggen, koekje van eigen deeg, maar daar gaat het niet om. Ik wil me inhouden, Debbie, maar te veel is net zo slecht als te weinig. Ik heb je zo gemist. Overdag gaat wel, maar ‘s avonds. Ik had mijn beddengoed beter wél kunnen wassen. Toen vroeg je om woensdag, en schreef dat je in een schoon bed moest, helaas. En je schreef nog meer fijne dingen. Daarom snap ik mezelf ook niet. Dat ik je nu al zo slecht kan missen. Dat ik na iedere mail meer naar je verlang. Ik heb steeds zitten denken, zal ik vragen om te mogen blijven slapen. Ik wilde dat niet onaangekondigd doen. Dat je dat bij mij deed was prima. Maar dit is jouw meisjeskamer, dat vind ik toch wat anders. Ik wilde volhouden om weg te gaan. Voor het geval ik het niet kon, en mocht blijven, heb ik een kam en een tandenborstel bij me. Maar je was net ook weer zo lief. Daarom redde ik het niet.’
Ze had met tranen in haar ogen liggen luisteren. Ze trok hem naar zich toe, kuste hem, droogde toen haar tranen aan het laken af.
‘Lieve schat, blijf alsjeblieft. Jij wilt mij ook niet laten gaan als ik wat heb. Je hebt je best gedaan, maar het is nu lang genoeg moeilijk voor je geweest. Je wist, al had je het daar niet over, dat ik het fijn zou vinden. Goed. Probleem opgelost. Je blijft. Ik doe een pon aan. Eh, er hangt een pyjamabroek van paps aan de drooglijn, die is nu vast wel droog. Die pak ik wel, dan hoef ik paps en mams niet te storen. Begin maar vast met uitkleden.’
Ze kwam het bed uit, pakte uit de kast een pon en trok hem aan. Ze ging de kamer uit, kwam snel terug en gaf hem de pyjamabroek. Hij zat al in onderbroek te wachten.
‘Ja, leuk, blote kontenshow. Wacht even tot ik er in lig.’
‘Ik heb er maar één, hoor.’
‘Alles waar jij er maar één van hebt vind ik genoeg.’
‘Ik zag net weer even waar jij er twee van hebt. Méér dan genoeg.’
‘Ja. Niet zo vlug, joh. Mooi. Jammer, weg. Blijf even staan. Dan kan ik nog even naar je eh kijken. Ja, grinnik maar. Je had het net over mijn meisjeskamer. Je hebt gelijk, dat is anders. Maar we kennen elkaar al zo goed, dat ik het fijn vind dat je even helemaal naakt in mijn kamer stond. Ik zeg expres niet bloot, dat klinkt hiervoor te gezellig. Het is méér, je schaamt je niet, trekt alles uit en zou je gewoon naar me omdraaien als ik het zou willen.’
‘Dat heb je mooi gezegd. Ik vind ook dat er verschil in zit, al is het lastig uit te leggen. Bloot, is een bloot stukje, een blote arm, een blote borst. Ik sta graag helemaal naakt voor je. Nu nog omgedraaid, ik verheug me al op niet omgedraaid. Dat je me helemaal ziet. Je durft nu naar mijn broek te kijken, je weet wat eronder zit. Weet je ook nog wat je een keer gezegd hebt?’
‘Ja. Ik zou hem wel in volle glorie willen zien. En strelen. Later, Han. Kom nu maar in bed.’
Hij kroop naast haar, ze omhelsden elkaar.
‘Toen ik je net zag was je nog niet in volle glorie. Zo te voelen tegen mijn buik nu wel.’
‘Je praat daar graag over, hè?’
‘Ja, al is het natuurlijk raar dat ik het bij praten wil houden.’
‘Nee, dat doe ik soms ook. Ik denk nu aan het haar op je doos en het smalle streepje broek op je gleuf. En je krullenbol. Ik lig me voor te stellen hoe die combinatie er uit zal zien, zonder broek.’
‘Shit. Ja, quitte.’
‘Ik denk er niet vaak aan hoor, of ik bij je ben of niet. Maar als er zo’n rechtstreekse aanleiding toe is natuurlijk wel. Meestal alleen maar, wat is ze lief, wat houd ik van haar.’
‘Alleen maar? Dat is de hoofdzaak. Ik denk er iets vaker aan dan jij, er is vaker een aanleiding toe. Als ík wat aan heb zie jij niks. Jouw bijzaak duwt je broek vooruit.’
‘Ik kan er niets aan doen. Ik krijg het zo fijn warm als ik je zie. De rest schijnt er aan gekoppeld te zijn.’
‘Je weet het, ik vind het niet erg. Je weet ook, dat ik het niet alleen iets voor de slaapkamer vind, er kan best vaker wat. Één van de fijnste dingen is wel zo in elkaars armen te liggen. Han, ik ben egoïstisch. Wil je me in slaap strelen? Over mijn rug?’
‘Ja. Zo?’
‘Ja. Daar is niet zo veel aan, voor jou, hè? Over mijn broek, aan de achterkant?’
‘Natuurlijk. Zo?’
‘Mmmm. Beetje knijpen. Ja, lekker. De andere helft ook, anders wordt die jaloers.’
‘Ja, als je er ergens twee van hebt moeten die gelijk behandeld worden.’
‘Ja. Nu over mijn borst?’
‘O. Daarom zei ik dat niet.’
‘Ik geloof je. Nou, dan maar niet.’
‘Je weet wel beter. Zachtjes van onderaf. Zo? Oh, meid, wat is die pon dun.’
‘Ja. Mijn dunste. Stout, hè? Heerlijk. Je kan vast mijn tepel voelen. Oh, wat ben je weer snel. Mmmm. En goed. Mmmm. Han, stop. O. Merci.’
‘Ik blijf wel aan je achterkant.’
‘Wat lief dat je zo snel stopt. Het werd te lekker.’
‘Ja, ik voelde hem iets harder worden. Heel fijn.’
‘Weet je wat ik dacht?’
‘Nee, maar praat er maar lekker over.’
‘Ja. Dat je het met je mond en tong vast ook lekker kan.’
‘Ik kan me geen klachten herinneren.’
‘Mooi. Afgezien van dat ik van je houd, ben ik ook blij dat ik zo’n eerste klas blootliefhebber aan de haak geslagen heb.’
‘Ja, liefste. We hebben allebei mooi spul en we gaan er fijn mee om.’
‘Ik nog een beetje weinig met het jouwe.’
‘Wil je niet eens wat proberen? Over mijn broek? Het hoeft niet, hoor. Het komt vanzelf wel.’
‘Ja, vast wel.’
Na een tijdje voelde hij haar hand op zijn buik. Ze ging langzaam naar beneden, over zijn broek. Toen ze hem voelde stopte ze even, ging toen verder naar beneden tot tussen zijn benen, en weer langzaam naar boven. Ze legde haar hand op zijn rug en zuchtte.
‘Zo, dat heb je ook weer overleefd.’
‘Ja. Er leek geen eind aan te komen.’
‘Er zitten twee einden aan.’
‘Ja. Ik heb alleen mijn vlakke hand gebruikt. Dat was al genoeg. Onderaan voelde ik met de toppen van mijn vingers je ballen, denk ik. Maar de rest, ik kan er vast geeneens met mijn hand omheen.’
‘Ja hoor, dat leek maar zo, je bent te geschrokken. Dat kan, ook heerlijk van boven naar beneden en terug.’
‘Houd je mond. Nou ja, dat zal ik vast gaan doen. Ik geloof dat ik me iets herinner.’
‘Dat zou niet meer dan normaal zijn. Dat doen en dat herinneren.’
‘Ja, maar Han, niet zo’n grote.’
‘Het went wel, net zoals tegen je aan.’
‘O. Ja, je hebt gelijk. Laten we het daar maar bij houden. Nu slapen?’
‘Ja. Heerlijk zo.’
‘Mmmm. Grote jongen.’
‘Mmmm. Lief meisje.’


Van                                   Onderwerp                       Verzonden                    Grootte
Je_Han@3kk.nl                 Kort maar hevig            Donderdag 18:25           1 kB

Lieve Debbie,

Het was maar kort elkaar zien, vanmorgen.
Goed geslapen, goed de dag doorgekomen?

Liefs,
  Han


Van                                   Onderwerp                       Verzonden                    Grootte
Debbieltje@hotmail.com  Kort                              Donderdag 19:11           1 kB

Lieve Han,

Weet je zeker dat er niemand meeleest?

Liefs,
  Debbie


Van                                   Onderwerp                       Verzonden                    Grootte
Je_Han@3kk.nl                 Veilig                            Donderdag 19:25           1 kB

Lieve Debbie,

Ja, slaapkamermeisje, schrijf maar wat je wilt.

Liefs,
  Han


Van                                   Onderwerp                       Verzonden                    Grootte
Debbieltje@hotmail.com  Over nachtje                 Donderdag 22:44           1 kB

Lieve Han,

> Het was maar kort elkaar zien, vanmorgen.
Dat bedoelde ik, een afscheid op zondagavond is fijner. Maar ik zou hier aan kunnen wennen.

> Goed geslapen, goed de dag doorgekomen?
Ja. Prima. Nog een wat raar gevoel in mijn vingers. Stom, hè?

> Mams vroeg of ik goed geslapen had.
Ik heb verteld dat er ineens een naakte vent in mijn kamer stond. Ze schrok. Heb ik maar méér verteld, van paps pyjamabroek en ponnen en zo.

Liefs,
  Debbie


Van                                   Onderwerp                       Verzonden                    Grootte
Je_Han@3kk.nl                 Re: Over nachtje           Vrijdag 18:12                 1 kB

Lieve Debbie,

> Het was maar kort elkaar zien, vanmorgen.
Gisteren inmiddels. ‘s Morgens vroeg zie je er ook lief uit.

> een afscheid op zondagavond is fijner. Maar ik zou hier aan kunnen wennen.
Maar voorzichtig proberen.

> Nog een wat raar gevoel in mijn vingers. Stom, hè?
Nee, je hebt het meeste gevoel in je vingers. Voorlopig.

> van paps pyjamabroek en ponnen en zo.
Wat was dat en zo?

Ik werd alleen voor de tweede nacht van de week een keer tussendoor wakker.

Liefs,
  Han


Van                                   Onderwerp                       Verzonden                    Grootte
Debbieltje@hotmail.com  Vervolg                         Vrijdag 19:18                 1 kB

Lieve Han,

> Gisteren inmiddels. ‘s Morgens vroeg zie je er ook lief uit.
Kleintje ook. Je vergat je om te draaien.

>> een afscheid op zondagavond is fijner. Maar ik zou hier aan kunnen wennen.
>   Maar voorzichtig proberen.
Hoe?

> Nee, je hebt het meeste gevoel in je vingers. Voorlopig.
Stouterd.

> Wat was dat en zo?
Niet ieder aan een kant van het bed slapen.

>Ik werd alleen voor de tweede keer van de week een keer tussendoor wakker.
Nogal productief.

Liefs,
  Debbie


Van                                   Onderwerp                       Verzonden                    Grootte
Je_Han@3kk.nl                 Re: Vervolg                   Vrijdag 19:30                 1 kB

Lieve Debbie,

> Kleintje ook. Je vergat je om te draaien.
Jij helaas niet.

>>> een afscheid op zondagavond is fijner. Maar ik zou hier aan kunnen wennen.
>>   Maar voorzichtig proberen.
>     Hoe?
Een afscheid op zondagavond simuleren en ‘s morgens pas weggaan. Extra nacht!

>> Wat was dat en zo?
>   Niet ieder aan een kant van het bed slapen.
Nee. Heerlijk zo, meisje.

Liefs,
  Han


Van                                   Onderwerp                       Verzonden                    Grootte
Debbieltje@hotmail.com  Nog één nachtje            Vrijdag 22:53                 1 kB

Lieve Han,

> Een afscheid op zondagavond simuleren en ‘s morgens pas weggaan. Extra nacht!
Ik zal er een nachtje over slapen.
Tot morgen.

Liefs,
  Debbie 




Zie voor vervolg Deel 2.

Klik hier om een ander verhaal te kiezen en/of een e-mail met commentaar te sturen.